
6 minute read
Tatum op de thee
Elke maand gaat Tatum Dagelet Op de Thee bij een interessante, beroemde of beruchte bewoner van Zuid.
Op de thee bij DE FAMILIE WEISSMAN
Advertisement
Op driehoog in de Waalstraat wacht de vrolijke Sara (8) me op. Vader Jaier maakt nog snel de woonkamer aan kant (“Het stond hier vol met manden schone was”) en Chef – de pup van 24 weken – springt enthousiast om ons heen. Iets later komt moeder Esther thuis met versgebakken koekjes, rechtstreeks van haar kookstudio Esther’s Cookery. Het was in 2016 dat Esther Erwteman haar grote droom verwezenlijkte en in hartje De Pijp een vegetarische kookstudio opende. Ook haar man Jaier heeft zich – na een carrière in de filmwereld en vervolgens in de verslavingszorg – volledig toegelegd op het reilen en zeilen van Esther’s Cookery. Dochter Sara hoopt het bedrijf ooit over te nemen, maar heeft het voorlopig druk genoeg met van alles...
Volgens mij heb ik hier te maken met onvervalste Zuidenaren...?
Esther: “Klopt! Ik kom van het Olympiaplein, Jaier van de Parnassusweg.” Jaier: “We woonden 150 meter van elkaar, maar kenden elkaar niet, we schelen elf jaar.” Esther: “Toen Jaier ging samenwonen met z’n vriendin mocht ik nèt de Apollolaan oversteken.”
En wanneer leerden jullie elkaar kennen?
E: “Ik was bij de bachelorette van een vriendin, ze zei: ‘Ik weet nog wel een Jood voor jou’. Haha, ik had nog nooit zo’n geweldige aanprijzing gehad! Voor mij was een Joodse man superbelangrijk, ik kom uit een religieus huis. En nog nooit ben ik in mijn leven zó verliefd geworden als op Jaier. Een jaar lang heb ik achter hem aangehobbeld, want hij was vooral heel erg blij dat ‘ie eindelijk een vriendin had met wie hij verder niets wilde.” J: “Ik was vijftien jaar samen geweest met de moeder van mijn oudste dochter Hannah. Daarna ben ik een aantal jaren volkomen losgegaan, ook op dating vlak. Op een gegeven moment was ik daar zó klaar mee: continu indruk maken op iemand, alleen maar om te scoren... Ik vond het een verademing om te ontdekken dat het ook mogelijk was een platonische vriendschap te hebben met een vrouw. Voorheen was ik er namelijk van overtuigd dat dat niet kon. Met Esther was het heel gezellig en fijn, wij hoefden elkaar weinig uit te leggen.” E: “Ik was zijn nieuwe beste vriend. We gingen naar de film, gezellig uiteten... en ik maar verliefd in die ogen van hem staren...” J: “We hebben lang een vriendschap gehad en uiteindelijk blijkt dat heel goed te zijn geweest!” E: “Dan hoef je nooit meer dingen op te biechten, want je hebt elkaar al alles verteld.” J: “En inmiddels zijn we twaalf jaar samen.” Sara: “Ze waren een jaar getrouwd en toen was ik er!”
En jullie hebben nu ook een echt familiebedrijf: de kookstudio Esther’s Cookery!
E: “Ja, als we dit niet samen zouden doen, was het onmogelijk.”
Hoe kwam je erbij een kookstudio te openen, Esther?
E: “Van huis uit ben ik verpleegkundige. Mijn doel was Afrika – eigenlijk de hele wereld – redden, dus ik werd zuster.” Sara: “Ja, want jouw vader is dokter en jouw moeder is zuster.” E: “Dat helpt ook daarbij, ja. Ik heb acht jaar ontwikkelingswerk gedaan, veel gereisd, in het buitenland gewoond... In India, waar ik anderhalf jaar woonde, ontdekte ik mijn liefde voor eten en de groentekeuken. Ik begon met het opschrijven van recepten en merkte dat samen koken een heel mooie verbinder is. Ik huurde ruimtes om workshops te geven, tot ik graag mijn eigen plek wilde. Inmiddels is dat zes jaar geleden en de kookstudio loopt mega goed.”


Sta je elke dag in de zaak?
“Ja. Eerst hadden we alleen de kookworkshops, maar toen we moesten sluiten vanwege corona zijn we ook de winkel begonnen. Die loopt nu heel goed en het is zó leuk als mensen voor de eerste keer die heerlijke tomasu of die fantastische tahin proeven tijdens een workshop, en dat je dan kunt zeggen: je kunt het hier kopen. Op zondag is de winkel gesloten, maar dan hebben we wel workshops.” S: “Ik was twee jaar toen de kookstudio kwam, dus ik ben ermee opgegroeid. Ik ben er best vaak en kan er ook veel van leren, want ik heb nu mijn eigen bedrijfje...”
Jij hebt als achtjarige jouw eigen bedrijfje?
S: “Ja. Ik bak koekjes. Allemaal speciale. Eerst zandkoekjes, toen chocolate chip, ik ga steeds verder. En die koekjes verkoop ik samen met een vriendinnetje op het ‘Picoplein’ in De Pijp. We zijn ook aan het proberen daar een klein marktje te krijgen.” E: “Saar heeft het idee voorgelegd bij de BIZ, om net als de ZuiderMRKT ook in De Pijp een marktje voor ondernemers te krijgen, eens in het kwartaal op zondag.” S: “Ik kan ook best wel naaien, ik heb een naaimachine en maak scrunchies: die elastiekjes met een stukje stof eromheen. Die zou ik dan ook willen verkopen op het marktje.”
Wow, een echte ondernemer ben je, Saar!
S: “Ja vooral omdat ik het zelf leer te doen. Als je de hele tijd je moeder alles laat doen leer je niet. En als ik aan het verkopen ben en er komt twee seconden niemand, ga ik niet meteen naar binnen. Ik zit daar de hele dag.” E: “Saar harkt op sommige zondagen een stuk meer binnen dan wij, haha!” J: “Saar is gewoon van: ik ga het doen en zie wel wat er gebeurt.” S: “Ja, want als je de hele tijd over alles nadenkt, van: hoe moet het dan enzo, gaat het niet gebeuren.”
Wat doe je met jouw verdiende centjes?
S: “Soms koop ik iets, soms zet ik het op mijn bankrekening.” E: “Maar eerst gaan de kosten er nog vanaf, want anders weet je niet hoeveel bijvoorbeeld bloem kost...” S: “En ik geef heel soms aan een goed doel. Mijn babyboekjes – waar de eerste woordjes instaan – geef ik aan asielzoekers, want voor hen is het belangrijk om de taal te leren. En ik heb mijn haar gedoneerd, voor mensen die kanker hebben. Maar ik vond het best wel moeilijk, want mijn haar is bijna alles voor me, dus dat was best een moeilijke keuze.”
Snap ik, dan gaat er minstens 30 centimeter vanaf, toch?
“Ja, ik had heel lang haar. En toen was het ineens heel erg kort. Ik dacht: ik vind het niet meer mooi, nu het zo kort is. Maar nu ben ik van: whatever, ik kan het weer invlechten. Oh ja, en ik hou heel erg van vlees, maar ik ben vegetariër. Dat is beter voor de dieren en voor de wereld.”

Wat ben jij goed bezig Sara!
S: “Nou...school is soms een beetje moeilijk. Soms ben ik snel afgeleid. Ik ben ook een tijdje gepest maar gelukkig is dat nu over.”
Weet je ook al wat je later wil worden?
S: “Mama’s bedrijf overnemen of dierenarts. Of wat jij nu doet: eigen televisieprogramma’s maken. Of zangeres. Ik hou ook veel van baby’tjes en ik pas op.” E: “Dat ze nog tijd heeft voor school is heel bijzonder...”
Gaan jullie Zuid ooit uit?
S: “Ja!” E: “Oh, en waar gaan we dan heen?” S: “Naar Amstelveen? Daar wonen mijn vriendinnetjes. In deze straat spelen weinig kinderen.” E: “Toevallig is dit stukje Waalstraat inderdaad een beetje kind-ongezellig.” S: “Hier kun je niet even een blokje om, want het is een groot blok. Bij de kookstudio vind ik het heel leuk, daar kun je wel een blokje om.” J: “Ik hoorde jou laatst zeggen dat je buiten wil wonen, Saar?” S: “Ja, met dieren en een tuin. Ik heb ook een moestuintje op het balkon, wil je dat zien?”