Verhalenoogst Tournée Locale

Page 1

KATARINAWIJK MEI 2022 VERHALENOOGST
2NEWS MAGAZINE

Mojgan

Niet voor het geld, maar vanuit het hart

“Respect hebben voor ieders religie, ook voor wie er geen heeft, dat vind ik heel belangrijk.

In 1965 werd ik geboren in de Perzische stad Rasht. Na de Iraanse revolutie van 1979 kwam Ayatollah Khomeini aan de macht. Op mijn zestiende werd ik opgepakt om dat ik me verzette tegen zijn regime dat de Iraniërs on derdrukte. Twee jaar lang leefde ik in een kleine kamer, samen met dertien andere meisjes en twee moeders. We waren politieke gevangenen. Twee jaar later mocht ik terugkeren naar huis en naar school, maar eens per maand werd ik ondervraagd door de politie over wat ik deed en wist. Er was geen vertrouwen. Overal waren er spionnen die onze levens controleerden.

Toen ik op mijn 29e trouwde in Teheran, kreeg ik voor het eerst weer persoonlijke documenten. De controles en ondervragingen gingen ook na mijn huwelijk verder.

Mijn man en ik hadden geen religie meer, maar naar de buitenwereld toe gedroegen we ons als moslims. Mos lim zijn was verplicht in ons land.

Toen er in 2000 rellen uitbraken aan de universiteiten, zijn we met onze tweejarige zoon weggevlucht uit Iran.

We hadden samen één paspoort en vlogen via Turkije

naar Servië. Een maand lang wa ren we onderweg naar Frankrijk, in bootjes, auto’s en vrachtwagens. We hadden daarvoor veel geld betaald aan mensensmokkelaars. Onderweg werden we omringd door vele ande re vluchtelingen.

We strandden in Calais, een heel gevaarlijke plaats, omdat we naar Engeland wilden, waar een neef van mij woonde. Een andere Iraanse vluchteling raadde ons toen aan om naar België te gaan. Na twee weken in het Klein Kasteeltje in Brussel mochten we naar het opvangcen trum in Houthalen. Een jaar later kregen we van het OCMW een plek in een huis met vier andere gezin nen in Meulenberg.

Zes maanden na onze aankomst in België hadden we een werkver gunning gekregen. Mijn man, die in Iran een diploma psychologie behaald had, kon aan de slag bij begrafenissen De Backer-Put. Heel lieve mensen waren dat! Dankzij dat werk konden we sparen en een goe dkoop huis kopen in de Katarinawi jk. Na de verbouwing van de boven verdieping kwamen we hier wonen. Dat was in 2009.

Ik vind niet alles goed aan de Per zische cultuur, maar wel het respect voor ouderen en familieleden. Om dat wij de Belgische nationaliteit hadden, kon mijn mama in 2009 overkomen uit Iran en bij ons ko men wonen. Voor haar kunnen zor gen vind ik heel belangrijk.

Toen we ook de benedenverdieping van ons huis verbouwd hadden, ha dden we meer ruimte voor ons gezin en in 2011 kwam er een tweeling bij:

een zoon en een dochter.

In de Katarinawijk wonen is praktisch want de scholen zijn dichtbij en we kunnen te voet naar het centrum van de stad en de bibliotheek. Ik ben niet religieus maar ik ga wel graag naar de Sint-Catharinakerk. Het is er rustig en mooi.

Al tien jaar ben ik vrijwilliger bij Ligo, voorheen Centrum voor Basiseducatie vzw. Samen met Marie De Lorenzo doen we allerlei acties rond wellness en catering, met en voor vrouwen van verschillende culturen. Vrouwen van Ma rokkaanse en Turkse roots halen we zo uit hun thuisisolement. We maken hen zelfstandiger en weerbaarder.

Drie keer per maand kunnen de vrouwen voor enkele euro’s genieten van wellness bij Ligo. Ik geef hen voetreflexbehandelingen en massa ges. Ontharingen doe ik ook. We maken samen ook natuurlijke maskers.

We zijn ook creatief met klei, zeep en andere materialen, en wat we maken, wordt verko cht voor het goede doel. Jaarlijks organiseren we een vrouwenfeest waarop ook kinderen welkom zijn.

In de vzw Hilal Zan verzorgen we, ook samen met Marie, de catering met multiculturele ge rechten op familiefeesten en evenementen. Dat is heel populair in Hasselt! Op vrijdag 20 mei zorgen we voor hapjes tijdens de ‘24 uur tegen armoede’ die Avansa Limburg organi seert. Iedereen mag komen. Reserveer wel op voorhand.

Ik ben echt blij dat ik dit allemaal kan doen voor en met andere vrouwen. Niet voor het geld, maar vanuit mijn hart.

Ik ben ook blij dat ik hier kan wonen met mijn gezin. Grote dromen heb ik niet, voor mezelf toch niet. Mijn droom voor alle mensen is: geen oorlog meer. Nu niet en nooit meer.”

"Mojgan Vatanabadi woont met haar moeder, man en drie kinderen vlak bij Ontmoetingscentrum Sint-Katarina. Het lijkt wel of een hand mijn maag omklemt terwijl ik naar haar verhaal luister.

Tweeëntwintig jaar geleden startte Mojgans tweede leven. Vandaag zit er een vrouw tegenover mij die heel gelukkig is met haar gezin, met de plek waar ze wonen, de mensen die hen omringen en het vrijwilligerswerk waar ze zich met heel haar hart voor inzet. Ik ben blij voor haar!"

3NEWS MAGAZINE
VERHAAL
OPGETEKEND DOOR: BERNADET WEHENKEL FOTO: ANDRÉ JANSSEN (STUDENT FOTOATELIER SASKH)

Benoit

DELEN MAAKT JE RIJKER DAN HEBBEN

Ik streek op mijn tweede jaar neer in de Albrecht Rodenbachstraat. Ik werd geboren in Hasselt (1998) als eerste zoon van Tongerse ouders. Mijn ouders werkten toen in Hasselt, mama gaf les fysica aan het Jessa College en papa had een opdracht als architect in het ziekenhuis. Ik volgde de richting wetenscha ppen/wiskunde aan het Atheneum en toen ik aan een opendeurles economie deelnam, zag ik opeens ‘het licht’: dit is het. Ontdekken hoe de wereld ineen zit, hoe de economie de wereld doet draaien. Interessant! Intussen frequen teerde ik ook de Hasseltse Academie (tekenen) en het Conservatorium waar ik pianoles en toneel volgde. Na het Atheneum koos ik de ri chting handelsingenieur aan de UHasselt, om later mijn Master Duurzaam Management in Luik te behalen. Momenteel doctoreer ik in Circulaire Economie.

De handelaars stonden aanvankelijk sceptisch tegenover het project, maar ze zien wel in dat we met z’n allen moeten inbinden wat gronds toffen en fossiele brandstoffen betreft. De eindigheid van materiële dingen begint door te dringen. Kwaliteit primeert en een herstel dienst wordt dan zinvol om producten langer te laten meegaan.

Circulair werkt!

VERHAAL OPGETEKEND DOOR VIE KUIJKEN

In mijn vrije tijd hielp ik al eens de buurvrouw met haar fietsbibliotheek-actie: zoals je een boek leent uit de bibliotheek, kun je bij haar een (kinder)fiets lenen als lid van de fietsbib. Het economisch denken maakte plaats voor iets anders: niet kopen, maar lenen en herge bruiken, trok mijn aandacht.

Dat bracht me op een idee. Bij een kleine ver bouwing in mijn ouderlijk huis, om ruimte te scheppen voor mijn vriendin en mij tijdens corona, had ik werktuigen en toestellen nodig. Ik vroeg me af of ik nu alles goedkoop maar misschien van mindere kwaliteit zou kopen of duurder en beter. Of... enkele kwalitatieve ma terialen lenen en te leen geven. Zo werd de Bib der Dingen geboren in de Albrecht Rodenba chstraat...

Dit initiatief is nog aan de opstart bezig, maar met Tournée Locale wordt deze bib officieel in gebruik genomen en zullen buurtbewoners een beroep kunnen doen op werktuigen en ma terialen die uitgeleend en hergebruikt worden. En dit tegen een betaalbaar jaarlijks lidgeld.

Is dat economisch rendabel? Het vermindert in elk geval de afvalberg als niet iedereen alles moet kopen, ook wat je maar sporadis ch gebruikt. Een grasmaaier bijvoorbeeld kan makkelijk uitgeleend worden onder buren, die dan maar een kleine bijdrage bij de aankoop le veren. Machines als een hakselaar of een hoge drukreiniger kunnen gezamenlijk aangekocht en gebruikt worden.

Het principe van samen kopen en gebruiken heeft veel voordelen: het is goedkoop, we produceren minder afval en hebben minder opslagruimte nodig. En het is ook sociaal-eco nomisch verantwoord. Buren krijgen meer sa menhorigheidsgevoel en helpen mekaar meer, omdat ze allemaal (ongeveer) dezelfde proble men hebben op te lossen. Deze mindshift wor dt een feit. Ook al omdat er geen onderscheid wordt gemaakt: iedereen kan meedoen als lid. Ook vluchtelingen, die helaas alles moesten achterlaten, krijgen nu toegang tot alle beno digdheden. ‘Je hoeft niet alles te hebben om je rijk te voelen, als je het kunt lenen’.

En nog iets: (werkloze) vrijwilligers die de bib ondersteunen en organiseren, kunnen met die ervaring één dag per week begeleid in geschakeld worden op de arbeidsmarkt. De circulaire economie schept banen, ook via de partners/handelaars die met een gedegen hersteldienst jobs creëren. Eigenlijk moet de productie van goederen aan banden worden gelegd, zonder banenverlies te veroorzaken. Minder kwantiteit dus en meer kwaliteit, daar streven we naar.

De Bib der Dingen blijft voorlopig kleinschalig, maar in de toekomst zal deze aanpak uitbrei ding vinden op alle vlakken.

Als onderzoeker in o.a. Circulaire economie wil ik deze strategie ‘aan de man’ (en de vrouw) brengen, ook nu reeds via lezingen die ik geef over deze materie. We moeten naar een wereld waarin bezit als zodanig niet zaligmakend is, wél de onbeperkte toegang tot dingen, diens ten en kansen die je een goed gevoel geven.

En we kunnen klein beginnen, zoals met de Bib der Dingen....”

4NEWS MAGAZINE
FOTO:
5NEWS MAGAZINE

Geluk zit vaak in kleine dingen Bianca

“Ik ben docente aan de PXL maar daarnaast werk ik sinds een viertal jaar als moreel consulent in het Virga Jessa Ziekenhuis van Hasselt. Mijn job daar kan je in één woord omschrijven als “een luisterend oor” maar het omvat veel meer dan dat alleen. Patiënten die in het ziekenhuis verblijven kunnen een gesprek aanvragen bij de verpleging. Dit is volledig gratis. Ook voor partners of familie maak ik graag wat tijd vrij om steun te bieden in toch wel heftige momenten. Meestal ga ik bij de patiënten op de kamers langs en vraag of ze zin hebben in een babbeltje.

Vaak word ik vergeleken met een psycholoog maar ik doe toch niet helemaal hetzelfde. Mijn aanpak is persoonsgebonden en niet iedereen heeft nood aan een lange opvolging. Soms kan het voor een zieke al volstaan om een keer het hart luchten. Bovendien is een gesprek met een consult heel laagdrempe lig en wij hebben geen wachttijden. Iedereen die er nood aan heeft kan een consult aanvragen.

Ik voel echt van persoon tot persoon welke nood er voor hen is en speel daar op in. Dit kan gaan van vertellen over de persoonlijke en/of fysieke last die zij ondervinden van hun ziekenhuisopname maar evengoed over eenzaamheid of angsten. Maar ik heb ook best wat luchtige en grappige gesprekken. De dankbaarheid die ik krijg van de patiënten geeft me een enorme voldoening en energie.

Ik krijg vaak de vraag of ik de verhalen uit het ziekenhuis niet meedraag naar huis maar ik kan dit goed relativeren. Natuurlijk zijn er patiënten die mij zwaarder raken dan andere, maar dat maakt mij ook gewoon mens. Ik ben er van overtuigd dat die menselijkheid ook nodig is om mijn job goed te kunnen doen. Empathie is een belangrijke eigenschap in mijn job, willen en kunnen luisteren en mensen zichzelf kunnen laten zijn, zonder oordeel of taboes. Ik vind het fascinerend dat er zo’n grote verscheidenheid is aan mensen en het blijft mij verbazen verschillend mensen op soortgelijke situa ties reageren.

Geluk zit vaak in kleine dingen merk ik. Soms neem ik een klein geschenkje mee, een roosje of een opkikkertje bijvoorbeeld. De glimlach die ik daarvoor terugkrijg, maakt het meer dan waard. Ik hoop dit nog te kunnen doen tot mijn pensioen. Eigenlijk voelt het helemaal niet als werken voor mij.

Moreel consulent in een ziekenhuis is nog vrij onbekend, wist je dat ik momenteel de enige ben in Limburg? bianca.vosters@jessazh.be

Verhaal opgetekend door: Tamara Daems

Foto: Dany Lousbergh

6NEWS MAGAZINE

Koen

“Ik wilde echt terug in de stad wonen. Des tijds werkte ik in Brussel als TV-producer. We hadden twee auto’s en ik pendelde dagelijks naar het werk. Dat is een steek door het hart van een ecologist. Daar moest iets aan veran deren. Misschien was het verstandiger geweest om toen naar Brussel te verhuizen, maar om een of andere rede bleef ik in Alken plakken.

Maar een tijdje geleden viel de beslissing: we zouden naar de stad verhuizen. Een huis zoeken in de Katarinawijk is geen sinecure. De meeste wijkhuizen zijn al na een paar dagen verkocht. Ik denk dat er een ‘intern systeem pje’ in schuilt. Meestal gaan de huizen naar familie of kennissen. Uiteindelijk vond ik een toffe plek in de wijk, dicht bij het centrum en het stadspark en – het lijkt wel een voorbes temming – dicht bij het moederhuis waar ik geboren ben. De navelstreng wordt alsmaar korter. De Albrecht Rodenbachstraat nummer 9 werd mijn definitieve stek. Eén auto ging al vast de deur uit. Die was steeds zoek omdat die nog zelden werd gebruikt: we vergaten gewoon waar we hem hadden geparkeerd.

Toen kwam de volgende uitdaging: mij in leven en inwerken in de buurt. Ik kreeg door toeval een voetje vóór door een werfongeluk! Tijdens de verbouwingen aan ons huis viel een bak puin uit de hijskraan pardoes op het dak van buurman Luc. Gevolg: het halve dak om zeep. En het was nog maar net vernieuwd. De zaken werden geregeld, het dak kreeg nieuwe pannen en ik kreeg elke dag verse koffie van de buurman. Dat zat dus al goed. Al snel volg de de kennismaking door het comité ‘Red het stadspark’ met Bruno, Luc, Rob, Béatrice, Yves en ga zo maar verder. Het park was het ge meenschappelijk doel.

De job in Brussel zegde ik vaarwel. Ik wilde – alweer – iets nieuws beginnen en liefst van al dicht bij huis. Toen ontstond ‘37 graden’, een bedrijfje dat op een creatieve manier omgaat met kunst, afval, voedsel….noem maar op. Wij maken er cadeautjes, en leuke gebruiks voorwerpen van, die instellingen, besturen en bedrijven als geschenk kunnen gaven aan rela ties en personeel.

Als vaste stek hebben wij, partner Kim en ik, een deel van het oude OCMW-gebouw gehuurd. Wij ontwerpen veel dingen zelf maar het kan ook dat externe ontwerpers hun ideeën hier komen ontwikkelen. We gaan dan op zoek naar medewerkers uit het alternatie

ve circuit: Bewel, De Wroeter, psychiatrische instellingen en andere sociale werkplaatsen. We gaan eerst kijken wat die mensen (aan) kunnen en dan werken we voor hen een werkplan uit voor één welbepaald geschenk. Soms is dat een heel eenvoudig iets zoals het bestickeren van een notaboekje met 9 klevert jes die de medewerker willekeurig op de oms lag mag kleven.

Maar het kan ook iets complexer. We von den veel afvalhout, aluminium buisjes en ve ren in de Jaga fabriek in Diepenbeek. Samen met CEO Jan Kriekels hebben we de Potop on tworpen, een mooie onderzetter. Jaga leverde het materiaal en wij zochten de mensen die de Potop konden en wilden maken.

Zo hebben we tientallen ontwerpen gerea liseerd die we onze klanten aanbieden. De omvang van de bestellingen loopt erg uiteen. Gaande van 1 stuk online tot 4.000 stuks voor een grote onderneming. Dat alles wordt ge maakt in de ‘locale sociale economie’ maakt het product als het ware nog waardevoller.

Bij alle cadeautjes die wij leveren steken we een retourkaartje in de verpakking. Niet omdat het moet worden teruggestuurd maar het kaartje is een ‘appreciatiekaartje’ waar mee je persoonlijk de maker(s) van het ges chenk je mening kan geven. Die feedback naar de medewerkers in de ateliers wordt enorm gewaardeerd. Het is de papieren ver sie van de vragen om feedback op talloze verkoopsites. De kaartjes worden verstuurd naar de makers in de werkplaatsen zelf en dat genereert daar enorm positieve energie.

In de Katarinawijk is inmiddels ook een ‘Voedselbos’-project gestart. Dat is een lap grond aan de Oude Luikerbaan die ng wordt gepacht. Het is de bedoeling dat er fruit en groenten worden gezaaid en geplant zodat de buurtbewoners er kunnen gaan oogsten. Stel je de beplanting voor als een boomgaard met fruit- en notenbomen. Daaronder en daar rond is er plaats voor perken met laag fruit en natuurlijk groenten. Het Voedselbos zou een tegenhanger van de huidige landbouw moe ten worden. Nu hebben we velden vol met één cultuur, één gewas, één variant van fruit.

Dat willen wij doorbreken want als daar een ziekte in komt, is alles om zeep. In ons Voed selbos houdt alles elkaar in evenwicht. Het ene jaar heb je met een opbrengst pech maar met andere gewassen geluk. Samen met de

vrijwilligers van de buurt gaan we mensen van sociale werkplekken, bijvoorbeeld Vista – vroe ger Basis - en De Wroeter, opzoeken om in het Voedselbos te werken want er moet geplant en gezaaid en gewied worden.

Er zijn al mooie tekeningen en plannen van gemaakt door de buurt maar het ligt nu een beetje stil bij het stadsbestuur. Het gebied is ingekleurd als groen gebied maar wij kunnen niet zomaar een bos gaan aanplanten.

De insteek van 37 graden is de verbinding met de sociale tewerkstelling. Het buurtcomi té zorgt voor de plannen en de organisatie en wij zorgen voor enthousiaste medewerkers. Ik vind het een schitterend project al is nog werk aan de winkel. Bovendien is er ook nog de pa cht die moet worden opgezegd. Het kost alle maal een beetje tijd. "

"Koen Windmolders is geboren Hasselaar. Na heel wat omzwervingen belandde hij in Alken. Tot tien jaar geleden, de roep naar de stad hem te machtig werd. Koen wou weer naar Hasselt stad en liefst van al in de Katarinawijk.Hijzochtenvond–zijhetmoeizaam–een plek.Opeenboogscheutvanzijngeboortehuis,hetoude Moederhuis.

Koen raakt niet uitgepraat over 37 graden, de Katari nawijk en de buren. Hij laait van enthousiasme en verstaat de kunst om geestdrift over te bren gen. Het is duidelijk dat de inplanting van 37 graden in de wijk, het stadspark, het Voedsel bos, de BBQ’s-feestjes en picknicks van hem een blije mens maken."

7NEWS MAGAZINE
We gaan eerst kijken wat die mensen (aan)kunnen en dan werken we voor hen een werkplan uit. 37 graden, zo warm is een mens
VERHAAL OPGETEKEND DOOR CHRETIEN PAESEN FOTO: JOS VANNITSEN

Marina, Jo, Yvon en Eddy

Er zijn veel

armoede

"De Brug is een plek van en voor kwetsba re mensen. De mensen waar ik mee praatte, zien zichzelf niet als een pijler of een belan grijke schakel, ze horen gewoon bij De Brug, en ze doen wat ze doen. Ze spreken open en met waardigheid over hun moeilijke leefoms tandigheden, en hebben en sterk respect naar elkaar toe.

Dit is geen interview zoals alle andere, om dat het eigenlijk gaat om het collectieve verhaal van de mensen die mekaar treffen in De Brug.

Voor veel van deze mensen gaat er aan hun contact met De Brug een moeilijke tijd vooraf, bijvoorbeeld een leven als dakloze. Ze komen in het begin vaak in eerste instantie voor de goedkope middagmalen die in de Ludovicus zaal geserveerd worden.

Maar ze blijven komen en dat is omdat De Brug nog veel meer te bieden heeft. Het is een plek waar ze zichzelf kunnen zijn, waar ze an dere mensen ontmoeten en zich minder een zaam voelen, waar ze zich veilig en welkom voelen.Het is een plek ook waar ze ook iets be tekenen, want veel “bezoekers” nemen op min of meer regelmatige basis allerhande taken op zich.

Marina bijvoorbeeld, die eerst kwam om deel te nemen aan de creanamiddagen, heeft later keukentaken overgenomen van een ande re bezoekster, en zorgt nu voor decoratie van de lokalen bij feestdagen en andere speciale gelegenheden. Ze helpt ook mee om de spelna middagen in goede banen te leiden.

Yvon gaat vaak het spel “Overbrug de maand” demonstreren bij verenigingen en in scholen, en staat urenlang aan de kookpotten bij de pannenkoekendag en de barbecue.

Jo en Yvon namen – in pre-coronatijden en voor de subsidies teruggeschroefd werden –deel aan nationaal en internationaal overleg van De Brug en andere armoedenetwerken binnen het BAPN (Belgisch netwerk voor Ar moedebestrijding) en het EAPN (European Anti Poverty Network).

Activiteiten die wegens de coronacrisis on hold werden gezet, zijn nog niet allemaal opnieuw opgestart. Zo zijn er voorlopig geen creanamiddagen, en de pannenkoekendag kon eind januari nog niet doorgaan. Het spel werd al lang nergens meer voorgesteld. De vermin dering van het aanbod aan activiteiten en sa menkomsten is misschien ook de reden waa

NEWS MAGAZINE
soorten
VERHAAL OPGETEKEND DOOR GRETA DECKERS
FOTO:
ANDRE
JANSSEN

rom er weinig jongeren de weg vinden naar De Brug.

Tijdens de coronacrisis is er wel een online overkoepelend overleg geweest, maar de ver trouwdheid van de mensen met deze manier van communiceren was dusdanig beperkt, dat er van echt overleg geen sprake was. Wil men dat “de armen het woord nemen” dan moet het overleg onder de vorm van een fysieke sa menkomst kunnen plaatsvinden.

De subsidies voor armoedeverenigingen zijn de laatste jaren stelselmatig terugges chroefd. Dat betekent o.a. dat de armen zelf, de mensen die bij De Brug komen en daar actief zijn, niet meer kunnen deelnemen aan overkoepelend overleg, omdat hun verplaat singen en eventuele verblijfskosten niet meer vergoed worden. Zij worden weliswaar verte genwoordigd door maatschappelijk werkers die in hun naam spreken, maar ze betreuren dat deze mensen soms weinig voeling hebben met hun noden en ervaringen."

"Wat ik fijn vond aan deze gesprekken, was de eenvoud van deze mensen: ze zien zichzelf niet als een pijler of belangrijke schakel, ze horen gewoon bij De Brug, en ze doen wat ze doen. Ik was ook getroffen door hun openheid, door de waardigheid waarmee ze over hun moeilijke leefomstandigheden spreken, en door hun respect naar elkaar toe." Greta

“Ik werk al een jaar of vijf als vrijwilliger voor het huisvandeMens in Hasselt. Ik doe vooral administratie maar ik help ook mensen om documenten in te vullen. Wij informeren je over de wetgeving rond euthansie en patiën tenrecht. Maar ook helpen we je bij het opste llen van je wilsverklaring: dat zijn documenten in verband met je levenseinde. Zo kan je via de juiste documenten bijvoorbeeld aangeven dat je geen nutteloze behandelingen wil krijgen als je in een onomkeerbaar coma bent beland na een ongeluk of een ziekte. Dat is wat we in het huisvandeMens onder andere doen. Voor informatie rond levensbeschouwelijke on derwerpen kan je bij ons terecht.

Maar heb je eerder nood aan een warme ba bbel? Dan staat er altijd iemand van ons klaar om je te ontvangen.

Plechtigheden rond geboorte maar ook huwelijken, lentefeest, noem maar op …. wij zorgen met plezier voor de persoonlijke, unieke en warme touch.

Ook dat luisterend ook kunnen mensen dus bij mij vinden.

Ik doe dit werk heel graag en ik haal er heel wat voldoening uit. Iets kunnen doen voor de mensen in onze samenleving en het verschil maken, zorgt ervoor dat ik hier met plezier elke week opnieuw sta.

Wist je dat wij in het Vrijzinnig Punt, naast het huisvandeMens, ook een boekenruilkast hebben? Die hangt buiten en je kan er een boek dat je aanspreekt meenemen, liefst als je later ook eens een leuk boek terugbrengt.

We organiseren ook wandelingen en ge regeld zijn er ontmoetingsmomenten zoals maandelijks een ‘gezellige vrijdag’ of de zon dagse ‘(on)gemakkelijke ontmoetingen’ voor iedereen.

Zeker voor elk wat wils dus. Spring gerust eens binnen. Misschien vind je mij wel aan het onthaal!”

9NEWS MAGAZINE
Nood aan een warme ontmoet ing? Spring gerust binnen!
VERHAAL OPGETEKEND DOOR TAMARA DAEMS FOTO: JOS VANNITSEN Anne

Carlo en Ingrid LUNA TOVERT ALTIJD EEN LACH OP HET GEZICHT VAN MENSEN

"Carlo Valkenborgh en Ingrid Verbeemen wonen met hun dochter Luna op de Oude Luikerbaan, vlakbij het Stadspark. Ze zijn perfect op elkaar ingespeeld. Ze vertrekken altijd vanuit de overtuiging dat voor hun het glas halfvol is. De uitdagingen en hindernissen in het leven, die overwinnen ze stuk voor stuk, samen! Warme zorgzaamheid (ver)bindt hen, net als humor en creativiteit."

Bernadet

10NEWS MAGAZINE
Wehenkel

Carlo: Mijn vrouw Ingrid en ik zijn allebei van Hasselt. We woonden een tijdje in Runkst. Daar bracht onze zoon Nils zijn eerste levens jaren door. In 1987 kochten we dit huis aan de Oude Luikerbaan. Vijf jaar later werd onze do chter Luna geboren.

Na ingrijpende verbouwingen, zo’n twintig jaar geleden, heeft ons huis de vorm gekregen die het nu heeft. We hebben hier een heel fij ne tijd gehad met onze kinderen en we wonen hier nog altijd graag. Ons Luna wordt dit jaar 30, maar ze woont nog bij ons in omdat ze een heel bijzonder kind is.

We wonen hier dicht bij het centrum, de supermarkt en de invalswegen. Dicht bij mijn werk ook. Ik ben leerkracht fotografie op de Academie. Als ik om 18u10 start met werken, kan ik om 18u05 thuis vertrekken en nog ruim op tijd zijn.

Ingrid en ik hebben geen groene vingers. Gelukkig vraagt ons stadstuintje heel weinig onderhoud. Het is een uitbreiding van onze woonruimte, met veel groen en een gigantische berk die boven de nok van ons dak uitsteekt. Dankzij die boom zitten we goed beschut. Dit is onze secret garden. Het tuinhuisje, een voor malige duiventil, is nu het prinsessenkasteel voor onze kleindochter van vier, compleet met roze strikjes, een kristallen lustertje en een theeservies uit de Kringwinkel.

Ingrid: Omdat we hier al zo lang wonen hebben we al heel veel buren gehad. Met alle naaste buren hadden we een goede relatie en nu nog. Toen onze kinderen klein waren, woonden hier ook veel andere kinderen waar mee ze konden spelen.

Carlo: We juichen een aantal initiatieven in deze buurt toe, zoals het kippenproject Let’s Tok in het Stadspark, dat door Hilde Stevens in gang is getrokken. Luna en onze kleindochter vinden het plezant om naar die kippen te gaan kijken.

We willen onze energie in de zorg voor ons gezin steken. Daarom komen we er niet aan toe om hulp te bieden bij buurtprojecten, maar wij doen op onze manier aan buurtwerking. (lacht)

Zo gaan we bij de start van Tournée Loca le een uitvergroot beeld ophangen achter het raam aan de straatkant. Het is een foto van Luna in haar wild enthousiasme. Zo was ze toen, als zesjarige, en zo is ze nu nog: onge geneerd, uitzinnig lachend. Mensen die haar kennen, weten dat ze een heel opgewekte jon gedame is, met nog kinderlijke streken. Ze to vert een glimlach op ieders gezicht.

En we staan ook bekend als de bewoners van ‘het huis met de hondjes’!

Ingrid: Achter het raam aan de voorkant van ons huis staan twee goudkleurige beelden van hondjes. Die kleed ik aan volgens thema’s als carnaval, Kerstmis, Halloween, Star Wars en de Jeneverfeesten. Toen onze zoon trouwde, wa ren de hondjes verkleed als bruidspaar. Men sen uit de buurt blijven regelmatig voor het raam staan om naar ze te kijken, en vertellen me zelfs wanneer het tijd is voor een andere outfit. (lacht). Ik geniet ervan om nieuwe the ma’s uit te werken en nieuwe kledij te maken. De kleinkinderen vinden het fijn om me daar bij te helpen.

Carlo: Die hondjes, dat is een knipoog naar de buurt. Ik hoorde iemand buiten ooit luidop zeggen: “Hier word ik gewoon iedere dag blij van!” (lacht)

Ingrid: Ons leven is niet altijd gemakkelijk geweest maar we zijn positief ingesteld. Ik heb een heel goed leven op dit moment. Ik ben met pensioen, Carlo werkt nog, onze kinderen en kleinkinderen zijn gezond. Wat me gelukkig maakt is datgene wat ik elke dag kan doen. Als Carlo met pensioen is volgend jaar, is er iets meer vrijheid om buiten de schoolvakanties samen dingen te doen. Dat lijkt me wel leuk. Verder hebben we alles al. Concrete dromen heb ik daarom niet. Vroeger droomde ik wel van een Ford Mustang. (lacht) Toen ik met pen sioen ging, heeft Carlo een witte Ford Mustang geleend van een collega van de Academie en daarmee heeft hij mij verrast op mijn werk.

Carlo: Het glas is hier altijd halfvol, ja. Ik vind het fijn dat we onbezonnen verder kun nen doen met waar we mee bezig zijn, zoals de gebruikelijke grootouderactiviteiten - met de kinderen naar de Efteling gaan bijvoorbeeld. We gaan ook vaak naar tentoonstellingen in Brussel. Luna doet dat heel graag. Ze spreekt niet veel, maar gebruikt gebaren om ons te ver tellen wat ze ziet: een bloem, de kleur blauw, enz. Wij genieten ervan als we zien dat Luna iets kan oppikken van die tentoonstellingen en dat zij er plezier aan beleeft. Soms gaan we met haar naar een optreden. Daar kan ze ook van genieten. Tijdens een optreden van Little Ste ven Van Zandt, de lead gitarist van Bruce Sprin gsteen, ging Luna helemaal uit de bol.

Omdat we alles al hebben, koesteren we die dingen waar we onszelf één keer per jaar op trakteren. En we willen ook een beetje downsi zen omdat we vinden dat we te veel spullen he bben. Maar dat is minder een droom en meer een taak. Daar hebben we hopelijk nog dertig jaar de tijd voor. (lacht)

11NEWS MAGAZINE
Warme zorgzaamheid (ver)bindt, net als humor en creativiteit.

Iwert

Waarom niet één groot Hasselts stadsfeest?

“Ik ben een geboren Genkenaar die opgroeide in Opglabbeek en later naar Tongeren vertrok. Als docent architectuur aan de Uhasselt kijk ik op eigenzinnige manier naar de straat, de wijk en de stad. Mijn observatie tracht ik vast te le ggen met mijn camera. Liefst ‘s nachts tijdens eindeloze wandelingen door Hasseltse straten en wijken. Elk beeld is vereeuwigd en is er on miskenbaar geweest.

Mijn naam is geen ‘Vlaamse naam’ maar ik ben er trots op. Mijn roots liggen daar langs grootvaders kant in Polen. Hij stierf toen ik één jaar was. Babcia, Pools voor grootmoeder, was Oekraïense en is eind vorig jaar overle den. Mijn grootvader kwam na de oorlog als vluchteling hier wonen en werken. Van moe derskant ben ik Limburgs, mijn grootouders daar zéér Vlaams gezind. En voilá, nu ben ik hier. Mijn naam wekt soms wel verwondering, gaande van ‘moeilijk’ tot ‘onuitspreekbaar’. Ik erger mij daar soms aan. Is Bernakiewicz dan echt zoveel moeilijker dan Vancraenenbroek of Preud'homme? En hoeveel schrijfwijzen zijn er voor Jansen en Dirix?

Ik ben in Genk opgegroeid in een zeer brede multiculturele omgeving. Ik woonde in het hoogste wooncomplex van Limburg: Zon neweelde (D’Ierd). Dat was een smeltkroes van nationaliteiten en dan nog eens gelegen in een wijk waar er haast geen ‘native Belgen’ woon den. Dan leer je omgaan met andere talen, ge bruiken en dus ook andere namen.

Ons gezin woonde in Tongeren. Mijn ou ders woonden in Opglabbeek en die van mij toenmalige echtgenote in Geel. Dat zijn grote afstanden. Hasselt leek een prima woonplek.

Ik geef les aan de campus Diepenbeek. Op een kwartiertje van je werk wonen is een grote luxe en dus was de keuze vlug gemaakt. Er was nog een goede reden om mij in Hasselt te vestigen.

Ik ben enig kind en weet dat ik dus ooit voor mijn ouders in Opglabbeek zal moeten zorgen. Een andere goede reden om te verhuizen was het openbaar vervoer. Ik gebruik héél weinig de auto, hoewel, als je kinderen hebt dan is die auto soms wel noodzakelijk. Maar Hasselt heeft een groot station met annex busstation en dat vind ik heel belangrijk.

Katarina leek ons een fijne wijk. Vooral het ge deelte waar ik nu woon. Ik heb een kleine ach tertuin die uitgeeft op een parkje. Hier spelen joelende kinderen en wandelen de bewoners van de nabijgelegen appartementsblokken. Dat geeft een soort ‘vredigheid’. In mij achter tuin staat een bijgebouwtje met op de verdie ping een gemetste duiventil. Daar heb ik een werkplek van gemaakt omwille van het zicht op de groene long, omwille van die aanwezi gheid van jong en oud. Er zit een groot raam dat uitgeeft op dat tafereel. En ja, ik weet dat de appartementsbewoners recht naar binnen kunnen kijken maar ook dat maakt deel uit van het ‘samen wonen’.

In dit gedeelte van de Katarinawijk zijn de ach tertuinen bijna allemaal verbonden door een servitudeweg. Een droom voor fietsende, ska

tende en rolschaatsende jongeren. Het is ook een verbinding met de buren omdat de gara ges aan de servitude vaak aanleiding geven tot uitgebreide babbels en zelfs feestjes. Aan die contacten is hier een grote behoefte. Wist je dat zelfs de Aldi een ware ontmoetingsplek gewor den is in de wijk? Dat is best eigenaardig. Per soneel en klanten kennen elkaar hier en slaan regelmatig een praatje. Je hoort het vaker: “We zien elkaar nog wel in de winkel!”. Hier vind je ook nog een echte bakker, een slager, een krantenwinkel. Dát zijn de echte ontmoetings plaatsen voor de wijkbewoners. Het enige dat ik mis en een volkscafeetje. Er is natuurlijk ‘In de vaart van Maastricht’ maar dat is ‘over de steenweg’.

Ik woon weliswaar in een gesloten bebouwing maar toch is er een opening naar groen, naar de natuur. Wist je dat de Windmolen en de wei de daarachter een schapenweide is? Daar ein digde Hasselt vroeger. Vanaf hier was er alleen nog maar heidegrond. Hasselt betekende in oppervlakte niks. En diameter van 800 meter, dat was het. Alles daarbuiten was zand, heide en zeer schaarse bebouwing. Waar nu de Ka tarinawijk ligt, stonden slechts enkele boerde rijtjes. De Windmolen is het laatste stukje erf goed dat is overgebleven en dat ligt aan onze achtertuinen!

Ik wilde altijd al in een stad wonen. Het dorpse van Opglabbeek lag mij niet zo zeer. Het stede lijke trok mij aan. Het waarschijnlijk een over blijfsel van mijn ‘Genkse periode’. Ik hou van de stad. ‘s Nachts trek ik er, gewapend met een camera, vaak op uit om te wandelen en vooral om te kijken. Je zou verbaasd zijn hoe snel din gen veranderen. Een foto getuigt dan hoe het was en hoe het nu is. Een mooie boom, giste ren nog gefotografeerd, is plots verdwenen. Hij laat een kale plek op de grond achter. En vaak weet niemand waarom die boom weg moest want die stond er al tentallen jaren.

Dat doet een wijk transforme ren. Niet noodzakelijk naar ‘beter’ maar altijd naar ‘anders’.

Een mooi huis dat wordt ges loopt, dat doet mij iets. Het ver plicht wijken van erfgoed voor het nieuwe, het sjieke, daar kan ik niet bij komen. Wie over de boulevard loopt ziet de wonden die met betonnen pleisters zijn beplakt. Het erfgoed van Has selt wordt te veel verpakt in documenten, foto’s, eretekens en ornamenten. Bewaard in museumvitrines. De échte bou wkundige erfenissen worden met de bulldozer weggeduwd ten voordele van prestige voor ‘la richesse’. Dat vind ik erg. Hasselt wil geen ‘werkmen senstad’ worden. Dat voel je aan de aard van de veranderingen,

van de verbouwingen.

Onze straat is vrij lange. Hierachter leeft de gemeenschap op een leuke manier. Het pu bliek is zeer gemengd qua leeftijd. Wij kennen elkaar. Soms ontstaan spontane feestjes. In het straatje hierachter staat een grote bank. Die hebben we samen aangekocht en daar zitten we dan samen iets te drinken.

We organiseren ook opnieuw, na een paar co rona-jaren, een straatfeest. Geen grootse opzet maar een supergezellige samenkomst. Iede reen brengt dan iets mee om te bakken op de grill, of iets anders om te eten en te drinken.

Vanaf dan is het feest! Vroeger werd het super georganiseerd met inschrijvingen en zo, maar nu is het spontaner. Men komt en gaat, men praat, eet en drinkt.

De nieuwjaardrink is ook zo ’n buurtfeest. Ie mand maakt pompoensoep en die wordt verko cht. Zo hebben we drie- tot vier keer op brede schaal contact met elkaar.

We hebben hier in de wijk ook heel snel con tacten van dichtbij. Meestal met buren die dichter wonen. Als de buurvouw het moeilijk heeft met het openvouwen van de parasol dan vraagt ze gewoon een beetje hulp. Zo werkt dat hier. Als je iets wil, dan zeg je het. Het leuke hieraan is dat nieuwe bewoners, vaak jonge ge zinnen, ook mee op dat treintje stappen. In no time zijn ze volkomen mee met de sfeer van de buurt en de wijk. Er zijn natuurlijk ook bewo ners die liever wat op de achtergrond blijven maar we weten wie ze zijn, we kennen hen en zij ons.

Ik zou de traditie van het lokale feesten willen uitbreiden naar meerder wijken. Naar heel de stad zelfs. Eén groot Hasselts stadsfeest zou toch fantastisch zijn, niet? Nu heeft elke wijk haar eigen feesten. Dat is uiteraard heel ple zant en gezellig maar er is weinig verbonde nheid met de rest van de stad.”

12NEWS MAGAZINE
VERHAAL OPGETEKEND DOOR CHRETIEN PAESEN FOTO: LARS BERNAKIEWICZ

Hilde

Kippen als praatpaal, ofte Let’s Tok

WE WILLEN VERBINDING CREËREN TUSSEN DE BEWONERS EN OOK MET TOEVALLIGE VOORBIJGANGERS IN HET PARK.

“Ik ben docent Artistieke vorming bij PXL. Mijn ganse leven ben ik bezig geweest met kunst. Na een lange werkdag even helemaal in mezelf kunnen verdwijnen, gaf me rust en maakte mijn hoofd leeg.

Tijdens corona merkte ik echter dat dit niet meer voldoende was en dat ik met kunst vooral op mijzelf gericht was. Ik had nood aan meer sociaal contact en had het gevoel dat ik zeker niet de enige was.

Eenzaamheid is iets wat vaak voorkomt en dat zowel jongeren als volwassenen en ou deren treft. Ik wou op mijn manier die cirkel doorbreken, niet enkel voor mijzelf maar ook voor andere in de buurt.

Toen er een stuk grond van de stad vrij kwam tegenover onze deur groeide het idee om er een laagdrempelig project neer te planten in plaats van alweer de natuur vol te stouwen met bakstenen brikken. We wilden ‘gemeeschapski ppen’ gaan houden. Het zaadje werd geplant maar groendienst was nog niet helemaal mee in ons verhaal dus lieten we het eitje nog wat verder broeden.

Eén jaar later kreeg het project dan toch de volledige steun van de stad en mochten we een ren met tien kippen plaatsen in het stadspark. Nu nog volk om ze verzorgen zoeken.

Vol enthousiasme plaatste ik oproepen op sociale media en hoorde rond in de buurt en met een select groepje konden we van start gaan.

Ondertussen zijn we met tien vrijwilligers we nemen beurtelings de zorg voor onze reke ning.

Doordat we met tien zijn is dit zeker haal baar, concreet nemen we ongeveer elke tien dagen één dagje zorg voor onze rekening.

Wat doen we die dag? ‘s Morgens gaan we naar de kippen en we geven ze eten. Bij mooi weer zetten we ons buiten in het gras of op de bank en knuffelen we met de kippen. Nieuws gierig passanten nodigen we uit om mee te komen knuffelen en steevast komen ook onze vaste bezoekers een praatje slaan.

‘s Avonds komen we terug om te kijken of alle dames in het hok zitten en of ze veilig de nacht in kunnen.

De eitjes die ze gelegd hebben zijn voor de vrijwilliger van de dag.

Op zaterdag wordt de ren volledig schoon gemaakt zodat de kippen weer netjes zitten.

Met Let’s Tok willen we ons vooral richten op de buurt. We willen verbinding creëren tus sen de bewoners en ook met toevallige voorbij gangers in het park.

De kippen zijn ideaal als verbinding: ze zijn tam en ze komen op en rond je zitten en zo moedigen ze aan tot een gesprek. Vaak praten we over luchtige onderwerpen maar evengoed wordt er soms diep gefilosofeerd.

De verscheidenheid aan verhalen is iets waar ik enorm van kan genieten.

Let’s Tok bestaat nu één jaar en ik onder vind alleen maar positieve veranderingen. Ik geniet van de rust die de kippen mij geven en van de gesprekken met wildvreemden. Vaak heb ik het gevoel dat je het verschil kan maken voor die ene mens en dat maakt het voor mij meer dan de moeite waard.

Een groot deel van de kosten kunnen we dekken door de verkoop van koeken die we samen met het woonzorgcentrum Hogevijf maken. We krijgen ook regelmatig giften in na tura zoals zakken graan of mais.

Wist je dat kippen ervan houden om ge masseerd te worden onder hun vleugels? Zo denken ze immers dat je een Haan bent!

13NEWS MAGAZINE

Gerard

Word jij ook een zinkrijger?

“Ik werd vlak na de tweede wereldoorlog geboren in de schaduw van de Houthalense Bellefleurs. Mijn eerste kennismaking met Ka tarina was op internaat op het Hasseltse colle ge. Vanuit een hoger klaslokaal keek ik uit op een vlakte, met hier en daar koeien in een wei de. Het ziekenhuis moest immers nog gebou wd. Ik leerde er op een 18-jarigenfeestje mijn eerste lief kennen, later mijn eerste vrouw.

Als professionele begeleider voert mijn werk me meerdere malen terug naar Katarina. In de jaren '77-'85 is er hier een tussenhuis van Sopeh. Dat is gericht op een warme opvang van jongeren uit een moeilijke thuissituatie. Het is een eerste burgerinitiatief, los van de klassieke caritatieve instellingen.

Later volgt Elkeen, een gelijkaardig initia tief, dat vanuit Lommel mede op mijn initia tief, een afdeling in Katarina zal beginnen. De naam van mijn kersverse dochter Elke is een inspiratie.

Mijn engagement is na mijn pensioen nooit stilgevallen. Zo is er Goei Wei in Houthalen waar ik met mijn vrouw Trudie en andere vri jwilligers de weg naar verbinding toepas.

Tijdens de Warmste Week van 2018 hoor ik voor de eerste keer over TEJO, (Therapie voor Jongeren). Dat is een initiatief naar mijn hart. Het is weer gegroeid uit een burgerinitiatief, wars van bestaande structuren, vanuit de ba sis. Het is gericht op acute psychische noden voor jongeren.

Jeugdzorg is immers steeds de rode draad geweest, als KSA-verantwoordelijke Limburg, directeur van St-Oda. In januari 2020 start ui teindelijk het eerste formele overleg rond TEJO Limburg. Ondanks de pandemie wordt via (on line) overleg en contacten gewerkt aan concre te plannen. Financiële steun van de Hasseltse Lions club en contacten met het stadsbestuur brengen de eerste TEJO Limburg in Katarina!

We vinden een stek op de Oude Luikerbaan 10. De warme, toegankelijke buurt verwelkomt de organisatie vanaf dag één met open armen.

Na een jaar hebben we al 151 begeleidingen op de teller. De vraag naar hulp is groot. Maar we kunnen rekenen op veel professioneel op geleide vrijwilligers. We mikken op korte bege leidingen die gericht zijn op een oplossing. Die zoeken we bij de jongere zelf of als dat nodig is, zorgen we voor een goede doorverwijzing.

TEJO werkt als één team en dat is van groot belangrijk om de organisatie te verstevigen. We overleggen weel en breiden ons team uit met vrijwilligers-medewerkers, bijvoorbeeld on thaalmedewerkers maar ook professionele the rapeuten. Bij deze alvast een warme oproep: in deze bezielende organisatie zijn we steeds op zoek naar medewerkers!

Mijn wensdroom? ‘Gelukkig sterven!’

Maar in afwachting werk ik al jaren, tussen de andere activiteiten door, aan een project, een manier om mensen uit te nodigen voor wat ik noem ‘Aandacht voor zinkrijgerschap’. Er is immers veel tekort aan bewust zin krijgen in het leven bij jongeren. We kunnen jongeren door ERVARING... leren veerkrachtig te zijn. “

Gerard en de medewerkers nodigen graag uit op het eerste TEJO-Limburg feest, vrijdag 13 (info.hasselt@tejo.be) & zaterdag 14 mei (info@hetmuziekstation.be) in het park ach ter het TEJO-huis en zondag 15 mei in de oude gevangenis ism Lions club Hasselt om 11.30u voor een benefietconcert met Jef Neve!

Tot dan?" Meer info over TEJO op tejo.be

"Onvermoeibaar en doorleefd engagement, dat is Gerard. Hij nodigt uit én bezielt. En maakt je absolute fan van Tejo."

Hendrik Geurts, Kiewitenaar, Hasselaar, Eisdenaar, Zonhovenaar, Limburger, Vlaming, Belg, Europeaan, Afrikaan, Sloveen, Werelde naar en zoveel meer in hart en ziel. Op rust én onrustig. Leest, schrijft, fietst, wandelt, luis tert, praat, geniet en zoveel meer in willekeu rige wanorde.

14NEWS MAGAZINE

Colette

“Mijn roots liggen in de Beek. Mijn opa bra cht ooit zijn succesvolle autoverkoop uit Congo naar Hasselt, Garage Michel. Daar, aan de ka naalkom, groei ik op. Mijn tante nonneke advi seert om in het onderwijs te gaan, het wordt bi jzonder onderwijs. Eens ik op eigen benen sta, vestig ik me in Catharina, waar ik met man en drie dochters thuis kom, in het huis van mijn grootvader.

In het bijzonder onderwijs groeit, via bijs cholingen en ervaring, mijn bijzondere aanda cht voor jongeren met autisme. Ik specialiseer me in de geëigende aanpak voor trajecten voor de jongeren tussen scholen, tussen school en werk.

Samen met een gelijkgestemde collega groeit het besef dat het schoolsysteem niet alti jd voldoende naschoolse opvolging toelaat.

We richten samen Assjette op. Assjette staat dan ook voor ASS (autisme spectrum stoornis), J (ob), assiette, verbeeld door een bord, een bord vol mogelijkheden voor mensen met au tisme.

We combineren als vrijwilligers een job met ons engagement. We tekenen een traject op maat uit voor autistische mensen, tussen school en zinvolle activiteiten, zoals werk. Onze opstartactiviteiten, aanbieden van koek jes en soep, worden bepaald door onze eerste autistische cliënten, een kok en bakker.

In de keuken krijgen we inzicht in de com petenties en vaardigheden van onze cliënten, en dit als opstap naar de volgende (werk)fase. Vandaag werken deze producten mee aan de naambekendheid van Assjette.

Door het groeiende succes en vraag, gaan we op zoek naar een gebouw. In de Toekoms tstraat vinden we een geschikt huis, centraal genoeg voor de doelgroep en er is ruimte voor uitbreiding. In ruil voor zelfverbouwing moe ten we het eerste jaar geen huur betalen. De Vrienden van Assjette zorgen, in ruil voor dankbaarheid en naamsvermelding, voor de nodige materialen en werk. Stilaan groeit het huis ook in verschillende trajectmogelijkhe den, naast een naaiatelier, samenwerking met 37 Graden, de Kids.

Zelfbedruipend zijn, want dat is het doel, is nog niet mogelijk. Subsidies en betalende sa menwerkingen maken een minimum aan vast personeel mogelijk. Mijn collega heeft, omwil le van haar jonge kinderen, onderweg moeten kiezen voor meer bestaanszekerheid en zij heeft een stap terug gezet. Ikzelf combineer de leiding van Assjette met een lectorschap op de UCLL.

De inbedding in de straat en de Katarinawi jk is vanaf dag 1 een schot in de roos. Kleine catering voor plaatselijke organisaties verscha ffen de autistische gasten een uniek leertraject om te groeien in verantwoordelijkheid krijgen. Tegelijk krijgt de begeleiding een bijzondere inkijk in de mogelijkheden van de cliënten.

Assjette is een verhaal van bruggen bouwen tussen vooroordelen en inzicht, veralgemenin gen en oogopeners over autisme.

Mijn droom? Assjette is daar al een groot deel van, maar ik zou heel graag reizen naar Zuid-Afrika, als eerste kennismaking met

Afrika. Zo zou ik me verbonden voelen met mijn grootvader. En op korte termijn droom ik van de ultieme zelfzorg: ‘zelf-tijd leren maken’, om terug aan te kunnen knopen met een oude liefde, boeken lezen. Boekentips zijn welkom.

Oja, als je zin hebt? Mag ik de uiensoep en de erwtensoep aanraden?”

"Binnenkomen bij Colette en Assjette is thuiskomen. Je weet wel, koffie, openheid en, voor je het weet, zijn er uren voorbijgegaan. Colette bewijst dat engagement én goed men senmanagement een sleutel is voor de sociale sector.

Of, hoe goede ondernemers-genen ook thuiskomen in de zachte sector." Hendrik

15NEWS MAGAZINE
Assjette is een verhaal van bruggen bouwen tussen vooroordelen en inzicht, veralgemeningen en oogopeners.

Marieke

Het Katarinaplein is een geweldig dorp!

“Ik woon niet in Hasselt. Wel in As. Maar ik werk wel in de Katarinawijk. Op het Katari naplein.

Wel … op een bepaald moment werkte ik in schoonheidssalon Mar Le Beau op de Bamps laan in Hasselt. Ik maakte daar shiften tot een eind in de avond. En dus zocht ik een kapper waar ik na mijn werk nog terecht kon. Ik vond kapper Wim. En zo maakte ik kennis met het Katarinaplein, waar hij zijn zaak had en nog steeds heeft.

Ik was meteen verkocht aan het plein! Ik vond het een heel leuke plek, het grasplein zo mi dden tussen de flatgebouwen. Er is heel veel beweging. Het is eigenlijk een dorp in de stad. Ik keek vanuit de kappersstoel naar buiten en zag een supergezellig, levendig maar tege lijk gemoedelijk plein. Kapper Wim, die mijn hele carriere als werknemer kende, hoorde mij grommelen over één van mijn toenmalige ba zen. Hij zei: Marieke waarom start je hier niet je eigen zaak. En ik zei: als hier ooit een pandje vrij komt, dan kom ik af!

Enkele maanden later werd ik ontslagen. Dat was niet de eerste keer. Ik wil altijd mijn eigen ding doen. Ik ben koppig. Als ik vind dat een bepaalde behandeling op een bepaalde manier gedaan moet worden, dan wijk ik daar niet van af. Ik kijk naar wat de klant nodig heeft. En dat wil ik geven. En dat botst soms wel eens na tuurlijk. Dus zat ik weer zonder job. De dag van mijn ontslag ben ik instinctief be ginnen rijden. Ik kwam terecht op het Kata rinaplein. Het pand naast kapper Wim stond vrij! Op de deur hing een gsmnummer en de twee minuten stond de verhuurder aan het pand. We zijn naar binnen gegaan en ik heb gezegd: ik pak dit.

Daarna moest ik naar huis rijden en het aan mijn partner vertellen. Hij nam een glas whisky, ging zitten en dacht na. Na vijf minu ten zei hij: ‘Misschien is het zo toch maar beter want om de twee jaar word jij toch buiten ge gooid. Misschien is een eigen zaak dan inder daad het beste.’

Het was natuurlijk wel een impulsieve beslis sing.

Ik herinner me nog dat ik met mijn schoonva der aan het behangen was. Toen kwam er een man spontaan binnen gestapt. Hij vroeg: wat gaat dat hier worden? En hebt gij een mark tonderzoek gedaan? En gij denkt dat dit gaat werken?

En inderdaad. Het eerste half jaar was echt niet gemakkelijk. Toen heb ik wel eens getwijfeld of ik wel de juiste beslissing had genomen.

Ik heb heel wat weerwoord van de mensen in de wijk gehad. Dat gaat hier niet werken. Koop maar geen cadeaubon bij haar, want zij gaat toch failliet. Mensen spraken vaak over mijn zaak, maar niet altijd positief of vertrouwens vol. Maar ik bleef mijn best doen. Ik dacht: niet geschoten is altijd mis. Het leek me ook echt een goede locatie. Veel mensen moeten hier wekelijks zijn. Er is het cultuurcentrum, het Vrijzinnig Punt, het ziekenhuis...

En inderdaad: nu zijn er heel wat ouders die hun kinderen afzetten aan de academie en dan tijdens die les naar mij komen. Of ze komen door nadat ze hun kinderen naar de kleuters chool of de lagere school hebben afgezet.

Maar in het begin zat ik dus vaak op mijn stoel buiten aan mijn deur, want het was lang niet altijd druk. Misschien heeft dat zelfs geholpen. Buiten op mijn stoel werd ik deel van het plein. Mensen spraken mij aan en leerden mij ken nen. Wat er ook van zij: het begon plots toch te draaien. In het begin waren mijn klanten mensen van op het plein. Na een tijd is dat als een olievlek uitgespreid naar Hollands veld, Sint-Jans-plein, tot in heel Hasselt. Nu komen mensen zelfs vanuit Brussel of Boom voor mijn behandelingen. Omdat wat ik doe vrij uniek is. En omdat mijn klanten vaak en heel positief spreken over mijn zaak.

Mijn specialisatie is bindweefseltechnieken. Ik masseer dus gezichten. En van ieders ge zicht kan ik al heel veel aflezen. Je voelt aan welke spier gespannen is, hoe die mens zich voelt. Welke emotie op dat moment dominant is. Emoticons, hoe die eruit zien, zo zien wij er ook uit. Een frons rond de mond vertelt mij bi jvoorbeeld dat er veel verdriet bij die persoon ligt. Iemand die heel veel stress heeft, klemt de kaken op elkaar. Als je dat los masseert, krijg je een enorme relaxatie op je gelaat, maar ook op je lichaam en je hele organisme. Bij mij klanten komt daarbij veel emotie los.

Ik wil de volledige mens achter de klant hel pen. In totaliteit. Want schoonheid zit naar binnen. En als ik ervoor kan zorgen dat de stress bij mensen afneemt, worden ze vanzelf mooier. Dat zie je meteen in het gezicht, en het werkt veel beter dan 1001 middeltjes. Ik ben in tussen acht jaar bezig in mijn zaak en ben klaar voor uitbreiding. Hiervoor hoop ik op een bij zonder pand op het Katarinaplein, veel groter dan waar ik nu zit. Op dit moment werk ik al leen. Maar in mijn nieuwe stulp wil ik graag samenwerken met andere mensen. Het wordt een groepspraktijk volledig rond stress en hoe we die uit de wereld kunnen helpen. Of toch minstens uit het Katarinaplein. Ik spreek over samenwerking met een natuurgeneeskundige,

een stresscoach, een ayurvedische therapeut. Maar wie zich geroepen voelt om te helpen Hasselt stressvrij te maken, mag me altijd con tacteren

De andere handelaars op het plein hebben in het begin ook echt wel geholpen. Er is gewoon een heel hoge gunfactor onder de handelaars. Er zijn twee kappers op het plein. Als kapper Wim ziek is, stuurt hij gewoon zijn klanten door naar Mariana. En omgekeerd! Toen optiek Lennert hun vijfjarig bestaan vierde, hielden ze opendeurdag. Ze vroegen alle handelaars op het plein om mee feest te maken. En dat deden we. Ieder droeg iets bij. Zo ook bij Tournee Lo cale op zaterdag 7 mei. We doen allemaal iets en hebben een gezamenlijke prijs aan het eind van de dag. Dat helpt een beginnende zaak dan vooruit.

Kijk! Tegenover mij is recent een nieuw kof fiezaakje geopend. Die had het ook moeilijk in het begin. De inwoners stonden niet echt te springen voor een koffie op het plein. Maar wij als collega-handelaars spreken dan positief en vaak over dat nieuwe zaakje. Ik heb mijn klanten verschillende keren getrakteerd op ne koffie van hier tegenover. En zo verdwijnt de drempel die er in het begin is. Weet je, wij de len elkaars klanten en we weten dat van elkaar. De klant die bij mij komt, die haalt hoogs twaarschijnlijk ook de krant, een koffie of een nieuw kapsel op het plein. Als ik hoor dat mijn klant Brigitte in het ziekenhuis ligt, dan laat ik meteen even weten aan kapper Marina dat Bri gitte wellicht niet naar haar afspraak daar zal komen. Is dat niet geweldig?”

Ik blijf wel in As wonen. Dat is om mezelf te beschermen. Als ik dicht bij huis zou werken dan zou dat niet goed zijn voor mij. Wel … voo ral niet voor mijn relatie. Ik zou altijd aan het werk zijn. Mijn partner zou gek worden. Maar het is inderdaad echt een plezant plein. Dat plein is een dorp op zich. Als een klant bij mij heeft afgezegd, loop ik altijd even de wijk in om met iemand te gaan babbelen. Of om een glas te gaan drinken bij de wijnhandel op het plein. Dat heeft dan gegarandeerd meteen ook iede reen geweten. Minstens drie mensen spreken mij dan aan: ge waart wijn aan het drinken tij dens de uren.

Echt: ik wil hier nooit weg. Als ik oud ben en versleten dan kom ik daar zitten. Dan kan ik ook toertjes over het plein wandelen. Als ik het geld had, dan had ik nu alvast iets gekocht. Als handelaar kijk je elke dag over het plein. Je ziet dezelfde mensen elke dag hun krant gaan ha len. En als iemand die je elke dag ziet er eens niet is, stel je je al vragen. Ik denk dat het echt

16NEWS MAGAZINE

komt door de vierkante vorm, door de apparte menten die er rond staan.

Hier is ook alles aanwezig! Op het Katari naplein hebben we twee kappers, drie trai teurs, een gehoorcentrum, een strijkwinkel, een groepspraktijk van artsen, kinesisten en job-coaching, een diëtiste, een wijnhandelaar, een optieker, een immo-kantoor, een archi tect. Alles wat je moet hebben, vind je hier. Het breidt zelfs uit, ook als een olievlek. Er is nu een nieuwe zaak geopend op de Kunstlaan: Brousse. En het eerste wat we zeiden met de handelaars hier was: We gaan daar samen ene drinken.”

"Gedurende meer dan twee weken probeer ik een afspraak te maken met Marieke Govaers. We krijgen elkaar maar niet aan de lijn. We spreken af, maar ik moet afzeggen. We doen een nieuwe poging. Maar Marieke valt in slaap voor het afgesproken uur.

Ik heb het gevoel dat Marieke eigenlijk geen zin meer heeft in het gesprek.

Maar uiteindelijk spreken we elkaar via de telefoon. Na welgeteld tien seconden kan ik mijn twijfel van tafel vegen. Marieke heeft duidelijk heel veel zin om haar verhaal te vertellen."

17NEWS MAGAZINE
VERHAAL OPGETEKEND DOOR: JAN-WILLEM SMEYERS FOTO: MARIEKE GOVAERTS

Katrien

“Ik volgde in 1974 vanuit het landelijke Hoeselt mijn man naar het toen nog landelijke Catharinawijk in de stad Hasselt. Ik werd de vaste telefoniste voor zijn huisartspraktijk, in een tijd toen gsm nog een onbekend drie-let terwoord was.

Toen onze kinderen groot genoeg waren en de praktijk enkel nog op afspraak werkte, volgde ik een opleiding tot stadsgids. Op het wijkfeest van Tournée Locale kan ik jullie met veel plezier door de wijk gidsen. Op woensdag namiddag ben en blijf ik vaste babysit voor de kleinkinderen.

Twintig jaar geleden kwam ik, via de prak tijk van mijn man, bij de organisatie Sint-Vin centius van de Catharina terecht. Mijn maa tschappelijk engagement was me immers van kindsbeen meegegeven, met een sociaal assis tent als vader en een mama in het onderwijs.

Deze stichting helpt de minderbegoeden in de directe omgeving. Onze plaatselijke afde ling beschikte aanvankelijk over een garage. Toen die wegviel, heeft de werking uiteindelijk een vrije ruimte in de kerk ‘afgedwongen’. Maar het was niet simpel. De stijgende hulpvraag én het ontbreken van verlichting in het kerklokaal én de afschaffing van de plaatselijke bib én een lichte chantage overtuigde de stad van de noo dzaak om ons een gedeelte van het biblokaal te geven.

Immers, zesenveertig families in de wijk rekenen op de maandelijkse voedselpakket ten. Het Sociaal Huis (vroeger OCMW) kent de nood van deze families, en verwijst hen door naar Sint-Vincentius. De vrijwilligers van de ve reniging krijgen hulp van een bestelwagen met chauffeur van de stad. We vullen zo de rekken met voorraden uit de centrale Voedselbank en Depot Margo. De plaatselijke Delhaize vult onze diepvries met einde-datum producten. Die zijn nog prima voor consumptie, maar niet voor de verkoop.

Sinds kort is het hoofdzakelijk vrouwelijk team aangevuld met mijn echtgenoot en ook die van mijn vriendin, medebestuurder. De he ren zijn een welkome logistieke bijstand bij het sjouwen en verplaatsen.

waar engagement een levenskunst is

Ik wandel en fiets graag, ik speel nog ten nis en ben zelfs ingewijd in de geheimen van padel.

Als verantwoordelijke van de Limburgse Zil veren Passer, organiseer ik mee culturele uits tappen voor vrouwen. Dan is er ook nog mijn engagement in het Virga-comité, mijn inzet in het vaccinatie-centrum, mijn taak als vrijwilli ger bij Bib aan huis. Tja, mijn sociaal bewustzi jn houdt me aan de gang.

Ik ben ook een enthousiaste bezoeker van het Hasseltse cultuuraanbod. Het nieuwe Kunstuur in het oude stadhuis heeft mijn hart gewonnen. Kom zelf maar eens kijken!

Als je mij vraagt wat mijn droom is, an twoord ik, kort en krachtig: ‘Gezond leven, hel der van geest. Helpen waar nood is.’ Meer hoeft dat niet te zijn."

"Onvermoeibaar en energiek, zo maakt Ka trien met Sint-Vincentius, in de luwte, mensen gelukkig, door te voldoen aan de basisbehoef te, eten.

Waar hulp nodig is, geldt immers: geen woorden, maar daden!" Hendrik

18NEWS MAGAZINE

Renata

“Ik geef hier al twintig jaar les! Soms zie ik leerlingen jarenlang in de academie. Van in het tweede leerjaar tot in het zesde middelbaar. Dat is meer dan tien jaar. Dan leer je elkaar kennen. Sommige leerlingen zie ik het ene jaar wel in mijn klas, en daarna weer een jaartje niet. Of sommige gaan iets anders doen: thea ter of muziek. En dan zie ik ze hier toch nog rondlopen. Of ze zoeken me op, soms jaren na dat ze bij me in de les zaten. Hey Renata! Ken je mij nog! En bijna altijd ken ik hun gezicht dan nog. Maar namen zijn soms moeilijk.

Ik heb van mijn passie mijn werk kunnen maken. Ik doe dit werk al twintig jaar, maar nog altijd even graag. Ik werk hier met kinde ren en jongeren in de algemene beeldklas.

Ik wil hen iets van mijn passie laten proe ven. Hen leren zich te uiten met beelden. Ik wil mijn leerlingen breed leren kijken. Nieuwsgierigheid en openheid van geest in hen opwekken. Ik wil hen de goesting geven om op avontuur te gaan. Altijd en overal. Zet je voelsprieten op! En neem alles mee wat je ron dom je meemaakt. Het zijn allemaal dingen die je maken tot wie je bent. Waar je door groeit.

In de klas zijn we bezig met kunst. Beel dende kunst. En in dat werk probeer ik mijn bijdrage te doen aan de persoonlijke ontwikke ling van mijn leerlingen. Maar ook aan hun welbevinden. Ik wil dat mijn leerlingen ge lukkig kunnen zijn in mijn les. Voor sommige leerlingen, vaak ook jongeren uit de middelba re school, is de beeldles ook echt een rustpunt. Een moment waarop ze maar met één ding be zig mogen en moeten zijn. Ze leren er ontspan nen genieten, zonder met drie dingen tegelijk bezig te zijn.

En ik krijg zo veel van hen terug! Inspiratie. Frisheid. Voldoening. Dit werk houdt me jong en nieuwsgierig. Ik ben ook altijd blij verwon derd te zien dat leerlingen iets kunnen met mijn opdrachten. Soms gaat dat in de richting die ik verwacht had. Dan denk ik: ok, gelukt! Maar als mijn opdracht een leerling naar een voor mij heel onverwachts idee leidt, dan ben ik misschien nog wel gelukkiger. Dat geeft mij dan inspiratie. Al die ideeën, al die kuns twerken. Dat geeft me zoveel zuurstof.

Hoe ik in Hasselt terechtkwam? Twintig jaar geleden werkte ik in mijn toenmalige en huidige woonplaats Diest als zelfstandige in bijberoep met groepen rond beeldende kunst. Ik kreeg een aanbod uit Hasselt, waagde de sprong naar het deeltijds kunstonderwijs en ik ben er niet meer weg gegaan.”

"Ik wandel, zoals ongeveer elke week, door de schuifdeur van de Hasseltse academie. Het SASK. Stedelijke academie voor schone kunsten. Deze keer kom ik geen kind ophalen, zelfs geen kind van mijn vriendin. Ik ben op zoek naar verhalen uit de Katarinawijk. En die hoop ik te vinden bij Renata Poels. Maar eerst moet ik haar herkennen in de drukke cafetaria waar we afspraken. Het is hier, zoals meestal, een gezellige drukte. Aan elk van de twintig tafels zit wel iemand.Ouders,metlaptop,tijdschrift,boekofgezelschap,wachtentothunkindklaarismetde les in een of andere kunstvorm. Of kinderen wachten op hun ouders. Er zitten ook halve, of wie weet, hele gezinnen rond de tafel. Ook altijd aanwezig in de ruimte: tijdelijke tentoonstellingen van werk van leerlingen. Ik ga er zelden zomaar voorbij. Er is altijd iets wat me trekt. Zoals van daag: mijn afspraak met Renata. Tijdens ons gesprek komt er om de halve minuut een leerling, jong maar vaak ook volwassen, door de schuifdeur. Velen blijken Renata te kennen, en groeten of glimlachen enthousiast als ze haar zien." Jan-Willem

19NEWS MAGAZINE
Ik wil mijn leerlingen de goesting geven om op avontuur te gaan. Altijd en over al. Neem alles mee wat je rondom je meemaakt. Het zijn allemaal dingen die je maken tot wie je bent. Waar je door groeit.

Danny DE ZOEKTOCHT NAAR VRIJHEID ALS KRACHT

"Toen ik 7 jaar geleden via mijn buurman Jan Vangertruyden in contact kwam met kuns tpunt CARÉ, werd ik in deze kring dadelijk opgenomen door de andere creatieve zielen. Samen brainstormen we graag over kunst en nieuwe tentoonstellingen, die we in het Vrij zinnig Punt organiseren. Met anderen in ges prek gaan over kunst is fijn en verruimend. Met meerderen kom je altijd tot standpunten en conclusies die je alleen niet altijd ziet of voelt. Een gedachte of idee levert dan andere ideeën op zodat het geheel ‘meer’ wordt. In de dialoog krijgen ideeën een andere waarde en de mogelijkheid om verfijnd of bijgesteld te worden.

Het Vrijzinnig Punt is een ideale uitvalsba sis om met kunst bezig te zijn. De communica tie in groep maakt dat je verplicht bent verder

te denken dan je eigen gedachten en beperkte opvattingen. En dat is ook eigen aan het vrij zinnig humanisme: de openheid naar anderen toe en de steeds voort durende zoektocht naar inzichten en connecties met de ander.

Dat is ook de kern waarom ik graag met de kunst van anderen bezig ben. Je leert dan de mens achter de kunstenaar kennen en komt in contact met de vele verhalen die er te vertellen zijn in en over onze wereld.

Kunst heeft ook een heel eigen manier om deze verhalen te vertellen. Het ligt tussen de woorden in. Achter de woorden die neerges chreven en uitgesproken worden liggen nog heel veel gevoelens en emoties die niet on middellijk in taal te vatten zijn. Deze tot ui tdrukking brengen is de kunst. Ik vergelijk

het graag met jazzmuziek. In het standaard verhaal, tussen de heldere compositie worden noten toegevoegd die het geheel ontwrichten en een nieuwe dimensie toevoegen aan het vertelde.

Kunst kan daar geraken waar woorden niet gevonden worden.

Zelf ben ik naast buschauffeur bij De Lijn autodidactisch kunstenaar. Ooit (als school plichtige) begon ik aan de Kunstacademie, het SHIVKV in Zwartberg (later verhuisde deze academie naar het oud ziekenhuis in Genk). De opleiding heb ik niet tot afgemaakt, maar ik heb me daar wel goed geamuseerd. Ik ben dan enkele jaren later vrije grafiek gaan volgen, in het volwassen kunstonderwijs. Ik maakte zeer graag etsen, maar keerde uiteindelijk vanwege

20NEWS MAGAZINE
VERHAAL OPGETEKEND DOOR: LIES VANMUYSEN FOTO: JOS VANNITSEN

de omslachtigheid van deze procedure terug naar mijn passie: het potlood en het tekenen. Ik hou van het gevoel dadelijk resultaat op je blad te hebben. Nadien ben ik dan begonnen met schilderen. Door veel te proberen en ook dankzij veel filmpjes op YouTube te bekijken ging ik meer en meer van het schilderen hou den. Vooral het portret en karikatuur vind ik zeer boeiend, ik kan mezelf verliezen als ik het "landschap" in een portret kan schilderen.

Ik geniet van het creëren omdat ik hier hele maal mezelf in kan zijn en een bepaalde kracht kan aanboren om vrijheid te voelen. In de aca demische wereld wordt een beeld gevormd van wat kunst is of zou moeten zijn. Zo kom je al gauw in een beperkend keurslijf terecht. Maar kunst is niet een stroom volgen of iets maken om anderen te bekoren, maar net doen wat je wilt, jezelf uitdrukken. Daar de vrijheid voor voelen, los te komen van normen en regels of de drang om erbij te horen, die kracht te he bben, dat maakt van iemand een kunstenaar.

Samen met mijn vriendin woon ik in een rijhuis in Runkst, ooit was hier een winkel die ik nu gebruik als atelier, zeer handig... ik kan zelfs af en toe een schilderij in de etalage plaa tsen. Zelf ben ik niet bezig met het commercië le aspect, maar het zou natuurlijk fijn zijn als mijn werk erkenning krijgt. En is het niet de ultieme droom van elke kunstenaar om te kun nen leven (of toch een beetje) van zijn kunst?

Op mijn 55ste probeer ik dit ideaalbeeld los te laten en me te focussen op mijn werk en wat het betekent. Voor mijn vriendin ben ik een hele grote kunstenaar en dat is ook al heel wat.

Tijdens Corona, toen tentoonstellingen niet meer mogelijk waren hebben we samen met het Vrijzinnig Punt "etalage Kunst" georgani seerd. Zowel in het vrijzinnig punt als hier in de etalage stond er elke week een kunstwerk van een ander kunstenaar. Een kunstenaar als Sam Dillemans in ons Vrijzinnig Punt krijgen, zou fantastisch zijn, maar ook zulke kleine in grepen in het straatbeeld en kunstlandschap kunnen voldoening verschaffen. Sam mail ik overigens af en toe eens. Tot nu toe zonder an twoord te krijgen, maar de aanhouder wint!

Voor mezelf streef ik er nog naar live te kun nen tekenen zonder remmingen. De ervaring het moment vast te kunnen leggen, de idee de verwachting van anderen los te laten en niet per se iets mooi te tekenen, maar de persoon voor me te portretteren in het moment als de gene die hij dan en daar is: het toppunt van vrijheid!"

Het is altijd fijn om de mens achter de kunst te leren kennen.

21NEWS MAGAZINE

Sadiye

“Eerst nog iets over mijn kindertijd. Mijn moeder heeft vijf dochters gehad die allemaal stierven en één zoon. Toen ze van mij in verwa chting was, is mijn tante tussengekomen en heeft vanaf de geboorte de zorg op zich geno men van de baby. Mijn moeder mocht er niet meer aankomen. Zes maanden lang gaf tante mij borstvoeding en alles wat ik nodig had om in leven te blijven. Buren brachten eten en kle ren en pas na zes maand mocht mijn moeder weer mijn mama zijn...

In 1993 - ik was toen eenentwintig en zwan ger - moest ik samen met mijn man vluchten uit Mardin, een Turks dorpje dichtbij de grens met Syrië en Irak. We vertrokken naar Duits land, waar we vier jaar zouden verblijven.

Er waren in de streek toen veel spanningen tussen de jonge mannen en de staat, de presi dent, die oorlog voerde met de PKK... De man nen waren bang voor de gevangenis en er was geen werk. Ze wilden vluchten.

Zo ook mijn man en ik. Maar dat kostte veel geld. Mijn schoonvader betaalde 10.000 Duitse Mark voor onze reis. In mei 1993 vertrokken we met de bus naar Istanbul, waar we een week bleven. Toen vertrokken we met zo'n honder dtal mensen richting Bulgarije. Drie mannen 'begeleidden' ons, wellicht mensensmokke laars.

Van Bulgarije ging het naar Roemenië, waar we een maand bleven omdat we niet over de grens konden. Er was bijna geen eten, we wa ren voortdurend bang. Dus probeerden we te voet naar Oostenrijk te gaan. 's Nachts liepen we vier uur, mijn schoenen waren versleten, ik was zeven maand zwanger, het was koud en we hadden honger... Mijn voeten waren blauw, op gezwollen en bebloed. Ik had 'botten' moeten kopen, maar ik wist dat niet.

Overdag namen we de bus, 's nachts gingen we te voet door het bos. Dan ging het naar Dui tsland, met veel mensen in een vrachtwagen, waar het pikdonker en koud was. We bleven verschillende dagen zonder eten. We wisten niet waar we waren: Oostenrijk of Duitsland? Toen we eindelijk uit de vrachtwagen werden gezet en de begeleiders zomaar vertrokken, weenden we allemaal.

Velen liepen weg, want we mochten niet in een grote groep betrapt worden en we hadden geen bagage meer, want die konden we niet dragen door het bos. We waren nog met zes sen. Koud, nat en hongerig dachten we na wat we moesten doen. Mijn man ging vanuit een telefooncel bellen naar mijn oom die in Berlijn woonde.

Die vroeg waar we waren maar dat wisten we niet. We vroegen het aan een voorbijganger en die zei: München. 'Neem de taxi en rij naar het station,' zei oom.

We kochten tickets voor de trein naar Ber lijn. Na een hele dag reizen, werden we door mijn oom opgehaald. We gingen naar zijn huis waar we eindelijk konden uitrusten, ons omk leden, iets eten en drinken.

Dit is negenentwintig jaar geleden en te lkens ik dit vertel moet ik wenen...

Na een paar dagen bij de oom moesten we verder, naar een vluchtelingenkamp. Op een kamertje van 2 bij 3 met gemeenschappelijke keuken en toilet leefden we vier jaar!

Uiteindelijk kregen we te horen: ga maar te rug naar Turkije! Mijn man werd opgepakt en ik moest alleen met de kinderen in het kamp blijven. Mijn man moest naar Turkije, waar nog altijd dezelfde problemen waren, geen werk, bedreiging van de politie.

Zes maand bleef hij daar en toen besliste hij opnieuw naar Duitsland te gaan. In Berli jn werd hij aangehouden en in de gevangenis gegooid, omdat hij niet de juiste papieren had.

Hij zat twee maanden vast. Intussen was ik bevallen van onze zoon. Advocaten konden hem vrijpleiten omdat hij mishandeld was en Turkije hem zijn papieren had afgenomen.

Nu moesten we asiel aanvragen om naar fa milie in België te gaan. Dat was in '97. In het vluchtelingenkamp in Antwerpen leefden we met intussen vijf kinderen.

In '98 moesten we naar Brussel met de trein in een lange rij om te wachten voor onze pa pieren. Maar het was zo druk dat we weer naar

huis moesten en volgende week terugkomen.... Wachten, papieren: beoordelingen, nog niet in orde. Wachten... Tot... we aan de receptie van het kamp een brief kregen van de mensen die daar werkten, heel goeie mensen, vriendelijk, ik vergeet ze nooit.

Ik moest de brief openen, maar ik kon niet. Mevrouw, ze staan hier te wachten, lees die brief. Ons dossier was positief beoordeeld! We waren zo blij dat we eindelijk asiel kregen!

We konden in Hasselt een huisje vinden, in de Boomkesstraat. Daar hebben we vier jaar gewoond. Mijn man moest een opleiding vol gen en kreeg dan werk, maar het OCMW stopte met betalen en toen zaten we maanden zonder inkomen. Pas toen mijn man werkte, hadden we geld.

In 2001 met de regularisatiewet moesten we opnieuw naar Brussel voor onderzoek. We na men een advocaat en die legde uit hoe de situa tie was (man-werk, vrouw-cursus, kinderen-s chool..) en het antwoord was: goed! We kregen definitief asiel!

Mijn dochter ging naar het eerste middel baar en werd depressief, een raadsel waarom. Zij werd opgenomen in het ziekenhuis en verb leef daar maanden. Maar ze werd niet beter, ze stierf… Niemand wist wat er aan de hand was.

Ik kon aan niets meer denken dan aan haar. Ik ging op haar kamer kijken naar haar spullet jes, haar kleren, ik had veel verdriet.

Ik ging naar de dokter waar er veel gepraat werd en ik slikte veel pilletjes. Maar toen ineens zei de dokter: je bent zwanger. Dat was onmogelijk, dacht ik. Maar toch. Mijn dochter tje is geboren in 2009 en zij heeft mij genezen. Zij zorgt voor mij! Ik kon weer verder. Mijn do chtertje is mijn medicijn.

Hoe het nu gaat? De kinderen studeren of hebben werk. Zij voelen zich Belg, zijn hier ge boren, spreken de taal en willen niet meer naar Turkije, tenzij op vakantie.

Ik vertel hen dikwijls wat hun papa en ik samen hebben meegemaakt op de vlucht, en hier. Dat wij veel hebben 'tandeke bijten'... voor hen.

22NEWS MAGAZINE
Ik heb nog één droom: dat de kinderen het goed mogen hebben hier in België. Dat al onze opofferingen niet voor niets zullen zijn geweest.

Ik heb nog één droom: dat de kinderen het goed mogen hebben hier in België. Dat al onze opofferingen niet voor niets zullen zijn geweest.

Ik volg zelf cursussen in de Welzijnscampus onder begeleiding van Maria, die altijd helpt waar het nodig is. Van de kinderen leer ik nog het meest Nederlands...

Ik ben al die vriendelijke mensen die me geholpen hebben op mijn moeilijke tocht heel dankbaar.”

"Allebei zijn we op de fiets gearriveerd, he bben de aprilse grillen getrotseerd en nat en koud zoeken we de warmte van de radiator op vooraleer aan de Verhalenoogst te beginnen.

Mijn gesprekspartner Sadiye, is een Belgis che van Turkse afkomst. En dat heeft ze gewe ten.

Over de hallucinante vlucht uit Turkije in 1993 gaat haar verhaal." Vie

23NEWS MAGAZINE

Béatrice

“Ik heb me altijd afgevraagd waarom alles in en om het huis op korte termijn weer eens 'ver nieuwd' moest worden. Een zoveelste nieuwe fiets bijvoorbeeld, die met een kind 'meegroei de'... net als kleren en schoenen, of zelfs een wat oudere badkamer...

Toen onze tweeling twaalf was, hadden we intussen al zes fietsen aangeschaft x2...

Dat zette me aan het denken. Ook onze auto die vier dagen per week 'werkloos' voor de deur stond, was bijna een obstakel. Daarom gingen we in de Hasseltse Fietsbar luisteren naar een gesprek over autodelen. In plaats van voor elk huis een auto, kon een 'gezamenlijk' exemplaar veel geld en vervuiling uitsparen. Op die bi jeenkomst ving ik ook op dat er in Tongeren een fietsuitleendienst bestond voor kinderen, overgewaaid vanuit het Gentse 'Op Wielekes' Systeem en de Transformisten.

Het zaadje was geplant. Delen in plaats van ieder voor zich hebben. Dat knoopte ik in mijn oren.

Zuinig omgaan met dingen was al een rode draad doorheen mijn kinder- en jeugdjaren. We hadden het thuis niet breed, zeker sinds mijn mama overleed toen ik twaalf was en mijn papa er alleen voor kwam te staan met drie kin deren. Het deed me inzien wat echt van waarde is in het leven. Mijn mama die me tot het einde stimuleerde om goed te studeren, viel weg en ik voelde me losgeslagen. Ik rebelleerde en kon me niet concentreren op studies allerhande.

Mijn oma waakte intussen over ons gezin en motiveerde mij in mijn pogingen om een zelfs tandig leven op te bouwen.

Op mijn achttiende ging ik het huis uit, ik vond op een baantje als restaurantverantwoor delijke. Ik volgde toen kunstonderwijs en als eindwerk presenteerde ik mijn objecten, ge maakt van plastic Contrexflessen: een aankla cht tegen de plastic afvalberg. Waarom geen kraantjeswater drinken, vond ik, toen de hui sarts mijn oma Contrex (kalkhoudend, net als kraantjeswater) voorschreef.

Opletten was de boodschap, vond ik, zodat ik geen onnodige dingen in huis haalde.

Mijn toenmalige partner was het niet alti jd eens met mijn herstel- en hergebruiktheo rieën. Hij hechtte nog veel belang aan bezit en kon ook moeilijk overschakelen op zoiets 'dras tisch' als vegetarisch eten. Ik had een afkeer gekregen van de vleesproductie die totaal geen

rekening houdt met dierenwelzijn, die een dier als een ding ziet dat moet opbrengen, niet als een wezen met gevoelens en een typisch ge drag. Veganisme ligt me heel goed en zo hoef ik me niet schuldig te voelen tegenover dieren. Die trend zal zich sowieso doorzetten, ook om klimaatredenen.

Toen onze tweeling geboren was, kreeg ik op mijn werk ontslag, wegens niet meer 150 % inzetbaar zoals voorheen. Ik had intussen ook nog de (gedeelde) zorg voor mijn ouder wordende oma die in haar (te) grote huis wou blijven wonen. De familie van mijn mama werd ingeschakeld om beurtelings voor haar te zorgen. Oma was uit het Brusselse afkomstig en streek toentertijd met mijn opa neer in het huis waar ik nu woon: ik kon het overnemen na haar dood. Uiteraard niet zonder inspraak van de hele familie en de goedkeuring van mijn twee nonkels die er, met een knipoog, op rekenen dat ik ook hen ooit de helpende hand wil reiken, zoals ik dat met oma had gedaan.

Zo landde ik in het grote huis dat oma met haar gezin van zeven had bewoond. Ik woon er met mijn drie kinderen, sinds mijn schei ding als alleenstaande co-ouder. De garage,

gelukkig zonder auto, diende algauw als ruim te voor mijn nieuwe project: de (kinder)fiets bibliotheek. In juli 2018 lichtte ik mijn buren in en vroeg of zij nog fietsen teveel hadden en wilden meewerken aan dit buurtinitiatief. In december hadden we al zestig fietsen in de ga rage staan! Buren kwamen een kijkje nemen en boden aan in te staan voor herstellingen van defecte fietsen. Ook mijn broer & zus assis teerden. Mijn buurjongen Benoit Ruysschaert kwam langs en was zo enthousiast over het idee van lenen, herstellen en hergebruiken dat hij het project opnam in zijn studie Circulair Ondernemen.

Zo maak ik stap voor stap mijn droom waar: minder kopen; herstellen en hergebruiken; le nen en rijk leven zonder veel geld. Zonder in te boeten aan comfort.

En de kamer die onbenut stond, gaf ik te leen aan een jong Iraaks meisje op de vlucht...

Ik hoop anderen te inspireren om mee te bouwen aan een betere wereld. Die begint ook bij jezelf. Door naar anderen te kijken en te wa chten, komen we er niet. Maar vraag je eens af: Hoeveel is genoeg? Dan komen de ideeën vanzelf...”

24NEWS MAGAZINE
Ik hoop anderen te inspireren om mee te bouwen aan een betere wereld. Die begint ook bij jezelf. Door naar anderen te kijken en te wachten, komen we er niet. Maar vraag je eens af: Hoeveel is genoeg? Dan komen de ideeën vanzelf...

Bruno

Toen architect Bruno Ruysschaert in 1999 van Tongeren naar Hasselt verhuisde kon hij niet vermoeden dat hij zo sterk zou verankeren met de stad en vooral met ‘zijn’ wijk, de Kata rinawijk.

"Ik ben met mijn echtgenote Veronique en drie kinderen Benoit, Isabeau en Monica naar Hasselt gekomen, niet omdat ik niet graag in Tongeren woonde maar omdat Veronique hier in het Koninklijk Atheneum les gaf. We zochten en vonden in de Katarinawijk, meer specifiek de Albrecht Rodenbachstraat een schitterende plek om te wonen en te werken. Het was altijd mijn doel om in de stad te wonen, vroeger in Tongeren en nu al 22 jaar in Hasselt en dat gaat waarschijnlijk niet veranderen. Aanvankelijk werkte ik voor het OCMW maar later oefende ik het beroep van architect uit op mijn adres. In de beginjaren als ‘Hasselaar’ zocht ik voo ral contact met de naaste buren en hebben we heel leuke momenten beleefd. Maar ik ben no gal sociaal expansief, zocht, vond en ontmoette al snel toffe mensen in de naburige straten. Als een inktvlek breidde de contactenkring zich uit over heel de wijk, de Katarinawijk. Alles liep – en loopt nog steeds – zoals het moet lopen. Veronique werkt, de kinderen studeren en ik heb ook de handen vol.

Al spoedig bleek dat de Katarinawijk niet zomaar een mooie maar slapende wijk was. Dat is duidelijk gebleken toen de stad grootse plannen had met het stadspark. Bijna per toe val werd tussen de struiken een aankondiging ontdekt waarin Hasselt haar voornemens met het park bekendmaakte. Mijn diep respect voor de natuur en het ecologisch evenwicht kreeg een dreun. Moeizaam kreeg ik inzage in de plannen maar ook in de voorschriften en die bleken niet overeen te stemmen. Toen is het ware karakter van de Katarinawijk naar bo ven gekomen. In een mum van tijd schaarden tientallen zich samen om het park te redden. ‘Red het Stadspark’ was geboren en ik werd de voortrekker. De wijk bleek klaarwakker en so lidair. Hele gezinnen op bres voor ‘hun park’. Door de vele acties van ‘Red het Stadspark’, zowel in de wijk als daarbuiten, lieten ook de destijdse burgemeester, schepenen en ge meenteraadsleden zich niet langer onbetuigd. Er werden andere studies besteld en plannen ontworpen. Het resultaat is dat vandaag een heel nieuw plan is uitgewerkt en dat het door zoveel medewerking van wijkgenoten en sym pathisanten tot stand is gekomen. Dáár krijg ik

het warm van. Dát is de plek waar ik wilde wo nen, leven en werken. Over een paar jaar zien we het eindresultaat.

Van het een kwam als vanzelf het ander. Mijn engagementen in de wijk wekten de be langstelling van de buurtbewoners die bezig waren met de Virga Jessefeesten. Ik kende de Kroningsfeesten van Tongeren maar was nog niet ‘ingewerkt’ in het systeem van Rotten van de VJ-Feesten. Ik wist maar al te goed dat een degelijke wijkwerking het grote verschil kan maken. En plots kwam de vraag of ik voor het Rot TAW (Toekomststraat-A.Rodenbachstraat -Welvaartstraat) de leiding wou nemen. Ik bes chouwde het als een hele uitdaging maar tege lijk ook als een grote eer. De gedachte dat de wijkbewoners uitgerekend mij daarvoor viseer den bezorgde mij wel – eerlijk toegegeven - eni ge trots. Vandaag zijn we, dankzij een hele ploeg enthousiastelingen, bezig met plannen, budge tten en ontwerpen. Er ligt heel wat werk op de plank. Het Rot leiden geeft voor mij niet het ‘ik voor hen’-gevoel maar een ‘zij met mij, zij-aan-zij’-beleving. Je zal het zien: In 2024 pakken we uit met een schitterend project. Eentje dat verder gaat dan bloe men en lichtjes maar daar ga ik nog niet teveel over loslaten.

Dat de buurt- en wijkbewoners van Katarina in al die dingen zo aaneen klitten geeft mij telkens een enorme boost in de drive tot engagement. Je voelt letter lijk de verbondenheid met oud, jong en met gezinnen die hier wonen.

Het feit dat ik in de beginja ren – komende van Tongeren –slechts traag contacten kon le ggen is nadien in een snelvaart geëvolueerd naar een toestand waarvan ik vandaag durf zeg gen dat ik de straat terug heb samengebracht. En na de straat de wijk. Het mag misschien wat ‘hautain’ klinken. Het is wél een feit dat, als er één iemand in de handen klapt, er meteen buur tbewoners zijn die komen ki jken. Dat was vroeger helemaal niet zo. Toen zat ieder op zijn eiland. Voor mij is de verhuis naar de Hasseltse Katarinawi jk een van de mooiste stappen

in mijn leven geworden. De Katarina’s zijn een warme gemeenschap waar ik mij – hoe langer, hoe meer, in thuis voel.

Ik denk elke dag aan de mogelijke resulta ten van het ‘Red het Stadspark’ en het Rot TAW, maar ook aan de jaarlijkse feestjes in de wijk. Elke stap dichter bij de deadline betekent ook een beetje opbouw van de spanning. En dan groeit ook altijd weer het leuke gevoel van ‘erbij te horen’ en iets te doen. Een goed voorbeeld is het jaarlijkse zomerfeest in het stadspark. Heel belangrijk voor ons als buurtorganisatie maar nog belangrijker voor heel de wijk. Dat is het ideale moment om de mensen, en vooral de nieuwe bewoners van Katarina, bijeen te bren gen. Samen dingen ondernemen om dan uit te kijken naar de resultaten is geen nachtmerrie maar een mooie droom. ’t Is te hopen dat ik die nog lang mag dromen."

25NEWS MAGAZINE
Als iemand hier in de handen klapt, komen de buren kijken!
26NEWS MAGAZINE G E Z E L L I G E V R I J D A G haken, naaien, een gezelschapsspel te spelen, een toffe bab el, alles kan en niets moet V r i j z i n n i g P u n t H a s s e l t A R o d e n b a c h s t r a a t 1 8 0 1 1 3 5 2 7 8 0 I a c t i v i t e i t e n @ v r i j z i n n i g p u n t . b e elke 1ste vrijdag van de maand I 14u 16u V r i j z i n n i g P u n t H a s s e l t A R o d e n b a c h s t r a a t 1 8 0 1 1 3 5 2 7 8 0 I a c t i v i t e i t e n @ v r i j z i n n i g p u n t b e elke 1ste vrijdag van de maand I 14u 16u Weggooien? Mooi niet! Geef je kapotte spullen een tweede leven Repair Café Hasselt-Centrum Elke 4de zaterdag van 10u tot 12u 22 januari l 26 februari l 26 maart 26 februari, 25 juni 2022 info@vrijzinnigpunt.be Adres: 011/ 35 27 80 Centrum 26 februari, 25 juni 2022 info@vrijzinnigpunt.be Adres: 011/ 35 27 80 Centrum 26 februari, 25 juni 2022 info@vrijzinnigpunt.be Adres: 011/ 35 27 80 Centrum 26 februari, 25 juni 2022 info@vrijzinnigpunt.be Adres: 011/ 35 27 80 Centrum 26 februari, 25 juni 2022 info@vrijzinnigpunt.be Adres: 011/ 35 27 80 Centrum 26 februari, 25 juni 2022 info@vrijzinnigpunt.be Adres: 011/ 35 27 80 Centrum 26 februari, 25 juni 2022 info@vrijzinnigpunt.be Adres: 011/ 35 27 80 Centrum 26 februari, 25 juni 2022 info@vrijzinnigpunt.be Adres: 011/ 35 27 80 Centrum Vrijzinnig Punt Hasselt - A. Rodenbachstraat 18 26 februari, 25 juni 2022 info@vrijzinnigpunt.be Adres: 011/ 35 27 80 Centrum 26 februari, 25 juni 2022 info@vrijzinnigpunt.be Adres: 011/ 35 27 80 Centrum 23 april l 28 mei l 25 juni

Verhalenoogst

Ligo, Vrijzinnig Punt Hasselt, huisvandeMens en de Fietsbibliotheek Op Wielekes gaan bij hun wijkbewoners en -bezoekers op zoek naar straffe, gezellige, beklijvende, inspirerende en rakende verhalen. De verhalen kunnen als levend boek uitgeleend worden op enkele eventdagen. Voor het aanleveren, sprokkelen en optekenen van de verhalen kunnen we rekenen op veel lieve vrijwilligers, bewoners en organisaties.

Verhalenoogst kwam tot stand dankzij:

INTERVIEWS:

TAMARA DAEMS

CHRETIEN PAESEN

GRETA DECKERS

CLAUDIA MACALUSO

JAN-WILLEM SMEYERS

VIE KUIJKEN HENDRIK GEURTS BERNADET WEHENKEL

FOTO'S WERDEN GEMAAKT DOOR HET ATELIER FOTOKUNST VAN DE STEDELIJKE ACADEMIE VOOR SCHONE KUNSTEN O.L.V CARLO VALKENBORGH EN SANNE WECKX, DOOR:

JOS VANNITSEN ANDRÉ JANSSEN

DANY LOUSBERGH

CARLO VALKENBORGH

REDACTIE: SONJA CALLAY

27NEWS MAGAZINE

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.