
32 minute read
De metaverse, hype of de toekomst?
“Metaverse zal vooral een brug zijn tussen mensen die om de een of andere reden niet nabij kunnen zijn”, aldus Patrick Viaene. (foto: Microsoft)
Metaverse: een hype of de toekomst?
Sinds socialmediabedrijf Facebook zijn naam veranderd heeft in Meta – verwijzend naar de metaverse – heeft iedereen wel al eens van het woord gehoord. Wat het exact is, is voor velen vaak nog flou. Moeten VlaamsBrabantse ondernemers hier nu massaal in investeren? Zal het onze manier van zaken doen grondig door elkaar schudden? Wordt het de nieuwe revolutie, even groot als toen iedereen de overstap maakte van een vaste naar een mobiele telefoon of de opkomst van het internet? Of blijft het nog even een hype, een nice-to-have, maar geen technologie waarin je als bedrijf écht moet investeren?
Patrick Viaene, Microsoft 365 BG Lead bij Microsoft, en marketeer en Nerdlander Jeroen Baert laten hun licht schijnen op dit fenomeen.
Wat is de metaverse en wat kan je erin doen? Patrick Viaene: “Ik zocht als experiment het woord online op om te zien welke woorden ermee gelinkt worden. Deze drie komen het vaakst terug: virtual reality, augmented reality en gaming. Toch geloof ik niet dat we enkel met een bril of een accessoire in de metaverse zullen kunnen gaan. Het kan ook zonder technologie, enkel met een internetverbinding. De metaverse zal eerder een brug zijn tussen mensen die om de een of andere reden niet nabij kunnen zijn. Denk maar aan Pokemon Go, voor mij een soort voorloper van de metaverse. Het spel liet toe om in je omgeving rond te wandelen, maar toch samen te werken met anderen en geconnecteerd te zijn.”
Jeroen Baert: “Mijn definitie van de metaverse is deze: een virtuele wereld waarin we ons met zoveel mogelijk zintuigen onderdompelen - voorlopig enkel visueel en auditief, maar in de toekomst zal er nog meer kunnen - en waarin we samen met andere gebruikers kunnen communiceren en creëren. Een metaverse zonder creatief aspect is voor mij niet compleet. Het moet ook een omgeving zijn zonder regels, anders zit je echt in een spelomgeving en kan je je ding niet doen. Het moet er zijn ten dienste van de gebruikers.”
Waarom zit hier potentieel in voor Vlaams-Brabantse ondernemers? Patrick: “Het laat eerst en vooral nieuwe manieren van samenwerken toe. Deze kunnen zorgen voor een productiviteitsverhoging en/of en kostenverlaging. Omdat je fysiek niet bij elkaar moet komen, bereik je mensen die je anders misschien niet zou bereiken of waar je anders niet direct mee in contact zou komen.”
Jeroen: “Onze wereld wordt digitaler, onze klanten worden digitaler en alles speelt zich steeds meer online af. De vraag of je als ondernemer digitaal mee moet zijn, stelt zich dus eigenlijk niet meer. Of je in de metaverse moet investeren, hangt er wat vanaf. Je moet als bedrijf een betekenisvolle interactie kunnen hebben met je klanten en/of je partners in die omgeving. Er gewoon zijn om er te zijn, heeft geen nut. Je moet meerwaarde kunnen bieden.” Heb je het gevoel dat je als ondernemer nu al in de metaverse zou moeten stappen? Patrick: “Zoals altijd bij een nieuwe technologie, riskeer je of te vroeg of te laat met iets te beginnen. Nu is het sowieso wel beter om er iets te vroeg bij te zijn, want dan heb je als bedrijf een voorsprong op je concurrenten. Dit kan betekenen dat je in het begin te veel investeert op vlak van tijd en middelen, maar daarna ben je natuurlijk wel klaar wanneer de technologie matuur is geworden.”
Heb je het gevoel dat je als ondernemer nu al in de metaverse zou moeten stappen? Patrick: “Zoals altijd bij een nieuwe technologie, riskeer je of te vroeg of te laat met iets te beginnen. Nu is het sowieso wel beter om er iets te vroeg bij te zijn, want dan heb je als bedrijf een voorsprong op je concurrenten. Dit kan betekenen dat je in het begin te veel investeert op vlak van tijd en middelen, maar daarna ben je natuurlijk wel klaar wanneer de technologie matuur is geworden.”

De metaverse een must voor bedrijven? Je moet vooral betekenisvolle interactie kunnen hebben met je klanten. Er gewoon zijn, heeft geen nut.
Welke technologieën zijn belangrijk als je in de metaverse wil stappen? Jeroen: “Je moet over technologie beschikken die het mogelijk maakt om te interageren met de metaverse. Dit betekent dat je je zintuigen er zoveel mogelijk mee moet kunnen verbinden. Dat kan aan de hand van VR-brillen bijvoorbeeld. Het is niet zo dat je per se over een bril moet beschikken om te kunnen interageren in de metaverse. Dat moet ook kunnen via een simpele internetverbinding. Ook cryptocurrency en NFT zijn volgens mij niet essentieel in zo’n omgeving: betalen met Bancontact zal in de metaverse nog altijd kunnen.”
Hoe zie je de metaverse evolueren over 5 jaar? Patrick: “Typisch voor nieuwe technologie is dat je nu een hypegevoel hebt rond de metaverse. Het begint echter meer te zijn dan mooie video’s op YouTube. Bedrijven zien in waaraan zij een bijdrage kunnen leveren met de metaverse. In niches van de onderneming zijn bedrijven er al mee aan de slag. Het heeft dus zeker het potentieel om ‘the next big thing’ te worden.”
Patrick Viaene,
Microsoft 365 BG Lead Jeroen: “Sinds de jaren ’80 zien we een opflakkering van metaverse-/virtualrealitywerelden. Nu is de hardware om in de metaverse te kunnen – denk maar aan de brillen – net goed genoeg, maar nog niet optimaal. Veel mensen worden nog misselijk als ze een VR-bril opzetten bijvoorbeeld. Volgens mij gaat de cyclus nu nog even liggen en pas daarna zullen er écht goede producten gemaakt worden en zal het écht doorbreken. Maar sinds Facebook Meta werd en de industrie zich er echt op begint te richten, zou het ook allemaal sneller kunnen evolueren.”
Wat zijn risico’s voor bedrijven? Jeroen: “Moderatie. Je bouwt als bedrijf als het ware een speeltuin in de metaverse waar iedereen in kan. Je kan niet controleren of zien wat ze doen. Er is bovendien ook nog altijd geen ‘killer app’ om te gebruiken om in de metaverse te gaan. Waarom zou je een meeting in VR doen als je het even goed in Zoom kan doen? Het grootste issue blijft privacy. Een wereld in de metaverse bouwen, zou moeten kunnen via een open standaard, zodat iedereen toegang heeft tot de bouwstenen - niet enkel de Facebooks en Googles van deze wereld. Maar als iedereen het zelf mag doen, dan verdienen deze advertentiebedrijven een pak minder, dus zij zullen toch liever zelf werelden creëren waar anderen in kunnen vertoeven.”
Is de metaverse iets voor jouw bedrijf?
Kom het ontdekken tijdens ons event op 13 december bij Living Tomorrow in Vilvoorde.
Jeroen Baert,
marketeer en Nerdlander
Naast keynotes van Microsoft, Gevers Legal en Nerdland over de voordelen van de metaverse en de valkuilen, kan je op dit evenement in contact komen met bedrijven die er al in investeren. Op de Metamarkt krijg je de mogelijkheid om in dialoog te treden met ondernemingen die de stap al hebben gewaagd.
Zo wordt het snel duidelijk wat de meerwaarde van de metaverse kan zijn voor jouw bedrijf.
Scan de QR-code voor meer info. Digitaal
Uitgelicht
24 Harol, Klimaatambassadeur 2021 28 Extraqt haalt warmte uit water 32 Innovatie en digitalisering in de bouw 35 3 Trends in bedrijfsvastgoed
Dossier Bouw en bedrijfsvastgoed

Hoe natuurlijke verkoeling zorgt voor meer duurzaamheid én de energiekosten kan doen dalen
Harol kijkt terug naar zijn jaar als miK Klimaatambassadeur
Een jaar lang al mag Harol uit Diest zich miK Klimaatambassadeur 2021 noemen. De gevolgen strekken verder dan een nieuwe award op de schouw. Ze zijn dagelijks voelbaar bij medewerkers en klanten, zegt gedelegeerd bestuurder Annick Draelants. Het sterkt haar en het hele bedrijf om verder op deze koers te varen. Al is het niet zo dat de zonweringsproducent zich plots helemaal anders gedraagt. “Al van toen mijn grootouders het bedrijf oprichtten, is duurzaamheid iets dat centraal stond. In eerste instantie door de producten zelf, en de afgelopen jaren ook heel erg in onze bedrijfsvoering.”

Dat het een dankbaar platform was om de vele grote en kleine projecten waarmee Harol bezig was en is, te concretiseren. Dat zegt Annick over de verkiezingscampagne voor miK Klimaatambassadeur 2021. “We zijn altijd al veel met duurzaamheidsprojecten bezig geweest. Op termijn gaan die soms op losse eindjes lijken. De verkiezing van de MiK Klimaatambassadeur was een aanleiding om ze allemaal samen te brengen tot een groter geheel. Het resultaat vonden we zelf best indrukwekkend. Het is dan ook fijn dat de jury en het publiek onze inspanningen ook waardeerden. Het onderschrijft nog meer onze missie om te streven naar een klimaatneutrale maatschappij.” Die inspanningen waarvoor Harol in de prijzen viel, zijn niet gering. Het meest in het oog springt natuurlijk de windturbine die sinds oktober vorig jaar in gebruik is. “Maar het gaat om nog veel meer”, voegt Annick toe. “We hergebruiken maximaal ons afval- en regenwater, recycleren nauwgezet ons afval, werknemers kunnen fietsen leasen en bedrijfswagens zijn hybride of elektrisch. Onze kantoren zijn bijna-energieneutraal (BEN) en sinds kort helemaal gerenoveerd met meubilair en bouwelementen uit gerecycleerd materiaal. In 2021 plantten we 3.000 bomen met Go Forest en sindsdien komt daar een boom bij voor elke klant die zijn garantiebon invult. Voeg daarbij nog automatische ledverlichting en ventilatie en het gebruik van gezuiverd kraantjeswater in plaats van flessenwater, en je hebt al een flinke lijst.” Kleine stappen, grote impact Laat dat juist de boodschap zijn van Annick; duurzaam ondernemen gaat niet per se om grootse initiatieven maar kan evengoed een cumulatie zijn van kleinere stappen. “Dat proberen we ook intern duidelijk te maken en sinds onze verkiezing als Klimaatambassadeur is er extra draagvlak voor. Werknemers beseffen dat het anders kan en dat het niet om heel grote stappen hoeft te gaan. Daardoor zijn we in onze productontwikkeling ook nieuwe dingen gaan proberen.”
Daar valt of staat Harol immers mee: de producten en diensten die ze bieden om, zoals ze zelf zeggen, natural cooling te creëren. Denk aan zonwering, rolluiken en buitenleven. Die natural betekent zonder energieverbruik ruimtes verkoelen of verwarmen. “We gaan samen met de klant zoeken naar de meest efficiënte manier om hun huis, kantoor of ontspanningsruimte aangenaam te maken. Of airco’s daar dan niet geschikt voor zijn, krijg ik vaak opgeworpen. Daar ben ik erg duidelijk in: volgens ons passen die niet in een duurzame samenleving. Als je ervoor kan zorgen dat warmte of koude buiten blijft, hoef je binnenin nauwelijks de temperatuur te veranderen. Dat is waar wij naar streven.” Om dat duidelijk te maken, schreef Harol een e-book waarin ze uitleggen hoe natuurlijke verkoeling een deel van de oplossing is voor een energieneutrale samenleving.
Genoeg van huurindexaties en stijgende huurlasten?

Inflatie en huurindexaties bereiken recordhoogtes en staan niet op punt te dalen. Bij Growners hebben we de oplossing om uw KMO hiervan te beschermen: wordt eigenaar van uw kantoren.
Greenhill Campus Leuven
CONTACTEER ONS
+32 2 357 33 10 info@growners.be www.growners.be
Wanneer u de kosten van uw jaarlijkse huurlasten vergelijkt met een terugbetaling van een krediet aan de bank, dan is de berekening snel gemaakt!
Onze portefeuille
Onze portefeuille bestaat uit een brede waaier van bedrijfspanden en een keuze uit oppervlakken van 50 m² tot 8.500 m². Growners biedt u verschillende soorten professionele panden aan in België en voornamelijk in Vlaams-Brabant, Waals- Brabant en Brussel. Onze gebouwen zijn strategisch gelegen nabij de toegang tot snelwegen en/of openbaar vervoer.
Een nieuwe acquisitie in Vlaams-Brabant
We hebben onlangs het bedrijvenpark Greenhill Campus Leuven aangekocht. Het park bestaat uit 9 gebouwen en is gelegen in het gekende Research Park van Haasrode (Leuven). We hebben een groot aanbod van kantoren, kleine en grote units te koop of te huur?
Vertrouw op onze expertise
In de afgelopen tien jaar heeft ons team een gespecialiseerde expertise ontwikkeld in de verschillende aspecten rond de aankoop van professioneel vastgoed en een echte kennis opgebouwd van de behoeften en verwachtingen van kmo’s.
Uw kantoor aan de Brusselse Rand ?
Geniet van de voordelen van aan de rand van Brussel te werken zoals : dichtbij de stad, vlot bereikbaar en verlaagde belastingen. Ontdek ons uitzonderlijke aanbod door de QRcode te scannen.
Geïnteresseerd? Contacteer Koen Verhaest:
0486 98 29 11 kv@growners.be
Voor een onderneming die oplossingen voor energiezuinige verkoeling produceert, is de huidige energiecrisis een tweesnijdend zwaard. “We merken dat mensen op zoek gaan naar oplossingen om hun energiekosten te drukken. Daarbij komen ze ook bij ons terecht. Het aantal aanvragen en leads via de website zijn flink gegroeid. Aan de andere kant veroorzaken die energieprijzen prijsstijgingen bij onze leveranciers. Na de leveringsproblemen van vorig jaar, is dát vandaag het grote probleem. Voorlopig vangen we dit zelf op, maar de vraag is hoe lang je dit kunt volhouden.”
Het zit in de familie Annick is trots dat de insteek van natuurlijke verkoeling al van bij het ontstaan van het familiebedrijf, door haar grootouders, in stand wordt gehouden. Voor haar is voortbouwen op die erfenis niet enkel een erezaak. Het is ook essentieel. “Er is geen andere weg. Doorgaan zoals we nu bezig zijn als samenleving is niet houdbaar. We moeten energieneutraal worden en daar moet iedereen zijn steentje aan bijdragen. Daarom geloof ik meer in een transitie dan een revolutie. Alleen dan krijg je iedereen mee aan boord. We beschouwen het als een van onze taken om onze klanten hierover te sensibiliseren en hen te wijzen op de mogelijkheden van natuurlijke verkoeling.”
Kijkt een familiebedrijf anders naar duurzaamheid dan een niet-familiale onderneming, vragen we ons af. “Dat is dubbel”, reflecteert Annick. “Het gevoel leeft dat familiebedrijven, althans het onze, meer vanuit passie, ondernemerschap en goesting gedreven Tips voor duurzaam ondernemen • Spreek je ambitie uit in je organisatie. Door je doelen kenbaar te maken, zorg je ervoor dat iedereen, intern en extern, weet wat er op de agenda staat. • Zet een reeks van kleinere, maar relatief makkelijk haalbare projecten op. Bij de opstart moet je niet met enorme budgetten goochelen of grote structurele aanpassingen aan je gebouw doen. Belangrijker is om snel aan de slag te gaan. Met die kleinere projecten zorg je ervoor dat je ambitie geen dode letter blijft en voelen je medewerkers meteen waarover het gaat. • Betrek je werknemers meteen zodat zij een integraal deel vormen van je duurzame onderneming.

worden en daar hoort duurzaamheid volgens mij bij. Je wil immers dat het bedrijf ook na jou nog verdergaat en dat kan alleen als je kiest voor die duurzame weg. Anderzijds is het zeker ook niet zo dat niet-familiale bedrijven louter economische drijfveren hebben. Het verschil zit meer in de persoonlijke stempel die je kunt drukken in een onderneming die al generaties lang in een familie zit. De korte lijnen en rechtstreekse betrokkenheid van het managementniveau op de dagelijkse werking zorgen er ook voor dat werknemers zich veilig voelen om zichzelf te zijn en dat ze durven meedenken en -bouwen aan de koers van het bedrijf.”
Over Harol Harol is een Belgisch familiebedrijf, opgericht in 1946, dat innovatieve totaaloplossingen ontwikkelt met de focus op leefcomfort, energiebesparing, design en veiligheid. Ze zijn een van de meest toonaangevende fabrikanten van rolluiken, zonwering en buitenleven in Europa. Het hoofdkantoor en de productie van Harol vind je in het industriepark Webbekom (Diest). Van daaruit exporteert het bedrijf naar meer dan 30 landen. De firma telt zo’n 280 medewerkers. Voor de verdeling van zijn producten, rekent Harol op een netwerk van exclusieve verdelers en installateurs.
miK Klimaatambassadeur
Harol werd in 2021 miK Klimaatambassadeur. Deze verkiezing is een initiatief van het milieu-infopunt voor de kmo (miK) – een samenwerking van Voka - Kamer van Koophandel en de provincie Vlaams-Brabant – en beloont duurzame bedrijven. Ook in 2022 wordt een Vlaams-Brabantse onderneming verkozen tot Klimaatambassadeur. Stemmen kan nog tot 6 december. Scan de QR-code om de kandidaten te leren kennen en je stem uit te brengen.
EXTRAQT-oprichters Sebastian Baes, Jan Denayer en Stijn De Jonge.

Leuvense start-up EXTRAQT haalt warmte uit water
Warmtepompen in de grond zijn intussen gemeengoed. Maar wist je dat ook uit water warmte te halen valt? Het potentieel is enorm: heel wat steden bijvoorbeeld zijn aan waterwegen of meren gelegen. De Leuvense startup EXTRAQT wil aquathermie mee in de mix gooien om de energietransitie van gebouwen en zelfs hele steden te volbrengen. Met hun innovatieve digital twin - een tool voor digitale simulaties - kunnen zij perfect in kaart brengen hoeveel warmte (en koeling) een waterlichaam kan opbrengen én wat de impact is op de omgeving. Hun doel? Regio’s, steden en gebouwen helpen duurzaam verwarmen en koelen.
In juli vorig jaar zag EXTRAQT het levenslicht. Aan het roer staan Jan Denayer, Sebastian Baes en Stijn De Jonge. De eerste twee zijn studiegenoten die samen een thesis en daarna een postgraduaat over aquathermie uitwerkten met… Stijn De Jonge, hoofdlector Duurzaam Materialenbeheer aan de KU Leuven. Met die thesis, die overigens een scriptieprijs won, en het postgraduaat kan je ervan uitgaan dat het denkwerk grondig is gebeurd. Wanneer dacht je er ook effectief mee op de markt te kunnen komen? Stijn: “We zijn inderdaad vanuit een academisch standpunt vertrokken. Maar dat is natuurlijk niet de realiteit. Met EXTRAQT valoriseren we die theoretische kennis. Die periode van thesis en postgraduaat gaf de ruimte om het idee te laten rijpen en te kijken of er wel een markt voor is.” Sebastian: “Een belangrijke trigger was toen een vooraanstaand studiebureau zijn interesse toonde in ons project. Dat zet je aan het denken. Als zo’n grote naam op zoek is naar kennis rond ‘blauwe warmte’ en ze het met hun eigen engineeringteam

niet kunnen, moet er wel een markt voor zijn. Dat bleek ook uit gesprekken met (toenmalig) minister voor innovatie Hilde Crevits en minister voor hernieuwbare energie Zuhal Demir.”
Waarom is water volgens jullie een energiebron die smeekt om ontgonnen te worden? Sebastian: “De voornaamste reden is de duurzaamheid. Water als energiebron ligt er gewoon en is haast overal voorhanden. De werking is volledig vergelijkbaar met geothermie en bovendien zijn de twee technieken complementair omdat ze op verschillende momenten in het jaar op hun efficiëntst zijn. Daarbovenop is aquathermie vaak wel nog mogelijk in steden waar alles volgebouwd is en geothermie nog moeilijk kan.” Stijn: “Het is trouwens erg interessant om aqua- en geothermie samen aan te sluiten op één warmtepomp. Dat is ook wat verschillende ontwikkelaars vragen. Niet alleen omwille van die optimale efficiëntie maar ook om de thermische balans in evenwicht te houden. Tijdens een jaar ga je vaak meer warmte uit de bodem halen dan je er terug in stopt en zo riskeer je op lange termijn de bodem uit te putten. Dat is een reëel probleem. Door aqua- en geothermie te combineren, kun je de bodem als het ware terug bijvullen met warmte. Ook water zelf is niet onuitputtelijk, maar dankzij de enorme hoeveelheid massa en de omgevingsfactoren is het snel regenererend.”
Uit dynamische analyses blijkt dat er tot veertig keer meer energie uit water gehaald kan worden dan oorspronkelijk gedacht. Toch denkt niemand eraan dit potentieel te gebruiken.
Blauwe warmte
Wat is precies jullie ‘product’ waarmee jullie die bron willen gebruiken? Sebastian: “Onze missie is duidelijk: we willen ervoor zorgen dat water niet meer over het hoofd gezien wordt als hernieuwbare bron van verwarming en koeling. Door rivieren, kanalen en meren te gebruiken, kun je een emissiereductie van 65% behalen. Met onze digital twin maken we een exacte kopie van het waterlichaam en daarmee kunnen we simulaties maken van de impact van zon, wind en grond. Zo brengen we exact in kaart wat het potentieel is van een waterlichaam.” Stijn: “Die simulaties kunnen doen is essentieel. Andere studiebureaus doen statische analyses en komen systematisch tot een onderschatting van de hoeveelheid energie die er in water zit. Dan lijkt een bron vaak niet zo interessant terwijl dat uit onze dynamische analyses juist wel blijkt. We deden onlangs een dynamische studie die aantoonde dat er 40 keer meer energiepotentieel was dan dat bleek uit de statische methode. Dit is ontzettend belangrijk om aan te tonen hoeveel potentieel we momenteel onbenut laten.”
Waarvoor kunnen klanten bij jullie terecht? Stijn: “Wij kunnen op basis van de warmtevraag van een project gaan bepalen of aquathermie een efficiënte warmte- en/of koudebron is. Wat we zoveel mogelijk promoten is om zo’n projecten collectief aan te pakken: je kan beter meteen een heel bedrijventerrein, een volledige wijk of zelfs een stad voorzien van warmte via een warmtenet. Het is immers niet goedkoop, maar zo creëer je wel schaalvoordelen. Wij pleiten overigens ook niet om uitsluitend te kiezen voor ‘blauwe warmte’. De energietransitie zal pas slagen als we ervoor kiezen om verschillende duurzame bronnen gezamenlijk aan te boren. Het is niet óf water óf grond óf zon óf wind. Je moet alles combineren voor een efficiënt resultaat.”
Jullie zijn nu een goed jaar ‘ondernemers’. Hoe bevalt jullie dat? Sebastian: “Ik vergelijk het met ParijsRoubaix: het is al een bumpy road geweest. Ondanks de successen die we kenden, hebben we ook leren omgaan met tegenslagen. Een belangrijke les is ook dat we bij onze unique selling proposition moeten blijven, die digital twin. Aanvankelijk hebben we ons heel breed gepositioneerd en dat betekende veel bellen en contacten leggen. Achteraf gezien hadden we beter focus op de kern van onze activiteit gezet. Nu keren we daarnaar terug en willen we een portefeuille uitbouwen. We zijn blij dat we konden rekenen op expertise die voorhanden is via het FIT, Vlaio, de KU Leuven, … Binnenkort starten we ook met een Bryo-traject dat ons zal helpen verder onze bedrijfsvoering te verbeteren. De Leuven Innovation Award winnen een jaar na onze start gaf ons ook een enorme boost. Ons grote voordeel is dat we niet in zee zijn gegaan met één investeerder waardoor we bewegingsvrijheid hebben. Onze droom? Die is niet zo wild: als we over 10 jaar nog steeds kunnen doen wat we vandaag doen, zijn we al bijzonder blij. Al willen we tegen dan wel gerealiseerd hebben dat als mensen naar water kijken, ze ook aan warmte - en aan ons - denken.” (lacht)
Kim Cornille, asset en development director, en Kristof Verstraeten, co-founder en managing director bij LCP Belgium.

Logistics Capital Partners Pan-Europese bondgenoot voor duurzaam logistiek vastgoed
Logistics Capital Partners (LCP), met hoofdzetel aan de Bondgenotenlaan in Leuven en actief in zes Europese landen, is een projectontwikkelaar en asset manager van duurzaam logistiek vastgoed. Sinds de oprichting in 2015, heeft het bedrijf voor meer dan een miljard euro aan ontwikkelingskapitaal toegewezen aan projecten in ons land, Nederland, Frankrijk, Spanje, Italië en het Verenigd Koninkrijk. Intussen is er al meer dan één miljoen vierkante meter logistieke ruimte opgeleverd aan klanten, waaronder internationale namen als LIDL, Amazon, Primark en de Kering Group, bekend van de modemerken Gucci en Yves Saint Laurent.
De vraag naar energie-efficiënte, flexibele, kwalitatieve en duurzame logistieke ruimte vanuit de retail, industrie en e-commerce in Europa is groot, ondanks de moeilijke macro-economische omstandigheden. Projectontwikkelaar en asset manager LCP zet alle zeilen bij om de klanten op hun hoofdzakelijk logistieke wenken te bedienen. “Gerenommeerde klanten uit binnen- en buitenland doen al jaren een beroep op onze duurzame expertise en oplossingsgerichte (her) ontwikkeling van logistiek vastgoed en asset management op pan-Europees niveau”, zegt co-founder en managing director Kristof Verstraeten van LCP. Open blik
De industriële vastgoedontwikkelaar onderscheidt zich van de concullega’s door kort op de bal te spelen en flexibele oplossingen op maat uit te werken en in bedrijf te brengen. Daarvoor wordt creatief samengedacht met de klant. “In Italië hebben we samen met Zalando een brownfield gekocht. Na de sanering zullen we er het meest duurzame logistieke warehouse van de retailer in Europa bouwen. Kijk, niet alle projectontwikkelaars staan voor dergelijke flexibele samenwerkingen open. Daar zitten de grote sterktes van LCP in Europa: met een open blik naar projecten kijken en korte beslissingsstructuren hanteren die ontwikkelingen doen vooruitgaan”, zegt Kristof Verstraeten.
Duurzaamheid en energie-efficiëntie Drie jaar na zijn oprichting zette LCP met succes de eerste stappen op de Belgische logistieke vastgoedmarkt. Op grond in Nijvel werd vorig jaar 30.000 m2 aan logistieke magazijnen annex kantoorruimtes in de markt gezet en verhuurd. Het complex is ‘BREEAM Very Good’ gecertifieerd. “We proberen telkens onze gebouwen duurzamer en

Na de oplevering van een project verzorgt LCP geregeld zelf het asset management. “Deze manier van werken garandeert een stabiele laag van businessactiviteit. Bovendien blijf je in de betrokken sector actief en dienen zich mogelijk nieuwe groeipistes aan. Niet onbelangrijk is dat je meteen ook je netwerk verdiept en uitbreidt. In die wetenschap speelt het in ons voordeel dat we in zes landen filialen hebben en de lokale markten goed kennen”, zegt Kristof Verstraeten nog. LCP doet ook het asset management van gebouwen die het niet zelf ontwikkeld heeft.
energie-efficiënter te maken door te werken met ledverlichting, licht- en bewegingssensoren en verwarming en koeling op basis van warmtepompen”, zegt Kim Cornille, asset en development director bij LCP Belgium. “Onze nieuwste ontwikkeling, het Bilzen-project op de strategisch gelegen industriezone Genk-Zuid, zal zelfs het ‘BREEAM Excellent’-label behalen en bouwt verder op het duurzaamheidsverhaal dat LCP onderschrijft. Intussen is de helft van het Bilzen-project, goed voor 22.877 m2 aan logistieke ruimte, verhuurd aan SKF Logistics Services Belgium. Een logistiek complex van dezelfde omvang is nog beschikbaar voor verhuur en zal begin 2023 opgeleverd worden.”
Reconversie
Ondanks een zekere verzadiging zoekt LCP ook in ons land strategische locaties om te investeren en in te spelen op de vraag van de markt, die niet alleen vanuit de e-commerce komt. “Door de coronapandemie en de vertragingen in de overzeese supply chain hebben grote industriële spelers beslist om niet meer just in time te werken maar regionaal voorraden aan te leggen. Voor de kleinere logistieke projecten in ons land speelt dan weer meer de energiecrisis. Die maakt dat oudere magazijnen worden ingeruild voor duurzaam en energie-efficiënt logistiek vastgoed. Op deze vragen naar grote en kleinere logistieke vastgoedprojecten spelen we graag in”, zegt Kim Cornille.
Kortom, de logistieke huurmarkt blijft bijzonder actief met een aanzienlijke vraag naar hoogwaardige ruimte enerzijds en beperkte beschikbaarheid anderzijds. “We zijn dan ook een van de weinige partijen in de markt die op korte termijn een antwoord biedt op de nijpende vraag naar moderne magazijnruimtes op de logistieke as België, Nederland en Duitsland”, gaat Kim verder. Vlak over de grens, in het Nederlandse Roosendaal, herontwikkelde LCP bijvoorbeeld een logistiek brownfieldproject van 129.000 m2 op de oude Philipssite. Retailer LIDL nam er zijn intrek voor de stockage van niet-bederfbare producten.
Datacenters
Tijdens het uitrollen van logistieke projecten in binnen- en buitenland bouwde LCP gestaag zijn netwerk uit. Hieruit volgden al snel nieuwe businessopportuniteiten. “Door de gestage groei van de e-commerce en digitalisering in het algemeen is er niet alleen vraag naar meer duurzame magazijnen, maar ook naar nieuwe en performante datacenters. Ook hierin willen we een vooraanstaande rol spelen. In de regio Parijs wordt de site van een oude chipfabriek klaargemaakt voor de bouw van een datacenter. De afbraak van de gebouwen, de sanering van de grond, de opbouw van de utilities (hoogspanningsaansluiting, transformatoren, glasvezelaansluiting en zelfs een pompstation voor het gebruik van koelwater uit de Seine), de vergunningen en de bouw van de hallen nemen we voor onze rekening”, zegt Kristof Verstraeten. Uitdagingen
Net als heel wat andere bedrijven staat LCP voor enkele uitdagingen. In de eerste plaats geschikte collega’s vinden die lokaal met klanten echt het verschil kunnen maken. “We kijken vooral naar attitude, commerciële feeling en oplossingsgericht werken en denken. Wie dat kan, krijgt op termijn de mogelijkheid om als partner mede-eigenaar te worden van LCP. Zo zijn we intussen met zeven partners in het bedrijf. Die aanpak is uniek in onze sector.” Kapitaal is er nog steeds voldoende in de markt voor logistiek vastgoed, maar door macro-economische onzekerheden is er wat zenuwachtigheid onder investeerders. “Maar de toekomst ziet er veelbelovend uit. De komende vijf jaar moeten er in Europa nog minstens twintig miljoen m2 aan logistieke faciliteiten bijkomen om de stijgende vraag van e-commerce alleen te kunnen volgen. Om een idee te geven: op dit moment hebben we met LCP twee miljoen m2 aan duurzame ontwikkelingen in de pijplijn”, besluit Kristof Verstraeten.

Charlotte Euben, projectverantwoordelijke van het Europees project ‘Centrum Bouw 4.0.’ en Niki Cauberg, verantwoordelijke van de afdeling ‘Digital Construction’.
Als bedrijf moet je nu oprechte interesse tonen in je medewerkers. Dan kom je qua motivatie en betrokkenheid versterkt uit de coronacrisis.

Innovatie en digitalisering in de bouw maken slimme aannemers
In het Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf (WTCB) werd er de voorbije jaren hard gewerkt. En dat zal zeker lonen. Nog even, en de gloednieuwe demonstratiehub zal elke aannemer op weg zetten naar digitalisering en innovatie. We spreken met Niki Cauberg, verantwoordelijke van de afdeling ‘Digital Construction’, en Charlotte Euben, projectverantwoordelijke van het Europees project ‘Centrum Bouw 4.0’.
“In het WTCB helpen we aannemers en andere bouwprofessionals via onderzoek en kennisverspreiding maar ook door praktische ondersteuning. Onze afdeling ‘Digital Construction’ zet zich in op het bevorderen van de digitalisering in de bouwsector. We doen dit door te informeren maar ook door te demonstreren. We willen ook kleinere aannemers nieuwe technologieën laten ontdekken. Dit is niet zo eenvoudig”, vertelt Cauberg.
Onze werking verbreden met Europese middelen “Door het Europese project ‘Centrum Bouw 4.0’ hebben we hier echt wel op kunnen inzetten. Aannemers hebben vrij vaste taken: offertes opmaken, werfvoorbereiding, uitvoering, opmeten, boekhouden, facturatie, … Zelfs communicatie tussen verschillende aannemers op één werf hoort bij hun taken. Dat is allemaal heel tijdrovend. Nieuwe digitale technieken kunnen hen echter ondersteunen. Door demonstraties en informatie op maat te geven, willen we hen hiervan bewustmaken. Ons aanbod verschilt afhankelijk van de grootte van het bedrijf en de specifieke sector zoals vloeren, ruwbouw of schrijnwerken. We luisteren naar hun verhaal en bekijken dan welke digitale tools hen verder kunnen helpen”, legt Euben uit.
Efficiënter en veiliger werken met digitale tools “Een voorbeeld van een heel toegankelijke tool is de 360°-camera. Met een 360°-foto kan je elke hoek van de ruimte zien. Vroeger kon dit enkel met een tiental foto’s per ruimte. Deze nieuwe
Het nieuwe Centrum Bouw 4.0 in Zaventem wordt momenteel afgewerkt en zal de meest innoverende technologieën demonstreren.

Aannemers verliezen veel tijd met vaste taken zoals offertes maken, werfvoorbereiding, metingen, boekhouding, … Met de juiste digitale tools kunnen ze veel tijd besparen.
technologie laat veel meer toe en is veel toegankelijker. Je kan ze gebruiken voor offertes, werfopvolging en zoveel meer. Ook meten is een belangrijk onderdeel van het bouwproject. Je hebt hiervoor 3D-laserscanners van 50.000 euro maar er zijn ook goedkopere toepassingen verkrijgbaar, gewoon op je smartphone.
Als je virtual reality introduceert, krijg je nog meer mogelijkheden. Je kan een klant of collega een ontwerp of gepland interieur tonen. Je kan ook een object virtueel plaatsen op de huidige werf. Zo zie je of de plannen wel kloppen en mogelijk zijn. Dan komen we in de ‘BIM’-toepassingen. BIM staat voor ‘bouwwerkinformatiemodel’. Bij BIM zit je zelf in een 3D-omgeving waarin je geen vlakken tekent, maar direct ook een deur, muur of baksteen in 3D. Ook de eigenschappen van de materialen - zoals grondstof, afmetingen en prijs - worden er meteen aan gekoppeld. Dit is heel interessant voor coördinatoren in de bouw, zoals architecten en algemene aannemers”, vertelt Cauberg.
Demonstratiecentrum en mobiele demohub “De meest innoverende technologieën demonstreren we in het nieuwe ‘Centrum Bouw 4.0’ dat we met Europese middelen konden realiseren. Maar met onze mobiele demohub gaan we ook zelf naar beurzen, aannemers en zelfs scholen. We richten ons vooral op aannemers maar afhankelijk van de technologie is het ook interessant voor architecten, landmeters… Laat maar komen!”, vertelt Euben enthousiast.
Benieuwd naar het nieuwe demonstratiecentrum? De opening is eind 2022 voorzien. Vanaf 2023 zal het echt operationeel zijn. Adres: Lozenberg 7, Sint-Stevens-Woluwe (Zaventem).
Business over de grens
Elke maand zet Ondernemers een Vlaams-Brabants bedrijf in de kijker dat betrokken is in een Europees samenwerkingsproject. Zo’n project verruimt niet alleen je kijk op zaken doen maar opent ook deuren naar nieuwe klanten. Dit blijkt duidelijk uit alle getuigenissen. Tientallen Vlaams-Brabantse bedrijven ontvangen steun van Europa via deze projecten en brengen zo vernieuwende zakenrelaties tot stand. Dit geeft echt een boost aan de economie in onze provincie. Het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling versterkt de economische, sociale en territoriale cohesie binnen de Europese Unie en vermindert de bestaande onevenwichtigheden tussen de regio's.
Meer informatie?
www.vlaamsbrabant.be/europa digitalconstructions.be/nl/ demonstrations


Welzijn in de bouwsector
Werknemers uit de bouwsector voeren diverse werkzaamheden uit en komen daarbij in contact met allerlei risicofactoren. Dit artikel gaat dieper in op een aantal veelvoorkomende risico’s in deze sector en stelt preventiemaatregelen voor ter beheersing van deze risico’s.
Fysieke overbelastingkomt vaak voor in de bouwsector. Door belastende houdingen en grote krachtuitoefening worden spieren en gewrichten overbelast. Dit kan verminderd worden door het gebruik van gepaste hulpmiddelen en door het aanleren van rugsparende tiltechnieken. Niet alleen tijdens het tillen, maar ook bij andere werkzaamheden, zoals bij het metselen, scheppen of rijden met een kruiwagen.
Een ander risico waaraan werknemers in de bouw vaak worden blootgesteld is vallen van hoogte. Bij werken op hoogte moet je eerst nadenken over het geschikte arbeidsmiddel (ladder, steiger, gondel, …) en over de organisatie hiervan. Vervolgens moeten je passende collectieve en nadien persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken. Maatregelen die een val verhinderen hebben voorrang op maatregelen die de gevolgen van een val beperken. Een combinatie kan ook. Let ook op opleiding en signalisatie.
Om snijwonden te voorkomen, zorg je dat veiligheidsvoorzieningen intact zijn en gereedschap correct wordt gebruikt en onderhouden. Bovendien is orde en netheid van belang en moet je geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen en nauwsluitende kledij dragen. Werknemers in de bouw komen ook regelmatig in contact met gevaarlijke stoffen. Bij boren of zagen zonder watertoevoer kan de grenswaarde voor kwartsstof bijvoorbeeld worden overschreden. Ook asbest mag niet vergeten worden als chemische stof.
Ook lawaai en trillingen vormen een risicofactor voor bouwvakkers. Werktuigen zoals betonboren, frezen en slijp- en zaagmachines produceren een hoog geluidsniveau. Geluidsdemping, periodiek onderhoud en gehoorbescherming kunnen een oplossing bieden. Kies bij aankoop zoveel mogelijk voor trillingsarm materiaal. Trillingen kunnen voorkomen worden door periodiek onderhoud van de werktuigen en -voertuigen.
Risico inventarisatie en -beoordeling
Identificeer en beoordeel de aanwezige risico’s, ongeacht de werken. Dit doe je vooraleer de werkzaamheden aanvangen. Je moet namelijk de nodige preventiemaatregelen nemen om veilig te werken. Deze preventiemaatregelen worden opgenomen in het veiligheids- en gezondheidsplan en hebben betrekking tot de arbeidsposten, de verschillende activiteiten en de gebruikte technieken.
Coördinatie en verantwoordelijkheden
Op een werf werken vaak verschillende ondernemingen. Zij moeten de veiligheid en gezondheid van de werknemers te garanderen.
Opleiding en instructies
Voor de veiligheid van de werknemers zijn passende opleidingen en instructies noodzakelijk. Zo zijn een aangepast onthaal en opleidingsplan onmisbaar voor nieuwe werknemers. Ervaren medewerkers hebben echter ook nood aan opleiding en vorming bij het toepassen van nieuwe technieken. Bovendien kan een regelmatig herhaalde, korte infosessie over veiligheid en gezondheid helpen om de werknemers bewust te maken van de aanwezige risico’s. Indien nodig, moet de taal van de opleiding en de instructies aangepast worden, zodat ook anderstalige werknemers op de hoogte zijn.
Mocht je meer info en/of ondersteuning nodig hebben, mail naar info@premed.be. We helpen je graag verder.
Duurzaam, minder werkplekken en kopen
We vroegen aan Ann Verresen, managing partner van Structura.biz, naar wat volgens haar de drie trends in bedrijfsvastgoed worden voor 2023.
Trend 1: Duurzaamheid blijft hot “Zowel bij industrieel vastgoed als bij kantoren kijken kopers en huurders naar hoe duurzaam de plaats is waar ze hun kantoren of opslagruimte zullen plaatsen. Zo wordt bij de meest recente kmoparken geen gas meer binnengetrokken, maar zetten ze volop in op zonnepanelen. Het extra budget om hun daken te versterken, nemen ze erbij. Maar het gaat verder. Duurzaamheid zit tegenwoordig zodanig verweven in de bedrijfsvoering dat alles, ook de gebouwen, duurzaam moet zijn. Voor één keer ‘helpen’ de stijgende energieprijzen in zekere zin, omdat bedrijven beseffen dat inzetten op meer energie-efficiënte gebouwen zal zorgen voor lagere energiekosten. Bovendien ook mooi meegenomen: duurzame gebouwen of de plannen om ze te verduurzamen maken meer kans op een lening bij de bank.” Trend 2: De gehuurde bedrijfsoppervlakte wordt kleiner “Bedrijven die kantoren huren, zorgen er niet meer voor dat alle medewerkers op hetzelfde moment een werkplek kunnen gebruiken. Thuiswerk blijft na corona nog steeds ingeburgerd, waardoor veel kantoorhuurders beslissen om niet voor alle medewerkers een werkplek te voorzien. De tijd dat iedereen tegelijk op kantoor kon zijn, is dus definitief voorbij. Wanneer alle medewerkers toch aanwezig moeten zijn voor een personeelsmeeting bijvoorbeeld, wordt er extra flexibele werkruimte bijgehuurd. Grote meetingrooms die maar twee keer per jaar meer gebruikt worden, zijn ook passé. Het kantoor is en blijft wel een ontmoetingsplaats, dus worden veel ruimtes ook multifunctioneel gebruikt. Een cafetaria, bijvoorbeeld, kan doorheen de dag gebruikt worden om (informeel) te vergaderen of te flexwerken.”
Over Structura.biz Structura.biz helpt kmo’s en corporate bedrijven in hun zoektocht naar een optimale vastgoedoplossing. Ze geven advies bij (ver)koop en (ver)huur van bedrijfsgebouwen, zowel van industriële gebouwen, kantoorpanden of winkelruimtes. Daarnaast adviseren ze bedrijven bij het optimaliseren van hun vastgoed door het maken van behoefteanalyses of stay- or leavetrajecten. Trend 3: Huur of koop worden afgewogen “Er wordt altijd beweerd dat de Belg een baksteen in de maag heeft. Dat is ook het geval voor bedrijfsleiders. De aankoop van een bedrijfsgebouw is voor velen onder hen nog steeds een vorm van pensioensopbouw. We adviseren hier steeds om het pand in een aparte vennootschap onder te brengen. Renovatieverplichtingen en stijgende rentes doen vandaag wel nadenken, zeker voor starters of scale-ups. Investeren in je vastgoed betekent minder flexibiliteit op termijn. Meer bedrijven maken de afweging en kiezen om over te stappen naar een sale- en leasebackverhaal om juist nog sneller te kunnen groeien. Ook de index heeft een directe impact op de gehele vastgoedmarkt. Verhuurders zullen hun prijzen indexeren waardoor de huurprijzen de marktprijzen soms zullen overstijgen. De huurders komen voor de keuze te staan, ofwel voor hetzelfde budget en/of een kleine meerkost op zoek gaan naar een nieuwer en vaak duurzamer gebouw, of in gesprek gaan met hun huidige verhuurder.”
