Aveve Perspectief - Juni 2025

Page 1


perspectief

“We willen niet de grootste zijn, wel efficiënt en duurzaam”

8

Meer keuze in vanggewassen dankzij nieuwe regels

14

Een gezonde bodem begint bij inzicht

24

Healthy Dry, de combinatie van eenvoud en gezondheid tijdens de droogstand

passie voor landbouw

Wat mag je verwachten

REDACTIETEAM

Anne Vandelannoote

Dries Vermander

Els Van Looveren

Evy Jacobs

Koen Clerinx

Lotte Beyens

Lotte De Vos

Laurens Niclaes

Laurens Leemput

Lien Vandecasteele

Maarten van Horen

Wouter Meirhaeghe

Geert Van Reybrouck

LAY-OUT

APPS

Hasselt

EINDREDACTIE

Anouk Van den Kerkhof

Delphine Cobbaert

Katie Willems

Lore Cools

OPMAAK

Berlin Creative Studio

VERANTWOORDELIJKE

UITGEVER

Kristof Douven Aveve

Aarschotsesteenweg 80

3012 Wilsele

Een

Vanggewassen Prestarters

Weerbare planten

Voersaldo-app

Ontvang je Perspectief liever online?

Scan hier:

“We willen niet de grootste zijn, wel efficiënt en duurzaam”

Beste klant

Na het natte en grillige 2024 leek het voorjaar van 2025 haast het tegenovergestelde: droog, zonnig en met schrale wind. Wat voor de ene een zegen leek, bracht voor de andere al snel kopzorgen. De bodem droogde snel uit, jonge gewassen kregen het lastig en het werd opnieuw duidelijk hoe weinig voorspelbaar een landbouwjaar is – en hoe belangrijk het is om wendbaar en goed geïnformeerd te blijven.

Daarom bieden onze Aveve-experten in deze editie van Perspectief opnieuw frisse inzichten en praktisch advies, recht uit het veld en de stal.

Veel leesplezier en een succesvolle zomer gewenst, met hopelijk net genoeg regen op het juiste moment. Kurt

Proefwerking

Proefwerking binnen Arvesta: innovatie en onderzoek in de melkveehouderij

Leemput - Nutritionist herkauwers Els Van Looveren - Sales manager rundvee

In de snel evoluerende wereld van de landbouw is het essentieel om voortdurend te streven naar verbetering en innovatie. Het optimaliseren van de voeding voor melkvee speelt een cruciale rol in het verhogen van de productiviteit en het waarborgen van de gezondheid van de dieren. Binnen Arvesta wordt er hard gewerkt om deze doelen te bereiken door middel van praktijkproeven en projecten. Dit artikel biedt een inzicht in de proefwerking binnen Arvesta, met een specifieke focus op de proeven die uitgevoerd worden met melkvee.

Binnen Arvesta zijn verschillende collega’s bezig met onderzoek en innovatie. Hierin speelt het team ‘Nutritional Solutions’ een cruciale rol. Dit team, bestaande uit ervaren nutritionisten en R&D-specialisten, houdt zich bezig met het uitwerken en opvolgen van praktijkproeven en projecten om zo de kennis en innovatie binnen de landbouwsector te bevorderen.

Ons team van nutritionisten en R&D-engineers werkt volgens twee belangrijke pijlers: praktijkproeven en innovatieve projecten. Op ons melkveeproefbedrijf in Poppel voeren we voederproeven uit waarbij de nadruk ligt op de transitieperiode, zoals de droogstand en lactatiestart. Daarnaast is Arvesta recent een samenwerking aangegaan met Wespedongen Dairy, een vooruitstrevend praktijkbedrijf waar de focus ligt op TMR-rantsoenen, duurzaamheid en langleefbaarheid. De proeven die we uitvoeren in Poppel en bij Wespedongen Dairy stellen ons in staat om de effectiviteit en voordelen van onze voederoplossingen te valideren en te optimaliseren in een praktijkgerichte setting.

Naast ons intern praktijkonderzoek, zijn er ook diverse projecten samen met andere bedrijven, universiteiten en onderzoekscentra. Via deze samenwerkingen krijgen we toegang tot de nieuwste wetenschappelijke inzichten en technologische innovaties. Hierdoor kunnen we steeds met vernieuwende producten, concepten en diensten op de markt komen, aangepast aan de veranderende behoeften van de melkveesector. De focus ligt hierbij steeds op het verbeteren van de efficiëntie. Bovendien trachten we in te spelen op maatschappelijke trends. Deze maatschappelijk belangrijke thema’s omvatten duurzaamheid, waarbij aandacht wordt besteed aan klimaatverandering (denk maar aan methaanuitstoot en carbon footprint), een lokale oorsprong van grondstoffen, stikstof- en fosforemissies en genetisch gemodificeerde organismen (GMO’s). Gezondheid en dierenwelzijn zijn eveneens belangrijke aspecten. Dit alles om een eerlijke prijs voor de boer te garanderen.

Op deze manier blijft Arvesta een voorloper in de landbouwsector, waarbij we voortdurend streven naar verbetering en innovatie om onze klanten de beste producten en adviezen te bieden. De proefwerking laat toe om producten eerst grondig te testen bij onze eigen bedrijven voordat ze bij klanten geïntroduceerd worden. Op deze manier kunnen we garanderen dat onze oplossingen niet alleen effectief zijn, maar ook bijdragen aan de gezondheid en productiviteit van de dieren.

Proefstation Poppel

Op ons eigen proefbedrijf in Poppel houden we 100 koeien met bijbehorend jongvee. De koeien worden gemolken met 2 Delaval-robots. De melkgevende koeien staan ingedeeld in 2 groepen: een hoogen laagproductieve groep. Dit laat ons toe om specifiek praktijkonderzoek te doen voor koeien in de transitieperiode en het begin van de lactatie. We beschikken over een herdnavigator. Hierdoor beschikken we naast de productiedata, ook over een aantal parameters die veel zeggen over de diergezondheid. Het doel is om telkens nieuwe producten en voeders te ontwikkelen die een maximale ondersteuning zijn voor koeien in de transitieperiode, om zo de negatieve energie- én eiwitbalans tot een minimum te beperken. Verder wordt er veel aandacht besteed aan de smaak van de voeders, zodat de koeien vlot op de robots lopen.

De droogstaande koeien staan in één groep gehuisvest. Er is bij deze groep ook een krachtvoederautomaat voorzien. Dit laat ons toe, om ook hier voeders en additieven met elkaar te vergelijken. Al onze droogstandsconcepten worden eerst op ons eigen proefbedrijf getest en gevalideerd, voor we ze in de markt zetten. Zo zijn we zeker dat we bewezen producten kunnen aanbieden aan onze klanten.

Een mooi voorbeeld van hoe we bij Arvesta de kracht van extern en intern onderzoek bundelen is het Healthyconcept voor koeien in de droogstand en lactatiestart. In 2016 heeft Arvesta het project FertiWalim opgestart in samenwerking met CRA-w, UCL en Inovéo, met als doel de vruchtbaarheid te verbeteren bij fokstieren en melkkoeien. In een eerste fase heeft men vanuit de literatuur alle beloftevolle additieven opgelijst die bijdragen aan het ondersteunen van de transitieperiode bij de koe. Daarna zijn er gedurende 4 jaar op meerdere proef- en praktijkbedrijven proeven uitgevoerd met verschillende combinaties en concentraties van de geselecteerde additieven en concepten. Arvesta heeft de opgebouwde kennis en resultaten uit dit project samengebracht in een nieuw volledig transitieconcept met de naam Healthy. Uiteindelijk is dit finale transitieconcept gedurende 2021 en begin 2022 gevalideerd op ons eigen proefbedrijf in Poppel.

Wij stellen graag de bezielers van ons Proefbedrijf in Poppel en demobedrijf in Poederlee voor. Maak kennis met onze bedrijfsleider Nick Van Tienen, Bedrijfsleider in Poppel, en Tom & Wanda Bastiaens-Verdonck die Wespedongen Dairy leiden.

Proefbedrijf in Poppel

Maak kennis met Nick Van Tienen

Wie is Nick?

Een jonge ondernemer uit de Nederlandse Kempen. Ik ben opgegroeid op de zandgrond in een dorp op 10 km van het proefstation vandaan. Ik heb van huis uit geen directe agrarische komaf, maar ben als bijbaantje ooit begonnen bij een melkveehouder in de buurt, waar ik gefascineerd raakte door de diversiteit die de melkveehouderij biedt. Daardoor ben ik ook bedrijfskunde en Agribusiness gaan studeren op HAS-hogeschool, waarna ik enkele jaren andere melkveehouders heb ondersteund als agrarisch bedrijfshulp. Toen wij als jong gezin de kans kregen om het proefstation als familiebedrijf te gaan runnen, was de keus snel gemaakt.

Waar sta je iedere dag voor op?

Ik sta letterlijk elke morgen op, en loop dan samen met onze hond over de rand van de graspercelen richting de stal. Ik hoor verschillende vogels en in de verte zie ik een ree de bosrand in springen. Daarna kom ik in een stal waar koeien staan te vreten of rustig liggen te herkauwen. Mijn dag is begonnen, en voor dit ochtendmoment sta ik graag op. Als het mij dan ook lukt die dag “iets” beter of mooier te maken dan dat het was, is mijn dag compleet.

Wat zijn je hobby’s of passies?

Naast mijn passie voor koeien en het landbouwleven, hou ik van lekker eten en drinken met vrienden en familie. Ga ik graag wandelen met onze Duitse herder Rox. Ook bezoek ik graag een trekkertrek of tentfeest in de buurt.

Wat wil je bereiken op het proefstation?

Met mijn praktische en ondernemende instelling hoop ik een bijdrage te kunnen leveren aan de ontwikkeling van nieuwe en bestaande voeders. Daarnaast hoop ik de werking van het proefstation te verbreden door naast de ontwikkeling van mooie voeders ook te kunnen werken aan andere praktische vraagstukken uit de melkveehouderij. Ik hoop dat de commercieel vertegenwoordigers in de toekomst vaker het veld in kunnen met de praktische resultaten uit Poppel.

Heb je nog andere dromen?

Mijn grootste droom was altijd: boer worden, boer zijn, boer blijven… Door dit avontuur aan te gaan, is die droom al grotendeels verwezenlijkt. Maar als ik dan toch nog een droom uit mag spreken, dan hoop ik ooit de kans te krijgen een eigen koppel(tje) koeien te hebben. Zo hoop ik op mijn oude dag ook nog boer te kunnen blijven. En dat ik de volgende generatie naast de mentaliteit en manier van leven, ook iets tastbaars kan meegeven.

Poppel, Nick Van Tienen en zijn gezin

Wespedongen Dairy

Maak kennis met Tom & Wanda

Begin dit jaar gingen we een samenwerking aan met Wespedongen Dairy. Ze zijn een demobedrijf voor Arvesta. Dit betekent dat we onze krachten bundelen voor praktijkgericht onderzoek, met een focus op de ontwikkeling van nieuwe én interessante producten voor TMR-bedrijven met het oog op langleefbaarheid en duurzaamheid. Daarnaast zullen er technische opleidingen en academies georganiseerd worden voor de voedingsspecialisten van Arvesta. Verder willen we samen inzetten op georganiseerde bedrijfsbezoeken en workshops voor melkveehouders, waarin telkens rond een praktisch thema gewerkt wordt en er volop van ervaringen gewisseld kan worden.

Wie zijn jullie?

Wij zijn Tom (40) en Wanda (37), samen hebben we 3 zonen van 9, 11 en 15 jaar. We baten een familiaal melkveebedrijf uit in hartje Kempen.

Waar staan jullie iedere dag voor op?

Gezonde en blije koeien in de stal, voedzame planten op de akkers. Dat we daardoor ook een werkplek kunnen creëren voor onze medewerkers waar ze zich erkend en gewaardeerd voelen maakt dat we met liefde en plezier om 4u30 de wekker laten afgaan. We voelen ons enerzijds als “volgende generatie” verantwoordelijk voor de verderzetting van het familiebedrijf en anderzijds zijn we er enorm trots op dat we met onze kennis, vaardigheden maar ook enorme steun en vertrouwen van familie en landeigenaars in “onze Kempen” mee zorg kunnen dragen voor de groeiende wereldbevolking door voedzaam en veilig voedsel te produceren in de vruchtbare delta van Europa.

Wat zijn jullie passies?

Hoewel Tom eigenlijk een echte

Wespedongen, Tom Bastiaens & Wanda Verdonck en kinderen

schrijnwerker in hart en nieren is, zie ik zijn ogen elk jaar oplichten als het veldwerk weer begint. Hij is gebeten om onze akkers zo goed mogelijk te bewerken, onze gewassen zo voedzaam mogelijk in de kuil te krijgen. De passie voor het ondernemerschap en het samenwerken met anderen hebben we gemeenschappelijk, net als de liefde voor lekker eten en de schoonheid van de natuur. Wanda’s interesse in mensen en wereldeconomie maakt dat ze soms met heel andere ogen naar ons bedrijf kijkt. Sinds zij mee in het bedrijf gestapt is maken we wel eens onorthodoxe keuzes waardoor ons bedrijf continu in beweging is en open bloeit.

Waar willen jullie met jullie bedrijf naar toe?

Door omstandigheden is ons bedrijf tot 2 keer toe enorm gegroeid zonder dat dat onze echte ambitie was. We willen niet de grootste of nummer 1 in de mpr-lijst zijn, wel efficiënt en duurzaam. We willen het familiebedrijf verder uitbaten met technisch en financieel goede resultaten maar ook een harmonieus leven voor ons gezin bewerkstelligen waar ook plaats is voor werkplezier en persoonlijke ontwikkeling. We hopen daar niet alleen zelf in te slagen maar ook onze collega’s mee te inspireren zodat ook de volgende generaties nog willen en kunnen overnemen.

Wat zijn jullie andere dromen?

Tom droomt wel eens van een huisje met een forelvijver en bbq-plekje in de bergen, Wanda wilt dan weer wereldvrede en met haar jongens zo veel mogelijk verschillende landen en culturen ontdekken. Plannen genoeg alleszins!

Vanggewassen

Meer keuze in vanggewassen dankzij nieuwe regels

De voordelen van groenbemesters worden elk jaar duidelijker. In Vlaanderen beperkt de wetgeving rond vanggewassen dan wel de keuze van het type groenbemester, door de definitie-aanpassing van vanggewas ontstaan nu meer opties.

Definitie van groenbemesters en vanggewassen

Om verwarring te voorkomen, geven we de definitie van groenbemesters en vanggewassen nog even mee:

Een vanggewas is volgens de mestbank een gewas dat wordt gezaaid na de hoofdteelt, en de stikstof van de hoofdteelt opneemt om volgend seizoen terug vrij te geven.

Een groenbemester daarentegen is een gewas dat na de hoofdteelt wordt ingezaaid om zijn positieve eigenschappen. Enkele van deze voordelen zijn:

• het verbeteren van de bodemstructuur

• het voorkomen van erosie

• het bevorderen van de biodiversiteit

• het onderdrukken van onkruid

• het verhogen van de organische stof en voedingsstoffen in de bodem

• het verkrijgen van een hoger watervasthoudend vermogen van de bodem

• het mogelijks verminderen van aaltjes en bodemschimmels

• Omdat de mestbank een lijst opstelde met de vanggewassoorten die gebruikt mogen worden, werd bijna altijd uit deze lijst gekozen.

Ook winterharde vlinderbloemigen nu toegestaan De definitie van vanggewas werd echter uitgebreid waardoor, als grootste verandering, winterharde vlinderbloemigen alsook mengsels nu toegestaan zijn als vanggewas.

Nieuwe vanggewasmogelijkheden:

• bladrammenas

• boekweit

• festulolium

• gele mosterd

• gras in onderzaai

• grasklaver

• graskruidenmengsel

• grasland

• graszoden

• incarnaatklaver

• Japanse haver

• komkommerkruid

• luzerne

• nootzoet raapzaad

• niger

• facelia

• rode klaver

• sareptamosterd

• snijrogge

• sorghum

• tagetes

• voederkool (bladkool)

• winterhaver

• winterraapzaad

• witte klaver

• zaaizaad grassen

• zomerhaver

• zomerraapzaad

• zwaardherik evenals alle mengsels die voor minimaal 75% bestaan uit een of meerdere van deze soorten

Deze aanpassing brengt interessante mogelijkheden met zich mee.

Eén van de belangrijke redenen om een groenbemester te zaaien is immers zijn vermogen om reststikstof van de hoofdteelt op te nemen om deze dan in het voorjaar terug vrij te geven wanneer hij verteerd wordt. Zo blijft er meer stikstof op je perceel voor de volgende teelt. Je kan dit gehalte nu nog extra verhogen door vlinderbloemigen te gebruiken als groenbemesters. Deze vlinderbloemigen (denk aan klavers, luzerne, wikke....) zetten stikstof uit de lucht om in bruikbare stikstof die ze zelf opnemen. Deze stikstof komt na vertering in de winter terug beschikbaar voor de volgende teelt. De vlinderbloemigen die als vanggewas erkend worden, zijn incarnaatklaver, rode klaver, witte klaver en luzerne.

“Het toestaan van winterharde vlinderbloemigen en andere mengsels opent nieuwe en interessante opportuniteiten.”

Mengsels van 75% worden toegelaten

De tweede belangrijke wijziging is de toelating van mengsels die voor 75% bestaan uit soorten van de eerder vernoemde lijst. Je kan dus nu ook vanggewasmengsels kiezen in plaats van een enkele soort. Hierdoor kunnen nu soorten met interessante eigenschappen toegepast worden die voordien niet toegelaten werden, en dit

voor 25% van het mengsel. Zo kan je nu bijvoorbeeld ook zonnebloem en wikke gebruiken. Voordeel? Bij een mengsel kan je door de combinatie van verschillende soorten een gevarieerdere wortelvorming, een bredere aaltjes/schimmel-reductie en een betere weerbaarheid tegen extreme weersomstandigheden bekomen.

Interessante Aveve-mengsels

Bij Aveve hebben we deze gewijzigde wetgeving benut om volgende interessante mengsels aan te bieden:

• De Multimix Pro: dit mengsel bestaat uit multiresistente bladrammenas, Japanse haver, bonte wikke, facelia en niger. Deze zorgt voor een ideale combinatie van diepe en oppervlakkige wortelvorming waarbij de sterke penwortel van de bladrammenas harde bodemlagen openbreekt. Hij zorgt voor stabilisatie of afname van schadelijke aaltjes. De wikke in het mengsel zorgt tot voor 15 kg/ha extra stikstofproductie. Ten slotte kan dit mengsel gebruikt worden voor de ecoregeling verhoging koolstofgehalte, aangezien dit mengsel voor meer dan de helft uit Japanse haver bestaat. Zo zorgt het voor de hoogste aanbreng van organische koolstof.

• De Fast-N Pro: dit mengsel bestaat voor 30% uit squarosum en incarnaatklaver en 70% facelia. Deze klavers hebben een snelle jeugdgroei en zijn winterhard. Zo kunnen ze na de winter ook nog extra stikstof produceren. Door het hoge klavergehalte in dit mengsel is de C/N-verhouding (koolstof/stikstof) aan de lagere kant. Hierdoor worden de nutriënten snel beschikbaar gesteld voor de nateelt.

Wil je ook graag gebruik maken van deze mengsels of stel je zelf graag iets samen? Neem dan contact op met jouw expert in the field.

Bladrammenas Japanse haver Wikke Facelia Niger

Prestarters

Ons gamma prestarters

Het voederen van de biggen is zeer belangrijk. In een vorig artikel sprak ik al even over de praktische tips voor het voederen van de biggen in de kraamstal. In dit artikel ga ik dieper in op het gamma prestarters van Aveve.

Lien Vandecasteele - Commercieel vertegenwoordiger varkens

We adviseren om vanaf dag twee te voederen bij de biggen in kraamstal. Dit kan met Biggilac of Basdiar.

• Biggilac: ons melkpoeder bevat bloedplasma, hierdoor is deze zeer smakelijk. Naast een smakelijk melkpoeder is deze compleet zeugenmelk vervangend. Met Biggilac is de kans op diarree minimaal. Biggilac is toepasbaar in automatisch melksystemen en is goed oplosbaar.

• Basdiar: is een product dat kleimineralen, algen, dextrose, ijzer en selenium bevat. Basdiar bevat geen voedingsstoffen, hierdoor kan het ook niet bederven. Basdiar bevordert de darmontwikkeling en werkt hierdoor preventief tegen diarree. De biggen vinden dit zeer smakelijk en leren de voederpan hierdoor kennen.

Vanaf 7 dagen starten we met een prestarter. Als er geen melkpoeder wordt gegeven kan je prestarter geven vanaf dag twee. We hebben twee fasen prestarters. In de eerste fase hebben we Biggifeed en Precose zonder bloedplasma.

• Biggifeed: Biggifeed is een prestarter in meelvorm met bloedplasma. Je kan het zowel nat als droog geven. Het meel plakt aan de mond van het biggetje, wat de smakelijkheid verhoogt. Voor een goede speenperiode raden we Biggifeed niet aan tot het spenen.

• Precose zonder bloedplasma: snoepvoeder zonder bloedplasma. Ideaal voor gemengde bedrijven met rundvee.

Vanaf dag 14 dagen geven we de tweede fase prestarter. Hier hebben we Biggifirst, Spido B plasma en Biggigran in ons gamma.

• Biggifirst: Biggifirst is een kruimel dat minder bloedplasma bevat dan de Biggifeed. We adviseren om deze te voederen zodat de overgang naar een bloedplasmavrij voeder zo geleidelijk mogelijk loopt. De Biggifirst ligt volledig in lijn met de Biggifeed en is een zeer smakelijk voeder.

• Spido B plasma: de Spido B Plasma is een prestarter die gebruikt wordt op bedrijven met groei genetica, deze genetica heeft een hogere voederopnamecapaciteit. Dit voeder heeft een hoger vezelgehalte, hierdoor zorgen we voor een geleidelijke voederopname. Het voeder legt vooral een focus op darmgezondheid.

• Biggigran: Biggigran is een kleine korrel zonder bloedplasma. Ideaal voor gemengde bedrijven. Zeer smakelijk en prijs/technisch interessant.

Voor biggen die gespeend worden op drie weken geef je de derde fase tot drie dagen na spenen. Bij vier weeks gespeende biggen geef je tot 21 dagen prestarter en schakel je geleidelijk over naar een speenvoeder. De sleutel tot een goed speenmoment is het geven van hetzelfde voeder voor spenen als na spenen. Hier is het belangrijk dat je ook dezelfde voedervorm geeft. Hou er rekening mee als je nat voedert in de kraamstal en droog in de batterij dat je minimum 3 dagen vooraf schakelt naar droog in de kraamstal. Spenen

Basdiar

Biggilac

Biggifeed

Precoce

Biggifirst

Biggigran

Spida

Basdiar

Biggilac

Biggifeed

Precoce

Biggifirst

Biggigran

Spida

Biggispeen

Proefstation Ath

Terugblik opendeurdag proefstation vleesvee Ath

Op 11 en 12 maart stonden de deuren van het CSB (Centre Sélection Bovine) in Ath open voor professionals uit de vleesveehouderij. Via verschillende workshops kon men de werking van het proefstation en het project Blanc Bleu Vert ontdekken. Enkele tools die ontwikkeld zijn om vleesveehouders te helpen bij hun keuzes op het gebied van genetica en/of management, werden toegelicht.

Verzamelen van data

Het proefstation in Ath maakt deel uit van een samenwerking tussen AWE en Arvesta voor het monitoren van afmestprestaties van Belgisch Witblauw stieren. Sinds 2012 hebben meer dan 3500 stieren het proefstation doorlopen en zijn er meer dan 20.000 metingen van groei, voeropname en slachtgegevens verzameld. Het voedersysteem is gebaseerd op

droogvoer, waarbij stro ad libitum wordt verstrekt. De dagelijkse voeropname wordt voor elke stier geregistreerd via de automatische krachtvoerstations en de stieren worden regelmatig gewogen. 65% van de stieren is al gegenotypeerd en alle productiekosten worden geregistreerd.

Voederefficiëntie en management

Tijdens de workshops lag de focus op thema’s die direct in de stal toepasbaar zijn. We toonden aan de hand van proeven uit het Blanc Bleu Vert-project aan dat onverzadigde vetzuren een hefboom vormen om de methaanuitstoot te verminderen. Dit in combinatie met een verbeterde productiviteit. Het gebruik van koolzaad- of lijnzaadvet in afmestrantsoenen verbetert de dagelijkse groei en verlaagt de voederconversie. In een tweede praktische benadering werden mogelijkheden toegelicht om op het gebied van rantsoenering een duurzame rundvleesproductie te bereiken. Ten slotte toonden we de werking van een economische simulator die de energie-inhoud van het rantsoen koppelt aan de dagelijkse groei en de voederconversie. We voorspellen daarmee de bruto-afmestmarge op het voeder bij het afmesten van Belgisch Witblauw stieren en bekijken hoe nog extra marge te genereren is.

Anne

Zomertips voor varkenswelzijn

Het is weer zomer. Voor ons is dit een aangename tijd. Maar warme zomerdagen hebben een negatieve invloed op het welzijn en de prestaties van varkens. Als de staltemperatuur stijgt, zal met name de voederopname dalen. Hier volgen enkele tips voor deze warme dagen.

1. Luchtinlaat

Voldoende kunnen ventileren is op warme dagen zeer belangrijk. Zorg daarom voor een voldoende grote luchtinlaat. Voor een kraamstal met 50 zeugen is bijvoorbeeld een luchtinlaat van 1,7 m² nodig. Voor een afdeling met 200 zware vleesvarkens is dat 2,1 m².

2. Instellingen klimaatregelaar

Overdag moet er voldoende geventileerd kunnen worden. Zorg ervoor dat de maximumventilatie op 100% ingesteld is. Let er wel op dat er ’s avonds en ’s nachts niet te veel geventileerd wordt (vanwege afkoeling!).

Stel de vraagtemperatuur daarom voldoende hoog in (minimaal 23 °C voor zware vleesvarkens) en de bandbreedte op minimaal 6 °C.

3. Koeling van lucht

Door binnenkomende lucht te koelen (dit kan met verschillende systemen, denk aan verneveling of PADkoeling) kan de staltemperatuur met enkele graden verlaagd worden. Bij nieuwbouw of renovatie is het aan te raden om koeling in overweging te nemen. Dit geldt vooral voor dekstallen, kraamstallen en vleesvarkensstallen.

4. Voederkeuze

De voederopname daalt als de temperatuur hoog oploopt in de stal. Schakel op warme dagen over naar een energierijker voeder om de nutriëntenopname op peil te houden. Dit geldt vooral voor vleesvarkens en lacterende zeugen.

Voeg Vitamine C toe als antioxidant. Dit helpt om hittestress te vermijden. Begin minimaal 1 dag voor de hitte. Je kan vitamine C toevoegen aan het voeder via Bulkexpress (zie pagina 34).

5. Voedermanagement kraamstal

Tijdens een warme periode in de zomer zullen de zeugen in de kraamstal minder voeder opnemen. Dit kan leiden tot een

lagere melkproductie en een negatieve invloed op de vruchtbaarheid. Geef de dagelijkse portie voeder in 3 of 4 beurten en voeder de zeugen op de koelere tijdstippen van de dag.

6. Extra aandacht voor de biggen in de kraamstal

Door de lagere opname van zeugen in de kraamstal, zal de melkproductie dalen. Daarom is extra bijvoeding voor de biggen nodig. Begin vanaf dag twee na de geboorte met bijvoederen (melk bij grote nesten). Nat voeren in de kraamstal bevordert bovendien de voederopname.

7. Water

Tijdens warme dagen is voldoende wateropname cruciaal. Zorg dus voor voldoende en fris water. Controleer het debiet van de drinknippels.

Wateropname/waterbehoefte per dag:

• Dragende zeugen: 15 l/dag

• Lacterende zeugen: 25-40 l/dag

• Biggen: 2-4 l/dag

• Vleesvarkens: 3-6 l/dag

Een gezonde bodem

Een gezonde bodem begint bij inzicht

Twee bodemexperts in gesprek over de bodem, staalname en verduurzaming

Sander Maes - Concept Manager Arvesta Arjan Reijneveld - Bodemexpert Eurofins Agro

Sinds dit voorjaar biedt Aveve in België de BodemGezondheidsIndicator van Eurofins Agro aan. Dit is een uitgebreid bodemonderzoek dat landbouwers helpt om meer inzicht te krijgen in de staat van hun bodem – en vooral wat die nodig heeft om duurzaam te blijven presteren.

Tijdens een gesprek tussen Sander Maes, conceptmanager bij Aveve, en Arjan Reijneveld, bodemexpert bij Eurofins Agro, blijkt al snel dat deze samenwerking voortkomt uit een gedeelde visie: het landbouwsysteem toekomstbestendig maken begint bij de bodem.

Totaalbenadering

Sander steekt van wal: “Wat me telkens weer opvalt, is dat veel landbouwers hier in België blijven vasthouden aan het klassieke bodemonderzoek. Regelmatig wordt een bodemstaal genomen om aan de regelgeving te voldoen.” Er wordt dan stikstof, fosfaat, organische stof en pH gemeten. Maar daarna gebeurt er vaak niets meer met die gegevens. Zonde, want je laat daarmee zoveel potentieel liggen.” Arjan knikt instemmend. “De bodem is zoveel complexer dan een paar routinematig gemeten parameters. Met de BodemGezondheidsIndicator kijken we naar het volledige plaatje. Wij zien de bodem als een puzzel: alleen als alle stukjes in elkaar passen, is er sprake van een gezonde bodem. Daarom analyseren we bij Eurofins niet alleen de chemische samenstelling, maar ook de fysische en biologische eigenschappen. Bovendien kijken we naar de organische koolstofbalans en controleren we op de mogelijke aanwezigheid van elementen die de groei kunnen remmen. In de bodem is alles met elkaar verbonden.”

Fysisch

tekort? Dat helpt enorm om je bemesting en beheer beredeneerd aan te pakken. Het rapport van het grondonderzoek dat je ontvangt, is erg informatief en maakt het mogelijk om een goed onderbouwd bemestingsplan op te stellen.”

Meer parameters zijn zinvol

Drie aspecten springen er voor Sander uit: de plantbeschikbare nutriënten, de kationuitwisselingscapaciteit (CEC) en de sporenelementen. “Vroeger keken we eigenlijk vooral naar de totale bodemvoorraad, maar dat zegt eigenlijk te weinig over wat een gewas daadwerkelijk kan opnemen in een groeiseizoen.”

Die totaalbenadering is precies wat Aveve aanspreekt, vertelt Sander. “Landbouwers krijgen zo een compleet beeld: wat kan je bodem aan, en waar schiet hij

Carbon

Biologisch

Arjan licht toe waarom het onderscheid tussen plantbeschikbaar en bodemvoorraad cruciaal is. “Neem stikstof, bijvoorbeeld. In het voorjaar lijkt er soms een tekort te zijn, terwijl er later in het seizoen nog stikstof vrijkomt door mineralisatie. Als je dan te veel bemest, bijvoorbeeld bij teelt van aardappelen, krijg je te veel loofgroei, wat ten koste gaat van de knolvorming. En dan heb je dus eigenlijk verloren in plaats van gewonnen.”

Chemisch

Een voedingselement dat tegenwoordig meer aandacht verdient volgens Sander is zwavel. “Dit wordt vaak over het hoofd gezien. Toch is het een onmisbaar element, zeker voor eiwitvorming. Meer dan de helft van de Vlaamse bodems bevat te weinig zwavel. Dankzij de verminderde zwaveluitstoot sinds de jaren 80 is de depositie uit de lucht sterk gedaald. Vooral op lichte gronden leidt dat tot tekorten, en dus tot opbrengstverlies als je het niet compenseert met wat extra zwavel.”

Mangaan is een ander vaak vergeten element, vult Arjan aan. “Dat is een belangrijk sporenelement. Tarwe, aardappelen, suikerbieten… het zijn allemaal gewassen die gevoelig zijn voor mangaangebrek. Dat zie je niet altijd meteen, maar het zorgt voor groeiremming en dus minder opbrengst. Met een uitgebreid grondonderzoek

kan je een potentieel mangaangebrek op tijd signaleren en kan je bijsturen met een bladbemesting tijdens de teelt. Daarom is het belangrijk om ook sporenelementen nauwkeurig te monitoren.”

“Alleen als alle stukjes in elkaar passen, is er sprake van een gezonde bodem.”

Bodemstructuur blijft belangrijk

Sander wijst op het belang van de CEC in het rapport. “Dat cijfer toont hoeveel positief geladen voedingsstoffen, de zogenaamde kationen – calcium, magnesium en kalium – gebonden zijn aan het kleihumuscomplex in de bodem. Hoe hoger de CEC, hoe meer nutriënten de bodem kan vasthouden, en dus hoe vruchtbaarder de bodem.

Maar nog interessanter is de verhouding tussen die elementen. Als je meer calcium dan magnesium aan CEC hebt, krijg je een luchtigere bodemstructuur, en dat is gunstig voor de wortelontwikkeling.”

“Precies,” zegt Arjan. “Daarom moeten we bodembeheer breder bekijken dan alleen bemesting. Bodemgezondheid is het resultaat van veel factoren samen. Het vergt tijd, inzicht en een integrale aanpak om daaraan te werken. Het voordeel van dit volledige onderzoek is dat je wanneer je bodemgezondheid opvolgt door de jaren heen, je een goed beeld krijgt van het effect van de genomen maatregelen. De bodemwaarderingsscore op het rapport helpt je daarbij.”

Infosessies over bodemgezondheid

Maar, zo erkent Sander, al die informatie kan ook overweldigend zijn. “De rapporten van het grondonderzoek zijn erg uitgebreid en landbouwers weten soms niet goed waar ze moeten beginnen. Daarom bieden wij als Aveve ondersteuning. “Zo hebben wij een bemestingsprogramma gemaakt dat bemestingsadviezen genereert, gebaseerd op specifieke bodemeigenschappen zoals pH, bodemtextuur en de CEC. We kijken niet naar één specifieke teelt, maar focussen op de gehele teelrotatie van de boer om zo

Op dinsdag 27 mei 2025 ondertekenden Kris Moerman van Aveve en Jeroen Neuckermans van Eurofins Agro officieel de samenwerking.

beredeneerd mogelijk te bemesten. Er wordt niet enkel rekening gehouden met stikstof, fosfor en kalium, maar er wordt ook belang geschonken aan andere cruciale elementen voor de plant zoals magnesium, calcium, sulfaat en sporenelementen. De basis van een goed bemestingsadvies is een kwaliteitsvolle bodemanalyse. Samen met Eurofins organiseren we ook infosessies, zodat landbouwers leren hoe ze zelf aan de slag kunnen met de cijfers uit het onderzoek en bodemgezondheid.”

“Door uitgebreid te meten wat er in de bodem aanwezig is, kunnen we een gepersonaliseerd advies geven aan de boer.”

Uiteindelijk draait het niet alleen om meer opbrengst, benadrukt Arjan. “Een gezonde bodem is weerbaar, houdt nutriënten beter vast, spoelt minder uit en is beter bestand tegen droogte. Kortom, een gezonde bodem is de basis voor een duurzame landbouw.”

Sander knikt: “We staan op een kantelpunt. De regelgeving wordt strenger, de marges kleiner, en de maatschappelijke druk op de sector neemt toe.

Efficiëntie is geen luxe meer, het is noodzaak. En alles begint bij inzicht. Je moet weten wat er in je bodem gebeurt om verstandige keuzes te maken.”

Arjan besluit: “Met de BodemGezondheidsIndicator geven we landbouwers dat inzicht. Geen standaardanalyse meer, maar een diepgaand onderzoek. Zo kunnen ze gericht investeren in hun bodem – en dus in de toekomst van hun bedrijf.”

BodemGezondheidsIndicator

Monitor, verbeter en bewijs bodemgezondheid

Het uitgebreide grondonderzoek van Eurofins Agro geeft een compleet beeld van de bodemgezondheid. De volgende parameters worden gemeten:

• Bodemfysica: structuur, pH, zoutgehalte, kleihumuscomplex, verslemping, verstuiving en verkruimelbaarheid.

• Bodemchemie: hoofd- en sporenelementen en een aantal nuttige elementen (zoals S, Si of Mn).

• Bodembiologie: o.a. aanwezigheid en balans van schimmels en bacteriën

• Organische koolstofbalans

• Potentieel schadelijke elementen zoals Al.

Het rapport geeft een landbouwkundige waardering per parameter, aangevuld met een gewasgericht advies en een bodemgericht advies voor de lange termijn. Daarnaast bevat het rapport een bodemgezondheidsscore waarmee de verbetering van de bodemkwaliteit op termijn kan gevolgd worden.

De staalname is aan te vragen via Aveve of via een van de Aveve-zaakvoerders. Na bemonstering volgt een digitaal rapport. Vervolgens kunnen deze bodemanalyses als basis worden gebruikt om een gepersonaliseerd bemestingsadvies te formuleren.

Precisielandbouw met Varicare: slim bijbemesten op basis van satellietdata

In een tijd waarin landbouwers steeds meer geconfronteerd worden met stijgende kosten en strengere milieuregels, biedt precisielandbouw een antwoord op de vraag naar efficiënter en duurzamer telen. Varicare speelt hierin een sleutelrol door het gebruik van satellietbeelden en taakkaarten om het bijmesten van gewassen zoals aardappelen te optimaliseren.

Wat is Varicare?

Varicare is dé precisielandbouwservice die landbouwers helpt om hun inputs (zoals meststoffen) en machines optimaal te benutten. De kern van het systeem is het gebruik van biomassabeelden, afgeleid van satellietdata, om het bodempotentieel van elk perceel in kaart te brengen.

“Varicare vormt een innovatieve stap richting duurzame landbouw”

Bijbemesten op maat van elk perceel

Voor aardappelen of andere teelten, maakt Varicare het mogelijk om variabel te bemesten. Dit betekent dat meststoffen enkel worden toegediend waar ze écht nodig zijn. De satellietbeelden tonen verschillen in vegetatiegroei binnen een perceel, wat een indicatie geeft van de bodemkwaliteit en de behoefte aan nutriënten. Op basis van deze beelden worden taakkaarten opgesteld die rechtstreeks kunnen worden ingeladen in moderne landbouwmachines. Zo kan de stikstofgift worden aangepast per zone binnen het veld, wat leidt tot:

• efficiënter gebruik van meststoffen

• hogere opbrengsten en kwaliteit

• lagere milieubelasting

Toepassing in de praktijk

1. Onze experten begeleiden jou van A tot Z. En bieden ondersteuning bij de analyse van het machinepark – Zo bekijken ze of bestaande machines compatibel zijn met de taakkaarten.

2. De selectie van percelen – Percelen met het meeste potentieel worden gekozen op basis van satellietdata.

3. De opmaak van de taakkaarten – Deze kaarten geven aan in welke zone op het perceel meer of minder bemesting nodig is.

4. Verdere implementatie en opvolging – De kaarten worden geïmporteerd in de trekker.

Toekomstgericht en duurzaam

Varicare is niet alleen een technologische innovatie, maar ook een stap richting duurzame landbouw. Door enkel te bemesten waar nodig, wordt verspilling tegengegaan en wordt de impact op het milieu beperkt.

Met Varicare biedt Aveve een krachtige tool voor landbouwers die hun teeltstrategie willen verfijnen.

Door gebruik te maken van satellietbeelden en precisietechnologie wordt bijmesten in aardappelen en andere gewassen niet alleen slimmer, maar ook winstgevender en duurzamer.

Meer te weten komen over Varicare? Neem contact op met jouw Aveve- zaakvoerder voor meer informatie en advies.

Benieuwd naar onze andere rassen? Ontdek ze hier!

Probeer onze nieuwe mengsels met vlinderbloemigen!

Fast-N Pro voor snelle stikstofnalevering

• Mengsel met hoge stikstofproductie (tot 50 kg/ha door 30% incarnaat en squarosumklaver)

• Zorgt voor een hoge organische stofaanbreng en mooie verkruimeling van de bodem (70% facelia)

• Een zeer snelle nalevering van nutriënten voor de volgteelt door de lage C/N-verhouding

Multimix Pro voor een gezonde bodem

• Een uitstekende doorworteling van de hele bodem door een complex mengsel van Japanse haver, multiresistente bladrammenas, facelia, niger en wikke

• Zeer hoge organische stofaanbreng

Wens je meer informatie over onze groenbedekkers, contacteer je Aveve-zaakvoerder en vraag naar onze nieuwe folder.

Bron skyagriculture.com

Bemest met mangaan aan dubbele snelheid met

Activium Green Mn!

Koen Clerinx - Technisch manager biostimulanten

Een goede mangaanbemesting in akker- en groentegewassen wordt vaak onderschat. Nochtans is het belangrijk voor de plantontwikkeling en vormt het een essentieel onderdeel voor fotosynthese, plantmetabolisme en opname van voedingselementen. De wet van Liebig speelt daarbij: de gewasopbrengst wordt bepaald door de voedingstof die relatief het minst aanwezig is.

Net zo onmisbaar voor gewassen als water op aarde Waarom Mangaan? Mangaan is een katalysator in de wateroxidatie. De elektronen die zich zo vormen voorzien de plant van energie. Het is ook belangrijk voor de vorming van chlorofyl (fotosynthese), aminozuren en celwandversterkende moleculen en werkt sterker in combinatie met nitraat.

Oorzaken van een mangaantekort Een te zware herstelbekalking Mangaan is in grote hoeveelheden aanwezig in de natuur. Zo bestaat de aardkorst uit 0,1% mangaan en komt het onder 11 verschillende vormen voor in de bodem. Vormen die in elkaar kunnen overgaan door o.a. pH- en redoxreacties.

Bij een pH van 5,5 of lager is er vaak veel Mn2+ aanwezig. Bij een pH van 8 of hoger, dikwijls het gevolg van een zware herstelbekalking, wordt deze mangaanvariant helaas vastgelegd in de bodem en niet langer beschikbaar voor planten.

Tip: vermijd een zware herstelbekalking. Jaarlijks een lage dosis is beter dan om de 3 jaar een hoge!

Plantkeuze

Sommige planten scheiden zelf zure stoffen af in de zone rond de wortels (de rhizosfeer), een zone waar macro- en micronutriënten worden opgenomen. Elementen, zoals mangaan, ijzer, … die beter beschikbaar zijn bij een zuurdere pH kunnen zo tot op bepaalde hoogte makkelijker opgenomen worden.

Te veel en te weinig lucht

Hoe luchtiger de grond, hoe sneller er mangaangebrek optreedt. Dit lijkt misschien vreemd, maar vooral bij graangewassen spelen chemische bodemreacties een rol. Wanneer er te veel zuurstof in de bodem is, oxideert Mn²+ naar een niet-opneembare vorm. Druk daarom een luchtige bodem na het zaaien altijd wat aan (‘bezinken’).

Een dicht geslempte natte bodem met weinig zuurstof zorgt omgekeerd voor sterke redoxreacties. Er komt voor de plant zeer veel Mn2+ vrij, waardoor zelfs fytotoxiciteit kan optreden. Even erg als een tekort en de symptomen lijken sterk op elkaar.

Opletten!

Een tekort is vaak herkenbaar aan necrotische bruin-gele vlekjes op het blad en start meestal bij het jongste blad. Een overmaat kenmerkt zich door zwarte stipjes en een gelig blad.

Mangaangebrek bij aardappel

Mangaangebrek bij granen

Antagonisme of synergiën tussen de voedingselementen (een rode pijl richting een ander element duidt op een antagonisme van dat element op het andere)

Concurrentie met calcium Mn²+ wordt best zoveel mogelijk van wortel tot blad (via het xyleem) getransporteerd, aangedreven door bladverdamping, maar wordt samen met de andere positief geladen elementen zoals Ca2+ opgenomen. Doordat de bodem veel meer calcium bevat, ontstaat er grote onderlinge concurrentie.

Een andere mogelijke opnameroute gaat van het blad tot aan de wortels (via het floëem). Vruchten vragen echter altijd meer calcium dan mangaan, waardoor er ook hier competitie ontstaat. Zeiden we al dat mangaan een moeilijk element is?

Genetische gevoeligheid

De gewasgevoeligheid voor een mangaantekort is genetisch bepaald (zie figuur 4). Net als granen, zijn aardappelen zeer gevoelig door hun klein wortelgestel in verhouding met hun plantmassa. Een mangaangebrek wordt dan ook snel zichtbaar bij jonge plantjes. Zeer gevoelig is het aardappelras Challenger, terwijl het ras Innovator naast mangaan ook wat extra fosfor kan gebruiken.

Akkerbouwgewassen

Haver

Tarwe

Biet

Cichorei

Koolzaad

Boon

Maïs

Aardappel

Vlas

Luzerne

Gerst

Erwten

Rogge

Risico op een tekort aan micronutrienten bij akkerbouwgewassen (groen= laag, geel= medium, rood = hoog)

B Cu Fe Mn Mo Zn

Voorkomen is beter dan genezen Voorkomen kan door de mangaanbemesting vanaf een bepaalde periode standaard op te drijven bij de gewassen of gronden waar een gebrek zich kan voordoen. In de praktijk gebeurt de toediening het makkelijkst via bladvoeding. De vormen mangaanchelaat, mangaansulfaat of mangaannitraat zijn het meest beschikbaar, elk met hun voor- en nadelen. Net om al die voordelen te combineren en de negatieve uit te schakelen werd Actyvium Green Mn ontworpen.

“Door de droogte wordt mangaan dit jaar moeilijk opgenomen waardoor het risico op een tekort groot is.”

Onbehandeld

Een ideale combo

Activium Green Mn combineert het snelwerkende mangaansulfaat en het traagwerkende mangaanchelaat (EDTA). Een snelle werking is nodig bij een acuut gebrek, terwijl een langdurige werking minstens zo belangrijk is om het seizoen rond te komen.

Het bevat 4,7% MgO en 5,7% nitraatstikstof (nietregistratieplichtig in het kunstmestregister) die de mangaanopname boosten, waardoor zelfs bij een verkeerde diagnose (magnesiumgebrek in plaats van mangaangebrek) resultaat volgt!

Actyvium Green Mn is bovendien goed oplos- en mengbaar met andere gewasbescherming. Al blijft gezond verstand gebruiken, uiteraard de norm.

Actyvium Green Mn in praktijk

Actyvium Green Mn kan je toepassen bij aardappelen, granen, bieten, uien en heel wat andere gewassen.

Bij aardappel kan je preventief mangaan toepassen aan een lage dosis van 0,5 kg Actyvium Green Mn/ha bij elke fungicide bespuiting. Om praktische redenen kan je ook 3 x 1,5 kg/ha toedienen, zeker bij een sterk gebrek, vaak vanaf half juli/begin augustus zichtbaar. Bij granen zet je Actyvium (afhankelijk van de zaaidatum) best al in het najaar in gecombineerd met een onkruidof luizenbehandeling. Zo vermijd je gebrek in het vroege voorjaar.

Heb je twijfels, wil je meer info over Actyvium Green Mn of de mening van een expert? Contacteer dan je lokale Aveve-zaakvoeder!

Activium Green Mn
Behandeld met Actyvium Green Mn

Healthy Dry, de combinatie van eenvoud en gezondheid tijdens de droogstand

Healthy Dry is specifiek ontwikkeld voor een droogstandsrantsoen met enkel maïskuil en gehakseld stro of kaliumarm hooi. Dit complete droogstandsvoeder bevat een ruim en innovatief complex van antioxidanten. Op het melkveebedrijf van Jos Tormans in Meerhout wordt al ruim twee jaar gewerkt met Healthy Dry tijdens de droogstand. We sommen in dit artikel enkele belangrijke troeven op van dit concept en hoe dit bedrijfsleider Jos in zijn dagelijkse werking ook werkplezier geeft.

Rond het afkalven zijn melkkoeien gevoelig voor metabole problemen zoals kalfziekte en ketose. Een constante drogestofopname tijdens de droogstand is een must voor een goede opstart van de lactatie. Tijdens de droogstand en naar de kalving toe hebben de koeien een verhoogde behoefte aan antioxidanten en ondersteuning van de leverwerking. Droogstandsrantsoenen kennen soms wel wat knelpunten. Zo kan de kwaliteit van het ruwvoeder wisselend zijn, zeker wat het gebruik van voordroogkuil betreft. Tijdens het laden en voederen kunnen de verhoudingen van het gevoerde rantsoen in de kribbe wisselen en hoe zorg je ervoor dat het rantsoen tijdig rekening houdt met de nakende opstart van de lactatie?

De groepsgrootte van de droge koeien kan variëren, waardoor het voersysteem soms afhankelijk is van de praktische mogelijkheden voor deze groep.

Maximale focus op gezondheid

Het innovatieve complex van antioxidanten in Healthy Dry bevat vitamine E, Selenomethionine, vitamine C en een wetenschappelijk bewezen mix van antioxidanten. Deze antioxidanten zorgen voor minder oxidatieve stress en bieden zo extra bescherming en vitaliteit aan de lichaamscellen. Op deze manier kan de koe een betere weerstand opbouwen tegen infecties. Daarnaast bevat het voeder leverbeschermende stoffen die belangrijk zijn om ketose te verminderen. De proeven met Healthy Dry toonden een verbetering van de gezondheid door minder ontstekingen in het begin van de lactatie, een lagere negatieve energiebalans en een lager celgetal. Dankzij de smakelijkheid en de homogeniteit van de mengeling in de kribbe zagen we hierdoor een hogere voeropname in de opstart van de lactatie en een hogere melkproductie en persistentie.

Eenvoudig voersysteem

De basis voor het droogstandsrantsoen met Healthy Dry is maïskuil en gehakseld stro. Wanneer er kaliumarm en gesneden hooi aanwezig is op het bedrijf, zetten we Healthy Dry Hay in. Het uitgangspunt is 50% maïskuil, 25% stro en 25% Healthy Dry op drogestofbasis. De exacte verhouding wordt bepaald aan de hand van de maïsanalyse en rantsoenberekening. Dit gemengde rantsoen kan zonder tussentijdse wijzigingen gevoederd worden gedurende de hele droogstand tot aan de kalving.

Ervaring uit de praktijk

Jos Tormans baat een melkveebedrijf uit van 100 koeien en bijhorend jongvee in Meerhout in de Antwerpse Kempen. Zijn vrouw Conny melkt dagelijks mee de koeien, de rest van de taken op het bedrijf neemt Jos op zich. Bij de introductie van het Healthy Dry concept in 2023 had Jos meteen interesse in dit nieuwe voersysteem voor droge koeien. Jos vindt het belangrijk

om een vlotte opstart te hebben in de lactatie met gezonde koeien: “Sinds ik dit voeder gebruik in de droogstand heb ik veel minder problemen met mijn koeien rond de kalving of opstart van de lactatie” geeft Jos aan. “Een grote troef van het concept is dat ik het droogstandsrantsoen nu vooral veel preciezer kan voeren. In de zomer heb ik op mijn bedrijf weinig droge koeien. Dit rantsoen maakt het gemakkelijk om tot op 3 koeien een correcte mengeling te maken, zo kan de theorie ook in de praktijk correct omgezet worden.”

Jos maakt momenteel een mengeling van 300 kg maïskuil, 50 kg nr 460/350 Healthy Dry Mix en 60 kg gehakseld stro. De koeien zitten in een stal met diepstrooiselboxen en buitenloop. Afhankelijk van de groepsgrootte kan Jos de ruimte voor de droge koeien aanpassen. Wanneer de koeien moeten kalven, verhuizen ze naar de afkalfbox naast de droge koeien.

Deze voeders zijn beschikbaar voor het Healthy Dry concept in de droogstand:

• Nr 459 Healthy Dry Hay

• Nr 459/300 Healthy Dry Hay VLOG

• Nr 460 Healthy Dry

• Nr 460/300 Healthy Dry VLOG

• Nr 460/350 Healthy Dry Mix VLOG

• Nr 460/370 Healthy Dry OG Mix VLOG

Wil je graag zien hoe de droge koeien op het bedrijf van Jos gevoerd worden met Healthy Dry?

Scan deze QR om een kijkje te nemen in het Healthy Dry-concept op zijn bedrijf!

Scan en kijk mee

Weerbare planten

Weerbare planten voor een optimale opbrengst!

Van een zeer nat 2024 gingen we naar een zeer droog voorjaar in 2025. Veel gewassen zijn door het mooie weer op tijd geplant of gezaaid, maar kenden later geen makkelijke start door droogtestress. Kenmerkend zijn een zeer onregelmatige opkomst van uien en suikerbieten. De aardappelen kwamen dan weer zeer vlot boven, maar stonden vaak al in bloei voordat de rijen zich sloten.

Bladmeststoffen voor een evenwichtige plant

De strenger wordende mestwetgeving en het veranderende klimaat verantwoorden het gebruik van bladmeststoffen steeds meer. De afgelopen jaren leerden ons dat bladmeststoffen de plant aanzienlijk weerbaarder kunnen maken, door de plant te leren met minder om te gaan en toch hetzelfde te produceren.

De basisbemesting zal dan wel nooit volledig vervangen worden, er kan gezorgd worden voor een beter evenwicht in de plant door niet eenzijdig te focussen op de voedingselementen. Waar vroeger bij een gebrek of een stress-symptoom vaak ingespeeld werd op symptoombestrijding door de inzet van gerichte meststoffen, wordt nu vaker een vermijdingsstrategie toegepast. Een verhaal waarin de bladmeststof Optima Vigor+ goed tot zijn recht komt.

Optima Vigor+, extra groei zonder tijdelijke zwakte

Optima Vigor+ is ontwikkeld om de groei en productiviteit van gewassen te verbeteren door de bladvitaliteit tijdens de vegetatieve fase te verhogen en zo een betere fotosynthese mogelijk te maken. Veel grond- en bladmeststoffen die gebruikt worden om groei te stimuleren, bevatten veel stikstof, waardoor dit vaak gepaard gaat met een (tijdelijk) zwakker gewas. De extra groei door toepassing van Optima Vigor+ resulteert daarentegen in een hogere energieproductie en stevigere cellen, dankzij het hoge calcium- en mangaangehalte. Optima Vigor+ is een gespecialiseerde bladvoeding die gebruik maakt van organische complexeringstechnologie waardoor het goed mengbaar is en zacht voor het gewas.

Rol van calcium bij weerbaar telen

Calcium speelt een belangrijke rol bij het weerbaar telen. Calcium (Ca) geeft stevigheid aan plantcellen, zowel in blad als vruchten. Daarnaast bevordert Ca de stabiliteit van de celwand en het functioneren van celmembranen en speelt het een belangrijke rol als signaalmolecuul bij stressreacties. Hierdoor worden de planten minder gevoelig voor ziekten en voedingstekorten. Dit zagen we reeds 4 jaar geleden

in bieten- en groenteproeven bij onafhankelijke onderzoeksinstellingen. Naast een mindere gevoeligheid voor ziekten zijn de gewassen behandeld met Optima Vigor+ consistent beter van kwaliteit en kennen ze een hogere opbrengst

Aardappelen als voorbeeld

Bij aardappelen speelt kwaliteit een belangrijke rol. De knollen moeten immers lang bewaard worden. Hier speelt calcium een belangrijke rol.

De basisbehoefte calcium wordt aangevoerd via de bodem, waardoor voor het seizoen bekalken of gips toevoegen belangrijk is. Maar het wordt tijdens droge periodes helaas niet goed opgenomen.

Bij de start van de knolzetting, vanaf 30 tot 45 dagen na opkomst, hebben aardappelen de grootste nood aan calcium. Actief transport van calcium naar de knol werkt echter slechts enkele weken. Door dan gericht calcium toe te voegen als bladvoeding, is men er zeker van dat tijdens de knoldikking voldoende goed opneembare calcium beschikbaar is om sterke cellen te ontwikkelen.

Dit principe kan je toepassen op heel wat knol-, bolen vruchtgewassen, wat ook blijkt. Optima Vigor+ is al enkele jaren een standaard bij heel wat telers van suikerbieten, aardappelen en groenten.

Scan en lees meer: Vraag zeker een advies op maat bij uw Aveve-zaakvoerder.

Focus op transitie

Focus op transitie bij melkkoeien: een praktijkstudie over gezondheid en melkproductie

De droogstand is een cruciale periode in de levenscyclus van een melkkoe. Deze fase, die doorgaans zes tot acht weken duurt is van groot belang voor de gezondheid van de koe en de melkproductie in de volgende lactatie.

De droogstand heeft voor de koe drie focuspunten:

1. Herstel van het uierweefsel: tijdens de droogstand heeft het uierweefsel de kans om te herstellen van de belasting van de melkproductie.

2. Verbeterde gezondheid: het geeft de koe de tijd om infecties te genezen en weerstand op te bouwen tegen mastitis en andere ziektebeelden.

3. Voorbereiding op de volgende lactatie: een goed beheerde droogstand leidt tot een hogere melkproductie in de volgende lactatiecyclus. Voeding speelt een sleutelrol tijdens de droogstand. Hier heb je twee mogelijke strategieën: droogstand in één groep met één rantsoen gedurende 6 weken en droogstand in 2 groepen waar er gewerkt wordt met een far-off en een close-up groep.

Welke strategie oogst nu welke resultaten? Stagiair en dierenarts in opleiding Antoine René dook in de praktijk op 14 bedrijven om te kijken hoe zij het aanpakken en wat er nog verbeterd kon worden.

Droogstand in de praktijk: hoe maak je de keuze tussen 1 en 2 groepen?

Voor de melkveehouders die werken in 1 groep is de motivatie vooral het werkgemak en de consistentie van de mengeling. Bij tijdsgebrek of kleine groepen worden er dan ook vaker fouten gemaakt in de droogstand die door arbeidsgemak sneller te vermijden zijn. Vaak laat de huisvesting het ook niet toe om de droogstaande koeien in 2 groepen te verdelen.

Voor de landbouwers die werken in 2 groepen is de focus vooral het vermijden van metabole problemen en het gerichter kunnen werken. Zij zijn er dan ook van overtuigd dat dit wel het resultaat geeft in de lactatieperiode nadien.

Wat zegt de praktijk?

Op alle bedrijven waar er aan de slag is gegaan rond de transitie is er een mooie vooruitgang geboekt op het vlak van problemen tijdens & rondom het kalven:

1. Sterke vermindering van de kalfziektes: 10 bedrijven die bij minder dan 1% van de koeien nog systematisch 2 bolussen toedienden.

2. Minder problemen rondom het kalven: hulp bij 15-20% van de kalvingen, vermindering van lebmaagdraaiingen, baarmoederontstekingen en opblijven van de nageboorte

3. Vermindering van het aantal gevallen slepende melkziekte

Ook op vlak van prestatie werden er stappen vooruitgezet:

1. Verhoogde brix-kwaliteit met een gemiddelde van 24 tot 26 brix

2. Hogere droge stof-opname bij de droge koeien

3. Verbetering van de productie & gehaltes in de daaropvolgende lactatie.

Welke aandachtspunten kwamen er naar boven?

Toch blijft het ook belangrijk om naast het voeder voldoende aandacht te geven aan een aantal randvoorwaarden. Zo blijft voeropname stimuleren en een goede watervoorziening met stip op nummer één staan. “Een smakelijk rantsoen met bijvoorbeeld gehakseld stro kan zorgen voor bijna 2kg droge stof-opname extra,” getuigt één van de deelnemers, Sébastien Moulard. “Ook water is daarbij essentieel. Een koe die niet drinkt, zal ook niet eten.” Daarbij is het regelmatig verversen van het voer en het verwijderen van het restvoer ook essentieel. In de zomer kan een broeiremmer ook zorgen voor een hogere opname.

Een tweede belangrijk aandachtspunt is de kwaliteit van het ruwvoeder. Een constante kwaliteit is essentieel, gepaard met geleidelijke overgangen bij het wisselen van kuilen. Hier is het ook belangrijk om de mineralenbalans & spoorelementen van de gegeven ruwvoeders te kennen. Een verkeerde balans van mineralen, met name een overschot aan kalium, kan het risico op verzuring verhogen.

Conclusie

De droogstand is een essentiële periode voor melkkoeien die zorgvuldig beheer vereist om de gezondheid en productiviteit van de dieren te waarborgen. Op 6 van de bedrijven werd er gewerkt met 1 droogstandsgroep en op 8 bedrijven met 2 groepen. Met beide strategieën werden er bijzonder mooie resultaten geboekt en moet de keuze voor 1 of 2 groepen vooral gemaakt worden op basis van de bedrijfsvoering en de haalbaarheid.

Aandacht voor droge stof-opname, wateropname en kwalitatief ruwvoeder zijn de belangrijkste randvoorwaarden tot een succesvolle transitie. Bij de bedrijven waar toch nog metabole problemen opdoken, werden deze randvoorwaarden onvoldoende aangepakt. Tenslotte blijft de boodschap: focus leidt tot resultaat. Wie zegt toelegt op de transitieperiode haalt hier vaak meer uit dan ooit gedacht. En daar getuigen onze klanten graag mee over:

• “Ik had nooit gedacht dat er nog zoveel rek op de productie zat!” G. Bossut

• “Ik win tijd en geld dankzij een hogere melkproductie” L. Guermont

• “Dat zijn gewonnen liters zonder extra kosten, want mijn melkveerantsoen is niet veranderd” A. Lakaille Wil jij ook eens de transitieperiode van jouw koeien onder de loep nemen? Vraag jouw voedingsadviseur naar onze Aveve transitiecheck!

Voersaldo-app

Aveve lanceert de voersaldo-app

Krijg meer inzicht in je technische en economische resultaten!

Bij Aveve zetten we al enkele jaren in op het berekenen van het voersaldo en de voerefficiëntie bij onze klanten. Voersaldo geeft inzicht in wat er overblijft van de melkopbrengsten na aftrekken van de voerkosten, voerefficiëntie daarentegen, geeft weer hoe efficiënt het opgenomen voer wordt omgezet in melk. Beide kengetallen bevatten veel info over de bedrijfsvoering. Daarom zijn het belangrijke parameters om onze voedingsadviezen naar een hoger niveau te tillen.

We stellen met veel trots onze voersaldo-app voor! De voersaldo-app is toegankelijk via het online platform Link2Farm, dat je vindt op de Aveve-website. Wanneer jouw voedingsadviseur het voersaldo en de voerefficiëntie berekent, dan wordt deze doorgestuurd naar de app. In deze app worden alle jouw berekende voersaldo’s bijgehouden, waardoor na een bepaalde periode aanpassingen in het rantsoen, of wijzigingen van krachtvoer, kunnen worden geëvalueerd.

Eén van de figuren op het dashboard is het verloop van het voersaldo (figuur 1). Voor elke berekening wordt een punt gezet op de grafiek. Deze wordt op die manier vergeleken met de vorige saldo’s, maar ook met een benchmark. De benchmark is de mediaan van alle voersaldo’s die de afgelopen maanden bij Aveve zijn berekend, en zal zich op die manier ook altijd aanpassen aan de marktsituatie.

Het saldo wordt standaard altijd weergegeven in euro/ koe/dag, maar kan indien gewenst in de app ook worden omgezet in euro/100 kg melk.

1: evolutie van het voersaldo de laatste 3 maanden

Dries Vermander - Product manager Rundvee
Figuur

Andere dashboards die worden weergegeven in de app zijn deze van melkgeld en voerkosten (figuur 2 en figuur 3). Beide zijn op dezelfde manier opgebouwd als het dashboard van het saldo zelf, waar de opbrengsten en voerkosten van verschillende berekeningen worden weergegeven, en steeds worden vergeleken met de benchmark. Op deze manier kan je bij een afwijkend voersaldo evalueren of er te weinig wordt gemolken, of dat de voerkosten te hoog zitten. Wat daar dan de redenen van zijn kan verder worden bekeken via Link2Milk en het rantsoen.

In dit voorbeeld lag de focus op de hoge voerkosten van het rantsoen. Ondanks de goede melkopbrengsten, die boven de benchmark lagen op 16 april, lag het voersaldo onder de benchmark. Doelstelling was om de voerkost te doen dalen, zonder verlies van melkopbrengsten en dus met een stijging van voersaldo als gevolg. Er werd kritisch gekeken naar het basisrantsoen en de keuze van de krachtvoeders. Door meer in te zetten op de voorraad kwalitatief hoogwaardig ruwvoer, kon worden bespaard op krachtvoer. Daarnaast werd ook de krachtvoertabel aangepast. Samen leidde dit tot een daling van de voerkosten. Op figuur 2 is te zien dat het melkgeld op 10 mei gelijk was gebleven. Omdat op dat moment nog geen nieuwe melkprijs was gekend, werd gerekend met

dezelfde melkprijs als in april. Door deze aanpassingen waren we dus in de opzet geslaagd, en steeg het voersaldo met 42 cent/koe/dag! Bijkomend was ook de voerefficiëntie gestegen.

Bij de berekening op 6 juni was de productie gedaald door een stijgend aantal dagen in lactatie. Dit resulteerde in een lagere melkopbrengst, met ongeveer gelijke voerkosten. Hierdoor kwam er terug een kleine daling in het voersaldo.

Een andere functionaliteit in de app is dat voor elke berekening een aantal nutritionele kenmerken van het rantsoen worden weergegeven. Voor graskuil worden VEM, ruw eiwit en darmverteerbaar eiwit (DVA) weergegeven. Voor maiskuil is dat VEM, zetmeel en de verteerbaarheid van de NDF. Tot slot wordt ook het VEM-gehalte, ruw eiwitgehalte en hoeveelheid DVA van het totaal rantsoen, inclusief krachtvoeder, weergegeven. Dit maakt het mogelijk periodes met verschillende ruwvoerkwaliteit met elkaar te vergelijken (figuur 4).

Figuur 4: kenmerken van het ruwvoer en het rantsoen

Hoge producties behalen, of hoge gehalten, moet altijd gepaard gaan met een verantwoorde voerkost. Omgekeerd is voor een hogere productie meestal ook een duurder rantsoen nodig door het gebruik van meer krachtvoer. Met behulp van deze app krijgen we daar nog meer zicht op, en verkleinen we ook de kans op bedrijfsblindheid.

Wil jij ook meer inzicht op de economische resultaten van jouw bedrijf? Bespreek dit dan zeker met je voeradviseur!

Figuur 2: evolutie melkopbrengsten
Figuur 3: evolutie voerkosten

Klantenenquête

Bedankt

voor jouw deelname!

Resultaten klantentevredenheidsenquête

In januari stuurden we een online tevredenheidsenquête uit naar onze klanten om hun mening te geven over onze producten, diensten en tools. En dat is belangrijk! Zo kunnen we met die feedback aan de slag om jullie ook beter bij te staan. Met meer dan 200 deelnemers hebben we voldoende data om hier ook enkele actie- en verbeterpunten aan te koppelen. Wij geven jullie ook graag even enkele resultaten mee.

Algemene tevredenheid

In 2024 halen we een algemene tevredenheid van 67%. 67% van de klanten gaf een tevredenheidscore van minstens 8 op 10. Daarnaast gaf 28% van onze klanten qua tevredenheid een 6 of een 7 op 10. Een gemiddelde score die we nog willen verbeteren, maar het is wel al 3% beter dan vorig jaar.

Loyaliteit

We vroegen onze klanten ook of zij in de komende vijf jaar nog klant bij ons willen blijven en/of zij onze diensten zouden aanbevelen aan collega-landbouwers. Op de eerste vraag antwoordde 92% positief. Eén op drie klanten kon met absolute zekerheid verklaren klant te blijven, terwijl twee op drie dit met grote zekerheid aangaven.

Op de tweede vraag, of zij Aveve ook zouden aanraden aan andere landbouwers, lag het percentage zelfs hoger met 93%. Een resultaat om fier op te zijn, bedankt!

Toegevoegde waarde

Aveve wil een partner zijn die toegevoegde waarde biedt via producten en ondersteunende diensten. Ook dat hebben we dus bevraagd in de enquête. We bevroegen 4 aspecten:

1. Helpt Aveve je met het realiseren van jouw doelen?

2. Krijg je voldoende pro-actief advies van je adviseur en zaakvoerder?

3. Toont Aveve voldoende interesse in jouw bedrijf?

4. En heeft Aveve oplossingen met een toegevoegde waarde?

93% van de bevraagden beantwoordde deze vragen positief én dat is een enorme opsteker voor al onze adviseurs en zaakvoerders die op de baan elke dag hun best doen om de klanten te ondersteunen.

Welke aspecten kunnen we nog verbeteren?

Natuurlijk hebben we onze klanten ook bevraagd naar onze verbeterpunten én ook die delen we met jullie in alle openheid. Het eerste werkpunt dat naar boven kwam, was de snelheid waarmee we een klacht oplossen. In de eerste plaats vermijden we natuurlijk graag klachten, maar als er dan toch een fout of vergissing gebeurt, is het natuurlijk belangrijk om met de klant tot een snelle en kwalitatieve oplossing te komen. Over de oplossing van de klacht was 90% van de bevraagden wél tevreden, maar de snelheid van de afhandeling blijft een aandachtspunt. Tenslotte, was er veel appreciatie voor ons online bestelplatform BulkExpress, maar vroeg 30% van de bevraagden toch voor meer functionaliteiten zoals een versie voor op de telefoon. Dit nemen we zeker mee voor de toekomst!

Bedankt!

Bedankt aan alle deelnemers van de enquête, want dat geeft ons waardevolle feedback over hoe jullie de samenwerking met ons ervaren. En zoals jullie élke dag opstaan om de toekomst van jullie bedrijf te verzekeren, staan wij élke dag op voor 100% klantentevredenheid!

Nieuwtjes uit de regio

Nieuwe Webshop AVEVE Veehouderijproducten: een schot in de roos!

Bij het publiceren van dit artikel zijn meerdere agrarische zaakvoerders volop aan het investeren in het vernieuwen van hun verkooppunten, maar geen enkele werf is al opgeleverd. Daarom plaatsen we graag een ‘centrale werf’ in de kijker die midden maart werd opgeleverd: de langverwachte nieuwe Webshop Veehouderijproducten ging live!

De verwachtingen waren hoog gespannen. Zowel zaakvoerders als klanten waarderen de nieuwe tool, die zeker op vlak van gebruiksvriendelijkheid, hoge ogen gooit. De uitgebreide productinformatie, krachtige zoekfunctie, bestelgeschiedenis en een overzicht van al onze promoties en uitgelichte producten springen hierbij in het oog.

De Agrowebshop biedt de mogelijkheid om je bestelde producten op te halen bij of te laten leveren door je plaatselijke AVEVE-zaakvoerder.Het is onze troef om overal en verspreid in Vlaanderen een verkooppunt te hebben dicht bij onze professionele klanten (zie kaart).

Onze webshop is nu ruim twee maanden live en we kunnen gerust spreken van een succesvolle lancering!

Scan en lees meer: Ontdek onze nieuwste VHP-folder hier:

Zowel op vlak van aantal orders en bedrag per bestelling maar zeker ook op vlak van diversiteit aan bestelde artikelen, scoren we met onze webshop zeer goed! Dit bewijst dat de bezoekers van de webshop de moeite doen om nagenoeg het volledige gamma te doorlopen.

Bezoek onze webshop en doe je voordeel: agroshop.aveve.be

Vraag meer info aan je Aveve-zaakvoerder of je commercieel vertegenwoordiger.

David Gaereminck CV VHP (regio West) 0475/82.69.00

Lotte Beyens CV VHP (regio Oost) 0478/88.28.03

Dé webshop voor al je veehouderijproducten!

Speel mee en win!

Ontcijfer deze rebus en maak kans op een Aveve-waardebon van €50!

Mail je antwoord naar agrarisch@aveve.be met als onderwerp ‘ Rebuswedstrijd ’. Vergeet zeker je naam en adres er niet bij te vermelden.

Het antwoord op de vorige rebus was: Varicare combineert geavanceerde technologieën en uitgebreide data-analyse om precisielandbouw naar een hoger niveau te tillen. Dit resulteert in een optimale benutting van middelen, hogere opbrengsten en een duurzamere landbouwpraktijk..

De volgende personen hebben het juiste antwoord gevonden en vallen in de prijzen. Proficiat!

• VandeKeybus Erwin – Essen

• Heirman Martine – Schelderode

• Proot Koen – Hoogstade Alveringem

• Verhaeghe Greet – Loppem

• Helsen Anny – Kasterlee

Retouradres:

Aarschotsesteenweg 80

3012 Wilsele

Nr 401

3-maandelijks

Juli-aug-sept ’25

P-nr: P706402

Masspost Hasselt

Aardappeldag

Hou 26 augustus alvast vrij!

Beste,

We nodigen je graag uit op de Agro Experience – Aardappeldag op dinsdag 26 augustus in Herne. Het belooft alvast een inspirerende en interessante dag te worden.

Wat kan je verwachten?

3 Een exclusieve rondleiding van ongeveer 2 uur in ons proefveld

3 Kans om kennis te maken met slimme innovaties die jouw aardappelteelt naar een hoger niveau tillen

Laat je inspireren door technologie, groei en kennis.

Locatie: Herne – Manhovestraat 23 – 1540 Herne

Wanneer: 26 augustus, vanaf 10 uur, keuze uit doorlopende tijdsloten van +/- 2 uur

Ben je er graag bij, pre-registreer je dan nu

In the field

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.