AvdR Webinars

Page 75

medewerking is geweigerd' — gericht tegen de verlening van de vervangende machtiging door de kantonrechter op (o.a.) de grond dat Beemster e.a. uit het feit dat Van Gasteren c.s. niet binnen de gestelde termijn van twee weken op hun wijzigingsvoorstel hadden gereageerd, ten tijde van het indienen van hun verzoekschrift hebben kunnen afleiden dat Van Gasteren c.s. hun medewerking niet hadden verleend. Rechtens onjuist is de verwerping door de rechtbank van deze grief op de daarvoor in de bestreden beschikking gegeven gronden omdat voor de in deze procedure aan de orde zijnde vraag of de in art. 5:140 BW bedoelde vervangende machtiging kan worden verleend, niet relevant, althans niet van doorslaggevende betekenis is of de appartementseigenaars die deze machtiging verzoeken het uitblijven van een reactie van hun tegenpartij(en) al of niet kunnen uitleggen als het zonder redelijke grond weigeren van medewerking, maar of (i.c.) de rechtbank van oordeel is dat, de omstandigheden van het geval in aanmerking genomen, van zo'n weigering sprake is. Dit voor een rechterlijke beslissing op een verzoek als het onderhavige essentiële oordeel ontbreekt in de bestreden beslissing. Onbegrijpelijk zijn de door de rechtbank aan haar verwerping van grief III ten grondslag gelegde overwegingen voorts voorzover die overwegingen steunen op een met de bovengeciteerde toelichting onverenigbare uitleg van grief III in die zin dat zij slechts gericht zou zijn tegen het in zijn oordeel laten 'meewegen' door de kantonrechter dat het uitblijven van een reactie van Van Gasteren kon worden uitgelegd als het zonder redelijke gronden weigeren van medewerking. Onderdeel 3 Met hun grief IV bestreden verzoekers tot cassatie het oordeel van de kantonrechter, dat voor de verdeling van de servicekosten 'de verkoopprijzen van de onderscheiden appartementen als objectieve maatstaf kan dienen' (beschikking kantonrechter sub 3.6). Deze grief is door de rechtbank verworpen met de overweging dat (niet: een objectieve, maar) een 'eenvoudig te hanteren maatstaf' geïndiceerd is en te verkiezen boven 'elke andere methode (…) hoe objectief ook'. Aldus oordelende is de rechtbank getreden buiten de grenzen van het door middel van de onderhavige grief aan haar voorgelegde geschilpunt, dat immers slechts betreft de vraag of de verkoopprijzen als objectieve maatstaf kunnen dienen. In ieder geval is de verwerping van deze grief op grond van deze overweging onbegrijpelijk omdat die redengeving ruimte laat voor de opvatting (zo niet, blijkens haar bewoordingen 'Elke andere methode (…) hoe objectief ook' suggereert) dat de verkoopprijzen niét kunnen dienen als objectieve maatstaf, welke opvatting tot gegrondheid van de grief zou hebben moeten doen concluderen, althans die vraag onbeantwoord laat. Onderdeel 4 De rechtbank heeft (in r.o. 6.4) met een enkele verwijzing naar een viertal rechtsoverwegingen uit haar voormelde beschikking van 21 maart 1996 in de aan de onderhavige procedure voorafgaande procedure tussen dezelfde partijen (alsmede C.J. Kaandorp aan de zijde van thans verweerders) (rekest nr. 444/1995) geoordeeld dat grief VI geen doel treft, daartoe o.m. overwegende: 'Wat de rechtbank in deze onherroepelijk geworden beschikking heeft vastgesteld geldt thans als vaststaand tussen partijen'. Dit oordeel is rechtens onjuist, althans onbegrijpelijk. Nu de rechtbank de feiten waarop evenbedoelde overwegingen in haar beschikking van 21 maart 1996 betrekking hebben en de in die rechtsoverwegingen besloten oordelen en vaststellingen, niet aan een zelfstandig onderzoek in de onderhavige procedure

75


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.