If you don’t know me, don’t judge me. Tupac Shakur
Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk wel dat ik het kan.
Pippi Langkous
I don’t want other people to decide who I am. I want to decide that for myself.
Emma Watson
Het maakt me gewoon boos wanneer mensen proberen de grens te overschrijden.
Millie Bobby Brown
De dingen die mij anders maken, zijn de dingen die mij maken tot wie ik ben.
Winnie de Poeh
Don’t try so hard to fit in, and certainly don’t try so hard to be different … Just try hard to be you. Zendaya
Het is tijd dat de kleur van onze huid net zo onbelangrijk wordt als de lengte van ons haar.
Alejandro González Iñarritu
Het maakt niet uit waar je vandaan komt, jouw dromen zijn waardevol.
Lupita Nyong’o
Ik weet niet in welk hoofdstuk ik zit. Ik weet alleen waar ik ben. Timothée Chalamet
Hou jij van dansen, zingen of acteren? Of ben je snel onder de indruk van acrobatische moves en kleurrijke kostuums? Zie je jezelf al schitteren in een tutu en spitzen als een echte ballerina, of krijg je kippenvel van de hoge noten van een operazanger? Misschien denk je nu: ‘Nee, echt niks voor mij!’ Geen probleem, wat niet is, kan nog komen. Wie weet ontdek je vandaag een kant van jezelf die je nog niet kende. Klaar om de theaterwereld te verkennen? Let’s go!
Bekijk de affiches van de theaterproducties en scan de QR-code om de trailers te bekijken. Duid jouw HOT-productie aan door de bijhorende bol groen te kleuren.
Hang het juiste label aan de affiches. Kies uit: musical, opera, circustheater, ballet en toneel.
All the world’s a stage and all the men and women merely players. (De hele wereld is een schouwtoneel en alle mensen zijn slechts acteurs.)
Lichten uit, spots aan. De zaal gonst van de spanning. Achter het doek wachten de acteurs op hun moment om te schitteren. En jij? Jij staat klaar om het podium op te stappen. Maar wie ben je als de gordijnen opengaan? Speel je een rol? Of ben je gewoon jezelf?
Bekijk bovenstaande afbeelding en lees het citaat.
• Wat klopt niet aan deze foto? Doe het nodige opzoekingswerk.
• Wat zou Shakespeare vinden van een bioscoop?
Acteren zonder woorden? Kan jij emoties en situaties duidelijk maken met enkel je houding en gezichtsuitdrukking?
Jouw groepje krijgt een geheim theaterkaartje met een korte opdracht. Voer de opdracht zonder woorden (!) uit. De rest van de klas raadt wat er gebeurt. Break a leg!
• Wat bedoelde Shakespeare met dit citaat, denk je?
• Hoe zie je in het dagelijkse leven dat mensen soms verschillende rollen spelen? Geef een voorbeeld.
William Shakespeare
Fact check
'Mijn identiteit is gevormd tijdens de eerste twaalf levensjaren.’
Is deze stelling volgens jou juist of fout?
Waarom denk je dat?
• Duid je mening met een pijltje aan op de fact-o-meter.
• Noteer twee goede argumenten om je mening te staven. Lees hieronder eerst nog eens goed hoe je moet argumenteren.
Argumenteren, hoe doe je dat?
Soms kom je in situaties terecht waarin je de ander wilt of moet overtuigen van jouw standpunt Dit doe je door goede argumenten te geven.
1
Je neemt een standpunt in:
Ik vind dat ...
Ik denk dat ... Volgens mij ...
ARGUMENT 1:
2
Je legt uit waarom je iets vindt: want ... omdat ... aangezien ... = argumenteren
ARGUMENT 2:
• Bespreek je standpunt met je buur.
• Gooi het ten slotte in de groep. Wat denkt de klas hierover?
I (Niet) live op de planken
Live op de planken staan, het is niet iedereen gegeven. Zelfs de grootste artiesten hebben soms last van plankenkoorts. Van popster Robbie Williams en actrice Jennifer Lawrence tot operazanger Andrea Bocelli. Actrice en zangeres Barbara Streisand gaf zelfs 27 jaar lang geen liveoptredens meer nadat ze tijdens een concert in New York haar tekst vergat. Trillend op een podium staan, het kan je carrière dus verstoren. Gelukkig is er ook de filmwereld, waar een black-out makkelijk weggeknipt wordt en het publiek je niet rechtstreeks in de ogen kijkt …
OPDRACHT
1. Echt gebeurd of volledig verzonnen?
Duid bij elke film de juiste uitspraak aan. Markeer in de korte inhoud telkens de woorden en/of de zinnen die het antwoord verraden. 1
One Chance (2013)
One Chance is het waargebeurde verhaal van Paul Potts, een verlegen gsm-verkoper die vaak gepest wordt. Hij heeft echter een grote passie: opera. Als hij in 2007 deelneemt aan Britain’s Got Talent (check zeker de fragmenten op YouTube) laat hij het publiek - en de hele wereld - helemaal versteld staan!
Sorry, volledig verzonnen … Gebaseerd op echte feiten.
This is a true story!
Wicked (2024)
Deze fantasymusical is het verhaal van Elphaba, een meisje met groene huid, dat opgroeit tot boze heks in het Land van Oz, en van de populaire Galinda, toverfee Glinda de Goede, die niet over magische krachten beschikt. De twee tegenpolen worden toch vriendinnen, maar zoals het hoort in een sprookje, gooit een tovenaar roet in het eten.
Sorry, volledig verzonnen … Gebaseerd op echte feiten.
This is a true story!
Wil (2023)
Deze film werd gebaseerd op het gelijknamige boek van Jeroen Olyslaegers. Wil speelt zich af in 1942, tijdens de Duitse bezetting van Antwerpen in WOII. Wil en Lode zijn twee jonge hulpagenten die moeten meewerken aan de klopjacht op Joden in de stad. Tegelijk steunen ze het verzet. Omdat de film zich afspeelt in een echte historische periode, voelt alles heel realistisch aan, maar dat is het niet. ‘Je moet de geschiedenis ernstig nemen, maar Wil is géén documentaire’, zegt regisseur Tim Mielants.
Sorry, volledig verzonnen … Gebaseerd op echte feiten.
This is a true story!
The Greatest Showman (2017)
The Greatest Showman gaat over P.T. Barnum, een Amerikaanse ondernemer die in het midden van de 19e eeuw rondreisde met een show vol wilde dieren en mensen met afwijkingen. De film zit vol muziek en magie en laat een fantasieversie van Barnums leven zien, maar is wel geïnspireerd op de echte circuswereld en zijn succes.
Sorry, volledig verzonnen … Gebaseerd op echte feiten.
This is a true story!
Een verhaal kan fictie of non-fictie zijn:
1
Een verhaal dat fictie is, is een verzonnen verhaal dat voortkomt uit de fantasie van de regisseur.
2
Een verhaal dat non-fictie is, is een nietverzonnen verhaal dat zich in de realiteit heeft afgespeeld.
OPDRACHT 3
Ga op zoek naar een fictieboek, een non-fictieboek, een fictiefilm en een non-fictiefilm. Schrijf de titels op de juiste plaats in de tabel. Leg in één of twee zinnen uit waarom je denkt dat het fictie of non-fictie is.
tip Gebruik hiervoor de kenmerken die je in de les geleerd hebt, bijvoorbeeld: ‘Dit boek is fictie omdat het een verzonnen verhaal is over draken’, of ‘Deze film is non-fictie omdat het een echte historische figuur volgt.”
fictie
• titel:
non-fictie
• titel:
• argument(en):
• argument(en):
fictie
• titel:
non-fictie
• titel:
• argument(en):
• argument(en):
2.2 Objectief vs. subjectief
We zappen even van de wereld van films en series naar die van de journalistiek. Een journalist is een verslaggever. Dit betekent dat hij of zij zo nauwkeurig mogelijk een gebeurtenis beschrijft en ook controleert of datgene dat hij of zij schrijft juist is.
Sommige artikels brengen enkel feiten. Ze benaderen de actualiteit op een objectieve / subjectieve manier (markeer wat past). Je krijgt de nodige info, niets meer, niets minder. In andere artikels, die de actualiteit op een meer objectieve / subjectieve manier (markeer wat past) benaderen, kan je de mening van de journalist (of van de redactie) terugvinden.
OPDRACHT 5
Lees onderstaande krantenkoppen. Gaat het om een objectieve of een subjectieve kop?
Schrijf een O of een S in de bol. Verklaar je keuze.
I. Renson
‘De natuur heeft een burn-out.
Het herstel is een kwestie van jaren.’
De Standaard, 26-08-2023
J. Van Hoofstat
Spannend? Neen. Grappig? Zeker niet.
Nieuwe serie van ‘Simpsons’-bedenker
Matt Groening stelt zwaar teleur
Het Nieuwsblad, 22-08-2018
Mysterieuze ‘asteroïde’ blijkt Tesla
Roadster die Elon Musk jaren geleden de ruimte in schoot
De Morgen, 26-01-2025
S. Vergauwen
Lionel Messi heeft met 45ste prijs individueel record te pakken en viert dat op veld van Inter Miami … in een enkelbrace
Het Nieuwsblad, 21-07-2024
Wie staat op de planken?
1. Annie, Glinda en ik … samen in de spotlights
Even terug naar de musical Annie. In de Hot or Not bekeek je de trailer. Weet je nog wie de schattige Sandy is? Door wie het weeshuis geleid wordt? Of wat Annies grootste droom is?
OPDRACHT 7
Scan de QR-code en bekijk de twee versies van het liedje ‘Maybe’ uit de muziekfilm Annie (2014 vs. 1982). Maak daarna de bijhorende opdrachten.
1. Noteer de verschillen en gelijkenissen tussen de twee versies in het venndiagram. Denk aan:
• het uiterlijk van Annie
• de sfeer (emoties)
• de setting (slaapkamer, omgeving …)
• de muziek (tempo, zangstijl …)
OPDRACHT 9
Kies Glinda of Elphaba uit de muziekfilm Wicked en maak een identiteitscirkel van jouw gekozen personage.
Scan de QR-code en bekijk de trailer om je geheugen op te frissen!
Beantwoord in je hoofd deze vragen over je personage:
• Wie of wat is belangrijk in haar leven?
• Wat maakt haar tot wie ze is? Denk aan haar eigenschappen, talenten, verleden, doel …
• Waar worstelt ze mee? Heeft ze twijfels of angsten?
• Waar voelt ze zich goed bij? Wat geeft haar kracht?
Noteer hieronder vijf trefwoorden en vul dan de taartpunten aan. Hou rekening met de volgorde van belangrijkheid. Wat is het belangrijkste stuk van haar identiteit? Dat stuk wordt het grootste.
Noteer in elke taartpunt een kernwoord of korte uitleg. Je kan werken met kleuren, symbolen of tekeningetjes om de identiteitscirkel extra betekenis te geven.
bonus Als je Glinda gekozen hebt, zorg je voor roze accenten in de cirkel. Koos je Elphaba, dan maak je de cirkel groen.
Elphaba
Glinda
2. Identiteitsgepuzzel
Weet jij hoe anderen naar jou kijken? Zien ze jou zoals jij jezelf ziet? Waarin lijk jij op je klasgenoten?
We maken een identiteitspuzzel, waarin jij jouw belangrijkste eigenschappen een plekje geeft. Maar let op: jouw puzzel zal onderweg veranderen! Andere leerlingen zullen stukjes van jouw identiteit kiezen die zij in jou herkennen. Welke stukjes nemen ze meteen mee? En welk stukje blijft misschien liggen?
OPDRACHT 11
Je leerkracht geeft je een afbeelding van een puzzel. Volg het stappenplan.
STAP 1 In elk puzzelstukje schrijf je een aspect van je identiteit (zoals hobby’s, afkomst, karaktereigenschappen, dromen, familie, uiterlijk, vrienden …)
STAP 2 Ga naar een klasgenoot en bekijk zijn of haar puzzelstukjes. Kies een stukje van zijn of haar identiteit en ruil met een van jouw puzzelstukjes.
Twist: Leg uit waarom je precies dat puzzelstuk kiest. Bijvoorbeeld: ‘Ik kies jouw stuk over muziek, omdat ik ook heel veel van muziek hou’, of ‘Ik kies jouw stuk over je karakter, omdat ik dit écht in jou herken.’)
STAP 3 Vervolgens ga je naar iemand anders en ruil je weer één puzzelstuk.
STAP 4 Dit herhaal je tot je drie puzzelstukken van anderen hebt verzameld.
STAP 5 Probeer nu je puzzel opnieuw in elkaar te zetten met de verzamelde stukken.
• Welke puzzelstukken waren snel ‘weg’? (Wat herkennen anderen sterk in jou?)
• Welk stukje bleef over? (Zien anderen dat minder in jou?)
• Voelt jouw nieuwe puzzel nu nog als ‘jouw identiteit’?
Onze identiteit is als een pu el – sommige stukjes delen we met anderen, sommige houden we liever voor onszelf en soms ontdekken we dat anderen ons anders zien dan we dachten.
3. Mijn identiteit is ‘under construction’
3.1 Mijn identiteit is gelaagd
Identiteit is meer dan wat op je identiteitskaart staat. Het bestaat uit verschillende laagjes die samen bepalen wie je bent. Denk aan jouw talenten, buurt, afkomst, lichamelijke en mentale mogelijkheden en beperkingen, sociale achtergrond, thuistaal, gender, seksuele voorkeur, levensbeschouwing …
Er zijn laagjes die we tof vinden en waar we trots op zijn en laagjes die we minder leuk vinden. Laagjes die sterk aanwezig zijn en laagjes die minder op de voorgrond treden. En dan zijn er nog laagjes die voor altijd verborgen zullen blijven voor anderen.
OPDRACHT 12
Welke laagjes (van hun identiteit) beïnvloeden het leven van deze jongeren? Kruis aan wat past. Bij wie is er sprake van een wisselwerking tussen de laagjes? Leg uit.
What Will People Say
De 16-jarige Nisha is net als de rest van haar Noorse leeftijdsgenoten. Ze gaat naar feestjes, hangt rond met vrienden en heeft haar oog laten vallen op een leuke jongen. Er is één verschil: Nisha moet alles stiekem doen omdat ze volgens Pakistaanse tradities wordt opgevoed. Na een onschuldige zoen stort haar wereld in. Haar familie ziet haar als een schande en wil haar koste wat het kost weer op het ‘juiste pad’ krijgen.
My Skinny Sister
Stella, een beetje klunzig en mollig, is dol op haar grote zus, die door iedereen wordt bewonderd. Want Katja is gewoon perfect: knap, sportief en elegant. Katja droomt van een schaatscarrière en traint veel, maar steeds vaker is ze lusteloos en slecht gehumeurd. Tot Stella ontdekt dat haar zus lijdt aan een eetstoornis. Stella mag niets verklappen aan haar ouders. Er drukt een grote verantwoordelijkheid op haar schouders. Intussen gaat Katja’s toestand van kwaad naar erger ...
La Tête Haute Malony werkt zich in zijn buurt keer op keer in de problemen. Omdat zijn moeder niet in staat is om voor hem te zorgen, komt hij onder toezicht te staan van de jeugdrechter en een maatschappelijk werker. Zij doen hun best om de jongen op het rechte pad te houden. Wanneer Malony om deze reden naar een streng internaat wordt gestuurd, ontmoet hij Tess. Zij leert hem om niet op te geven en altijd de hoop op een beter leven te blijven behouden.
persoonlijk sociaal
cultureel omgeving
persoonlijk sociaal
cultureel omgeving
persoonlijk sociaal cultureel omgeving
3.2 Mijn identiteit is dynamisch
Identiteit is geen ‘afgewerkt geheel’. Het is continu in beweging door wat je meemaakt, je relaties met anderen, je beleving van tijd en ruimte ... Denk maar eens aan hoe reizen en contacten met andere culturen en andere doelgroepen (bijvoorbeeld ouderen of mensen met een beperking) je eigen identiteit kunnen verrijken. Identiteit groeit dus met jou mee!
OPDRACHT 13
Link de foto’s aan de juiste kadertjes. Vergelijk daarna jouw ‘oplossing’ met die van je buur en bespreek jullie keuzes.
Een levensgebeurtenis kan jouw identiteit positief beïnvloeden.
Contact met een andere cultuur kan jouw identiteit positief beïnvloeden.
Contact met een andere doelgroep kan jouw identiteit positief beïnvloeden.
1• Je persoonskenmerken (leeftijd, afkomst, nationaliteit …), persoonlijke eigenschappen (talenten, sterktes en zwaktes …) en persoonlijke ervaringen (erbij horen, pesten …) maken je uniek.
• Daarnaast speelt ook je sociale identiteit een rol: de groepen waartoe je behoort, zoals je familie, vrienden, sportclub, geloofsgemeenschap of school.
• Je culturele achtergrond en de waarden en normen die je belangrijk vindt, hebben ook invloed op hoe je denkt en handelt.
• Zelfs je woonplaats en context (land, buurt, sociale media, sociaaleconomische status …) kunnen bepalen hoe jij je ontwikkelt.
2Je identiteit is dynamisch: het verandert en ontwikkelt zich doorheen je leven. Dit betekent dat wie je vandaag bent, niet exact hetzelfde is als wie je vijf jaar geleden was, en ook niet als wie je in de toekomst zult zijn.
Je achtergrond en de tijd waarin je leeft, bepalen mee welke kansen en uitdagingen je tegenkomt. Nieuwe ervaringen, ontmoetingen en inzichten kunnen ervoor zorgen dat je identiteit verschuift en evolueert
Identiteit is dus geen vaststaand gegeven, maar een proces dat voortdurend in beweging is.
4. Het gaat om meer dan je selfie
Tijdens je tienerjaren verandert er veel en dat geldt ook voor je identiteit. Het is helemaal normaal als je nog niet precies weet wie je bent. Gelukkig hoef je dit niet alleen uit te dokteren. Zonder dat je het misschien doorhebt, spelen de mensen om je heen hier een grote rol in. Je familie, vrienden, sportteam en zelfs je online wereld helpen je om te ontdekken wie je bent.
4.1 Persoonlijke en sociale identiteit
We zijn sociale wezens. We behoren tot verschillende groepen en we hebben die groepen ook nodig, want zo ontdekken we beetje bij beetje wat bij ons past. Hoe anderen jou zien en met je omgaan, bepaalt dus mee jouw identiteit. Lees maar eens de getuigenis van Kari …
OPDRACHT 15
In de lagere school werd ik buitengesloten door een paar klasgenoten. Dat voelde niet jn en daarom probeer ik er nu altijd voor te zorgen dat niemand zich alleen voelt in een groep. Ik vind het belangrijk dat iedereen erbij hoort en mee kan doen.
Tot welke groepen behoor jij? Vul de cirkels aan en bespreek klassikaal.
Merk op dat de cirkels uit stippellijntjes bestaan. Dit betekent dat dit ‘open’ groepen zijn: iedereen is welkom, je kan zomaar lid worden van de groep of de groep verlaten.
Behoor jij ook tot ‘gesloten’ groepen? Maak die cirkels dan dicht door met je balpen over de stippellijntjes te gaan.
4.2 Wat mijn vrienden denken dat ik doe
Soms komt het beeld dat jij van je groep hebt niet overeen met het beeld dat anderen van jouw groep hebben. Heb je al eens het gevoel gehad dat mensen een verkeerd beeld hadden van jouw groep of dat je ‘in een hokje werd geduwd’? Hoe komt dit, denk je?
Bekijk aandachtig de meme en beantwoord de vragen.
TIENERS
wat mijn vrienden denken dat ik doe
wat de maatschappij denkt dat ik doe
wat mijn moeder denkt dat ik doe
wat mijn grootouders denken dat ik doe
wat ik denk dat ik doe
wat ik echt doe
• Over welke groep gaat deze meme?
• Kloppen de beelden?
• Waarom denken jullie dat ouders, grootouders of de maatschappij dit beeld hebben van tieners?
Deze meme geeft een goed beeld van een stereotype: een simpel en vaak overdreven idee over een groep mensen, zonder te kijken naar hoe zij écht zijn. Dat kan frustrerend zijn en verdriet veroorzaken.
OPDRACHT
17
Maak nu zelf een gelijkaardige meme over een bepaalde groep. Kies uit: jongens, meisjes, leerkrachten, vluchtelingen, influencers … Bedenk beelden of omschrijvingen bij elke categorie.
• Hoe ontstaan stereotypen?
• Waarom kunnen ze schadelijk zijn?
• Hoe kunnen we ze doorbreken?
Wie zit in de zaal?
1. Ik zie, ik zie wat jij niet ziet
OPDRACHT 19
De school is toe aan een uitbreiding van het lerarenkorps. Onderstaande leerkrachten komen erbij. Je ziet ze voor de eerste keer, wat denk je? Noteer hun nummer bij de eigenschappen die volgens jou bij hen passen.
is heel sportief: n° heeft humor: n° is vriendelijk: n° heeft veel vrienden: n°
geeft snel straf: n° geeft het vak economie: n° maakt graag praatjes in de klas: n° is onbetrouwbaar: n°
heeft vaak kritiek op anderen: n° is lui: n° geeft het vak wiskunde: n° is niet interessant: n° is te vertrouwen: n° laat zich niet doen: n° gelooft alles: n° is saai: n° wil veel aandacht: n° is interessant: n° is vrolijk: n° vindt een mening heel belangrijk: n°
context
aangeboren(kenmerken) agressief assertief community
diversiteit engagement
discriminatie
identiteit = dynamisch
identiteit
grenzen
grensoverschrijdendgedrag
gelijkwaardigheid
impact inclusie
sociale identiteit
identiteit = gelaagd persoonlijke identiteit
iedereen laten meedoen en erbij laten horen
het eff ect of de gevolgen van iets
het gevoel van wie je bent op basis van de groepen waartoe je behoort, zoals je familie of vrienden de individuele kenmerken van wie je bent, zoals je karakter en talenten
je identiteit heeft verschillende lagen die samen bepalen wie je bent
je identiteit verandert en ontwikkelt zich doorheen je leven wie je bent, met je kenmerken en eigenschappen
wat je wel of niet goed vindt en aangeeft bij anderen iets doen wat niet mag of waar iemand zich niet goed bij voelt
iedereen is evenveel waard, ongeacht de verschillen
een verzonnen, gefantaseerd verhaal; het is niet echt gebeurd iets dat echt waar is; je kan het bewijzen of controleren
je ergens actief voor inzetten
verschillen tussen mensen, zoals taal, cultuur, uiterlijk …
iemand ongelijk behandelen op basis van afkomst, uiterlijk of andere kenmerken
de situatie of omgeving waarin iets gebeurt en wat dat betekent een groep mensen die iets gemeenschappelijk heeft
opkomen voor jezelf door duidelijk je mening of grenzen aan te geven; je respecteert daarbij de gevoelens van de ander op een boze of harde manier je zin doordrijven; je komt op voor jezelf zonder de ander te respecteren eigenschappen die je al hebt vanaf je geboorte
Hoe maak je een identiteitscirkel?
• Maak op een kladblad een lijst met alles wat jij belangrijk vindt in je leven. Werk met trefwoorden. Denk bijvoorbeeld aan je lievelingsplek, vrienden, familie, talenten, dromen, doelen, hobby’s, interesses, voorwerpen, godsdienst, gezondheid, muziek …
• Rangschik de trefwoorden hieronder in volgorde van belangrijkheid, bijvoorbeeld 1: belangrijkste, 2: iets minder belangrijk …
• Verdeel de cirkel die je vindt op de volgende pagina in een aantal 'taartpunten'. Maak de belangrijkste taartpunten groot en de minder belangrijke kleiner. Vul de taartpunten vervolgens in. Hoe je dat doet, mag je zelf kiezen: trefwoorden, tekeningen, symbooltjes, kleuren, foto’s, quotes ... Schrijf, knip, plak en teken je identiteit bij elkaar!
Reflecteer:
nu ➔ Wat heb je vandaag ontdekt over jezelf? vroeger ➔ Hoe zou jouw cirkel er vijf jaar geleden hebben uitgezien? Wat zou nu nog hetzelfde zijn? Wat is intussen veranderd? later ➔ Hoe zal jouw cirkel er binnen vijf jaar uitzien, denk je?
nonctie objectief
mening
infogra ek integratie
racisme
toestemming
pesten
subjectief
participatie
ontwikkelings- niveau
stereotype
onderdanig
referentiekader segregatie
zelfbeeld
vrijwilligheid
vooroordeel
verworven (kenmerken)
uitsluiting
Wat zouden andere mensen kunnen denken als ze jou voor de eerste keer zien?
1. Noteer hun eerste indrukken hieronder.
2. Schrap nu alle ‘indrukken’ die niet kloppen met de werkelijkheid.
3. Waarom denk je dat anderen jou zo zien?
Mensen hebben vaak een mening (of oordeel) over anderen. Soms onmiddellijk na een eerste kennismaking, soms ook na een langere tijd met iemand te hebben doorgebracht. Je kan zelfs een oordeel klaar hebben nog vóór een eerste kennismaking: een vooroordeel, noemen we dat. We plaatsen mensen in hokjes zonder te kijken naar hoe ze écht zijn. En we worden ook zelf in hokjes geplaatst door anderen.
Kari komt stil en verlegen over in de klas. Sommige mensen denken daarom dat hij niet sociaal is en weinig te zeggen heeft. Maar buiten school is Kari een enthousiaste voetbalcoach van een jeugdteam en organiseert hij evenementen voor zijn sportclub.
Het beeld dat anderen van Kari hebben, klopt niet met de werkelijkheid. Het is gebaseerd op vooroordelen. Een vooroordeel is een mening over iemand, zonder te weten of het eigenlijk klopt.
Waar komen die vooroordelen vandaan? Sommige ontstaan uit een negatieve ervaring, andere komen voort uit stereotypen. Ook opvoeding, onderwijs en (sociale) media hebben invloed op hoe we denken over mensen, dieren of dingen.
Welke vooroordelen over ‘de jeugd’ (negatief én positief) zouden mensen kunnen krijgen na het lezen van deze krantenkoppen? Bespreek ze met je buur.
P. Gordts
CLB’s zien steeds meer gedragsproblemen op school, en het gaat opvallend vaak om jongens
De Morgen, 06-02-2025
Meer dan helft jongeren slaagt meteen voor theoretisch rijexamen
nws.nws.nws (VRT), 26-02-2025
OPDRACHT
Nooit kozen meer jongeren voor studierichting in gezondheidszorg
Het Nieuwsblad, 11-11-2021
K. Mayda
Steeds meer jongeren vapen: “Het is lekker en meisjes vinden het aantrekkelijk”
De Standaard, 07-10-2025
Maak nu zelf een negatieve en een positieve krantenkop over oudere mensen. Bespreek met je klasgenoten.
Wat is een vooroordeel?
Een vooroordeel is een mening die je hebt over iets of iemand zonder te weten of dat eigenlijk echt zo is.
Een vooroordeel
• is altijd emotioneel geladen (soms positief, meestal negatief);
• is vaak absoluut niet waar;
• is gebaseerd op stereotypen, opvoeding, (sociale) media of ervaringen;
• kan leiden tot discriminatie en uitsluiting (zie verder).
Je kan een vooroordeel doorbreken
• door mensen écht te leren kennen voordat je een mening vormt;
• door jezelf af te vragen of je oordeel wel op feiten gebaseerd is;
• door kritisch na te denken over de invloed van media en omgeving.
Vrouwen zijn slechte chauffeurs.
stereotype(denken / veralgemenen)
discriminatie (handelen / waarheid)
vooroordeel (voelen / waarheid)
Als een chauffeur niet goed parkeert, gaat men ervan uit dat het een vrouw is.
OPDRACHT
In het Eén-programma De Klas kreeg een groep 16-jarigen elke week les van een andere bekende Vlaming. Scan de QR-code, bekijk de twee fragmenten uit de aflevering met filmregisseur Adil El Arbi en beantwoord de vragen.
Fragment 1
• Hoe kan je – volgens Adil – de vooroordelen doorbreken? Als je dag en nacht hoort dat je een Marokkaan én dus een gangster bent, dat je van Molenbeek komt én dus nooit kansen zal krijgen, dan kan je daar op twee manieren mee omgaan:
1 Ofwel
2 Ofwel
• Adil koos duidelijk voor optie 1 / 2 (markeer wat past). Hij probeert via zijn films een boodschap uit te dragen.
Fragment 2
• Waarom wilde Adil de film Black maken? Wat was zijn hoofddoel? Kruis aan. enkele acteurs uit Molenbeek aan een job helpen de bestaande vooroordelen over Marokkaanse jongeren benadrukken ervoor zorgen dat Vlamingen en Brusselaars elkaar beter begrijpen
• Welk vooroordeel doorbreekt de Molenbeekse acteur Aboubakr Bensaihi? Waarom is hij een voorbeeld voor veel jongeren?
Adil werd gediscrimineerd op basis van zijn huidskleur, afkomst, ras … Dit noemen we racisme. Op basis waarvan worden deze mensen gediscrimineerd? Kruis aan.
gewicht ziekte
Een man solliciteert voor een job als instructeur in een rijschool. Na een eerste gesprek ontvangt hij een mail waarin wordt uitgelegd dat zijn fysieke profiel ongeschikt is en waarin wordt gevraagd of hij ooit heeft overwogen om af te vallen.
Een vrouw die een hotelkamer reserveert, vermeldt dat haar man vergezeld wordt door een assistentiehond. Het hotel zegt daarop dat het niet uitgerust is om het koppel te ontvangen.
Een verhuurder wil niet verhuren aan jongeren (omdat hij bang is dat ze feesten zullen organiseren) of aan ouderen (omdat ze zogezegd de tuin niet zullen kunnen onderhouden).
seksuele oriëntatie geslacht of gender leeftijd uiterlijke kenmerken
gewicht handicap seksuele oriëntatie geslacht of gender geloofsovertuiging uiterlijke kenmerken
gewicht ziekte handicap geslacht of gender leeftijd geloofsovertuiging
Een kassierster is slachtoffer van een overval en wordt daarbij bedreigd met een mes. Ze is afwezig gedurende twee periodes en wordt ontslagen wanneer ze het werk wil hernemen.
Een man weigert een poetshulp binnen te laten vanwege zijn homoseksualiteit en stuurt later beledigende sms’en. De berichten worden bovendien doorgestuurd naar anderen. gewicht handicap seksuele oriëntatie geslacht of gender leeftijd uiterlijke kenmerken
Een man dient klacht in tegen een gym omdat die voortaan voorbehouden is voor vrouwen.
handicap ziekte seksuele oriëntatie geslacht of gender leeftijd uiterlijke kenmerken
Een 18-jarige met zichtbare tatoeages solliciteert voor een studentenjob in een kledingwinkel. De manager laat weten dat hij niet in aanmerking komt omdat zijn tattoos niet passen bij het ‘gewenste imago’ van de winkel, ondanks dat hij alle andere kwalificaties heeft. gewicht ziekte handicap geloofsovertuiging leeftijd uiterlijke kenmerken
Wat is discriminatie?
Discriminatie betekent dat iemand ongelijk behandeld wordt op basis van persoonlijke kenmerken zoals afkomst, leeftijd, geslacht, handicap, uiterlijk, seksuele geaardheid …
Stereotypen (gedachten) en vooroordelen (gevoelens) kunnen leiden tot discriminatie (gedrag).
Dit zorgt voor uitsluiting van (groepen) mensen en is daarom bij wet verboden in België.
Je kan discriminatie tegengaan
• door je bewust te worden van je eigen vooroordelen;
• door mensen te beoordelen op hun daden en niet op hun uiterlijk of achtergrond;
• door op te komen tegen oneerlijke behandeling;
• door iedereen gelijke kansen te geven, ongeacht de verschillen tussen mensen.
Vrouwen zijn slechte chauffeurs.
stereotype(denken / veralgemenen)
discriminatie (handelen / waarheid)
vooroordeel (voelen / waarheid)
Als een chauffeur niet goed parkeert, gaat men ervan uit dat het een vrouw is.
Een doe-het-zelfzaak weigert om een bestelwagen mee te geven aan een vrouwelijke klant, omdat ‘vrouwen slechte chauffeurs zijn’.
OPDRACHT
'Stel je voor dat …’ Hoe zouden jullie reageren in de volgende situaties? Overleg met je groepje en bouw daarna verder op de gedachten van je klasgenoten.
1. Je bent op zoek naar een vakantiejob en je hebt een goede sollicitatiebrief geschreven. De baas zegt dat hij liever iemand aanneemt met een ‘Belgische’ naam.
2. Je vriend(in) zit in een rolstoel en wil een film gaan kijken in een bioscoop zonder rolstoeltoegang.
3. Je hoort iemand een klasgenoot beledigen omwille van zijn of haar afkomst.
Leg in je eigen woorden het verschil uit tussen de begrippen inclusie, uitsluiting, segregatie en integratie.
OPDRACHT
Aan welke modellen kan je deze positieve initiatieven linken? Scan de QR-code en schrijf het juiste model onder elke foto. Leg ook uit waarom je dat denkt.
Welk model?
Waarom?
Welk model?
Waarom?
• Wat verrast jou het meest aan deze infografiek en waarom?
• Stel dat jij één aspect zou kunnen verbeteren, welke zou je dan kiezen en hoe zou je dat aanpakken?
• Hoe zou jouw dagelijkse leven eruitzien als je geboren was in een ander werelddeel? Denk aan onderwijs, huisvesting en toegang tot basisbehoeften.
Niet alleen de infografiek, ook de tekening hieronder toont dat er veel verschillen zijn tussen de 8 miljard wereldbewoners.
Welke verschillen merk je op? Noteer ze rond de armen. Vul verder aan met verschillen waar je zelf aan denkt.
Omcirkel de aangeboren verschillen met groen, de niet-aangeboren (= verworven) verschillen met blauw. Bij welke verschillen twijfel je? Waarom?
Iedereen heeft aangeboren en verworven kenmerken:
1
Aangeboren kenmerken zijn kenmerken die we meekrijgen van onze (voor)ouders en waarop we geen invloed hebben.
Bijvoorbeeld: huidskleur
2
Verworven kenmerken zijn kenmerken die we krijgen door onze sociale leefomgeving, onze opvoeding, de cultuur waarin we opgroeien ... Hier hebben we soms invloed op.
Bijvoorbeeld: godsdienst
Er is nog een ander woord voor ‘verscheidenheid’ (de verschillen tussen mensen). Maak de rebus en kom het te weten.
2. De kracht van het verschil
Wat als iedereen in jouw klas exact hetzelfde zou zijn? Dezelfde talenten, dezelfde interesses, dezelfde meningen. Waar zou dat handig voor zijn? Wanneer zou dat een probleem kunnen opleveren?
Je krijgt twee minuten om met je buur zoveel mogelijk voordelen op te sommen van een klas met veel diversiteit. Schrijf enkele trefwoorden op een kladblad.
Verschillen kunnen een superkracht zijn als je ze op de juiste manier inzet. Dat wil niet zeggen dat ze soms niet tot frustraties, meningsverschillen of miscommunicatie kunnen leiden. Laat ons even kijken hoe we hiermee kunnen omgaan.
OPDRACHT
Iedere groep krijgt een casus waarin diversiteit een rol speelt. Lees de casus en denk na over de volgende vragen:
1. Welke uitdaging zit in deze situatie?
2. Welke kans(en) biedt deze situatie?
3. Hoe kan je deze situatie aanpakken zodat het iets positiefs wordt? 25
casus nr.
uitdaging(en)
kans(en)
aanpak
3.
Jij op het podium
Op een podium speel je een rol, maar wat als je ook in het dagelijks leven soms een ‘rol’ speelt of moet spelen? Voel jij je altijd jezelf? Of pas je je soms aan om erbij te horen? Iedereen wil zich goed voelen en geaccepteerd worden, maar hoe zorg je ervoor dat je trouw blijft aan jezelf?
3.1 Jezelf kunnen zijn
Enkele jaren geleden peilde Waddist naar de identiteitsbeleving van jongeren. In de periode van november tot december 2021 werden 40 vragen gesteld aan de jongeren in de app, de Waddisters, om zicht te krijgen op hoezeer ze zichzelf kunnen zijn.
OPDRACHT 27
Bekijk de infografiek en zoek de antwoorden op de vragen.
Resultaten van de Waddist-app door De Ambrassade en Artevelde Hogeschool, december 2021.
1. Hoeveel procent van de jongeren geeft aan dat ze bijna nooit zichzelf kunnen zijn?
2. Wat houdt jongeren het meest tegen om hun doelen te bereiken? te weinig tijd te veel stress op school te weinig zelfvertrouwen gebrek aan steun van vrienden
3. Wat vindt 65% van de jongeren belangrijk op school?
4. Hoeveel jongeren vinden dat ‘mentaal welzijn’ een vak zou moeten zijn op school? 1/4 1/2 1/3 3/4
5. Ongeveer 3/4 van de Waddisters zegt zichzelf te vergelijken met anderen op sociale media. waar niet waar
6. Bij wie zoeken de meeste jongeren hulp als ze zich niet goed voelen?
OPDRACHT 28
Vul nu zelf de enquête in. Waar kan jij jezelf zijn? Kruis alle passende opties aan.
Waar kan jij jezelf zijn?
thuis
bij mijn leefgroep op school
bij mijn vrienden
bij mijn familie
bij mijn sportclub
bij mijn jeugdorganisatie op straatpleintje online andere ik weet het niet nergens
• In welke situatie voel jij je helemaal jezelf?
• Wanneer merk je dat je je aanpast of onzeker voelt?
• Wat helpt jou om je ‘op je gemak’ te voelen?
• Waar kan je meer jezelf zijn: online of offline?
Jezelf zijn is dus niet altijd makkelijk en soms voel je je gewoon niet goed in je vel. Het helpt dan om mensen om je heen te hebben die je écht begrijpen. In een community – een groep met wie je iets gemeen hebt – voel je je vaak meer op je gemak en krijg je meer zelfvertrouwen.
Maar er is ook een keerzijde. Sommige groepen sluiten zich af van anderen, waardoor ze geen oog meer hebben voor mensen met andere meningen of interesses. Het kan ook dat je je niet meer fijn voelt in een groep die bij één kant van jou past, omdat een andere kant van jou daar niet wordt begrepen. Stel dat je heel sportief bent en altijd mee voetbalt op de speelplaats, maar ook supergraag leest. Misschien vinden sommige vrienden uit je sportgroep dat vreemd en snappen ze niet waarom je liever een boek leest dan naar een match kijkt. Gelukkig zijn er mensen die laten zien dat je méér bent dan één deel van je identiteit. Kijk maar naar Imke Courtois, ex-Red Flame.
Markeer in de tekst de kracht van een community groen en de valkuilen blauw.
Februari 2017. De nationale damesvoetbalploeg van ons land, de Red Flames, neemt deel aan de Cyprus Cup. Het is avond. De coach loopt de kamers van de speelsters af. Die liggen op bed te rusten, luisteren naar muziek of kijken naar Netflix. Eentje leest een boek: Imke Courtois. “Je had die zijn gezicht moeten zien!”, lacht Imke. “Wat een geluk dat ik toen boeken las. Voetbal om mijn hoofd leeg te maken. Boeken om het weer op te vullen.”
Bron: Iedereen Leest, ‘De leeswereld van Imke Courtois’ www.iedereenleest.be/reeks/de-leeswereld-van-imke-courtois
3.2 Een school waar iedereen zichzelf kan zijn
Hoe mooi zou het zijn als iedereen op onze school zich welkom voelt en écht zichzelf kan zijn? Waar je mening telt, je ideeën gehoord worden en je samen met anderen van de school een fijne plek maakt. Maar hoe kan je als leerling je stem laten horen? Hoe kan je meedenken over regels en afspraken? Daar komt leerlingenparticipatie in beeld!
Scan de QR-code en surf naar de site van de scholierenkoepel en zoek op wat de taken van de leerlingenraad zijn. Vul de mindmap aan.
Engagement betekent dat je je inzet voor iets wat je belangrijk vindt. Dit kan op school, maar ook daarbuiten. Het zorgt ervoor dat je invloed hebt op je omgeving en dat je samen dingen kan veranderen.
Voorbeelden van engagement:
• op school: deelnemen aan de leerlingenraad, een klasactie organiseren voor meer groene ruimtes, meedenken over het schoolreglement …
• buiten de school: vrijwilligerswerk, betogen, afval opruimen in je buurt, deelnemen aan de jeugdraad van je gemeente, jeugdwerk …
Leerlingenparticipatie betekent dat jij als leerling mag meedenken, meepraten en meebeslissen over wat er op school gebeurt. Je kan er dus je stem laten horen.
OPDRACHT 29
Stel je voor: je zit in de leerlingenraad en je wilt dat de school een plek wordt waar iedereen zichzelf kan zijn. Schrijf een mail naar de directie met drie concrete voorstellen voor regels of afspraken die daarbij helpen.
Vermeld in de mail:
• waarom het belangrijk is dat iedereen zichzelf kan zijn op school;
• drie haalbare voorstellen voor regels of afspraken die daarbij helpen;
• hoe deze regels kunnen bijdragen aan een positieve sfeer.
Zorg dat de mail professioneel, beleefd en overtuigend is.
3.3 Je eigen ruimte bepalen
Lees het verhaal van Jona. Denk vervolgens na over de vragen.
Gisteren wilde Milas, mijn vriend, na school gaan skaten, maar ik moest studeren voor een toets. Ik voelde een knoop in mijn maag toen hij me enthousiast vroeg om mee te gaan. Eigenlijk wilde ik ‘nee’ zeggen, want ik wist dat ik nog veel moest doen. Maar terwijl hij me aankeek, hoorde ik mezelf opeens zeggen: ‘Oké, is goed!’ Ik lachte mee, maar vanbinnen voelde ik al een lichte paniek opkomen. Waarom zei ik dat nu? Ik had toch al besloten om te studeren? Maar … als ik nee had gezegd, had hij misschien gedacht dat ik saai was. Of erger: dat ik er niet meer bij hoorde. De rest van de namiddag probeerde ik mee te doen, maar mijn hoofd zat ergens anders. Bij die toets. Bij de tijd die voorbijging. Toen ik eindelijk thuiskwam, voelde ik nog meer paniek omdat ik amper nog tijd had om te studeren. Ik baalde. Van mezelf, van de situatie. Waarom kon ik niet gewoon ‘nee’ zeggen?
• Waarom is het soms moeilijk om ‘nee’ te zeggen, zelfs als je dat eigenlijk wilt?
• Heb jij ooit ‘ja’ gezegd terwijl je eigenlijk ‘nee’ voelde? Vertel (als je dat wilt).
• Wat zijn mogelijke manieren om ‘nee’ te zeggen zonder je schuldig te voelen?
• Wat kan je doen als je merkt dat een vriend(in) zich ongemakkelijk voelt, maar niet durft te zeggen wat hij/zij echt wil?
In een omgeving waar respect en openheid centraal staan, is het makkelijker om ‘nee’ te zeggen en jezelf te zijn. Hoe zorgen we ervoor dat iedereen zich zo kan voelen? Dat begint bij grenzen: die van jezelf én die van anderen. Grenzen stellen is niet altijd makkelijk. Je bent misschien bang om iemand teleur te stellen of om onbeleefd over te komen. Maar jouw grenzen zijn belangrijk en als iemand ze overschrijdt, kan dat vervelend of zelfs kwetsend zijn.
WAT ZIJN GRENZEN?
Als je een grens aangeeft, zeg je: ‘Tot hier en niet verder’. Alles wat iemand zegt of doet, wat voor jou niet fijn aanvoelt, is grensoverschrijdend. Dat is voor iedereen anders: jij bepaalt waar jouw grenzen liggen. Een mopje te veel? Een aanraking die awkward voelde? Zodra iets niet goed voelt, mag je ‘nee’ zeggen (ook als je eerst ‘ja’ zei).
OPDRACHT 30
Kleur wat samen hoort in eenzelfde kleur.
fysieke grenzen intimiteit, toestemming
emotionele grenzen
mentale grenzen
persoonlijke ruimte, aanrakingen
verwachtingen binnen vriendschappen, school, werk
seksuele grenzen gevoelens, privacy
sociale grenzen
eigen gedachten en overtuigingen
Je wil graag een rustige middag thuis doorbrengen, maar een vriend blijft aandringen om samen iets te doen. Jij mag aangeven dat je liever tijd voor jezelf neemt.
Een vriend(in) wil dat je een geheim doorvertelt, maar jij voelt je daar niet goed bij. Je hebt het recht om dat voor jezelf te houden.
Je hebt een andere mening over een onderwerp in de klas, maar een groepje vrienden probeert je te overtuigen om anders te denken. Jij mag bij je eigen overtuiging blijven.
Je vindt het prima om een knuffel te geven aan een goede vriend(in), maar je voelt je ongemakkelijk als een klasgenoot die je niet kent je plots omhelst.
Je bent niet klaar om met iemand te zoenen, maar die persoon blijft aandringen. Jij hebt het recht om ‘nee’ te zeggen en dat moet gerespecteerd worden.
HOE ZEG IK WAT MIJN GRENS IS?
“Ik ben geen H-O-N-D!” : Halt / Overweeg / Nee / Daarom
Laten we het voorbeeld van daarnet nemen: Je vriend Milas vraagt of je na school wil gaan skaten. Je hebt eigenlijk geen tijd omdat je wil studeren voor de toets van morgen.
Stap 1: Halt: Voor je ‘ja’ of ‘nee’ zegt, denk je eventjes rustig na. Hoe lang zal het duren? Wie gaat er nog mee? Hoeveel studeerwerk heb ik nog? …
Stap 2: Overweeg: Wat zijn de gevolgen van de vraag? Wat zullen mijn ouders zeggen? Zullen mijn punten eronder lijden? …
Stap 3: Nee: Als je het niet ziet zitten om mee te gaan skaten, zeg dit dan op een duidelijke maar vriendelijke manier. ‘Nee, ik kan dat niet doen’, ‘Nee, dat wil ik niet’. Let ook op je non-verbale communicatie. Kijk de persoon in de ogen en spreek voldoende luid, zo kom je zelfzeker over. Stel eventueel iets anders voor: ‘Misschien kunnen we woensdagmiddag samen naar het skatepark?’
Stap 4: Daarom: Vraagt de andere persoon waarom het niet gaat? Geef dan een korte uitleg. Zeg bijvoorbeeld wat de gevolgen zouden zijn als je ‘ja’ antwoordt. ‘Als ik deze avond ga skaten, heb ik te weinig tijd om te studeren voor de toets. Ik wil helemaal geen slechte punten.’
Stap 4 is misschien wel de moeilijkste. Rustig uitleggen wat je denkt of voelt, is een hele kunst. Hieronder enkele tips:
1 Spreek de andere persoon aan met zijn of haar naam.
2 Begin je boodschap met ‘ik’.
3 Zeg wat je gevoel is.
4 Zeg wat je niet zo leuk vindt aan hetgeen de andere persoon doet, vraagt of zegt.
5 Geef de reden waarom je dat niet leuk vindt.
6 Zeg eventueel hoe hij/zij het anders kan aanpakken.
Een voorbeeld:
“Hey Tim 1 , ik 2 moet je iets zeggen. Ik voel me ongemakkelijk 3 als je zomaar op mijn rug wrijft 4 . Ik vind dat veel te intiem 5 . Ik zou het fijn vinden als je me wat meer ruimte geeft 6 .
Blijven ze aandringen? Herhaal dan jouw standpunt en begin eventueel over een ander onderwerp.
Je reageert assertief als je opkomt voor jezelf, als je duidelijk ‘nee’ zegt zonder in de aanval te gaan. Je respecteert dan de gevoelens van de andere persoon.
OPDRACHT 31
Je reageert agressief als je opkomt voor jezelf, maar daarbij in de aanval gaat bij de andere persoon.
Je reageert onderdanig als je de andere persoon zomaar gehoorzaamt, terwijl je eigenlijk liever ‘nee’ zou zeggen. Je komt dus niet op voor je eigen mening.
Bedenk een situatie waarin je het moeilijk vindt om nee te zeggen en schrijf ze hieronder op. Geen inspiratie? Vraag dan een case aan je leerkracht.
1: Halt
2: Overweeg
3: Nee
4: Daarom
Stap
Stap
Stap
Stap
WAT ALS IEMAND OVER MIJN GRENS GAAT?
Het is normaal om met anderen te experimenteren, elkaar uit te dagen of te plagen. Dat kan best leuk zijn, zolang iedereen zich er goed bij voelt. Ook ruzie maken kan, zolang het maar uitgepraat wordt …
Maar als je wat de ander doet niet fijn vindt, er geen toestemming voor hebt gegeven, of als de ander jou dwingt om mee te doen (of verder doet ook als je vraagt om te stoppen), dan gaan er alarmbellen af.
Bekijk de krantenkoppen en bespreek waarom het hier gaat over grensoverschrijdend gedrag.
W. Vander Heyden
Millie Bobby Brown bijt van zich af na commentaar over uiterlijk: “Ik ga me niet laten vernederen voor hoe ik eruit zie.”
Het Nieuwsblad, 04-03-2023
Geweld tegen kinderen stopt niet: 3 keer vaker mishandeld dan volwassenen
De Morgen, 28-06-2012
F. Tondeleir
Een op drie Belgische jongeren drinkt te veel door vrienden: drankensector komt zélf met campagne
De Morgen, 19-11-2023
Dickpics, pikante berichten en ongewenste aanrakingen bezorgen buurman celstraf: “Expliciete neen is niet nodig om duidelijk te maken dat ze het niet wilde”
KW, 26-12-2024
Jitske Van de Veire en vrouw uitgescholden tijdens wandeling: “Onze geaardheid werd tegen ons gebruikt”
Het Nieuwsblad, 23-09-2024
K. Sokol
Weervrouw Jacotte Brokken onderzoekt in podcast ‘Niemand vindt u leuk’ de gevolgen van haar pestverleden
VRT nws, 16-09-2024
REVISITED
We nemen nog even de stelling van de Factcheck onder de loep.
'Mijn identiteit is gevormd tijdens de eerste twaalf levensjaren.’
• Toen dacht ik dat de stelling was.
Nu denk ik dat de stelling is.
• Staaf je antwoord met twee nieuwe argumenten.
Argumenteren, hoe doe je dat?
Soms kom je in situaties terecht waarin je de ander wilt of moet overtuigen van jouw standpunt Dit doe je door goede argumenten te geven.
1
Je neemt een standpunt in: Ik vind dat ... Ik denk dat ... Volgens mij ...
2
Je legt uit waarom je iets vindt: want ... omdat ... aangezien ... = argumenteren
ARGUMENT 1: ARGUMENT 2:
Juist Fout
Juist Fout
Puzzel
Vorm met de letters van het woord boven elk raster het woord dat tussen de haakjes omschreven staat. Enkele letters krijg je op de juiste plaats cadeau.
gemetangen
tip sociale betrokkenheid oestertype
tip uitvergroot beeld
fast serie
tip opkomen voor jezelf en tegelijk rekening houden met de ander
z'n genre
tip wat voor jou wel of niet kan oneervol oord
tip ontstaan meestal uit stereotypes
Even opwarmen
Een tijdje geleden lanceerde VRT STIP IT de campagne 'Wees geen wegkijker.' De campagne riep iedereen op om als omstaander te reageren op (online) pestgedrag.
Waarom is dat belangrijk? Hoe meer mensen aanwezig zijn, hoe kleiner de kans dat er gereageerd wordt. Dit wordt ‘het omstaanderseffect’ genoemd. Het is niet dat we het niet belangrijk vinden om te reageren, maar reageren is voor heel wat mensen niet zo simpel. Vaak denken mensen: ‘Dit is niet mijn verantwoordelijkheid’, ‘Ik ken de context niet goed genoeg’, of ‘Wat als ik zelf het volgende slachtoffer word?’
Toch blijkt dat omstaanders een enorme impact hebben. Ze kunnen het pestgedrag stoppen, escalatie vermijden en ondersteuning bieden aan het slachtoffer.
Hoe? Scan de QR-code en check de tips! Bekijk ook de campagneposter en het filmpje.
In de laatste rubriek van dit magazine gaan we samen de strijd aan tegen een - jammer genoeg - bekende vorm van discriminatie: (online) pesten. We laten van ons horen, want niemand verdient het om gepest of uitgesloten te worden. 1 2
De opdracht
Maak een creatief filmpje van precies één minuut waarin je de strijd aangaat tegen (online) pesten. Laat zien hoe je als omstaander kan reageren als je merkt dat iemand (online) gepest wordt. Gebruik enkel beelden en korte teksten, geen lange dialogen dus.
tip Post jullie filmpje op sociale media met de hashtag #weesgeenwegkijker. Like en deel elkaars filmpjes.
Volg het stappenplan op de volgende pagina.
STAP 1 Brainstorm
• Wat willen jullie in het filmpje tonen of vertellen?
• Wat moet de kernboodschap zijn?
• Denk na over praktische zaken: Waar gaan jullie filmen? Wie neemt welke rol op zich? Hoe filmen jullie? (telefoon, camera …)
• Bedenk een korte, maar krachtige campagneslogan.
STAP 2 Maak een storyboard
Een storyboard is een visueel script, een soort stripverhaal waarin je van elke scène een eenvoudige tekening maakt. Onder elke tekening kan je enkele notities maken. Het helpt jullie om de scènes uit te denken en structuur te geven aan het filmpje.
tip Op Polpo staat een sjabloon dat jullie hiervoor kunnen gebruiken.
STAP 3 Oefen en film
• Oefen de scènes eerst zonder te filmen.
• Zorg dat iedereen weet wat hij/zij moet doen.
• Let op de belichting en het geluid.
STAP 4 Monteer
• Kies welke beelden jullie gebruiken.
• Voeg een voice-over en achtergrondmuziek toe indien nodig.
• Laat de slogan in beeld komen en voeg tekst toe waar nodig.
tip Op Polpo staan links naar montage-apps en websites.
STAP 5 Toon je filmpje
• Presenteer je filmpje in de klas.
• Bespreek kort jullie ervaring: Wat ging goed? Wat was moeilijk?
Succes! En laat van je horen! #weesgeenwegkijker
3
Evaluatie
Houd een evaluatie in groep, maar ook een zelfevaluatie. Ook van jouw leerkracht krijg je feedback. Bekijk hieronder wat er van jullie verwacht wordt.
Zelfevaluatie (individueel)
• Wat vond je goed aan je eigen bijdrage?
• Wat zou je anders aanpakken als je dit opnieuw zou doen?
• Wat heb je geleerd over het thema (online) pesten?
Groepsevaluatie
• Wat verliep goed in onze samenwerking?
• Wat kon beter?
• Heeft ons filmpje een duidelijke boodschap?
Leerkrachtevaluatie
De leerkracht beoordeelt de filmpjes aan de hand van de volgende criteria:
Criteria score /5
Is de boodschap duidelijk?
Wordt het omstaanderseffect goed weergegeven?
Is het filmpje visueel en technisch verzorgd?
Werd er creativiteit gebruikt?
Werd er goed samengewerkt?
Totaalscore /5
Good to know
Ik kan de regels van argumenteren op een correctie manier toepassen
Ik kan een verhaal evalueren als fictie of non-fictie.
Ik kan het onderscheid tussen een feit en een mening toepassen
Ik kan een verhaal evalueren als objectief of subjectief.
Ik begrijp wat identiteit is (en dat dit uit verschillende delen bestaat).
Ik begrijp dat een identiteit gelaagd en dynamisch is.
Ik begrijp het verschil tussen persoonlijke en sociale identiteit.
Ik begrijp wat een stereotype is (en hoe je dit kan doorbreken).
Ik begrijp wat een vooroordeel is (en hoe je dit kan doorbreken).
Ik begrijp wat discriminatie is (en hoe je dit kan tegengaan).
Ik begrijp het verband tussen de begrippen stereotype, vooroordeel en discriminatie.
Ik begrijp het verschil tussen aangeboren en verworven kenmerken.
Ik begrijp dat een diverse samenleving uitdagingen en kansen biedt.
Ik begrijp wat engagement is.
Ik kan de H-O-N-D-methode toepassen om mijn grenzen aan te geven.
Ik begrijp het verschil tussen assertief, agressief en onderdanig reageren.
Ik kan de criteria voor grensoverschrijdend gedrag evalueren bij gegeven situaties.
Ik kan de grenzencheck voor grensoverschrijdend gedrag toepassen.
Colofon
Auteurs Filip Geeurickx, Pascal Holvoet en Tina Lava
Bestelnummer 908080110-3 ISBN 9789048651672 Nur 136, 138 en 139 Thema PJJ
Eerste editie KB D/2025/0147/102
Illustrator What's in a name? Vormgeving Stelvio D'Houst
Verantwoordelijke uitgever N.V. die Keure, Kleine Pathoekeweg 3, 8000 Brugge, België RPR 0405 108 325
Die Keure wil het milieu beschermen. Daarom kiezen wij bewust voor papier dat het keurmerk van de Forest Stewardship Council® (FSC®) draagt. Dit product is gemaakt van materiaal afkomstig uit goed beheerde, FSC®-gecertificeerde bossen en andere gecontroleerde bronnen.