Functies in Excel basisvaardigheden (Learning Block nr 12)

Microsoft 365 Commercie, handel en ondernemerschap

Colofon Boom beroepsonderwijs info@boomberoepsonderwijs.nl www.boomberoepsonderwijs.nl Auteur(s): Anne Timmer-Melis Inhoudelijke redactie: Boom beroepsonderwijs Titel: Microsoft 365 Commercie, handel en ondernemerschap ISBN: 978 90 372 DEMO 1e druk / 1e oplage Š Boom beroepsonderwijs 2020 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieÍn, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl).

De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen.

Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.

Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Boom beroepsonderwijs, te vinden op www.boom beroepsonderwijs.nl.

Inhoud 1.

2.

3.

4.

5.

6.

7.

LB FUNCTIES IN EXCEL BASISVAARDIGHEDEN Kennismaken Acties en video's Simulatie De camping Simulatie De scooterwinkel Afsluiting Test jezelf Afsluitende toets

7 9 12 36 40 46 47 48

3

Werken met Roadmap 365 Wat is het?

Roadmap 365 is een methode om de verschillende apps van Microsoft 365 je eigen te maken. Dat doe je op basis van een thema uit de beroepspraktijk. Zo leer je, met de meest geschikte app, een taak uit te voeren voor de beroepspraktijk of je studie. De apps waarmee wordt gewerkt zijn: Word, Excel, Access, PowerPoint en Outlook.

De methode is opgebouwd uit learning blocks (LB). Een LB is een afgeronde leereenheid binnen één van de apps. In totaal zijn er binnen Roadmap 365 ruim 100 LB’s beschikbaar. In deze uitgave doe je alleen de LB’s die horen bij je opleiding.

Roadmap 365 is een combipakket: je werkt met een boek en een digitaal leerplatform.

De learning blocks zijn gebaseerd op een actiegerichte visuele leertechniek. Hiermee ontwikkel je razendsnel inzicht, kennis en vaardigheden. Elke actie is te zien in een schermafbeelding én via video ondersteuning, waarin met nummers de volgorde van de actie wordt aangegeven. Wat je in de afbeelding en op de video ziet, zie je ook op je beeldscherm.

Voorbeeld van de visuele leertechniek

4

Hoe activeer je de digitale leeromgeving?

Roadmap 365 bestaat uit een boek en een digitale leeromgeving. Bij verschillende onderdelen en opdrachten heb je hulpmiddelen nodig. Dat zijn video’s en oefenbestanden. Daarnaast staan in de digitale leeromgeving alle theorie- (Test jezelf opdrachten) en praktijktoetsen. Toetsen staan dus niet in het boek!

Dit icoontje (wereldbol) verwijst naar de digitale leeromgeving. Om hier te komen ga je naar digitaal.boomonderwijs.nl/beroepsonderwijs.

Eerste keer inloggen in de digitale leeromgeving Voordat je de digitale leeromgeving kunt gebruiken moet je je licentie activeren.

• Overleg met je docent welk type account je gebruikt • Ga naar www.boomberoepsonderwijs.nl/licentie • Bekijk de instructiefilm of lees het stappenplan • Voer de stappen uit. Daarna kun je aan de slag in de digitale leeromgeving.

Wat betekenen de iconen in het boek?

Bij de tekst wordt met iconen aangegeven welke actie je gaat uitvoeren.

Icoon

Omschrijving Actie uitvoeren

Belangrijke opmerking lezen

Bestand downloaden op digitaal leerplatform

Praktijktip

Video op digitaal leerplatform bekijken

Ga naar digitaal leerplatform

5

Hoe werkt een learning block?

Elk learning block heeft een vaste structuur. De onderdelen van deze structuur noem je elementen.

De zes elementen kun je in het boek lezen en digitaal op elk device apart openen en in de gewenste volgorde doornemen. Zo kun je kiezen hoe je leert, waar en wanneer je maar wilt.

Element

Omschrijving

Je hebt informatie nodig over het maken van de taak

Je bestudeert de inleiding

Je wil je zien hoe een optie werkt

Je bekijkt de minivideo van een optie

Je wil uitleg over een optie

Je volgt de acties van de schermafbeeldingen

Je wil je vaardigheid oefenen

Je maakt de simulaties

Je wil weten of je de kennis en inzicht beheerst

Je maakt de kennistoets

Je wilt weten of de acties snel en efficiënt kunt uitvoeren.

Je maakt de afsluitende toets

Hoe werk je handig met Roadmap 365?

• • • •

Om goed te kunnen werken met Roadmap 365 heb je, naast je boek, minimaal een computer of laptop of tablet met internetverbinding nodig.

Daarnaast is Microsoft 365 geïnstalleerd op je device(s).

Werken met twee schermen is aan te bevelen als je niet vanuit het boek wilt werken.

Je kunt de digitale leeromgeving gebruiken op elk device. Voor het uitvoeren van opdrachten heeft een smartphone waarschijnlijk een te klein scherm.

Altijd actueel De apps van Microsoft 365 worden steeds geactualiseerd. Deze wijzigingen worden jaarlijks doorgevoerd in de learning blocks. Hierdoor is Roadmap 365 altijd actueel en compleet.

6

Learning block

FUNCTIES IN EXCEL BASISVAARDIGHEDEN

Inleiding Bij het maken van een formule in Excel kun je ook functies gebruiken. Een functie in Excel is een geprogrammeerde formule die automatisch handelingen of berekeningen uitvoert. In dit learning block krijg je inzicht in de opbouw van een functie en leer je de basisfuncties van Excel gebruiken.

Bij dit learning block is het thema De camping gekozen om met verschillende voorbeelden uit de beroepspraktijk te laten zien hoe je gegevens analyseert en optimaliseert.

Alle functies die in dit learning block worden besproken komen in de praktijkexamens van Ecdl, SPL, Microsoft Office Specialist aan de orde. De simulaties die bij dit learning block horen zijn dan ook een goede examentraining.

Voorkennis Dit learning block vereist voorkennis van: • Algemene vaardigheden in Excel • Algemene vaardigheden met Formules van Excel Deze kennis kun je opgedaan hebben bij het learning block Algemene vaardigheden van Excel en Formules van Excel in de beroepspraktijk of je hebt deze kennis op een andere manier verkregen.

LEERDOELEN Je leert: • wat functies zijn • hoe de syntaxis van een functie is opgebouwd • welke operatoren gebruikt worden bij een functie Je kunt: • de volgende functies correct toepassen: – AANTAL – AANTAL.ALS – AANTALARG – AFRONDEN – ALS – Celnamen gebruiken in functies – DATUM – GEMIDDELDE – MAX – MIN – SOM – Tekstfuncties: HOOFDLETTERS – KLEINE LETTERS, SPATIES.WISSEN – TEKST.SAMENVOEGEN, DEEL – LINKS, RECHTS – TRANSPONEREN – VANDAAG Wil je meer weten over functies van Excel dan kun je de lesstof van learning block Excelfuncties in de beroepspraktijk besturen.

8

KENNISMAKEN

1. KENNISMAKEN 1.1

SCHRIJFWIJZE VAN EEN FUNCTIE Bij het maken van een formule in Excel kun je een functie gebruiken. Een functie voert automatisch een handeling uit. De functie SOM bijvoorbeeld voert automatisch een optelling uit.

Elke functie wordt op een bepaalde manier geschreven. Dit wordt de syntaxis genoemd. De syntaxis van een functie begint altijd met = (het is gelijkteken), gevolgd door de functie, dan haakje openen en de eventuele argumenten (dit kunnen celverwijzingen, getallen en/of formules zijn) gevolgd door haakje sluiten. De functie SOM bijvoorbeeld begint met het isgelijkteken, gevolgd door de functienaam, gevolgd door een haakje met daarachter het celbereik (argumenten) en wordt afgesloten met het haakje sluiten.

In bovenstaand voorbeeld staat een formule waarin met de functie SOM de cel inhouden van de cellen B1 tot en met B19 worden opgeteld.

Binnen een formule kun je één of meerdere functies gebruiken. In het volgende voorbeeld wordt met de functie GEMIDDELDE het gemiddelde bepaald en met de functie AFRONDEN dit gemiddelde afgerond op één decimaal.

De functies zijn op 5 manieren te activeren. Welke je het prettigst vindt is aan jou. Mijn voorkeur is de functie kiezen uit de keuzelijst bij de cel.

9

1. Bij het tabblad Start, knop AutoSom. Hier zijn de meest gebruikte functies ondergebracht.

2. Bij het tabblad Formules. Hier zijn alle functies in categorieĂŤn ondergebracht.

3. Met de knop Functie invoegen bij de formulebalk, je krijgt hier een lijst te zien van alle functies (deze keuze heeft haar geschiedenis bij de eerste versies van Excel).

4. Door de functie in de formule te typen in de formulebalk. Vooral als je de functies uit je hoofd kent is dit een snelle methode.

5. Door in de cel de functie te typen en een keuze te maken uit de lijst. Snelle methode waarbij je je vingers niet van het toetsenbord haalt Welke keuze je ook maakt, je activeert een functie.

Hulpvenster gebruiken bij invoer van een functie Zodra je opgegeven hebt welke functie je wilt gebruiken kun je het hulpvenster van de functie activeren. Bij gebruik van het hulpvenster worden de haakjes en leestekens automatisch geplaatst en kun je de celadressen invoeren door op de cellen te klikken. Dit verkleint de kans dat je haakjes of leestekens vergeet te typen. Daarnaast houd je een beter overzicht.

10

KENNISMAKEN

In bovenstaande afbeelding zie je het hulpvenster van de functie SOM. Er zijn twee celadressen ingevoerd (D6 en D7); de getallen in deze cellen worden door de functie opgeteld. In de formulebalk zie je de formule zoals je deze getypt zou hebben.

Berekeningsoperatoren Net als in een formule gebruik je bij een functie bewerkingsoperatoren. In de volgende tabel zie je welke dit zijn.

Operator

Beschrijving

: (dubbele punt)

Verwijzingsoperator: de dubbele punt betekent tot en met.

; (puntkomma)

Verwijzingsoperator: de puntkomma dient als scheidingsteken tussen de argumenten.

–

Negatief maken (bijvoorbeeld –1)

&

Twee tekenreeksen aan elkaar koppelen

=, < >, <=, >=, <>

Vergelijken

%

Percentage berekenen

In dit learning block worden enkele Logische-, Statistische- en Tekstfuncties behandeld. Andere functies worden besproken in het learning block Functies in de beroepspraktijk.

Welke functie je ook gebruikt, in de Offlineversie kan altijd het hulpvenster worden gebruikt. Met deze kennis ga je nu formules maken met functies.

11

2. ACTIES EN VIDEO'S Inleiding In de volgende paragrafen leer je hoe, waarom en wanneer je een functie gebruikt. Je voert de taken uit voor een campinghouder waarbij je de basisfuncties van Excel gebruikt. Bij veel functies zijn videoâ&#x20AC;&#x2122;s toegevoegd waarin je ziet hoe je een functie uitvoert.

Voor elke actie die je daarna uitvoert is een schermafbeelding gemaakt waarin met nummers de volgorde van de acties wordt aangegeven. Wat je in de afbeelding ziet, zie je ook op je beeldscherm.

De toelichting op de nummers lees je onder de afbeelding.

12

ACTIES EN VIDEO'S

Voor het uitvoeren van de acties gebruik je een oefenbestand. Dit open je door op het pictogram van de paperclip te klikken (bij boek ga je naar de digitale leeromgeving). Het bestand wordt dan geopend in de desktopversie. Daarna moet je het bestand opslaan bij OneDrive anders kun je het bestand niet op verschillende apparaten gebruiken. Het is handig om alle oefenbestanden in de map met de naam Oefeningen van Excel te plaatsen. Deze map moet je eerst maken in OneDrive.

Heb je nog nooit met OneDrive gewerkt, bestudeer dan het Learning Block OneDrive en Windows.

2.1

GEBRUIK VAN DE FUNCTIE SOM De functie SOM gebruik je om een reeks getallen op te tellen die in verschillende cellen staan.

Zien hoe je de functie SOM gebruikt? Bekijk dan de Film Functie SOM.

Met de functie SOM tel je getallen op.

De campinghouder heeft een werkblad gemaakt waarin alle standplaatsen en de prijzen ervan zijn genoteerd. Je berekent met de functie SOM hoe hoog de totale dagomzet zal zijn als alle plaatsen zijn verhuurd.

Werkmap de camping

1. Open met de paperclip de werkmap met de naam: De camping en sla deze op in de map Oefeningen Excel in OneDrive. Klik daarna op het werkblad Prijzen standplaatsen.

2. Klik in cel D8. Hier plaats je de functie SOM. 3. Klik bij het tabblad Start op de knop AutoSOM. Excel neemt als celbereik de dichtstbijzijnde cellen. Maar dat is niet wat je wilt.

4. Sleep de muisaanwijzer over het celbereik B2:P6 en bevestig met de toets Enter. De berekening is gemaakt. De cel was al opgemaakt met de notatie Financieel.

13

2.2

Functie onderdelen

Omschrijving

=

Het begin van de formule

SOM

De naam van de functie

(

Het teken dat voorafgaat aan de argumenten

B2:D4

Het gebied waarin wordt gezocht

)

Het einde van de formule

GEBRUIK VAN DE FUNCTIE SOM.ALS De functie SOM heeft ook een variant die alleen de celinhouden optelt die aan een voorwaarde voldoen. Deze functie heeft de naam SOM.ALS. Met de functie SOM.ALS tel je getallen op die aan een voorwaarden voldoen.

De campinghouder wil graag weten hoeveel de Standplaatsen a, b en c in de vakken 1, 2 en 3 opleveren; criterium is dat deze Standplaatsen € 13,00 kosten. Je gebruikt hiervoor de functie SOM.ALS. Je geeft het bereik op en het criterium waaraan moet worden voldaan.

De werkmap De camping is nog geopend en het werkblad Prijzen standplaatsen actief.

1. Klik in cel P9. Hierin plaats je de functie.

2. Typ het =-teken. Hiermee begint de formule. Typ som. Je krijgt de functies te zien die beginnen met deze letters. Klik op SOM.ALS en druk op de toets Tab. 3. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen. Het hulpvenster wordt geopend.

4. Klik in het vak Bereik en selecteer de cellen B2:D4. Klik in het vak Criterium en typ 13. Dit is wat in de cel moet staan, anders wordt het getal niet meegenomen in de optelling.

5. Klik op OK. De functie heeft berekend dat de standplaatsen die binnen het bereik vallen en € 13,00 kosten € 39,00 opleveren.

In de formulebalk staat de syntaxis van de formule. Hier is:

14

ACTIES EN VIDEO'S

2.3

Functie onderdelen

Omschrijving

=

Het begin van de formule

SOM.ALS

De naam van de functie

(

Het teken dat voorafgaat aan de argumenten

B2:D4

Het gebied waarin wordt gezocht

;

Het teken dat het gebied van het criterium scheidt

13

De voorwaarde waaraan moet worden voldaan om in de optelling meegenomen te worden

)

Het einde van de formule

GEBRUIK VAN DE FUNCTIE GEMIDDELDE De functie GEMIDDELDE gebruik je voor het bepalen van het rekenkundige gemiddelde van de opgegeven getallen. De functie telt de getallen op en deelt het resultaat door het aantal getallen.

Je kunt celadressen en -bereiken gebruiken en/of constante waarden.

Zien hoe je de functie GEMIDDELDE gebruikt? Bekijk dan de Film Functie GEMIDDELDE.

Met het gemiddelde bereken je de gemiddelde van een aantal getallen.

Voor de campinghouder bepaal je de gemiddelde prijs van de standplaatsen.

De werkmap De camping is nog geopend en het werkblad Prijzen standplaatsen actief.

1. Klik in cel D10 van het werkblad Prijzen standplaatsen. Hier plaats je de functie GEMIDDELDE. Typ het =-teken. Hiermee begint de formule.

2. Klik bij het tabblad Start op de keuzepijl bij Som en kies Gemiddelde. Excel neemt als celbereik de dichtstbijzijnde cellen. Maar dat is niet wat je wilt.

15

3. Sleep de muisaanwijzer over het celbereik B2:P6.

4. Bevestig met de knop Functie invoegen. Het gemiddelde wordt berekend. De cel was al opgemaakt met de notatie Financieel.

Lege cellen zijn toegestaan in het bereik van de functie GEMIDDELDE. De functie houdt daar rekening mee: de lege cellen worden niet meegenomen in de berekening.

2.4

GEBRUIK FUNCTIE GEMIDDELDE.ALS De functie GEMIDDELDE heeft ook een variant die alleen het gemiddelde bepaalt van de cellen waarvan de celinhoud aan een voorwaarde voldoet.

De campinghouder wil graag weten hoeveel de Standplaatsen opleveren die een prijs hebben van â&#x201A;Ź 8,00 of minder en die in vak 1, 2 of 3 liggen. Je gebruikt hiervoor de functie GEMIDDELDE.ALS. Je geeft het bereik op en het criterium waaraan moet worden voldaan.

De werkmap De camping is nog geopend en het werkblad Prijzen standplaatsen actief.

1. Klik in cel P11 van het werkblad Prijzen standplaatsen. Hierin plaats je de functie.

2. Typ het =-teken. Hiermee begint de formule. Typ gem. Je krijgt de functies te zien die beginnen met deze letters. Klik op de functie GEMIDDELDE.ALS en druk op de toets Tab. 3. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen. Het hulpvenster wordt geopend.

4. Klik in het vak Bereik en selecteer de cellen B2:D6.

5. Klik in het vak Criterium en typ <=8. Dit betekent: bereken het gemiddelde van de bedragen die kleiner dan of gelijk aan 8 zijn.

6. Klik op OK. De functie heeft berekend dat de standplaatsen die binnen het bereik vallen een gemiddelde prijs hebben van â&#x201A;Ź 7,00.

In de formulebalk staat de syntaxis van de formule. Hier is:

16

Functie onderdelen

Omschrijving

=

Het begin van de formule

ACTIES EN VIDEO'S

2.5

Functie onderdelen

Omschrijving

GEMIDDELDE.ALS

De naam van de functie

(

Het teken dat voorafgaat aan de argumenten

B2:D6

Het gebied waarin wordt gezocht

;

Het teken dat het gebied van het criterium scheidt

â&#x20AC;&#x153;<=8â&#x20AC;?

De voorwaarde waaraan moet worden voldaan om meegerekend te worden bij de bepaling van het gemiddelde. Let op: de aanhalingstekens worden door het programma zelf geplaatst

)

Het einde van de argumenten

GEBRUIK FUNCTIE AANTAL Met de functie AANTAL telt Excel het aantal cellen waarin getallen staan.

Zien hoe je de functie AANTAL gebruikt? Bekijk dan de Film Functie AANTAL.

De campinghouder wil graag weten hoeveel standplaatsen er op zijn camping zijn. Je gebruikt hiervoor de functie AANTAL.

De werkmap De camping is nog geopend en het werkblad Prijzen standplaatsen actief.

1. Klik in cel D12. Hier plaats je de functie Aantal. Typ het =-teken. Hiermee begint de formule.

2. Klik bij het tabblad Start op de keuzepijl bij AutoSom en kies Aantal getallen. Excel neemt als celbereik de dichtstbijzijnde cellen. Maar dat is niet wat je wilt.

3. Sleep de muisaanwijzer over het celbereik B2:P6 en bevestig met de toets Enter. Het aantal cellen dat getallen bevat wordt geteld. De cel was al opgemaakt met de notatie Getal met de uitlijning rechts.

17

2.6

GEBRUIK FUNCTIE AANTAL.ALS De functie AANTAL heeft ook een variant die alleen de cellen telt die aan een voorwaarde voldoen.

Deze functie heeft de naam AANTAL.ALS. Zien hoe je de functie AANTAL.ALS gebruikt? Bekijk dan de Film Functie AANTAL.ALS.

De campinghouder wil graag weten hoeveel Standplaatsen er zijn die een prijs hebben van â&#x201A;Ź 10,00. Je gebruikt hiervoor de functie AANTAL.ALS. Je geeft het bereik op en het criterium waaraan moet worden voldaan.

De werkmap De camping is nog geopend en het werkblad Prijzen standplaatsen actief.

1. Klik in cel P13. Hierin plaats je de functie AANTAL.ALS. 2. Typ het =-teken en typ a. Je krijgt de functies te zien die beginnen met deze letter. Klik op de functie AANTAL.ALS en druk op de toets Tab. 3. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen. Het hulpvenster wordt geopend.

4. Klik in het vak Bereik en selecteer de cellen B2:D6.

5. Klik in het vak Criterium en typ 10. Dit is het getal dat in de cel moet staan, anders wordt het getal niet meegenomen in de optelling.

6. Klik op OK. De functie heeft het aantal standplaatsen geteld die binnen het bereik vallen en en het criterium 10 hebben.

In de formulebalk staat de syntaxis van de formule. Hier is:

18

Functie onderdelen

Omschrijving

=

Het begin van de formule

ACTIES EN VIDEO'S

2.7

Functie onderdelen

Omschrijving

AANTAL.ALS

De naam van de functie

(

Het teken dat voorafgaat aan de argumenten

B2:P6

Het gebied waarin wordt gezocht

;

Het teken dat het gebied van het criterium scheidt

10

De voorwaarde waaraan moet worden voldoen om in de telling te worden meegenomen

)

Het einde van de argumenten

GEBRUIK VAN DE FUNCTIE AANTAL.ARG De functie AANTAL heeft nog een variant, die je kunt gebruiken als er geen getallen in de cellen staan maar teksten en/of getallen. Deze functie heet AANTALARG (aantal argumenten).

Zien hoe je de functie AANTAL.ARG gebruikt? Bekijk dan de film functie AANTAL.ARG

Met de functie AANTAL.ARG worden de niet lege cellen geteld.

In het werkblad Standplaatsen zijn alle standplaatsen per groep ingevoerd. De campinghouder wil graag weten hoeveel standplaatsen hij kan verhuren. Dit bereken je in het werkblad met de naam Standplaatsen.

De werkmap De camping is nog geopend.

1. Klik in werkblad Standplaatsen op cel G12. Hier plaats je de functie AANTALARG. Typ het =-teken. Hiermee begint immers elke formule.

2. Typ Aantal. Je krijgt de functies te zien die beginnen met deze letters. Klik op AANTALARG en druk op de toets Tab.

19

3. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen. Het hulpvenster wordt geopend.

4. Klik bij het hulpvenster in het vak Bereik en selecteer de cellen B2:P6 . Je kunt deze argumenten ook typen.

5. Klik op OK. De functie heeft alle cellen in het bereik geteld die gegevens bevatten en geeft als resultaat 75.

6. Bereken in cel G13 met de functie AANTALARG hoeveel standplaatsen in aanbouw zijn.

In de formulebalk staat de syntaxis van de formule. Hier is:

2.8

Functie onderdelen

Omschrijving

=

Het begin van de formule

AANTALARG

De naam van de functie

(

Het teken dat voorafgaat aan de argumenten

B2:P6

Het gebied waarin wordt gezocht

)

Het einde van de argumenten

GEBRUIK VAN FUNCTIE MAX Met de functie MAX zoekt Excel de maximale waarde (het hoogste getal) van een reeks getallen.

Zien hoe je de functie MAX gebruikt? Bekijk dan de Film Functie MAX.

Met de functie MAX laat je Excel zoeken naar het hoogste getal.

De campinghouder wil weten wat de duurste standplaats van de camping is.

De werkmap De camping is nog geopend.

20

ACTIES EN VIDEO'S

1. Klik in het werkblad Prijzen standplaatsen in cel D15. Hier plaats je de functie MAX. 2. Klik bij het tabblad Start op de keuzepijl bij AutoSom en kies voor Max. Excel neemt als celbereik de dichtstbijzijnde cellen. Maar dat is niet wat je wilt.

3. Sleep de muisaanwijzer over het celbereik B2:P6 en bevestig met de toets Enter. De duurste standplaats is bepaald (15 â&#x201A;Ź).

2.9

GEBRUIK VAN DE FUNCTIE MIN Met de functie MIN zoekt Excel de minimale waarde (het laagste getal) van een reeks getallen.

Zien hoe je de functie MIN gebruikt? Bekijk dan de Film Functie MIN.

Met de functie MIN laat je Excel zoeken naar het laagste getal.

De campinghouder wil weten wat de goedkoopste standplaats van de camping is.

De werkmap De camping is nog geopend en het werkblad Prijzen standplaatsen actief.

1. Klik in cel D16. Hier plaats je de functie MIN. 2. Klik bij het tabblad Start op de keuzepijl bij SOM en kies voor MIN. Excel neemt als celbereik de dichtstbijzijnde cellen. Maar dat is niet wat je wilt.

3. Sleep de muisaanwijzer over het celbereik B2:P6 en bevestig met de toets Enter. De goedkoopste standplaats is bepaald.

Je ziet de formules met functies zijn telkens op dezelfde manier opgebouwd. Het activeren van de basisfuncties kan met de knop SOM bij het tabblad Start of je kiest uit de lijst van functies.

21

2.10 GEBRUIK VAN DE FUNCTIE SOM MET HULPVENSTER Bij elke functie kun je een hulpvenster gebruiken. Met een hulpvenster houd je een beter overzicht over de handelingen die je bij een functie uitvoert. De volgende actie laat dit zien.

De campinghouder wil de omzet te bekijken van de verschillende artikelgroepen in de campingwinkel.

De werkmap De camping is nog geopend.

1. Klik in cel H3 bij het werkblad Campingwinkel. Typ =som. Je krijgt de functies te zien die beginnen met deze letters. Klik op SOM en druk op de toets Tab. 2. Klik op de knop Functie invoegen in de formulebalk. Het hulpvenster wordt geopend. Verklein het hulpvenster met de knop Verkleinen.

3. Selecteer het celbereik B5:D5. Klik op de knop Hulpvenster vergroten. Het celbereik staat in het vak Getal1. Klik op OK. Kopieer met de Vulgreep de formule naar de andere cellen.

4. Bereken met de functie SOM in cel H11 de totale omzet. De berekeningen zijn gemaakt zoals je ziet in het voorbeeld.

Bij de functie SOM kun je 255 argumenten invoeren die op verschillende plaatsen in het werkblad staan. Staat het hulpvenster op te selecteren getallen, dan kun je het hulpvenster naar een andere plaats verslepen. Ook kun je het hulpvenster verkleinen met de knop achter de invoervakken.

Het hulpvenster kun je verslepen door de muisaanwijzer in het venster te plaatsen.

2.11 GEBRUIK FUNCTIE AFRONDEN De uitkomst van een berekening kun je afronden op een geheel getal of op één of meer decimalen.

Hiervoor gebruik je de functie AFRONDEN. Voor het Aantal decimalen dat je wilt gebruiken heb je de volgende mogelijkheden: • Aantal-decimalen >0: afronden op het opgegeven aantal decimalen;

22

ACTIES EN VIDEO'S

• •

Aantal-decimalen =0: afronden op het dichtstbijzijnde gehele getal; Aantal-decimalen <0: afronden op tientallen (-1), honderdtallen (-2), enz.

Je rondt het bedrag van de totale omzet af.

De werkmap De camping is nog geopend.

1. Klik bij het werkblad Campingwinkel in cel H12 en typ =Af. Je krijgt de functies te zien die beginnen met deze letters. Klik in de keuzelijst op Afronden en druk op de toets Tab. 2. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen. Het hulpvenster wordt geopend.

3. Selecteer cel H11 of typ dit celadres bij het vak Getal.

4. Typ in het vak Aantal-decimalen0.

5. Klik in het hulpvenster op OK. Het bedrag wordt nu € 24.568,00.

Je kunt de weergave van de cel ook instellen met de knop Minder decimalen. Hierdoor verandert de waarde van het getal niet, maar zijn er minder decimalen zichtbaar. Met de functie AFRONDEN verandert de waarde van het getal wel.

2.12 CELNAAM GEBRUIKEN IN FUNCTIE Zoals je weet kun je celadressen ook een naam geven. Deze celnamen kun je gebruiken bij functies.

Weet je niet wat er bedoeld wordt met celnamen? Bestudeer dan het learning block met de naam Formules in de beroepspraktijk.

In het werkblad met de naam Overzichten moet bij het overzicht van de bestellingen de aantallen, het totaal bestelde bedrag, de minimale en maximale inkoopprijs worden berekend. Bij de formules die je hiervoor maakt gebruik je de celnamen die gemaakt zijn in de werkbladen Bestellingen en Omzetten.

23

De werkmap De camping is nog geopend.

1. Klik op het werkblad Overzichten en klik in cel B2. Hier bepaal je met de functie AANTAL en de celnaam Aantal_besteld (van het werkblad Bestellingen) het aantal bestellingen dat is gedaan. Typ =Aantal en druk op de toets Tab. 2. Klik bij het tabblad Formules op de keuzepijl bij Gebruiken in formule en klik op de celnaam Aantal_besteld. Bevestig de invoer (toets Enter of vinkje in formulebalk.

3. Maak op dezelfde wijze ook de andere formules zoals je ziet in het voorbeeld.

Je ziet het gebruik van celnamen kan je veel werk besparen.

2.13 GEBRUIK VAN DE FUNCTIE ALS Naast de statistische functies zoals MAX en MIN is er ook nog een handige functie met de naam ALS. Met deze functie kun je controleren of de inhoud van een cel aan een bepaalde voorwaarde voldoet. Voldoet de inhoud van de cel aan de voorwaarde, dan zal Excel automatisch teksten of getallen plaatsen of een berekening uitvoeren. Voldoet de inhoud van de cel niet aan de voorwaarde, dan plaatst Excel andere gegevens. Excel noemt de voorwaarde die in de functie ALS wordt gebruikt, een logische test. Als een test waar is, wordt de opdracht waar uitgevoerd. Is de test onwaar, dan wordt de opdracht onwaar uitgevoerd.

Zien hoe je de functie ALS gebruikt? Bekijk dan de Film Functie ALS.

Bij de functie ALS kun je in de voorwaarden de volgende logische operatoren gebruiken.

24

Vergelijkingsoperator

Word genoemd

Betekenis met voorbeeld

=

gelijkteken

Is gelijk aan (A1=B1)

>

groter-dan-teken

Is groter dan (A1>B1)

<

kleiner-dan-teken

Is kleiner dan (A1<B1)

>=

groter-dan-of-gelijk-aan-teken

Is groter dan of gelijk aan (A1>=B1)

<=

kleiner-dan-of-gelijk-aan-teken

Is kleiner dan of gelijk aan (A1<=B1)

<>

niet-gelijk-aan-teken

Is niet gelijk aan (A1<>B1)

ACTIES EN VIDEO'S

De campinghouder heeft een grote forellenvijver, waarin men met een driedaags arrangement kan vissen. Hierbij verhuurt hij ook boten. In het laagseizoen kan men de boot huren voor 50% van de prijs. Anders betaalt men het bedrag dat vermeld staat in de prijslijst.

Je maakt een formule met de functie ALS die test of de periode hoog of laag is en uitrekent wat men in beide periodes moet betalen.

De werkmap De camping is nog geopend.

1. Klik op het werkblad Arrangement. Je ziet in kolom B wanneer het laag- of hoogseizoen is.

2. Klik in cel D7 en typ =als. Klik in de keuzelijst op ALS en druk op de toets Tab. 3. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen. Het hulpvenster wordt geopend.

4. Klik in het vak Logische-test en typ B7=”L” Hiermee geef je aan dat getest moet worden of in cel B7 een L staat.

5. Klik in het vak Waarde-als-Waar en typ C7*50% Hiermee geef je aan dat als in cel B7 de letter L staat de uitkomst van deze formule moet worden geplaatst.

6. Typ in het vak Waarde-als-onwaar C7.Hiermee geef je aan dat als in cel B7 de letter H (of iets anders dan alleen een L) staat het bedrag moet worden geplaatst dat in cel C7 staat.

Immers, het is dan hoogseizoen.

7. Kopieer met de Vulgreep de formule naar de volgende rijen te kopiëren en je ziet dat de juiste bedragen worden geplaatst.

Bij de functie ALS moet tekst tussen dubbele aanhalingstekens worden geplaatst.

In de formulebalk staat de syntaxis van de formule. Hier is: Functie onderdelen

Omschrijving

=

Het begin van de formule

ALS

De naam van de functie

(

Het teken dat voorafgaat aan de argumenten

B7=”L”

De logische test

Waarde-als-waar

De formule die wordt uitgevoerd als de test waar is

Waarde-als-onwaar

De waarde die wordt geplaatst als de test niet waar is

25

Functie onderdelen

Omschrijving

)

Het einde van de formule

De campinghouder heeft bedacht dat als men een boot huurt en meer dan â&#x201A;Ź 100,00 moet betalen, men een korting van tien procent krijgt. Als het bedrag lager is, krijgt men geen korting. Je bepaalt met de functie ALS wanneer men een korting krijgt en hoeveel betaald moet worden.

De werkmap De camping is nog geopend.

1. Klik op het werkblad Huurboten.

2. Klik in cel C6, typ =als en kies uit de keuzelijst ALS en druk op de toets Tab. 3. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen. Het hulpvenster wordt geopend.

4. Klik in het vak Logische-test en typ B6>100.

5. Typ in het vak Waarde-als-waarB6*10% 6. Typ in het vak Waarde-als-onwaar 0.

7. Klik in het hulpvenster op OK. 8. Kopieer met de Vulgreep de formule naar de volgende rijen te kopiĂŤren en je ziet dat de juiste bedragen worden geplaatst.

9. Maak in cel D6 een formule waarmee je berekent hoeveel de klant moet betalen.

10. Kopieer de formule met de Vulgreep naar de volgende rijen.

Met de functie ALS kun je dus allerlei logische testen uitvoeren. In plaats van een berekening kun je ook een tekst plaatsen, bijvoorbeeld: Korting of Geen korting. De woorden moeten dan wel tussen dubbele aanhalingstekens worden geplaatst, als je de formule zelf in de formulebalk typt.

2.14 REKENEN MET DATUMS Een datum wordt in Excel omgezet in een getal. Hierdoor is het mogelijk om met datums te rekenen.

Je kunt bijvoorbeeld twee datums van elkaar aftrekken en zo het aantal dagen dat ertussen ligt berekenen.

De campinghouder heeft een werkblad gemaakt waarin de reserveringen zijn ingevoerd. Je rekent met twee datums uit hoe lang de campinggasten blijven.

26

ACTIES EN VIDEO'S

De werkmap De camping is nog geopend 1. Klik op het werkblad met de naam Reserveringen.

Je ziet in kolom B de aankomstdatum en in kolom C de vertrekdatum. In kolom D bereken je het aantal dagen dat de klant op de camping verblijft. De kolommen B en C hebben de notatie Datum en kolom D heeft de notatie Getal. Zonder deze notaties werkt de formule niet.

2. Klik in cel D4 en typ in de formulebalk =C4-B4 en bevestig de invoer. De berekening is gemaakt. Je had ook de cellen kunnen selecteren of de formule in de cel kunnen typen.

3. Kopieer met de Vulgreep de berekening naar de volgende rijen.

Meer over rekenen met tijd leer je in het learning block Datum- en tijdfuncties.

2.15 GEBRUIK VAN DE FUNCTIE VANDAAG Een veelgebruikte functie is VANDAAG. Door deze functie verschijnt altijd de huidige datum wanneer je het werkblad opnieuw opent.

Je kunt de datum van vandaag ook met de sneltoets Ctrl+; in een cel zetten. Deze datum is vast en wordt niet bijgewerkt als je de werkmap opnieuw opent.

Je plaatst de functie Vandaag in het werkblad Reserveringen, zodat steeds wanneer het werkblad wordt geopend de datum van die dag te zien is.

De werkmap De camping is nog geopend en het werkblad Reserveringen actief.

1. Klik in cel E3 van het werkblad Reserveringen, typ =van en kies de functie VANDAAG. Druk op de toets Tab. 2. Klik in de formulebalk op het vinkje voor bevestiging. Omdat in de cel al een Lange datumnotatie was ingesteld, zie je nu de datum en de dag van vandaag staan.

27

2.16 GEBRUIK VAN TEKSTFUNCTIES Veel functies binnen Excel zijn gemaakt om rekenkundige bewerkingen te verrichten. Maar er zijn ook Tekstfuncties waarmee de tekst in een cel kan worden gescheiden of tekst van cellen kan worden samengevoegd. In de volgende instructies leer je verschillende tekstfuncties gebruiken.

Zien hoe je tekstfuncties gebruikt? Bekijk dan de Film Tekstfuncties.

2.17 GEBRUIK VAN DE TEKSTFUNCTIE LINKS Soms zijn er verschillende gegevens in ĂŠĂŠn cel geplaatst en wil je deze graag splitsen over meer cellen. Een voorbeeld hiervan is een klantcode die samengesteld is uit een klantnummer en de code van de boeking. Met de functie LINKS kun je Excel een aantal tekens laten tellen, gerekend vanaf het eerste teken dat links in de cel staat, en deze in een andere cel laten plaatsen.

Je gebruikt de functie LINKS om het klantnummer te scheiden van de boekingscode.

De werkmap De camping is nog geopend.

1. Klik bij het werkblad met de naam Letters Links en Rechts 2. Typin cel B2=li. Je krijgt de functies te zien die beginnen met deze letters. Klik op LINKS en druk op de toets Tab. 3. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen.

4. Typ in het vak Tekst, A2 (of selecteer dit celadres).

5. Typ in het vak Aantal-tekens het getal 4 (dit is het aantal tekens dat wordt geplaatst).

6. Klik op OK. De eerste vier tekens van de klantcode worden in de cel geplaatst.

7. Kopieer met vulgreep de formule naar de volgende cellen.

In de formulebalk staat de syntaxis van de formule. Hier is:

28

Functie onderdelen

Omschrijving

=

Het begin van de formule

LINKS

De naam van de functie

(

Het teken dat voorafgaat aan de argumenten

ACTIES EN VIDEO'S

Functie onderdelen

Omschrijving

A2

De cel waarin de tekens staan die gekopieerd moeten worden

4

Het aantal letters vanaf links dat wordt geteld

)

Het einde van de formule

2.18 GEBRUIK VAN DE TEKSTFUNCTIE RECHTS Met de functie RECHTS bereik je het omgekeerde van de functie LINKS. Met deze functie kun je een aantal tekens opgeven, gerekend vanaf de rechterkant van de cel, en deze in een andere kolom laten plaatsen.

Je plaatst in cel C2 de laatste drie tekens van cel A2.

De werkmap De camping is nog geopend.

1. Klik op het werkblad met de naam Letters Links en Rechts 2. Typin cel C2=re. Je krijgt de functies te zien die beginnen met deze letters. Klik op RECHTS en druk op de toets Tab. 3. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen. Het hulpvenster wordt geopend.

4. Klik op cel A2 (of typ dit adres).

5. Typ in het vak Aantal-tekens het getal 4.

6. Klik op OK. De laatste drie tekens van de klantcode worden in de cel geplaatst.

7. Kopieer met vulgreep de formule naar de volgende cellen.

In de formulebalk staat de syntaxis van de formule. Hier is: Functie onderdelen

Omschrijving

=

Het begin van de formule

RECHTS

De naam van de functie

(

Het teken dat voorafgaat aan de argumenten

A2

De cel waarin de tekens staan die gekopieerd moeten worden

3

Het aantal letters vanaf rechts dat wordt geteld

)

Het einde van de formule

29

2.19 GEBRUIK VAN DE TEKSTFUNCTIE DEEL Bij het optimaliseren van gegevens kan het ook voorkomen dat je maar een beperkt aantal van de tekens die in de cel staan wilt verplaatsen. Je gebruikt dan de functie DEEL. Bij deze functie voer je het rangnummer van het eerste teken in, gerekend vanaf het eerste teken in de cel. Vervolgens voer je het aantal tekens in dat je in de andere cel wilt plaatsen.

Je plaatst een deel van de tekst (de Postcode) van cel I2 in cel J2.

De werkmap De camping is nog geopend.

1. Typ bij het werkblad met de naam Letters Links en Rechts.

2. Typ in cel J2=de. Je krijgt de functies te zien die beginnen met deze letters. Klik op DEEL en druk op de toets Tab. 3. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen. Het hulpvenster wordt geopend.

4. Typ in het vak Tekst op cel I2 (of selecteer de cel).

5. Typ in het vak Begin_getal het getal 1 (dit is het eerste teken vanaf links in de cel).

6. Typ in het vak Aantal-tekens het getal 7 (dit is het aantal tekens van cel I2, gerekend vanaf het eerste teken van de cel, dat in cel J2 geplaatst moet worden.

7. Klik op OK. De eerste zeven tekens van cel I2 worden in cel J2 geplaatst.

8. Kopieer met de vulgreep de formule naar de volgende cellen.

9. Maak ook nog een formule om alleen de woonplaats in kolom K te plaatsen.

In de formulebalk staat de syntaxis van de formule. Hier is:

30

Functie onderdelen

Omschrijving

=

Het begin van de formule

DEEL

De naam van de functie

(

Het teken dat voorafgaat aan de argumenten

I2

De cel waarin de tekens staan die gekopieerd moeten worden

1

Dit is het eerste teken gerekend van af links

7

Dit is het aantal tekens dat wordt geplaatst in de cel

)

Het einde van de formule

ACTIES EN VIDEO'S

Voor de meeste tekstfuncties geldt dat er een hulpkolom moet worden gemaakt om de resultaten in te plaatsen.

2.20 GEBRUIK VAN DE TEKSTFUNCTIE TEKST.SAMENV Vaak worden gegevens niet op de juiste wijze ingevoerd, zo kunnen het adres en het huisnummer in twee kolommen staan, maar soms kunnen ze beter in ĂŠĂŠn kolom staan. Excel kan deze twee kolominhouden samenvoegen in een nieuwe kolom. Voor het samenvoegen gebruik je de functie TEKST.SAMENV. In het werkblad Adressen van de werkmap De camping heeft de campinghouder de adressen van de campinggasten ingevoerd, maar het adres en het huisnummer staan in twee kolommen.

Je verandert dit.

De werkmap De camping is nog geopend.

1. Klik bij het werkblad Adressen.

2. Typ in cel H2 en typ =te. Je krijgt de functies te zien die beginnen met deze letters. Klik op TEKST.SAMENV en druk op de toets Tab. 3. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen. Het hulpvenster wordt geopend.

4. Selecteer in het vak Tekst1 cel F2 (of typ dit adres).

5. Klik in het tweede vak en druk op de spatiebalk.

6. Klik in het derde vak en klik op cel G2.

7. Klik op OK. De functie heeft de teksten samengevoegd tot een geheel.

8. Kopieer met de Vulgreep de formule naar de volgende cellen.

In de formulebalk staat de syntaxis van de formule. Hier is: Functie onderdelen

Omschrijving

=

Het begin van de formule

TEKST.SAMENVOEGEN

De naam van de functie

(

Het teken dat voorafgaat aan de argumenten

31

Functie onderdelen

Omschrijving

F2

De cel waarin de eerste tekst staat

;

Het scheidingsteken tussen de argumenten

â&#x20AC;&#x153;â&#x20AC;?

De spatie

;

Het scheidingsteken tussen de argumenten

G2

De cel waarin de tweede tekst staat

)

Het einde van de formule

2.21 GEBRUIK VAN DE TEKSTFUNCTIE HOOFDLETTERS Met de tekstfunctie HOOFDLETTERS is het mogelijk om kleine letters om te zetten naar hoofdletters.

In het werkblad met de naam Adressen staat de Postcode in twee kolommen. De Postcode is in kleine letters getypt. Om dit te veranderen heeft Excel de functie met de naam HOOFDLETTERS, die kleine letters kan omzetten naar hoofdletters.

De werkmap De camping is nog geopend.

1. Typ bij het werkblad Adressen in cel J2 =ho. Je krijgt de functies te zien die beginnen met deze letters. Klik op HOOFDLETTERS en druk op de toets Tab. 2. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen. Het hulpvenster wordt geopend.

3. Selecteer cel I2 (of typ dit adres).

4. Klik op OK. De functie heeft de letters van cel I2 in hoofdletters geplaatst.

5. Kopieer met de Vulgreep de formule naar de volgende cellen.

6. Voeg in cel L3 de letters van de Postcode en de cijfers samen.

7. Kopieer met de Vulgreep de formule naar de volgende cellen.

32

ACTIES EN VIDEO'S

In de formulebalk staat de syntaxis van de formule. Hier is: Functie onderdelen

Omschrijving

=

Het begin van de formule

Hoofdletters

De naam van de functie

(

Het teken dat voorafgaat aan de argumenten

I2

Het celadres met de tekst die naar hoofdletters omgezet moet worden

)

Het einde van de formule

Voor het omzetten naar kleine letters naar hoofdletters heeft Excel de functie KLEINE.LETTERS. Ook de formule voor deze functie moet je in een lege kolom plaatsen.

2.22 GEBRUIK VAN DE FUNCTIE SPATIES WISSEN Een andere tekstfunctie is de functie SPATIES.WISSEN. Hiermee kun je overtollige spaties verwijderen.

In het werkblad Adressen staan in kolom M spaties voor de plaatsnamen. Je verwijdert deze spaties met de functie SPATIES.WISSEN.

De werkmap De camping is nog geopend.

1. Klik bij het werkblad Adressen.

2. Klik in cel N2 en typ = sp. Je krijgt de functies te zien die beginnen met deze letters. Klik op SPATIES.WISSEN en druk op de toets Tab. 3. Klik in de formulebalk op de knop Functie invoegen. Het hulpvenster wordt geopend.

4. Klik op cel M2.

5. Klik op de knop OK. De functie heeft in cel N2 de spaties gewist.

6. Kopieer met de Vulgreep de formule naar de volgende cellen.

In de formulebalk staat de syntaxis van de formule. Hier is: Functie onderdelen

Omschrijving

=

Het begin van de formule

33

Functie onderdelen

Omschrijving

SPATIES.WISSEN

De naam van de functie

(

Het teken dat voorafgaat aan de argumenten

)

Het einde van de formule

De kolommen die je niet nodig hebt kun je verbergen met de optie Kolommen verbergen.

Deze optie is besproken in het learning block Basisvaardigheden in de praktijk. Voor het verbergen handel je als volgt. Klik op kolomletter die je wilt verbergen, houd de toets Ctrl ingedrukt wanneer je eventuele andere kolommen wilt verbergen. Klik bij het tabblad Start, keuzepijl Opmaak, Weergeven en verbergen, Kolommen verbergen. Voor het zichtbaar maken herhaal je de handelingen en kies je voor zichtbaar maken.

2.23 GEBRUIK VAN DE FUNCTIE TRANSPONEREN Soms staan de gegevens die je in kolommen wilt zien in rijen. Met de optie Transponeren kun je gegevens die in kolommen zijn ingevoerd draaien, zodat ze in rijen worden geplaatst.

Zien hoe je de functie transponeren gebruikt? Bekijk dan de Film Transponeren.

Met de functie transponeren draai je de gegevens van de kolommen naar de rijen.

In het werkblad Transponeren staan de prijzen van de standplaatsen per vak in kolommen en de verschillende soorten standplaatsen in rijen. De campinghouder wil dit anders gepresenteerd hebben. Je transponeert de rijen naar kolommen en de kolommen naar rijen.

De werkmap De camping is nog geopend.

34

ACTIES EN VIDEO'S

1. Klik op het werkblad Transponeren en selecteer het celbereik A1:P6. Druk op de toetscombinatie Ctrl+c om de gegevens te kopiëren.

2. Klik in cel A10 (hierin plaats je het getransponeerde bereik).

3. Klik bij het tabblad Start, keuzepijl Plakken, op de knop Transponeren. De gegevens per vak worden gepresenteerd in rijen.

4. Vergroot de kolombreedte, zodat de gegevens van de getransponeerde cellen goed zichtbaar zijn 5. Wis de rijen 1 tot en met 6. Alleen het getransponeerde bereik staat nog in het werkblad.

6. Sluit de werkmap.

De optie Transponeren is te activeren via de keuzepijl van de knop Plakken of in het venster Plakken speciaal. Gebruik je cellen die formules bevatten, dan worden ook de formules getransponeerd.

Zorg er bij het transponeren voor dat er genoeg lege cellen zijn om de gegevens naar te kopiëren.

Voor het snel vergroten van de kolombreedte van meerdere kolommen selecteer je de kolomletters en sleep je de scheidingslijn van één kolom naar rechts.

Gebruik, indien nodig, bij het transponeren absolute celverwijzingen.

Dit waren de basisfuncties die je bij Excel kunt gebruiken. In de learning blocks Functies in de beroepspraktijk en Datum- en tijdfuncties worden meer functies uitgelegd.

35

3. SIMULATIE DE CAMPING Wat ga je doen?

In deze simulatie met werkzaamheden voor een campinghouder kun je het geleerde oefenen.

OPDRACHT 1: WERKMAP OPENEN Simulatie De Camping

1. Open de werkmap met de naam: Simulatie De camping. Vergeet niet deze op te slaan in de map Oefeningen van Excel bij OneDrive.

OPDRACHT 2: CAMPINGACTIVITEITEN Op de camping worden allerlei activiteiten georganiseerd. Een deel ervan wordt genoteerd in werkbladen van Excel. Je voert hierop berekeningen uit.

Gebruikte opties: formules maken, functie AANTAL, functie AANTALARG, functie GEMIDDELDE, functie MAX, functie MIN

1. Klik op het werkblad Prijzen activiteiten. In dit werkblad zijn de activiteiten voor de komende week genoteerd. In kolom I bereken je met de functie AANTALARG hoe vaak elke activiteit plaatsvindt

OPDRACHT 3: ZWEMMEN De scores van het zwemmen worden bijgehouden in een werkblad. Jij berekent de hoogste, laagste en gemiddelde score.

Gebruikte opties: formules maken, functie GEMIDDELDE, functie MAX, functie MIN

36

SIMULATIE DE CAMPING

1. Klik op het werkblad met de naam Wedstrijd zwemmen.

2. Bepaal met de functie MAX de hoogste score, met de functie MIN de laagste score en met de functie GEMIDDELDE de gemiddelde score.

3. Bepaal in cel C12 het aantal deelnemers met de functie AANTALARG.

OPDRACHT 4: BARBECUE Twee keer per week wordt een barbecue gehouden. Hiervoor moet men zich inschrijven. Iedereen kan kiezen voor een barbecue met onbeperkt drinken of een barbecue zonder drank. Je noteert dit in een werkblad.

Gebruikte opties: functie ALS

1. Klik op het werkblad met de naam Barbecue.

37

2. Bepaal met de functie ALS wat iedereen moet betalen. Plaats in Cel E8 een formule met de functie ALS waarmee je bepaalt wat iedereen moet betalen. Als in cel C8 ja staat, betaalt men â&#x201A;Ź 10,00 maal het aantal personen ($B$3*D8). Als in cel C8 nee staat, betaalt iedereen â&#x201A;Ź 6,00 (cel B4) maal het aantal personen ($B4$*D8). Vergeet niet de juiste celverwijzingen absoluut te maken.

3. Bepaal in cel F3 het aantal deelnemers.

4. Bereken in cel F4 het bedrag dat betaald is.

OPDRACHT 5: RESERVERING Er moet een factuur worden gemaakt voor een reservering. Let op: de datums in het voorbeeld in deze opdracht zijn natuurlijk anders dan die van nu.

Gebruikte opties: functie SOM, functie VANDAAG.

1. Klik op het werkblad Factuur.

2. In cel B5 plaats je met de functie VANDAAG de datum.

3. In cel B8 plaats je de aankomstdatum, die vier weken later zal zijn.

38

SIMULATIE DE CAMPING

4. In cel B9 plaats je de vertrekdatum, die veertien dagen later zal zijn dan de aankomstdatum (de datums in het voorbeeld zijn natuurlijk niet actueel).

5. In cel B10 bereken je het aantal dagen.

6. In cel E13 bereken je met een formule het subtotaal. Kopieer deze formule naar de volgende rijen.

7. In cel E19 bereken je met de functie SOM het totaal.

8. In cel B21 bereken je de datum, die veertien dagen later is dan de factuurdatum.

39

4. SIMULATIE DE SCOOTERWINKEL Wat ga je doen?

In deze simulatie werk je voor een scooterwinkel. Je gebruikt voor de berekeningen in de werkbladen verschillende functies. Je optimaliseert een werkblad met adressen en maakt met een ALS functie analyses.

OPDRACHT 1: WERKMAP OPENEN Simulatie De scooterwinkel

1. Open de werkmap met de naam: Simulatie De scooterwinkel. Vergeet niet deze op te slaan in de map Oefeningen van Excel bij OneDrive.

OPDRACHT 2: GEBRUIK FUNCTIES BIJ VERKOOP Je berekent met een functie hoeveel scooters er zijn verkocht van het model Mio, De gemiddelde prijs van de scooters van het merk Honda en de totaalprijs van de modellen van Yamaha.

Gebruikte opties: formules maken, functie AANTAL.ALS, functie GEMIDDELDE.ALS, functie SOM.ALS

1. Klik op het werkblad met de naam Catalogus.

2. Bereken in cel H2 met de functie Aantal.ALS hoeveel scooters er van het model Mio zijn.

3. Bereken in cel H4 met de functie Gemiddelde.ALS gemiddelde Totaalprijs van de scooters van het merk Honda.

4. Bereken in cel H6 met de functie SOM.ALS de Totaalprijs van de modellen Yamaha.

40

SIMULATIE DE SCOOTERWINKEL

OPDRACHT 3: GEBRUIK FUNCTIES BIJ RESULTATEN Je berekent de resultaten van de salesmanagers.

1.

2.

3.

4.

Klik op het werkblad met de naam Resultaten.

Bereken in cel F4 met een functie de hoogste score per salesmanager.

Bereken in cel G4 de laagste score per salesmanager.

Bereken in cel H4 met de gemiddelde scorevan de salesmanagers.

Kopieer met vulgreep de formule naar de andere rijen.

OPDRACHT 4: GEBRUIK FUNCTIES BIJ AANTALLEN Je berekent welke klanten nog niet betaald hebben, al betaald hebben en hoeveel klanten er zijn.

1.

2.

3.

4.

Klik op het werkblad met de naam Facturen.

Bereken in cel D2 met de functie Aantal.Lege.Cellen hoeveel klanten nog niet hebben betaald.

Bereken in cel D3 met de functie AantalArg hoeveel klanten er al hebben betaald.

Bereken in D4 aan hoeveel klanten een factuur is gestuurd.

OPDRACHT 5: GEBRUIK FUNCTIE ALS BIJ ACTIE Je test welke actie van toepassing is.

41

1. Klik op het werkblad met de naam Actie. In cel D3 bepaal je met de functie ALS dat bij een prijs hoger dan 4000 euro gratis een gps wordt gegeven, in andere gevallen krijgt men een volle tank.

Kopieer met de vulgreep de formule naar de volgende cellen.

OPDRACHT 6: GEBRUIK FUNCTIE ALS BIJ BEOORDELING MEDEWERKERS Je test de beoordeling van de werknemers.

1. Klik op het werkblad met de naam Beoordeling. In cel D6 bepaal je met de functie ALS dat bij een code lager dan 5 er in cel D6Onvoldoende komt te staan en in de andere gevallen goed.

Kopieer met de vulgreep de formule naar de volgende cellen.

42

SIMULATIE DE SCOOTERWINKEL

OPDRACHT 7: GEBRUIK FUNCTIE ALS BIJ BEOORDELING UREN Je test of de scooters een korting krijgen of op makrtplaats wordtde medewerkers genoeg uren hebben gemaakt.

1. Klik op het werkblad met de naam Urensalesmanager.

2. Bepaal in cel I7 met de functie ALS dat als de manager minder dan 32 uur heeft gewerkt er de tekst te weinig komt te staan en in de andere gevallen goed.

3. Kopieer met de vulgreep de formule naar de volgende cellen.

OPDRACHT 8: GEBRUIK FUNCTIE ALS BIJ BEOORDELING VOOR KORTING Je test of de de scooters een korting krijgen.

1. Klik op het werkblad met de naam Scooters.

2. Bereken in cel G2 met de functie ALS een korting van 20% als de prijs hoger is dan 3000 euro in de andere gevallen komt er te staan geen korting.

3. Kopieer met de vulgreep de formule naar de volgende cellen.

OPDRACHT 9: GEBRUIK FUNCTIE ALS BIJ BEOORDELING NAAR MARKTPLAATS Je test of de de scooters op marktplaats worden gezet.

43

1. Het werkblad met de naam Scooters is nog actief.

2. plaats in cel H2 met de functie ALS het woord Ja als het bouwjaar eerder is dan 2014 in de andere gevallen komt er het woord Nee te staan.

3. Kopieer met de vulgreep de formule naar de volgende cellen.

OPDRACHT 10: GEBRUIK TEKSTFUNCTIE LINKS Je maakt een adreslijst compleet.

1. Klik op het werkblad met de naam Adressen klanten.

2. Klik in cel G2 en gebruik de tekstfunctie LINKS om de postcode te selecteren die in cel F2 staat 3. Kopieer met de vulgreep de formule naar de volgende cellen.

OPDRACHT 11: GEBRUIK TEKSTFUNCTIE DEEL Je maakt een adreslijst compleet.

44

SIMULATIE DE SCOOTERWINKEL

1.

2.

3.

4.

Het werkblad met de naam Adressen klanten is nog actief.

Klik in cel H2 en gebruik de tekstfunctie DEEL om de woonplaats te selecteren die in cel F2 staat Kopieer met de vulgreep de formule naar de volgende cellen.

Sluit de werkmap.

45

5. AFSLUITING In dit learning block is geĂŻnstrueerd hoe je Functies gebruikt in een werkblad. Door gebruik van functies kun je een formule korter maken. Dit is weer tijdbesparend. In dit learning block zijn de basisfuncties besproken. Wil je meer weten over Functies bestudeer dan het learning block Functies in de beroepspraktijk.

In de volgende paragrafen toets je of je de stof van dit Learning Block beheerst.

Bij de paragraaf Test jezelf beantwoord je multiplechoice vragen die je daarna zelf kunt controleren op de juiste antwoorden. Met de Afsluitende toets werk je met twee vensters of twee apparaten.

In Excel voer je de taken uit die worden gegeven in de digitale leeromgeving. Zo test je live of je kennis en vaardigheden bezit die nodig zijn om professioneel en efficiĂŤnt te werken met Excel.

46

TEST JEZELF

6. TEST JEZELF 6.1

TEST JEZELF Doe de opdracht Test jezelf online.

47

7. AFSLUITENDE TOETS 7.1

WELKE FUNCTIES GA JE TOETSEN? In deze praktijktoets test je of je de opties, geleerd in dit Learning Block, kunt toepassen.

Het resultaat van deze praktijktoets ziet er als volgt uit.

De tijdsindicatie voor deze toets is 20 minuten.

De opties die je gebruikt zijn: • Datum rekenen • Eigenschappen • Celnaam definiëren • Functie AANTAL • Functie AANTAL.ALS • Functie ALS • Functie GEMIDDELDE • Functie GEMIDDELDE.ALS • Functie MAX • Functie MIN Maak de afsluitende toets online.

48