13 minute read

‘Drillen tot je de status quo bereikt hebt’ Thomas van Belzen

INNOVATIE

Waarom de Nederlandse bouw niet innovatief genoeg is ‘Drillen tot je de status quo bereikt hebt’

Hoe innovatief is de Nederlandse bouw? Wetenschappers en ervaringsdeskundigen schetsen een onthutsend beeld, waarin techneuten domineren en talent met nieuwe opvattingen wordt gedrild tot de status quo. Uit gewoonte, maar ook uit angst. “Het is tijd voor ander DNA in de sector.”

DOOR THOMAS VAN BELZEN

Maarten Ingenhousz (33) vergelijkt de bouw met een slimme tiener die als de wiedeweerga moet feesten, rebelleren en grenzen verleggen. Te lang heeft de sector zichzelf voor de gek gehouden en hij spreekt uit ervaring: “Deels is deze harde analyse zelfontleding.”

Ingenhousz studeerde architectuur aan de TU Delft. Alles mocht en kon er, de meest wilde ontwerpen waren geoorloofd, zolang de gebouwen maar bleven staan.

Na zijn opleiding zag hij het snel misgaan met die explosie van creatieve ideeën. “Eenmaal aan het werk word je als jongeling eerst een paar jaar gedrild tot je de status quo hebt bereikt”, zegt Ingenhousz.

Daarna volgt er een tweedeling. “Een deel accepteert het en probeert de sector mondjesmaat van binnenuit te veranderen. Het andere deel bekent kleur, wordt het zat, verlaat de sector of begint voor zichzelf.”

Enkele rebellen

Ingenhousz signaleert dat de heersende cultuur innovatie in de bouw in de weg zit. “Te weinig jongeren met frisse opvattingen worden actief ingelijfd om de boel eens lekker op te schudden. Het huidige systeem vertrouwt te veel op de enkele rebellen.”

Hoezo is de bouw niet innovatief? Hoe zit het dan met al die productinnovaties? Van metselrobots tot de meest moderne luchttechnische apparaten en intelligente veiligheidsvoorzieningen? “Dat is juist het paradoxale”, zegt Ingenhousz. “Als het aankomt op commerciële productinnovatie is de sector juist extreem innovatief.”

Maarten Ingenhousz: “Het huidige systeem vertrouwt te veel op de enkele rebellen”

De midlife-strateeg

Goed in productinnovatie, slecht in systeeminnovatie. Je zou er in de war van raken. Rick van den Bos (47) is van huis uit psycholoog. Hij was de eerste psycholoog die zijn diensten online aanbood. Zijn innovatie was niet onomstreden.

“’Je bent de weg kwijt’, zeiden verzekeraars en beroepsverenigingen tegen mij. Patiënten vonden het juist prettig. Ik kon iets langer nadenken over hun vragen. Ik kon ze gerichter helpen. En de drempel om professionele hulp in te schakelen, haalde ik ermee weg.”

Bouwers doen maar wat

Om maar aan te geven: Van den Bos weet wat innoveren is.

Ruim vijftien jaar geleden rolde hij de bouw in. Hij werkte onder meer voor BAM als commercieel directeur en onder de naam Heilige Huisjes voorziet hij hedendaags bouwbedrijven van bedrijfsstrategieën. Zijn mond valt vaak open van verbazing. “Het is telkens weer fascinerend als je een strategie-analyse maakt voor bouwbedrijven. Wat is jullie strategie, is de eerste vraag. Ik pak dan het model van Treacy en Wiersema erbij (beschrijft drie strategieën, red). ‘Eh, OPEX’, zeggen ze dan. ‘O ja?’, reageer ik dan. Zijn je faalkosten zo laag dan dat je een laagsteprijsgarantie durft af te geven?’ ‘Eh, nee.”

Hoe vaak hij al niet directieteams gedesillusioneerd zag achterblijven. Tot hij ze vertelt dat de concurrent het niet veel beter doet. ‘Sla de top tien er maar op na.’ “Dan klaart de boel weer enigszins op.”

Hij houdt zijn hart vast voor ‘innovatieve woningbouwfabrieken’ die te veel techniekgedreven zijn en te weinig op de klantwens letten.

“Ik denk dat ik weet hoe het gaat eindigen. Niet best. Een fabriek technisch en commercieel opschalen, vraagt volstrekt nieuwe disciplines in de bouw.

Suboptimalisatie

Van den Bos noemt de sector imperfect, omdat er geen volkomen concurrentie is, vindt bouwen heerlijk en is er zelfs verliefd op. “De potentie van de sector is gigantisch. Het frustreert me dat die niet goed van de grond komt.” Afgelopen jaar interviewde hij tal van kopstukken en professionals over dit specifieke thema. Hij schrijft er blogs over. “Waarom innovatie niet van de grond komt? Een belangrijke reden is dat de keten zo versnipperd is.”

Hij haalt Rob van Wingerden, oudCEO van BAM aan. “Hij noemt dat ‘het drama van de suboptimalisatie.’ De opdrachtgever wil een integrale oplossing, terwijl de bouw verre van integraal georganiseerd is. Een corporatie wil een compleet werkende verduurzamingslag, maar krijgt de ene keer een modern ventilatierooster aangesmeerd en de volgende keer slimme deuren.”

Techneutenbal

Wat moet er veranderen? Ook Van den Bos denkt dat de cultuur van de bouw moet worden aangepakt. “Ik durf het bijna niet te zeggen, maar ik zie een extreme dominantie van het technische én mannelijke brein. De enkele vrouwen die in de sector werken zijn meestal ook behoorlijk technisch gedreven.”

Ziet de toekomst er beter uit? Van den Bos ziet dat jongeren met een brede blik nog altijd klem komen te zitten. “Hun innovatieambitie wordt te snel afgeremd. Ze opgezogen door het systeem en komen ze in technische gesprekken terecht, waar je eigenlijk uit moet blijven.”

Tijd voor ander DNA

Het is tijd voor ander DNA in de sector, vat Van den Bos samen. “Wat een bouwbedrijf kan doen? Zet nou eens naast elke slimme TU’er een slimme bedrijfskundige. Neem een voorbeeld aan de kledingbranche waar tachtig procent commercieel is geschoold. Zie je ooit techneuten op de voorgrond treden in de auto-industrie?”

Leontien de Waal, is sector banker bij ABN Amro. Zij belooft te bankieren voor betere generaties. “De bouw komt voort uit een ambacht”, begint ze te vertellen. “Dat ambacht wordt zwaar gekoesterd. Het goede daarvan is, dat bouwers mooi werk willen afleveren en mooie dingen willen maken. Ze hebben een passie voor techniek.”

Oude technieken

Toch weer die techniek. Toch draait De Waal het probleem om. De bouw is volgens haar niet te technisch, maar te ‘ontechnisch’. “De sector leunt te veel op oude techniek, bouwkunde, terwijl zaken als digitalisering, chips én robotisering nauwelijks worden omhelsd. Digital intelligence begint met een open mindset. Neem BIM. We sturen allemaal medewerkers op cursus en denken dan dat iedereen het kunstje beheerst. Het gaat erom dat digitalisering in brede zin wordt omarmd.”

Bouwbedrijven tonen nauwelijks serieuze aandacht voor digitale vaardigheden, stelt De Waal. “Grasduin voor de grap eens door de curricula van hbo’s en mbo’s. Zelfs daar moet je goed zoeken en zit het nieuwe bouwen er niet standaard in.”

Innoveren is a way of life, bedoelt ze te zeggen. Niet een kwestie van dat doen we er wel even bij. “Bouwbedrijven isoleren innovaties alsof het troetelkindjes zijn van een paar werknemers. En als het klaar is, mag iedereen de baby zien en omarmen, maar zo werkt adoptie van innovatie niet. Wat er moet gebeuren? Werk als bouwbedrijf continu aan je weerstandsvermogen. Prikkel het immuunsysteem van je organisatie zoals je ook kinderen met lactose-allergie af en toe melk laat proberen.” Van de bankier naar de wetenschapper. Henk Volberda (58) is hoogleraar Strategie en Innovatie aan de Universiteit van Amsterdam en directeur van het Amsterdam Centre for Business Innovation. Daar maakt hij elk jaar de Nederlandse Innovatie Monitor uitvoert voor het World Economic Forum.

“De bouw blinkt niet uit in innovatie”, weet Volberda. “De ICT doet het veel beter. En ook de zakelijke dienstverlening scoort beter op radicale innovatie. Bouwbedrijven hebben een kortetermijnoriëntatie en investeren nauwelijks in R&D.”

Hij herinnert zich een lezing van een ASML-directeur over ketenmanagement en het regisseren van netwerken. De zaal zat vol CEO’s uit de bouw die aandachtig zaten te luisteren, maar adviezen in de wind sloegen. ‘Dat kan bij ons niet’ zeiden ze tegen elkaar. ‘Bij ons gaat dat anders.’ Die houding is kenmerkend voor de bouw. ‘Wij zijn specifiek en we kunnen niet veranderen.’ Je kunt dat lang volhouden, maar niet oneindig.”

Rick van den Bos: “Ik durf het bijna niet te zeggen, maar ik zie een extreme dominantie van het technische én mannelijke brein”

Kantelpunt

De hoogleraar stimuleert bouwers anders te kijken naar innovatie. “Bij Succesvolle innovatie gaat het voor slechts voor 25 procent over techniek. Een veel groter aandeel, 75 procent, wordt bepaald door je leiderschapsstijl, je manier van organiseren en de inrichting van de arbeid.”

Bedrijven die niet innoveren, sterven uit, waarschuwt hij: “Innoveren doe je om de productiviteit te verhogen. Op die manier kun je beter concurreren. Doe je dat niet, dan word je een dinosaurus en maak je jezelf op den duur overbodig.” Zijn tip aan jou? “Investeer in mensen. Geef ze speelruimte en bevrijd ze van die traditionele structuren en op beheersing gerichte organisatiecultuur. Maak ruimte voor innovatie. Verruil traditioneel leiderschap voor dienend leiderschap. En betrek actoren van buiten de eigen de organisatie.”

Henk Volberda: “Bij succesvolle innovatie gaat het voor slechts 25 procent over techniek”

Drie innovatiescenario’s volgens Henk Volberda

Grote bouwbedrijven beginnen in te zien dat het anders moet, ziet Henk Volberda hoogleraar Strategie en Innovatie aan de Universiteit van Amsterdam en directeur van het Amsterdam Centre for Business Innovation. “Daar begint de innovatie los te barsten.” Hij schetst drie scenario’s waaruit bouwers die de stap durven te nemen kunnen kiezen. 1. Investeer in de nieuwe digitale wereld van metselrobotten en 3D-printing (virtual reality). 2. Investeer in industrialisatie, prefabricatie en modularisering (the big factory) 3. Ga voor de ‘green reboot’ (compleet inzetten op verduurzaming).

HEIEN DOE JE MET JE HOOFD

PROFITEER NU VAN ONS BASE FT FUNDERINGSPLAN

Als je slim bent en weldoordacht wil bouwen, dan begin je met een intelligent funderingsplan. En dat plan laat je ontwerpen door Voorbij Funderingstechniek met Base Foundation Technology, onze slimme parametrische ontwerptool. Dat klinkt misschien ingewikkeld, maar het komt erop neer dat je heel veel kunt besparen. Tot aan het milieu toe. Met BASE FT ontwerpen we een slim, degelijk en groen funderingsplan waarmee je tot wel 20% aan materiaal kunt besparen. Je hebt minder palen nodig dus minder beton en dat geeft weer minder CO2 uitstoot. Een BASE FT funderingsplan is bij ons inclusief. Kijk, dat is heien en je hoofd gebruiken. Kijk snel op www. voorbijfunderingstechniek.nl. Of bel of mail ons voor een stevig en vrijblijvend adviesgesprek.

Hoe maak je de bouwsector innovatiever? Door meer ruimte te creëren voor nieuwe opvattingen en mensen van buiten de sector. De jonge architect zegt het, de psycholoog, de bankier en de wetenschapper. Maar hoe kijkt de banenbemiddelaar ertegen aan?

“Te veel techneuten? Honderd procent. Op een paar uitzonderingen na is het merendeel supertechnisch”, beaamt Willem Molengraaf van Building Heroes. Als bemiddelaar voor nieuw talent zit zijn bedrijf op de eerste rij van te vergeven bouwjobs.

“Ik zie die vraag naar technisch geschoolde mensen ook niet opdrogen. De focus van veel bedrijven ligt nou eenmaal sterk op de techniek. Belangrijk, maar het gaat wel ten koste van de tijd en capaciteit om te innoveren.”

Building Heroes is juist om deze reden gestart met de zogeheten Construction University, een ‘multicompany traineeship’ voor hoogopgeleide schoolverlaters in de bouw. Molengraaf zou meer variatie in de ‘bouwvacturesbank’ toejuichen.

“‘Wij willen een ceo met ervaring’, hoor ik vaak. ‘Iemand die uit de bouw komt.’ Zelden komt een buitenstaander op die eindbaasstoel terecht. Ik vind dat echt een gemiste kans. Waarom zou een eindverantwoordelijke iemand met een technische achtergrond moeten zijn? Natuurlijk is het spannend om iemand neer te zetten zonder bouwbloed, maar dat is wel de kern van de oplossing.”

Tijd voor nieuwe leiderschap

Ook volgens Molengraaf is het tijd voor nieuwe leiders. “We krijgen te maken met een situatie die nog nooit heeft plaatsgevonden. Brandstof wordt duurder, materiaal schaarser, de vraag rijst de pan uit en we komen mensen te kort. Het komt allemaal tegelijk op ons af. Iemand die alleen focust op de techniek overziet dat niet en kan moeilijker de connectie maken met de buitenwereld.”

Wat ziet Molengraaf als hij de bouw met een persoon vergelijkt? “Ik zie geen persoon. Ik zie een groepje roodblauwe, geschoolde mannen. Ze staan om een boom. Druk met de vraag welke zaag ze moeten gebruiken om de appel uit de boom te krijgen. Iets verderop staat een meisje. Ook zij kijkt naar de boom. Ze

Willem Molengraaf: “Waarom zou een eindverantwoordelijke iemand moeten zijn met een technische achtergrond?”

Als de bouw een persoon was

Cobouw vroeg bouwprofessionals op LinkedIn de bouw te vergelijken met een persoon. Het leverde twintig uiteenlopende reacties op.

13-JARIGE DIE NODIG MOET PUBEREN “De bouw is een hyperintelligente, sociale maar geconditioneerde 13-jarige, die als het niet snel gaat rebelleren, er tijdens deze midlifecrisis achter komt dat het zich aan de verkeerde maatstaven heeft aangepast”, schrijft Maarten Ingenhousz (oprichter Foremore).

MET EEN PERSOONLIJKHEIDSSTOORNIS Edwin Lokkerbol (Het Projectenbureau) signaleert dat de bouw als persoon een persoonlijkheidsstoornis heeft. “Soms voelt de persoon zich opdrachtgever, soms opdrachtnemer.” Ook volgens Paul Terwisscha van Scheltinga (directeur-bestuurder Volksbelang) heeft de bouw een meervoudige persoonlijkheid. “Gedreven door gewin en ego, ten koste van de ander en van de aarde.”

SLECHTE TIMING Mark van Houten (commercieel directeur bij Saint-Gobain) ziet een blanke, loyale man voor zich, die heel graag inclusief wil zijn, maar enorm worstelt met het ‘hoe-dan?-vraagstuk’ en net op de verkeerde momenten de verkeerde dingen zegt en dan vol frustratie achterblijft, met de gedachte: maar ik bedoel het toch goed?”

LATE VEERTIGER De bouw doet Leonie van der Steen (Squarewise) juist denken aan een late veertiger die meer dan voldoende ervaring heeft om alles te maken, maar door stress niet zo jong meer is van geest. “Wij moeten onszelf minder serieus nemen en weer iets meer van die onverschrokkenheid van het begin van onze carrière terugvinden.”

Leontien de Waal: “De sector leunt te veel op oude techniek, terwijl digitalisering, chips én robotisering nauwelijks worden omhelsd”

heeft een andere oplossing. ‘Laten we een nieuwe ladder maken’.”

Hoopvolle toekomst

Terug naar de jongen van de bouw als twaalfjarige jongen die moet gaan puberen. Terug naar Ingenhousz. Wat doet hij om die bouw wakker te schudden?

Ingenhousz begon voor zichzelf. Hij timmert aan de weg met een baanbrekend online bestelplatform, waar zzp’ers en kleine onderhouds- en renovatiebedrijven hun bestellingen kunnen plaatsen voor op de bouwplaats. “Dit moet een hoop bouwverkeer in de stad schelen en de vakman tijd besparen. Nu bestelt, is binnen twee uur op de bouwplaats. Met elektrisch vervoer in plaats van op diesel. Binnenkort hopen we in de lucht te zijn.”

Hij snapt de bouwers ook wel. Veranderen is niet makkelijk. Zeker niet wanneer opdrachtgevers en beleidsmakers de regels steeds veranderen.

“Eigenlijk word je als bouwer van alle kanten beschoten. De natuurlijke reactie is dat je defensiever wordt. Wat je zou moeten doen? Van eigen kracht uitgaan. En de overheid zou een soort buitencategorie moeten creëren om de bouw te helpen, zodat er ruimte komt voor experimenten. Een soort living lab in de regelgeving.”

Hij droomt hardop. Mijmert over fascinerende wereldtentoonstellingen over staal en glas in Parijs en Milaan, meer dan honderd jaar geleden. “In die tijd had de bouw nog aanzien. Eigenlijk is dat nog steeds de benchmark. Er zijn wel tentoonstellingen, maar daar heeft niemand het over, behalve de bouw zelf. We moeten uit die bubbel komen.”

This article is from: