7 minute read

Cameragebruik als agogisch hulpmiddel

Next Article
In en uit dienst

In en uit dienst

Cameragebruik als agogisch hulpmiddel in vzw De Bolster

In onze huidige maatschappij worden technologische evoluties ingezet om het dagelijks leven te verbeteren. Ook binnen De Bolster stappen we mee in deze evolutie. We gaan gericht op zoek naar hoe technologische evoluties een plaats kunnen krijgen binnen onze ondersteuning. Hierbij zoeken we telkens uit hoe een technologie een meerwaarde kan betekenen voor het agogisch handelen. Binnen dit artikel wensen we stil te staan bij het gebruik van camera en videobeelden. Het gebruik van videobeelden is niet meer weg te denken uit onze moderne samenleving. Na een grondige afweging zagen we hier als organisatie een meerwaarde voor onze cliënten. Binnen de vakgroep ortho werd er hierrond een visie uitgewerkt met respect en oog voor de privacy van cliënten en medewerkers. Er werden hierbij ook een aantal voorwaarden uitgewerkt waaraan een vraag voor gebruik van camera moet voldoen voordat een traject kan worden opgestart.

Het gebruik van beeldmateriaal kan verschillende vormen aannemen. Enerzijds worden er videobeelden gemaakt binnen het alledaagse leven. Er worden binnen onze organisatie beelden gemaakt tijdens uitstapjes, feestjes, vakantie-activiteiten,…. Deze opnames kunnen nadien gedeeld worden via de website, facebook,.. afhankelijk van de afspraken en wensen van de cliënten en hun vertegenwoordigers. Hoe we omgaan met het gebruik van dergelijk beeldmateriaal kan je terug vinden binnen ons privacybeleid.

Anderzijds biedt het gebruik van videobeelden een kans om specifieke ondersteuningsnoden gerichter te begeleiden. De videobeelden geven ons extra mogelijkheden om een ruimere beeldvorming op te bouwen. De camera kan zowel gebruikt worden in dagelijkse situaties om bv de veiligheid van de cliënt te controleren. Soms wordt de camera ook ingezet om een beter zicht te krijgen op een situatie of het gedrag van een persoon, … Deze gerichte en specifieke inzet van cameragebruik helpt ons om de ondersteuning aan de cliënt te verbeteren. We werken zowel met vaste als met mobiele (verplaatsbare) camera’s. Mobiele camera’s gebruiken we voor tijdelijk cameratoezicht. Vaste camera’s hebben een permanente plaats en worden ingeschakeld voor toezicht op bepaalde momenten.

In onderstaand artikel brengen we u een overzicht van de verschillende manieren waarop camera’s kunnen ingezet worden om bij te dragen aan levenskwaliteit. Ook de voorwaarden, het traject en de betrokkenheid van de cliënt en zijn/haar vertegenwoordiger komen aan bod.

Het gericht inzetten van camera voor specifieke noden

Veiligheid en gezondheid

Het bieden van ondersteuning kan enkel in een veilige omgeving. De inzet van audiovisuele middelen kan aangewezen zijn als er gevaar dreigt voor cliënten, begeleiders en derden. Zo kunnen we sneller preventief werken of ingrijpen in noodsituaties. De meest voorkomende situaties waar we aan videomonitoring doen zijn onder andere: „ Het volgen van cliënten in de TAVA-ruimte (afzonderingsruimte) „ Opvolgen van cliënten met een medische problematiek (epilepsie, valpreventie, …) „ Monitoring van cliënten met gedragsproblemen (automutilatie, agressie, dool- of wegloopgedrag, preventie van grensoverschrijdend gedrag,…) „ Tijdelijke monitoring in het kader van fixatiebeleid (opbouw of afbouw, uitproberen van alternatieven).

Enkele voorbeelden

„ Door het gebruik van de camera bij een jongere met niet stabiele epilepsie kan de nachtdienst van op afstand opvolgen of alles goed gaat. Dit zorgt ervoor dat deze jongere ’s nachts zelfstandig naar toilet kan gaan, maar dat we ook kunnen opvolgen of er medische bijstand nodig is. „ Daarnaast kan de camera ook zo ingesteld worden dat de nachtdienst een seintje krijgt als een cliënt door een bepaald veld stapt of beweegt. Zo kan er, zeker bij personen met een verhoogde valrisico, opgevolgd worden hoe het met hen gaat. De camera kan een val niet voorkomen, maar zorgt er wel voor dat we gericht kunnen opvolgen hoe het met de cliënt in kwestie gaat. Zo kunnen meer ingrijpende zaken zoals fixatie, … bij een aantal cliënten vermeden worden. „ De camera helpt ons ook bij cliënten die zich doorheen de dag of nacht gespannen of onrustig kunnen voelen. De begeleider kan zowel overdag als ’s nachts opvolgen hoe het gaat als de cliënt op zijn kamer verblijft. Dit betekent zowel voor cliënten als medewerkers een veiligere situatie. De begeleider kan beter inschatten hoe het spanningsniveau is en meer afgestemd gaan begeleiden. „ Bij de cliënt kunnen we opvolgen hoe het gaat en bij tekenen van toename van spanning, gericht begeleiden. Bij één cliënt betekent dit nabij opvolgen dat we vaak kunnen voorkomen dat hij zichzelf pijn doet. Bij een andere cliënt helpt de camera om haar op te volgen en bij verhoogde spanning nabijheid te bieden of haar af te leiden. „ Ook bij afbouw van maatregelen, bijvoorbeeld fixatie, helpt de camera ondersteuning om beeld te krijgen van hoe de afbouw verloopt. Zo kan er veel gerichtere beeldvorming ontstaan. De risico’s die met een afbouw gepaard gaan, worden meer ondervangen. En je krijgt een duidelijker beeld van welke noden de cliënt heeft. „ Vaak kan er door het gebruik van een camera overgegaan worden tot minder ingrijpende vormen van vrijheidsbeperking. Kwaliteit van ondersteuning

Camerabeelden kunnen een positieve bijdrage leveren aan de kwaliteit van ondersteuning. Analyse van videomateriaal kan bijdragen tot een duidelijker beeldvorming over de cliënt (bv. filmen van een activiteit, bij probleemgedrag,…).Deze beelden worden dan gemaakt om gedrag of interacties te analyseren, iets te illustreren, te verduidelijken of te informeren. Ze worden opgenomen om ze nadien te bekijken en/of te bespreken met de direct betrokkenen. Dit kan ons toelaten beter tegemoet te komen aan de noden van de cliënt om een meer aangepaste begeleiding te bieden.

Overgaan tot cameragebruik

Het inzetten van camera’s kan niet zomaar. Binnen De Bolster laten we ons leiden door een aantal richtlijnen/principes die we steeds voor ogen houden bij de beslissing tot cameragebruik.

Privacy

Wanneer we beelden maken doen we dit met respect voor de eigenheid en de privacy van zowel cliënten, werknemers als derden. We laten ons hiervoor leiden door de Algemene Verordening Gegevensbescherming (GDPR). Bij elke beslissing wordt het belang van de cliënten en de privacy van de betrokkenen in overweging genomen. Vanuit het zorgzaamheidsprincipe zal er ook op toegezien worden dat via de plaatsing van de camera, tijdstip van filmen, kadrering van het beeld niet meer gefilmd of in beeld gebracht wordt dan nodig voor de beoogde doeleinden.

Motivering en registratie

Bij de doelgroepen met een verhoogd risico op grensoverschrijdend gedrag kan er beslist worden om als preventieve maatregel structureel cameratoezicht te voorzien in gemeenschappelijke lokalen. Dit ter bescherming van cliënten en medewerkers. Bij specifieke situaties zoals tijdelijke afzondering wordt er structureel cameratoezicht voorzien als onderdeel van het verhoogde toezicht die bij deze vrijheidsbeperkende maatregel hoort. Zo kan de persoon

goed opgevolgd worden en kunnen we de tijd in afzondering zo beperkt mogelijk houden. Vooraleer we bij een cliënt tot cameratoezicht overgaan, maken we de oefening of de inzet van deze apparatuur in verhouding is met het recht op privacy van cliënten en begeleiders en de verhoging van de veiligheid en/of de kwaliteit van de ondersteuning. We benaderen het installeren van cameratoezicht als een vrijheidsbeperkende maatregel en hanteren dezelfde uitgangspunten. Bij cameratoezicht bij een cliënt wordt telkens een individueel plan voor het invoeren van een vrijheidsbeperkende maatregel ingevuld. Daarin wordt zowel de motivatie als de voorwaarden (waar, wanneer, hoelang, al dan niet bewaren van beelden, wie toegang heeft tot de beelden, ….) vastgelegd. Tevens wordt hierover in overleg gegaan met de cliënt en/of de wettelijk vertegenwoordiger die het bewind over de persoon uitvoert. Dit wordt vooraf duidelijk gecommuniceerd naar de verschillende betrokkenen. Het begeleidingsteam (clusterverantwoordelijke, orthoagoog, sociale dienst, teamverantwoordelijke) is verantwoordelijk om tot een gedragen beslissing te komen en de motivatie en voorwaarden uit te werken en op te volgen. Het gebruik van tijdelijke camera’s wordt steeds geregistreerd. Bijhorende observaties worden geregistreerd in het elektronisch cliëntendossier. Vaste camera’s worden beschreven in het individueel handelingsplan.

Materiaal

Het plaatsen van een camera gebeurt in overleg met directie. De clusterverantwoordelijke is hiervoor het aanspreekpunt voor directie. Wanneer een camera wordt geïnstalleerd ter vervanging van of als alternatief voor een persoonlijk hulpmiddel (bv. bewegingsdetectie, epi-watcher), kan deze persoonlijk worden aangerekend aan de cliënt.

Opvolging en evaluatie van cameragebruik

Omdat cameragebruik een ingrijpende maatregel is, is een tussentijdse bespreking en evaluatie van de maatregel noodzakelijk. We engageren ons binnen De Bolster om de noodzaak, het nut, de inhoud en de wijze van gebruik van de ingezette vaste camera’s bij voorkeur jaarlijks na te gaan, maar minstens bij elke individuele handelingsplanbespreking. Wanneer blijkt dat observatie/monitoring niet langer aangewezen is, wordt deze zo snel mogelijk beëindigd.

Het gebruik van tijdelijke observaties wordt geëvalueerd en besproken na het beëindigen van de (vooraf afgesproken) observatieperiode met de betrokkenen.

Bewaren en opvragen van opnames/verslagen

De beelden van camera’s i.f.v. toezicht kunnen enkel live bekeken worden en hier worden geen beelden van bewaard.

Wanneer er camerabeelden worden gemaakt in het kader van beeldvorming, is de orthoagoog van het respectievelijke begeleidingsteam verantwoordelijk voor het bijhouden en bewaren van het beeldmateriaal. We streven ernaar om de bewaartermijn zo kort mogelijk te houden.

Toestemming en informatieplicht

We willen het gebruik van beeldmateriaal op een correcte manier laten verlopen. Duidelijke afspraken zijn daarom onmisbaar. Het is noodzakelijk om vooraf de toestemming te krijgen van de verschillende betrokkenen. Beelden die gemaakt worden met het oog op verhoging/verbetering van de veiligheid, gezondheid of kwaliteit van zorg vereisen toestemming van de betrokkenen. Daartoe wordt een individueel plan cameragebruik opgemaakt, waarin de motivatie en de voorwaarden toegelicht worden. Wanneer men voor deze doeleinden tot cameragebruik overgaat, wordt de cliënt, het netwerk en de medewerkers hierover ingelicht.

Leen Dedeurwaerder en Sofie Claerhout Orthoagogen vestiging Zwalm

This article is from: