Geloven Onderweg 2014 kwartaal 4

Page 1

geloven

onderweg

dominicaans tijdschrift voor bezinning, bezieling en beweging losse verkoopprijs ďż˝ 7,50

4

winter 2014 | jaargang 132

Liesbeth Woertman

Colet van der Ven

Jakob van Wielink

Rasit Bal

Vertrouwen en toekomst


Inhoud Colofon Geloven Onderweg Dominicaans tijdschrift voor bezinning, bezieling en beweging Jaargang 132 Verschijnt 4 keer per jaar Uitgave van Stichting Dominicanenklooster Huissen Redactie Ernst Marijnissen Holkje van der Veer Henk Jongerius Theo Menting Stef de Kroon (eindredacteur) Gitta Nieuwenburg (beeldredacteur) Aalt Bakker (hoofdredacteur) Redactieadres Postbus 59 6850 AB Huissen Telefoon: 026 – 326 44 22 E-mail: redactie@kloosterhuissen.nl www.dominicanenkloosterhuissen.nl Uitgever Stichting Dominicanenklooster Huissen E-mail: aaltbakker@kloosterhuissen.nl Abonnementen-administratie Postbus 59 6850 AB Huissen Telefoon: 026 – 326 44 22 E-mail: abonnementen@kloosterhuissen.nl Tarieven 2014 Geloven Onderweg verschijnt 4 maal per jaar Jaarabonnement € 25,00 via automatische incasso Opzegging van abonnement kan uitsluitend schriftelijk en uiterlijk 2 maanden voor het verstrijken van de betalingsperiode. De tarieven zijn inclusief BTW. Losse verkoopprijs € 7,50 (exclusief verzendkosten) Vormgeving Marieke de Vlieger Technische realisatie Uitgeverij Skandalon Auteursrechten © Copyright Dominicanenklooster Huissen Afbeelding omslag Mark Rothko | Ochre and Red on Red | 1962 issn 0920-2544

Redactioneel

3

Na het eerste oordeel

4

En zij gingen beiden tezamen

6

In jouw ogen vind ik mijn lot

9

G itta N ieuwenburg E rnst M arijnissen H olkje

van der

V eer

Ik loop wel even met je mee

12

God, waar ben je?

15

Archeoloog met een mild hart

16

H enk J ongerius R oy C lermons J akob

van

W ielink

God weet komt het goed T heo M enting

19

In gesprek met Matthijs Meeuwsen 22

H olkje

van der

V eer

Offerfeest en offeren

24

Utopia

27

R asit B al H olkje

van der

V eer

Ik steek een kaarsje op voor...

30

Ik vertel, dus ik ben

32

Denken, altijd maar denken

36

T heo M enting

L iesbeth W oertman C olet

van der

V en

Agenda voor onderweg

40

Gedicht voor onderweg

44


Vertrouwen en toekomst Wat onmenselijk lijkt het verhaal van Abraham en Izak in eerste instantie te zijn. Toch zit in het bekende verhaal het thema van deze uitgave. Gelukkig gaat het niet om een mensenoffer, maar om vertrouwen en om toekomst. Met vertrouwen op God, op Allah of op liefde, komt een toekomst voor ons allemaal in beeld. Een toekomst waarin de kwetsbaren ook mens zijn en zij volop mee kunnen doen. Het indrukwekkende verhaal wordt in dit nummer op verschillende manieren uitgewerkt. Van een regelrechte aanklacht (God waar ben je?) tot offers brengen en kloostergeloftes in het TV programma Utopia. Hoe kunnen wij vertrouwen en wat kunnen wij doen aan een mooie toekomst voor iedereen? Kunnen we als medemens met de ander op reis gaan? Dat vergt nogal wat, want alles wat we de ander willen bieden, moeten we eerst zelf in de spiegel aangaan, nietwaar? Het is niet gemakkelijk om bij het leed en de onrechtvaardigheid onszelf te blijven. Maar we kunnen ons toch niet afwenden van het onrecht, of ons in slaap laten sussen of anderen veroordelen? Wat kunnen we meer doen dan er te zijn, aanwezig te zijn om anderen te zien en te erkennen? Annemiek Schrijver reikte een prachtig boeddhistisch gedichtje aan. ‘Zolang er ruimte is en voelende wezens voortleven, moge ook ik blijven bestaan om de ellende van de wereld te verdrijven.’ Het beste wat we kunnen doen voor de ander is er te zijn, zo schrijft Etty Hillesum. Men moet proberen de hoeveelheid liefde op aarde te vergroten, schrijft ze. Zij was zelf een indrukwekkend voorbeeld van iemand die vol liefde was en bewogen met anderen, terwijl ze zelf ook een intensieve innerlijke weg ging. Honderd jaar na haar geboorte inspireert zij nog steeds vele mensen. Volledig in lijn met het thema staan ook de andere bijdragen. Een tekst van hoogleraar Liesbeth Woertman, die ze uitsprak tijdens een prachtig symposium over herstelverhalen. Ze zegt dat werken in de geestelijke gezondheidszorg het leveren van een bijdrage is aan herstel en aan het op orde brengen van het levensverhaal. Daarnaast een indrukwekkende bijdrage van journaliste Colet van der Ven over het kwaad en over denken als wapen tegen moreel analfabetisme. Laten we er zijn, voor onszelf én voor de ander. We zijn allemaal mens, heel in gebrokenheid. Aalt Bakker hoofdredacteur

bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

3


toelichting bij de omslag door: gitta nieuwenburg, kunstenares

Na het eerste oordeel

W

anneer ik een workshop schilderen geef, merk ik dat de deelnemers het vaak lastig vinden om een begin te maken op het witte doek dat voor hen ligt. Het eerste oordeel over het eigen kunnen staat in de weg om in vrijheid het penseel ter hand te nemen. Om toegang te vinden tot de ruimte achter het eerste oordeel, helpt het om in kleuren te denken en niet aan het eindresultaat. Kleuren die passen bij je gemoedstoestand en die je hart raken. Door zorgvuldig op zoek te gaan naar de juiste kleur, opent zich dikwijls de weg naar wat er achter de façade van het eerste oordeel ligt. Het blijkt dat het kijken naar kleuren een stroom in gang zet die de vrije associatie met wat van­ binnen leeft stimuleert. Het is een prachtig fenomeen om te zien dat ­mensen in staat zijn om vanuit hun ziel te schilderen en geen mooi of lelijk hen meer tegen­ houdt. Het enige wat dan nog telt is dat ‘het klopt’. ‘Het’ staat dan voor het samenvallen van het beeld en de gevoelsbeleving. Color Field Ditzelfde fenomeen van het eerste oordeel zien we ook bij het kijken naar kunst. Een museumbezoek veronderstelt dat we de tijd gaan nemen om te kijken naar het geëxposeerde. Maar niets is minder waar. Het blijkt dat we gemiddeld slechts negen seconden de tijd nemen om iets te vinden van een schilderij. Het eerste oordeel, veel verder komen we niet. Mooi of lelijk, en met een beetje geluk beoordelen we ook nog of de kunstenaar bekwaam is. De waarneming blijft aan de oppervlakte steken. Maar wat gebeurt er als we daadwerkelijk stilstaan en een

4

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

schilderij op ons in laten werken? We moeten in de woorden van kunstenaar Mark Rothko (1903-1970) doen aan zelfopoffering. We brengen een offer door dat wat we kennen, achter ons te laten en met een nieuwe blik te kijken naar wat ons onder ogen komt. Rothko weet als geen ander onze blik vast te houden aan zijn immense Color Field schilderijen. Hij schilderde deze zo groot, omdat hij een intimiteit wilde oproepen tussen het schilderij en de toeschouwer. Je wordt als het ware in zijn schilderijen gezogen. Daarmee is zijn werk uitermate geschikt om de beleving


van het kijken vanuit het innerlijk te ervaren. De intense kleurvlakken lijken van binnenuit licht te geven en roepen eerder gevoelens op dan oordelen. Hij doet rechtstreeks een beroep op onze innerlijke beleving en het loslaten van voorgeprogrammeerde ideeën over de werkelijkheid. De stilte die in zijn werk besloten ligt, ademt ruimte om tot bezinning te komen en te ontsnappen aan de haast van alledag. In die stilte verstommen de oordelen en kun je jezelf overgeven aan dat wat vanbinnen leeft. Daar is moed voor nodig. Moed om oog in oog te komen staan met je innerlijke landschap, met je schaduwkanten, je angsten, je projecties en al wat je vertrouwde wereldbeeld op zijn kop kan zetten. Het is makkelijker om vast te blijven houden aan je overtuigingen die je in de eerste negen seconden als een muur voor je neer kunt zetten. Daarmee hou je alles wat buiten je eigen leefwereld ligt, op afstand en bouw je een huis van schijnveiligheid om je heen.

‘Als ik ergens mijn vertrouwen in moet stellen, dan zou ik het investeren in de psyche van gevoelige toeschouwers.’ (Citaat Mark Rothko)

Verdieping De kunst van het kijken is eigenlijk de kunst om niet te veel waarde te hechten aan het eerste oordeel. Oké, het moet er even uit, maar daarna begint het pas. Bij het lezen van het verhaal van Abraham die zijn zoon moet offeren en in volle overgave deze tocht samen met Izak onderneemt, is het eerste oordeel ook snel gemaakt. Dat kan toch niet! Ook hier wordt van ons gevraagd om de tijd te nemen en het lezen niet te beperken

Mark Rothko | Ochre and Red on Red | 1962

tot het horen van het geschreven woord, maar om de symbolische betekenis ervan te verstaan. Te weten dat Izak het symbool van de toekomst is en Abraham in vertrouwen samen met hem de berg beklimt om het offer te brengen, maakt een wezenlijk verschil met hoe we het verhaal lezen als we deze kennis niet hebben. Dit pleit ervoor om ons te blijven verdiepen in de verhalen die we lezen of het kunstwerk dat we bekijken. Maar het pleit er ook voor om ons te blijven verdiepen in onszelf én in de ander. In een wereld vol met oordelen hebben we mensen nodig die de moed hebben om verder te kijken en te vragen. Die de waarheid bloot durven te leggen in al haar kleurschakeringen en die het geduld weten te betrachten om elkaar te blijven ontmoeten. Workshops schilderen met hart en ziel o.l.v. Gitta Nieuwenburg, zaterdag 28 februari 2015 en zaterdag 30 mei 2015. Informatie: www.kloosterhuissen.nl

bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

5


bezinning door: ernst marijnissen o.p., dominicaan en schrijver

En zij gingen beiden tezamen

W

at kan één zin in een verhaal toch een verschil maken! Wie zo’n zin onnauwkeurig leest, loopt het risico de strekking van het hele verhaal te missen. Vervolgens is het begrijpelijk dat we op een onjuiste manier reageren of de betekenis van wat verteld wordt afzwakken of als irrelevant beschouwen. Het bekende Bijbelverhaal over Abraham en Izak (Genesis 22, 1-14) is daarvan een voorbeeld. De vader krijgt van God opdracht om zijn zoon op een nader aan te wijzen berg te offeren. Dat kan niet. Dat vraag je niet van een vader of een moeder! Wat is dat voor een god, die een dergelijke opdracht geeft! Maar als we het verhaal goed lezen en vooral die ene belangrijke zin niet vergeten, komen we tot heel andere vragen. Waar gaat dit verhaal over? De zin God roept Abraham. Deze antwoordt: ‘Hier ben ik!’ Woorden als open handen. Aldus getuigen in menig Schriftverhaal mensen van hun bereidwilligheid. Als de Eeuwige hen bij name roept, lopen ze niet weg maar stellen zich beschikbaar. Het verbond en de vriendschap met God laat hun geen andere keuze. Anders hebben zij geen rust. Met Abraham staat veel op het spel en het verhaal wil verduidelijken hoeveel. Daarom wordt Abraham getoetst. God proeft hem zoals een wijnliefhebber een bepaalde wijn proeft en keurt. God geniet daarvan. God zegt: haal toch jouw zoon, jouw enige, die jij liefhebt, Izak, en ga naar het land

6

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

Moriah, en breng hem daar hóóg als opstijgoffer op een van de bergen, die Ik jou te kennen zal geven. Tot viermaal toe is het duidelijk om wie het gaat: zoon, enige, die je liefhebt, Izak. Het kan niet missen. Vier mokerslagen, vier windstreken. Het belang is wereldwijd. Abraham moet zijn zoon naar de Eeuwige brengen. Bespeurt u verzet? Heb dan nog even geduld, want het verhaal heeft zijn eigen zeggingskracht. Abraham rust zich toe. Vers drie is vervuld van actie en voorbereiding. Dan gaat hij op weg. Wij vernemen geen reisverslag, maar eerder de beschrijving van een levensweg. Abraham gaat als in een medita-


tie: aandachtig, verkennend, afwachtend, open en bereidwillig. Zo ontdekt hij waar hij heen moet en wat de zin van de tocht behelst. Op ‘de derde dag’ slaat hij zijn ogen op en ziet zijn bestemming ‘van verre’. De derde dag wijst op een grote omkeer, evenals het van verre. De derde dag en van verre zijn codewoorden in Schriftverhalen, en verwijzen naar diepzinnige situaties en gedragingen van intense oplettendheid. Dus vertragen we onze leessnelheid als we aankomen bij het vijfde vers: en Abraham zei tot zijn jongens: blijven jullie hier met de ezel, en ik en de jongen willen gaan tot daarginds; neder werpen willen wij ons en dan tot jullie terugkeren. Abraham laat zijn jongens weten dat hij samen met zijn zoon de berg zal opklimmen én samen met zijn zoon bij hen zal terugkeren. Dat betekent dat voor Abraham vaststaat dat het niet om een mensenoffer gaat maar om heel iets anders. De invulling daarvan moet het verdere verloop duidelijk maken. Zo blijkt alle geroep en geweeklaag over een wrede god of een onmenselijke opdracht voorbarig. Daarom volgen we het hele verhaal en proberen dan de verkondiging ervan te verstaan! De binding Zorgvuldig treft Abraham de laatste voorbereidingen, voordat hij de tocht omhoog begint. En zij beiden gingen tezamen, lezen we vervolgens. Dat is een aangrijpende waarneming, want even later zegt Izak: Vader! En deze antwoordt: Hier ben ik! Dat antwoord is precies gelijk aan het begin van ons verhaal, waar de Eeuwige hem roept. Met wie gaat Abraham eigenlijk tezamen? Zeker, met Izak, maar Izak is niet alleen zijn zoon, doch ook de

Ernst Menashe Kadishman | Offer van Isaac | 1982

belofte van God. Hij was immers aan Sara toegezegd toen God gastvrij door Abraham was onthaald (Genesis 18). Izak is de toekomst van Abraham en Sara. Abraham gaat omhoog, verheft zich, samen met zijn toekomst. Deze tocht naar de berg is al lang uitgestegen boven een opgang naar een of andere offerplaats, zoals er zovele waren in die dagen. Het beeld van een mensenoffer, laat staan van een kind, is volledig gepasseerd. Dat blijkt even later. Izak vraagt: zie hier, het vuur en het hout, maar waar is het lam tot opstijgoffer? Misschien denken we dat Izak zijn vader maar vergeetachtig vindt. Wie neemt er nu geen dier mee als je gaat offeren? Ik vermoed dat de opmerking van Izak bedoeld is als inleiding op wat Abraham nu gaat zeggen! God zal zich voorzien van het lam tot opstijgoffer, mijn zoon. En opnieuw

Abraham bindt zijn zoon - zijn toekomst - vast aan het altaar, aan Gods aanwezigheid, ja, aan God zelf. Zo wordt de toekomst van Gods vriend en bondgenoot volledig aan God gebonden. bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

7


wordt er gezegd: en zij beiden gingen tezamen. Het karakter van Izaks vraag wordt nu duidelijker. Als Abraham daar met God gaat, die niet alleen zijn reisgezel maar ook zijn toekomst is, dan wordt Abraham hier getoetst. Durft hij zijn toekomst volledig aan God toe te vertrouwen?

Uiteindelijk wordt in de binding van Jezus aan het kruis definitief helder wat er met Gods toekomst wordt bedoeld. Jezus, die wordt genoemd Zoon van God, vertolkt de toekomst van mens en wereld: de verheffing van de kleinen en de geringen. Nu zijn we voorbereid op wat er op de top van de berg gebeuren gaat. Abraham bindt zijn zoon aan het altaar vast. Het altaar staat voor Gods aanwezigheid, vaak zelfs voor God zelf. Zo wordt de toekomst van Gods vriend en bondgenoot volledig aan God overgelaten. Zoals Abraham eens zijn verleden op Gods verzoek achter zich liet (familie, huis, zaak, cultuur) en een ongekend avontuur tegemoet liep, zo legt hij nu zijn toekomst in de handen van de Eeuwige. Hij maakt het verbond volledig. Hij bindt zijn toekomst aan Gods weg. De Joodse traditie noemt dit gebeuren de binding (akeda)! Zo wordt de bedoeling van het verhaal scherper weergegeven dan met het offer van Izak. De belofte Nu door Abrahams vertrouwen in de persoon van zijn zoon de toekomst van Gods heilsweg is veilig gesteld,

8

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

komt de Schrift pas goed op gang. Na Abraham, Izak en Jakob raakt de geschiedenis van het godsvolk in een stroomversnelling. In alle verhalen die daarvan getuigenis afleggen, zal de hechte trouw aan het verbond als toetsing gelden. Zoals de Eeuwige omgaat met Abraham, zó zal Deze dat doen met zijn volk. Uiteindelijk vindt deze toetsing zijn hoogtepunt in de binding van Jezus aan het kruis. Dáár wordt definitief helder wat er met Gods toekomst wordt bedoeld. Jezus, die wordt genoemd Zoon van God, vertolkt de toekomst van mens en wereld. Jezus is zowel Gods toekomst als die van de mens. Die toekomst bestaat in de verheffing van de kleinen en de geringen. Gelijk Abraham gaat aan de zijde van de kleine Izak - zij gingen beiden tezamen – zó hangt Jezus tussen de slachtoffers van onze samenleving: samen met hem kruisigden ze twee misdadigers. In de verheffing van de zieke en lijdende mens wordt de wereld opgeheven uit chaos en ellende. In de rabbijnse traditie is de berg in het land Moriah de latere tempelberg. Dat is eerder een gelovige vereenzelviging dan een geografische. In de christelijke traditie gebeurt iets dergelijks als Golgotha met de Moriah wordt vereenzelvigd. Maar het gebeurt terecht. Het woord, tot Abraham gesproken, is van alle tijden en van toepassing op ieder die God zijn toekomst in handen geeft: nu herken Ik dat jij een God vrezende bent, en jouw zoon, jouw enige, Mij niet onthouden hebt.


essay door: holkje van der veer o.p., agoge en theologe

In jouw ogen vind ik mijn lot

I

n mijn tienerjaren heb ik veel tijd doorgebracht op de orthopedieafdeling van een ziekenhuis. Ik ben bekend met het Marfansyndroom, een genetische aandoening die gevolgen heeft voor het bindweefsel. Mede hierdoor heb ik een derde graad scoliose (een kromme rug) ontwikkeld. In de jaren zeventig was de gebruikelijke therapie het dragen van een korset waarin mijn gehele romp van liezen tot oren verdween en het liggen in tractie. Tractie betekent letterlijk trekken. Om mijn rug recht te trekken werd ik enkele weken per jaar in het ziekenhuis opgenomen. Terwijl ik plat op bed lag werd er om mijn hoofd een soort van halster gebonden, waaraan een touw met gewichten bevestigd werd; deze gewichten bungelden aan het hoofdeinde van mijn bed. Om mijn lendenen droeg ik een gordel, waaraan eveneens met touwen gewichten bevestigd werden; deze bungelden aan het voeteneinde van mijn bed. Al platliggend werd mijn rug steeds langer, steeds rechter getrokken. Deze therapie - samen met het dragen van een immens korset - vond plaats tussen mijn twaalfde en mijn negentiende jaar. In 1980 werd ik aan mijn rug geopereerd, van binnenuit kregen mijn wervels steun doormiddel van wat schroeven en pinnen: de tijd van het keurslijf en de weken van tractie waren voorgoed voorbij.

Een lastig en onbehaaglijk gevoel Als kind van rond de twaalf jaar had ik geen problemen met het dragen van mijn harnas. Het orthopedische werktuig hoorde als vanzelfsprekend bij mijn bestaan. Net zo vanzelfsprekend als het gaan naar school of het dragen van een bril. Zowel voor mijn omgeving als voor mijzelf hoorde het ding

bij de normale dagelijkse gang van zaken. In mijn pubertijd veranderde dit, ik kreeg een steeds grotere hekel aan het immense hekwerk waarmee ik moest lopen. Het Amsterdamse openbaar vervoer werd een uitdaging voor mij. In de bus of de tram werd ik niet alleen aangestaard, maar kreeg ik ook te maken met allerlei vrijpostige opbezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

9


merkingen. Een voorbeeld: “Zooooo meisje, zeker een brommerongeluk, hè?” Waarna de spreker zijn monoloog vervolgde met een gruwelijk verhaal over wat een van zijn familieleden was overkomen. Of als ik rustig in de tram zat, kon het gebeuren dat een voor mij onbekend persoon mij aansprak en een monoloog begon over zijn of haar eigen kwalen of ander persoonlijk leed. Ik was nog een puber en voelde mij in dergelijke situaties vaak onhandig, onveilig en verlegen. Wat moest ik met die verhalen van wildvreemde mensen?

Door in de ogen van een kind te kijken, leerde ik dat mijn eigen leven meer is dan ikzelf en kreeg het woord lotgenoot en solidariteit inhoud. Een bijzondere ontmoeting Ik realiseerde mij steeds meer dat ik een buitenbeentje was en dat mijn verschijning, een jonge meid in een korset, zo wat eigen gedachten en dus ook eigen reacties in mijn omgeving opriep. Wat mij in deze jaren geholpen heeft, is de vanzelfsprekende steun van mijn ouders, familieleden, vriendinnen en de kerkgemeenschap waarbij ik hoorde. Mijn zelfbeeld, mijn beleving veranderde door de confrontatie met ‘ene Maartje’. Ik moet ongeveer zestien jaar geweest zijn, toen ik voor enkele weken in het ziekenhuis opgenomen was. In de kinderzaal was iets bijzonder aan de hand, de verpleegster van dienst kwam het mij persoonlijk vertellen, op de manier van: “Holkje, je moet dadelijk eens even op de kinderzaal gaan kijken, er

10

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

is een heel bijzonder meisje binnengebracht; je zult het leuk vinden om haar te ontmoeten!” Door nieuwsgierigheid gedreven ging ik kijken. Ik zag een meisje van drie, vier jaar oud ergens op de grond spelend aan de voeten van haar moeder. Het was een mooi, blij kind met heldere ogen en lange blonde haren. Bij mijn binnenkomst keek zij op van haar spel en keek mij vragend aan. De confrontatie Mijn ogen bleven hangen bij haar korset, een gevaarte dat sprekend leek op die van mij, maar dan nu in miniformaat! In een flits zag ik haar rug en nam waar dat die van haar minstens zo krom moest zijn als die van mij en één blik op haar bed maakte mij duidelijk wat haar te wachten stond, de touwen met gewichten lagen op haar te wachten! Ik stond als aan de grond genageld en wist niet hoe ik moest reageren, of ik moest lachen of huilen en hoe adem te halen. Ik was verward en werd emotioneel heen en weer geslingerd. Het aanzien van dit meisje vervulde mij met pijn, medelijden en afschuw. Ik had tot deze confrontatie met Maartje mijn eigen situatie als vanzelfsprekend over mij heen laten komen. Ik stelde mij geen vragen, ik had een eigen manier van omgaan met mijn lot ontwikkeld waardoor ik het leven kon aanvaarden zoals het op mij af kwam. Maar door het zien van een kwetsbaar klein meisje dat er uitzag zoals ikzelf, werd er een emotie in mij aangeboord die mij voorgoed veranderde! Mijn leven bestond niet meer alleen uit mijn eigen lot, mijn eigen ‘modus vivendi’ was niet meer voldoende! Nu keek ik in de ogen van een ander, een lotgenoot,


in de vorm van een klein kind! Veel van wat ikzelf had meegemaakt, of nog zou meemaken zou ook zij moeten doormaken!!! Het begin van mijn solidariteitsgevoel Ik voelde mij op een bijzondere manier tot dit kind aangetrokken en ik zou er tijdens haar verblijf in het ziekenhuis alles aan willen doen om het haar zo comfortabel mogelijk te maken! Ieder uurtje dat ikzelf bij mijn bed vandaan mocht, zocht ik haar op. Ik wilde haar beschermen en haar leven lichter maken, haar verhaaltjes vertellen om haar moed in te spreken. Ik wilde zeker weten dat alle banden die ze moest dragen, haar niet zouden knellen of verwonden en dat de verpleegsters aardig voor haar zouden zijn. Met haar moeder wilde ik de tips en trucs delen die ik zelf had uitgevonden, in de hoop dat het Maartje zou helpen. Door in de ogen van een kind te kijken, leerde ik dat mijn eigen leven meer is dan ikzelf en kreeg het woord lotgenoot en solidariteit inhoud.

Ook al zit je hart letterlijk in een korset, je eigen geestkracht kan helpen om van de dag iets moois te maken. Tot op vandaag draag ik deze ontmoeting met mij mee. Ik ben mij bewust dat ik als ex-korsetdrager, als Marfanner, als mens met een beperking een taak heb in deze wereld. Naast het goed voor mijn gezondheid zorgen, wil ik opkomen voor andere mensen, zij die moeten leven met een beperking. Ik hoop dat door hoe ikzelf leef, ik voor

Frida Kahlo | The two Fridas | 1939

anderen een teken van hoop mag zijn. Ook al zit je hart letterlijk in een korset, je eigen houding, je geestkracht kunnen helpen om van deze dag iets moois te maken. Ik ontmoet met regelmaat lotgenoten. Het leert mij wat solidariteit is, wat het betekent om je te verbinden aan het leven, de toekomst van een ander. Mijn lot treft helaas ook kinderen. Jonge mensen van wie de botten nog moeten groeien. Als vanzelf denk ik aan hen, ben ik solidair met hen, en hoop en bid dat ik met mijn leven dat van hen iets kan verlichten. Al is het alleen maar door een goed voorbeeld, een waakhond of een luisterend oor te zijn.

Kloosterweekend o.l.v. Holkje van der Veer; vrijdag 27 februari tot zondag 1 maart 2015 en vrijdag 24 tot zondag 26 april 2015. Informatie: www. Kloosterhuissen.nl

bezinning bezieling beweging

–

nr 4 • 2014 geloven onderweg

11


Essay door: henk jongerius o.p., dominicaan, auteur en dichter

H

Ik loop wel even met je mee!

et is mij een keer overkomen dat ik door een vroegere kardinaal aartsbisschop van Utrecht op het matje werd geroepen, omdat ik een - in zijn ogen en die van Romeinse instanties - al te kritisch artikel had gewijd aan het toen uitgekomen Nederlandse Altaarmissaal. Op het eind van deze uitermate stroeve ontmoeting sprak de bedoelde bisschop bij het weggaan de woorden: “U komt er zelf wel uit”. Diens opmerking beantwoordde ik met dezelfde woorden, waarbij ik er de nadruk op legde dat ik er inderdaad zélf wel uitkwam. Tot op dit moment betwijfel ik echter, of de dubbele bodem van die opmerking hem ook bereikte. Vergezellen Waarom vertel ik dit? Veel mensen hebben de gewoonte om bij het afscheid nemen van een gast hem of haar tot de voordeur te vergezellen en een goede reis te wensen. Ik vind dat een prachtig gebaar, omdat je erin tot uitdrukking brengt dat de gast welkom was en je door het uitgeleide doen eigenlijk samen met hem zijn weg vervolgt. Wanneer je een goede ontmoeting met iemand hebt gehad, is er een zekere band van vriendschap of vertrouwelijkheid ontstaan en door iemand te vergezellen bij het afscheid laat je dat nog eens extra voelen. Des te grover is het om die ander zelf zijn weg naar buiten te laten vinden. Er is dan kennelijk niets gebeurd tussen die twee.

12

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

Wij hebben daar in onze taal een mooi woord voor: vergezellen. Ik hoor daarin opklinken dat je even de gezel van een ander bent geweest en je wenst in je hart dat het zo blijven zal. De gezel van iemand zijn betekent, dat je voor een bepaalde tijd met elkaar samen bent en meer bent dan een vreemde. Ook in het woord ‘gezellig’ hoor je dat. Mensen kunnen gezellig met elkaar omgaan, omdat ze in die tijd samen dezelfde kant opkijken of een vraag, een probleem of een bepaalde vreugde met elkaar delen. Dit heeft alles te maken met het basale gegeven dat mensen geen eiland zijn, maar pas in de ontmoeting met anderen tot hun recht komen, hun gezicht kunnen laten zien en op die manier de


ervaring opdoen dat zij er mogen zijn. Ik hoor dat al in het begin van de Bijbel, wanneer de Schepper zegt: “Het is niet goed dat de mens alleen is; daarom maak ik voor hem een tegenover, die bij hem past.” (Genesis 2) De pijn van het alleen zijn Hoe pijnlijk het voor een mens kan zijn om alleen te blijven, hoor ik prachtig verwoord in een tekst die Herman van Veen schreef en op muziek zette: De Lindelaan. DE LINDELAAN Soms heb je het gevoel dat alles zinloos is, eindeloos, oneindig, zonder toekomst. Hoe je ook denkt, hoe je ook praat, het lost niets op, het lost niets op. Soms heb ik dat gevoel ik wilde een beetje liefde, ik wilde een koele hand vol van warme dingen, een bladzij uit een krant met duizend mooie zaken in roze, rood en lief, een vrouw in kapitalen, ik houd van haar cursief. Toen stond ik op de brug te kijken naar het water, rimpelloos, hulpvaardig, vol beloftes keek het me aan, daagde me uit. Ik los alles op, ik los alles op. Dat verstond ik op de brug, terwijl het water fluisterde: Geef mij je koele hand. Het haalt niets meer uit, m’n jongen. Kom dichter naar de kant.

Deelnemer workshop | Hospice Kaaskenshuis Zierikzee

Geef het maar toe en kom maar hier. Hoe je het ook bekijkt, ontdoe je van je dromen. Ik ben niet zo koud als het lijkt. “Meneer, meneer, hé, meneer, meneer, meneer, weet u misschien waar de Lindelaan is? ‘k Loop al een uur te zoeken, ‘t moet hier in de buurt zijn want deze brug heet de Elzenbrug en daar bij de rotonde is de Eikenlaan.” “Ik loop wel even met je mee.” Uit: Opzij, opzij, opzij Nijgh en van Ditmar Amsterdam 2003

Iemand voor lief nemen Ik hoor in deze tekst treffend verwoord wat er in een mens kan omgaan die ten einde raad is en in het leven alles mist wat het zinvol en goed maakt: ‘een beetje liefde, een koele hand vol van warme dingen’. Het zijn zaken die voor een mens die gekend en bemind wordt, heel vanzelfsprekend zijn, maar voor degenen die dat alles missen een reden vormen om te wanhopen aan een gelukkig leven. Ik denk dat menige vluchteling en ontheemde in onze webezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

13


Het is een basaal gegeven dat mensen geen eiland zijn,maar pas in de ontmoeting met anderen tot hun recht komen. reld daarvan mee kan praten, net zo goed als mensen die om welke reden dan ook in psychische nood zijn. Zij zijn alleen en weten zich door niemand vergezeld, omdat zij het meest noodzakelijke missen: iemand die luistert, die hen aanvoelt en hen laat spreken, een mens die een ander onbevooroordeeld aanvaardt en in zekere zin voor lief neemt. Ik moet hierbij denken aan het prachtige verhaal in het evangelie over de man die bij het bad van Salomo zit en verlamd is en die, naar zijn eigen woorden, ‘geen mens heeft’ die hem naar het water wil dragen: “Er was ook een man bij die al achtendertig jaar ziek was. Jezus zag hem liggen, en omdat Hij begreep dat hij al lang ziek was, sprak Hij hem aan: ‘Wilt u graag gezond worden?’ ‘Maar Heer,’ zei de zieke, ‘ik heb geen mens om mij in het bad te helpen wanneer het water in beweging komt, en terwijl ik mij erheen sleep, is een ander mij voor.’ (Johannes 5). Hoe teder klinkt dat in het verhaal van de binding van Izaäk ‘en zij gingen samen, die twee’. (Genesis 22). Het staat in schrille tegenstelling tot wat Kaïn zijn broer Abel aandoet en die geen antwoord heeft op de vraag ‘ben ik mijn broeders hoeder?’ Mensen zijn niet bedoeld om de levensweg alleen te gaan maar om samen met anderen te ervaren dat leven zinvol en goed kan zijn, ook al staan hen moeilijke en zware dingen te wachten. Wie zijn hart opent voor deze levens-

14

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

wijsheid, zal de vreugde van leven smaken en weten dat elke dag die ons gegeven wordt, een kans is om die diepe vreugde van leven te ontdekken. Laat uw hart zich niet verharden door wie lamgeslagen zijn: wie kan hopen en weer lopen als niemand bondgenoot wil zijn? Laat uw ogen zijn bewogen met wie arm en eenzaam zijn: wie kan leven zonder vrezen als niemand naderbij wil zijn? Laat uw spreken hen niet breken die terneergebogen zijn: wie kan opstaan en op weg gaan als niemand tochtgenoot wil zijn? Laat uw oren hen aanhoren die halfdood, verloren zijn: wie kan wachten, heil verwachten als niemand luisteraar wil zijn? Uit: Voor onderweg; 101 Schriftliederen Tekst: Henk Jongerius; muziek: Jan Raas

Dagretraites onder leiding van Henk Jongerius, onder meer op 9 januari, 6 februari, 6 maart en 17 april 2015. Informatie op www.kloosterhuissen.nl


column door: roy clermons, geestelijk verzorger in de psychiatrie en lekendominicaan

God, waar ben je! Het verhaal van Abraham waarin hij van God de opdracht krijgt zijn enige zoon Isaäk te offeren, vind ik een heel naar verhaal. God vraagt in mijn ogen iets onmogelijks van Abraham. Toch is Abraham ervan overtuigd dat hij en zijn zoon samen zullen terugkeren. Hij legt in deze onmogelijke beproeving zijn leven en dat van zijn zoon met vertrouwen in handen van God. Dat vertrouwen wordt uiteindelijk niet beschaamd. Het nare van dat verhaal zit voor mij in de tragische realiteit van de levensverhalen van sommige mensen die ik in mijn werk ontmoet. Daar is God soms ver te zoeken. Afgelopen week werd mijn hulp gevraagd voor een vrouw die zichzelf voortdurend probeert te beschadigen, te krassen en te snijden. Ze wil een einde aan haar leven maken en daar haalt ze van alles voor uit de kast. Ze verblijft een groot deel van de dag in de separeerruimte, omdat daar de kans dat ze zichzelf wat aandoet, zo klein mogelijk is. Ik heb haar daar ontmoet in die ruimte. Wat een tragiek en een uitzichtloosheid! God is voor haar heel ver weg en eerlijk gezegd voor mij op dat moment ook. De beproeving die zij moet doorstaan, is de beproeving van het leven zelf en dat is onmogelijk voor haar. Zij roept heel hard om God, maar ze krijgt geen antwoord. Voor haar geen leven waar God van begin tot eind bij betrokken is, geen hoop, geen toekomst. Ze is eenzaam tot op het bot. Na afloop van die ontmoeting voelde ik me terneergeslagen en boos. Mijn geloof in God waarop ik vertrouw, werd aan het wankelen gebracht en de confrontatie met dit leed maakte mij behoorlijk opstandig. Dat wat geschreven staat in de Schrift, wordt onder kritiek gesteld van het leven zelf. En daarom wil ik klagen, God, klagen om het leed van deze vrouw. En ik wil geen mooie praatjes over dat U zo ontzaglijk veel groter bent dan wat wij kunnen vermoeden en dat uw wegen vaak zo ondoorgrondelijk zijn. Deze vrouw, die treurt en arm van geest is, is het vertrouwen in het leven, de mensen en U verloren. Op eigen kracht keert dat vertrouwen niet terug. Wees haar genadig!

bezinning bezieling beweging

nr 4 • 2014 geloven onderweg

15


Essay door: jakob van wielink, verliesdeskundige en verliesbegeleider

Archeoloog met een mild hart nabij zijn bij terugkijken naar verlies Archeologie ‘... Als ik zin heb (want of ik zin heb, hoef jij nooit geheel zeker te weten), kijk ik in de keel van je zwijgen, wat je allemaal voor je zag, lees ik in je oogkas, tot in de kleinste details herinner ik je eraan waar je afgezien van de dood in het leven op wachtte. Laat me dat niets van je zien, dat van je over is, en ik maak er een bos en snelweg van, vliegveld, gemeenheid, tederheid en een huis dat verloren ging. Laat me je gedichtje zien en ik zal je zeggen waarom het eerder noch later is ontstaan. Nee zeg, je begrijpt me verkeerd. Houd dat belachelijke papier met lettertjes bij je. Voor wat ik wil heb ik genoeg aan jouw laagje aarde en al je tijden, tijden her verschaalde brandlucht.’ (Uit: ‘Archeologie’, Wyslawa Szymborska)

16

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

Je levensverhaal schrijven Onlangs ben ik veertig geworden. Ik heb ervaren hoe dit een belangrijk moment voor me is, een overgang die gemarkeerd wordt. Meer dan ooit kon ik ervaren dat er meer verantwoordelijkheid groeide. Verantwoordelijkheid voor mijn eigen levensverhaal. Terugkijken en zien wat de voorbije veertig jaar me brachten aan vreugde en verdriet, schuld en onschuld. Dat vind ik lang niet altijd gemakkelijk. Ik kan bombastisch verkondigen nergens spijt van te hebben of dat ik het deed ‘met de beste vermogens van toen’, maar er is bepaald meer. Terugkijkend kom ik mijn doen, laten en nalaten tegen. En ik kom ook tegen hoe ik mijn levensverhaal ben gaan schrijven en vertellen aan anderen. Ik heb een verhaal gemaakt, zoals we allemaal een verhaal maken waarmee we de wereld tegemoet treden. Maar: is het verhaal dat ik vertel compleet? Welke zaken liet ik mogelijk weg om de pijn van het schuren, gekoppeld aan bijvoorbeeld verlies­ervaringen, te vermijden? In elk welkom wordt een afscheid geboren en elke hechting heeft vooraf al de


prijs van het afscheid. Rouw is de bereidheid tot het daadwerkelijk betalen van deze (volle) prijs, het onder ogen komen dat we verliezen hebben geleden en ook het aankijken van ons eigen aandeel. Zo kijken we terug op onze levenslijn en stellen we ons de vraag bij verschillende momenten en gebeurtenissen: heb ik werkelijk afscheid genomen? Heb ik kunnen rouwen, weet ik eigenlijk wel wat dat is, hoe ik dat doe? ‘Ervaart de jongeling die het kind achter zich laat geen verlies? Is er geen verlies voor de man die de bloei van zijn jeugd heeft gekend en nu zijn driften voelt verstarren? Sterft het kind niet in het meisje of de jongen die geslachtsrijp geworden zijn; in het ik en de verantwoordelijkheid die zich aandient?’ (Ernst Bloch, in: ‘Das Prinzip Hoffnung’)

Afscheid nemen, soms jaren later Laat me je gedichtje zien en ik zal je zeggen waarom het eerder noch later is ontstaan. Ik neem je mee in een stuk van het verhaal van Andrea*, midden zestig. Ze heeft contact met me gezocht. Ze verlangt, zo zegt ze, naar de volle vreugde van het leven en het contact met anderen te kunnen ervaren, maar ze weet niet meer zo goed hoe. Ergens onderweg ‘is ze het kwijtgeraakt’. Tijdens onze eerste ontmoeting vraag ik Andrea een tijdlijn te maken vanaf de geboorte tot vandaag. Op de lijn markeert ze met een grote zon belangrijke vreugdevolle momenten. Zo komt bijvoorbeeld het huwelijk met haar man naar voren en de geboorte van hun dochter. De kleine zon is voor kleinere mooie momenten, zoals haar eerste huis en de grote reis die ze door Azië mocht * D e naam van Andrea is omwille van de privacy gefingeerd.

GC Meyers | Archeology - Rainbows end

maken. Met een groot kruis markeert ze ingrijpende veranderingen en verliezen, zoals de depressie van haar vader, haar ontslag enkele jaren terug en de echtscheiding. Een klein kruis voor onder meer het overlijden van haar oma, toen ze jong was en de vele verhuizingen als gevolg van het werk van haar vader. Het tekenen van de lijn gebeurt in stilte, we luisteren naar muziek van Arvo Pärt op de achtergrond.

In elk welkom wordt een afscheid geboren en elke hechting heeft vooraf al de prijs van het afscheid. Als de lijn klaar is, vraag ik Andrea te vertellen bij welke veranderingen ze werkelijk, in haar beleving, afscheid heeft kunnen nemen van het oude. Ze ontdekt hoeveel momenten er waren dat ze vaak geen ruimte nam om zich de vraag te stellen wat de verliezen voor haar betekenden. ‘Stilstand is achteruitgang’, zou haar moeder vroeger vaak zeggen. Een boodschap die ze overigens ook op haar werk maar al te vaak hoorde. Het van jongs af aan ‘doorgaan’ maakte dat Andrea het steeds moeilijker begon te vinden om in nieuwe situaties het contact met mensen, zoals bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

17


vrienden of collega’s werkelijk aan te gaan. Dat leverde haar ook gevoelens van eenzaamheid op, terwijl ze toch een groot sociaal netwerk heeft. ik kijk in de keel van je zwijgen, wat je allemaal voor je zag, ik lees in je oogkas, tot in de kleinste details herinner ik je eraan waar je afgezien van de dood in het leven op wachtte.

Om op reis te kunnen langs onze levenslijn is het belangrijk dat we secure bases ontmoeten: mensen die ons een gevoel van bescherming, veiligheid en zorg verschaffen. Afscheid nemen en zichzelf toestaan te rouwen lopen als een rode draad door onze sessies. In één ervan staat Andrea tegenover me, ik representeer haar vader. Een steen in ons midden staat symbool voor de depressie die als een sluier over het gezin hing en maakte dat Andrea altijd wat schuchter bleef, voorzichtig om de ander niet tot last te zijn. Andrea neemt de steen en geeft hem langzaam aan haar vader: ‘Ik geef aan jou wat van jou is. Lang heb ik deze last meegedragen. Het is te zwaar voor mij.’ In de loop van onze gezamenlijke reis voelt Andrea haar ballast lichter worden. Ze herschrijft haar levensverhaal, het wordt completer. Licht en schaduw komen meer in balans. Secure bases: archeologen met een open hart Om op reis te kunnen langs onze levenslijn, of de terugreis te kunnen aan-

18

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

vaarden, zoals Andrea, is het belangrijk dat we secure bases ontmoeten. Mensen die ons een gevoel van bescherming, veiligheid en zorg verschaffen. Zij kunnen een bron van inspiratie zijn om de uitdaging van het (alsnog) rouwen aan te gaan. Als we, als medemens, bereid zijn op reis te gaan met mensen die verliezen onder ogen komen, worden we ook geconfronteerd met onze eigen hechtings- en verliesgeschiedenis, onze eigen ervaringen met verlies en onze traditie rond spreken en zwijgen, vermijden of aankijken. Wat we de ander willen bieden, hebben we eerst in de spiegel zelf aan te gaan. We hebben ons zelf dan ook de vraag te stellen wie secure bases in ons eigen leven waren. Kunnen wij een secure base voor onszelf én de ander zijn? Wat doen wij in het zicht van wat in ons eigen leven onmaakbaar schijnt of blijkt? De secure base heeft daarmee iets van een archeoloog: standvastig, zorgvuldig en nieuwsgierig. Laat me dat niets van je zien, dat van je over is, en ik maak er een bos en snelweg van, vliegveld, gemeenheid, tederheid en een huis dat verloren ging. Jakob dankt Denise van Geelen-Merks en Leo Wilhelm voor hun waardevolle opmerkingen bij een eerdere versie van dit artikel.

Jakob van Wielink begeleidt met Denise van Geelen – Merks retraites “Persoonlijk verlies in (verdiept) perspectief.” Eerste weekend in 2015 is van vrijdag 17 tot zondag 19 april 2015. Informatie: www.kloosterhuissen.nl


essay

door: theo menting, lekendominicaan en medewerker dominicanenklooster huissen

God weet komt het goed God weet komt het goed, een rechtvaardige wereld waar niet de dood heerst. Je denkt na de dood een veel grotere ruimte waar je terecht komt. Waar we kunnen wat we nooit konden oogsten wat we niet hebben gezaaidwoorden die niet bestonden, dachten we, maar ze bestonden. Of gaan we in vlammen op? Of word je een vlam in de zon? God weet komt het goed, een rechtvaardige wereld waar niet de dood heerst. Misschien nog op deze onschatbare aarde eeuwen van schoonheid, onder open hemel wijd landschap lichtrivieren verte in blauw rotsen eikenwouden valleien steden in tuinen. En stilte groter dan taal. En liefde sterk als de dood. God weet het komt goed, een rechtvaardige wereld waar niet de dood heerst.

Een verzuchting ‘God weet komt het goed ...’ Het lijkt in eerste instantie een verzuchting waarmee Huub Oosterhuis zijn lied begint. En deze verzuchting zal door velen

gedeeld worden, wanneer we voor de zoveelste keer – dagelijks – worden geconfronteerd met nieuws over oorlog, aanslagen, geweld, criminaliteit, honger, natuurrampen en al het andere, bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

19


De stilte kan het aan, durft het aan om dat visioen in ons te nestelen, tot bron van leven te maken, tegen alle vormen van dood in. dat als een zwaar donker gordijn onze wereld lijkt te bedekken en te hullen in duisternis. Komt het nog goed met onze wereld, met onze samenleving? Komt het nog goed met de verhoudingen tussen landen, godsdiensten en mensen onderling? Of weet alleen God dit, voor zover we deze vraag maar bij Hem neerleggen … Een andere dood Toch vermoed ik dat er niet alleen maar sprake is van een verzuchting, wanneer de dichter zingt: ‘God weet komt het goed.’ Het spannende van dit lied is dat het refrein mateloos verlangt naar een ‘rechtvaardige wereld waar niet de dood heerst’. En de dood heeft vele gezichten. Mensen sterven. Zo gaat dat bij mensen. Ons lichaam houdt op te bestaan, vergaat in de aarde. Wordt stof. Mensen sterven omdat zij oud zijn, of ziek worden, omdat het noodlot hen overvalt en ze slachtoffer worden van de grillen van de natuur. Mensen sterven zinloos door geweld en moord. Maar, er is een andere dood. Dodelijker misschien nog dan het ‘natuurlijke sterven’. Het is de dood door onderdrukking, slavernij, geestelijke marteling, vrijheidsberoving, pesten, uitgestoten en uitgesloten worden. Mensen sterven wanneer zij niet meer mogen zijn, omdat ze ‘anders’ zijn dan de heersende moraal vindt dat ze moeten zijn. Mensen sterven wanneer de goden van

20

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

macht, geld en kapitaal bepalen hoe er moet worden geleefd. In een snelle, hectische wereld van carrière maken, geld verdienen, de macht grijpen – op welk front dan ook – sterven mensen, omdat zij niet meekunnen, niet kunnen voldoen aan de eisen en grillen van hen die het voor het zeggen hebben. In een rechtvaardige wereld, waar brood genoeg en liefde is voor allen, sterven mensen niet. Heerst niet de dood van onrecht, onderdrukking en vrijheidsberoving. Een nieuw visioen Echter, na het refrein lijkt Oosterhuis ons in de eerste strofe mee te nemen naar een ander visioen. Wat na onze dood? Waar komen we terecht? In een veel grotere ruimte? Kunnen we dan doen wat we eerder nooit konden? Worden alle visioenen dan ineens waarheid? Of ...? Gaan we in vlammen op en is het over en uit? Heeft Oosterhuis het hier over onze eigen dood en onze vragen daarbij? Of mijmert hij verder over het visioen van die rechtvaardige wereld, waar de dood niet heerst? Kijken we naar de tweede strofe, dan krijgt het visioen nog meer taal, nog meer beelden, nog meer poëzie: eeuwen van schoonheid, wijd landschap, lichtrivieren, tuinen in steden. Met die fascinerende zin: en stilte groter dan de taal. En liefde sterk als de dood. Andere woorden Onze taal brengt een visioen onder woorden. Welke taal spreken we dan? En kan taal ons redden van de dood? Met woorden kunnen wij elkaar vermurwen, kapot maken, onderdrukken en de dood injagen. Met andere woor-


Theo Edvard Munch | The Sun | 1916

den kunnen wij elkaar oprichten, bevrijden, helen en tot leven wekken. Het visioen van een rechtvaardige wereld leeft van die andere woorden. Maar groter dan de taal is de stilte, zegt Oosterhuis. Maar elders, wanneer hij uit de Psalmen put, roept hij: ‘ik zal mijn mond niet houden tegen U’ … Ik schreeuw, roep, krijs, klaag om hulp, om bevrijding, om redding. En dit geroep mag niet gedood worden door een pijnlijk of vernederend zwijgen. Stilte kan dodend zijn. Die ervaring kennen we allemaal. De omarmende stilte En toch, de stilte is groter dan taal. Als het visioen van een rechtvaardige wereld zich in ons wortelt en ons levenskracht geeft, dan kan de stilte een veilige mantel worden, die om ons heen geslagen wordt. Om ons te beschutten tegen woorden van geweld en dood. De stilte kan het aan, durft het aan om dat visioen in ons te nestelen, tot bron van leven te maken, tegen alle vormen van dood in. Bekend is dat mensen die gemarteld

werden, worden, een enorme kracht opwekten door te zwijgen, ondanks de pijn, de vernedering die zij ondergaan en tegen het geschreeuw van de beulen in. Mensen kun je doden, het visioen niet. Dat begrijpen tot op de dag van vandaag velen die het slachtoffer zijn van onderdrukking, onrecht en geweld. Het visioen van een rechtvaardige wereld. Waar niet de dood heerst. Waar onze ‘onschatbare aarde’ van leeft, gedragen door eeuwen van schoonheid, waar lichtrivieren stromen en waar een wijd landschap de veel grotere ruimte zichtbaar maakt, waar mensen vlammen van zon zijn om elkaar te verwarmen en te verlichten. Dit visioen. Zal die onze aarde nog bereiken? God weet komt het goed. Retraiteweekend thuiskomen o.l.v. Theo Menting van vrijdag 7 tot zondag 9 maart 2015. Informatie: www.kloosterhuissen.nl

bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

21


interview

door: holkje van der veer in gesprek met matthijs meeuwsen

O

In gesprek met Matthijs Meeuwsen

p zondag 21 september 2014 vond in Zwolle de kleine professie van Matthijs en Richard plaats. Als iemand ervoor kiest om dominicaan te worden, dan volgt hij een route die via postulaat, noviciaat en kleine pro­ fessie naar uiteindelijk de grote professie leidt. Dit traject duurt minstens vier jaar. Vormingsperiode Het noviciaat is een vormingsjaar waarin het accent ligt op ingroeien en bezinnen. Aan het einde van het noviciaat vindt de kleine professie plaats, als overgang naar het begin van het leven als broeder in de gemeenschap. De nieuwbakken broeder legt in het openbaar zijn drie religieuze geloften af. Dat iemand in deze tijd deze stap zet, is heugelijk te noemen, zowel voor de kandidaat zelf als ook voor de gehele Nederlandse provincie van dominicanen. Het is ongeveer drieëntwintig jaar geleden dat dit feest voor het laatst gevierd werd. Toen deed de huidige provinciaal Rene Dinklo zijn kleine professie. Noviciaat Als Matthijs (32 jaar) eind september bij mij aan tafel schuift, ziet hij er wat vermoeid uit. Maar als ik hem erop aanspreek, zie ik pretogen oplichten. Matthijs: “Zo’n anderhalf jaar geleden

22

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

heb ik afscheid genomen van mijn betaalde baan en mijn eigen woonplek. Ik ben verhuisd naar het klooster van Zwolle om vervolgens na enkele weken naar Cambridge te vertrekken. Daar ontving ik het habijt van de orde en ben ik aan het noviciaat begonnen.” Naast de gebedsmomenten was er tijdens dat jaar aandacht voor het broederlijk samenleven. Het draait allemaal om de vraag: “Wat is (de) mijn roeping, hoe krijgt God de volle ruimte?” Vragen rond geloven Matthijs vervolgt: “Enkele dagen voor mijn professie ben ik teruggekeerd naar Zwolle. Ik heb mijn kamer opnieuw ingericht en ben nu samen met de broeder die verantwoordelijk is voor de studenten, aan het kijken hoe ik dit jaar mijn studie theologie ga oppakken.” Vragen rond geloven, ‘welke ruimte er is voor God’ hebben hem nooit losgelaten. “Rond mijn 20ste werd ik mij bewust van een verlangen naar God. Als


vanzelf dacht ik terug aan de kerken die ik als kind bezocht tijdens de vakanties met mijn ouders. Die grote stille gebouwen waarin ik geborgenheid en aanwezigheid ervaarde. In deze periode besloot ik om ook in Nederland een soortgelijke kerk te bezoeken. Ook mijn belangstelling voor theologische literatuur groeide. Ik las onder andere in de werken van Augustinus. Op ‘zomaar’ een maandagmiddag heb ik het secretariaat van de parochie gebeld met de vraag: ‘Katholiek worden, hoe werkt dat eigenlijk?’ Ik ben vervolgens begonnen aan een catechesetraject. Het bezoeken van de parochie en de vieringen mondden uit in het daadwerkelijk katholiek worden. Jezelf ontdekken Tijdens ons gesprekje over geloven in onze huidige samenleving zegt Matthijs onder meer: “Ik neem waar dat er in deze tijd bij sommige mensen een verlangen bestaat om ergens bij te horen, gekend en geborgen te zijn. Het is mogelijk om je te uiten via kleding en muziek, maar dit zijn geen identiteiten; ze zijn niet gegrond, ze bieden geen stabiliteit. Het ontdekken wie ik zelf ben is een persoonlijk proces. Ik heb ontdekt dat dit alles te maken heeft met de relatie tussen mij en God, met Jezus. Ik voel mij gedreven - als je wilt geroepen - om gehoor te geven aan het verbond dat God met mensen aangaat, er inhoud aan te geven. Dit uit zich door het doen van mijn professie, mijn thuiskomen in de orde. Heel concreet door te leven in navolging van Jezus,

Het gaat mij om de vraag: “Wat is mijn roeping? Hoe geef ik God de volle ruimte?”

om zo binnen de kerk mijn plaats in te nemen.” Relatie met God “Het mij verbinden met de orde heeft alles te maken met de relatie met barmhartigheid. Er is een relatie met God, die al vanaf mijn geboorte aanwezig is. Het gaat om de omgang met Jezus aan de ene kant en aan de andere kant het leven vanuit barmhartigheid.” Op de vraag hoe Matthijs de toekomst ziet, antwoord hij: “Mijn toekomst is onlosmakelijk verbonden met de relatie die twee kanten heeft: met God en met de broeders. Toekomst en relatie zijn onafscheidelijk van elkaar. Toekomst is geborgen in de God die ruimte heeft gemaakt voor mij, voor deze wereld, voor ons allemaal om daarin te kunnen bestaan en helemaal anders te kunnen zijn – in Godzelf – om daarin in vrijheid zelf een keuze te kunnen maken. Die verhouding, die kijk op die relatie, impliceert een geborgen, een gedragen zijn.” bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

23


essay

door: rasit bal, docent imamopleiding hogeschool inholland

V

Offerfeest en offeren oor moslims begint het offerfeest in de moskee. Ongeveer een uur na de opkomst van de zon begint de viering. De moskee loopt helemaal vol. Voor de telaatkomers is het lastig om een goede plek te vinden. Twee thema’s De samenkomst heeft twee standaard thema’s. In het kader van het eerste thema vertelt de imam over de betekenis van het offerfeest. Daarbij legt hij een verbinding met Abraham. Dat Allah hem een zoon belooft en dat hij dit onmogelijk achtte en een wederbelofte doet: dan ga ik hem voor U offeren. Geloofwaardigheid, vertrouwen, toewijding en overgave staan centraal. Abraham en zijn zoon Ismail worden opgevoerd als voorbeeldfiguren. Gelukkig is Allah barmhartig en dat komt tot uiting als Abraham, zonder aarzeling, zijn belofte nakomt. Een dieroffer vervangt mensoffer, wellicht een overgang in de menselijke geschiedenis? Het tweede thema gaat over ‘verzoening en verbroedering’. De imam roept de gelovigen op om hun ruzies en conflicten bij te leggen en om zich met elkaar te verzoenen. ‘Ruzie’ en ‘conflict’ wordt opgeofferd voor verbroedering. Om moslims te bemoedigen en te motiveren voert hij overleveringen en Koranverzen op.

24

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

Smeekbeden De samenkomst wordt eveneens met twee bijzondere activiteiten afgerond; daarmee worden de gelovigen actief bij de samenkomst betrokken. Meteen na de verplichte onderdelen spreekt de imam een lange reeks smeekgebeden uit. Dat kan soms wel een kwartiertje duren. Alle handen gaan omhoog en iedereen doet met de imam mee. Als hij Allah iets vraagt, zeggen alle gelovigen ‘amin’. Deze smeekgebeden zijn zo intens en emotioneel dat het een levendig dialoog wordt tussen Allah en de gelovigen. Samen met de gelovigen vraagt hij Allah om rechtstreeks in te grijpen om de ellende van moslims op te heffen. De opvoeding van kinderen komt aan de orde, het beëindigen van de oorlogen en tirannieke regimes in het Midden-Oosten, het opheffen van armoede en rampen in de wereld. Allah wordt gevraagd om vooral moslims te helpen. Ook wordt hem gevraagd om de heersende orde te versterken en te behoeden voor chaos. Elke keer krijg ik het gevoel dat wij Hem te veel vragen. Niet omdat hij het niet kan geven, maar omdat wij onszelf ermee buitenspel


Alan Falk | Binding of Isaac | 2002

zetten. Het is alsof wij ons wegcijferen en Allah aan het werk zetten. Als de smeekgebeden zeer concreet worden, dan denk ik bij mijzelf: “Hebben wij dan zelf niets te doen?” Collecte Op een geschikt moment van de samenkomst wordt er ook gecollecteerd. Gedurende het jaar komt het niet voor dat het in de moskee zo druk is. Bijna alle mannelijke moslimgelovigen ko-

men en zij weten dat er gecollecteerd wordt. Voor de meesten van hen is dit ook een gelegenheid om te doneren voor een goed doel. Zo wordt er een flink bedrag opgehaald, dat meestal aan het onderhoud van de moskee wordt besteed. Elkaar een gezegend feest toewensen Als de moskeeviering afgerond is, willen de gelovigen elkaar meteen een gezegend feest toewensen. Zij gaan bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

25


daarvoor in de rij staan en zo ontstaat er in de gebedsruimte een lange rij van mensen die op hun beurt wachten. In zo’n rij weet je niet wie je tegenkomt. Het kan een goede vriend zijn of een onbekende gelovige die je een gezegend feest toewenst. Maar het kan ook iemand zijn met wie je ruzie hebt. Dan

Door de lange reeks smeekbeden aan Allah krijg ik het gevoel dat wij Hem te veel vragen. Niet omdat hij het ons niet kan geven, maar omdat wij onszelf ermee buitenspel zetten. wordt de eerste stap genomen tot verzoening. Maar niet iedereen doet aan deze rij mee; veel moslims gaan meteen naar huis of naar het slachthuis. Oorspronkelijk was het gebruikelijk om de dag te starten met het eten van het vlees van je eigen offer. Maar dat lukt tegenwoordig zelden, omdat het offeren streng geregeld is. Je moet in de rij gaan staan en het slachten wordt uitgevoerd in een slachthuis, ver weg vanwaar jij woont. Het is niet helemaal duidelijk wanneer jouw offer aan de beurt is en wanneer je thuis kan zijn. Het komt heel vaak voor dat moslims hun offer pas op de tweede of derde dag brengen. Solidariteitsoffer Ik denk dat steeds meer moslims ervoor kiezen om hun offer elders te brengen. Om hun solidariteit te tonen met de armen elders. De moslimorganisaties organiseren dit bijzonder goed. Als gelovige hoef je alleen maar geld te doneren. Sinds

26

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

een aantal jaren kun je zelf kiezen in welk land of regio je offer wordt gebracht. Het komt zelfs voor dat er online een verbinding wordt gelegd tussen een moskeegemeenschap en de offerplaats. De eigenaars kunnen dan meteen zien dat hun offer goed wordt besteed. Op deze manier wordt de afstand tussen offerdier en eigenaar wel een beetje overbrugd, maar het blijft een lastige zaak. Het wordt steeds moeilijker om het offeren als zinvol te ervaren. De betekeniswereld van Abraham is er niet meer, en de armoede zie je ook niet meer dicht om je heen. De armoede kan op andere manieren beter bestreden worden. Ook omdat het offeren van een dier steeds meer wordt geassocieerd met wreedheden. Alsof moslims voor de lol een dier offeren! De kinderen worden op afstand gehouden, bloedvergieten is inhumaan en kinderen moeten daar niet aan wennen. Dit geluid wordt steeds vaker naar voren gebracht, waardoor zich een seculier wereldbeeld opdringt. Is dierenoffer nog zinvol? Hierdoor ontstaat er in islamitische kringen een discussie over de zinvolheid van het offeren van een dier. Is het niet mogelijk dat rechtstreeks geld wordt geofferd? Zodat de armen direct worden geholpen. Zelf ken ik mensen die hiervoor kiezen of zelfs heimelijk stoppen met offeren. Het is immers goed mogelijk dat arme mensen andere behoeften hebben dan vlees. De traditie van het offeren, de verbinding met Abraham, de religieuze plicht om te offeren en de sociale betekenis ervan zijn relevant genoeg om voorgezet te worden.


essay door: holkje van der veer o.p., agoge en theologe

Utopia

W

ie denkt dat het woord ‘Utopia’ voor televisiekijkend Nederland niets te maken heeft met het gelijknamige boek van Thomas Moore waarin hij de ideale staat beschrijft, die vergist zich. In de bossen rond Laren heeft BN’er John de Mol een loods gehuurd; het geheel is volgehangen met 100 camera’s. Vijftien mannen en vrouwen verblijven 24 uur per dag, 7 dagen in de week binnen de hekken van deze John-de-Molspeeltuin. Het doel van dit spel is: wees een experiment en probeer een ideale samenleving te bouwen. Het programma is op 5 januari 2014 van start gegaan; het zou een jaar duren, vanwege succes is dit verlengd. De start was in een kale loods, bestaande uit niet meer dan wat gammele wanden, het ontbrak aan verwarming, meubels, enzovoorts. In de eerste maanden is er veel getimmerd en gezaagd. Door middel van een stemsysteem wordt er maandelijks een deelnemer naar huis gestuurd en komt er nieuw bloed het verhaal binnen. De spelers zitten niet gevangen, maar wie op eigen initiatief vertrekt, wacht een boete. De hoogte van het bedrag is per persoon verschillend. Mijn kijk-intentie Ik hoor bij de 650.000 kijkers die dagelijks tussen 19.30 en 20.00 kijken. Het is de tijd dat ik moet rusten, terwijl ik verbonden ben aan mijn beademingsmachine. Mijn kijkvraag is: “Hoe gaan de deelnemers om met de drie kloostergeloftes: armoede (gemeenschap van goederen), zuiverheid (celibaat) en gehoorzaamheid (leiderschap).” “Met welke visie op het leven, op de maatschappij proberen de deelnemers een nieuwe samenleving op te bouwen?” Vijf dagen per week kijk ik naar de

beelden die de programmamakers hebben geselecteerd. Ik weet dus niet in hoeverre ik gemanipuleerd word en in hoeverre het ‘waarheid’ is wat ik te zien krijg. Ik vraag mij vaak af: “Is het zien van een knallende ruzie spannender dan een naar inhoud zoekend gesprek?” Zoeken naar inhoud Het zoeken naar inhoud wordt het scherpst op momenten dat onderlinge verschillen in waarden en normen in botsing komen. In de eerste week zette een deelnemer onder het motto van ’ik bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

27


ben hier gekomen voor een feestje’ een fles sterke drank op tafel. Hierdoor ontstond een conflict met Rienk, een jonge Groninger die het zwerven, het leven zonder geld, tot zijn persoonlijk levensmotto had verheven. Rienk droomde van een Utopia zonder geld en zeker zonder alcohol. Hij was de eerste die zei: “In wat voor samenleving willen wij leven?”

Is het zien van een knallende ruzie spannender dan een naar inhoud zoekend gesprek? De deelnemers zijn met een zeer klein budget gestart; vanaf de eerste dag leefde het idee om in gemeenschap van goederen te leven. Al het geld was nodig om bouwmaterialen en eten en drinken te kopen. Zij deelden alles gemeenschappelijk en een ieder kreeg enkele luttele euro’s als zakgeld. Het samen delen ontstond uit noodzaak, niet vanuit een vrij gekozen en weloverwogen levensideaal. Uitgangspunten, het waarom en hoe werden niet uitgesproken en dus ook nooit op papier gezet. Gemeenschappelijke uitgangspunten Ik hoor bij een dominicaanse congregatie. Voor onze gemeenschap zijn de regel van Augustinus en de constituties belangrijk. De constituties zijn een praktische uitwerking van hoe wij als gemeenschap onze uitgangspunten regelen, opdat goed samenleven mogelijk wordt. Denk aan thema’s als het toelaten van nieuwe leden en het omgaan met geld en goederen. Ontbreken van gezamenlijke uitgangspunten Het gevolg van het ontbreken van uitgangspunten is dat ik in Utopia veel

28

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

onderlinge onduidelijkheden en ruzies heb gezien. Bijvoorbeeld over vragen als: “Van wie is het geld dat wij samen verdienen?”, “Van wie is het geld dat één van ons (bijvoorbeeld door het verkopen van pannenkoeken) weet te verdienen?” of “Waarover kun je zelf beschikken en wat moet je met de groep overleggen?” Spannend werd het toen ‘Robin’, een Haagse blondine, in maart Utopia betrad. Al snel maakte zij contact met de redactie van een ‘mannenblad’ om voor zichzelf en de andere vrouwen een fotoshoot te regelen. De ontstane commotie was hilarisch. Zowel enkele oudere als jongere dames wilden voor de camera. Onthullend waren de argumenten die gebruikt werden om aan dit speciale ‘blootgeven’ mee te werken. Velen zagen het als iets moois, iets emancipatoirs en een vorm van zelfverwerkelijking. Andere deelnemers hadden bezwaren. De rekbaarheid van het samenleven werd beproefd. De argumenten pro en contra vlogen door de loods. Gevolgen Vervolgens kwam het gesprek op de financiën. De eigenaar van het blad beloofde de deelneemsters een vorstelijke vergoeding. De ogen van de fotomodellen in spe begonnen te twinkelen en de fantasieën over wat zij wilden aanschaffen van hun zelf verdiende geld dwarrelden over het Utopiaterrein. Een ding was duidelijk, dit geld zou niet in de gezamenlijke pot verdwijnen. Zij die op de foto stonden, claimden ook het financieel eigendomsrecht. Dit was voor mij een verrassing. Vanaf het moment dat er een substantieel bedrag verdiend kon worden, was


de belangstelling om te leven in een financiële gemeenschap opeens verdwenen! Zo bleek met de komst van één nieuwe deelnemer in Utopia, in de persoon van fotomodel Robin, de hele groep met al haar uitgangspunten binnen enkele dagen in grote verwarring te zijn, waardoor vertrouwde uitgangspunten zomaar van tafel geveegd konden worden! De fotoshoot is niet door gegaan, Robin is na een verblijf van twee maanden door haar medebewoners uit het programma genomineerd. Op het moment dat ik dit schrijf, oktober 2014, heeft de groep besloten om af te stappen van het motto ‘iedereen gelijk binnen een gemeenschap van goederen’. Utopia is een BV geworden waarin ieder van de vijftien deelnemers een klein eigen bedrijfje heeft. De maaltijden worden niet meer gemeenschappelijk gekookt of gegeten en er wordt zelfs gesproken over het bouwen van kleine huisjes, zodat ieder deelnemer een eigen privé (een eigen kluis) kan krijgen. Iedereen doet zijn best om zoveel mogelijk geld te verdienen. Wie niet voor zijn eigen inkomen kan zorgen, krijgt een soort Utopia-bijstandsuitkering. Van iedere verdiende euro betalen de deelnemers een bepaald bedrag aan Utopiabelasting om zo de gezamenlijke rekeningen te betalen. Nog maar twee deelnemers weten het nummer van de bankpas. Ik vrees dat zij die dit nummer kennen, op dit moment de meeste macht hebben. Blijvende zoektocht naar rechtvaardigheid Terwijl ik naar Utopia kijk, moet ik denken aan de verhalen in het Oude Testament. Wat voor koning, wat voor

Utopia

leider heeft het volk nodig? Het exodusverhaal begint met het gegeven dat de leiders van Egypte niet meer weten wie Abraham en Jozef waren. Door de tijd heen is de geschiedenis van JHWH met het volk verbleekt. Uitvinden wat het leven tot een rechtvaardige samenleving maakt, is een blijvende leerschool. De ‘huisfilosoof ’ van Utopia is Nicolien, een filosofiestudente, die in februari met ‘de ideale staat van Plato’ in haar koffer Utopia binnen kwam. Zij organiseert zo af en toe een ‘Masterclass’. Zo passeerden er een Zenmonnik en Wim Hof, de IJsman.

Uitvinden wat het leven tot een rechtvaardige samenleving maakt, is een blijvende leerschool. Misschien is het een idee om eens een dominicaan uit te nodigen. Iemand die komt vertellen dat de deelnemers het Utopia niet helemaal zelf hoeven uit te vinden; wij zijn tenslotte de eersten niet. Volgens mij valt er ook voor de Utopianen vanuit onze eigen christelijke spiritualiteit nog heel wat te leren en te ontdekken. bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

29


mijmeringen

ik steek een kaarsje op... voor mensen die vechten tegen eenzaamheid en stil verdriet, voor de ontheemden in onze samenleving, beroofd van huis en haard, voor de vluchtelingen, op zoek naar een veilige woonplaats, om licht in donkere dagen in deze godverlaten wereld

theo menting, medewerker Dominicanenklooster Huissen

30

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging


Geluk en gezondheid voor de mensen in deze wereld, voor jou, voor mij … Liefde en respect voor de mensen in deze wereld, voor jou, voor mij … Begrip en saamhorigheid voor de mensen in deze wereld, voor jou, voor mij … Voor mijn vader ... romy van swaaij secretaresse voor mijn goede vriend Frank, die ik beschouw als mijn broer, die niet lang meer te leven heeft, om het wonder dat hij nog steeds leeft. En een kaarsje voor alle slachtoffers van gewelddadige acties van IS. lucré schoorlemmer fondsenwerving Dominicanenklooster Huissen voor de dirigent van onze cantorij, die nadat ze genoeg hersteld was van een heel nare ziekte zoveel emotionele beletsels zag om weer terug te keren dat ze haar baan als dirigent van onze cantorij waarschijnlijk niet meer zal kunnen hervatten. een koorzanger voor alle kinderen die opgroeien in verscheurde gezinnen en die zo vaak aan hun lot worden overgelaten; dat ze veel warmte en liefde mogen ontvangen van goede mensen om hen heen. een moeder voor mensen die hunkeren naar liefde en dat met name bij anderen zoeken. Ik bid dat we ervaren en erop durven te vertrouwen dat we goed zijn zoals we zijn en geliefd, onvoorwaardelijk geliefd. aalt bakker directeur Dominicanenklooster Huissen

bezinning bezieling beweging

nr 4 • 2014 geloven onderweg

31


essay

door: liesbeth woertman, hoogleraar psychologie en onderwijsdirecteur universiteit utrecht

A

Ik vertel dus ik ben

ls ik aan u vraag wie u bent, dan noemt u waarschijnlijk uw naam. Maar uiteraard bent u niet uw naam. Als ik aan u vraag wie u bent, dan noemt u misschien uw beroep, maar uiteraard bent u niet uw beroep. Elke tijd kent een bepaald mensbeeld. Op dit moment is binnen de psychiatrie en psychologie het biologisch denken dominant. Dit betekent dat er grote waarde wordt gehecht aan het functioneren van de hersenen. Er is weinig aandacht voor het individuele verhaal van mensen. Dit artikel is een bewerking van een lezing die Liesbeth Woertman op 25 september 2014 uitsprak tijdens een symposium over herstelverhalen en de GGZ. Narratieve psychologie Sinds enkele decennia bestaat in de psychologie een stroming die narratieve psychologie wordt genoemd. Centraal staat de aanname dat we in een door verhalen gevormde wereld leven. Mensen creëren betekenis door ervaringen te structureren in betekenisvolle en samenhangende gebeurtenissen: verhalen met een plot. De narratieve psychologie bestudeert kenmerken van levensverhalen in relatie tot gedrag en geestelijke gezondheid. In de narratieve benadering kunnen tegenstrijdigheden een plaats krijgen. Wij hangen als mens van tegenstrijdigheden aan elkaar. Nieuwe verbanden ontdekken is betekenis geven. Het verleden herinterpreteren is bouwen aan een toekomst. Ervaringen in een samenhangend verband brengen is

32

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

aan een identiteit bouwen. Het verhaal is geen beeldspraak om identiteit te beschrijven, maar mensen construeren hun identiteit met levensverhalen. Identiteit is het antwoord op de vraag wie ik ben. Die vraag beantwoorden we met verhalen over ons leven. Mijn verhaal De beelden over mijzelf zijn oude beelden uit mijn verleden. De beelden verhalen over de sociale rollen die ik speelde en was. Die beelden vallen nooit samen met het heden. Heel lang heb ik geprobeerd om één te worden, om heel te zijn, een mens uit één stuk. Gek werd ik van mijzelf met al die wisselende gedachten, gek werd ik van al die stemmingswisselingen. Maar nu weet ik dat ik een gewonde heelmeester ben, heel in gebrokenheid. Ik vertel u een deel van mijn verhaal.


Jeugd Ik ben geboren in Nederland in 1954 in de sfeer van de Koude Oorlog. Een land in opbouw, sober, hardwerkende ouders. Mijn ouders kregen in zes jaar vijf kinderen. Ik ben de oudste en het enige meisje. We leefden in een kleine wereld van een paar straten. “Jongens zijn veel liever”, zei mijn moeder, en “God ziet alles”. Buiten spelen was eng, zwemmen was nog veel enger en gymnastiek vreselijk. Het avondeten was een hoogtepunt, mijn moeder kookte geweldig en alles vond ik even lekker. Sinterklaas was mijn grote voorbeeld. Als ik toch eens als Sinterklaas zou kunnen zijn. Iedereen verrassen met datgene wat hij/zij het liefste wilde hebben. Maar het gelukkigst was ik wanneer ik kon lezen. Alle meisjes- en alle jongensboeken heb ik uit de bibliotheek gehaald, iedere week opnieuw. Ik leefde in mijn hoofd en was bang voor alles. Op de lagere school ging het goed, ik had vriendinnetjes en haalde moeiteloos achten. Ergens in de vierde klas lagere school kregen we breuken. En voor het eerst begreep ik iets niet. Mijn cijfer voor rekenen ging achteruit en ook mijn cijfer voor taal, gek genoeg. In het rapport van mijn zesde klas staat met vraagtekens ‘ULO????’. Ik ging naar de net opgerichte mavo, maar verliet die op mijn vijftiende en ging werken. Toen mijn broertje wel de mavo haalde, dacht ik: “Wat hij kan, kan ik ook!” Mavo Ik meldde me aan voor de avondmavo, maar de directeur wilde me niet hebben. Een meisje dat al twee jaren van school was, met zeven onvoldoendes, nee dat kostte hem zijn eindexamen-

Het verhaal is geen beeldspraak om identiteit te beschrijven, maar mensen construeren hun identiteit met levensverhalen. rendement. Ik praatte daar als Brugman en hij heeft me uiteindelijk aangenomen in de eindexamenklas als risicoleerling. Ik dacht alleen maar: “Een jaar hard studeren zie ik mezelf nog wel doen.” Maar wat zou ik graag dat gesprek terugzien en horen. Wát zei ik tegen hem, waardoor ik hem overtuigde? Ik heb geen idee. HBO Goed, ik was zeventien, werkte zes dagen in de week en ging drie avonden in de week naar school en ondertussen was ik ook nog zwanger geworden. Het eerste schoolonderzoek in oktober was Nederlands; tekstverklaring. De docent kwam de klas binnen en vroeg: “Woertman, wat denk je dat je hebt?” Mijn hart bonkte in mijn keel. Ik dacht dat ik het wel aardig had gemaakt en zei: “een zes, meneer.” “Je hebt een tien.” Nog nooit in mijn leven had ik een tien gehaald. Ik was ongelofelijk blij en leerde op die avondschool dat ik niet zo in mijn hoofd moest wonen, maar met mijn lichaam en aandacht in de klas moest blijven. Dat was studeren! U begrijpt het al. Ik haalde in een jaar mijn mavodiploma, het diploma waar ik het meest trots op ben, omdat het mijn leven heeft veranderd. Ik ging werken in de Openbare Bibliotheek en kreeg zodanig plezier in het studeren dat ik overwoog om een HBO-opleiding te gaan doen. Drieëntwintig ben ik dan, met twee kinderen Dat overwegen moet u zich voorstellen als: kinderlijk gegniffel om de gedachte, bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

33


Identiteit ontstaat in samenspel met andere mensen. Wij zijn geen autonome, maar sociale wezens. angst of ik het zou kunnen, een enorme vreugde in mijn lichaam alleen al bij de gedachte dat ik misschien hoger onderwijs zou gaan volgen. WO en carrière De praktische bezwaren kon ik zelf wel bedenken. Gelukkig bleek er een parttime opleiding sociaal cultureel werk te bestaan aan de Horst in Driebergen. Werken in een buurthuis als jongerenwerkster met de moeilijkste jongeren, plus een gezin, samen met mijn man. Op mijn 26ste haalde ik mijn hbo-diploma Sociaal Cultureel Werk en toen werd het even heel erg stil van binnen. Zou ik? Nee, nu moet je ophouden. Nu tart je het lot. Zou ik naar de universiteit kunnen? Nee, dat is te hoog gegrepen! Maar dat dacht ik ook, toen ik nog geen diploma had, toen leek de mavo ook onmogelijk. En met het mavodiploma op zak, kwam de havo langs als mogelijkheid, als alleen maar ietsje meer en moeilijker. Als je het niet probeert, weet je niet waar je grens ligt. Uiteindelijk koos ik voor psychologie. Ik meldde me aan en werd toegelaten. Het was lastig, het was druk, het was chaos in die periode van mijn leven. Maar ik werd steeds meer mij. Van mijn kinderen leerde ik onvoorwaardelijk liefhebben en ik kreeg plezier in mijzelf en de wereld. Op mijn 33ste mocht ik mijn doctoraalbul Psychologie in ontvangst nemen. Ik kreeg direct een baan als docent aangeboden aan de Universiteit Utrecht. Ik had nog nooit lesgegeven, maar dit was mijn vorm. Op mijn 40ste promoveerde ik op het onderwerp Lichaamsbeelden

34

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

en op mijn 55ste werd ik benoemd als Opleidingsdirecteur psychologie en Hoogleraar Kwaliteit en Vormgeving van het psychologieonderwijs. Ik heb deze carrière niet bedacht. Ik heb deze loopbaan niet kunnen verzinnen, want mijn leefwereld begon met slechts enkele straten en geen uitzicht op de wereld. Het is een verhaal van neus dicht en springen, hoe bang ik ook was. Het is een verhaal van gewoon een boek pakken en nog een boek en nog een, om op die manier in een nieuwe wereld terecht te komen waar ik thuis bleek te horen. Ik heb het geluk gehad dat andere mensen al iets in mij zagen, wat ik nog niet in mijzelf zag. Identiteit ontstaat in samenspel met andere mensen. Wij zijn geen autonome wezens maar sociale wezens. Dwaling en herstel Je kunt als mens gevangen raken in een verbeelding van de werkelijkheid. In de gnostiek heet dat dwaling, leerde ik van Bram Moerland. Het wordt beschreven als een verblijf in een vreemd land waarvan je je de zeden en gewoonten hebt eigen gemaakt, zonder nog te weten wie je van oorsprong bent. Het proces van bevrijding uit de dwaling heet in de gnostiek het herstel. Het herkennen van je eigen verhaal als een willekeurige betekenistoekenning schept vervolgens de vrijheid om dat verhaal te vertellen, te

Om bereikbaar te zijn voor de ontroering van je medemens moet je je zekerheden durven loslaten, de vensters van je ziel openstellen en bereid zijn om geraakt te worden. Alleen dan kun je de waarheid van een verhaal verstaan.


Marlene Dumas | Models | 1994

Om bereikbaar te zijn voor de ontroering van je medemens moet je je zekerheden durven loslaten, de vensters van je ziel openstellen en bereid zijn om geraakt te worden. Alleen dan kun je de waarheid van een verhaal verstaan.

hij meemaakt, een plaats geven in zijn autobiografie. Als verschillende ervaringen niet opgenomen kunnen worden in onze biografie, dan ontstaat er een soort mist. We raken de weg kwijt en komen terecht in een steeg waar we de uitgang niet kunnen vinden. Werken in de geestelijke gezondheidszorg betekent voor een belangrijk deel een bijdrage leveren aan het herstel, aan het schrijven van de autobiografie. Het gaat niet alleen om het verbeteren van stemming of het verminderen van angsten. Het gaat in werkelijkheid om het verhaal, het meest persoonlijke van een mens. Deskundigheid in de psy­chiatrie is in alle tijden het op orde brengen van het levensverhaal.

Je bent je antwoord Met chaos valt moeilijk te leven en de mens als zingevend dier wil alles wat

Wij zijn allen gewond, of we hulpverlener zijn of cliënt. Wij zijn allen mens, heel in gebrokenheid.

veranderen of te behouden, om jezelf een eigen waarde toe te dichten als verteller van je eigen verhaal. Hetzelfde geldt voor de feiten in je leven. Ook daaraan kun je elke willekeurige betekenis geven. Dat inzicht laat de muren van de gevangenis om je heen in elkaar storten. Wat zich dan aandient zijn oneindige mogelijkheden. De angst daarvoor kan groot zijn. Het overwinnen van de angst is een wezenlijk onderdeel van het spirituele pad op weg naar autonomie, het herstel.

bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

35


essay

door: colet van der ven, freelance journaliste

O

Denken, altijd maar denken

p een vroege ochtend in 1942 marcheren leden van Reservebataljon 101 van de Duitse ordepolitie het Poolse dorpje Josefow binnen. Het zijn reservisten: veertigers, brave huisvaders uit Hamburg, weinig of geen schietervaring, te oud om dienst te doen aan het front en nu opgeroepen voor een speciale klus. Wat die klus is, legt commandant Wilhelm Trapp hen uit, terwijl hij zijn emoties nauwelijks kan bedwingen: de vitale mannen uit het dorp selecteren voor de werkkampen in Lublin en alle overige inwoners een nekschot geven. Trapp staat er zelf niet achter, maar het bevel komt van hogerhand. De commandant biedt iedereen die denkt daar niet tegen opgewassen te zijn, de gelegenheid zijn wapen in te leveren. Twaalf van de vijfhonderd reservisten maken van dit aanbod gebruik. In de loop van de dag volgen er nog een paar. Als de nacht valt zijn vijftienhonderd oudere mannen, vrouwen, kinderen en baby’s door de overige reservisten vermoord. Een kleine anderhalf jaar later hebben de slachtingen van dit bataljon aan achtendertigduizend Joden het leven gekost. De brave huisvaders zijn veranderd in routineuze moordmachines. Beweegredenen De Amerikaanse historicus Christopher Browning vroeg zich af hoe dat in hemelsnaam mogelijk was. Hij probeerde op basis van later afgelegde verklaringen van de reservisten een reconstructie te maken. In zijn ‘Nooit-meer-Auschwitz-lezing’ (2012) legde hij hun beweegredenen bloot. Browning destilleert een aantal psychologische en sociologische me-

36

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

chanismen die mede bepalend zijn voor deze transformatie van eerzame ­burgers in beulen, zoals: conformisme, groepsdruk, gehoorzaamheid, gepolariseerd wij-zij denken, latent sadisme dat manifest wordt. Het kwaad door het onbewuste Toch gaat daar nog iets anders aan vooraf. En het was Nasim Khaksar, N.B. Dit artikel is in aangepaste vorm eerder geplaatst in dagblad Trouw.


een naar Nederland gevluchte Iraanse schrijver die me daarop wees tijdens een interview dat ik met hem had. Hij vertelde over de martelingen die hij had ondergaan tijdens het bewind van de sjah van Perzië en onder ayatollah Khomeiny en zei toen: “Misschien is het onbewuste wel het kwaad.” Een intrigerende opmerking. Werkt bewustzijn het goede in de hand? Is (zelf ) reflectie de sleutel tot een gevormd geweten? Bedoelde hij met het onbewuste hetzelfde als de Joods-Duitse filosofe Hannah Arendt met gedachteloosheid: de weigering om te denken? In haar filosofie heeft het accent op het innerlijke tweegesprek in relatie tot het kwaad mij altijd gefascineerd. Wie denkt, zal niet snel de harmonie met zichzelf op het spel zetten. Wie wil er met zijn ergste vijand onder één dak leven, met een leugenaar of een moordenaar samenwonen? Alleen het denken, de dialoog die ik innerlijk voer, kan die disharmonie voorkomen. Dit denken is niet identiek aan het beschikken over kennis. Ook niet aan het bezit van een geschoold verstand. Het is het onafgebroken, schaamteloze gesprek tussen ik en mijzelf, dat gevolgd wordt door een daarmee in de lijn liggend handelen en oordelen. Geweten en bewustzijn Lange tijd bestond er geen onderscheid in de Engelse taal tussen de woorden conscience, geweten, en consciousness, bewustzijn. Het zijn ook nauw verbonden begrippen, ze grijpen op elkaar in. Het geweten maakt ons bewust en het bewustzijn op zijn beurt scherpt het geweten. Die uitwisseling, dat gesprek tussen ‘ik’ en ‘zelf’ is als een weefsel dat je weeft en ontrafelt en weeft en ontrafelt.

De meeste mensen beschikken in potentie over de mogelijkheid tot wreedheid, maar ook over de mogelijkheid daar weerstand aan te bieden. Iemand die deze discussie niet continu voert, zijn geweten niet zonder ophouden bevraagt, is ontvankelijker voor conformisme en destructiviteit. Bewustzijn immers houdt scherp, wekt mededogen, roept empathie op. Zowel cognitieve empathie, het vermogen te herkennen wat iemand denkt of voelt, als affectieve empathie, het talent daar op passende wijze op te reageren. De meeste mensen beschikken in potentie over de mogelijkheid tot wreedheid, maar ook over de mogelijkheid daar weerstand aan te bieden. Denken is het kwaad in jezelf verkennen, en voorvoelen onder welke condities het werkelijkheid zou kunnen worden. Het is het versterken van de innerlijke weerbaarheid tegen die condities. Denken betekent, zo schrijft Arendt in ‘Verantwoordelijkheid en oordeel’ (postuum verschenen in 2003), dat mensen “de diepte ingaan, wortels ontwikkelen, en zichzelf aldus stabiliteit geven om niet te worden weggevaagd door wat zich mogelijk kan voordoen: Zeitgeist, de Geschiedenis of simpelweg verleiding.” Denken is hét wapen tegen moreel analfabetisme. Omgevingsinvloeden Maar wat als omgevingsinvloeden in de jeugd of persoonlijkheidsfactoren het denken niet alleen bemoeilijken maar zelfs onmogelijk maken? Wat als gedachteloosheid niet het resultaat is van de weígering om te denken, maar van het ónvermogen om te denken? bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

37


Vrijheid impliceert dat je niet kritiekloos samenvalt met je begeerten, driften, emoties, maar dat je die weegt, beoordeelt, ondervraagt, met argumenten ondersteunt of verwerpt. Want de wil om te denken, en vanuit het denken verantwoordelijkheid te nemen, is onmiskenbaar gerelateerd aan het vraagstuk van de vrijheid. Mijn zusje, tweeënvijftig jaar oud maar met het mentale niveau van een baby van zes maanden weet niet wie zij is, wie wij zijn. Ze kan niet praten, niet zien, niet liefhebben, laat staan denken en onderscheiden. Hoe vrij is zij? De kleinzoon van een vriend is verslaafd geboren. Zijn hersenfuncties zijn aangetast en in zijn gewetensontwikkeling is hij blijven steken op het niveau van een vierjarige die een koekje uit de trommel pakt als niemand kijkt. Hoe vrij is hij? Dirk, een negenjarige jongen wordt op sterven na dood het ziekenhuis binnengebracht. Zwaar mishandeld door zijn ouders gedurende vele jaren. Over zijn hele lichaam littekens en brand- en snijwonden. Hoe vrij zal hij in de toekomst zijn? Vrijheid onder voorwaarden Vrijheid is niet absoluut. Vrijheid wordt geschraagd door karakter, geschiedenis, omstandigheden, emotionele en mentale bagage. Mijn vrijheid en daarmee mijn verantwoordelijkheid reiken, dankzij de mij gegeven mogelijkheden, vele malen verder dan die van Dirk of de kleinzoon van mijn vriend. Misschien heeft de moeilijke startpositie in hun leven hun vrijheid zelfs zoda-

38

geloven onderweg nr 4 • 2014 – bezinning bezieling beweging

nig ingeperkt, dat ze niet meer kúnnen kiezen voor dat innerlijke zelfgesprek. Zoals mijn zusje dat niet kan. Hannah Arendt zegt weliswaar dat het beschikken over kennis en het vermogen om te denken niet identiek zijn, maar schenkt weinig aandacht aan de voorwaarden waaraan voldaan moet worden om überhaupt tot denken te kunnen komen. Ze stelt dat het vermogen om reflectief te oordelen een sleutelkenmerk is van geestelijke gezondheid, maar heeft weinig oog voor het feit dat geestelijke gezondheid een voorwaarde is om reflectief te kunnen oordelen. Het is de vrijheid die het denken mogelijk maakt. Vrijheid impliceert dat je niet kritiekloos samenvalt met je begeerten, driften, emoties, maar dat je die weegt, beoordeelt, ondervraagt, met argumenten ondersteunt of verwerpt. Paradoxaal genoeg impliceert vrijheid dat je de keuze maakt om te denken. Volgens Hannah Arendt wordt het grootste kwaad bedreven door mensen die, omdat ze niet denken, niemand zijn, ‘menselijke wezens die weigeren personen te zijn’. Hier raakt Arendt aan het begrip ‘de lege mens’ van Abel Herzberg. In ‘Amor Fati’ (1946) geeft deze Joods-Nederlandse jurist daarvan de volgende typering: “Men heeft hem idealisme toegedacht. Hij bezit dat niet. Men heeft hem opvattingen toegeschreven. Hij mist ze. Men heeft in hem ten minste vaderlandsliefde of nationaal enthousiasme willen ontdekken. Hij heeft er geen zweem van. Hij heeft een maag, een hart, longen, darmen, nieren en hij stelt er bijzonder prijs op deze behoorlijk te doen functioneren. Dientengevolge zijn zijn natje en droog-


je hem heilig. Voor het overige is hij een ding. Leeg.” De rol van de opvoeding Hoe voorkom je dat mensen verdingelijken, uitgroeien tot gedachteloze, lege wezens? Ik kan niet anders dan uitkomen bij opvoeding, maar daar laat Arendt zich slechts mondjesmaat over uit. Zij is van mening dat de politiek zich verre moet houden van opvoeding en onderwijs. Kinderen zijn primair lid van een gezin en die sfeer van ‘individuele exclusiviteit’ beschermt hen tegen de eisen van het sociale en politieke domein. In het gezin heersen ‘de vanzelfsprekendheden van de opvoeding’ (een term ontleend aan haar leermeester Martin Heidegger). In tegenstelling tot Arendt geloof ik dat de politiek wel degelijk een taak heeft in het sociale domein, omdat er altijd gezinnen zijn waar ‘de vanzelfsprekendheden van de opvoeding’ volstrekt ontbreken. De provocatieve stelling van Arendt, dat “wie weigert de verantwoordelijkheid voor de wereld mee op te nemen, geen kinderen zou mogen hebben en niet betrokken zou mogen worden bij de opvoeding”, staat op gespannen voet met de werkelijkheid het is trouwens ook in strijd met haar eigen idee dat de politiek uit het sociale domein moet worden geweerd. Mensen krijgen kinderen, ook onverantwoordelijke mensen. Ik zou liever mijn kaarten zetten op een overheid die zich bemoeit met haar jonge burgers van de wieg tot aan de volwassenheid, op straat en achter de voordeur. Die sterke informele netwerken weeft om zwakke opvoeders. Die zich richt op het ontwerpen van een onderwijsprogramma - van

Danny Schwartz

kleuterklas tot universiteit - waarin het scholen van empathie en het stimuleren van het innerlijke tweegesprek even vanzelfsprekend zijn als gymnastiek en Nederlands. Om zo kinderen van falende ouders te omhullen met een (weliswaar dunne) beschermlaag die misschien kan voorkomen dat ze in de toekomst zelf uitgroeien tot een falende ouder en om hen (maar ook kinderen van niet falende ouders) te helpen zich te ontwikkelen tot denkende, bewuste, vervulde mensen. Voor de reservisten van Bataljon 101 is het te laat en voor mijn zusje zal het niet lonen, maar wie weet wel voor een jongen als Dirk. Want om terug te komen op Nasim Khaksar, de Iraanse schrijver: ik denk dat hij gelijk heeft. En daarom moeten we de gedachteloosheid bestrijden met wat en waar we kunnen. Studieweekend rondom dit thema o.l.v. Colet van der Ven m.m.v. Bettine Siertsema, zaterdag 14 maart tot zondag 15 maart 2015 Informatie: www.kloosterhuissen.nl

bezinning bezieling beweging

– nr 4 • 2014 geloven onderweg

39


Samen Kerstmis vieren in het Dominicanenklooster. De bijzondere liturgische momenten, de mooie muziek en de bezinnende sfeer van rust, stilte en gastvrijheid maken het programma bijzonder. U bent van harte uitgenodigd om met ons de speciale kerstdagen mee te vieren. zondag 21 december 14.00 uur tot vrijdag 26 december 2014 14.00 uur A € 349,- B € 439,- C € 479,- € 14108

Dit jaar verzorgt Capella Phos Hilaron het traditionele kerstconcert in het Dominicanenklooster Huissen. Tijdens dit kerstconcert hoort u de prachtige Engelse kerstcantate ‘Born a King!’ van William Loyd Webber. De muziek van deze kerstcantate is ‘typical English’. Prachtige koormuziek die het geboorteverhaal van Jezus van Nazareth in alle toonaarden bezingt. zondag 21 december 2014 vanaf 15.30 uur deurcollecte (aanmelden gewenst!) 14099 Na de kerst en in de aanloop naar het nieuwe jaar kunt u heerlijk ontspannen, creatief en bezinnend, een aantal dagen in ons klooster doorbrengen. Het programma: luchtig en verdiepend, speels en serieus. Samen nadenken en bezinnen, zingen en mediteren, stil zijn en feest vieren, met voldoende ruimte voor persoonlijke tijd. zaterdag 27 december 11.00 uur tot donderdag 1 januari 2015 13.30 uur (inschrijving voor 2 etmalen ook mogelijk) € 180,- voor 2 etmalen of € 269,- voor 5 etmalen 14166

Krachtig en zacht op zoek naar innerlijk licht. Een ontdekkingsreis met Hathayoga, waarin gewerkt wordt met houdingen, adem, inspanning, ontspanning en meditatie. Reinnetta Beking, docente HathaYoga, meditatie, reiki donderdag 1 januari 14.00 uur tot zondag 4 januari 2015 14.00 uur A € 349,- B € 439,- C € 479,15012

Job is een weerbarstig Bijbelboek! De hamvraag is niet zozeer: Wat is de zin van het lijden? Als wel: Hoe ga ik om met lijden? dinsdagochtenden 13, 20, 27 januari, 3, 10, 17 en 26 februari, 3, 10, 17 en 24 maart 2015 van 10.00 tot 12.15 uur Ernst Marijnissen, dominicaan, schrijver en exegeet/catecheet A € 149,- B € 199,- C € 239,15017

Schrijven en yoga zijn twee aanvullende paden naar hetzelfde doel: volledig aanwezig worden voor je leven. Tijdens dit stilteweekend laten auteur Geertje Couwenbergh en yogadocente Jasmijn Koelink je ervaren hoe deze combinatie kan leiden tot serieuze ZIN in je leven. Geertje Couwenbergh, columnist en innernemer, Jasmijn Koelink, yogadocent en sociaal psychologe vrijdag 16 januari 19.30 uur tot zondag 18 januari 2015 16.00 uur A € 275,- B € 335,- C € 385,15011 Drie dagen om in volledige stilte te ervaren wat zich NU in jou aandient. Zwijgen en jezelf ontmoeten, zodat wat diep in jou leeft aan het licht komt. Misschien confronterend, altijd helend. Ervaar hoe de stilte je innerlijk kan bevrijden. Er is gelegenheid voor een gesprek met de begeleidster. zon 18 jan 15.00 uur tot do 22 jan 2015 14.00 uur (zie site voor meer data) Erna Bakker, therapeute en coach bij het (terug-)vinden van innerlijke rust A € 299,- B € 349,- C € 399,15067

retraite

Jezelf ontmoeten in de stilte

creativiteit

Zin: schrijf- en yogaweekend

studie

Leerhuis Job

retraite

Yogawinterweekend Bezinning, Bezieling en Inkeer

retraite

Van Oud naar Nieuw - Verschillen in verbondenheid

muziek

Kerstconcert Born a King!

retraite

agenda voor onderweg

Kerstmis in het klooster


Dit retraiteweekeinde is gesitueerd in een tijd van het jaar waar de dagen weer merkbaar langer worden. Tijdens deze retraite oriënteren we ons op het terug­ kerende licht, verwelkomen dit en laten duisternis los. vrijdag 23 januari 17.00 uur tot zondag 25 januari 2015 15.00 uur Ton Roumen, theoloog, spiritueel auteur en geeft regelmatig retraites A € 199,- B € 249,- C € 299,15015

Een week vol bewustwording, beweging en inspiratie. We verbinden ons met de vijf religies en onderzoeken wat verbindend werkt in iedere vorm van religie. Daarna tekenen we een mandala van de religie van de dag. Danka Hüsken-Smit, expert mandala coach, trainer en auteur zondag 25 januari 14.00 uur tot vrijdag 30 januari 2015 14.00 uur A € 369,- B € 454,- C € 494,15030

Individuele retraite Rust en ruimte in de winter Een paar dagen voor jezelf. Verstillen, tot rust komen en genieten in het klooster. Ervaar de kracht van rust en het kloosterritme. Met maaltijden, vieringen en meditaties en mogelijkheid voor een gesprek. Geen vast programma en volop tijd voor eigen invulling, zoals lezen, wandelen of fietsen. Gun jezelf rust en ruimte! dinsdag 27 januari 15.00 uur tot vrijdag 30 januari 2015 11.00 uur € 287,- (incl. 1pk, maaltijden, koffie en thee) 15094

Op een reeds voorbereid paneel leert u een icoon te schilderen op traditionele wijze afhankelijk van de regio waaruit de icoon afkomstig is: Grieks, Russisch of Bulgaars. U maakt zelf uw verf met behulp van eigeel en pigment. vrijdag 30 januari 14.00 uur tot maandag 2 februari 2015 14.00 uur Martin Mandaliev, afkomstig uit Bulgarije en de 4e generatie van een familie van iconenschilders A € 299,- B € 339,- C € 399,15016

Een dag waarin je meer inzicht krijgt én vooral aan den lijve gaat ervaren wat het je brengt wanneer je meer in het moment leeft: minder stress, meer innerlijke rust en verbinding met dat wat er echt toe doet in jouw leven! zaterdag 7 februari 2015 van 10.00 tot 17.00 uur (zie site voor meer data) Erna Bakker, therapeute en coach bij het (terug-)vinden van innerlijke rust A € 69,- B € 79,- C € 89,15068

Dag met meditatie, vasten en contemplatie in stilte, als geweldloos verzet tegen geweld en onrecht in de wereld. zondag 8 februari 2015 van 11.00 tot 17.00 uur (zie site voor meer data) Miek Pot (1960) historica, ex-contemplatieve non, auteur en trainster € 25,15065

Zingen met bezieling én expressie. Voor mensen die benieuwd zijn naar de innerlijke kracht van hun eigen stem. Voor mensen die zingend hun binnenwereld naar buiten willen brengen. Met workshops over klank, tekst, beweging en expressie. vrijdag 13 februari 19.00 tot zondag 15 februari 2015 14.00 uur Natasha Schulte, theaterregisseuse en docente en Antje de Wit, zangpedagoge en koordirigente A € 199,- B € 249,- C € 299,15047

muziek

Zing je binnenste buiten

retraite

Contemplatie voor Wereldvrede

workshop

Leef NU!

creativiteit

Winterweek icoonschilderen

creativiteit retraite

Winter Mandalaweek - De vijf religies

retraite

Retraiteweekend - Groeien naar het licht


Een weekend waarin vrouwen uit christendom, islam en jodendom met elkaar in gesprek gaan en zich door de heilige geschriften laten inspireren. Als thema voor dit trialoogweekend hebben we daarom ‘volharding’ gekozen, want we willen ons laten inspireren door krachtige verhalen uit onze geloofstradities (christendom, islam, jodendom). vrijdag 20 februari 17.00 uur tot zondag 22 februari 2015 14.00 uur Anne Dijk, Gé Speelman, Martina Heinrichs, Stella vd Wetering, Nora Asrami en Chantal Suissa € 125,15017 Een fascinerende reis naar de ongekende mogelijkheden van de menselijke stem. Geënt op de werkwijze van het Roy Hart Theater: avontuurlijk, spelenderwijs en op de tast. maandag 23 februari 16.00 uur tot woensdag 25 februari 2015 16.00 uur Pete Pronk, verhalenverteller en docent stemexpressie A € 299,- B € 349,- C € 399,15031

workshop

3-daagse stemexpressie - De Schatkamers van de stem

studie

agenda voor onderweg

Weekend over volharding

5-daagse Contemplatie - Kijken vanuit de diepte

retraite

Deze contemplatieretraite is een pelgrimeren door je innerlijke landschap. Net als op een uiterlijke pelgrimstocht komen we van alles tegen, leuke en minder leuke dingen. We gaan ‘op weg’ en laten ons verrassen. Onze blik verdiept zich en we ‘kijken’ anders waardoor we meer en intenser gaan waarnemen. Het pelgrimeren transformeert ons op een dieper niveau. ma 23 feb. 16.00 uur tot vrijdag 27 feb. 2015 10.30 uur (zie site voor meer data). Miek Pot, contemplatielerares, schrijfster en ex-non A € 299,- B € 399,- C € 499,15048

Kloosterweekend - In de stilte

Deze lieddag staat in het teken van de liturgie in de Goede week. We studeren en zingen bekende en nieuwe liederen. Er wordt een (liturgische) toelichting gegeven en we sluiten, traditiegetrouw, de dag af met een korte vesperviering. zaterdag 28 februari 2015 van 10.30 uur tot 16.00 uur € 25,- (incl. koffie/thee/lunch en programmaboek) 15095

muziek

Lieddag Goede week en Pasen

retraite

‘Stilte blijkt heilzaam voor mensen , in de stilte komt naar boven wat diep in ons leeft. In de stilte komen we het geheim van het leven op het spoor. We laten ons inspireren door het kloosterritme en mystieke teksten. We beleven de stilte en maken ruimten om met elkaar uit te wisselen wat dat met ons doet. vrijdag 27 februari 19.30 uur tot zondag 1 maart 2015 14.00 uur Holkje van der Veer, dominicanes, pastoraal vormingswerkster en auteur en Janneke Bron, cantor en pastor A € 159,- B € 199,- C € 249,15115

Schilderen met Hart en Ziel

Verlang jij ook naar een eigen plek? In je gezin, je werk en het grote geheel, waar jij helemaal tot je recht komt? Verlang je er naar los te laten wat je van huis uit meekreeg! Ontdek met hulp van familieopstellingen hoe je jouw plek kunt innemen in je leven! zaterdag 7 maart 2015 van 10.00 tot 17.00 uur (zie site voor meer data) Erna Bakker, therapeute en coach bij het (terug-)vinden van innerlijke rust A € 69,- B € 79,- C € 89,- (losse inschrijving) 15069

workshop

Dagworkshop - Je plek innemen

creativiteit

Een dagworkshop intuïtief schilderen waarin de beleving van het schilderen centraal staat. Laat je inspireren en verrassen door je eigen ongekende talenten. Ervaring met creativiteit is niet nodig. Einstein noemt intuïtie een godsgeschenk welke we in de loop der tijd zijn vergeten. Wat zou het mooi zijn om dit geschenk al schilderend weer terug te vinden. zaterdag 28 februari 2015 van 10.00 uur tot 17.00 uur (zie site voor meer data). Gitta Nieuwenburg, kunstenares A € 65,- B € 77,- C € 89,15110


geloven

Neem nu een jaarabonnement op Geloven Onderweg onderweg voor slechts € 15,– onderweg 2 of ontvang een gratis 3 cd* of boek** dominicaan

geloven

losse verkoo

s tijdschrift

pprijs €� 7,50

voor bezinn

ing, bezieling

en bewegin

zomer 2014 | jaargang

dominicaan

losse verkoo

s tijdschrift

pprijs � 7,50

voor bezinn

ing, bezieling

en beweging

najaar 2014 | jaargang 132

Miek Pot

Gitta Nieuw

enburg

Jan Kortie

**Catechismus van de compassie Over twaalf kernwaarden uit het Christendom Christiane Berkvens-Stevelinck en Ad Alblas (winkelwaarde 19,50)

*Dubbel cd Jaargetijden 25 schriftliederen voor het liturgisch jaar Henk Jongerius en Jan Raas (winkelwaarde 22,50)

Mieke Ankersmid

Ton Roumen

Je bent van harte welko

Holkje van der

m!

Andre Lascaris

Je verbinden met de wereld

Richard van Viersen

❍ Ja, ik neem een abonnement op Geloven Onderweg en betaal het eerste jaar slechts € 15,– ❍ Ja, ik neem een abonnement op Geloven Onderweg voor € 25,– en ontvang de cd Jaargetijden ❍ Ja, ik neem een abonnement op Geloven Onderweg voor € 25,– en ontvang het boek Catechismus van de compassie mijn gegevens zijn:

naam voorletters

m/v*

straat + huisnr. postcode woonplaats telefoonnummer geboortedatum emailadres * doorhalen wat niet van toepassing is

❍ Ja, ik geef iemand een abonnement op Geloven Onderweg en betaal daarvoor slechts € 15,–** ❍ Ja, ik geef iemand een abonnement op Geloven Onderweg voor € 25,– en ontvang zelf de cd Jaargetijden** ❍ Ja, ik geef iemand een abonnement op Geloven Onderweg voor € 25,– en ontvang zelf het boek Catechismus van de compassie** ** Het abonnement stopt automatisch.

het abonnement is bestemd voor: naam voorletters

m/v*

straat + huisnr. postcode woonplaats telefoonnummer geboortedatum emailadres betaling: Ik machtig Stichting Dominicanenklooster Huissen om eenmalig het abonnementsgeld af te schrijven van mijn rekening: iban rekeningnummer

(volledig invullen) Incassant ID: NL19ZZZ999999991662

handtekening Stuur deze bon in een envelop zonder postzegel naar: geloven onderweg, stichting dominicanenklooster huissen,

antwoordnummer 2900, 6800 vk huissen

Voorwaarden Deze aanbieding is geldig zolang de voorraad strekt. Prijswijzigingen voorbehouden. Het abonnement geldt minimaal voor een jaar en kan tot uiterlijk een maand voor het eind van deze periode worden opgezegd. Na de actieperiode wordt het abonnement automatisch omgezet in een abonnement voor onbepaalde tijd welke op ieder moment opzegbaar is met een opzegtermijn van drie maanden. U kunt gebruik maken beweging van deze aanbieding indien u de afgelopen 6 maanden geen geloven onderweg bezinning bezieling – nr 4 • 2014 abonnement op Geloven Onderweg heeft gehad. Het cadeau-abonnement stopt automatisch na een jaar.

43

Veer


de lindelaan

Soms heb je het gevoel dat alles zinloos is, eindeloos, oneindig, zonder toekomst. Hoe je ook denkt, hoe je ook praat, het lost niets op, het lost niets op.

her m a n va n veen

Soms heb ik dat gevoel ik wilde een beetje liefde, ik wilde een koele hand vol van warme dingen, een bladzij uit een krant met duizend mooie zaken in roze, rood en lief, een vrouw in kapitalen, ik houd van haar cursief. Toen stond ik op de brug te kijken naar het water, rimpelloos, hulpvaardig, vol beloftes keek het me aan, daagde me uit. Ik los alles op, ik los alles op. Dat verstond ik op de brug, terwijl het water fluisterde: Geef mij je koele hand. Het haalt niets meer uit, m’n jongen. Kom dichter naar de kant. Geef het maar toe en kom maar hier. Hoe je het ook bekijkt, ontdoe je van je dromen. Ik ben niet zo koud als het lijkt. “Meneer, meneer, meneer, meneer, hé, meneer, weet u misschien waar de Lindelaan is? ‘k Loop al een uur te zoeken, ‘t moet hier in de buurt zijn want deze brug heet de Elzenbrug en daar bij de rotonde is de Eikenlaan.” “Ik loop wel even met je mee.”

Sta dsda m 1 | Postbus 5 9 | 6 8 5 0 A B Hui s se n | T. 0 2 6 - 3 2 6 4 4 2 2 | w w w. k l o o ste r huis se n . n l


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.