Het Geklank des Konings Zwijndrecht 100 jaar

Page 19

Het Hout Houten blaasinstrumenten zijn muziekinstrumenten die oorspronkelijk allemaal van hout werden gemaakt. Tegenwoordig wordt een groot deel ook van andere materialen gemaakt. De klarinet bijvoorbeeld, die kan van hout worden gemaakt, maar ook van kunststof. Allemaal brengen ze noten voort door de lucht die trilt in hun buis met gaten erin. De adem van de spelers gaat door een: Fluitmondstuk (dwarsfluit) Enkelriet (saxofoon en karinet) Dubbelriet (hobo en fagot) De toonhoogte van het geluid hangt af van het open of gesloten zijn van het aantal gaten. De kortste buis geeft de hoogste toon. Vroeger sloot men de gaten altijd met de vingers. Toen vond men een oplossing: kleppen. Bij de klarinet worden niet alle gaten door kleppen geopend of gesloten. De dwarsfluit en de piccolo zijn voortgekomen uit de blokfluit. De blokfluit is al een erg oud instrument. Deze fluit bleek beter te hanteren wanneer hij dwars bespeeld werd. Een dwarsfluit heeft kleppen, een blokfluit niet. Nog een groot verschil is dat bij een blokfluit lucht geblazen moet worden door een mondstuk. Een dwarsfluitspeler blaast de lucht over een gat. Zodoende hoor je veel minder geruis van de ingeblazen adem. Voor wie dit schitterende instrument in zijn macht heeft, is het warm en zuiver. Haar kleine zusje, de piccolo klinkt een octaaf (=8 tonen) hoger. Het scherpe geluid hoor je boven alles uit.

Nu een instrument dat echt van hout is. De hobo is de kleinste van de dubbelriet-instrumenten. Het mondstuk bestaat uit een dubbelgebogen stuk riet (vandaar de naam dubbelriet-instrument). Om geluid uit het instrument te krijgen, moet je krachtig lucht door het riet persen. Hierdoor breng je het riet in trilling. Kleppen zorgen ervoor dat de gaten, die in de buis van het instrument zijn geboord, afgesloten kunnen worden. Door het indrukken of loslaten van deze kleppen, kun je op dit instrument verschillende tonen maken. Het instrument wordt vaak gebruikt bij droevige melodieĂŤn. Verder geeft de hoboĂŻst de toon aan het stemmen van bij het orkest. Het bekendste stuk waar de hobo in voorkomt is Peter en de wolf. Een variant op de hobo is de althobo of Engelse hoorn.

De klarinet is een blaasinstrument behorend tot de enkelrietinstrumenten. De eigenlijke geluidsproductie vindt plaats in het mondstuk. De klarinettist zet de boventanden op het mondstuk en de onderlip, die over de ondertanden naar binnen wordt gehouden, tegen het riet dat tegen het mondstuk aan gebonden of geklemd is met een rietbinder. Door lucht tussen het mondstuk en het riet door te blazen gaat het riet trillen. De lipspanning (embouchure) bepaalt hoeveel vrijheid het riet krijgt om te trillen. Dit heeft invloed op de toonhoogte en de klankkleur. 100 jaar Geklank | 19


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.