w u belang
crisis Tekst: Arjan Broers • Foto’s: Eduard Ernst, Shutterstock, Oikocredit
voorop
De bankencrisis stortte de wereld in een enorme recessie. Deskundigen werken hard aan herstel, maar denken we wel voldoende na over wat deze crisis ons te zeggen heeft? Arjan Broers, theoloog en Nestor-journalist, schreef er een boek over. ‘We moeten leren immaterieel te groeien.’
Wat is echt van
waarde? W
ie herinnert zich de val van de Berlijnse Muur, in 1989? We hadden de Koude Oorlog gewonnen. ‘Ons’ kapitalisme had ‘hun’ communisme verslagen – en sloeg daarna door. In de jaren negentig ging jan en alleman beleggen op de beurs en kochten we mooie spullen van de overwaarde van onze – op papier – almaar duurder wordende huizen. Later kwamen de absurd hoge salarissen van ‘topmensen’ bij banken en andere instellingen. Tegelijkertijd werden de omstandigheden steeds moeilijker voor mensen die vroeger meer bescherming kregen van de samenleving: mensen met weinig opleiding en eenvoudige banen, mensen met beperkingen, migranten, ouderen zonder pensioen.
Leven in schuld In 2007 en 2008 stortte het financiële systeem in. Volgens Herman Wijffels leefden we al jaren in schuld. Wat eruitzag als economische groei, is afgedwongen door heel veel goedkope kredieten te verstrekken en door roofbouw te plegen op mens en natuur, aldus deze oud-bankier. Deze economische crisis stelt ons voor fundamentele vragen: Wie zijn wij? Waartoe zijn we er? Wat is echt van waarde? Hoe kunnen we goed leven? Hoe zorgen we voor toekomst voor iedereen, ook na ons? Die vragen kunnen we niet overlaten aan alleen economen. Daar is de economie veel te belangrijk voor, en bovendien: wij spelen er allemaal een rol in. Met elke financiële beslissing die wij nemen, doen we mee aan de economie en beïnvloeden we hoe die zich ontwikkelt. En het is duidelijk dat we het niet redden met een economie die alleen om geld en financiële winst draait: daar worden we blind en hebzuchtig van. Want
38
de crisis komt niet alleen door een kleine groep hebberige bankiers, maar ook door al die miljoenen mensen ‘u en ik’ die geloofden in hoge rendementen, of in de beloften van IJslandse banken. Daardoor konden de hebberds hun gang gaan: omdat wij allemaal ‘zo ongeveer’ geloofden in de vrije markt.
Geloven in de vrije markt Nu is geloof, in de brede zin van het woord, mijn vakgebied. Ik ben geboeid door wat mensen geloven en hoe dat hun leven raakt, en ik schrijf daarover, bijvoorbeeld in Nestor. Kijkend naar de financiële crisis kon ik maar niet begrijpen hoe zo veel mensen zo sterk zijn gaan geloven in de kracht van geld en de vrije markt, zonder nog na te denken over andere waarden. Daarom bezocht ik economen, filosofen en een theoloog, om vragen te stellen over de crisis. En ook deed ik onderzoek naar Oikocredit, een kleine ‘bank’ voor de armen, omdat ik benieuwd was wat zij geleerd hebben. Het ‘geloof’ in de vrije markt doet alsof mensen rationele, calculerende wezens zijn, die alleen hun eigen belang nastreven. En als je daarvan uitgaat, dan regelt de economie zichzelf. Maar daar klopt niets van, zegt econome prof. Esther-Mirjam Sent. ‘We zijn klanten geworden op anonieme marktplaatsen, zelfs als we burger, leerling of patiënt zijn,’ zegt zij. ‘Maar we zijn veel meer: we zijn ook sociale en emotionele wezens, en ook dat bepaalt onze keuzes.’ Theoloog prof. Erik Borgman is het daarmee eens. ‘Mensen werken in deeltijd omdat ze hun gezin belangrijk vinden; ze doen vrijwilligerswerk omdat ze ergens bij willen horen; ze geven mantelzorg omdat ze van iemand houden; ze kopen producten die het milieu niet belasten; ze kiezen voor werk waar ze trots op zijn en plezier aan beleven. Al die waarden lopen dwars door elkaar.’
Morele crisis Econoom en ethicus Edgar Karssing van Business Universiteit Nyenrode ziet deze economische zelfs als een morele crisis. ‘Omdat het verantwoordelijkheidsbesef weggeorganiseerd is,’ zegt hij. ‘Mensen in financiële organisaties worden alleen aangesproken op
39