
2 minute read
Voortdurende strijd voor stabiliteit
Amir1 ontvluchtte de Taliban in Afghanistan en kwam 9 jaar geleden aan in België. Bij zijn aankomst heeft hij 15 dagen op straat geleefd, zonder onderdak te vinden in de overvolle opvangcentra. Hij herinnert zich nog hoe hij toen, wanhopig en verloren, zijn toevlucht zocht in een kerk in Brussel, een plek van hoop te midden van de duisternis. Na een kort verblijf in de stad kon hij uiteindelijk terecht in een opvangcentrum in Moeskroen, waar hij een jaar verbleef voordat hij naar Aarlen verhuisde, waar hij in een ander opvangcentrum onderdak vond. Het was gedurende deze periode dat hij eindelijk zijn papieren ontving, maar daarna stond hij voor de uitdaging om een eigen huis te vinden. Hij vond niet direct een eigen huurwoning en belandde bijgevolg op straat.
Na een korte periode van dakloosheid vond hij zijn weg naar Leuven, waar hij samen met anderen een huis huurde. Helaas was dit huis in erbarmelijke staat. Na slechts 6 maanden ontving hij een brief waarin stond dat hij moest vertrekken. Het was een pijnlijke herinnering aan zijn voortdurende strijd voor stabiliteit. Opnieuw stond hij op straat.
Na een reeks tijdelijke banen belandde hij uiteindelijk bij een veebedrijf. Gedurende die periode woonde hij met een vriend in een studio in Hoegaarden, maar ook daar vond hij geen blijvende zekerheid. Mid denin de zoektocht naar duurzame tewerkstelling, vocht hij tegen de toenemende kosten van het dage lijks leven.
Het leven nam een andere wending toen Amir ernstig ziek werd door zijn werk in een fabriek, en hij een bijzondere vorm van tuberculose ontwikkelde. Hij werd gedwongen om zijn werk op te geven en vocht tegen de ziekte. Ondanks zijn wils kracht en vastberadenheid bleven de uitdagingen zich opstapelen. Hij bracht maanden door in het ziekenhuis, geconfronteerd met de zware last van medische kosten en het risico op het verlies van zijn woning. Uiteindelijk vond hij financiële hulp bij het OCMW, maar zijn gezondheid bleef fragiel.
1. Amir is een schuilnaam.
Ook de foto is niet Amir zelf.
Momenteel is hij al 8 maanden lang op zoek naar een woning. In die periode van dakloosheid heeft hij zich gewend tot de winteropvang voor een slaapplaats. Daar kan hij meestal wel terecht.
Hij waardeert deze voorzieningen enorm. Wat hij tijdens periodes van dakloosheid het meest mist, is een plek waar hij zijn spullen kwijt kan en ook veilig kan bewaren. Naast de hygiënische voorzieningen biedt het centrum ook maaltijden aan, wat voor hem van onschatbare waarde is.
Er is echter niet altijd plaats in de winteropvang. Afgelopen maanden viel het regelmatig voor dat de winteropvang vol zat. Het is op zo’n momenten, wanneer hij onverwachts en onvoorbereid geen bed had in de winteropvang, dat hij de nacht elders doorbracht. Amir heeft geprobeerd te slapen in de ontvangsthal van het ziekenhuis, maar de beveiliging heeft hem verteld dat dit niet mocht. Hij had geen andere optie, dus heeft hij zichzelf beperkt tot het zitten op een stoel, zonder de mogelijkheid om te slapen. Na verloop van tijd is hij naar de benedenverdieping gegaan, waar hij een 10-tal keren de nacht heeft doorgebracht in de parkeergarage. Het is er koud en de ondergrond is
Nacht na nacht zoekt hij naar een plek om zijn hoofd neer te leggen, soms gedwongen om buiten te slapen vanwege een gebrek aan opvang. Maar zelfs te midden van deze duisternis blijft Amir hoop koesteren.
Het verhaal van Amir, opgetekend door een medewerker van Welzijnszorg