3 minute read

Mijn hobby mijn passie

Next Article
HEVO-Agenda

HEVO-Agenda

MIJN HOBBY…

Na zijn pensionering in 1999 is Jan Pos begonnen met een cursus dirigeren. Daarvóór had hij al een imposante carrière als klassieke zanger opgebouwd. Op 7 januari 2022 houdt Jan een lezing over de romantische liederen van de door hem zo bewonderde componist Franz Schubert (zie pagina 38).

Advertisement

Je was werkzaam in de grafische sector. Je hebt je passie gevolgd en bent zanger en dirigent geworden. Hoe is die overgang tot stand gekomen?

Mijn vader was mede-eigenaar van een grafisch bedrijf in ‘s-Hertogenbosch. Daarom lag het voor de hand dat ik als zijn opvolger naast de avondmulo en handelsvakken, het Grafisch Lyceum in Utrecht zou afronden. In 1960 werd mijn vader ziek en ik was na het behalen van enkele vaktechnische en commerciële diploma’s startklaar om het bedrijf over te nemen. Zelf wilde ik liever dansleraar worden of een zangopleiding aan het conservatorium volgen. Maar hierover viel met mijn vader niet te praten: hij zag mij als zijn opvolger, hetgeen betekende dat ik tot mijn pensionering in de grafische sector ben blijven werken. Het bloed kruipt echter waar het niet gaan kan en dus ging ik naast mijn werk als amateurzanger door.

MIJN PASSIE...

Van wie heb je de liefde voor klassieke muziek?

Van een oom, dirigent van het Muziekkorps ’s-Hertogenbosch, kreeg ik notenleer en klarinetles. Bij een andere oom werden thuis vaak de platen gedraaid van onder meer de opera La Traviata, waarin zo meeslepend werd gezongen dat ik dacht: wat heb ik allemaal gemist! Een verdrietige gebeurtenis was het overlijden van mijn moeder, toen ik 21 was. Rust en berusting vond ik daarna in de klassieke vocale muziek. Ik werd een paar maanden lid van de Koninklijke Bachvereniging, waar goedgeschoolde zangers en zangeressen deel van uitmaakten. Maar als amateur was ik niet gewenst, ondanks een positieve auditie. Op een gegeven moment werd mij gevraagd of ik de baspartij in een Vocaal Dubbelkwartet wilde overnemen. Vanaf dat moment kreeg ik uitnodigingen om liedconcerten te verzorgen en in oratoria de bassolo’s te zingen.

Was je toen al een ‘volleerd’ zanger?

Dat ben je nooit. Ik kwam bij die uitnodigingen plots te staan naast professionals. Op dat moment merk je dat je als amateur ten opzichte van de professionals een behoorlijke achterstand hebt. Als ik een hoger niveau wilde halen, waren zanglessen onontkoombaar. Ik volgde in 1977 zanglessen bij zangpedagoge Jo Leenartz in Wageningen; in 1981 kreeg ik zangles van Jos van der Lans en van 1983 tot 2004 in Wijk bij Duurstede van Joke de Vin, die mij ervan doordrong hoe belangrijk kennis van de tekst is voor de muzikale vertolking, het tempo en de begeleiding. Vanaf 2004 werd ik leerling van Jeanette van de Beld in Rosmalen.

Hoe kijk je aan tegen de onlangs overleden dirigent Bernard Haitink?

Met Haitink heb je als luisteraar hetzelfde gevoel als met Janine Jansen: zoals Janine één is met haar viool, zo was Haitink één met het orkest: hij gaf zijn musici de ruimte om hun talent ten volle te ontplooien; zijn oprecht gevoelde waardering voor hen maakte dat zij als orkest onbewust zijn interpretatie van een muziekstuk wilden absorberen. Ik heb koordirigenten meegemaakt die de tekst niet goed kenden, die ze hun koor lieten zingen. Wie als dirigent niet bekend is met de literaire boodschap van het muziekstuk of met de bedoeling van de componist, slaat de plank volkomen mis.

Klassieke muziek spreekt veel mensen aan. Wat maakt jou tot een bewonderaar speciaal van de liederen van Schubert?

Dat is existentiële geraaktheid! Een gepassioneerdheid die te maken heeft met je persoonlijke achtergrond, met je emotie en je inlevingsvermogen. Je zoekt muziek die past bij jou en je stem. Zoals voor Franse chansons, moet je ook voor Duitse romantische liederen de geschikte stem hebben.

Religieuze leiders en machthebbers hebben muziek vaak misbruikt voor eigen doeleinden. Maar hoe zou de wereld eruitzien zonder muziek?

Hitler was een fan van Richard Wagner. Volgens historici bereidde hij zijn speeches voor op de muziek van Wagner, waardoor hij tot waanzin werd gedreven. Muziek ontroert bijna iedereen. Als er geen muziek was, zouden de menselijke omgangsvormen wellicht nog veel harder en ruwer zijn dan nu.

Guido Robbens

This article is from: