dossier 2021-219.pdf

Uitspraak beroepsinstantie OVB/2021/219

Vlaamse overheid Beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie Afdeling openbaarheid van bestuur Havenlaan 88, bus 20 1000 BRUSSEL T : 02 553 57 25 Mail: openbaarheid@vlaanderen.be Dossiernummer: OVB/2021/219

DE BEROEPSINSTANTIE - Afdeling openbaarheid van bestuur Bevoegdheid beroepsinstantie Bestuursdecreet van 7 december 2018, titel II, hoofdstuk 3, afdeling 6.

Besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2007 tot oprichting van de beroepsinstantie inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie.

Voorafgaande procedure Op 7 mei 2021 diende xxx (hierna vermeld als: verzoeker), een verzoek in bij Fluvius waarbij werd verzocht om een afschrift te verlenen van ieder vonnis of arrest uitgesproken door een burgerlijke rechtbank inzake de terugvordering van de vergoedingen die in functie van de groenestroomcertificaten zijn betaald op grond van het Energiedecreet, dit zowel voor particuliere als industriële installaties.

Op 19 mei 2021 werd voormeld openbaarheidsverzoek afgewezen door Fluvius.

Op 26 mei 2021 diende verzoeker beroep in bij de beroepsinstantie tegen de voormelde weigeringsbeslissing vanwege Fluvius. Dit beroep werd geregistreerd op 27 mei 2021.

Ontvankelijkheid van het beroep Het oorspronkelijk verzoek dateert van 7 mei 2021.

De in beroep aangevochten beslissing van 19 mei 2021 maakt melding van de beroepstermijn en modaliteiten, zoals voorgeschreven in artikel II.43, §1, derde lid van het Bestuursdecreet.

Het ingediende beroep van 26 mei 2021 is ingesteld binnen de decretaal voorgeschreven termijn, conform artikel II.48, §1, derde lid van het Bestuursdecreet en is bijgevolg ontvankelijk.

www.vlaanderen.be

Gegrondheid van het beroep Overeenkomstig artikel II.31, eerste lid Bestuursdecreet heeft het recht op passieve openbaarheid betrekking op bestuursdocumenten. Op grond van deze bepaling is elke instantie in principe verplicht aan eenieder die erom verzoekt inzage te geven in, uitleg te verschaffen over of een afschrift te bezorgen van de gewenste bestuursdocumenten.

De openbaarmaking kan slechts geweigerd worden mits toepassing wordt gemaakt van één of meerdere uitzonderingen, zoals gestipuleerd in de artikelen II.33 tot en met II.39 van voormeld decreet.

1.

De aangevochten beslissing

Fluvius heeft het openbaarheidsverzoek op 19 mei 2021 afgewezen in de volgende bewoordingen: “Wij kunnen niet ingaan op uw vraag tot openbaarmaking van de gevraagde gegevens omdat uw verzoek

te algemeen is geformuleerd en kennelijk onredelijk is. Als bijlage verwijzen we naar een eerdere uitspraak van de beroepsinstantie openbaarheid van bestuur in een analoge zaak (dossier OVB/2021/125). Desgewenst kan u uw vraag herformuleren.”

2. Inhoud van het beroepschrift

Verzoeker stelt in zijn beroepschrift dat de afwijzingsbeslissing van Fluvius onterecht is en roept daarbij de volgende middelen in: -

Schending van het recht op toegang tot bestuursdocumenten

De aanvraag is nauwkeurig afgebakend en behelst een maatschappelijk probleem dat onderwerp moet kunnen zijn van een brede discussie.

Fluvius beschikt als enige entiteit over een volledig overzicht van deze rechtspraak.

Het recht op toegang tot bestuursdocumenten is een fundamenteel recht, dit geldt eens te meer wanneer het gaat om een maatschappelijk relevant en beladen onderwerp.

-

Schending van de motiveringsplicht

De uitspraak van de beroepsinstantie over een ‘gelijkaardig’ zaak is in deze niet relevant, waardoor de verwijzing ernaar niet pertinent is en dus niet zinvol is. Het onderwerp van de ter beoordeling voorliggende vraag is veel ruimer dan het onderwerp van de door mij gestelde vraag.

Verder geeft Fluvius in zijn geheel niet aan waarom het aangevraagde onredelijk zou zijn. Minstens volgt uit de motiveringsplicht als algemeen beginsel van behoorlijk bestuur dat Fluvius in concreto moet aangeven waarom het van oordeel is dat het verzoek kennelijk onredelijk is. Iedere motivering dienaangaande ontbreekt.

-

Schending van de formele motiveringsplicht

https://www.vlaanderen.be/openbaarheid-van-bestuur

uitspraak beroepsinstantie OVB/2021/219

pagina 2 van 4

Verder geeft Fluvius in zijn geheel niet aan waarom het aangevraagde onredelijk zou zijn. Minstens volgt uit de formele motiveringsplicht dat Fluvius in concreto moet aangeven waarom het van oordeel is dat het verzoek kennelijk onredelijk is. Iedere motivering dienaangaande ontbreekt.

3. Standpunt van de beroepsinstantie De beroepsinstantie heeft contact opgenomen met Fluvius om na te gaan of ze bij hun eerste standpunt bleven i.v.m. het onredelijk karakter van dit openbaarheidsverzoek Daarop liet men vanuit Fluvius aan de beroepsinstantie weten dat ze het dossier nog eens van naderbij hadden bekeken en uit nazicht is gebleken dat men de huidige openbaarheidsvraag van verzoeker te ruim had geïnterpreteerd. Uiteindelijk vraagt verzoeker in casu enkel de arresten en vonnissen uitgesproken voor een burgerlijke rechtbank inzake terugvordering. Verkeerdelijk werd de vraag door de diensten van Fluvius initieel geïnterpreteerd als zou het gaan om alle dossiers (dit verzoek krijgt Fluvius immers wel vaker).

Vervolgens werd er vanuit Fluvius op 8 juni 2021 alsnog een mail gestuurd naar verzoeker, waarbij het openbaarheidsverzoek alsnog werd ingewilligd en waarbij 11 gerechtelijke uitspraken werden bezorgd aan verzoeker.

De beroepsinstantie ontving voornoemde mail ook en kan aldus vaststellen dat vanuit Fluvius alsnog de gevraagde documenten werden verstrekt aan verzoeker.

Daarop stuurde verzoeker op 8 juni 2021 een bedankmail aan Fluvius omwille van de inwilliging van zijn verzoek. Maar tegelijkertijd liet verzoeker aan de beroepsinstantie weten dat hij zijn beroep wenste te handhaven, omdat hij de mening is toegedaan dat niet alle vonnissen en arresten werden bezorgd via voornoemde mail d.d. 8 juni 2021.

De beroepsinstantie contacteerde voor de zekerheid nogmaals Fluvius met de uitdrukkelijke vraag of alle beschikbare gerechtelijke uitspraken, zoals gevraagd door verzoeker, aan hem werden bezorgd op 8 juni 2021. Fluvius reageerde als volgt: “Wij kunnen inderdaad bevestigen dat dit de enige vonnissen en arresten zijn die beantwoorden aan de vraag van de verzoeker en die we in ons bezit hebben. Ik kan niet uitsluiten dat er nog andere uitspraken bestaan waarbij Fluvius of een van de netbeheerders partij waren, maar die hebben we in ieder geval niet (meer) in ons bezit. Ook zijn er nog lopende zaken, maar daarvan is er uiteraard nog geen uitspraak. Wij hebben wat ons betreft dan ook volledig geantwoord op de vraag van verzoeker.”

De beroepsinstantie kan dan ook redelijkerwijze enkel vaststellen dat met de voormelde mail d.d. 8 juni 2021 werd tegemoetgekomen aan de verzuchtingen van verzoeker uit zijn oorspronkelijk openbaarheidsverzoek en dat het ingestelde beroep dan ook als zonder voorwerp moet worden beschouwd.

Na beraadslaging,

BESLUIT: Het beroepschrift van xxx d.d. 26 mei 2021 tegen de weigeringsbeslissing vanwege Fluvius wordt als ontvankelijk doch zonder voorwerp beschouwd.

https://www.vlaanderen.be/openbaarheid-van-bestuur

uitspraak beroepsinstantie OVB/2021/219

pagina 3 van 4

Brussel, 15 juni 2021 Voor de beroepsinstantie, afdeling openbaarheid van bestuur, Bruno ASSCHERICKX Voorzitter

https://www.vlaanderen.be/openbaarheid-van-bestuur

uitspraak beroepsinstantie OVB/2021/219

pagina 4 van 4