Getuigengids

Page 1

GETUIGENGIDS

2024 SOCIALE VERKIEZINGEN

SAMEN STERK



Inhoudstafel VOORWOORD

5

NIEUW

7

1

HOEVEEL GETUIGEN KAN HET ABVV AANDUIDEN?

8

2

HOE ZIJN DE STEMBUREAUS SAMENGESTELD?

13

2.1

13

Voorzitter

2.2 Secretaris en 4 bijzitters

14

3. WIE KAN AANGEDUID WORDEN ALS ABVV-GETUIGE?

15

4

DE VERGOEDING VAN DE GETUIGEN

16

5

DE EERSTE TAAK VAN DE GETUIGEN: DE OPROEPEN CONTROLEREN 16

6

GETUIGE ZIJN BIJ DE STEMMING

21

6.1

21

7

Getuigen zijn de hele dag in het stembureau

6.2 Waar en wanneer?

28

6.3 Is het stembureau volledig?

28

6.4 Benodigdheden

29

6.5 Controle van de stembiljetten (en hun aantal)

29

6.6 Uitzonderingssituatie: gemeenschappelijk kiescollege

31

6.7

31

Verdere taakverdeling tijdens de stemming

6.8 Kiezers moeten weten hoe ze geldig kunnen stemmen

33

6.9 Stemmen per brief

34

ELEKTRONISCH STEMMEN

36

7.1

De 3 fasen van het elektronisch stemmen (zowel met stemhokjes als op afstand)

37

7.2

Wat moet het akkoord over het elektronisch stemmen met stemhokjes bevatten?

39

7.3

Aangepaste vooropleiding

43

7.4

De stembureaus: aantal stembureaus is gelijk aan of hoger dan het aantal kiescolleges

43

7.5

De rol van de getuigen

44 3


8.

STEMMEN OP AFSTAND: BIJKOMENDE VOORWAARDEN 8.1

45

Het begrip “gebruikelijk werkpost” en afspraken i.V.M. “Discreet stemmen” 46

8.2 Stemmen via een end-to-end versleutelde netverbinding

47

8.3 De goede werking van de telbureaus/ stembureaus

47

8.4 Vermijden van beïnvloeding van het stemgedrag tijdens de stemming

48

8.5 Bijzondere aandacht aan de wijze van identificatie van de kiezers

48

9

DE COMBINATIE ELEKTRONISCH STEMMEN EN STEMMEN PER BRIEF 50

10

DE TELVERRICHTINGEN EN ZETELVERDELING: DE STEMOPNEMING (ART. 60 TOT 63 KIESWET)

51

10.1 Stemmen die per brief zijn uitgebracht

51

10.2 Tellen van de stemmen

52

10.3 Aantal mandaten per vakbond (art. 64 Tot 69 kieswet)

57

10.4 Aanduiding van de verkozenen

65

PROCES-VERBAAL EN DE STATISTISCHE STEEKKAART

72

11.1

72

11

12

Proces-verbaal

11.2 Statistische steekkaarten

72

11.3 Verzending van documenten

73

11.4 Bewaren van documenten

74

11.5 De werkgeversafvaardiging

74

BIJLAGEN

76

12.1 Stembiljet

76

12.2 Proces-verbaal

83

Mannen – vrouwen Verwijzingen naar personen of functies hebben vanzelfsprekend betrekking op zowel vrouwen als mannen. NL – FR Cette brochure est aussi disponible en français : www.fgtb.be. 4


VOORWOORD Waarde Kameraad, Onze campagne sociale verkiezingen draait op volle toeren. De sociale verkiezingen zijn natuurlijk vooral belangrijk voor de onderneming waar je werkt, omdat ze het “gewicht” van het ABVV in de Ondernemingsraad en het Comité voor preventie en bescherming op het werk bepalen, met andere woorden: de krachtsverhoudingen ten overstaan van de werkgever. Maar de inzet van de sociale verkiezingen reikt verder. Ook buiten de onderneming zijn de resultaten van belang: ze bepalen mee de houding mee van werkgevers en regeringen (op federaal en gewestelijk niveau) ten aanzien van de werkgelegenheid, de sociale zekerheid, de lonen…. Er hangt dus veel van af. Daarom moet het verloop van de sociale verkiezingen goed gecontroleerd worden. De vakbonden hebben dit controlerecht en jouw beroepscentrale heeft jou aangeduid om als getuige voor het ABVV de kiesverrichtingen op te volgen. Vanaf 13 mei 2024 worden de stemmen geteld. Elke stem, elke kiezer telt. Jouw opdracht kan in drie woorden worden samengevat: toezicht, controle en waakzaamheid. Getuige zijn, is een vertrouwensopdracht, een waarborg ook tegen elke mogelijke manipulatie die ABVV-kandidaten zou kunnen benadelen. De kwaliteit en de doeltreffendheid waarmee jij je taak vervult, is dus doorslaggevend. Als getuige volg je de hele verkiezingsprocedure op. Je taak begint bij het versturen van de oproepingsbrieven en eindigt pas bij het proces-verbaal. Je draagt dus niet alleen bij tot de democratische controle op de verkiezingen, maar ook tot de analyse ervan.

5


Voor de elektronische verzending van het proces-verbaal stelt de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg een webapplicatie ter beschikking. Ter herinnering: indien de werkgever kiest voor een elektronische verzending van het proces-verbaal, moet hij geen papieren afschrift ervan aangetekend naar de betrokken werknemersorganisaties sturen. Het meedelen van de resultaten van de stemming kan eveneens elektronisch (via een webapplicatie op de website van de FOD), of via een statistische steekkaart gebeuren. Voor welke formule de werkgever ook kiest, het is jouw taak om de juistheid van de doorgestuurde informatie te controleren.

Alvast bedankt voor je inzet en waakzaamheid!

Samen sterk!

Miranda ULENS Algemeen Secretaris

Thierry Bodson Voorzitter

6


Nieuw Voor de tweede keer zullen de getuigenlijsten kunnen worden opgeladen op elektronische wijze op de webapplicatie van de FOD WASO. De vakbonden die kandidaten hebben voorgedragen, kunnen zoveel getuigen bij de kiesverrichtingen aanwijzen als er stembureaus zijn, en evenveel plaatsvervangende getuigen. De getuigenlijst kan worden opgeladen bij de rubriek “kandidatenlijsten” van de webapplicatie onder de desbetreffende werknemerscategorie (jongeren, arbeiders, bedienden of kaderleden). De getuigen die werden aangewezen, evenals de werkgever worden door de FOD verwittigd. De lijst met getuigen wordt aan de werkgever meegedeeld. Er zijn geen vormvereisten voor het meedelen van de getuigen: vaak gebeurt dat samen met de aanwijzing van de kandidaten, al is er op dat moment nog geen zekerheid over het aantal stembureaus. De FOD stelt dat indien er één stembureau voor één gemeenschappelijk kiescollege is, is er juridisch sprake van één stembureau. In dat geval kunnen volgens de FOD de betrokken organisaties slechts één getuige en plaatsvervanger aanduiden, te kiezen uit één van de betrokken werknemerscategorieën (arbeider of bediende). Gelieve hierover afspraken tussen centrales te maken. De vakbonden en organisaties van kaderleden moeten de getuigen verwittigen van hun aanstelling en hen meedelen in welk stembureau zijn hun opdracht, gedurende het hele verloop van de verrichtingen, moeten vervullen. Op de website van de FOD, bevindt zich een niet verplicht modelformulier.

7


1

Hoeveel getuigen kan het ABVV aanduiden?

Uiterlijk op X+70 (tussen 23 april en 6 mei 2024) mag het ABVV, indien we kandidaten hebben voorgedragen, één getuige en één plaatsvervangende getuige aanduiden per stembureau (Wet Sociale Verkiezingen, artikel 44). De wetgeving voorziet dat in geval van samenstelling van afzonderlijk kiescolleges de arbeiders, de bedienden, de kaderleden en de jeugdige werknemers in afzonderlijke bureaus stemmen. Het is verplicht om een afzonderlijk stembureau op te richten voor elk kiescollege (brochure FOD WASO, punt 4.4.2). De raad of het comité, of indien er nog geen is, de werkgever, mag verscheidene bureaus samenstellen voor ieder kiescollege, zo de omstandigheden dit vereisen (Wet Sociale Verkiezingen, art 42). In dat geval, één stembureau is aangewezen tot hoofdbureau. De FOD Werkgelegenheid vermeldt in zijn brochure voor de sociale verkiezingen van 2024 dat, voor zover er slechts één materieel stembureau zetelt voor verschillende, aparte kiescolleges (arbeiders, bedienden, kaderleden, jeugdige werknemers), er juridisch sprake is van verschillende stembureaus. In dat geval is het mogelijk dat elke representatieve organisatie één getuige en één plaatsvervanger aanduidt per werknemerscategorie waarvoor zij een kandidatenlijst indiende. In geval er slechts één stembureau voor één gemeenschappelijk kiescollege is, is er juridisch sprake van één stembureau, en kunnen de betrokken organisaties slechts één getuige en plaatsvervanger aanduiden, te kiezen uit één van de betrokken werknemerscategorieën (arbeider of bediende). Het aantal stembureaus kan verschillen van onderneming tot onderneming. Het hangt van de volgende vragen af: • Zijn er alleen verkiezingen voor het CPBW, of ook voor de OR? c CPBW

c OR

8


• Hoeveel kiescolleges zijn er opgericht voor het kiezen van die organen?

Jongeren? vanaf 25 kiezers onder 25 jaar Arbeiders? vanaf 25 arbeiders Bedienden? vanaf 25 bedienden Gemeenschappelijk college van arbeiders en bedienden? (als één van beide categorieën geen 25 kiezers telt) Kaderleden? vanaf 15 kaderleden, enkel voor OR! Totaal

CPBW

OR

c

c

c

c

c

c

c

c

c

c

Max. 3

Max. 4

Als er geen 25 jonge kiezers zijn, is er geen jongeren kiescollege. De jongeren stemmen mee als arbeider of bediende. Als er geen 15 kaderleden zijn, is er geen kader kiescollege en dan stemmen zij voor de OR mee met de bedienden. Deze regeling kan er toe leiden dat de bedienden en arbeiders voor de OR in gemeenschappelijk college stemmen en voor het Comité apart. Dit is bijvoorbeeld het geval als een onderneming meer dan 15 kaderleden telt, maar minder dan 25 bedienden. • Hoeveel stembureaus zijn er opgericht per kiescollege? De raad of comité of, bij afwezigheid, de werkgever moet voor ieder kiescollege een afzonderlijk stembureau samenstellen. Dit betekent 1 tot 3 stembureaus voor het comité en 1 tot 4 stembureaus voor de raad (Wet Sociale Verkiezingen, artikel 42, al. 1). Het mogen er echter ook meer zijn. Dan moeten zij in elk kiescollege één bureau als hoofdbureau aanduiden. Het (of de) andere bureau(s) van hetzelfde kiescollege vormt (vormen) het (de) secundaire bureau(s). Indien het nodig is en om niet teveel personeelsleden te moeten inzetten, is het mogelijk slechts één enkel stembureau op te richten voor de verschillende werknemerscategorieën, dus één bureau voor de verschillende kiescolleges samen. In dergelijk geval vraagt de aanwijzing van secretarissen en bijzitters een aantal toestemmingen: de wet voorziet namelijk dat de secretaris en de bijzitters van een 9


stembureau op de kiezerslijst moeten voorkomen van hun werknemerscategorie (een arbeider is secretaris van het stembureau voor arbeiders). Van dit principe kan afgeweken worden (een bediende is secretaris van een stembureau voor arbeiders) mits een akkoord van de werknemersvertegenwoordigers of de representatieve werknemersorganisaties. (brochure FOD, 5.1.) In de praktijk wordt in ieder geval sterk aangeraden om de verschillende werknemerscategorieën op verschillende uren te laten stemmen in een zelfde bureau, bij voorbeeld de arbeiders stemmen van 9 tot 10 uur en de bedienden van 10 tot 11 uur.

Resultaat (telkens voor het CPBW en/of de OR) Kiescollege Jongeren?

zo ja, ...

stembureau(s)

Arbeiders?

zo ja, ...

stembureau(s)

Bedienden?

zo ja, ...

stembureau(s)

Gemeenschappelijk college?

zo ja, ...

stembureau(s)

Kaderleden?

zo ja, ...

stembureau(s)

• Stopzetting van de stemming voor één of meerdere categorieën. De kiesprocedure wordt stopgezet in drie gevallen: • Volledige stopzetting (Wet Sociale Verkiezingen, artikel 78): Geen enkele kandidatenlijst werd ingediend voor geen enkele categorie werknemers, of alle kandidaten trekken hun kandidatuur in of de kandidaturen werden nietig verklaard door de arbeidsrechtbank. In dit geval moet geen stembureau worden opgericht. De werkgever neemt zelf de beslissing om de procedure stop te zetten na verloop van de termijn voorzien voor het indienen van kandidaturen (X+35), of in voorkomend geval, als bij vonnis alle kandidaturen nietig zijn verklaard (ten laatste op X+75). De werkgever moet dan een bericht aanplakken dat zijn beslissing om de procedure stop te zetten vermeldt, evenals de reden waarom geen stemming heeft plaatsgevonden. Een kopie moet worden opgestuurd naar de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg. Hij mag een afschrift van het bericht ook uploaden op de webapplicatie die precies daartoe werd voorzien op de website van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg. Indien het bericht niet wordt geüpload op de website, moet de werkgever per aangetekend schrijven een kopie van zijn beslissing sturen 10


naar de representatieve werknemersorganisaties en Nationale Confederatie van Kaderleden • Gedeeltelijke stopzetting, 1ste geval: Er werd geen enkele kandidatenlijst ingediend voor één of meerdere personeelscategorieën, maar er werden één of meerdere lijsten ingediend voor minstens één andere personeelscategorie. Het stembureau dat handelt voor de categorie die het grootst aantal kiezers telt, komt samen aan de vooravond van het overhandigen of versturen van de oproepingsbrieven om de stopzetting van de kiesprocedure vast te stellen. Het stelt het proces-verbaal houdende stopzetting van de procedure op voor de andere categorie. Het proces-verbaal dat conform moet zijn aan de bijlage bij de Wet Sociale Verkiezingen vermeldt de reden waarom geen stemming heeft plaatsgevonden. Ten laatste twee dagen na de voorziene datum voor de verkiezingen wordt een bericht met de vaststelling van gedeeltelijke stopzetting van de kiesprocedure door het stembureau, aangeplakt ter attentie van het personeel. • Gedeeltelijke stopzetting, 2de geval: Eén enkele lijst werd ingediend door één organisatie voor één categorie. De lijst bevat evenveel of minder kandidaten dan er effectieve mandaten te begeven zijn. In dit geval wordt een stembureau opgericht voor de categorie van het betrokken personeel. Het stembureau komt samen aan de vooravond van het overhandigen of versturen van de oproepingsbrieven om de stopzetting van de kiesprocedure vast te stellen. Het stelt een proces-verbaal op dat conform moet zijn aan de bijlage bij de Wet Sociale Verkiezingen en dat de reden vermeldt waarom niet gestemd werd. De namen van de van rechtswege verkozen werknemers vormen eveneens het voorwerp van een aanplakking. Als verkiezingen hebben plaatsgevonden voor andere werknemerscategorieën van dezelfde onderneming, moet de aanplakking van de van rechtswege verkozenen plaatsvinden na deze stemming om het resultaat van de verkiezingen niet te beïnvloeden (Wet Sociale Verkiezingen, art. 78, §3). Het beroep tegen de beslissing om de procedure stop te zetten wordt geregeld door hoofdstuk IV van de Wet tot regeling van de gerechtelijke beroepen ingesteld in het kader van de procedure aangaande de sociale verkiezingen.

11


Stopzetting: schematisch overzicht

Neen

Neen, stopzetting op X+35 of op X+47 (intrekken kandidaturen)

Neen

Neen, stopzetting vanaf uitspraak arbeidsrechtbank X+75

Neen (categorie waarvoor geen lijst werd ingediend), bureau met grootst aantal kiezers sluit PV af voor deze categorie en vermeldt reden stopzetting andere categorie(en)

Neen, stopzetting vanaf X+54 tot X+79

Ja

Neen, stopzetting X+79

art. 78 §1 Helemaal geen kandidaten Arbeidsrechtbank heeft alle kandidaturen geannuleerd art. 78 §2 Voor 1 of meer personeelscategorieën geen lijst maar 1 of meer lijsten voor minstens 1 personeelscategorie

Verkiezingen

art. 78 §3 1 lijst werd ingediend door 1 organisatie met aantal kandidaten kleiner of gelijk aan aantal te begeven mandaten

12

Stopzetting?

VOLLEDIG

Samenstelling van het stembureau?

GEDEELTELIJK

Toestand


2

Hoe zijn de stembureaus samengesteld?

Een stembureau bestaat uit een voorzitter, een secretaris en vier bijzitters. Wie duidt wie aan? • Voorzitter

• OR of CPBW

• Plaatsvervangend voorzitter

• Bij ontstentenis: werkgever en VA • Bij ontstentenis VA werkgever en representatieve organisaties van werknemers • Bij gebrek aan akkoord: sociaal inspecteur districtshoofd van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten

• Secretaris

• Voorzitter van het bureau

• Plaatsvervangend secretaris • 4 bijzitters

• OR of CPBW • Bij ontstentenis: voorzitter

• Indien bijzitter(s) afwezig bij begin van de kiesverrichtingen

2.1

• Voorzitter kiest uit de aanwezige kiezers

VOORZITTER

De voorzitter van elk stembureau wordt aangeduid door de OR of het CPBW (als ze nog niet bestaan door de werkgever in akkoord met de vakbondsafvaardiging; als deze ook niet bestaat door de werkgever in akkoord met de betrokken representatieve vakbonden). Het akkoord moet niet worden aangeplakt in het bedrijf. De namen van alle leden van de stembureaus worden bekendgemaakt op X+54. De voorzitter en zijn plaatsvervanger zijn steeds personeelsleden van de onderneming en ze mogen niet op de kandidatenlijst voorkomen, maar mogen wel tot een andere personeelscategorie behoren dan die waarvoor het stembureau is opgericht. Er moet ook een plaatsvervangend voorzitter aangeduid worden, die wordt opgeroepen om de voorzitter te vervangen als deze niet in staat is om zelf zijn functie uit te oefenen. De procedure bepaalt dat het akkoord over de voorzitter(s) en de plaatsvervangende voorzitter(s) moet afgesloten zijn op de dag van de aanplakking van de kandidatenlijsten. Deze dag (X+40) is afhankelijk van de dag waarop de verkiezingen plaatsvinden. Indien op de dag van de aanplakking van de kandidatenlijsten geen 13


akkoord is bereikt, stelt de werkgever de sociaal inspecteur van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de FOD WASO daarvan in kennis. Deze mag hetzij het voorzitterschap van een hoofdbureau bekleden en de voorzitters en plaatsvervangende voorzitters van de andere bureaus aanwijzen, hetzij de voorzitter en de plaatsvervangende voorzitter van het hoofdbureau en van de andere bureaus aanstellen, in geval hij verhinderd is het voorzitterschap van een hoofdbureau op zich te nemen (Wet Sociale Verkiezingen, art. 42).

2.2

SECRETARIS EN 4 BIJZITTERS

De aanwijzing van alle leden van de stembureaus en de indeling van de kiezers per bureau moet uiterlijk op dag X+54 gebeuren. De aanplakking gebeurt uiterlijk op X+60 door raad of comité, of bij afwezigheid, door de werkgever. De voorzitter van elk stembureau wijst zijn secretaris aan, evenals een plaatsvervangend secretaris. De OR of het CPBW stellen eveneens vier bijzitters aan. Als er nog geen OR of Comité is, duidt de voorzitter zelf de vier bijzitters aan. Als er geen beslissing is worden ze aangewezen door de sociaal inspecteur van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de FOD WASO. De secretaris en de bijzitters moeten op de kiezerslijsten staan van het bureau waarin zij zetelen. Mits onderling akkoord kan hiervan afgeweken worden, maar in ieder geval moet het gaan om personeelsleden van de onderneming. In geen geval mogen ze kandidaat zijn (een bediende kan secretaris of bijzitter zijn van een kiesbureau van het kiescollege arbeiders). Evenmin als de voorzitter, en de plaatsvervangende voorzitter, mogen de secretaris, de plaatsvervangende voorzitter en de bijzitters kandidaat zijn. Ze moeten lid zijn van het personeel van de onderneming. De secretaris en de bijzitters moeten op de kiezerslijsten van hun categorie voorkomen. Van dit voorschrift mag echter worden afgeweken met de instemming van de werknemersafgevaardigden of van de representatieve werknemersorganisaties (Wet Sociale Verkiezingen, artikel 42, al. 8) De OR of het CPBW (of de werkgever) moet de samenstelling van de stembureaus in de onderneming uithangen uiterlijk op X+60 (tussen 13 en 26 april 2024). Het bericht moet ook de verdeling van de kiezers over de stembureaus opgeven. Het blijft aangeplakt tot de 15de dag na de aanplakking van de uitslag van de stemming. Hierna en tot de 84ste dag na de aanplakking van de uitslag van de stemming, moeten deze berichten ter beschikking worden gesteld van de werknemers op eenvoudig verzoek van iedere werknemer. Hiertoe dient een bericht met de plaats waar deze documenten kunnen worden geraadpleegd worden aangeplakt op een duidelijke en zichtbare plaats (Wet Sociale Verkiezingen, artikel 45). 14


3. Wie kan aangeduid worden als ABVV-getuige? Hoe en wanneer? De verkiezingsprocedure legt strikt vast wanneer het ABVV (en de andere representatieve werknemersorganisaties die kandidatenlijsten hebben ingediend) de namen van de kiesgetuigen moeten indienen bij de werkgever. Gezien de datum van de verkiezingen in het bedrijf officieel moest aangeplakt worden op wat men noemt de dag X, precies 90 dagen voor de dag van de verkiezingen (deze aanplakking mag worden vervangen door een elektronische aankondiging op voorwaarde dat alle werknemers tijdens hun werkuren toegang hebben tot deze elektronische aankondiging), en de uiterste datum voor het indienen van de getuigen wettelijk bepaald is op de dag X+70, moet men in iedere onderneming nagaan wanneer dit precies is. Alleszins situeert deze periode zich tussen 23 april en 6 mei 2024. Alleen werknemers van de onderneming kunnen getuigen zijn. Het is niet noodzakelijk dat de getuigen behoren tot de categorie werknemers waarvoor ze als getuige optreden, maar het valt wel sterk aan te bevelen. Daarbij moet je weten dat: • het ABVV per stembureau een getuige en een plaatsvervangend getuige mag aanduiden; de vakbond moet steeds aan de werkgever duidelijk laten weten voor welk stembureau de getuige zijn opdracht zal vervullen. • in tegenstelling tot wat bij de aanwijzing van de leden van het stembureau het geval is, niets belet dat de representatieve vakbonden hun kandidaten als getuige aanwijzen; • de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg preciseert dat voor zover er slechts één materieel stembureau zetelt voor verschillende, aparte kiescolleges (arbeiders, bedienden, kaderleden, jeugdige werknemers), er juridisch sprake is van verschillende stembureaus. In dat geval is het mogelijk dat elke representatieve organisatie één getuige en plaatsvervanger aanduidt per werknemerscategorie waarvoor zij een kandidatenlijst indiende. In geval er slechts één stembureau voor één gemeenschappelijk kiescollege is, is er juridisch sprake van één stembureau, en kunnen de betrokken organisaties slechts één getuige en plaatsvervanger aanduiden, te kiezen uit één van de betrokken werknemerscategorieën (arbeider of bediende)”; • in de informatie voor de getuigen ook moet staan in welk stembureau zij hun taak moeten uitoefenen; 15


• zowel de getuigen zelf als de werkgever verwittigd moeten worden; • het feit dat een getuige in het kieslokaal rondliep met een T-shirt met op de rugzijde de naam van zijn vakbond en de voorzijde een badge van zijn vakbond, rechtvaardigt niet de nietigverklaring van de verkiezingen (Arbh. Gent, 4 september 2000, AR 323/2000).

4

De vergoeding van de getuigen

De prestaties van getuigen die de kiesverrichtingen bijwonen, worden beschouwd als effectieve arbeid, die dus door de werkgever betaald moet worden (art. 20 van de Wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven en art. 60 van de Wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (“Welzijnswet”)).

5

De eerste taak van de getuigen: de oproepen controleren

Vooraleer de oproepingsbrieven worden overhandigd of verstuurd, worden de kiezerslijsten ten laatste op X+77 nog een laatste keer aangepast. Het is dan namelijk mogelijk om werknemers en uitzendkrachten van de kiezerslijst te schrappen. Deze aanpassingen slaan op de werknemers die op het ogenblik van de beslissing tot schrapping geen deel meer uitmaken van de onderneming (ongeacht de beëindigingswijze van hun arbeidsovereenkomst).Deze beslissing wordt genomen door raad of comité met eenparigheid van stemmen, ofwel bij afwezigheid van raad of comité, door een akkoord tussen alle leden van de vakbondsafvaardiging. Het is de werkgever die de kiezers oproept. Hij moet trouwens bewijzen dat hij iedereen heeft opgeroepen. Ten laatste tien dagen voor de verkiezingsdatum (Y-10) moet iedere kiezer een oproepingsbrief krijgen van de werkgever. Deze brief bevat de verplichte wettelijke vermelding “Om de afvaardiging die zal worden verkozen een werkelijk vertegenwoordigend karakter te geven, hebben alle werknemers tot plicht aan de stemming deel te nemen”. De werkgever beschikt over drie dagen om de oproepingsbrieven aan de werknemers te overhandigen of ze naar hen te versturen (tussen X+78 en X+80).

16


De oproepingsbrief moet ten minste ook melding maken van de datum en de plaats van de verkiezingen, en ook van het stembureau waarbij de kiezer zich moet aanbieden. De persoon of de dienst die instaat voor het versturen of ronddelen van de oproepingsbrieven moet reeds 90 dagen voor de verkiezingsdag bekend zijn. Zijn/ haar naam wordt vermeld op het bericht dat op dag X uitgehangen wordt. Dit bericht moet de datum van de aanplakking vermelden. De datum vermeld op het bericht moet de datum van aanplakking zijn van het bericht dat de datum van de verkiezingen aankondigt. Hij kan niet vroeger zijn dan de werkelijke datum van aanplakking (Wet Sociale Verkiezingen, art. 14, 8°). Afhankelijk van de situatie moet die oproepingsbrief: • overhandigd worden aan de kiezers aanwezig in de onderneming ten laatste op Y-10. In de praktijk zal men dan vragen aan de werknemers om te ondertekenen voor ontvangst; • als dat niet kan (voor de afwezige kiezers wegens bijvoorbeeld ziekte of vakantie) moet hij ten laatste tien dagen voor de datum van de verkiezingen (Y-10) op om het even welke wijze (fax, e-mail, aangetekende brief) verstuurd worden. De werkgever draagt wel de bewijslast in geval van discussie! Gewoon een mail sturen, is geen afdoend bewijs. Bij ontstentenis van een bewijs van ontvangst door de bestemmeling, moet de oproepingsbrief bij aangetekende brief worden verzonden ten laatste 8 dagen voor de dag van de verkiezingen. Van deze laatste plicht tot verzending per aangetekend schrijven kan worden afgeweken bij unaniem akkoord gesloten binnen de raad of het comité, of bij ontstentenis ervan, bij unaniem akkoord gesloten tussen de werkgever en de vakbondsafvaardiging. Voorwaarden van dit akkoord: • Dit akkoord bepaalt de alternatieve wijzen van oproeping en de modaliteiten ervan (bijvoorbeeld: via gewone post). • De werkgever bezorgt aan de raad of aan het comité of aan de vakbondsafvaardiging een lijst met de kiezers waarop dit akkoord betrekking heeft en met de gegevens die nodig zijn voor deze oproeping. • Bij de uitwerking van dit akkoord dient het principe van vertrouwelijkheid te worden gerespecteerd. • Dit akkoord moet worden meegedeeld aan de zetels van de representatieve vakbonden. Voor het ABVV is dat Hoogstraat 42 in 1000 Brussel. In geval van stemmen per brief, moet de oproepingsbrief evenals de stembiljetten, voor de kiezers die niet aanwezig zijn op de dagen dat deze documenten worden overhandigd aan de kiezers in de onderneming, AANGETEKEND worden verstuurd. 17


Opgelet! In afwijking op dit principe, kan de werkgever vanaf de sociale verkiezingen van 2024 de fase van overhandiging van hand tot hand ook overslaan en, ten laatste 10 dagen voor de datum van de verkiezingen, onmiddellijk overgaan tot oproeping van de kiezers via andere wijzen dan overhandiging van de oproepingsbrief in de onderneming. Dit geldt uitsluitend voor de oproepingsbrieven (niet voor het stemmen per brief!) en onder enkele voorwaarden: • Er moet een unaniem akkoord gesloten zijn binnen de raad of het comité. • Enkel met betrekking tot de kiezers die beschikken over een mailadres van de werkgever (of van de gebruiker indien het uitzendkrachten betreft), én die toegang hebben tot een digitaal instrument dat hen door de werkgever (of door de gebruiker) ter beschikking wordt gesteld op hun gebruikelijke werkpost. • Dit akkoord moet binnen het betrokken orgaan, of bij ontstentenis ervan, tussen de werkgever en de vakbondsafvaardiging, worden gesloten uiterlijk de dag van aanplakking van het bericht dat de datum van de verkiezingen aankondigt, zijnde dag X. • De werkgever dient een bewijs te leveren van deze alternatieve verzending van de oproepingsbrief en van ontvangst door de bestemmeling. De getuigen moeten door de voorzitter behoorlijk worden verwittigd en mogen bij het overhandigen en/of verzenden van de oproepingsbrieven en stembrieven aanwezig zijn (Wet Sociale Verkiezingen, art. 47). Het ABVV vraagt zijn getuigen om dit recht ook voor de verzending van de stemmen per brief uit te oefenen om zo met name te controleren en verifiëren of…: • deze verrichtingen binnen de vastgestelde termijn gebeuren • alle kiezers wel degelijk zijn opgeroepen: de lijsten controleren in geval van verschillende oproepingswijzen binnen de onderneming; • de wettelijke bepaling wel degelijk werd opgenomen Op de dag dat de oproepingsbrieven worden overhandigd (of op de laatste dag, indien dit gespreid over meerdere dagen gebeurde), wordt een bericht aangeplakt dat zulks heeft plaatsgehad. Dit bericht moet blijven hangen tot de 15de dag na de aanplakking van de verkiezingsuitslagen. In voorkomend geval kan de verzending zowel de oproepingsbrief voor de verkiezing van de raad als van het comité bevatten. De oproepingsbrief moet de volgende vermelding bevatten: “Om de afvaardiging die zal worden verkozen een werkelijk vertegenwoordigend karakter te geven, hebben alle werknemers tot plicht aan de stemming deel te nemen”. De oproeping moet ten minste melding maken van de datum en de plaats van de verkiezingen, alsook van het stembureau waarbij de werknemer zich moet aanmelden.

18


Opmerking: In de negentien Brusselse gemeenten moeten de documenten met een individueel karakter (oproepingsbrief, stembrief) opgesteld worden in de taal van de betrokkene. Een wettelijk vermoeden gaat uit van het principe dat de werknemer de taal spreekt van het Gewest waar hij woonachtig is. Dit vermoeden kan echter weerlegd worden (taal van de identiteitskaart, het diploma, of de arbeidsovereenkomst, de taal waarin de sociale documenten worden opgesteld). In principe moet de onderneming met eentalige documenten werken.

VOORBEREIDING VAN HET ‘STEMMEN PER BRIEF’ In sommige ondernemingen sluiten de vakbonden een akkoord dat de mensen toelaat om te stemmen per brief. Dit akkoord moet er zijn ten laatste op X+56. De verplichting om een afschrift van dit akkoord te versturen naar de sociaal inspecteur van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de FOD WASO, werd afgeschaft. De regels voor het sluiten van dit akkoord kun je vinden in de ABVV “Gids Sociale Verkiezingen 2024”. Stemmen per brief kan in de volgende gevallen: • bij een aanzienlijke verspreiding van het personeel; • in geval van schorsing van de uitvoering van de overeenkomst (wegens ziekte, arbeidsongeval, vakantie, staking,...); • nachtarbeid van een zeer beperkt aantal werknemers indien: a. dit aantal niet hoger is dan 5% van het aantal op dezelfde datum tewerkgestelde werknemers; en b. het aantal werknemers, tewerkgesteld op de dag van de verkiezingen tussen 20.00 uur en 6.00 uur niet meer bedraagt dan vijftien; • als de werknemers niet op het werk zijn tijdens de openingsuren van de stembureaus. Daartoe moet de werkgever het akkoord bekomen van alle vertegenwoordigers van de representatieve werknemersorganisaties (ABVV, ACV, ACLVB) en van de representatieve kaderledenorganisaties die kandidaten hebben voorgedragen voor de betrokken categorie, uiterlijk 56 dagen na de dag van de aanplakking van het bericht dat de verkiezingsdatum aankondigt. Welke vormvereisten moeten worden in acht genomen voor het stemmen per brief, lees je verder in deze brochure. De stembiljetten zouden niet gedrukt mogen worden in een kleur die geassocieerd wordt met één van de deelnemende vakbonden.

19


HET VERSTUREN VAN DE OPROEPINGSBRIEVEN EN STEMBILJETTEN (VOOR Y – 10) Nadat de kandidatenlijsten definitief zijn geworden op X+77, zal de werkgever de stembiljetten opmaken en afdrukken. Het is de werkgever die verantwoordelijk is voor de correcte opmaak van de stembiljetten. Zij moeten overeenstemmen met het model dat als bijlage bij de kieswet is gevoegd. De voorzitter van het stembureau moet de oproepingsbrief samen met het (de) stembiljet(ten) aangetekend naar de kiezers sturen die niet aanwezig zijn in de onderneming op de dagen dat de oproepingsbrieven en stembiljetten uitgedeeld worden. Dit moet minstens 10 dagen voor de verkiezingen gebeurd zijn, dus voor Y-10. In voorkomend geval kan de aangetekende verzending zowel de oproeping en de stembiljetten voor de verkiezing van de raad als van het comité bevatten, alsook de stembiljetten voor arbeiders en bedienden in geval van gemeenschappelijk kiescollege. Hierbij gaat men als volgt te werk (Wet Sociale Verkiezingen, art. 57): • Het (de) geplooide en afgestempelde stembiljet(ten) steekt men in een eerste open omslag die géén opschriften draagt; • Daarbij voegt men een tweede open omslag, die gefrankeerd is. De kiezer moet het (de) stembiljet(ten) ermee kunnen versturen. • Dus: – is hij geadresseerd aan “de voorzitter van het stembureau voor de verkiezingen van de Ondernemingsraad (en)(of) van het Comité voor PBW van (…) (naam van de onderneming), (…) (straat), te (…)”; – vermeldt hij het stembureau (arbeiders, bedienden, jongeren, kaderleden); – draagt hij de naam én voornaam (nieuw!) van de kiezer gevolgd door de handtekening van deze én de vermelding “afzender”, en het verplicht karakter van het plaatsen van een handtekening van de kiezer. • Daarbij voegt men de oproepingsbrief. • Dit alles steekt men in een derde gesloten omslag die men overhandigt of verstuurt aan de kiezer.

20


6

Getuige zijn bij de stemming

6.1

GETUIGEN ZIJN DE HELE DAG IN HET STEMBUREAU

Dit spreekt uiteraard vanzelf. Als je kandidaat bent én getuige, is dit dus een goede manier om de hele dag aanwezig te zijn. Je kunt er de kiezer op die manier dan aan herinneren dat je kandidaat bent, zelfs al mag je in het stembureau geen campagne meer voeren.

Let wel, de sfeer in jouw onderneming bepaalt natuurlijk hoe de kiezers tegenover de kandidaat en de getuigen staan.

DE GETUIGEN WAARBORGEN HET DEMOCRATISCHE KARAKTER VAN DE SOCIALE VERKIEZINGEN De getuigen maken geen deel uit van het stembureau, hetgeen beperkt is tot de voorzitter, de secretaris en de 4 bijzitters. Ze zijn dus niet verantwoordelijk voor de beslissingen die er worden genomen. Dat is de rol van de voorzitter. De aanwezigheid van de getuigen heeft een ander karakter: hun aanwezigheid en hun controlerende en bewakende rol garanderen het democratische karakter en de regelmatigheid van de kiesverrichtingen ten aanzien van de werknemers die deelnemen aan de stemming. Ze waken er immers over dat: • de werknemers hun stemrecht volgens de regels kunnen uitoefenen; • de kiesverrichtingen correct verlopen; • de verkiezingsresultaten een getrouwe weerspiegeling zijn van de wil van de kiezers.

DE GETUIGEN HEBBEN RECHTEN Om hun opdrachten correct uit te kunnen voeren, hebben de getuigen een aantal rechten: • Ze hebben het recht om alle stappen in de verkiezingsprocedure bij te wonen. D.w.z. vanaf de fase die de opening van het stembureau voorafgaat tot de afsluiting van het proces-verbaal dat volgt op de stemopneming, de berekeningen en de verdeling der mandaten. Daarom vraagt het ABVV aan zijn getuigen om

21


aanwezig te zijn VÓÓR de opening van het stembureau om hun controleopdracht te vervullen en om waakzaam te blijven tot alle kiesverrichtingen uitgevoerd zijn. • Ze hebben het recht om de leden van het stembureau aan te spreken en meer in het bijzonder om vragen te stellen aan de voorzitter – die verantwoordelijk is voor het goede verloop van de kiesverrichtingen – indien zij dat nodig achten, met name wanneer ze onregelmatigheden of fouten vaststellen (bv. bij het tellen van de stemmen) of wanneer de goede orde niet wordt verzekerd. Het is de bedoeling dat de voorzitter een einde maakt aan deze onregelmatigheid, dat hij deze rechtzet of dat de stemming in alle sereniteit hervat wordt of dat hij overgaat tot een nieuwe telling indien dit wordt gevraagd. • Ze hebben eveneens het recht om tussen te komen in de discussie rond het opstellen van zeer belangrijke regels, met name betreffende de manier waarop het stembureau te werk zal gaan bij de stemopneming van verdachte of ongeldige stembiljetten. In de praktijk zal de voorzitter van het stembureau immers moeten overgaan tot een interpretatie van o.a. schrappingen of een op onvolmaakte wijze aangebracht teken van de stemming. Vervolgens moet hij beslissen of de stem geldig of ongeldig is (zie 7.2). • Ze hebben vooral het recht – en volgens het ABVV de plicht – om hun opmerkingen te doen opnemen in het proces-verbaal. Die kunnen met name betrekking hebben op onderstaande elementen: – eventuele onregelmatigheden die ze hebben vastgesteld tijdens de kiesverrichtingen en waar de voorzitter geen gevolg aan heeft gegeven, of bijvoorbeeld in geval van weigering om de stemmen te hertellen met het oog op het opstellen van het proces-verbaal, met name de telling van de stemmen; – wanneer ze niet akkoord gaan met de interpretatie van de voorzitter van het stembureau bij het rangschikken van de stembiljetten bij de stemopneming. Bijvoorbeeld wanneer hij stembiljetten ten gunste van het ABVV ongeldig verklaart of het tegenovergestelde: wanneer hij stembiljetten ten gunste van concurrerende organisaties geldig verklaart. Het ABVV vraagt zijn getuigen met aandrang om dit recht om hun opmerkingen toe te voegen aan het proces-verbaal zonder aarzelen en in alle gevallen uit te oefenen. De beslissingen van de voorzitter van het stembureau kunnen immers van grote invloed zijn op de resultaten van het ABVV. Anderzijds vormen deze opmerkingen een krachtig wapen in geval van betwisting van de geldigheid van de kiesverrichtingen of resultaten. De opmerkingen die werden opgenomen in het proces-verbaal zijn echte bewijzen om met name de verkiezingsresultaten achteraf te betwisten. Bij verbale betwistingen daarentegen, is dat niet het geval. Het is op basis van het proces-verbaal, aangevuld met de opmerkingen van zijn getuigen, dat het ABVV de geldigheid van de kiesverrichtingen kan vaststellen. 22


Tips – Identificeer je wanneer je een opmerking toevoegt aan het proces-verbaal: vermeld je naam en hoedanigheid als getuige voor het ABVV en onderteken; – aarzel niet om met je gsm een foto te maken van de opmerkingen die aan het proces-verbaal werden toegevoegd; – noteer de opmerking alvast in het klad op het moment dat je een onregelmatigheid vaststelt of wanneer er een meningsverschil ontstaat over de geldigheid van een stembiljet. Zo kan je die gemakkelijker toevoegen aan het proces-verbaal; – neem onmiddellijk, d.w.z. nog vóór het proces-verbaal wordt afgesloten, contact op met je beroepssecretaris wanneer je ernstige gevallen vaststelt of wanneer de voorzitter zich verzet tegen de uitoefening van je recht om je opmerkingen te laten opnemen in het PV. • Ze hebben het recht om een schorsing van de kiesverrichtingen te eisen opdat ze zelf zouden kunnen stemmen in het stembureau of zelfs in een ander stembureau (als de getuige tot een andere werknemerscategorie behoort). Deze schorsing kan zo lang duren als nodig is om hun stemrecht uit te oefenen. • Ze hebben het recht om een kenteken op de verzegelingsband te plaatsen wanneer de kiesverrichtingen verschillende dagen duren. In dat geval moeten de stembussen aan het einde van iedere kieszitting worden verzegeld. • Ze hebben eveneens het recht om de enveloppes te verzegelen (Wet Sociale Verkiezingen, art. 44). Het betreft dan meer bepaald: – De enveloppes met daarin de teruggenomen en de ongebruikte stembiljetten, alsmede de lijsten die voor het aanstippen hebben gediend, welke door de leden van het bureau zijn ondertekend (Wet Sociale Verkiezingen, art. 59) – De gesloten enveloppes met daarin de geldige stembiljetten, de ongeldige stembiljetten en de blanco stembiljetten (Wet Sociale Verkiezingen, art. 63 alinea 4).

23


DE OPDRACHTEN VAN DE GETUIGEN Een ABVV-getuige staat in voor meerdere controletaken tijdens de verschillende etappes van de kiesverrichtingen. 1ste stap: vóór de opening van het stembureau: de voorbereiding van de stemming • De samenstelling van het stembureau controleren: – zijn de leden van het stembureau (in voorkomend geval de plaatsvervangende leden) wel degelijk diegenen waarvan de naam werd doorgegeven op X+60 (tussen 13 en 26 april 2024)? Zijn er geen personen van buiten de onderneming? – is het stembureau voltallig: voorzitter, secretaris en 4 bijzitters? • De stembiljetten, de stembussen en het noodzakelijke materiaal controleren: – Zijn de stembiljetten conform de wetgeving: neutrale kleuren en voorstelling? – Zijn alle namen van de ABVV-kandidaten conform de definitieve kandidatenlijst (X+77: van 30 april tot 13 mei 2024) opgenomen, alsook de foto van de kandidaten in maatwerkbedrijven (PC 327)? – Zijn alle nodige stembussen aanwezig? Zijn ze leeg? – Is al het nodige materiaal beschikbaar: stemhokjes, potloden? – Heeft de voorzitter de stembiljetten geteld? Heeft hij ze gestempeld op de keerzijde (datum van de verkiezingen), voor alle stembiljetten op dezelfde plaats? – Zijn de stembiljetten rechthoekig in vieren gevouwen? – Is het stembiljet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tweetalig? • Controleren of de inrichting van het kieslokaal de neutraliteit van de stemming waarborgt: – Garanderen de stemhokjes het geheim van de stemming? – Zijn er opschriften aangebracht in de stemhokjes (ook tijdens het verloop van de stemming)? – Zijn er in het stembureau affiches, stickers of propagandamateriaal met daarop de afgekorte benaming van een vakbond aanwezig? De campagne stopt aan de ingang van het stembureau! • Controleren of de leden het stembureau het eens zijn geworden over de onderlinge taakverdeling zodat de verkiezingen correct kunnen verlopen.

24


2de stap: na opening van het stembureau, de stemming zelf • Controleren of de datum en de uurregeling van de opening van het stembureau zoals voorzien in het bericht dat de datum van de verkiezingen aankondigt (bericht X), werd gerespecteerd. • Controleren of het stemrecht van de kiezers wordt gewaarborgd voor alle kiezers die op de definitieve kiezerslijst staan (de uitzendkrachten horen er ook bij); – Is de kiezerslijst waarover het stembureau beschikt wel degelijk de definitieve lijst, d.w.z. de lijst die werd opgesteld nadat de organen, in voorkomend geval, kiezers hebben geschrapt op X+77? – Wordt het stemrecht van iemand op de lijst geweigerd of omgekeerd, wordt een stemrecht toegekend aan personen die er niet op staan? – Wordt het stemrecht van een werknemer die per brief stemt, maar zich uiteindelijk toch naar het stembureau begeeft (dit is een recht waarin de Wet Sociale Verkiezingen voorziet), geweigerd?

Opgelet! Stemmen bij volmacht bestaat niet in het kader van de sociale verkiezingen! • Het aantal stembiljetten controleren; – Hebben de kiezers het juiste aantal stembiljetten gekregen, zeker in het geval van een gemeenschappelijk kiescollege? • Controleren of de voorzitter een nieuw stembiljet heeft gegeven aan de kiezer die zijn oorspronkelijke stembiljet heeft beschadigd (bv. gescheurd) en nakijken of het beschadigde biljet werd vernietigd; • Controleren of kiezers die ten gevolge van een lichaamsgebrek niet in staat zijn om alleen naar het stemhokje te gaan of om alleen hun stem uit te brengen, door iemand worden begeleid of bijgestaan; – Past de voorzitter deze regel correct toe? • Controleren hoe de onderbreking van de kiesverrichtingen verloopt (bv. om iets te eten of wanneer ze verschillende dagen duren); – Worden de stembussen verzegeld? Worden de documenten opgeborgen? – Wordt het recht van de getuigen om een kenteken te plaatsen op de verzegelingsband gerespecteerd? – Gebeurde het ontzegelen van de stembussen en de hervatting van de kiesverrichtingen in aanwezigheid van de getuigen?

25


• Controleren of de stemmen per brief die vóór de sluiting van de stemming zijn binnengekomen, correct worden doorgegeven. – Zijn alle stemmen per brief die in de onderneming zijn aangekomen, vóór de sluiting van de stemming binnengebracht in het stembureau? – Heeft men intern gecontroleerd of er ergens omslagen zijn blijven liggen of niet werden overhandigd aan de voorzitter van het stembureau door een foute interne overdracht, met name wanneer er een groot percentage van de enveloppes ontbreekt. 3de stap: na sluiting van het stembureau en de stemopneming, stemmen tellen • Worden de stembussen verzegeld indien de stemopneming niet meteen na de stemming gebeurt (bv. wanneer de stemming ’s nachts geschiedt: ploegenarbeid)? Of in geval van een onderbreking van de stemopnemingsprocedure? • Controleren of de procedure voor de verwerking (toevoeging) van de stemmen per brief vlot verloopt: – Heeft de voorzitter de omslagen met de stemmen per brief die aan hem waren gericht, afgegeven in het stembureau vóór hij de stemming sluit? – Zijn alle namen op de kiezerslijst aangestipt? – Heeft de voorzitter de binnenomslagen met de stembiljetten in de daarvoor bestemde stembus gestoken? – Werden de omslagen die na de sluiting zijn aangekomen, vernietigd? – Werden de stemmen uit omslagen die verscheidene stembiljetten bevatten, ongeldig verklaard (Wet Sociale Verkiezingen, art. 60)? • De rangschikking van de stembiljetten controleren en verifiëren eenmaal ze zijn opengevouwen. – Zijn de beslissingen van de voorzitter al dan niet problematisch in het licht van: .

de wetgeving betreffende de rangschikking van de stembiljetten (Wet sociale verkiezingen, art. 60 tot 63)

.

wat in het stembureau werd overeengekomen, met name de beslissingen i.v.m. verdachte stembiljetten

26


• De beslissingen van de voorzitter i.v.m. de verdachte stembiljetten controleren: – Heeft de voorzitter ze geparafeerd (Wet Sociale Verkiezingen, art. 62)? – Vermeldt de voorzitter in het proces-verbaal het voorbehoud dat hijzelf of de andere leden van het bureau menen te moeten behouden? – Verhindert de voorzitter het in de wetgeving vastgestelde recht om je eventuele opmerkingen of je bezwaar m.b.t. zijn beslissing op te nemen in het proces-verbaal in geval van onenigheid over de interpretatie van de voorzitter van het stembureau, bijvoorbeeld wanneer hij stembiljetten ten gunste van het ABVV ongeldig verklaart of omgekeerd: wanneer hij stembiljetten ten gunste van concurrerende organisaties geldig verklaart? • De telling van de stemmen per vakbond controleren – Heeft de voorzitter geweigerd om een hertelling van de stemmen te doen wanneer je dat vroeg? • De opmaak van het proces-verbaal controleren – Bevat het proces-verbaal een getrouwe weergave van de cijfers inzake de stembiljetten, het aantal stemmen per vakbond en de verdeling per ABVVkandidaat? 4de stap: mandatenverdeling, opstellen van proces-verbaal en bekendmaking van de resultaten • De berekeningen voor de verdeling der mandaten controleren: – Waren er discussies of uiteenlopende interpretaties omtrent de bijzondere (en nogal ingewikkelde) regels inzake de toekenning van de mandaten (met name in geval van gelijkheid van kiescijfers) of inzake de toekenning van het laatste mandaat bij gelijke kiesquotiënten en een gelijk kiescijfer voor meerdere vakbonden? – Waren er discussies of uiteenlopende interpretaties over de impact van het kiescijfer op het aantal te verdelen mandaten? – Wordt de ‘pot’ (aantal lijststemmen) correct verdeeld onder de kandidaten in de volgorde van de orde van voordracht bij de rangschikking (kandidaten die het verkiesbaarheidscijfer bereiken)? – Is de ‘pot’ (aantal lijststemmen) juist verdeeld bij de tweede toewijzingsronde om zowel de plaatsvervangers als de niet-verkozen kandidaten te rangschikken.

27


• De opmaak van het proces-verbaal controleren – Is het proces-verbaal volledig en zijn de vermelde/opgetekende cijfers correct (d.w.z. identiek aan de cijfers die berekend werden bij het stembureau)? – Zijn de resultaten correct overgemaakt aan de FOD WASO? .

Zijn de cijfers voor het ABVV niet omgewisseld met die van een andere vakbond (het volgnummer dat bij loting werd toegekend voor de sociale verkiezingen komt niet noodzakelijk overeen met het nummer op het formulier van de FOD)?

.

Werd er een afschrift van die statistische gegevens overgemaakt aan alle betrokken vakbonden in de onderneming?

.

Hebben de ABVV-getuigen deze gegevens nagekeken?

• De bewaring van de documenten die voor de verkiezingen hebben gediend, controleren – Hebben de getuigen hun recht om hun kenteken op de verzegelde omslag aan te brengen, kunnen uitoefenen?

6.2

WAAR EN WANNEER?

De stemming geschiedt in de lokalen die door de werkgever ter beschikking zijn gesteld. De werkgever moet het voor elk bureau bestemd lokaal zo inrichten, dat het geheim van de stemming wordt bewaard (Wet Sociale Verkiezingen, art. 51). De stemming gaat door op de dag en de uren die al ongeveer drie maanden (sinds dag X) in de onderneming moeten uithangen. Wanneer de kiesverrichtingen verschillende dagen duren, neemt de voorzitter van het bureau alle nodige maatregelen ter bewaring van de stembussen, van de stembiljetten en van de documenten betreffende de kiesverrichting. Hierbij gedraagt hij zich naar de onderrichtingen van de sociaal inspecteur van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de FOD WASO . De stembussen moeten op het einde van iedere kieszitting verzegeld worden. De getuigen hebben het recht -en wij raden dit aanop de verzegelingsband een kenteken te plaatsen (Brochure van de FOD, 5.2.).

6.3

IS HET STEMBUREAU VOLLEDIG?

Op de kiesdag gaat de voorzitter na of de secretaris, de 4 bijzitters en de getuigen aanwezig zijn. Is of zijn één of meerdere bijzitters niet aanwezig op het uur dat vastgesteld is voor de aanvang of de hervatting van de kiesverrichtingen, dan wijst 28


de voorzitter vervangers aan onder de eerste kiezers die opdagen zonder dat deze aanwijzing, voor zover mogelijk, de goede gang van de onderneming mag schaden. Indien de voorzitter of de secretaris niet aanwezig zijn, is het de vooraf aangeduide plaatsvervangende voorzitter of plaatsvervangende secretaris die in het stembureau zetelt.

Opgelet: Enkel de leden van het stembureau (hun namen zijn geafficheerd op X+60) evenals de getuigen van de syndicale organisaties zijn toegelaten om de kiesverrichtingen bij te wonen (de dag Y). De kiezers blijven binnen in het stembureau gedurende de tijd om hun stemmen uit te brengen. De voorzitter van het kiesbureau moet de toegang tot het stembureau verhinderen voor alle personen die niet op de kiezerslijsten staan zoals de leidinggevenden en alle externe personen van het bedrijf (bijvoorbeeld leden van het sociaal secretariaat, advocaten).

6.4

BENODIGDHEDEN

• Kieshokjes • Stembussen: voor de OR en voor het CPBW (voor alle categorieën of kiescolleges) Stempel met de datum van de verkiezingen en stempelkussen • Stembiljetten: indien er één of meer secundaire stembureaus opgericht zijn, moet de voorzitter van het hoofdbureau de nodige stembiljetten verzenden of overhandigen daags voor de verkiezingen aan de voorzitter van elk secundair stembureau (Brochure FOD WASO, 5.2.) • Stempotloden • Kiezerslijsten • Omslagen voor het klasseren van de stembrieven • Opnemingstabellen • Kantoorbenodigdheden: schrijfgerief, papier, verzegelingsmateriaal, koord, plakband ...

6.5

CONTROLE VAN DE STEMBILJETTEN (EN HUN AANTAL)

Getuigen moeten er uiteraard over waken dat er niet met de stembiljetten geknoeid wordt. Zij zien er op toe dat iedereen de juiste biljetten krijgt. De stembiljetten die voor de stemming gebruikt worden, moeten overeenstemmen met het model in bijlage bij de Wet Sociale Verkiezingen . Zo werden de verkiezingen nietig verklaard wegens niet gelijkvormige stembiljetten (o.a. Arbh Brussel, 30 juli 1987, AR 20.074 en Arbh. Luik, 24 juni 1983, AR. 113.673). 29


De namen van de kandidaten op de stembiljetten moeten overeenstemmen met deze op de definitieve kandidatenlijsten (Wet Sociale Verkiezingen, art. 50). Indien een vakbond geen kandidaat voordraagt, moet er op het stembiljet geen ruimte gelaten worden. De verkiezingen werden nietig verklaard omdat de werkgever zelf de naam van een inmiddels ontslagen kandidaat uit het stembiljetn had weggelaten zonder dar er een klacht was ingediend in het kader van de wijziging van een kandidaat (Arbh. Antwerpen, 26 januari 1988, AR 416/87). De procedure is als volgt: 1. Het model moet overeenkomen met de ingediende lijsten (nummer en afgekorte benaming van de verschillende vakbonden, namen en volgorde van de verschillende kandidaten). In de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen ressorteren (P.C. 327) is het toegelaten om een foto van elke kandidaat op de stembiljetten toe te voegen, voor zover de handicap van de kiezers het rechtvaardigt en mits akkoord tussen de werkgever en alle representatieve werknemersorganisaties die kandidatenlijsten hebben ingediend. Sinds de verkiezingen 2016, wordt de wettelijke bepaling met betrekking tot de stembiljetten in de beschutte werkplaatsen geregeld in artikel 50 §3 van de Wet Sociale Verkiezingen. 2. Dan controleert de voorzitter al de stembiljetten: – het aantal de stempel op de keerzijde – de inhoud: vermelden ze al de ingediende lijsten? Kloppen de nummers en de namen van de vakbonden? De namen en de volgorde van de verschillende kandidaten? Zijn de roepnamen (gebruikelijke voornaam), de geboortedatum bij kandidaten met identieke namen en de naam van de echtgenoot of overleden echtgenoot voor gehuwde vrouwen en weduwen voorzien op de stembiljetten? – het dichtplooien (in vier): de voorzitter vergewist er zich van dat de stembiljetten rechthoekig in vieren zijn gevouwen zodat de vakken bovenaan de lijsten naar binnen zijn gekeerd; hij stempelt ze op de keerzijde, voor al de stembiljetten op dezelfde plaats, met een zegel waarop de datum van de verkiezin gen is vermeld (Wet Sociale Verkiezingen, art. 54). De voorzitter is verantwoordelijk voor stempelen en vouwen. De algemene regel is dat iedere kiezer één stembiljet ontvangt voor het CPBW, en één voor de OR (als er een verkozen wordt). Het vermeldt voor welk kiescollege (arbeiders, bedienden, kaders, jongeren) men moet stemmen.

30


Het letterwoord van de vakbondsorganisatie (ABVV, ACV, ACLVB, NCK) zal eveneens op het stembiljet gedrukt worden. Voor de hoofdstembureaus waarvan de zetel gelegen is te Brussel-Hoofdstad mogen de stembiljetten tweetalig zijn om het kiesgeheim te waarborgen.

6.6

UITZONDERINGSSITUATIE: GEMEENSCHAPPELIJK KIESCOLLEGE

Als arbeiders en bedienden in een gemeenschappelijk college stemmen, ontvangt iedere kiezer twee stembiljetten. Eén om voor een arbeider te stemmen en één om voor een bediende te stemmen. Hij/zij kan in beide categorieën een stem uitbrengen, behalve als de stemming voor een van beide is stopgezet wegens een gebrek aan kandidaten voor die categorie. Wanneer er een gemeenschappelijk kiescollege voor arbeiders en bedienden is opgericht, en in geval alleen lijsten van kandidaat-bedienden zijn ingezonden, krijgt de kiezer (arbeiders en bedienden) van de voorzitter slechts één stembiljet met de naam van de kandidaten-bedienden; in geval enkel lijsten van de kandidaten-arbeiders zijn ingezonden, krijgt de kiezer (arbeiders en bedienden) van de voorzitter slechts één stembiljet met de naam van de kandidaten-arbeiders. Er moet ook steeds één stembus per categorie voorzien zijn.

6.7

VERDERE TAAKVERDELING TIJDENS DE STEMMING

Praktisch gezien, spreekt het bureau best onderling af hoe ze de taken tijdens de stemming zullen verdelen. Voorbeeld: • voorzitter: handhaaft de orde, zorgt ervoor dat alles regelmatig verloopt en overhandigt de stembiljetten • secretaris: stipt de kiezerslijsten aan • 1ste bijzitter: stipt de kiezerslijsten aan • 2de bijzitter: vraagt de identiteitskaart en oproepingsbrief (eventueel nummer en naam) • 3de bijzitter: stempelt de stembiljetten en de oproepingsbrief af • 4de bijzitter: vouwt de kiesbrieven 31


• getuigen: oefenen controle uit op het regelmatig verloop van de kiesverrichtingen en op de werking van de bureaus. Iedere op de kieslijst ingeschreven kiezer moet kunnen stemmen: • De voorzitter mag niet ingrijpen inzake de voorwaarden van verkiesbaarheid van een kandidaat of van het kiesrecht van een kiezer. Enkel de inschrijving op de kiezerslijst telt. Zo mag men de kiezer het recht niet ontzeggen om zijn stem uit te brengen, enkel omdat hij bijvoorbeeld zijn identiteitskaart en/of zijn oproepingsbrief niet bij zich heeft. • Speciaal voor het stemmen per brief: wanneer een kiezer die voorkomt op de kiezerslijst en die een biljet voor de stemming per brief ontvangen heeft, komt stemmen in het stembureau, wordt zijn stem als geldig beschouwd. De voorzitter van het stembureau zal zorgen voor de annulering van het biljet voor de stemming per brief van dezelfde kiezer. • De getuigen stemmen in het stembureau waar zij dienst doen. Behoren zij tot een andere categorie welke in een andere stembureau stemmen, dan mogen zij om een schorsing van de stemming vragen voor de tijd die voor het uitbrengen van hun stem nodig is. • De voorzitter moet een nieuw stembiljet overhandigen aan de kiezer die zijn stembiljet heeft beschadigd. De kiezer moet erover waken dat het stembiljet dat hij in de stembus steekt geen merk, scheur of vlek vertoont, die de ongeldigverklaring ervan kan meebrengen (brochure van de FOD, 5.2.). • De kiezer, die wegens zijn lichamelijke toestand niet alleen naar de voor de stemming bestemde plaats kan gaan of zelf zijn stem niet kan uitbrengen, mag met de toestemming van de voorzitter zich door iemand laten leiden of bijstaan (Wet Sociale Verkiezingen, art. 55). • De uurregeling van de verkiezingen in bericht X – dat aangeplakt wordt of elektronisch ter beschikking wordt gesteld aan de werknemers – stelt de datum en de uurregeling van de verkiezingen vast. De uurregeling wordt zo vastgesteld dat (in beginsel) elke werknemer kan stemmen gedurende zijn werkuren. Een aanpassing van die uurregeling zou tot gevolg hebben dat sommige kiezers hun stemrecht niet zouden kunnen uitoefenen. Het ABVV vraagt aan zijn getuigen om iedere wijziging van de uurregeling in het proces-verbaal te noteren.

Opmerking: De kieswet schaft sinds de sociale verkiezingen 2016 de controlebevoegdheid van de sociaal inspecteur van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de FOD WASO af voor: de stemverrichtingen en de stemopneming, en in bijzonder voor de inrichting van de lokalen, het verzeg len van de stembussen, het opmaken en bewaren van de processen-verbaal, het bewaren van de bij de stemming gebruikte stembiljetten.

32


6.8 KIEZERS MOETEN WETEN HOE ZE GELDIG KUNNEN STEMMEN Dat kan op twee manieren: • EEN KOP- of LIJSTSTEM De kiezer stemt bovenaan de lijst, en gaat akkoord met de volgorde van de voorgedragen kandidaten. • EEN NAAM- of VOORKEURSTEM De kiezer stemt voor één lijst, maar wil de volgorde van de voorgedragen kandidaten wijzigen en duidt daarom de kandida(a)t(en) aan die zijn/haar voorkeur genieten. Voorbeeld: Er zijn 3 effectieve en 3 plaatsvervangende mandaten te begeven. 1. Lijststem Lijst 3 ABVV n n n n n

2. Naam- of voorkeurstem Lijst 3 ABVV n n n n n

33


Op één of meer kandidaten. Men mag echter niet meer voorkeurstemmen uitbrengen dan er effectieve mandaten te begeven zijn. Indien zulks toch gebeurt, is de stem niet ongeldig maar wordt deze manier van stemmen beschouwd als een lijststem (Wet Sociale Verkiezingen, art. 60). 3. Lijststem en naamstem Deze manier van stemmen raden wij de kiezer niet aan, maar de getuigen moeten weten dat dit soort stembiljetten wel degelijk geldig zijn, en bij de lijststemmen moeten worden ingedeeld. Men mag maximum evenveel voorkeurstemmen uitbrengen als er effectieve mandaten te verdelen zijn. Lijst 3 ABVV

of

Lijst 3 ABVV

n

n n

n

n

n

n

n

n

n

Opgelet! Stemmen uitbrengen op meerdere lijsten (panacheren of bontstemmen) is verboden, en leidt tot een ongeldige stem.

6.9

STEMMEN PER BRIEF

Drie regels zijn van toepassing voor het stemmen per brief: 1. De kiezer verstuurt de omslag met het stembiljet ,dat via de post of op onverschillig welke wijze worden verzonden. Deze moet aankomen in het stembureau vóór de sluiting van de stemming. Anders is de stem ongeldig (Wet Sociale Verkiezingen, art. 58, 1°). Het overhandigen van de stembiljetten door de kiezers komt in de praktijk voor. Ook hier geldt de regel dat de stembiljetten moeten aankomen in het stembureau vóór de sluiting van de stemming. Zorg hieromtrent voor goede afspraken in het bedrijf (bv. een centrale, tijdelijke brievenbus). Taak voor de getuigen: vraag als getuige steeds aan de voorzitter vóór de sluiting van de stemming om na te gaan of alle stemmen per brief goed zijn aangekomen en zo niet, vraag om de stemming te schorsen om op zoek te gaan naar de ontbrekende stembrieven. 34


Opgelet: een stemming schorsen is wettelijk gezien mogelijk. Eens de stemopneming van start gaat, kunnen er geen stemmen per brief worden toegevoegd. De kiezer gebruikt twee omslagen: – zijn stembrief in vieren gevouwen steekt hij/zij in de (eerste) blanco omslag die hij moet sluiten, – en deze op zijn beurt in een tweede omslag, die is gefrankeerd en gericht “aan de voorzitter van het kiesbureau van de verkiezing van de ondernemingsraad (of van het comité voor preventie en bescherming op het werk) van … (naam van de onderneming), straat…, te …” Op deze tweede omslag staan eveneens de aanwijzing van het stembureau “bedienden”, “arbeiders”, “kaderleden” of “jeugdige werknemers” en bovendien de vermelding “afzender”, de naam én de voornaam (!) van de kiezer en dat deze zal moeten gevolgd worden door diens handtekening en de vermelding van het verplicht karakter van het plaatsen van de handtekening van de kiezer. (Brochure van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, 4.7.2.). 2. De stembiljetten teruggezonden in een omslag waarop de handtekening van de kiezer ontbreekt, is ongeldig (Wet Sociale Verkiezingen, art. 58, 2°). De omslag met het stembiljet mag over de post of op eender welke wijze worden verstuurd, maar moet wel tijdig aankomen.

Opgelet: indien een kiezer meerdere stembiljetten ontvangt (voor de verkiezing van twee organen of in geval van gemeenschappelijk kiescollege) in één enkele buitenomslag, dient hij beide stembiljetten niettemin in aparte omslagen terug te zenden! Opgelet: indien de omslag met het stembiljet te laat aankomt wegens een vertraging bij de Post (bv. technische problemen), zijn de verkiezingen toch rechtsgeldig verlopen. Het is een jammer genoeg een welbekend risico. De kiezer kan immers zijn stembiljet persoonlijk in het stembureau afgeven (Arbrb. Bergen, 16 juli 2008, AR 08/1321/A). Indien de stemmen per brief ongeldig zijn en het te wijten is aan een fout van de werkgever, is dit wel een reden tot nietigheid van de verkiezingen. Zo moesten de verkiezingen overgedaan worden in een onderneming waar een verkeerd postnummer stond op de enveloppen voor de stemming per brief en een hoop stemmen niet of laattijdig waren toegekomen (Arbrb Brussel, 6 juli 2012, A.R. 12/6850/A).

35


3. De stembiljetten die worden teruggestuurd door een kiezer die al gestemd heeft in het stembureau worden eveneens als ongeldig beschouwd (Wet Sociale Verkiezingen, art. 58, 3°). Zijn stem uitgebracht in het stembureau wordt weerhouden. Voor de sociale verkiezingen van 2016 zijn bepaalde verrichtingen die de voorzitter en de secretaris moesten vervullen, geschrapt (schrapping artikel 58, laatste alinea). Er dient geen afzonderlijk proces-verbaal worden opgemaakt voor de volgende drie gevallen (enkel betrekking op stemmen per brief!): – na het sluiten van de stemming binnengekomen stembiljetten – stembiljetten teruggezonden in een omslag waarop de handtekening van de kiezer ontbreekt – stembiljetten teruggezonden door een kiezer die reeds “fysiek” is komen stemmen in het stembureau.

7

Elektronisch stemmen

Het elektronisch stemmen in stemhokjes werd reeds bij de sociale verkiezingen van 2012 ingevoerd. Sinds 2020 kan ook elektronisch gestemd worden zonder stemhokjes, dit is stemmen op afstand. Het zijn de werknemersafgevaardigden die de beslissing nemen in het overlegorgaan van de onderneming. Vanaf de verkiezingen 2024 wordt het elektronisch stemmen verder uitgewerkt. De beslissing om over te gaan tot elektronisch stemmen moet genomen worden door elke betrokken raad of comité, of bij ontstentenis, door de werkgever in akkoord met de vakbondsafvaardiging. Voorheen bepaalde de regelgeving dat deze beslissing unaniem genomen diende te worden binnen het orgaan. Voortaan wordt de beslissing genomen volgens de voorschriften van het huishoudelijk reglement van het betrokken orgaan. Bij gebreke aan verdere bepalingen in het huishoudelijk reglement over de wijze van beslissingen nemen, zal niettemin de algemene regel van unanimiteit gelden, met name een unanieme beslissing van alle aanwezige leden binnen het orgaan. De raad of het comité moet voorafgaandelijk ingelicht worden over de bovenvermelde punten. Deze beslissing tot elektronisch stemmen moet vermeld worden in het bericht X (d.i. tussen 13 en 26 februari 2024). In de ondernemingen die wensen over te gaan tot elektronisch stemmen, is het vaak zo dat de afgevaardigden een commerciële presentatie over elektronisch stemmen (met stemhokjes of op afstand) hebben bijgewoond. Die presentaties worden over het algemeen gegeven door een erkende softwarefabrikant (Elegio, Assembly Voting, Bluekrypt, Neovote of ONLZ). 36


Elektronisch stemmen in stemhokjes werd reeds bij de sociale verkiezingen van 2000 ingevoerd. Sinds 2020 is het ook mogelijk om elektronisch te stemmen zonder stemhokjes. Het gaat dan om stemmen vanop afstand. Net zoals in het verleden, is er wettelijk gezien geen rol weggelegd voor de beroepssecretaris. Het zijn de werknemersvertegenwoordigers die de beslissing nemen in het overlegorgaan. Daarom is het aangewezen dat de beroepssecretarissen hun afgevaardigden bevragen over de intentie die de onderneming heeft op het gebied van elektronisch stemmen. Wat betreft elektronisch stemmen (zowel in stemhokjes als op afstand), moet een akkoord worden gesloten tussen de werkgever en de werknemersafgevaardigden (van de OR, het CPBW of, bij ontstentenis, de vakbondsafvaardiging). We zullen eerst (in punt 2) toelichten welke de verschillende fasen van het elektronisch stemmen zijn in de praktijk, zowel voor het elektronisch stemmen in stemhokjes als voor het elektronisch stemmen op afstand. Vervolgens leggen we uit (in punt 3) hoe het elektronisch stemmen in stemhokjes georganiseerd zou moeten worden en geven we een overzicht van de verplichtingen die de werkgever moet respecteren. We staan ook even stil bij de elementen die de ABVV-afgevaardigden in het akkoord zouden moeten opnemen. Ten slotte lichten we (in punt 4) toe hoe het elektronisch stemmen op afstand georganiseerd moet worden, met daarbij ook de aandachtspunten voor de afgevaardigden. Aan het einde van dit hoofdstuk vindt u een samenvattende tabel met een checklist voor de afgevaardigden.

7.1

DE 3 FASEN VAN HET ELEKTRONISCH STEMMEN (ZOWEL MET STEMHOKJES ALS OP AFSTAND)

Bij elektronisch stemmen zijn er praktisch gezien 3 fasen die elke werkgever moet respecteren. De beslissing om over te gaan tot elektronisch stemmen wordt ten laatste op dag X genomen door de ondernemingsraad, het comité of, bij ontstentenis, de werkgever en de vakbondsafvaardiging (Wet Sociale Verkiezingen, art. 14 en 74). Wij hebben ons hier gebaseerd op een filmpje dat geraadpleegd kan worden op de website van de softwareontwikkelaar Elegio www.elegio.eu/nl – filmpje ‘productbeschrijving’).

37


Voorbereidende fase (van X tot Y)

Fase van de stemming (dag Y)

Fase van stemopneming en resultaten (na Y)

Centrale rol voor de directie en de softwarefabrikant

Centrale rol voor de voorzitter van het stembureau/ stemopnemingsbureau

Centrale rol voor de voorzitter van het stembureau/ stemopnemingsbureau

Controle door de getuigen

Controle door de getuigen

Aanmelding kiezers:

Opening van de elektronische stembus

Controle door de getuigen

De kiezerslijsten opladen in het informaticasysteem

Doel: elke kiezer die op de kiezerslijst staat, moet kunnen stemmen Identificatie d.m.v. de elektronische identiteitskaart.

De definitieve kandidatenlijsten opladen in het informaticasysteem

Hoe? Door de personen die via de PC een sleutel hebben ingegeven in het informaticasysteem – zie fase

Bij problemen met de eID, geeft de voorzitter een login en een wachtwoord.

1. Dit gebeurt bij voorkeur in een andere ruimte dan het stembureau (in alle discretie).

Controle van de kiezer op de kiezerslijst. De eID wordt gelezen: de kaartlezer zal herkennen voor welke categorie deze kiezer kan stemmen.

Het systeem zal de stemmen automatisch tellen. De resultaten verschijnen zeer snel op het scherm van de voorzitter en de getuigen.

De kiezer stemt: de kiezer begeeft zich naar het stemhokje of stemt vanaf zijn gebruikelijke werkpost. Hij moet verschillende schermen doorlopen. Zijn elektronische identiteitskaart blijft in de kaartlezer zitten gedurende het volledige stemproces.

De verdeling van de mandaten (effectief, plaatsvervangend, nietverkozen) gebeurt door het systeem of moet worden

Door de softwarefabrikant Inschrijvingssleutels* worden verdeeld over voldoende personen om het ge- heim van de stemming te waarborgen en om manipulatie tegen te gaan (vb. 1 persoon van elke vakbond, de voorzitter en 2 bijzitters): Hoe?

berekend door de leden van het stembureau indien het systeem de verdeling van de mandaten niet uitvoert. De getuigen krijgen de mogelijkheid om hun opmerkingen aan het PV toe te voegen.

Elke persoon geeft één voor één zijn sleutel in op een PC. De sleutel wordt eveneens schriftelijk toegewezen en wordt bewaard in een verzegelde enveloppe.

38


Verplichte passende opleiding (Wet Sociale Verkiezingen, art. 75 .) De werkgever moet voorzien in een passende opleiding voor alle kiezers (met inbegrip van uitzendkrachten), voor de leden van het stembureau en voor de getuigen. Dat is het moment om kennis te maken met het materiaal en de software (zie 3.2). Voorbereidende fase (van X tot Y)

Eens de stem is uitgebracht, wordt die versleuteld (encryptie). De stem zal automatisch en anoniem geregistreerd worden in het systeem. Vervolgens wordt er een stem toegevoegd op het scherm van de voorzitter van het stembureau (per orgaan en per categorie) en op de schermen die opgehangen werden opdat de getuigen zouden kunnen meevolgen. Fase van de stemming (dag Y)

Fase van stemopneming en resultaten (na Y)

Wanneer de eindtijd van de stemming is bereikt, worden alle stemmen samengevoegd in een gecodeerde stembus. De bedoeling: het geheim van de stemming waarborgen. *

De inschrijvingssleutels zijn individuele codes die in het systeem worden ingebracht door verschillende personen teneinde erover te waken dat de verkiezingsresultaten niet gemanipuleerd worden tijdens de stemming. Tegelijkertijd wordt ook het geheim van de stemming hiermee gewaarborgd.

7.2

WAT MOET HET AKKOORD OVER HET ELEKTRONISCH STEMMEN MET STEMHOKJES BEVATTEN?

7.2.1

HET PRINCIPE VAN HET ELEKTRONISCH STEMMEN MET STEMHOKJES

Het akkoord vermeldt dat de afgevaardigden akkoord gaan met het principe om elektronisch te stemmen met stemhokjes. De mogelijkheid bestaat om verschillende systemen te combineren: elektronisch stemmen en stemmen per brief, elektronisch stemmen en stemmen op papier. Het is ook mogelijk de ene werknemerscategorie elektronisch te laten stemmen en een andere werknemerscategorie met potlood en papier te laten stemmen.

39


Iedere werkgever die elektronisch wil stemmen, moet werken met een erkende softwarefabrikant (= hebben hun software (broncode) neergelegd bij de FOD WASO). Tot dus ver zijn er al sommige spelers bekend: Elegio, Assemby Voting, Blue-Krypt, Neovote en ONLZ. De wet stelt strenge voorwaarden voor het informaticasysteem bij het elektronisch stemmen: Het informaticasysteem mag bovendien enkel worden gebruikt: • indien het vergezeld is van een attest van de fabrikant dat het systeem beantwoordt aan de wettelijke voorwaarden; • indien de fabrikant ondersteuning kan waarborgen in geval van technische problemen die rijzen op het ogenblik van de verkiezingen; • indien het (broncode via bijvoorbeeld USB-stick, CD-rom…) door de fabrikant werd neergelegd bij de Directeur-generaal van de Algemene Directie Arbeidsrecht en Juridische Studiën van de FOD WASO, Ernest Blerotstraat 1 te 1070 Brussel, alwaar een ontvangstbevestiging zal worden bezorgd1. Een werkgever mag dus niet zomaar met zijn eigen software of dat van een sociaal secretariaat werken voor het elektronisch stemmen. Werkgevers werken wel met de software van een sociaal secretariaat om de procedure sociale verkiezingen in goede banen te leiden. Bij de verwerking van persoonsgegevens noodzakelijk in het kader van de toepassing van een systeem van elektronisch stemmen (zoals naam, voornaam, rijksregisternummer, e-mailadres…), handelen de fabrikant en de werkgever of de gebruiker, in hoedanigheid van gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken conform de voorschriften van de wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens. De beslissing om over te gaan tot elektronisch stemmen in stemhokjes moet uiterlijk op dag X genomen worden (d.w.z. tussen 13 en 26 februari 2024). Ter herinnering: indien dag X samenvalt met een zondag of een gewone inactivi teitsdag in de onderneming (bv. een zaterdag of een maandag, als de onderneming gewoonlijk gesloten is op die dagen), moet het akkoord ten laatste aan de vooravond van die zondag of die gewone inactiviteitsdag ondertekend zijn. Zorg er bij voorkeur voor dat het nodige reeds vroeger gedaan is en wacht niet tot de laatste dag.

1

Merk op dat de rol van de FOD WASO zich hier beperkt tot depot, in die zin dat enkel systemen die bij haar worden neergelegd, gebruikt kunnen worden. Hiertoe publiceert de FOD de namen van de betrokken fabrikanten op haar website. De FOD WASO is echter niet verantwoordelijk voor de controle op de inhoud en de conformiteit van het neergelegde systeem.

40


7.2.2

MINIMALE VEREISTEN VAN HET INFORMATICASYSTEEM NODIG VOOR HET PROCES-VERBAAL

Het informaticasysteem aangeleverd door de de softwarefabrikanten, moet voldoen aan een hele reeks voorwaarden zoals voorzien in de OR-wet, CPBWwet en de Wet Sociale Verkiezingen. Deze elementen worden best gecontroleerd door de getuigen. Dit gebeurt best voor dag X (d.w.z. tussen 13 en 26 februari 2024). Welke gegevens moeten in de software worden opgenomen om het PV met de verkiezingsresultaten te kunnen opstellen (Wet Sociale Verkiezingen, art. 72,1° en 2°)? • De datum (of data) van de sociale verkiezingen • Het orgaan (ondernemingsraad en/of comité PBW) • Het nummer van het stembureau • Het kiescollege (jongeren, arbeiders, bedienden, kaderleden of gemeenschappelijke kiescollege) • Het aantal kiezers dat aan de stemming heeft deelgenomen. Bij een gemeenschappelijk kiescollege, kan elke kiezer zowel op de arbeiderslijst als op de bediendenlijst stemmen • Het aantal blanco stemmen, het aantal kopstemmen (= lijststemmen), het aantal naamstemmen en het aantal stemmen per kandidaat (naamstemmen + toegevoegde kopstemmen) • Het aantal effectieve mandaten per lijst (inclusief eventueel extra mandaten afgesproken voor dag X) • De namen van de kandidaten

7.2.3

MINIMALE VEREISTEN VAN HET INFORMATICASYSTEEM VOOR DE KIEZERS

Het is zeer aan te raden dat de leden van de OR, Comité PBW of de syndicale delega tie de elektronische beelden van het informaticasysteem die de kiezers gaan te zien krijgen, vooraf controleren. Deze gegevens worden het best gecontroleerd als ze def initief zijn geworden (kiezerslijsten: meestal vanaf X+7 / kandidatenlijsten vanaf X+78). De afgevaardigden zouden kunnen vragen dat de softwarefabrikant een voorstelling komt geven tijdens een vergadering van de OR of CPBW of syndicale delegatie. Het is nodig om de verschillende beeldschermen te controleren en vastgestelde fouten aan de softwarefabrikant en de werkgever, die eindverantwoordelijke is, door te geven. De Wet Sociale Verkiezingen somt de voorwaarden op waaraan de beeldschermen moeten voldoen (art. 72, 3° tot 7°). Deze zouden er normaal gezien als volgt moeten uitzien: 41


1. Het eerste beeldscherm vermeldt de vakbonden die kandidatenlijsten hebben ingediend voor de werknemerscategorie waartoe de kiezer behoort met het lijstnummer van de vakbond 2. Wanneer de kiezer een vakbond kiest, verschijnt de kandidatenlijst met namen van de kandidaten in de juiste volgorde. 3. De software moet een foutmelding geven als de kiezer meer naamstemmen ingeeft dan er zetels zijn. Het systeem moet de kiezer toelaten opnieuw te stemmen 4. De software moet een foutmelding geven als de kiezer 1 of meerdere naamstemmen en een kopstem invoert. Het systeem moet de kiezer toelaten opnieuw te stemmen. 5. Het systeem mag niet toelaten dat een ongeldige stem wordt geregistreerd (vb. stemmen op lijsten van twee vakbonden). 6. Het systeem moet de kiezer toelaten opnieuw te stemmen. 7. Blanco-stemmen zijn toegelaten en worden niet als fout aangerekend 8. De verkiezingsresultaten moeten bij de werkgever worden bewaard tot uiterlijk dag Y+25. De werkgever bewaart die meestal op een harde schijf in de onderneming. 9. De softwarefabrikant moet de resultaten bewaren tot uiterlijk dag Y+144 (uiter lijk datum voor het arbeidshof om zijn arrest uit te spreken). De bewaartermijn is nodig om het mogelijk te maken om bij een proces over het verkiezingsresultaat een hertelling van de stemmen te laten uitvoeren. Zowel de rechters van de arbeidsrechtbank als het arbeidshof moeten in staat zijn het verkiezingsresultaat te controleren. 10. Het systeem moet het stemgeheim van de kiezers bewaren. In de praktijk zal het informaticasysteem de stem encrypteren (versleutelen) en worden de stemmen na de afsluiting van de stemming door elkaar geschud (=in de presentaties van de softwarefabrikanten wordt dat shuffeling genoemd). Op die manier wordt het niet meer mogelijk te achterhalen welke kiezer op welke vakbond of welke kandidaat/kandidaten heeft gestemd. Als een kiezer zijn stem heeft uitgebracht, moet er op het voorzittersscherm anoniem een kiezer worden toegevoegd op de kandidatenlijst van zijn werknemerscategorie. Op dit scherm mag uiteraard niet verschijnen op welke vakbond de kiezer heeft gestemd. Het systeem voorziet wettelijk gezien niet in de volgende mogelijkheden die wel voorzien zijn bij politieke, elektronische verkiezingen. Spreek hierover met de softwarefabrikant en met de werkgever.

42


1. Een bewijs voor de kiezer zelf dat de hij/zij gestemd heeft (meestal niet voorzien – zie 3.6.: de rol van de getuigen) 2. De mogelijkheid om naar een vorig scherm terug te keren (terugtoets) 3. De mogelijkheid om je keuze te verwijderen en opnieuw te beginnen (verwijdertoets)

7.3

AANGEPASTE VOOROPLEIDING

Eens het informaticasysteem is getest, moet de werkgever een passende opleiding aanbieden aan alle leden van de stembureaus (effectieve en plaatsvervangende voorzitter, effectieve en plaatsvervangende secretaris, de bijzitters), alle kiezers (inclusief de uitzendkrachten) en de getuigen (Wet Sociale Verkiezingen, art. 75). Dit laat deze personen toe kennis te maken met de apparatuur waarmee zal gestemd worden alsook met de software van de erkende softwarefabrikant. Het is aan te raden (maar het is geen wettelijke verplichting meer) om met fictieve kandidatennamen te werken zodat het geen voorverkiezing wordt en om te vermijden dat na de opleiding bepaalde personen (vb de werkgever of bepaalde kandidaten) de kiezers zal trachten te beïnvloeden.

7.4

DE STEMBUREAUS: AANTAL STEMBUREAUS IS GELIJK AAN OF HOGER DAN HET AANTAL KIESCOLLEGES

De samenstelling van de kiescolleges en de stembureaus gebeurt op dezelfde manier dan wanneer er met potlood en papier wordt gestemd. Het akkoord herhaalt toch best het wettelijk principe dat er minstens 1 stembureau per kiescollege moet worden opgericht (Wet Sociale Verkiezingen, art. 41). Het orgaan kan beslissen om meerdere stembureaus per kiescollege op te richten (Wet Sociale Verkiezingen, art. 42). Waarom het belang? Een werkgever zou kunnen proberen om het aantal stembureaus te beperken omdat ze zo weinig personeel willen laten meedraaien op de stemmingsdag. Immers, ieder stembureau moet bestaan uit 6 rollen (voorzitter, secretaris en 4 bijzitters) die worden vervuld door 6 verschillende werknemers. In hun verkooppraatje zeggen de softwarefabrikanten dat de werkgever maar 1 stembureau nodig heeft per vestiging voor alle werknemerscategorieën omdat er niet meer met fysieke stembussen wordt gewerkt maar wel met elektronische stembussen.

43


7.5

DE ROL VAN DE GETUIGEN

Om de syndicale controle maximaal te garanderen, is het nodig in het akkoord de rol van de getuigen goed te omschrijven. Het duidelijk bepalen van de rol van de getuigen is een voorwaarde zonder dewelke een akkoord niet kan worden gesloten.

7.5.1

BIJ DE VOORBEREIDINGSFASE

Niet voorzien door de Wet Sociale Verkiezingen maar best opnemen in het akkoord: • De getuigen kunnen de invoering van de kiezerslijsten in het informaticasysteem bijwonen. Het gaat om de namen van de kiezers per werknemerscategorie en voor het juiste stembureau. • Ter herinnering: klachten tegen kiezerslijsten moeten uiterlijk tegen X+7 schriftelijk bezorgd worden aan de voorzitter en secretaris van het orgaan. Indien er geen orgaan is, wordt de klacht ingediend bij de werkgever. Leidinggevenden en andere werknemers zonder stemrecht mogen niet op een kiezerslijst staan. Voorzien door de Wet Sociale Verkiezingen (art. 77): • de getuigen van het hoofdstembureau kunnen de invoering van de kandidatenlijsten in het informaticasysteem bijwonen; • de getuigen controleren of het informaticasysteem conform is aan de minimale wettelijke vereisten (zie 7.1.1. en 7.1.2.).

7.5.2

BIJ DE STEMMINGSFASE

De getuigen zijn aanwezig in het stembureau tijdens de uurregeling zoals overeengekomen in bericht X. Bij politieke verkiezingen op elektronische manier, krijgt de kiezer nadat hij zijn stem heeft bevestigd een papieren print van zijn uitgebrachte stem. Nadien scant hij die print in en wordt zijn stem geregistreerd. Dit gaat anders bij elektronisch stemmen bij sociale verkiezingen: de stem van de kiezer wordt niet uitgeprint en wordt meteen geregistreerd op de server. De voorzitter van het stembu reau ziet de registratie op zijn monitorscherm.

Belangrijk: vraag dat er een monitorscherm wordt uitgehangen in elk stembureau (in real-time/enkel lezen) zodat de getuigen de stemming kunnen volgen en kunnen ingrijpen indien er net iemand heeft gestemd en er geen kiezer is toegevoegd op het scherm. Het monitorscherm is bovendien een handige manier om de participatiegraad in de gaten te houden. Maak ook vooraf afspraken indien de opkomst zou tegenvallen (vb mail vanuit de voorzitter van het hoofdstembureau naar alle personeelsleden om hen eraan te herinneren dat het verkiezingsdag is).

44


7.5.3

NA DE STEMMINGSFASE

Als er elektronisch wordt gestemd, gebeurt de verdeling van de mandaten en de aanwijzing van de verkozenen (effectieven en plaatsvervangers) niet altijd automatisch door het informaticasysteem. Het is toegelaten dat enkel de stemming en de telling elektronisch gebeuren en dat nadien de leden manueel de verdeling van de mandaten en de aanwijzing van de verkozenen en niet – verkozenen invullen op het Proces-Verbaal. Ook bij deze operaties moeten getuigen de mogelijkheid hebben hun controleopdracht uit te voeren.

8. Stemmen op afstand: bijkomende voorwaarden Stemmen op afstand is een vorm van elektronisch stemmen. De principes in deel 3 van deze nota blijven gelden, behalve dat er niet kan gestemd worden in het kieshokje, dat er enkel kan gestemd worden via een end-to-end versleutelde netwerkverbinding waarbij een betrouwbare authentificatie van de kiezer wordt gegarandeerd, en dat er aandacht wordt besteed aan de goede werking van het stembureau. Er moeten afspraken worden gemaakt om het geheim van de stemming te garanderen en elke beïnvloeding van het stemgedrag op de verkiezingsdag te voorkomen (nieuwe artikel 74 van de Wet Sociale Verkiezingen).

Het ABVV vindt stemmen op afstand niet ideaal omdat de wet verschillende onduidelijkheden bevat die allemaal moeten worden opgelost in het akkoord van het overlegorgaan. Bovendien denken we dat de participatiegraad meestal zal dalen (desinteresse, geen fysieke verplaatsing meer nodig, kiezers vergeten dat het verkiezingsdag is) wat de verkiezingen minder representatief maken. Bij ondernemingen waarbij werknemers op locatie werken (op werven, bij of voor klanten), zal de participatiegraad vermoedelijk wel stijgen en kan stemmen op afstand eventueel een alternatief bieden voor het ingewikkelde stemmen per brief.

45


8.1

HET BEGRIP “GEBRUIKELIJK WERKPOST” EN AFSPRAKEN I.V.M. “DISCREET STEMMEN”

Nieuw artikel 74 van de Wet Sociale Verkiezingen (aangepast voor de sociale verkiezingen 2024) spreekt van stemmen “vanaf de gebruikelijke werkpost via een end-to-end versleutelde netwerkverbinding waarbij een betrouwbare authentificatie van de kiezer wordt gegarandeerd ” dat tal van toepassingen toelaat. Het is syndicaal gezien van belang in het akkoord duidelijke afspraken te maken over: • Vanaf welke werkposten en welke functies op afstand zullen stemmen en deze op te lijsten in het akkoord (de wet vereist immers dat het akkoord de gebruikelijke werkpost definieert). Het lijkt onze nuttig op deze lijst van werkposten ook de persoonlijk IP-adressen van de vaste computers op te nemen. Ook de vraag of werknemers die in telewerk zijn mogen stemmen van thuis uit of in een satellietkantoor, moet worden beantwoord. • Het discreet uitbrengen van een stem. Het akkoord moet (wettelijke vereiste) de bijzondere voorwaarden eigen aan de onderneming vastleggen om het geheim van de stemming te verzekeren en elke beïnvloeding van het stemgedrag tijdens de stemming te voorkomen. Omdat werknemers vanaf hun gebruikelijke werkplaats stemmen, komt het discreet stemmen soms in gevaar. Als discreet stemmen niet kan worden gegarandeerd, kan er worden afgesproken om werknemers in een kiesbureau te laten stemmen (vb werknemers van landschapsbureaus, in verkooppunten). We zijn geen voorstander van stemkiosken omdat er geen neutraal toezicht door de voorzitter van het stembureau kan worden gehouden op het correct verloop van de verkiezingen. • Voorzie een hulplijn en ondersteuning door de voorzitter van het bevoegd stembureau en van de softwarefabrikant waarop de kiezer terecht kan bij vragen (vb: eID werkt niet, pincode eID vergeten, hoe alternatief aanbieden met vb. login en paswoord) • Voorzie dat bij technische problemen van de software er langer kan gestemd (minstens een uur of de duur van de onderbreking) worden dan afgesproken in het bericht X.

46


8.2 STEMMEN VIA EEN END-TO-END VERSLEUTELDE NETVERBINDING Het is syndicaal gezien van belang in het akkoord duidelijke afspraken te maken over: • Met welke drager er mag gestemd worden. Voor het ABVV kan dit enkel door middel van een vaste computer. Niet een smartphone, laptop, tablet omdat beinvloeding van kandidaten of de werkgever niet meer kan worden uitgesloten (een wettelijke voorwaarde) en omdat het netwerk minder beveiligd is. • De garantie dat er enkel kan gestemd worden op het beveiligd netwerk van de onderneming en via een end-to-end versleutelde netwerkverbinding: dat is geenszins Facebook of ander sociale media maar wel het eigen, beveiligd informaticanetwerk van de onderneming.

8.3 DE GOEDE WERKING VAN DE TELBUREAUS/ STEMBUREAUS Het akkoord gesloten in het overlegorgaan moet de modaliteiten vastleggen met het oog op de goede werking van het stembureau (Wet Sociale Verkiezingen, art. 74, lid 3). Tegelijk moet er voor ieder kiescollege minstens één afzonderlijk stembureau worden opgericht (Wet Sociale Verkiezingen, art. 42, lid 1) De secretaris en de 4 bijzitters moeten worden aangeduid uit de kiezerslijsten van hun werknemerscategorie (Wet Sociale Verkiezingen, art. 42, lid 8). Volgens onze lezing heeft de wetgever niet willen afwijken van het principe dat er een stembureau per kiescollege moet worden opgericht. De bepaling in artikel 74 lid 3 verwijst niet naar het aantal stembureaus maar wil aangeven dat het akkoord ook moet afspraken maken over de goede werking van ieder stembureau. Er kan echter voor gekozen worden om minder stembureaus op te richten dan er kiescolleges zijn. In dat geval worden de voorzitter, de secretaris en de bijzitters aangeduid in functie van de vertegenwoordiging van de werknemerscategorieën in de onderneming. Onder de bijzitters moeten wel alle werknemerscategorieën vertegenwoordigd zijn. Voor de getuigen raden we aan minstens 1 getuige per werknemerscategorie aan te duiden. Bij stemmen op afstand moeten er wel degelijk stembureaus worden ingericht om volgende redenen: • Het PV moet worden opgesteld en ondertekend door de leden van de stembureaus; • De verdeling van de mandaten en de aanwijzing van effectieve, plaatsvervangende en niet – verkozen kandidaten wordt berekend in geval het informaticasys teem 47


het niet zelf doet. Als het informaticasysteem het wel berekent, moeten de leden van het stembureau in staat zijn dit na te rekenen; • De getuigen moeten hun rol kunnen spelen: melden van onregelmatigheden zoals gevallen van beïnvloeding, technische problemen van het informaticasysteem, nakijken of het aantal stemmen niet meer is dan het aantal kiesgerechtigde kiezers; • Bij stemmen per brief is het de voorzitter van het stembureau die de stembrief, de enveloppen en de gestempelde stembiljetten naar de kiezers verstuurd.

8.4 VERMIJDEN VAN BEÏNVLOEDING VAN HET STEMGEDRAG TIJDENS DE STEMMING Om aan deze verplichting te voldoen, is het nodig dat er een gedragscode wordt afgesproken voor de stemmingsdag. Deze bepaling richt zich in de eerste plaats tot de kandidaten en de direct leidinggevenden die zouden kunnen trachten de kiezers te beïnvloeden. Daarom raden we aan volgende bepalingen in het akkoord op te nemen: • Een algemene gedragscode waarbij alle kandidaten en direct leidinggevenden zich ertoe verbinden niet naar de werkposten te gaan tijdens de verkiezingsdag; • Kandidaten en direct leidinggevenden mogen de kiezers niet benaderen om hun stemgedrag te beïnvloeden vanaf een bepaald moment in de verkiezingsprocedure (noem het een sperperiode); • Een precieze tijdspanne waarin kan worden gestemd; • Kiezers moeten hun stem kunnen uitbrengen in alle discretie; • De mogelijkheid voor kiezers en de wijze waarop ze incidenten kunnen melden aan de getuigen in het stembureau.

8.5 BIJZONDERE AANDACHT AAN DE WIJZE VAN IDENTIFICATIE VAN DE KIEZERS Volgende elementen dienen te worden besproken tijdens het overleg en dienen te worden opgenomen in het akkoord van het overlegorgaan • De manier waarop de oproepingsbrieven aan de kiezers worden bezorgd (vb per mail met bevestigingsboodschap). Werkgever moet bewijs van verzending en ontvangst kunnen leveren – zie Wet Sociale Verkiezingen, art. 47, lid 2). • De manier waarop de kiezer zich dient in te loggen op het end-to end versleuteld netwerk • De manier van identificatie van de kiezer op de software • De manier waarop de kiezer zijn stem(men) kan bevestigen in de software • De taal of talen waarin er kan gestemd worden 48


SAMENVATTENDE CHECKLIST VOOR DE AFGEVAARDIGDEN Wat moet er in het akkoord van het overlegorgaan staan? Elektronisch stemmen in stembureaus

Elektronisch stemmen op afstand

Beslissing per overlegorgaan voor het elektronisch stemmen in een stembureau

Beslissing per overlegorgaan voor het elektronisch stemmen op afstand

Hoe? raadpleeg huishoudelijk reglement

Hoe? raadpleeg huishoudelijk reglement

Minimale vereisten van het informaticasysteem voor het opmaken van de PV Minimale vereisten van het informaticasysteem voor de kiezers Passende voorafgaande opleiding voor alle kiezers, getuigen en leden stembureaus Rol van de getuigen en de afgevaardigden tijdens de voorbereiding, tijdens en na de stemming Aantal stembureaus = ten minste het aantal kiescolleges

Aantal stem of telbureaus = ten minste het aantal kiescolleges, Afwijking mogelijk mits akkoord. Ten minste 1 telbureau

Niet van toepassing

Het begrip gebruikelijke werkpost

Niet van toepassing

Stemmen op een end-to-end versleuteld netwerk

De goede werking van de stembureaus

De goede werking van het stembureaus/ telbureaus

Niet van toepassing – gegarandeerd door de aanwezigheid van het stembureau

VERMIJDEN VAN DE BEÏNVLOEDING VAN HET STEMGEDRAG TIJDENS DE STEMMING DOOR KANDIDATEN OP DE VERKIEZINGSDAG

Niet van toepassing

SPECIALE AANDACHT VOOR DE IDENTIFICATIE VAN DE KIEZERS

49


9

De combinatie elektronisch stemmen en stemmen per brief

In geval elektronisch stemmen wordt gecombineerd met de mogelijkheid tot stemming per brief moeten de nodige waarborgen worden geboden om de geheimhouding te bewaren. Met het oog daarop mag bij het elektronisch stemmen de stemming per brief enkel gebeuren via het hoofdstembureau. De stembiljetten per brief moeten volgens de hiervoor beschreven procedure ten laatste tijdens de kiesverrichting aankomen. Van dat bureau moeten ook de eerste tien kiezers die zich aanmelden en niet de leden van dit stembureau mogen zijn, per brief stemmen. De regels betreffende de stemming per brief moeten ook hier nageleefd worden, hetgeen betekent dat de stembrieven van de genoemde kiezers, zoals voor de stemmers per brief, in blanco briefomslagen gestopt worden en gevoegd worden bij de omslagen met de stembrieven van de stemmers per brief. De telling van de stemmen per brief zal daarna op elektronische wijze gebeuren in het hoofdstembureau in aanwezigheid van de getuigen, hetgeen betekent dat elke omslag opengemaakt zal worden en de voorzitter een elektronische stem zal uitbrengen overeenkomstig de voorkeur die op de stembrief aangeduid werd. Wanneer de stembrief meer naamstemmen telt dan er toe te kennen zetels zijn of in geval dat er tegelijkertijd één of meer naamstemmen en een lijststem uitgebracht werden, wordt deze stem beschouwd als een lijststem. Wanneer elektronisch gestemd en geteld wordt, dient de verdeling van de mandaten en de aanwijzing van de verkozen niet noodzakelijk elektronisch te geschieden. Bij betwisting van het resultaat van de verkiezingen moet een hertelling van de stemmen mogelijk zijn. Met het oog daarop moeten de elektronische dragers die voor de verkiezingen hebben gediend, in de onderneming verzegeld bewaard worden. De brochure van de FOD WASO legt uit hoe men te werk moet gaan om de mogelijkheid om elektronisch stemmen te combineren met stemmen per brief. Proces-verbaal van de stemming Achteraan vind je in bijlage een model proces-verbaal (uit de bijlagen bij de Wet Sociale Verkiezingen), dat het stembureau moet invullen. Alles wat volgens de getuigen tijdens de stemming is misgegaan, kunnen ze daarin laten acteren.

50


10 De telverrichtingen en zetelverdeling: de stemopneming (art. 60 tot 63 kieswet) Na het afsluiten van de stemming telt het bureau de stemmen, kent de zetels toe en wijst de verkozenen aan. Indien er een hoofdbureau is, dan belast dit zich met de verdeling van de zetels en de aanwijzing van de verkozenen. Indien nodig kan de voorzitter van het kiesbureau de telverrichtingen uitstellen. Hierdoor kan eventueel de telling ‘s anderendaags gebeuren als de stemming tot de avond laat geduurd heeft. Wanneer de voorzitter besluit de telverrichtingen uit te stellen, moet hij/zij de stembussen op het einde van de kiesdag verzegelen. De getuigen mogen op de zegel een merkteken aanbrengen.

10.1 STEMMEN DIE PER BRIEF ZIJN UITGEBRACHT Wanneer de stemming gesloten is, en voordat het bureau het proces-verbaal van de verkiezingen afsluit, geeft de voorzitter aan het bureau de omslagen die hij van de per brief stemmende kiezers heeft ontvangen, zonder deze te openen. De secretaris moet wel de naam van elke kiezer die per brief heeft gestemd op de kiezerslijst aanmerken. Vervolgens moet de voorzitter de buitenste omslag openen en de binnenste omslag (waarin het stembiljet zit) in de gepaste stembus steken. De omslagen met stembiljetten mogen niet geopend worden. De voorzitter opent vervolgens de stembus, haalt er de omslagen uit met de per brief uitgebrachte stemmen en opent deze omslagen. Wanneer een omslag verscheidene stembiljetten bevat, dan worden deze ongeldig verklaard. Het kan gebeuren dat men vaststelt dat het stembiljet voor het preventiecomité ter goeder trouw werd verzonden in de omslag van de ondernemingsraad en omgekeerd. De wetgeving voorziet niet in de nietigheid van dit stembiljet. Het ABVV stelt een praktische oplossing voor zoals het geval waarbij een kiezer die fysisch komt stemmen, zich vergist van stembus. Aangezien de stembiljetten van de ondernemingsraad en het preventiecomité verschillende kleuren heeft, kan de voorzitter van het stembureau de stembiljetten voor de ondernemingsraad en het preventiecomité eenvoudig uit elkaar houden. Het volstaat dan om de stembiljetten in de adequate stembus te stoppen, eventueel in een ander kiesbureau. Kortom, de voorzitter zal eenvoudigweg het stembiljet voor het preventiecomité in de stembus van het preventiecomité toevoegen 51


en het stembiljet voor de ondernemingsraad in de stembus van de ondernemingsraad toevoegen. De overige stembiljetten worden opnieuw in de stembus gebracht en de inhoud ervan wordt gemengd. Zoals van de overige kiezers die aan de stemming in de onderneming hebben deelgenomen, wordt ook de naam van ieder per brief stemmende kiezer, bij de ontvangst, door de secretaris aangestipt op de kiezerslijst die voor de verzending van de stembiljetten heeft gediend. Op dat moment moet men ook controleren of kiezers die per brief hebben gestemd niet ook in het stembureau zijn komen stemmen. Enkel de in het kiesbureau uitgebrachte stem is geldig. De stembiljetten die teruggezonden zijn door een kiezer die reeds is komen stemmen, zijn bijgevolg ongeldig. Zijn er toch stembiljetten teruggezonden door kiezers die daadwerkelijk zijn komen stemmen, dan moet het volgende gebeuren: De voorzitter maakt de buitenomslagen open in aanwezigheid van het daartoe, indien noodzakelijk, speciaal samengeroepen bureau. De binnenomslagen (met daarin het stembiljet) worden naar de sociaal inspecteur van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de FOD WASO gestuurd, die voor de vernietiging ervan zorgt.

Het bureau maakt vervolgens het proces-verbaal op. Dit proces-verbaal vermeldt: • de namen van de bureauleden, • het aantal kiezers dat aan de stemming heeft deelgenomen, • het aantal teruggenomen stembiljetten, • het aantal niet gebruikte stembiljetten, • eventuele opmerkingen.

10.2 TELLEN VAN DE STEMMEN De verschillende kiesbureaus tellen de stemmen.

TOTAAL AANTAL STEMBILJETTEN De voorzitter ledigt de stembus. Hij telt de stemmen en noteert het aantal in het proces-verbaal. 52


Vervolgens worden de stembiljetten ontvouwen en worden ze, met medewerking van de bijzitters, in volgende categorieën ingedeeld: 1. de stembiljetten met geldige stemmen voor één enkele lijst of met naamstemmen voor één of meer kandidaten van deze lijst Een afzonderlijke categorie moet worden gevormd voor elke lijst in de volgorde van de lijstnummers. De stembiljetten met een stem bovenaan de lijst en met een stem ten gunste van één of meer kandidaten van dezelfde lijst worden als geldig gerangschikt, de stem bovenaan de lijst wordt dan als de enig geldige beschouwd. NB: Indien het stembiljet meer naamstemmen telt dan er gewone mandaten te begeven zijn, wordt de stem beschouwd als een lijststem. Het stembiljet wordt dus niet ongeldig verklaard. 2. de ongeldige stembiljetten (Wet Sociale Verkiezingen, art. 61): • andere stembiljetten dan die welke aan de kiezer werden overhandigd; • stembiljetten waarop meer dan één stem bovenaan een lijst werd uitgebracht; • stembiljetten waarop de kiezer tezelfdertijd een lijststem en één of meerdere naamstemmen voor één kandidaat of meerdere kandidaten van een andere lijst of meerdere lijsten heeft uitgebracht, of stembiljetten waarbij de kiezer een stem gaf aan de kandidaten van verschillende lijsten (gepanacheerde stembiljetten); • stembiljetten met gewijzigde vorm of afmeting • stembiljetten waaraan de kiezer door een teken, een schrapping of een merk zou kunnen worden herkend; • stembiljetten met een papier of voorwerp erbij gevoegd (Wet Sociale Verkiezingen, art.58). In geval van stemming per brief, worden eveneens als ongeldig beschouwd: • de na de afsluiting van stemming binnengekomen stembiljetten; • de stembiljetten teruggezonden in een omslag waarop de handtekening van de kiezer ontbreekt; • de stembiljetten die teruggestuurd werden door een kiezer die reeds is komen stemmen in het stembureau; • de stembiljetten die door een kiezer zijn verstuurd in een omslag waarin zich verschillende stembiljetten bevonden (Wet Sociale Verkiezingen, art. 60, 3de lid). Sinds 2016 dienen in deze speciale gevallen van ongeldige stembiljetten bij het stemmen per brief geen speciaal proces-verbaal meer te worden opgesteld door de voorzitter en de secretaris van het bureau (zie ook 7.1.).

53


3. blanco stembiljetten Dit zijn de stembiljetten waarop niet gestemd is. 4. de verdachte stembiljetten De voorzitter rangschikt bij de verdachte stembiljetten deze waarvan hij de geldigheid twijfelachtig vindt en deze waarover een lid van het bureau voorbehoud meent te moeten maken. De brochure van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg (5.3.) bevat een aantal voorbeelden van feiten die aanleiding kunnen geven tot betwisting van de geldigheid van een stembiljet. Het bureau spreekt best ook vooraf af wat zij als ‘ongeldig’ zullen beschouwen. Daarbij moet men het onderscheid maken tussen de toevallige tekens of fouten als gevolg van onhandigheid, en tekens die toelaten een kiezer te herkennen (bijvoorbeeld het vermelden van een naam). In het eerste geval (onvolmaakt aangebracht stemmingsmerk, niet volledig zwart maken van het stemvakje, buiten het vakje kleuren, een kruisje zetten, enz.) wordt het stembiljet door het stembureau ongeldig verklaard wanneer die kiezer zich klaarblijkelijk heeft willen kenbaar maken. De stembiljetten die al dan niet opzettelijk tekens bevatten (vlekken, scheuren, nagelkrabben, onregelmatige plooien, Tipp-ex, omcirkelen, commentaren) dienen ongeldig te worden verklaard zodra de kiezer kan worden herkend. Het opzet zich kenbaar te willen maken speelt hier geen rol. De rechtbank merkt op dat artikel 61, 4° een onderscheid maakt tussen 2 hypotheses: 1. een stembiljet waarvan de kiezer kan worden herkend door een teken, een doorhaling of een merk. Deze stem is ongeldig zonder dat rekening gehouden moet worden met de intentie van de kiezer om zich herkenbaar te maken. De ongeldigheid is objectief. 2. Stembiljetten waarvan het teken van de stemming op onvolmaakte wijze is aangebracht. Deze stem is geldig tenzij het duidelijk in de bedoeling van de kiezer lag om zich herkenbaar te maken. De ongeldigheid is dus meer subjectief. I.c. was een stembiljet ingevuld met een bolletje en een kruisje, zowel voor OR als voor CPBW. Er was dus sprake van een aangebrachte stem en een merkteken. Gezien de aanwezigheid van het merkteken, moet de stem ongeldig verklaard worden ongeacht de intentie van de kiezer. De rechtbank hield hierbij ook rekening met: 1. het beperkt kiescollege (60 stemmen), 2. het feit dat er slechts 1 stem was met een merkteken en

54


3. dat er ook voor het CPBW een stem met hetzelfde merkteken werd uitgebracht. (Arbrb. Brussel 4 juli 2008, A.R. nr. 7.501/08, bevestigd in beroep Arbh. Brussel 27 oktober 2008, A.R. nr. 51.233) Algemeen blijken de arbeidsrechtbanken bij de beoordeling van de geldigheid of ongeldigheid van stembiljetten, volgende criteria te hanteren: • ongeldigverklaring moet uitzonderlijk worden uitgesproken aangezien ze tot gevolg heeft dat een vrij uitgebrachte stem wordt geweigerd • ongeldigverklaring wordt wel uitgesproken als de werknemer de intentie had of die tot resultaat hebben dat de kiezer herkenbaar wordt. De werknemer kan worden geïdentificeerd • bij de zoektocht naar de identificatie, wordt gekeken naar het gebruikte middel van de stemming, de kleur, de vorm, het aantal op die wijze uitgebrachte stemmen, enz. • Afspraken die vóór de stemming door het stembureau zijn gemaakt, worden meestal door de rechter gerespecteerd. • Als de kiezers instructies ontvingen, kan de rechter hiermee rekening houden. Stuurt de werkgever bvb een model-kiesbrief door waarop gestemd wordt met een vinkje ipv een bolletje, dan kunnen stemmen die zo werden uitgebracht niet ongeldig verklaard worden Bij de kleine toevallige fouten rekent men: • onvolmaakte stemmen (vakje niet volledig gekleurd, kruisje in plaats van bolletje ...), maar we merken wel op dat de Wet Sociale Verkiezingen expliciet stelt dat “Het teken van de stemming, zelfs wanneer het op onvolmaakte wijze is aangebracht, wordt als een geldig uitgebrachte stem beschouwd tenzij het duidelijk in de bedoeling van de kiezer lag het stembiljet herkenbaar te maken” (art. 61, 4), • vlek, lijn, plooi ... op het stembiljet, • teken aangebracht met een ander dan het voorziene potlood, • gebrek als gevolg van het slecht snijden of plooien van de stembrief. Een stembiljet dat niet is ingevuld met het kiespotlood, mag niet enkel om deze reden ongeldig verklaard worden, behalve als de kiezer, zelfs ongewild, geïdentificeerd kan worden. In dezelfde zin is ook de kleur van de gebruikte balpen of het gebruikte potlood op zichzelf geen voldoende reden om te besluiten tot ongeldigheid van een stembiljet (Brochure FOD WASO, 5.3.). Als er slechts één kiezer is die zijn stem heeft uitgebracht met een andere kleur potlood of balpen dan de andere kiezers (blauwe, rode balpen), wordt vaak door

55


de rechtbanken geoordeeld dat de stem terecht ongeldig werd verklaard. Wat de rechtspraak betreft, kunnen volgende beslissingen worden vermeld: • De geldigheid van 5 stembiljetten werd bevestigd waarvan het vakje niet volledig was ingekleurd (bolletje, aangevinkt, kruisje) omdat de kiezers daarom nog niet identificeerbaar waren. • 4 stembiljetten voor het comité die anders waren ingevuld dan met het voorziene rode potlood werden geldig bevonden omdat de 4 kiezers niet konden worden geïdentificeerd. • Het enige stembiljet dat werd ingevuld met een grijs potlood is ongeldig omdat het risico bestaat dat deze enige kiezer geïdentificeerd kan worden • Een stembiljet werd ongeldig bevonden door de naam boven de lijst te omcirkelen in plaats van de stem uit te brengen in het daartoe voorziene vakje. Het was het enige stembiljet met een onregelmatigheid • De ongeldigheid van twee stembiljetten werd bevestigd omdat ze waren ingevuld met een blauwe balpen. In de gegeven omstandigheden (aantal stemgerechtigden, aantal stemmen per lijst, aantal stemmen met blauwe balpen) kunnen de met blauw ingevulde stembiljetten worden gelijkgesteld met een merk of teken. Het stembiljet is hierdoor herkenbaar. Bij de interne beoordeling beslist de voorzitter van het kiesbureau en worden de verdachte stembiljetten ofwel bij de geldige, ofwel bij de ongeldige gevoegd. Indien één of meer leden van het bureau of getuigen voorbehoud wil maken bij de beslissing van de voorzitter, wordt sterk aangeraden om daarvan melding te maken in het procesverbaal. Het stembureau telt vervolgens: • de ongeldige stemmen; • de blanco stembiljetten • voor elke lijst, het aantal bovenaan de lijst uitgebrachte stemmen (= volledige lijststembiljetten); • voor elke lijst, het aantal stemmen op kandidaten van de lijst (= onvolledige lijststembiljetten); • het aantal door elke kandidaat behaalde naamstemmen de geldige stemmen • de lijststemmen per lijst • de voorkeurstemmen per lijst en per kandidaat • de voorkeurstemmen die elke kandidaat behaald heeft

56


Al deze aantallen worden ingeschreven in het proces-verbaal. Een model daarvan vind je achteraan. Merken we hierbij even op dat men de biljetten met lijststem soms “volledige lijststembiljetten” noemt en de stembiljetten met naamstemmen “onvolledige lijststembiljetten”. Bij het opstellen van het proces-verbaal van de kiesverrichtingen berekent het bureau: • het aantal ongeldige stembiljetten; • het aantal blanco stembiljetten; • voor elke lijst, het aantal bovenaan de lijst uitgebrachte stemmen; • voor elke lijst, het aantal van de ten gunste van de kandidaten van de lijst uitgebrachte stemmen; • het aantal door ieder kandidaat bekomen naamstemmen. Het bureau vermeldt de getallen op bijlagen C en D van het model van het procesverbaal. Wanneer deze verrichtingen zijn beëindigd, worden de stembiljetten, geschikt volgens hun reeks, in afzonderlijke en gesloten omslagen gedaan. Verdachte stembiljetten worden door de voorzitter geparafeerd, waarna hij een beslissing neemt over de geldigheid en ongeldigheid ervan. De omslagen worden aan de voorzitter van het hoofdbureau gegeven. Als dit niet bestaat aan de werkgever.

Opmerking: als arbeiders en bedienden in een gemeenschappelijk kiescollege stemmen, worden de handelingen zoals hierboven beschreven voor beide categorieën apart uitgevoerd.

10.3 AANTAL MANDATEN PER VAKBOND (ART. 64 TOT 69 KIESWET) Als er slechts één bureau werd opgericht, is het dit bureau dat de mandaten verdeelt en de verkozenen aanduidt. Zijn er secundaire bureaus, dan zal het hoofdbureau de mandaten verdelen nadat het de processen-verbaal van stemopneming van de secundaire bureaus ontvangen heeft en nadat het de telresultaten van de verschillende secundaire bureaus heeft samengeteld. Het verdelen van de mandaten en het aanwijzen van de verkozenen gebeurt afzonderlijk voor iedere categorie te verkiezen kandidaten: arbeiders, bedienden, en in voorkomend geval, jeugdige werknemers en kaderleden.

57


HOE GA JE TE WERK? a. Bepaling van de kiescijfers Ten einde de mandaten onder de verschillende lijsten te verdelen, stelt het bureau het kiescijfer van elke lijst vast, door de optelling van: • het aantal stembiljetten met een lijststem (volledige lijststembiljetten) en • het aantal stembiljetten met naamstemmen voor kandidaten van de lijst (onvolledige lijststembiljetten). De mandaten worden over de verschillende lijsten verdeeld op basis van hun kiescijfer.

Ter herinnering: stembiljetten met een lijststem en met meerdere naamstemmen worden als lijststemmen geteld. Deze aantallen zijn noodzakelijk voor de berekening van het kiescijfer en worden reeds opgetekend in het proces-verbaal. Voorbeeld Aanduiding van de bestanddelen die het kiescijfer bepalen

Lijst nr 1 ACLVB

Lijst nr 2 ACV

Lijst nr 3 ABVV

1. Volledige lijststembiljetten (= aantal stembiljetten met lijststemmen)

17

33

41

2. Onvolledige lijststembiljetten (= aantal stembiljetten met naamstemmen)

13

55

62

Totaal dat het kiescijfer uitmaakt.

30

88

103

De arbeidsrechtbanken zullen akkoorden tussen vakbonden en werkgever doorgaans bekrachtigen (voorbeeld rechtzetting van een fout bij de toewijzing van de mandaten). b. Verdeling van mandaten Algemene regel (Wet van 4 december 2007, artikel 65 en brochure van de FOD, Hfst. 2, 5.4.) We kennen nu het (de) kiescijfer(s) door de verschillende geldige stembiljetten van elke lijst op te tellen. Vervolgens worden de quotiënten berekend die het zullen toelaten de mandaten aan de lijst(en) toe te kennen. Het hoofdbureau gaat daarbij als volgt tewerk: 1. Het kiescijfer van elke lijst moet achtereenvolgens gedeeld worden door de getallen 1, 2, 3, 4, 5 enz. (men noemt dit de delers). Hierdoor bekomt men een aantal quotiënten. NB: men houdt alleen rekening met een aantal van deze quotiënten (die men “nuttige quotiënten” noemt). Het aantal nuttige quotiënten is gelijk aan het aantal te verdelen mandaten. 58


Deze nuttige quotiënten plaatst men op volgorde van grootte, ongeacht de lijst waarop ze voorkomen en te beginnen vanaf het grootste quotiënt. Nu kent men aan elke lijst zoveel mandaten toe, als deze lijst quotiënten heeft bekomen gelijk aan of hoger dan het laatste nuttige quotiënt. Het bureau ordent de bekomen quotiënten, opgesteld in twee decimalen (resultaten) volgens hun grootte (tot men evenveel quotiënten vindt als er mandaten te begeven zijn), onafgezien van de lijst waarop ze voorkomen; 2. Het kent de mandaten (in volgorde) toe, te beginnen met de hoogste quotiënten. Voorbeelden Er zijn 6 mandaten te verdelen, dus we hebben in totaal 6 nuttige quotiënten nodig. Kiescijfers Delers

Lijst nr 1 ACLVB 82

Lijst nr 2 ACV 95

Lijst nr 3 ABVV 99

Quotiënten

Volgnummers van de quotiënten

Quotiënten

Volgnummers van de quotiënten

Quotiënten

Volgnummers van de quotiënten

1

82

3

95

2

99

1

2

41

6

47,50

5

49,50

4

3

27,33

Aantal toegekende zetels

31,66

2

33

2

Lijst 1 behaalt 2 nuttige quotiënten, en krijgt 2 mandaten Lijst 2 behaalt 2 nuttige quotiënten, en krijgt 2 mandaten Lijst 3 behaalt 2 nuttige quotiënten, en krijgt 2 mandaten

59

2


Er zijn 8 mandaten te verdelen tussen ABVV en ACV. Kiescijfers

ABVV 400

Delers

ACV 120

Quotiënten

Volgnummers van de quotiënten

Quotiënten

Volgnummers van de quotiënten

1

400

1

120

4

2

200

2

60

8

3

133,33

3

40

4

100

5

30

5

80

6

24

6

66,66

7

20

7

57

17,14

Aantal toegekende zetels

6

2

Er zijn 6 mandaten te verdelen tussen ABVV, ACV en ACLVB. Kiescijfers Delers

Lijst nr 1 ACLVB 30

Lijst nr 2 ACV 88

Lijst nr 3 ABVV 103

Quotiënten

Volgnummers van de quotiënten

Quotiënten

Volgnummers van de quotiënten

Quotiënten

Volgnummers van de quotiënten

1

30

6

88

2

103

1

2

15

44

4

51,50

3

3

10

29,33

34,33

5

4

7,5

22

25,75

Aantal toegekende zetels

1

2

60

3


BIJZONDER GEVAL: GELIJKE QUOTIËNTEN Er kunnen zich verschillende bijzondere situaties voordoen, de regels om dan de mandaten toe te kennen zijn erg verschillend en ingewikkeld. Hieronder volgt een overzicht. 1ste mogelijkheid De algemene regel, zoals hierboven uiteengezet is toegepast, maar verschillende lijsten behalen dezelfde nuttige quotiënten. In dat geval wordt het mandaat toegekend aan de lijst met het hoogste kiescijfer. Voorbeeld Kiescijfers Delers

Lijst nr 1 ACLVB 30

Lijst nr 2 ACV 88

Lijst nr 3 ABVV 103

Quotiënten

Volgnummers van de quotiënten

Quotiënten

Volgnummers van de quotiënten

Quotiënten

Volgnummers van de quotiënten

1

20

5

30

3

60

1

2

10

15

30

2

3

6,66

10

20

4

4

5

7,5

15

6

Aantal toegekende zetels

1

1

4

Er zijn zes mandaten te verdelen. Het eerste mandaat komt toe aan lijst 3. Het tweede mandaat met gelijk recht komt toe aan lijst 2 en aan lijst 3. Het wordt in ieder geval toegekend aan lijst 3 met het hoogste kiescijfer (60). Het derde mandaat komt toe aan lijst 2. Het vierde mandaat met gelijk recht komt toe aan lijst 1 en aan lijst 3. Het wordt in ieder geval toegekend aan lijst 3 met het hoogste kiescijfer (60). Het vijfde mandaat met gelijk recht komt toe aan lijst 1. Het zesde mandaat met gelijk recht komt toe aan lijst 2 en aan lijst 3. Het wordt in ieder geval toegekend aan lijst 3 met het hoogste kiescijfer (60).

61


Samengevat, lijst 1 bekomt 1 mandaat, lijst 2 bekomt 1 mandaat en lijst 3 bekomt 4 mandaten. 2de mogelijkheid We hebben opnieuw gelijke quotiënten, maar ook de kiescijfers zijn gelijk. De wet voorziet dan een “kunstgreep”: men moet op elke lijst nagaan aan welke kandidaat het mandaat zou toegekend worden indien die lijst het mandaat zou behalen. Bij gelijke kiescijfers, komt het mandaat toe aan de lijst waarop de kandidaat voorkomt die bij de aanwijzing van de gewone verkozenen, het bijkomend mandaat zou toegewezen krijgen indien het mandaat naar zijn lijst ging en die de meeste stemmen behaald heeft, rekening houdend met de lijststemmen en de naamstemmen, of bij gelijkheid, aan de kandidaat met de grootste anciënniteit in de onderneming. Hiervoor gaat men over tot een fictieve aanwijzing van de gewone verkozenen waarbij het verkiesbaarheidscijfer berekend moet worden en aan de kandidaten individueel de lijststemmen worden toegekend die ten gunste van de orde van voordracht zijn uitgebracht. Het mandaat wordt dan toegekend aan de lijst waarop de kandidaat voorkomt die het beste persoonlijke resultaat heeft behaald (zie opmerking hieronder).

Opmerking: wat deze situatie ingewikkeld maakt is dat men, om deze regel te kunnen toepassen, al de resultaten van de kandidaten zou moeten kennen (de verkozenen kennen, met andere woorden). De Wet vereist dat men de procedure om de verkozenen aan te duiden fictief zou toepassen. De methode om de verkozenen aan te duiden wordt uitgelegd in het volgend punt van deze getuigengids. Opgelet: in dit tweede geval gaat het dus niet om het aantal voorkeurstemmen, maar om het persoonlijk resultaat dat werd behaald na het verdelen van de lijststemmen (men verdeelt de pot). We illustreren dit aan de hand van een voorbeeld, dat ook wordt gegeven in de brochure van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg. Voorbeeld: • 3 toe te kennen mandaten; • 2 lijsten zijn aanwezig; • er is gelijkheid van kiescijfers tussen de twee lijsten: 24.

62


1. Eerste stap Deler

Lijst 1

Lijst 2

1

24 – 1ste mandaat

24 – 2de mandaat

2

12

12

3

8

8

Het derde mandaat met gelijk recht komt toe aan lijst 1 en aan lijst 2. 2. Tweede stap: aanwijzing van de gewone gekozenen (fictief) Het verkiesbaarheidscijfer wordt berekend en de “pot” wordt verdeeld onder de kandidaten, in volgorde van de orde van voordracht. Verkiesbaarheidscijfer = *

Geheel van nuttige stemmen* Het aantal aan de lijst toe te kennen zetels +1

=

24 x 2 2+1

= 16

Geheel van nuttige stemmen = het aantal stembiljetten met een geldige stem bovenaan de lijst (volledige lijststembiljetten) gevoegd bij het aantal stembiljetten met geldige stemmen voor één of meerdere kandidaten (onvolledige lijststembiljetten) vermenigvuldigd met het aantal zetels dat aan de lijst toekomt.

De “pot” = stemmen ten gunste van de orde van de voordracht = het aantal volledige lijststemmen x het aantal zetels door de lijst behaald = 12 x 2 = 24 Lijst 1

Lijst 2

Verkiesbaarheidscijfer (24x2)/3 = 16 Kandidaten

Kandidaten

A 4+12 = 16 B 1+12 = 13

A 3+13 = 16 B 5+11 = 16

C6 D4

C2 D3

Kandidaat B van lijst 2 heeft de meeste stemmen behaald, rekening houdend met de lijststemmen en de naamstemmen. Het is dus aan lijst 2 dat het derde mandaat toekomt.

63


3de mogelijkheid Het gaat om dezelfde situatie als geschetst in de tweede mogelijkheid hierboven, maar de persoonlijke resultaten van de kandidaten zijn eveneens gelijk. Het mandaat gaat dan naar de kandidaat met de grootste anciënniteit in de onderneming. Voorbeeld: • 3 toe te kennen mandaten; • 2 lijsten zijn aanwezig; • er is gelijkheid van kiescijfers tussen de twee lijsten: 10. 1. Eerste stap Lijst 1 heeft 5 onvolledige lijststembiljetten en 5 volledige lijststembiljetten Lijst 2 heeft 3 onvolledige lijststembiljetten en 7 volledige lijststembiljetten Lijst 1

Lijst 2

10 eerste mandaat 5

10 tweede mandaat 5

Het derde mandaat met gelijk recht komt toe aan lijst 1 en aan lijst 2. 2. Tweede stap: aanwijzing van de gewone gekozenen ( fictief ) Verkiesbaarheidscijfer = (10 x 2)/3 = 6,6 = 7 (afgerond) De “pot” = stemmen ten gunste van de orde van de voordracht = het aantal volledige lijststemmen x Het aantal zetels door de lijst behaald = Lijst 1: 5 x 2 = 10 / Lijst 2: 7 x 2 = 14 Lijst 1 Kandidaten

Lijst 2 Kandidaten

A 3+4 = 7 B 4+3 = 7

A 0+7 = 7 B 3+4 = 7

De kandidaat B van lijst 1 heeft het verkiesbaarheidscijfer bereikt aangezien hij 4 naamstemmen heeft (4 + 3 = 7) evenals de kandidaat B van lijst 2 aangezien hij 3 naamstemmen heeft (3 + 4 = 7). De twee kandidaten hebben het verkiesbaarheidscijfer bereikt en het overblijvend mandaat zal toegekend worden aan de lijst waarop de kandidaat met de grootste anciënniteit voorkomt. 4de mogelijkheid Indien een lijst meer zetels bekomt dan zij kandidaten telt, blijven de zetels die niet kunnen bezet worden, vacant. 64


10.4 AANDUIDING VAN DE VERKOZENEN 10.4.1 EFFECTIEF VERKOZENEN Nu het aantal mandaten voor elke lijst bepaald is, zal het bureau overgaan tot het aanduiden van de verkozenen. Volgende situaties kunnen zich voordoen: • Eerste mogelijkheid Het aantal kandidaten op een lijst is lager of gelijk aan het aantal aan die lijst toe te wijzen effectieve zetels: in dit geval zijn alle kandidaten zonder meer verkozen. Een (de) zetel(s) die aan de lijst toekom(t)(en), maar niet bezet kan/kunnen worden, blij(ft)ven vacant). • Tweede mogelijkheid Het aantal kandidaten van een lijst is hoger dan het aantal aan die lijst toe te wijzen zetels: in dit geval zijn die kandidaten verkozen die het grootste aantal stemmen gekregen hebben. Deze persoonlijke resultaten berekent men als volgt:

Eerste stap: berekenen van het bijzonder verkiesbaarheidscijfer Daartoe berekent men eerst de “nuttige stemmen” per lijst. NUTTIGE STEMMEN = kiescijfer x aan de lijst toegewezen zetels

Het bijzonder verkiesbaarheidscijfer berekent men dan met volgende formule. HET BIJZONDER VERKIESBAARHEIDCIJFER = nuttige stemmen, gedeeld door aan de lijst toegewezen zetels + 1

N.B.: Bij deze deling wordt een uitkomst met cijfers na de komma, afgerond (naar beneden voor decimale cijfers van 1 tot 4, naar boven van 5 tot 9).

65


Voorbeeld Aantal aan de lijst toegekende zetels: 3 Volledige lijststembiljetten: 33 Onvolledige lijststembiljetten: 195 Vooreerst moet het aantal nuttige stemmen bepaald worden. Daarvoor wordt het aantal volledige lijststembiljetten, gevoegd bij het aantal onvolledige lijststembiljetten (33 + 195 = 228). Dit resultaat wordt daarna vermenigvuldigd met het door de lijst bekomen aantal zetels (228 x 3 = 684). Om het verkiesbaarheidscijfer te bekomen wordt het aantal nuttige stemmen gedeeld door het aantal aan de lijst toegekende zetels plus één (684: 4 = 171). Tweede stap: de te verdelen “POT” berekenen Dit doet men door het aantal kopstemmen te vermenigvuldigen met de aan de lijst toegewezen zetels. In ons voorbeeld: 33 x3 = 99 Derde stap: de “POT” verdelen Iedere kandidaat te beginnen bij de eerste krijgt uit de “pot” voldoende stemmen om het verkiesbaarheidscijfer (in ons voorbeeld 171 stemmen) te bereiken. De verdeling stopt als de pot is uitgeput. Naam van de kandidaten

Naamstemmen

Stemmen bij wijze van opdracht

Totaal

A

104

+67

=171

1te

B

165

+6

=171

2de

C

104

+26

=130

D

160

E

152

F

25

G

73

H

12

I

26

J

173

K

180

=173

66

3de


• Derde mogelijkheid In geval van staking (= gelijkheid) van stemmen, geeft de voordrachtorde op de lijst de voorrang aan (Wet Sociale Verkiezingen, art. 66, 2de alinea). Samenvattend: De aanwijzing van de verkozen kandidaten geschiedt op de volgende wijze: • wanneer het aantal kandidaten van een lijst gelijk is aan het aantal zetels dat aan de lijst toekomt, zijn al die kandidaten gekozen, • is het aantal kandidaten groter, dan worden de zetels toegekend aan de kandidaten die in volgorde van hun voordracht het bijzonder verkiesbaarheidscijfer bereiken, • zijn er nog mandaten te begeven, dan worden zij toegekend aan de kandidaten die de meeste stemmen hebben behaald, • bij gelijk stemmental is de volgorde van de voordracht beslissend.

10.4.2 PLAATSVERVANGERS Onmiddellijk na de aanduiding van de effectief verkozenen duidt het bureau de plaatsvervangers en de niet-verkozen kandidaten aan tijdens dezelfde toewijzingsronde. Het aantal plaatsvervangers is gelijk aan het aantal effectief verkozenen, althans indien daarvoor voldoende kandidaten werden ingediend. Om de plaatsvervangende mandaten toe te kennen, hanteert het bureau net dezelfde berekening als deze voor de effectieven. De eerste als niet effectief verkozen kandidaat komt bovenaan de lijst voor de verdeling van de potstemmen.

10.4.3 NIET-VERKOZENEN 10.4.3.1 WAAROM NIET-VERKOZEN KANDIDATEN RANGSCHIKKEN? Ook de niet verkozen kandidaten moet worden gerangschikt, zij kunnen immers nog plaatsvervangend of zelfs effectief lid worden van de ondernemingsraad of het Comité Voor Preventie en Bescherming op het werk. Er zijn twee mogelijkheden: Als een plaatsvervanger effectief wordt (of het plaatsvervangend mandaat neemt een einde) wordt deze als plaatsvervanger vervangen door een niet-verkozen kandidaat. Hiervoor komen alleen de kandidaten in aanmerking die een bescherming van vier jaar 67


hebben. Komen er meerdere personen in aanmerking (met vier jaar bescherming), dan gaat het plaatsvervangend mandaat naar de persoon met de meeste stemmen. Zijn er geen niet-verkozen kandidaten meer met een bescherming van vier jaar, dan wordt de effectief verkozene vervangen door een niet-verkozene met een bescherming van twee jaar. De bescherming loopt dan tot het mandaat een einde neemt, zelfs al is dat langer dan twee jaar. N.B.: Een plaatsvervangend lid kan worden vervangen door een niet-gekozen kandidaat, wanneer het plaatsvervangend mandaat eindigt, zelfs wanneer dat niet is om effectief lid te worden. 10.4.3.2 HOE DE NIET-GEKOZEN KANDIDATEN RANGSCHIKKEN? Voor alle duidelijkheid: om de niet-verkozen kandidaten te rangschikken, wordt de “pot” niet voor de derde keer verdeeld. Eerst moet de volgorde van de effectief verkozenen worden bepaald na een eerste toewijzing van de lijststemmen (pot). Met een tweede en laatste toewijzing van de lijststemmen moeten zowel de plaatsvervangers als de niet-verkozen kandidaten worden aangewezen en hun volgorde bepaald. Dit gebeurt door het geheel van de lijststemmen opnieuw te verdelen aan de resterende kandidaten per lijst nadat hieruit voor de berekening de eerder aangeduide effectief verkozen kandidaten werden geschrapt. Vooraleer de plaatsvervangende en resterende niet-verkozen kandidaten worden aangewezen, gaat het bureau, na weglating van de gewone verkozen kandidaten, over tot een tweede individuele toewijzing van de lijststemmen die aan de orde van de voordracht ten goede komt; deze toewijzing geschiedt op dezelfde wijze als voor de gewone kandidaten, doch te beginnen met de eerste van de niet verkozen kandidaten in de orde van de voordracht. Alle plaatsvervangers evenals hun volgorde en de voorlopige volgorde van de resterende niet-verkozen kandidaten worden bepaald in functie van het aantal bekomen naamstemmen vermeerderd met de hen toegewezen lijststemmen bij deze tweede individuele toewijzing. Deze volgorde moet, net zoals bij de vorige verkiezingen, worden opgenomen in het proces-verbaal dat gedurende de hele legislatuur van de Ondernemingsraad en/of het Comité door de werkgever moet worden bewaard. Voorbeeld: Het ABVV behaalt 44 lijststemmen en 120 naamstemmen. Het kiescijfer bedraagt dus 164 en geeft recht op 4 zetels.

68


1. Berekenen van het verkiesbaarheidscijfer Aanduiding van de bestanddelen die het verkiesbaarheidscijfer bepalen

Lijst nr.

Volledige lijststembiljetten

44

Onvolledige lijststembiljetten

120

Totaal

164

Te vermenigvuldigen met het aantal aan de lijst toegekende zetels

x4

Product van deze vermenigvuldiging

656

Te delen door het aantal aan de lijst toegekende zetels plus één

4 +1 =

Quotiënt van deze deling dat het verkiesbaarheidscijfer uitmaakt

131

• Het aantal nuttige stemmen bedraagt 164 X 4 = 656 (kiescijfer vermenigvuldigd met aantal bekomen mandaten); • Het verkiesbaarheidscijfer bedraagt 656: (4 + 1) = 131 (aantal nuttige stemmen gedeeld door aantal bekomen mandaten + 1). 2. Berekenen van de “pot” Verkiesbaarheidscijfer

131

Aantal aan de lijst toegekende zetels

4

Aantal volledige lijststembiljetten

44

Te vermenigvuldigen met het aantal aan de lijst toegekende zetels

x4

Product dat het aantal stemmen vertegenwoordigt die bij overdracht aan de kandidaten in de orde van hun voordracht moeten worden toegekend “Pot“

176

De “pot” bedraagt 44 X 4 = 176 (zuivere lijststemmen vermenigvuldigd met aantal bekomen mandaten).

69


3. Aanwijzing van de effectief verkozenen Naam van de kandidaten volgens de orde van voordracht

Aantal naamstemmen (1)

Aantal lijststem men bij overdracht toegekend (2)

Aantal stemmen die aan elke kandidaat toekomen

Rangschikking op basis van het aantal stemmen die aan elke kandidaat toekomen (1 en/of 2)

A

48

+83*

131

1ste effect.

B

12

+89*

131

2de effect.

C

15

+4

19

D

9

E

32

F

9 32 = 176

40

40

* Deel van de pot nodig om het verkiesbaarheidscijfers van 131 te bereiken

G

18

H

42

I

6

J

14

14

K

3

3

4de effect.

18 42

3de effect.

6

4. Aanwijzing van de plaatsvervangers 4 plaatsvervangende mandaten Naam van de kandidaten volgens de orde van voordracht

Aantal naamstemmen

Aantal lijststemmen bij overdracht toegekend “pot”

Aantal stemmen die aan elke kandidaat toekomen

C

15

+116

131 1ste plaatsv.

D

9

+60

69 (2de plaatsv.)

E

32

G

32 (3de plaatsv.) = 176

18

I

6

j

14

K

3

* Deel van de pot nodig om het verkiesbaarheidscijfers van 131 te bereiken

18 (4de plaatsv.) 6 14 3

70


5. Schikking van de niet-verkozen kandidaten

*

Naam van de kandidaten volgens de orde van voordracht

Aantal stemmen die aan elke kandidaat toekomen*

I

6 (2de niet verk.)

J

14 (1ste niet verk.)

K

3 (3de niet verk.)

Teneinde de niet-verkozen kandidaten te rangschikken, gaat men terug naar de rangschikking die gemaakt werd bij de aanwijzing van de plaatsvervangers. Van die rangschikking gaat men de plaatsvervangers schrappen. De rangschikking van de niet-verkozenen wordt bepaald in functie van het aantal bekomen naamstemmen vermeerderd met de hen toegewezen lijststemmen bij de tweede individuele toewijzing.

71


11 Proces-verbaal en de statistische steekkaart 11.1 PROCES-VERBAAL Als de verkozenen aangewezen zijn, sluit de voorzitter het PV af. Al de leden van het bureau ondertekenen dit. Getuigen kunnen opmerkingen maken in het PV. Een model van PV vind je achteraan in deze brochure.

Opgelet: Er moet steeds een proces-verbaal worden opgesteld, zelfs al is de verkiezingsprocedure stopgezet voor een of meerdere categorieën. Dit kan in twee gevallen: 1. als er geen enkele kandidatenlijst werd ingediend; 2. als er slechts één lijst werd ingediend met een aantal kandidaten dat lager of gelijk is aan het aantal toe te wijzen effectieve mandaten. Het PV vermeldt dan dat geen stemming plaatsvond om één van de genoemde redenen.

11.2 STATISTISCHE STEEKKAARTEN De uitslag van de algemene telling van de stemmen en de namen van de gewone en plaatsvervangende verkozen kandidaten, alsook de schikking van de niet verkozenen kandidaten wordt opgetekend zoals bepaald door het model proces-verbaal in bijlage. De getuigen hebben het recht om hun opmerkingen te laten opnemen in het procesverbaal van de verkiezing. Zodra de verrichtingen beëindigd zijn sluit het bureau, dat de mandaten heeft verdeeld, de gewone en plaatsvervangende verkozenen heeft aangewezen en de niet verkozen kandidaten heeft gerangschikt, het proces-verbaal af, dat door al de leden van het bureau wordt ondertekend. (Wet Sociale Verkiezingen, artikel 68 en brochure van de FOD, 5.6.). De voorzitter zendt onmiddellijk het origineel van de processen-verbaal naar de Directeur-generaal van de Algemene directie Individuele Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, Ernest Bl erotstraat 1, 1070 Brussel, met vermelding van het dossiernummer dat hen werd toegekend door de bovengenoemde Algemene directie. 72


11.3 VERZENDING VAN DOCUMENTEN De uitslag van de algemene telling van de stemmen en de namen van de gewone en plaatsvervangende verkozen kandidaten, alsook de schikking van de niet verkozenen kandidaten wordt opgetekend zoals bepaald door het model proces-verbaal in bijlage. De getuigen hebben het recht om hun opmerkingen te laten opnemen in het procesverbaal van de verkiezing. Zodra de verrichtingen beëindigd zijn sluit het bureau, dat de mandaten heeft verdeeld, de gewone en plaatsvervangende verkozenen heeft aangewezen en de niet verkozen kandidaten heeft gerangschikt, het proces-verbaal af, dat door al de leden van het bureau wordt ondertekend. (Wet Sociale Verkiezingen, artikel 68 en brochure van de FOD, 5.6.). De voorzitter zendt onmiddellijk het origineel van de processen-verbaal naar de Directeur-generaal van de Algemene directie Individuele Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, Ernest Blerotstraat 1, 1070 Brussel, met vermelding van het dossiernummer dat hen werd toegekend door de bovengenoemde Algemene directie. Deze verzending kan worden vervangen door het uploaden van een afschrift van dit document op het tabblad “documenten” van de webapplicatie die precies daartoe werd voorzien op de website van de voornoemde Federale overheidsdienst. De voorzitter zendt onmiddellijk, voor de raad of comité: • een afschrift van de processen-verbaal naar de werkgever, die het tijdens de gehele legislatuur bewaart voor de toepassing van de regels met betrekking tot de vervanging van de gewone leden; • een afschrift, bij een ter post aangetekende brief, naar de betrokken representatieve werknemersen kaderledenorganisaties. Hij moet echter niet overgaan tot deze verzending indien het proces-verbaal elektronisch overgemaakt werd aan de Directeur-generaal van de Algemene Directie Individuele Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg. De resultaten van de stemming moeten aan de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg meegedeeld worden voor het opmaken van statistieken. Deze verzending gebeurt langs elektronische weg op de webapplicatie die precies daartoe werd voorzien op de website van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg. Bij ontstentenis gebeurt dit via een statistische steekkaart die de FOD bezorgt aan de ondernemingen die niet willen gebruik maken van de mogelijkheid om de resultaten langs elektronische manier over te maken. 73


11.4 BEWAREN VAN DOCUMENTEN Uiterlijk één dag na de sluiting van de kiesverrichtingen (Y+1) overhandigt de voorzitter van het kiesbureau de documenten die voor de verkiezingen hebben gediend onder gesloten omslag aan de werkgever. De werkgever bewaart de documenten gedurende een periode van 25 dagen die volgt op de dag van de sluiting van de kiesverrichtingen (tot Y+25). In dat geval bewaart de werkgever de documenten tot Y+144.

Aanbeveling: de werkgever is ertoe gehouden de resultaten van de stemming onmiddellijk op de webapplicatie van de FOD WASO mee te delen voor de opmaak van de globale statistieken. Zodra de werkgever de gegevens elektronisch heeft ingevoerd in de webapplicatie, kan hij de gegevens afdrukken. Wij raden de getuigen aan een kopie van deze gegevens te vragen om er zeker van te zijn dat de gegevens wel degelijk werden ingevoerd.

11.5 DE WERKGEVERSAFVAARDIGING 11.5.1 BEGRIP EN SAMENSTELLING Uiterlijk op dag Y+2, moet de werkgever een bericht aanplakken waarin hij duidelijk zijn afgevaardigden vermeldt, evenals hun plaatsvervangers. Het aantal leden van de werkgeversafvaardiging, met inbegrip van de bedrijfsleider, mag niet groter zijn dan het aantal leden waaruit de werknemersafvaardiging bestaat. Dit geldt zowel voor de raad als het comité. De werkgeversafvaardiging wordt samengesteld uit het ondernemingshoofd en één of meerdere personen die op de lijst van het leidinggevend personeel van het TBE. zijn opgegeven op datum X. Werknemers die op de lijst van het kaderpersoneel staan, kunnen nooit deel uitmaken van de werkgeversafvaardiging. Personen wiens naam niet vermeld staat op de lijst van het leidinggevend personeel, kunnen niet tot de werkgeversafvaardiging behoren. Preventieadviseurs en vertrouwenspersonen (NIEUW) kunnen geen deel uitmaken van de werkgeversafvaardiging.

74


11.5.2 VERVANGING WERKGEVERSAFVAARDIGING a. een lid van de werkgeversafvaardiging verliest zijn leidinggevende functie in de onderneming In dit geval, kan de werkgever de persoon aanduiden als werkgeversafgevaardigde die dezelfde functie overneemt en dezelfde bevoegdheden heeft. b. De functie van een lid van de werkgeversafvaardiging wordt afgeschaft In dit geval, kan de werkgever een persoon aanduiden die één van de leidinggevende functies uitoefent zoals omschreven in het bericht X. Volgens de brochure van de FOD, wordt bij de vervanging van een gewoon lid van de werkgeversafvaardiding, voorrang gegeven aan de functie. Hierdoor kan een gewoon lid vervangen worden door een persoon die geen deel uitmaakte van de onderneming op het tijdstip van de vorige verkiezingen of die op dat moment geen leidinggevende functie uitoefende. Voor de gevallen A en B kan een beroep worden ingesteld voor de arbeidsrechtbank binnen de maand die volgt op het ogenblik waarop de personeelsafgevaardigden kennis hebben genomen van deze vervanging (Wet Sociale Verkiezingen, art. 78 bis).

c. Er worden nieuwe leidinggevende functies gecreëerd nadat de lijst met leidinggevende functies definitief is geworden Sinds 2012 werd de wetgeving aangepast door een vervanging te voorzien in het geval er nieuwe functies worden gecreëerd nadat de lijst definitief is geworden. Na een consultatieprocedure met de leden van het orgaan of comité, neemt de werkgever zijn beslissing waartegen beroep kan worden ingesteld binnen de 7 dagen die volgt op de aanplakking van deze beslissing door individuele werknemers als door de vakbonden. Deze procedure zal de aanvankelijk lijst met leidinggevende functies vastgesteld in het bericht X wijzigen. De regel blijft dat het aantal werkgeversafgevaardigden niet hoger mag zijn dan de personeelsafgevaardigden.

75


12 Bijlagen 12.1 STEMBILJET Ook terug te vinden op de website van de FOD WASO https://werk.belgie.be/nl/themas/sociaal-overleg/sociale-verkiezingen-2024/ modelformulieren

76


MODEL CPBW ARBEIDERS/ BEDIENDEN/ JEUGDIGE WERKNEMERS2 STEMBILJET Onderneming: .................................................................................. , te ............................ Datum van de verkiezingen: ......... / ......... / .........

Verkiezing van de personeelsafvaardiging in het comité voor preventie en bescherming op het werk. Samenstelling: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden. Verdeling: 1. arbeiders: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden; 2. bedienden: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden; 3. jeugdige werknemers: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden.

KANDIDATEN Lijst nr. 1 letterwoord*

Lijst nr. 2 letterwoord*

n

n

Lijst nr. 3 letterwoord*

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

*

Het letterwoord van de organisatie toevoegen overeenkomstig het resultaat van de loting.

2

Schrappen wat niet past

77


MODEL OR (1) ARBEIDERS/ BEDIENDEN/ JEUGDIGE WERKNEMERS3 STEMBILJET Onderneming: .................................................................................. , te ............................ Datum van de verkiezingen: ......... / ......... / .........

Verkiezing van de personeelsafvaardiging in de ondernemingsraad. Samenstelling: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden. Verdeling: 1. arbeiders: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden; 2. bedienden: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden; 3. jeugdige werknemers: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden. 4. kaderleden: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden.

KANDIDATEN Lijst nr. 1 letterwoord*

n

Lijst nr. 2 letterwoord*

n

Lijst nr. 3 letterwoord*

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

*

Het letterwoord van de organisatie toevoegen overeenkomstig het resultaat van de loting.

3

Schrappen wat niet past

78


MODEL OR (2) KADERLEDEN4 STEMBILJET Onderneming: .................................................................................. , te ............................ Datum van de verkiezingen: ......... / ......... / .........

Verkiezing van de personeelsafvaardiging in de ondernemingsraad. Samenstelling: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden. Verdeling: 1. arbeiders: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden; 2. bedienden: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden; 3. jeugdige werknemers: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden. 4. kaderleden: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden.

KANDIDATEN Lijst nr. 1 letterwoord*

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

Naam Voornaam

(M/V/X)

Lijst nr. 3 letterwoord*

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

Naam Voornaam

(M/V/X)

*

Lijst nr. 2 letterwoord*

n

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Lijst nr. 4 letterwoord*

n

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

Lijst nr. 5 L.IND**

n

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Het letterwoord van de organisatie toevoegen overeenkomstig het resultaat van de loting.

** Lijst van de kaderleden voorgedragen door de kaderleden van de onderneming.

4

Schrappen wat niet past

79


Model stembiljetten voor bedrijven met PC 327 (beschutte werkplaatsen, sociale werkplaatsen en maatwerkbedrijven).

MODEL CPBW ARBEIDERS/ BEDIENDEN/ JEUGDIGE WERKNEMERS5 STEMBILJET Onderneming: .................................................................................. , te ............................ Datum van de verkiezingen: ......... / ......... / .........

Verkiezing van de personeelsafvaardiging in in het comité voor preventie en bescherming op het werk. Samenstelling: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden. Verdeling: 1. arbeiders: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden; 2. bedienden: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden; 3. jeugdige werknemers: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden.

KANDIDATEN Lijst nr. 1 letterwoord*

**

Lijst nr. 2 letterwoord*

n

n

**

Lijst nr. 3 letterwoord*

n

**

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

*

Het letterwoord van de organisatie toevoegen overeenkomstig het resultaat van de loting.

** In deze kolom wordt een foto van elke kandidaat opgenomen, deze foto moet een identiek formaat hebben voor elke kandidaat. 5

Schrappen wat niet past

80


MODEL OR (1) ARBEIDERS/ BEDIENDEN/ JEUGDIGE WERKNEMERS6 STEMBILJET Onderneming: .................................................................................. , te ............................ Datum van de verkiezingen: ......... / ......... / .........

Verkiezing van de personeelsafvaardiging in de ondernemingsraad. Samenstelling: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden. Verdeling: 1. arbeiders: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden; 2. bedienden: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden; 3. jeugdige werknemers: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden. 4. kaderleden: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden.

KANDIDATEN Lijst nr. 1 letterwoord*

n

**

Lijst nr. 2 letterwoord*

n

**

Lijst nr. 3 letterwoord*

n

**

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

*

Het letterwoord van de organisatie toevoegen overeenkomstig het resultaat van de loting.

** In deze kolom wordt een foto van elke kandidaat opgenomen, deze foto moet een identiek formaat hebben voor elke kandidaat.

6

Schrappen wat niet past

81


MODEL OR (2) KADERLEDEN7 STEMBILJET Onderneming: .................................................................................. , te ............................ Datum van de verkiezingen: ......... / ......... / .........

Verkiezing van de personeelsafvaardiging in de ondernemingsraad. Samenstelling: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden. Verdeling: 1. arbeiders: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden; 2. bedienden: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden; 3. jeugdige werknemers: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden. 4. kaderleden: (aantal) gewone en (aantal) plaatsvervangende leden.

KANDIDATEN Lijst nr. 1 letterwoord*

n

**

Lijst nr. 2 letterwoord*

n

**

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Lijst nr. 3 letterwoord*

n

**

Lijst nr. 4 letterwoord*

n

**

Lijst nr. 5 L.IND**

n

**

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

Naam Voornaam

(M/V/X)

n

*

Het letterwoord van de organisatie toevoegen overeenkomstig het resultaat van de loting.

** Lijst van de kaderleden voorgedragen door de kaderleden van de onderneming. *** In deze kolom wordt een foto van elke kandidaat opgenomen, deze foto moet een identiek formaat hebben voor elke kandidaat.

7

Schrappen wat niet past

82


12.2 PROCES-VERBAAL Ook terug te vinden op de website van de FOD WASO https://werk.belgie.be/nl/themas/sociaal-overleg/sociale-verkiezingen-2024/ modelformulieren

PROCES-VERBAAL Verkiezingen van de personeelsafgevaardigden (voor het CPBW / voor de OR)8

PROCES-VERBAAL VAN HET STEMBUREAU (jeugdige werknemers / arbeiders / bedienden / kaderleden)8

Benaming technische bedrijfseenheid

..........

Dossiernummer toegekend door de Federale Overheidsdienst .......... Stembureau nr.

..........

Verkiezingen gehouden op

..........

Bureau

8

Dhr./Mevr.

voorzitter,

Dhr./Mevr.

bijzitter,

Dhr./Mevr.

bijzitter,

Dhr./Mevr.

bijzitter,

Dhr./Mevr.

bijzitter,

Dhr./Mevr.

secretaris,

Schrappen wat niet past

83


PROCES-VERBAAL Aantal ontvangen stembiljetten

..........

Aantal kiezers die aan de stemming hebben deelgenomen

..........

Aantal teruggenomen stembiljetten

..........

Aantal niet gebruikte stembiljetten

..........

Opmerkingen

.........

Gedaan te ...................................................... , de ............................

De secretaris,

De voorzitter,

De bijzitters,

VERKIEZINGEN VAN DE PERSONEELSAFGEVAARDIGDEN Verkiezingen gehouden op: Aantal stembiljetten in de bus gevonden

..........

Aantal blanco stembiljetten

..........

Aantal ongeldige stembiljetten

.........

Aantal geldige stembiljetten

..........

Lijst nr. Aantal volledige lijststembiljetten (stemmen bovenaan de lijst)

Aantal onvolledige lijststembiljetten (naamstemmen)

Naam van de kandidaten

Aantal naamstemmen toegekend aan de kandidaten op onvolledige stembiljetten

De secretaris,

De voorzitter,

De bijzitters,

84


PROCES-VERBAAL Verkiezingen van de personeelsafgevaardigden (voor het CPBW / voor de OR)9

ALGEMENE TELLING DER STEMMEN (jeugdige werknemers / arbeiders / bedienden / kaderleden)9

Benaming technische bedrijfseenheid

..........

Dossiernummer toegekend door de Federale Overheidsdienst .......... Stembureau nr.

..........

Verkiezingen gehouden op

..........

Bureau

9

Dhr./Mevr.

voorzitter,

Dhr./Mevr.

bijzitter,

Dhr./Mevr.

bijzitter,

Dhr./Mevr.

bijzitter,

Dhr./Mevr.

bijzitter,

Dhr./Mevr.

secretaris,

Schrappen wat niet past

85


I.

KIESCIJFERS Aanduiding van de bestanddelen die het kiescijfer bepalen

Lijst nr.

Lijst nr.

1. Volledige lijststembiljetten 2. Onvolledige lijststembiljetten Totaal dat het kiescijfer uitmaakt

II.

VERDELING VAN DE ZETELS ONDER DE LIJSTEN

Kiescijfers

Lijst nr.

Delers

Quotiënten

Lijst nr. Volgnummers van de quotiënten

Quotiënten

Volgnummers van de quotiënten

1 2 3 4 Aantal toegekende zetels

III.

BEREKENING VAN DE VERKIESBAARHEIDSCIJFERS

Aanduiding van de bestanddelen die het verkiesbaarheidscijfer bepalen

Lijst nr.

Lijst nr.

Volledige lijststembiljetten

...

...

Onvolledige lijststembiljetten

...

...

Totaal

...

...

Te vermenigvuldigen met het aantal aan de lijst toegekende zetels

x ...

x ...

Product van deze vermenigvuldiging

...

...

Te delen door het aantal aan de lijst toegekende zetels plus één

... +1 =

... +1 =

Quotiënt van deze deling dat het verkiesbaarheidscijfer uitmaakt

...

...

86


IV.

AANWIJZING VAN DE EFFECTIEF VERKOZENEN

Lijst nr. Verkiesbaarheidscijfer

...

Aantal aan de lijst toegekende zetels

...

Aantal volledige lijststembiljetten

...

Te vermenigvuldigen met het aantal aan de lijst toegekende zetels

x ...

Product dat het aantal stemmen vertegenwoordigt die bij overdracht aan de kandidaten in de orde van hun voordracht moeten worden toegekend

...

Naam van de kandidaten volgens de orde van voordracht

V.

Aantal naamstemmen (1)

Aantal lijststemmen bij overdracht toegekend (2)

Aantal stemmen die aan elke kandidaat toekomen

Rangschikking op basis van het aantal stemmen die aan elke kandidaat toekomen (1 en/of 2)

AANWIJZING VAN DE PLAATSVERVANGERS

Lijst nr. Verkiesbaarheidscijfer

...

Aantal aan de lijst toegekende zetels

...

Aantal volledige lijststembiljetten

...

Te vermenigvuldigen met het aantal aan de lijst toegekende zetels

x ...

Product dat het aantal stemmen vertegenwoordigt die bij overdracht aan de kandidaten in de orde van hun voordracht moeten worden toegekend

...

Naam van de kandidaten volgens de orde van voordracht

Aantal naamstemmen (1)

Aantal lijststemmen bij overdracht toegekend (2)

87

Aantal stemmen die aan elke kandidaat toekomen

Rangschikking op basis van het aantal stemmen die aan elke kandidaat toekomen (1 en/of 2)


VI.

SCHIKKING VAN DE NIET-VERKOZEN KANDIDATEN

Lijst nr. Verkiesbaarheidscijfer

...

Aantal aan de lijst toegekende zetels

...

Aantal volledige lijststembiljetten

...

Te vermenigvuldigen met het aantal aan de lijst toegekende zetels

x ...

Product dat het aantal stemmen vertegenwoordigt die bij overdracht aan de kandidaten in de orde van hun voordracht moeten worden toegekend

...

Naam van de kandidaten volgens de orde van voordracht

*

Aantal stemmen die aan elke kandidaat toekomen* (zie tabel V – laatste kolom)

Rangschikking op basis van het aantal stemmen die aan elke kandidaat toekomen

Teneinde de niet-verkozen kandidaten te rangschikken, gaat men terug naar de rangschikking die gemaakt werd bij de aanwijzing van de plaatsvervangers. Van die rangschikking gaat men de plaatsvervangers schrappen. De rangschikking van de niet-verkozenen wordt bepaald in functie van het aantal bekomen naamstemmen vermeerderd met de hen toegewezen lijststemmen bij de tweede individuele toewijzing.

De lijst nr 1 bekomt

.......

zetels

De lijst nr 2 bekomt

.......

zetels

De lijst nr 3 bekomt

.......

zetels

De lijst nr 4 bekomt

.......

zetels

Worden tot personeelsafgevaardigden aangewezen: Lijst nr 1: (naam van de afgevaardigden) Lijst nr 2: (naam van de afgevaardigden) Lijst nr 3: (naam van de afgevaardigden) Lijst nr 4: (naam van de afgevaardigden)

88


Worden tot plaatsvervangende afgevaardigden aangewezen: Lijst nr 1: (naam van de afgevaardigden) Lijst nr 2: (naam van de afgevaardigden) Lijst nr 3: (naam van de afgevaardigden) Lijst nr 4: (naam van de afgevaardigden)

Rangschikking van de niet-verkozen kandidaten: Lijst nr 1: (naam van de afgevaardigden) Lijst nr 2: (naam van de afgevaardigden) Lijst nr 3: (naam van de afgevaardigden) Lijst nr 4: (naam van de afgevaardigden)

Gedaan te ...................................................... , de ............................

De secretaris,

De voorzitter,

De bijzitters,

89


90



ABVV Hoogstraat 42 | 1000 Brussel Tel. +32 2 506 82 11 | Fax +32 2 506 82 29 info@abvv.be | www.abvv.be Volledige of gedeeltelijke overname of reproductie van de tekst uit deze brochure mag alleen met duidelijke bronvermelding. Verantwoordelijke uitgever: Thierry Bodson © 2023 Cette brochure est également disponible en français: www.fgtb.be D/2023/1262/21


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.