Contact 2 Rallydictee Doelen
Leermiddelen Link met het contact
1 2 3 4
De kinderen kunnen een tekst foutloos overschrijven. De kinderen kunnen een plattegrond aanvullen met gegeven woorden. De kinderen tonen de durf om te spreken in het Frans. De kinderen kunnen de woordenschat rond zeggen waar iemand naartoe gaat, toepassen.
- Bijlage 1: plattegronden - Bijlage 2: fiches - Schrijfgerei per groepje In de dialoog en de nieuwe woordenschat van contact 2 komen de leerlingen in contact met verschillende locaties waar de leerlingen naartoe gaan. In deze activiteit wordt de woordenschat en het kunnen formuleren waar iemand naartoe gaat, verder ingeoefend.
Splits de leerlingen op in kleine groepjes. De leerlingen starten aan één kant van de sportzaal. Daar ligt per groepje een plattegrond van bijlage 1. Aan de overkant van de ruimte hangen verschillende fiches van bijlage 2. Op elke fiche staan vijf namen van personen en de locatie waar iedereen naartoe gaat.
De eerste leerling van het groepje loopt naar de overkant, leest de informatie bij nummer 1 en onthoudt de naam, de locatie en de kleur van het pictogram. De leerling loopt terug naar het groepje en dicteert de gegevens. De anderen noteren de naam en de locatie bij het juiste pictogram op de plattegrond. De leerling die gelopen heeft, controleert de schrijfwijze.
Maya maison
Vervolgens loopt de tweede leerling om de gegevens van de tweede persoon te bekijken. Zo gaan de leerlingen verder tot ze alle gegevens aangevuld hebben. Het groepje dat als eerste alle gegevens correct ingevuld heeft op de juiste plaats, wint het dictee.