100% hernieuwbare verwarmingsbrandstof in de praktijk
11-12-13
TANKSTATIONS
Enquête fraude aan betaalterminals
22
BIOPROPAAN
Hernieuwbare oplossing voor decarbonisatie van gebouwen
27
SOCIAAL NIEUWS
Sectoraal akkoord voor de periode 2025-2026
LESS CO2 DRIVE BLUE
Comfort Energy, de grootste onafhankelijke distributeur van vloeibare brandstoffen in België, biedt met trots de snelste weg naar verduurzaming.
Haalbaar
Met Blauwe Diesel effenen we het pad naar een duurzamere toekomst – niet alleen voor ons netwerk van meer dan 70 partners, maar voor iedereen. Blauwe Diesel is een duurzamere brandstof, samengesteld uit hoogwaardige diesel en HVO, die een vlotte en efficiënte overstap naar CO2-reductie mogelijk maakt.
Directe impact
Blauwe Diesel stelt klanten in staat om op hun eigen tempo te verduurzamen, met een CO2-reductie tot 90% ten opzichte van traditionele brandstoffen. Bovendien is de brandstof direct beschikbaar en compatibel met bestaande infrastructuur. Daardoor is het een ideale drop-in oplossing om snel en zonder grote investeringen aan duurzaamheidsdoelstellingen te voldoen. Met Blauwe Diesel kunnen jouw klanten uitpakken in CSRD-rapporteringen en is verduurzaming al meteen een stap dichterbij.
Betaalbaar
Als partner krijg je exclusieve toegang tot deze innovatieve brandstof, positioneer je jouw bedrijf als koploper in duurzame energie en profiteer je van onze expertise en toekomstige groene initiatieven.
ZET DE EERSTE STAP EN CONTACTEER ONS VANDAAG NOG:
Tom Lambert I CEO +32 477 94 83 68 tom.lambert@comfortenergygroup.com
Walter Vankerckhoven I CSO +32 479 74 40 07 walter.vankerckhoven@comfortenergygroup.com
WWW.COMFORTENERGY.BE
05 EDITO
COLOFON
VU
Johan Mattart, Algemeen Directeur van de Belgische Federatie der brandstoffenhandelaars v.z.w. Léon Lepagestraat 4, 1000 Brussel info@brafco.be www.brafco.be
De redactie is niet verantwoordelijk voor publireportages.
Stookoliegebruikers kunnen ook morgen op beide oren slapen ...
06 FISCALITEIT
Btw van 6 % naar 21 % voor verwarmingsinstallaties op fossiele brandstoffen
10 MARKT
Valse mazoutverkoopsites
14 TANKSTATIONS
Breakpoint Foodstation opent tweede vestiging in Diegem
15 BEHEER
De NIS2-richtlijn gaat operationele fase in
18 LEDEN
Hérion Guy S.A., Marloie : energie ten dienste van de klant, reeds meer dan 40 jaar
22 BIOPROPAAN
Een hernieuwbare en zuinige oplossing voor de decarbonisatie van gebouwen
24 EUROPA
UPEI roept op tot een billijke en technologieneutrale benadering van brandstoffen
25 TRANSPORT
Kilometerheffing: nieuwe tarieven vanaf 1 januari 2026
26 DIENSTEN
Vakbekwaamheid, ADR-cursussen…
29 PERS
De woordvoerders van Brafco staan de pers te woord
31 GRAADDAGEN & ZOEKERTJES
08-09
Amerikaans onderzoek test 100% hernieuwbare verwarmingsbrandstof in de praktijk
11-12-13
TANKSTATIONS
Fraude aan betaalterminals: ENQUÊTE !
16 ELEKTROMOBILITEIT
Electra : terreinen opwaarderen met een ongeziene ‘klantervaring’
27
SOCIAAL NIEUWS
• Sectoraal akkoord in PC 127
• Beter zicht krijgen op de redenen van ziekteverzuim
• Eindejaarspremie
Neem een gratis proefabonnement op de noteringen!
De oliemarkt is voortdurend in beweging. Daarom biedt Brafco haar leden de mogelijkheid om de evolutie van de petroleumprijzen 4 maal per werkdag te ontvangen, via fax of mail. Ook worden ze een dag op voorhand op de hoogte gebracht van alle wijzigingen van de officiële maximumprijzen.
Indien u interesse heeft in deze (betalende) dienst, kan u twee weken GRATIS dit abonnement op proef ontvangen (zonder verdere verplichtingen).
Neem daarvoor contact op met Ann: telefonisch 02/502.42.00 of via mail ann.deknibber@brafco.be
Ook kan u via sms tweemaal per dag geïnformeerd worden omtrent de koersevolutie van de dollar en van de noteringen op de internationale markt van gasolie en diesel.
Interesse? Neem voor een GRATIS proefperiode ook contact op met Ann!
EDITO
Stookoliegebruikers kunnen
Oook morgen op beide oren slapen
...
p 17 november jl. was het precies 25 jaar geleden dat de milieubeleidsovereenkomst (MBO) “Gasolietanks voor de verwarming van gebouwen” in werking trad. In deze overeenkomst engageerden Brafco en de toenmalige sectororganisaties BPU (Belgische Petroleum Unie) en IMOB (Industrie van Minerale Oliën van België) zich ten aanzien van de Vlaamse regering om o.m. mee te werken aan de “uitbouw van een financierings- en verzekeringsmechanisme ter dekking van de kosten voor de sanering van verontreinigingen veroorzaakt door een tank, voor de sanering van de grond rondom de tank en voor tankcleaning: dit zowel voor verontreinigingen die zijn vastgesteld bij de eerste controle als nadien”
Niettegenstaande deze MBO met de toenmalige Vlaamse regering werd afgesloten, was het van in den beginne steeds de bedoeling van de sectororganisaties om een oplossing aan te reiken voor alle burgers in België die zich met stookolie verwarmen en met een bodemverontreiniging ingevolge een lekkende tank worden geconfronteerd. Met het oog daarop werden ook besprekingen aangeknoopt met de regeringen van het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Met succes : op respectievelijk 20 december 2001 en 29 april 2004 werd het Waalse decreet en de Brusselse Ordonnantie betreffende de milieuovereenkomsten in de respectieve parlementen gestemd, waarmee het wettelijk kader werd gecreëerd voor de betrokken gewestregeringen om een soortgelijke MBO te sluiten als deze die de Vlaamse regering met de sector had ondertekend. De Waalse regering maakte hiervan gebruik en keurde op 27 november 2003 de “Milieuovereenkomst tussen het Waals Gewest en de oliesector i.v.m. gasolietanks voor de verwarming van gebouwen” goed.
Brafco, de Belgische Petroleum Federatie (nu ‘Energia’) en Informazout (nu ‘in4fuels’) op 17 april 2019 de vzw Promaz op.
Met de publicatie van het Besluit van de Interregionale Bodemsaneringscommissie tot erkenning van de vzw Promaz in het Belgisch Staatsblad van 28 februari 2022 startte ook de periode van 3 jaar waarbinnen de aanvragen voor tussenkomst voor bodemsaneringen bij het Fonds konden worden ingediend. Bij het afsluiten van de aanmeldingsperiode (28 februari jl.) stond de teller op 6.308 dossiers, wat neerkomt op 0,39% van de ca. 1,6 miljoen gebouwen in België die in 2020 met stookolie werden verwarmd. Hierbij moet evenwel worden opgemerkt dat meer dan 60% van de dossiers pas in de laatste maand van de aanmeldingsperiode werden ingediend. Ruim 40% van deze in februari jl. ontvangen dossiers waren bovendien niet vergezeld van een bewijs van bodemverontreiniging maar werden “preventief” ingediend, met name voor het geval er uit een kort na het verstrijken van de aanmeldingsperiode uitgevoerde tankcontrole zou blijken dat de tank niet dicht is en dus mogelijks bodemverontreiniging zou kunnen veroorzaken. Van de reeds door Promaz gecontroleerde “preventief” ingediende dossiers konden er al meer dan 1000 verticaal worden geklasseerd daar de intussen uitgevoerde dichtheidscontrole op de betrokken tanks niet wees op mogelijke bodemverontreiniging.
De vrees voor een lekkende tank mag geen reden meer zijn om over te schakelen naar een andere energie voor de verwarming van gebouwen.
Het relatief hoge aantal preventief ingediende aanvraagdossiers illustreert de schrik bij heel wat stookoliegebruikers voor de financiële gevolgen indien zij alsnog te maken zouden hebben met een lekkende tank eens de aanmeldingsperiode voorbij is. Voor de oprichters van Promaz was het daarom al even belangrijk – zo niet nóg belangrijker – om ook een oplossing uit te werken voor de trouwe stookoliegebruikers die na 28 februari 2025 met een lekkende tank worden geconfronteerd.
Gezien de vrij complexe staatsstructuur werd er uiteindelijk voor geopteerd om de erkenning en financiering van het bodemsaneringsfonds voor lekkende stookolietanks via een interregionaal samenwerkingsakkoord (ISA) te regelen, naar het voorbeeld van het op 13 december 2002 gesloten ISA dat de juridische basis was voor de erkenning van Bofas, het door de sector opgerichte fonds voor bodemsanering van tankstations, dat in 2004 van start ging.
Dat de besprekingen over een fonds voor bodemsanering van lekkende stookolietanks iets moeizamer verliepen dan deze m.b.t. Bofas, is een eufemisme. Het zou duren tot 25 juli 2018, datum waarop het ISA van 13 december 2002 werd uitgebreid met een luik ‘gasolietanks voor verwarmingsdoeleinden’, dat de voorwaarden voor de werking en financiering van het op te richten fonds voor bodemsanering van lekkende gasolietanks definitief werden vastgelegd. Nog voor de publicatie van dit gewijzigde ISA in het Staatsblad richtten
Met de oprichting van een eigen herverzekeringsmaatschappij (captive) kunnen stookoliegebruikers die nu of in de toekomst met een bodemverontreiniging ingevolge een lekkende tank worden geconfronteerd, ook worden ontzorgd. Concreet zal Promaz de sanering op zich nemen en tussenkomen voor een maximum bedrag van €100.000 (€ 50.000 voor niet-residentiële dossiers). Voorwaarde is wel dat de verontreiniging voor het eerst moet zijn vastgesteld na 28 februari jl. en de aanvrager stookolie moet gebruiken voor de verwarming van zijn woning of niet-residentieel gebouw. Om het geheel te financieren zal evenwel aan de stookoliegebruiker een kleine bijdrage worden gevraagd, a rato van amper 1 eurocent per liter, die – indien de federale overheid groen licht geeft – vanaf 1 januari 2026 in de maximumprijs van gasolie verwarming en gasolie diesel voor verwarmingsdoeleinden zou worden doorgerekend.
Een kleine bijdrage voor totale gemoedsrust ...
JOHAN MATTART VOORZITTER PROMAZ
Btw van 6% naar 21% voor verwarmingsinstallaties op fossiele brandstoffen
Begin dit jaar heeft de federale regering beslist om het btw-tarief voor de levering en installatie van verwarmingstoestellen op fossiele brandstoffen in het kader van renovatiewerken aan woningen ouder dan 10 jaar te verhogen van 6% naar 21%.
De programmawet waarin deze maatregel is opgenomen, werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 29 juli 2025 en vanaf die datum geldt het nieuwe btw-tarief. Een overzicht met de voornaamste wijzigingen...
WAARVOOR GELDT VOORTAAN 21% BTW?
Het nieuwe btw-tarief van 21% geldt voor de levering en plaatsing van verwarmingstoestellen op fossiele brandstof (stookolie, gas, steenkool) maar is beperkt tot de bestanddelen die strikt noodzakelijk zijn om de verwarmingsketel te doen werken:
• de verwarmingsketel en eventueel de boiler voor sanitair warm water die ermee verbonden is;
• de stookolie- of gastank en de toevoerleidingen;
• het bevestigingsmateriaal;
• de rookgasafvoer;
• de regel- en controletoestellen op het verwarmingstoestel (maar bv. niet de kamerthermostaat);
• de sokkel;
• de in de ketel ingebouwde cv-circulatiepomp.
Ook de verwijdering van een installatie die van het verlaagd btw-tarief is uitgesloten, kan het verlaagd btw-tarief niet meer genieten, tenzij die verwijdering onderdeel is van een vervanging door een andere installatie die niet werkt op fossiele brandstoffen (bijzaak-hoofdzaak).
WAT BLIJFT NOG WÉL ONDER HET VERLAAGDE TARIEF
VAN 6% BTW?
Bij werken aan privéwoningen van minstens 10 jaar oud en bij afbraak en heropbouw blijft het verlaagd btw-tarief van 6% van toepassing op de levering met plaatsing (of enkel de plaatsing) van de niet-specifieke onderdelen van een centrale verwarmingsinstallatie die werkt op fossiele brandstoffen. Het gaat dan om die onderdelen die later nog geïntegreerd kunnen worden in een verwarmingssysteem dat niet op fossiele brandstoffen werkt. Het gaat hier onder meer om:
• klimaat- en comfortregeling (kamerthermostaat), energiemanagementsystemen (EMS) en energiemeters, buitensensoren;
Bij werken aan privéwoningen van minstens 10 jaar oud of bij afbraak en heropbouw blijft het verlaagde btw-tarief van 6% van toepassing op onderdelen die later nog kunnen worden geïntegreerd in een verwarmingssysteem dat niet op fossiele brandstoffen werkt.
• onderhouds- en herstellingswerken aan verwarmingsinstallaties die werken op fossiele brandstof.
EEN VERDEELSLEUTEL VAN 35% - 65% VOOR HYBRIDE VERWARMINGSSYSTEMEN
Voor de levering en plaatsing van een hybride verwarmingssysteem in een woning ouder dan 10 jaar, dat wil zeggen een centrale verwarmingsketel op fossiele brandstof, die niet als zelfstandig systeem werkt maar als aanvullend (subsidiair) systeem bij een warmtepomp, mag de factuur forfaitair worden opgedeeld.
• 35% van de factuur wordt toegerekend aan de cv-ketel die op fossiele brandstof werkt, aan het btw-tarief van 21%.
• 65% van de factuur wordt toegerekend aan de warmtepomp aan het verlaagde btw-tarief van 6%.
OVERGANGSREGELING VOOR LOPENDE PROJECTEN IN WONINGEN OUDER DAN 10 JAAR
Offertes ondertekend voor 29 juli 2025 mogen na die datum nog gefactureerd worden aan 6 %, en dit tot uiterlijk 30 juni 2026.
Guido Saenen
Technical Advisor in4fuels
De FOD Financiën heeft ook een circulaire gepubliceerd met verdere toelichting over de toepassingsvoorwaarden, alsook extra informatie geplaatst op zijn website: https://fin.belgium.be/: Fiscaliteit Belasting over de toegevoegde waarde Administratieve richtlijnen en commentaren: Circulaire 2025/C/47 betreffende het toepasselijk btw-tarief voor de levering met plaatsing van een centrale verwarmingsinstallatie die werkt op fossiele brandstoffen bij renovatie of afbraak en heropbouw.
HVO100 Verminder uw impact op het milieu
VERVANGT uw gebruikelijke diesel
VERMINDERT de uitstoot van CO2 en andere sto en* CONFORM de norm EN 15940
Uw brandstof van 100% hernieuwbare oorsprong.
Ontdek hier meer
* Tests uitgevoerd met HVO100 in 2018 en 2019 op verschillende soorten voertuigen, vergeleken met een standaard EN 590 dieselbrandstof.
Amerikaans onderzoek test 100% hernieuwbare verwarmingsbrandstof in de praktijk
Onderzoek door de National Oilheat Research Alliance (NORA) toont aan dat 100% hernieuwbare vloeibare brandstoffen probleemloos werken in bestaande verwarmingsketels. Wat houdt dat onderzoek in? Maar vooral: wat kunnen wij in België hier uit leren?
DEELNEMERS EN OPZET
Het was de eerste keer dat een studie van deze omvang in de VS werd uitgevoerd. Maar liefst 133 gezinnen, verspreid over Massachusetts, Pennsylvania en New Hampshire, verwarmden hun woningen gedurende de testperiode met 100% hernieuwbare brandstof.
Om de praktijktests op te volgen, verdeelde NORA de 133 installaties in twee groepen.
• Groep 1 telde 33 installaties die regelmatig werden bezocht voor verbrandingsanalyses, inspecties en staalnames.
• Groep 2 bestond uit de overige 100 installaties. Die werden opgevolgd via onderhoudsrapporten en feedback van technici en bewoners.
Zo verzamelde NORA zowel technische meetgegevens als ervaringen uit de praktijk. De combinatie van beide geeft een realistisch beeld van hoe hernieuwbare vloeibare brandstoffen presteren in het dagelijks gebruik. “We hebben een goede mix van cv- ketels en luchtverwarmingstoestellen opgenomen”, zegt dr. Tom Butcher, onderzoeksdirecteur bij NORA. “Zo krijgen we een representatief beeld van de meest voorkomende fabrikanten in de sector.”
GETESTE BRANDSTOFFEN
Tijdens het onderzoek werden twee soorten mengsels gebruikt:
De testwoningen werden gedurende het volledige stookseizoen en ook in het laagseizoen gemonitord. Belangrijk: de brandstoffen werden gebruikt zonder enige technische aanpassing aan de bestaande verwarmingsinstallaties.
Het verbrandingslaboratorium van NORA.
EERSTE RESULTATEN
De eerste resultaten zijn alvast overtuigend. De verwarmingsinstallaties leverden betrouwbare prestaties, ook buiten het stookseizoen. Geen enkel deelnemend huishouden meldde significante onderhoudsproblemen. En deze studie levert praktisch bewijs dat hernieuwbare vloeibare brandstoffen direct inzetbaar zijn in bestaande ketels. Dat is een veelbelovende stap richting klimaatneutraliteit.
“Dit biedt de meer dan 4.000 verdelers van vloeibare brandstoffen voor verwarmingsdoeleinden de kans om hun klanten een duurzamere keuze aan te bieden,” zegt Michael Devine, voorzitter van NORA. “Hoe meer producten een leverancier kan aanbieden, hoe sterker hij staat in de markt.”
LESSEN VOOR EUROPA
De Amerikaanse studie biedt waardevolle inzichten voor de Europese markt. De gebruikte mengsels bewijzen dat hernieuwbare vloeibare brandstoffen makkelijk en kostenefficiënt kunnen worden geïntegreerd via de reeds aanwezige infrastructuur en installaties. Het onderzoek toont vooral aan hoe belangrijk het vertrouwen bij eindgebruikers is: de gezinnen in het project merkten geen verschil in comfort of werking, maar kregen wél een duurzamer product.
De eindresultaten van de Amerikaanse studie worden in het voorjaar van 2026 verwacht. Deze resultaten zullen ook kunnen dienen als model voor een Europese normalisatie, wat een grensoverschrijdende toepassing van hernieuwbare brandstoffen kan versnellen.
KERNPUNTEN VAN DE VELDSTUDIE
• Looptijd: 2024–2026
• Locaties: Massachusetts, Pennsylvania, New Hampshire
• Partners: NORA, Chevron, Broco Energy, Rhoads Energy
• Doel: Praktijktest van 100% hernieuwbare vloeibare verwarmingsbrandstof (mengsels van HVO en FAME) in bestaande installaties
• Verwachte eindrapportering: voorjaar 2026
De hernieuwbare vloeibare brandstoffen konden makkelijk en kostenefficiënt worden gebruikt met de bestaande infrastructuur.
WAAKZAAMHEID BLIJFT GEBODEN
Valse mazoutverkoopsites
Het verwarmingsseizoen is weer gestart, de mazoutbestellingen zwengelen aan en daarmee ook de pogingen tot online fraude. Sinds 2022 ontving de FOD Economie al bijna 2000 meldingen over valse websites waarop mazout, pellets of hout aan de man worden gebracht. Slachtoffers verliezen gemiddeld zo’n 400 euro maar het totale schadebedrag loopt op tot ruim 600.000 euro.
Frauduleuze websites lokken consumenten met onrealistische prijzen en maken vaak gebruik van afbeeldingen die niets te maken hebben met de verdeling van huisbrandolie. Schermafbeelding van het VTM Nieuws van 26.09.2025
Deze frauduleuze platformen doen zich voor als authentieke mazoutverdelers, met verzorgde visuals, opvallend lage prijzen en soms zelfs een bestaand btw-nummer – dat onterecht werd overgenomen van een echte brandstoffenhandelaar. Enkele van de in september gemelde sites, die op vraag van Brafco intussen offline zijn gehaald, zijn www.euromazout.com , www.euro-mazout.com , www.gapoil.com, www.intermazout.com, www.inter-mazout.com of nog www.interoils.com Daar wordt huisbrandolie tegen ‘onklopbare prijzen’ aangeboden alvorens ze met de noorderzon verdwijnen zonder dat de klanten ooit een druppel van de bestelde en vooraf betaalde mazout hebben gezien.
Alarmbellen zouden moeten afgaan wanneer volgende zaken worden vastgesteld:
• Onrealistisch lage prijzen, vaak eenzelfde eenheidsprijs ongeacht de bestelde hoeveelheid.
• Afbeeldingen op de website die niet verwijzen naar de onderneming zelf (zoals een olietanker op zee in plaats van een tankwagen in de kleuren en met het logo van de onderneming).
• Geen vast Belgisch telefoonnummer, maar een buitenlands gsm-nummer waarbij enkel via WhatsApp kan worden besteld.
• Een buitenlands bankrekeningnummer om op te betalen vóór de levering.
Brafco meldde dit probleem ook aan de pers en moedigde haar leden aan om deze alarmsignalen ook actief door te geven aan hun klanten. Fraude melden blijft essentieel: zo kan er een onderzoek worden opgestart, frauduleuze websites geblokkeerd en wordt vermeden dat nog andere consumenten in de val trappen.
Consumenten die twijfelen, controleren dus best de identiteit van de verkoper, vergelijken de geboden prijzen met de marktprijzen en nemen contact op met hun gebruikelijke leverancier. Alleen zo kunnen ze voorkomen dat hun rekening wordt geplunderd door een aanbod dat te mooi is om waar te zijn. Ieder vermoeden van fraude kan worden gemeld via www.consumerconnect.be
‘Shimming’, onzichtbare fraudedreiging in tankstations
Tankstations krijgen af te rekenen met een nieuwe maar discrete bedreiging: shimming. Bij die vorm van fraude, die nagenoeg niet op te sporen is met het blote oog, wordt een minuscuul elektronisch apparaatje – een ‘shimmer’ – in de kaartlezer/op de NFC lezer van een betaalterminal geplaatst.
De eerste gevallen van dit soort fraude wer den ontdekt in Frankrijk. Volgens de eerste verzamelde informatie zouden er vorig jaar iets minder dan honderd gevallen zijn vastgesteld in de Benelux, Frankrijk en Duitsland. Hoewel het fenomeen dus beperkt blijft, verdient het toch een eerste waarschuwing, met name in België, waar enkele gevallen zijn gemeld langs grote autowegen.
Shimming is een nieuwe vorm van skimming, de oudere fraudemethode waarbij de magneetstroken van bankkaarten werden gekopieerd. Terwijl voor skim ming nog een kaartlezer en vaak ook een minicamera om de pincode te registreren werden gebruikt die langs de buitenkant zichtbaar waren, gebeurt shimming helemaal onzichtbaar en van binnenuit, waardoor het een praktijk is die veel moeilijker op te sporen is. Gebeurt dit met een bankkaart dan zou zo’n geval zich maar 1 maal kunnen voordoen, tenminste als de kaartuitgever een goede fraudedetectie tool heeft ontwikkeld. Daarom is het ook altijd beter om de betaalkaart regelmatig, en niet occasioneel, te gebruiken.
Zelfs wie goed kijkt, ziet bijna nooit het minuscule apparaatje of ‘shimmer’, die perfect verborgen zit in de kaartlezer.
Het probleem stelt zich vooral met bepaalde herlaadkaarten die momenteel worden gebruikt voor elektrische voertuigen (EV): deze vormen een zwakke schakel voor alle fleetkaarten op de markt. Deze zijn nl. zeer makkelijk te kopiëren, wat toelaat fictieve kaarten te maken. Daarbij is geen andere authenticatie, zoals een pincode, vereist. Gelukkig gaat dit vandaag over beperkte bedragen, het blijft niettemin zorgwekkend.
Het gevaar van shimming is dat het onzichtbaar is: zelfs wie goed kijkt, ziet bijna nooit het minuscule apparaatje dat perfect verborgen zit in de kaartlezer. De ‘shimmer’, fijner dan een blad papier, leest tijdens de betaling met de kaart de gegevens uit van de EVM-chip (Europay, MasterCard en Visa1). Bovendien kan de shimmer niet alleen de gegevens van de chip uitlezen, maar ze via Bluetooth ook meteen doorsturen zonder dat de daders ter plaatse moeten komen. Een in de buurt geparkeerde auto volstaat om de gestolen gegevens op te vangen. Die worden vervolgens gebruikt om er een gekloonde kaart mee te maken en enkele minuten later er al geld mee af te halen of frauduleuze betalingen te doen.
Tankstations zijn daarbij geliefkoosde doelwitten: ze hebben betaalterminals, afgezonderde zones zonder toezicht en lange openingsuren. Fraudeurs kunnen dus ongestoord hun materiaal plaatsen en weer ophalen.
Er moet evenwel een onderscheid worden gemaakt tussen bankkaarten en fleetkaarten. Shimming met betaalkaarten lijkt tot nog toe vrij beperkt vermits dergelijke fraude zeer vlug wordt ontdekt. Meer en meer fleetkaartuitgevers maken ook gebruik van fraudedetectie tools om fraude op te sporen.
PREVENTIE
Hierbij enkele tips voor uitbaters van tankstations om zich te wapenen tegen dit fenomeen:
• Inspecteer regelmatig de betaalterminals en meld iedere afwijkende weerstand bij het insteken van de kaart, losse stukken, gebroken front, lijm op /rond de betaalterminal, kijk uit voor stickers op/rond lezers.
• Plaats of verbeter de camerabewaking aan de pompen.
• Moedig contactloos betalen aan of betalingen binnen aan de kassa.
• Sensibiliseer het personeel om sporen van gemanipuleerde betaalterminals te herkennen.
• Plaats een sticker bij de betaalterminal die de kaarthouder er aan herinnert steeds zijn pincode te verbergen
• Stel, als kaartuitgever, een duidelijke procedure op met de te ondernemen stappen bij vermoeden van fraude
Shimming wijst er eens te meer op dat de beveiliging van betalingen onze voortdurende aandacht vraagt.
1 De drie maatschappijen die aan de basis liggen van deze internationale veiligheidsnorm voor betalingen met bankkaart met een chip.
Met deze enquête willen we u, als uitbater van een of meerdere tankstations, bevragen over fraude aan betaalterminals. Dankzij uw antwoorden kunnen we de reikwijdte van het fenomeen in kaart brengen en nagaan welke preventiepraktijken werken.
De verzamelde gegevens worden strikt vertrouwelijk en in overeenstemming met de geldende privacywetgeving behandeld. Geen enkele vorm van individuele informatie wordt gepubliceerd of doorgegeven aan derden; uitsluitend geanonimiseerde resultaten worden gebruikt voor analysedoeleinden.
1 Algemene informatie
• Merk en ligging van het station:
• Uitbatingstype: zelfstandig netwerk
• Aantal buitenbetaalterminals:
• Aantal betaalterminals op de site:
2 Vaststelling van fraude
• Heeft u al te maken gehad met een mogelijk geval van sHimming (chip in de kaartlezer)?
Ja Nee
• Heeft u al tekenen van sKimming vastgesteld (gemanipuleerde kaartlezer of toetsenbord, verborgen camera, resten van lijm)?
Ja Nee
3 Indien ja, op welke terminals?
3 Indien ja, hoe vaak?
• Welke schade heeft u vastgesteld (financiële, materiële of imagoschade)?
• Wie heeft de fraude vastgesteld?
• Hoe werd de fraude vastgesteld?
• Hoe reageerde de kaarthouder?
3
Veiligheid en onderhoud
• Hoe vaak worden uw terminals geïnspecteerd?
• Door wie worden de terminals geïnspecteerd?
• Heeft u bepaalde afspraken met toeleveranciers?
• Heeft u een formele procedure intern en/of extern bij fraude/fraudepreventie?
• Heeft u camerabewaking aan de pompen?
Ja Nee
• Zijn uw terminals uitgerust met een systeem dat manipulatie of skimming tegengaat?
Ja Nee Ik weet het niet
3 Indien ja, welk type?
• Werkt u met een externe dienstverlener voor onderhoud of cybersecurity?
Ja Nee
• Hoe ziet u de betalingen met een fleetkaart de komende jaren evolueren?
• Hoe ziet u de betalingen met bankkaarten evolueren naar de toekomst toe?
4
Sensibilisering en preventie
• Volgde u of uw personeel een opleiding om verdachte manipulaties op te sporen?
Ja Nee
3 Indien ja, hoe gebeurde dat?
• Heeft u of uw personeel ooit materiaal van fraudeurs gezien?
• Moedigt u uw klanten aan om contactloos te betalen of binnen (als het geen onbemand station is)?
Ja Nee
• Welke bijkomende maatregelen zou u graag ingevoerd zien door leveranciers van betaalterminals of door de overheid?
• Kent u uw verantwoordelijkheden als uitbater bij vermoeden van fraude?
• Weet u wat er bepaald is in uw contract als bij fleetkaarten fraude gebeurt op uw station?
• Wat is uw kennis in verband met deze materie?
• Wat staat er in uw algemene voorwaarden voor fleetkaarthouders ivm hun fleetkaart?
• Weet u wat hierover vermeld wordt in de algemene voorwaarden van kaarten die u aanvaardt op uw station?
Breakpoint Foodstation opent tweede vestiging in Diegem
Precies één jaar na de succesvolle opening van het eerste Breakpoint Foodstation op de Vogelzanglaan in Antwerpen opent G&V Energy Group nu een tweede vestiging in Diegem. Die opening markeert de volgende mijlpaal in de ambitie van G&V Energy Group om strategisch gelegen, duurzame energy hubs te creëren.
De nieuwe locatie in Diegem, vlak bij de luchthaven en verschillende kantoorclusters, is ideaal gelegen om mensen onderweg een kwalitatief en gevarieerd foodaanbod te bieden. Bezoekers vinden er alles voor een snelle meeneemmaaltijd, een werkmoment tijdens het laden of een ontspannen ontbijt, lunch of avondpauze.
FOOD & MOBILITY IN ÉÉN CONCEPT
Net als in Antwerpen ligt de nadruk op een doordacht totaalconcept waar food, comfort en nieuwe mobiliteit samenkomen. Klanten vinden er de vertrouwde formules zoals de ‘Comptoir by Breakpoint’ met broodjes, salades, granola en gebak, het populaire smashburgerconcept ‘Harry’s Burger’, ‘Mangiaré’-pasta’s en de duurzaam gevangen visbereidingen van het label ‘Jean sur Mer’. Voor de koffie werd opnieuw gekozen voor baristakwaliteit via COSTA Coffee. Daarnaast werd ook deze locatie uitgerust met EV-snelladers en is er gezellige zitgelegenheid binnen én volgend jaar ook op het aanpalende groen aangelegde terras.
UITROL LANGS BELGISCHE HOOFDASSEN
De opening van het Breakpoint Foodstation in Diegem is een volgende stap in de bredere uitrol
van het concept. Binnenkort volgen nog 2 nieuwe Breakpoint Foodstations op strategisch gelegen toplocaties, in Waregem (Q1 2026) en Marke (Q2 2026), langs beide zijden van de E17.
De succesvolle lancering in Antwerpen was voor ons het bewijs dat er een grote vraag is naar
toegankelijke, kwalitatieve foodconcepten op toplocaties. Met Diegem zetten we onze uitbreiding voort in de Brusselse rand, en binnenkort dus ook langs één van de belangrijkste verkeersaders van het land, aldus Xavier Dewulf, CEO van G&V Energy Group.
GEÏNTEGREERDE STRATEGIE
G&V Energy Group beheert ruim 250 tank- en laadstations onder het eigen merk G&V, maar ook onder andere merken zoals Esso, Shell, Total, Q8, Enora, LNG Solutions Belgium en Allego. Sinds 2022 werkt G&V samen met Allego aan de uitbouw van een netwerk ultrasnelle laadstations op 100 Belgische ‘energy hubs’. Daarnaast baat de groep 31 locaties uit met concepten als Breakpoint, Breakpoint Foodstation, Esso Snack & Shop en Delhaize Shop & Go, goed voor meer dan 400 medewerkers. Met de CAPS Energy Card biedt G&V bedrijven één geïntegreerde oplossing voor brandstof- en laadmogelijkheden in de Benelux en Frankrijk, met toegang tot meer dan 3.000 tankstations en 850.000 laadpunten in Europa. Via een gebruiksvriendelijk online platform worden fleetmanagers volledig ontzorgd, met diensten als laadpaalbeheer en een geautomatiseerd alerting systeem.
Xavier Dewulf (links), CEO van G&V Energy Group, met het team achter de uitbouw van het Breakpoint Foodstation in Diegem.
Het concept Breakpoint Foodstation zet in op een totaalervaring waarin food, comfort en nieuwe mobiliteit samenkomen.
CYBERSECURITY: DE NIS2-RICHTLIJN GAAT OPERATIONELE FASE IN
Naar een versterkt bestuur en een beter incidentenbeheer
De Europese richtlijn NIS2 (Network and Information Systems), die op 18 oktober 2024 in werking is getreden, betekent een belangrijke mijlpaal in de beveiliging van netwerk- en informatiesystemen in sectoren die als kritiek worden beschouwd, waaronder de energiesector.
De vertaling van de richtlijn in Belgisch recht via de cybersecuritywet van 26 april 2024 legt middelgrote en grote ondernemingen precieze verplichtingen op op het vlak van cybersecurity: het nemen van passende beveiligingsmaatregelen, de snelle melding van incidenten, de registratie bij de bevoegde autoriteiten en de opleiding van de bestuursorganen.
De zogenaamde ‘essentiële’ entiteiten (grote ondernemingen – entiteiten met meer dan 250 werknemers alsook bedrijven met een omzet hoger dan 50 miljoen euro én een balanstotaal hoger dan 43 miljoen euro) en de ‘belangrijke’ entiteiten (middelgrote ondernemingen) die actief zijn in de zeer kritieke sectoren, moeten regelmatig of ‘ex post’, afhankelijk van hun categorie, een conformiteitsbeoordeling ondergaan. Het Center for Cybersecurity Belgium (CCB) ontwikkelde hiervoor een raamwerk, het CyberFundamentals Framework (CyFun®), rond drie zekerheidsniveaus – basis, belangrijk en essentieel – om ondernemingen te begeleiden bij hun cyber weer baarheid: https:// atwork.safeonweb.be/nl/tools-resources/ cyberfundamentals-framework.
De conformiteitsbeoordeling van de essentiële entiteiten zal tussen 2026 en 2027 geleidelijk worden ingevoerd volgens een gekozen referentiekader. Alle details hierover vindt u op pagina’s 6 en 7 van de editie februari-maart 2025 van dit magazine.
Zoals eerder al gemeld, roept het precieze toepassingsveld van de richtlijn in de brandstoffensector heel wat vragen op. Na de tussenkomst van de Federatie bevestigde het CCB dat het wegtransport van petroleumproducten niet onder de scope van NIS2 valt. Anderzijds geldt NIS2 wél voor (netwerken van) tankstations met elektrische laadpalen, tenzij ze beantwoorden aan de definitie van kleine onderneming (minder dan 50 werknemers en een jaaromzet of balanstotaal
van minder dan 10 miljoen euro). Wat de opslagcapaciteit betreft, schrijft de NIS2-richtlijn geen minimumhoeveelheid voor.
NAAR EEN MEER GESTRUCTUREERD BEHEER VAN CYBERSECURITY
De laatste ontwikkelingen in het CyberFundamentals Framework leggen meer nadruk op governance en de leesbaarheid van het systeem. Voortaan worden de beheersmaatregelen – die voorheen impliciet in de beoordelingsschema’s waren opgenomen – expliciet gemaakt en gestructureerd: rollenbeheer, intern beleid, risicobeoordeling, samenwerking met leveranciers, enz. Deze aanpak is bedoeld om belangrijke en essentiële entiteiten te helpen aantonen dat zij effectief toezicht houden op hun cybersecurity.
Tegelijk presenteerde de National Cybersecurity Certification Authority (NCCA – https://ccb. belgium.be/nl/ncca) zijn balans van het eerste
toepassingsjaar van de richtlijn. Tussen oktober 2024 en september 2025 werden er 279 incidenten gemeld, waarvan er 70 als significant werden beschouwd. De belangrijkste geïdentificeerde bedreigingen zijn ransomware, compromittering van accounts (door hacking of overname van een gebruikersaccount) en datalekken. Bedrijven moeten elk ernstig incident binnen de 24 uur na ontdekking melden en vervolgens binnen de 30 dagen een volledig rapport indienen.
Gratis tools en specifieke begeleiding via:
• FOD Economie: https://mijnzaakcyberveilig. be/steun-voor-kmos
• Digital Wallonia: www.digitalwallonia.be/ cyberwal
GOEDE PRAKTIJKEN
• regelmatige en geteste back-ups bijhouden,
• continue detectie en bewaking activeren,
• systematisch beveiligingspatches toepassen,
• toegangsrechten beperken tot het strikt noodzakelijke,
• en multifactorauthenticatie (MFA) inschakelen.
Zelfs bedrijven die niet formeel onder het toepassingsveld van NIS2 vallen, kunnen hun bescherming maar beter opschroeven.
ENKELE
VAN DE NCCA:
Terreinen opwaarderen met een ongeziene ‘klantervaring’
Charge Point Operator of CPO Electra werd in 2020 in Frankrijk opgericht en veroverde al snel ook de Belgische markt van EV-snelladers. Sinds zijn komst op onze markt in oktober 2022 gaat het pijlsnel vooruit voor het bedrijf. Victor Talpe, Head of Expansion, licht de ambitie van Electra toe.
Brandstoffen: Electra is al lang geen start-up meer, maar eerder een scale-up. Leg eens uit?
Victor Talpe: Electra is een CPO die gespecialiseerd is in ultrasnelladers. We zijn opgericht in Frankrijk in 2020 en hebben in sneltempo de markt veroverd. In 2022 hebben we het Belgische model gelanceerd samen met Louis-Charles Mosseray (de huidige CEO van Electra Benelux) en op minder dan twee jaar tijd zijn we dankzij onze uitrolsnelheid en een strategie met solide en gediversifieerde partnerships uitgegroeid tot marktleider.
Wat is de missie van het bedrijf?
V.T.: Electra heeft tot missie om een gebruiksvriendelijk, zichtbaar en toegankelijk netwerk van laadpalen en een klantendienst aan te bieden. Het idee is
Victor Talpe, Head of Expansion, wil automobilisten een positief beeld geven van elektrische mobiliteit met een ‘klantervaring’ die steunt op innovatieve diensten.
om het imago van de elektrische auto, die vandaag vaak als een bron van stress wordt gezien, te veranderen: bij ons sluit de automobilist zijn auto snel en zonder zorgen aan om hem op te laden.
Hoe passen de partnerships in uw businessmodel?
V.T.: We hebben verschillende soorten partners, maar degenen met wie we het vaakst samenwerken zijn spelers uit de foodretail of fastfoodsector: supermarkten, horecazaken en winkelcentra. Want het is onze doelstelling om mensen niet ‘in hun auto te laten wachten’ tijdens het opladen, maar hen ook een service te bieden: zich ontspannen, iets eten... In België en Luxemburg zijn onze twee belangrijkste partners Ahold Delhaize en Burger Brands Belgium (Burger King en Quick). Daar heeft Electra ook zijn snelle naamsbekendheid aan te danken. We werken ook samen met grootste winkelcentra van België (M2 Shopping Center in Maasmechelen, Wijnegem Shopping Center, Ville2 Charleroi enz.) via overeenkomsten met onze vastgoedpartners.
Hoe werken die partnerships?
V.T.: In de meeste gevallen zijn we huurders: we ondertekenen langetermijnpartnerships (van gemiddeld 20 tot 25 jaar) met eigenaars van terreinen of parkings. We betalen een vaste huurprijs en storten ook een percentage van de brutomarge van het station naar hen door. We waarderen hun terrein op door nieuwe klanten aan te trekken. Sinds de plaatsing van onze laadpalen bij Burger King bijvoorbeeld gaan ze dagelijks een uur vroeger open.
ELECTRA IN HET KORT
Oprichting: 2020 (Frankrijk), 2022 (België).
Activiteit: CPO.
Aanwezig in 10 Europese landen: België, Frankrijk, Luxemburg, Nederland, Duitsland, Italië, Spanje, Zwitserland, Oostenrijk, Tsjechië.
Situatie in België: + 125 stations eind 2025, + 200 eind 2030, marktleider in het segment > 150 kW.
Doelstellingen Europa: 2.200 laadstations en 15.000 snelladers tegen 2030.
Partnerships: langetermijnhuurovereenkomsten + gegarandeerde minimumhuur & delen van marges (CAPEX & OPEX voor rekening van Electra).
Bent u ook geïnteresseerd in bestaande tankstations zonder restaurant of shop erbij?
V.T.: Dat proberen we te vermijden. We willen de klant toch altijd een minimum aan dienstverlening aanbieden: een café, een lounge, sanitair... We willen geen ‘standalone’ zijn waar de klant gewoon in zijn auto moet zitten wachten. Maar soms investeren we zelf in een comforthoek bijvoorbeeld. Dat wel. Het terrein blijft eigendom van de uitbater. De CAPEX (investeringsuitgaven) en OPEX (exploitatiekosten) nemen wij voor onze rekening. Wij bouwen en exploiteren het elektrische laadstation.
Heeft u partnerships met petroleummaatschappijen?
V.T.: In Italië hebben we een rechtstreeks partnership met Q8, in Luxemburg werken we samen met een Shell-station en in België onder meer met een franchisenemer van TotalEnergies. En dat werkt omdat onze partners onze strategie delen: drukke, vlot bereikbare en zichtbare locaties met een extra dienstverlening voor de klant. We staan open voor alle mogelijke samenwerkingen, of het nu grote of kleine operatoren in uw sector zijn.
Hoe worden de laadtarieven bepaald?
V.T.: De laadprijs (‘End Consumer Pricing’) wordt vastgelegd door Electra, land per land. Ons ‘Growth’-team analyseert de markt en de stroomprijs en stelt een vast tarief voor. Onze prioriteit is dat de gebruiker exact weet wat hij betaalt: de prijs per kilowattuur is duidelijk aangegeven en de factuur is transparant. Veel gebruikers zijn gefrustreerd door het gebrek aan zichtbaarheid van bepaalde laadpalen of door operatoren die soms meer dan een euro per kWh aanrekenen. Bij Electra is dat soort praktijken gewoonweg onaanvaardbaar.
Bepaalde uitbaters van laadpalen merken dat de rendabiliteit toch wat te wensen overlaat...
V.T.: Onze onderneming boekt al winst sinds vorig jaar. Hoe beter stations draaien, hoe meer de stroomprijs daalt. Dan profiteer je van een opwaartse spiraal – zoals in ons geval. Maar ik begrijp dat sommige stations het moeilijk hebben: het is allemaal een kwestie van locatie, zichtbaarheid, toegankelijkheid en passage, maar ook van de kwaliteit van het station in kwestie (uptime) en financiële back-up van de onderneming. Een locatie zonder die elementen ziet zijn slaagkansen al snel afnemen.
U bent snel gegroeid. Hoe onderscheidt u zich van de petroleummaatschappijen?
V.T.: In tegenstelling tot de petroleummaatschappijen, voor wie laadpalen een ‘side business’ zijn, is dat bij Electra onze kernactiviteit. Al onze operaties worden intern beheerd door gespecialiseerde teams, wat ons de nodige dynamiek en snelheid garandeert. En dat vertaalt zich bijvoorbeeld in de opening van maar liefst 52 laadstations in België alleen al in ons eerste jaar. Wij zijn marktleider voor laders van meer dan 150 kW – voornamelijk laadpalen van 300 tot 400 kW – en in Frankrijk beginnen we stilaan met de eerste stations van 600 kW.
België rondde intussen de kaap van 100.000 laadpalen, waarvan er 77.000 in Vlaanderen staan, 13.000 in Wallonië en 10.000 in Brussel. Hoe verklaart u die spreiding?
V.T.: Vlaanderen heeft het voortouw genomen dankzij overheidssteun en aanbestedingen die al in een vroeg stadium werden uitgeschreven, voornamelijk door overheidsinstellingen. In Wallonië berust de ontwikkeling van laadpalen hoofdzakelijk op particuliere initiatieven, maar daar begint stilaan verandering in te komen. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft dan weer het nadeel dat er niet genoeg geschikte locaties zijn, wat investeren in snelladers moeilijker maakt.
Krijgt u soms te maken met problemen om uw snelladers op het stroomnet aan te sluiten?
V.T.: Voor een snellaadstation heb je een stedenbouwkundige vergunning en de toestemming van de netbeheerder (DSO) nodig. In België zijn de aansluitingstermijnen nog niet zo lang als in Nederland (2 tot 7 jaar), maar sommige van onze projecten lopen tegenwoordig vertraging op door moeilijkheden waarmee netbeheerders als Fluvius, Sibelga of Ores te maken krijgen bij de toewijzing van hoogspanningstransformatorstations omwille van de huidige saturatie van het Belgische stroomnet.
Hoe zit u de mobiliteitsmarkt in 2035?
V.T.: Erg waarschijnlijk is het niet dat de elektrificatie tegen 2035 100% zal bedragen, maar de meeste lichte voertuigen zullen wel elektrisch zijn en het grootste marktaandeel vertegenwoordigen. Voor vrachtwagens zal de elektrificatie trager verlopen maar zal zich toch doorzetten omdat dit nu eenmaal de meest voor de hand liggende weg lijkt. De prijzen voor batterijen dalen en hun efficiëntie neemt maand na maand toe.
Het nieuwe laadstation van Electra in Wetteren is het eerste met het nieuwe concept ‘Electra Line’ (interactieve ledschermen).
HÉRION GUY S.A., MARLOIE
Energie ten dienste van de klant, reeds meer dan 40 jaar
Al ruim 40 jaar lang is het bedrijf Guy Hérion in de streek rond Marche-en-Famenne een klinkende naam als leverancier van energie en automobieldiensten aan particulieren en professionals.
Het familiebedrijf werd in 1982 opgericht door Guy Hérion, maar bouwt eigenlijk al voort op een activiteit die werd opgestart door de vader van Guy, die sinds de jaren 1960 een Fina-tankstation en een bandenwerkplaats had. Guy neemt beide activiteitentakken over en bouwt beetje bij beetje zijn eigen zaak uit, met een tankstation, leveringen van mazout en automobieldiensten. In 2003 stapt ook zijn oudste zoon Erwin, een gediplomeerd boekhouder, mee in het bedrijf om de garage en de bandenafdeling te leiden, terwijl Harry, mecanicien en carrosseriebouwer van opleiding, in 2009 bij het bedrijf komt werken als chauffeur-leverancier en vandaag de afdeling petroleumproducten beheert.
Het bedrijf vestigde zich in 2008 in de industriezone van Marloie en telt vandaag 24 medewerkers. Het is gevestigd op een modern terrein met een tankstation met een zone voor vrachtwagens, werkplaatsen voor alle automerken (erkend voor leasing), een werkplaats voor vrachtwagens, vijf bruggen voor het monteren van banden en 3D-uitlijning, een truckwash, een carwash en vier selfwashzones. De mazoutactiviteit blijft de kern van het bedrijf, met drie tankwagens met aanhangwagen van 35.000 liter en één tankwagen van 8.000 liter die in een straal van 50 tot 60 km rond Marche
rijden, tot Libramont, Bertrix en Luik. Het bedrijf, dat over een opslagcapaciteit van meer dan 200.000 liter gasolie-verwarming en gasolie-diesel beschikt, gaat zijn producten gewoonlijk laden in Wandre en Wierde. Mettertijd is onze collega door middel van verschillende partnerschappen en overnames in het zuiden van het land voortdurend gegroeid en erin geslaagd zich steeds te blijven aanpassen aan de behoeften van de markt.
EEN EVOLUEREND AANBOD
Het aanbod in de shop bij het tankstation is in de loop der jaren geëvolueerd. We hebben het aanbod snoep en gadgets teruggeschroefd om onze eigen producten beter te kunnen presenteren: velgen, dakkoffers, trekhaken, fietsendragers enz., legt Guy Hérion uit. Een aanbod dat aansluit bij de activiteit van de aanpalende garage en de behoeften van de automobilisten die in het industrieterrein komen. Tijdens het opladen van hun batterij of wanneer hun banden worden vervangen kunnen de klanten rustig wachten in een comfortabele wachtruimte, mét internetverbinding, verwarming en sanitaire voorzieningen.
De verdeling van mazout blijft de kern van het bedrijf, dat actief is in een straal van 50 tot 60 km rond Marche, tot in Libramont, Bertrix en Luik.
Het tankstation, dat ook is ontworpen met de behoeften van transporteurs in het achterhoofd, beschikt over een zone voor vrachtwagens waar zes producten aan de pomp verkrijgbaar zijn: E95, E98, diesel Excellium, gasolie, petroleum en AdBlue. Voor dat laatste product zijn drie afzonderlijke pompen voorzien: één voor auto’s, met traag debiet, en twee voor vrachtwagens om zo snel en praktisch mogelijk te kunnen tanken. Dankzij een systeem met aan dezelfde teller gekoppelde dubbele pompen kunnen vrachtwagens ook probleemloos aan beide kanten tanken. Een grote tijdwinst voor transporteurs.
HVO is nog niet beschikbaar aan de pomp, maar kan eventueel wel geleverd worden. Als retailer van TotalEnergies verdeelt Hérion HVO100 van het merk om tegemoet te komen aan de eisen van transporteurs van wie de opdrachtgevers hun CO2-uitstoot willen verminderen.
ELEKTROMOBILITEIT
Meest recente nieuwigheid: de plaatsing van een ultrasnelle laadpaal, een grootschalig project dat in 2025 werd opgestart. De Alpitronic-lader van 300 kW (2 x 150 kW) wordt volledig door het bedrijf zelf gefinancierd en betekent een nieuwe stap in de richting van energiediversificatie voor het tankstation. Aan de laadpaal kan betaald worden met zowel tankkaarten als laadkaarten of bankkaarten. Een investering die niet zonder slag of stoot verliep. De plaatsing van een elektriciteitscabine, de aansluiting op het net via Ores en de grondwerken vergden zes maanden intensieve coördinatie en opvolging. Maar het resultaat mag er zijn: een krachtige uitrusting die is ontworpen als eerste onderdeel van een geheel. De kabels en infrastructuur die nodig zijn voor toekomstige laadpalen zijn reeds aanwezig, waardoor de capaciteit snel kan worden uitgebreid zonder dat er nieuwe ingrijpende werken nodig zijn.
Een anekdote illustreert het succes van het project: kort na de ingebruikname kwam een transporteur uit de regio een elektrische demonstratietruck testen. Het voertuig laadde aan een constante van 298 kW, van begin tot einde, iets wat niet zo vanzelfsprekend is. De chauffeur deed tijdens het wachten even een dutje, comfortabel in zijn cabine. Het lijkt alledaags, maar het zegt veel over de ingrijpende evolutie van vandaag. Er zijn ook handelsvertegenwoordigers die hier haast dagelijks hun elektrische auto komen laden. Ze installeren zich hier, werken een uurtje, drinken nog een koffie... Het lijkt niet veel, maar de volgende dag staan ze hier maar mooi terug. Wie elektrisch rijdt, komt iedere dag laden, benadrukt Harry Hérion.
ONLINE BESTELLINGEN EN EEN GECONNECTEERDE AGENDA
Ook digitalisering is een project dat het bedrijf met succes is aangegaan. Op de website kan nu online mazout of pellets worden besteld. De prijs die moet betaald worden, is de prijs op de dag van de bestelling, en op de levering moet de klant hoogstens vijf werkdagen wachten. Je moet meegaan met je tijd, vindt Guy. Wie ‘online betaling’ aanvinkt, geniet van de prijs op de dag van de bestelling. Wie liever betaalt bij levering, betaalt de prijs op de dag van de levering. Dat is duidelijk en transparant. Op de site staat ook een prijssimulator en een agenda voor de garage. Klanten kunnen zelf aangeven of hun banden ter plaatse worden bewaard en ook online een afspraak inboeken. Dat is een handige functie die bij de klanten wel in de smaak valt.
De garage heeft een ruime opslagruimte voor zo’n 30.000 autobanden, waaronder enkele duizenden bandensets van klanten. Iedere set wordt gereinigd, gelabeld en bewaard tot het volgende seizoen. Afspraken kunnen dus online worden gemaakt, maar veel klanten bellen toch nog altijd liever, wat ook het menselijke contact behoudt.
Erwin Hérion, hoofd van de afdeling banden (links), samen met kantoorbedienden Eddy, Jonathan en Benjamin.
Harry Hérion staat in voor de afdeling petroleumproducten.
Zelfs in dit digitale tijdperk gaat er niets boven een telefoontje: Éric weet er alles van, aangezien hij altijd klaarstaat voor de klanten.
Klanten kunnen rustig wachten in een comfortabele wachtruimte met internetverbinding, verwarming en sanitaire voorzieningen.
FINANCIËLE BEGELEIDING
Guy Hérion levert niet alleen producten. Het bedrijf begeleidt zijn klanten ook. Het biedt automatische leveringen aan, een budgetplan en zelfs krediet aan 0% dankzij een partnership met Cetelem. Dat is een beetje alsof je een televisie koopt bij Krëfel: je betaalt in tien keer, zonder bijkomende kosten. Dat is een echte dienstverlening voor onze klanten en de formule heeft veel succes, zegt Harry tevreden. Wij worden onmiddellijk betaald door Cetelem, dat de verdere betalingen met de klanten dan van ons overneemt. Ook hier primeert de dienstverlening, maar alles wordt wel nauwgezet beheerd.
De automatische leveringen zijn eerder gericht op professionele klanten zoals bakkers, winkels of kmo’s. Als een klant per maand 1500 liter verbruikt, schrijf ik dat in mijn agenda en ga ik om de vijf weken leveren. Zo valt hij nooit zonder en geniet hij een vaste prijs en een vaste korting, vertelt Harry. Dat is een oplossing waarvoor het bedrijf uitgaat van nauwkeurige verbruiksstatistieken, vooral voor wie al jarenlang trouwe klant is.
TANKCONFORMITEIT
Hérion begeleidt zijn klanten van A tot Z bij alle technische en administratieve stappen die nodig zijn bij mazouttanks. Het bedrijf fungeert daarbij als een echte vertrouwenspartner: het staat in voor de coördinatie met Certitank, het gespecialiseerde bedrijf dat erkend is voor de uitvoering van conformiteitstests. De klant heeft dus maar één aanspreekpunt – Hérion –wat de procedures aanzienlijk vereenvoudigt. Bij complexere ingrepen – het conform maken of vervangen van uitrusting bijvoorbeeld – stelt Certitank meteen een offerte op, terwijl Hérion bereikbaar blijft voor zijn klanten om de zaak op te volgen en de klanten tevreden te houden.
AL LANG VÓÓR DE ‘ENERGIETRANSITIE’
Al lang vóór de ‘energietransitie’ een noodzaak werd, werkte Guy Hérion al dagelijks met principes als duurzaam beheer. Ik ben een blauwe groene,
1200 ton pellets per jaar
Het bedrijf verkoopt jaarlijks zo’n 1200 ton pellets onder twee merken: TotalEnergies en Comfo (Erda – Energie Renouvelable des Ardennes), beide van 100% naaldhout en met DIN+-certificaat. De pellets worden verkocht in zakken van 15 kg of per pallet (met 65 zakken voor Erda, en 66 zakken voor TotalEnergies). Klanten die dat wensen, kunnen voor het transport gebruikmaken van een bestelwagen van het bedrijf. De huidige prijs, die na de prijsstijging onder invloed van de oorlog in Oekraïne stilaan weer gestabiliseerd is, schommelt nu rond de 340 tot 350 euro per pallet. Dat is qua verwarmingskost dus vergelijkbaar met mazout, aangezien ca. 2 ton pellets overeenkomt met zo’n 1000 liter mazout.
lacht Guy. Zo heeft het bedrijf het altijd belangrijk gevonden om zijn milieu-impact te verkleinen en toch optimaal te blijven renderen.
Als stichtend lid van Recytyre – de erkende Belgische organisatie die instaat voor de inzameling, sortering en recyclage van gebruikte banden – was onze collega begin jaren 2000 een van de eersten die de systematische valorisatie van afval uit de sector promootte: afgewerkte olie wordt ingezameld via Recyc-Oil, karton wordt samengeperst en naar gespecialiseerde verwerkingsbedrijven gestuurd en schroot wordt toevertrouwd aan een erkend recyclagebedrijf. Niets wordt daarbij aan het toeval overgelaten: de slibafscheiders worden één tot twee keer per jaar onderhouden, wat de netheid van het terrein en de milieuconformiteit van de installaties garandeert.
Ook op energievlak loopt Hérion steeds voorop. Het hoofdgebouw is uitgerust met zonnepanelen die 120 kW leveren, wat ongeveer de helft van het jaarlijkse stroomverbruik dekt. De overschot wordt in het net geïnjecteerd, in afwachting van een latere investering in opslagbatterijen. Dat is een van de prioriteiten van het bedrijf, dat vastbesloten is zijn energieonafhankelijkheid te versterken en ten volle te profiteren van de lokale productie van zijn installaties.
NIEUWE PROJECTEN
Ondanks de moeilijke economische omstandigheden zet Hérion zijn groeistrategie door. Er wordt momenteel gewerkt aan een vergunningsaanvraag voor een nieuw depot van 180.000 liter, terwijl de bestaande infrastructuur binnenkort wordt uitgebreid met een wasstraat van 35 meter. Die wordt zo ontworpen dat meerdere voertuigen tegelijkertijd kunnen worden gereinigd, waardoor de doorvoercapaciteit aanzienlijk wordt verbeterd ten opzichte van het huidige systeem.
Met zijn terrein van drie hectaren heeft Hérion nog mogelijkheden te over. Overdekte parkings met zonnepanelen of laadpalen voor vrachtwagens zijn maar enkele van de denkpistes die worden onderzocht.
Dankzij een systeem met aan dezelfde teller gekoppelde dubbele pompen kunnen vrachtwagens ook probleemloos aan beide kanten tanken.
De ultrasnellader van 300 kW (2 x 150 kW) werd in 2025 geplaatst.
Een transporteur uit de streek kwam de ultrasnellader al testen.
De markt leren lezen en anticiperen
Op zijn 73e praat Guy Hérion zoals hij werkt: vrijuit, zonder omwegen. Geen lange redevoeringen of holle woorden...
Brandstoffen: Als we verder kijken dan de cijfers, logistiek en technische investeringen, zien we dat uw bedrijf vooral een menselijk avontuur is dat steunt op een hecht team...
Guy Hérion: Dat klopt. Maar het moeilijkste in dit beroep is om goed personeel te vinden. Gelukkig hebben wij drie uitstekende chauffeurs. Als we er nog drie vonden zoals zij, zouden we onze mazoutactiviteit morgen al verdubbelen.
Wat is vandaag de grootste genoegdoening van het beroep?
G.H. : De passie die je ervoor kan voelen! Mazout verkopen is één ding, maar er komt nog zoveel meer bij kijken. Je moet je zaak beheren, je klanten bedienen, anticiperen. Als brandstoffenhandelaar moet je kunnen kopen en verkopen. Mazout verkopen is niet zomaar een product verkopen. Het is een volledige relatie met de klant uitbouwen: van aankoop tot levering, van advies tot klantenbinding. Je moet de markt leren lezen, leren anticiperen... en integer blijven. Al sinds 1982 hebben wij solide relaties met onze leveranciers.
U hebt de reputatie recht voor de raap te zijn...
G.H. : Ik zeg altijd waar het op staat, ja. Ik wind er geen doekjes om en die oprechtheid wordt geapprecieerd. Tijdens vergaderingen met TotalEnergies-verdelers luistert de directie vaak naar mij.
Hoe ziet u de toekomst van de beroep?
G.H. : Het beroep evolueert, maar de passie blijft. Zo heb ik er geen enkele moeite mee om mij voortdurend aan te passen. Als je graag doet wat je doet, zijn er altijd oplossingen te vinden. Maar je moet blijven communiceren!
Hoe moeten we volgens u dan communiceren?
G.H. : We zijn van plan om deel te nemen aan de volgende vergadering van de Commissie Vloeibare Brandstoffen van Brafco om het daarover te hebben. In onze streek voert propaangas op de radio nogal agressief campagne tegen mazout. Brafco en/of in4fuels moeten daar iets tegen doen, want een klant die afstapt van mazout, doet dat niet voor één dag, maar voor altijd!
Guy Hérion is gepassioneerd door zijn beroep, waardoor hij er geen enkele moeite mee heeft om zich voortdurend aan te passen.
Productie van tanks tot 100.000 l
Constructies, maatwerk & saneringen
Totaalprojecten tankinstallaties
Biopropaan: een hernieuwbare en zuinige oplossing voor de decarbonisatie van gebouwen
FeBuPro (Federatie Butaan-Propaan) en Europese koepelorganisatie Liquid Gas Europe verkennen het potentieel van biopropaan voor de decarbonisatie van gebouwen, met bijzondere aandacht voor landelijke gebieden en aan de hand van een concreet project op minder dan 30 km van Brussel.
Een recent gezamenlijk evenement van beide organisaties bracht de rol van biopropaan als innovatieve en zuinige oplossing om de CO2uitstoot in gebouwen te verminderen onder de aandacht en benadrukte tegelijk het engagement van de sector voor energie-efficiëntie en een betere luchtkwaliteit.
Tijdens de presentaties werd ingegaan op de verschillende beleidsmaatregelen die de invoering van hernieuwbaar vloeibaar gas in de gebouwensector beïnvloeden, rekening houdend met het actieplan van de Europese Unie voor betaalbare energie. Verschillende sprekers wezen op de noodzaak van meer duidelijkheid en samenhang in de Europese wetgeving om zo de integratie te stimuleren van hernieuwbare energiebronnen, zoals biopropaan voor de decarbonisatie van gebouwen.
EEN DUIDELIJK KADER
Volgens Mathieu Ballu (DG Energie bij de Europese Commissie) ontwikkelen de oplossingen zich bijzonder snel – of het nu gaat om warmtepompen, de temperatuurvariaties die nodig zijn voor verwarming, of de vooruitgang op het vlak van energie-efficiëntie – en is het daarom essentieel om het energiesysteem als geheel te optimaliseren als we de Europese klimaatdoelstellingen willen halen.
De Europese Commissie wil het proces van broeikasgasreductie tegen 2030 versnellen, onder meer via het actieplan voor betaalbare energie en het
ADEM in Rotselaar stapte over naar biopropaan
Een project dat aantoont dat biopropaan een duurzame, betaalbare en efficiënte oplossing biedt voor de decarbonisatie van gebouwen, vooral in landelijke gebieden of op locaties zonder aardgasaansluiting, met aanzienlijke CO2-reducties die mogelijk zijn zonder ingrijpende renovaties.
In 2023 stapte zorgcentrum ADEM in Rotselaar, in samenwerking met Liquid Gas Europe en de leden van FeBuPro, over van conventioneel propaan naar biopropaan. Door het gebruik van biopropaan kon de uitstoot van broeikasgassen met meer dan 60% worden teruggeschroefd, en dat zonder zware investeringen.
Hernieuwbare vloeibare biogassen, zoals biopropaan, spelen een sleutelrol in de energietransitie, met name voor gebouwen die niet zijn aangesloten op het aardgasnet. Ze worden geproduceerd uit hernieuwbare grondstoffen zoals plantaardige oliën, dierlijke vetten of gebruikte frituurolie, en vormen een duurzaam alternatief voor conventionele vloeibare gassen. Momenteel is biopropaan een bijproduct van de productie van duurzame vliegtuigbrandstof (SAF) en hernieuwbare diesel, maar er zijn nieuwe productiemethoden in de maak om het binnen afzienbare tijd tot hoofdproduct maken.
Sociaal Klimaatfonds, dat de ontwikkeling van technologieën en koolstofarme producten ondersteunt. Mathieu Ballu benadrukte nog dat een succesvolle energietransitie steunt op de complementariteit van de verschillende hernieuwbare energiebronnen, en niet uitsluitend op elektriciteit.
NAAR EEN EERLIJKE EN ONAFHANKELIJKE
DECARBONISATIE
Pietro Fiocchi (vicevoorzitter van de Commissie Milieubeheer, Klimaat en Voedselveiligheid van het Europees Parlement) wees op de noodzaak van technologieneutraliteit in de energietransitie, om zo eerlijke en betaalbare trajecten naar de decarbonisatie van gebouwen te verzekeren. Om de CO2uitstoot in Europa op een onafhankelijke manier te verlagen, moet massaal worden geïnvesteerd in hernieuwbare energieën – wind en zon – maar ook kernenergie moet overwogen worden, hoewel deze optie in de publieke opinie een heikel punt blijft.
De Europese afhankelijkheid van aardgas, in het bijzonder van Russische oorsprong, benadrukt de noodzaak van een structurele hervorming om de energieautonomie van het continent te versterken. Deze transitie roept echter een belangrijke financieringsvraag op: wie zal de kosten dragen voor de ombouw van de gasinfrastructuur, de bouw van elektriciteitscentrales en de opslag van energie?
Bovendien vormt, naast gebouwen, ook de decarbonisatie van de zeevaart en de luchtvaart een bijkomende uitdaging. Europa moet dus alternatieve oplossingen vinden om de uitstoot te verminderen en om duurzame en economisch haalbare energieonafhankelijkheid te waarborgen – een cruciale
Verwarmingsketel op biopropaan. (Onder- en bovengrondse) biopropaantanks.
In 2024 verkreeg ADEM een energieprestatiecertificaat (EPC) en liet het een energieaudit uitvoeren, wat waardevolle inzichten opleverde. Op basis daarvan werden geavanceerde monitoringssystemen geïnstalleerd om het energieverbruik en de luchtkwaliteit in real time op te volgen. Die systemen omvatten:
• twee opslagtanks voor biopropaan (één bovengronds en één ondergronds);
• twee slimme gasmeters, één per biopropaantank;
• twee verwarmingsketels op biopropaan;
• twee slimme elektriciteitstussenmeters;
kwestie, aangezien momenteel bijna 60% van de Europese energie nog wordt geïmporteerd.
OPLOSSINGEN VOOR LANDELIJKE GEBIEDEN
Tijdens een rondetafelgesprek over praktische oplossingen voor schone verwarming en airconditioning in landelijke zones benadrukte het Italiaanse Europarlementslid Stefano Cavedagna dat de overstap naar 100% elektriciteit aanzienlijke kosten met zich mee zou brengen om de bestaande elektriciteitsinfrastructuur in Europa te moderniseren. Hij wees er bovendien op dat de bouw van nieuwe kerncentrales tijd kost en dat de opslag van elektriciteit grote batterijen vereist, die peperduur blijven. Nog volgens Cavedagna vormen hernieuwbare fossiele brandstoffen een minder kostelijk alternatief, en hij herinnerde er nog eens aan dat momenteel 38% van de elektriciteit in Europa nog met fossiele brandstoffen wordt opgewekt. Landbouwafval kan volgens hem worden gevaloriseerd voor de productie van biobrandstoffen. Hij benadrukte ook de noodzaak om het ETS2-systeem, dat de energieprijzen in heel Europa aanzienlijk de hoogte in dreigt te jagen, te herzien. Ook pleitte hij voor een regelgevend kader dat hernieuwbaar vloeibaar gas en andere hernieuwbare energiebronnen erkent zonder zich te beperken tot zuiver elektrificatie. Die aanpak streeft naar een evenwicht tussen efficiëntie, diversiteit van de energiebronnen en kostenbeheersing voor een realistische, en aan landelijke gebieden aangepaste energietransitie.
Markus Dreier (voorzitter van Liquid Gas Europe) wees er dan weer op dat de vervanging van fossiele brandstoffen door hernieuwbare varianten onmiddellijk in gang kan worden gezet, aangezien de nodige infrastructuur al bestaat. Hij herinnerde eraan dat het de eindconsument is die daar direct de gevolgen van voelt.
• zeven IEQ-sensoren (Indoor Environmental Quality) voor het meten van diverse parameters van de binnenluchtkwaliteit en het binnenklimaat van een gebouw.
Emmanuel Cécille Adviseur Energie & Milieu
Meer informatie over het zorgcentrum dat met biopropaan verwarmt op https://lgeshowcase.eu/
Slimme gasmeters. Eén voor iedere tank.
HERZIENING VAN DE CO2-EMISSIENORMEN
UPEI roept op tot een billijke en technologieneutrale benadering van brandstoffen
Terwijl de Europese Commissie in het kader van de ‘herzieningsclausule’ over het verbod op de verkoop van voertuigen met verbrandingsmotor tegen 2035 de herziening voorbereidt van de CO2-emissienormen voor nieuwe personenauto’s en lichte bedrijfsvoertuigen, diende UPEI (de Europese organisatie van zelfstandige energie- en mobiliteitsleveranciers, waarvan Brafco een actief lid is) begin oktober haar bijdrage in ter gelegenheid van de door de Commissie gelanceerde raadpleging.
UPEI raadt onder meer het gebruik aan van de ‘well-to-wheel’-benadering, in plaats van een benadering die uitsluitend kijkt naar de uitstoot aan de uitlaat.
Deze stap komt op het moment dat de voorzitter van de Commissie, Ursula von der Leyen, heeft ingestemd met het vervroegen van de kalender voor de herziening van deze clausule, om tegen eind 2025 flexibiliteitsmaatregelen voor te stellen voor de toepassing van het voor 2035 voorziene verbod.
UPEI juicht dit initiatief toe en benadrukt het belang om alle duurzame oplossingen ten volle te benutten in de energietransitie. Voor de organisatie is het van cruciaal belang dat de herziene verordening een eerlijke erkenning inhoudt van technologieën die de uitstoot van broeikasgassen kunnen verminderen. Tot die oplossingen moeten ook hernieuwbare en koolstofarme brandstoffen (duurzame biobrandstoffen en e-fuels) worden gerekend, waterstof en voertuigtechnologieën zoals plug-in hybride voertuigen
(PHEV’s), elektrische voertuigen met een grotere actieradius (REEV’s/EREV’s) en voertuigen met uiterst zuinige verbrandingsmotoren.
NEUTRALE EN INCLUSIEVE BENADERING
In haar bijdrage benadrukt UPEI de noodzaak van een technologieneutrale benadering bij de beoordeling van de rol van brandstoffen. De organisatie stelt voor om een inclusieve definitie van CO2-neutrale brandstoffen in te voeren, gebaseerd op de Europese richtlijn inzake hernieuwbare energie en het werk van de WGMM (Working Group on Monitoring Methodologies), de groep van deskundigen die door de Europese Commissie is aangesteld om methoden voor het monitoren van CO2-neutrale brandstoffen te ontwikkelen en te harmoniseren. Volgens deze definitie kunnen alle brandstoffen
die voldoen aan de duurzaamheidscriteria van de richtlijn en die bij hun productie evenveel CO2 opvangen als bij hun verbranding wordt uitgestoten, als koolstofneutraal worden beschouwd.
UPEI stelt ook voor om een koolstofcorrectiefactor (CCF) in te voeren om de werkelijke CO2uitstoot van brandstoffen beter weer te geven. Dat mechanisme zou rekening houden met het groeiende aandeel van hernieuwbare en koolstofneutrale brandstoffen op de markt, in plaats van alle brandstoffen als volledig fossiel te beschouwen. Op basis van geharmoniseerde referentiewaarden zou de CCF instaan voor transparantie en consistentie en een eerste stap betekenen naar een globaler en realistischer klimaatbeleid voor de Europese mobiliteit.
UPEI beveelt overigens ook aan om op basis van het rapport van de WGMM een nieuwe categorie voertuigen in te voeren die uitsluitend op CO2-neutrale brandstoffen rijden. Dat zou alle monitoringmethodologieën op gelijke voet brengen, op basis van op Europese schaal geharmoniseerde methodologieën en massabalansbenaderingen, en dit zonder andere soorten brandstoffen uit te sluiten (die nodig zijn tijdens de overgangsperiode of voor voertuigen die buiten de grenzen van de Europese Unie rijden).
Met haar bijdrage wil UPEI ervoor zorgen dat de herziening van de regelgeving inzake CO2uitstoot niet beperkt blijft tot een restrictieve aanpak die zich op bepaalde brandstoffen richt, maar dat alle bestaande duurzame oplossingen worden erkend, innovatie wordt gestimuleerd en eerlijke marktvoorwaarden worden geboden voor alle spelers in de sector.
Indexering van de tarieven in Wallonië op 1 januari 2026
Op 26 september 2025 keurde de raad van bestuur van SOFICO (Société wallonne de financement complémentaire des infrastructures) een tariefindexering goed van de kilometerheffing voor vrachtwagens in Wallonië. Die zal ingaan op 1 januari 2026.
Die indexering wordt berekend op basis van de consumptieprijsindex van augustus 2025 en volgt zo de prijsschommelingen van producten en diensten in België. De gemiddelde tariefindexering op januari 2026 bedraagt +1,91% en weerspiegelt de prijsverhoging van materiaalkosten en arbeidskrachten in België, beide sleutelposten bij het onderhoud en herstel van de wegeninfrastructuur.
In Wallonië blijven emissievrije voertuigen (zero emission vehicles of ZEV) onderworpen aan het tarief voor Euro 6-voertuigen. Op het Brusselse en Vlaamse wegennet wordt aan die voertuigen een preferentieel tarief van € 0/km toegekend.
CO2-COMPONENT IN DE KILOMETERHEFFING IN HET VLAAMSE GEWEST
Vlaanderen kondigde een ingrijpende hervorming aan van zijn kilometerheffing voor vrachtwagens, door er vanaf 1 juli 2026 een CO2-component in op te nemen. Deze wijziging komt er naar het voorbeeld van de Europese wetgeving en houdt in dat er geleidelijk aan wordt afgestapt van de categorieën op basis van de euronormen. Begrotingsgewijs is het de bedoeling om jaarlijks 180 miljoen euro extra op te halen, oftewel een stijging met ca. 27% van de huidige inkomsten. Volgens de beschikbare gegevens zullen er geen nieuwe wegen aan het tolwegennet worden toegevoegd: de volledige verhoging zal dus voortkomen uit de verhoging van de tarieven voor vrachtwagens met dieselmotoren.
Voor transporteurs is dat een serieuze dobber. Volgens TLV (Transport en Logistiek Vlaanderen) bedraagt de stijging voor een Euro 6-voertuig in de zwaarste gewichtscategorie 0,082 euro ten opzichte van het huidige tarief. Procentueel gezien is dat een stijging met meer dan 40%.
De transportsector, die voornamelijk uit kmo’s bestaat, waarschuwt voor het ontbreken van begeleidende maatregelen. De nieuwe tariefstructuur voor de kilometerheffing in Vlaanderen zou logischerwijs op 1 juli 2026 moeten worden ingevoerd.
Hieronder vindt u de nieuwe tarieven (excl. btw) voor de Waalse kilometerheffing voor 2026, naast de tarieven in het Vlaamse Gewest en Brussel voor de periode van 1 juli 2025 tot 30 juni 2026.
Laser- en ANPR-camera’s op een controleportiek.
Tarieven kilometerheffing 2026 (in €/km)
Vakbekwaamheid (code 95)
Chauffeurs met een rijbewijs C of CE moeten om de 5 jaar 5 erkende opleidingen van ten minste 7 uur (samen 35 kredieturen) hebben gevolgd om hun rijbewijs te verlengen.
Ukan bij Brafco terecht voor deze cursussen “vakbekwaamheid”. Brafco werkt hiervoor samen met erkende externe opleidingspartners. Deelnemers aan de opleidingsmodules ontvangen een getuigschrift van nascholing en 7 kredietpunten.
Sinds de inwerkingtreding van het KB van 10 januari 2013 moeten de betrokken chauffeurs ten minste één module volgen in elk van de volgende 3 categorieën:
I. Nascholing in rationeel rijden (dit zijn o.m. cursussen stuwing- en ladingzekering, economisch rijden…)
II. Toepassing van de voorschriften (dit zijn o.m. cursussen ADR, rij- en rusttijden, vervoerdocumenten, tachograaf…)
III. Gezondheid, verkeers- en milieuveiligheid, dienstverlening (dit zijn o.a. cursussen ongevalsaangifte, EHBO, conflictbeheer, communicatie, agressiviteit…)
Het KB preciseert dat minstens één van de modules moet handelen over defensief en zuinig (economisch) rijden, die ten minste 3 uur praktisch rijonderricht bevat.
De prijzen verschillen naargelang de opleidingsmodule. In de prijs zijn inbegrepen: syllabus, drank- en koffiepauze en een broodjeslunch. De opleidingen komen in aanmerking voor een subsidie van 50% door de Vlaamse overheid via de kmoportefeuille.
ADR-cursussen
Brafco organiseert zelf ADR-cursussen en werkt ook samen met erkende externe opleidingspartners.
U kan bij ons terecht voor initiële en bijscholingsopleidingen voor zowel colli, tank als vloeibare brandstoffen.
De eerstvolgende algemene ADR-bijscholingscursus colli- en tankvervoer (categorie I + II) gaat door in Oudenaarde op 21 en 28 maart en 4 april.
De eerstvolgende ADR-bijscholingscursus “Vloeibare brandstoffen” (categorie IV) zal eveneens plaatsvinden in Oudenaarde, op 28 februari en 7 maart. Deze cursus kan ook als initiële ADR-opleiding gevolgd worden door chauffeurs die nog geen ADR-getuigschrift hebben of waarvan het getuigschrift vervallen is. Voor deze personen is een bijkomende praktijkopleiding van 4 uur voorzien, die zal doorgaan in Gent op 4 maart.
U kan uzelf of een medewerker inschrijven voor een van deze ADRopleidingen via https://www.brafco.be/nl/opleidingen.
Sinds 1 januari 2024 ADR-examen niet langer schriftelijk maar digitaal in Vlaanderen
Sinds 1 januari 2024 verlopen de ADR-examens in Vlaanderen digitaal (op computer) en kunnen chauffeurs zelf kiezen wanneer ze hun examen afleggen. Ze kunnen daarvoor terecht bij een van de 16 erkende examencentra van GOCA Vlaanderen. Het examen kan van maandag t.e.m. vrijdag plaatsvinden (en dus niet meer op zaterdag) tijdens een vooraf te reserveren tijdsslot. Het is belangrijk dat kandidaten zich op voorhand inschrijven om aan het examen deel te nemen. Aan het examen zelf verandert er niets. Het blijft een openboekexamen dat per categorie 90 minuten duurt. Examinandi die dit wensen kunnen nog steeds het examen schriftelijk afleggen, doch dit kan enkel op zaterdag in de kantoren van het ITLB. Geïnteresseerden dienen dit vooraf te melden bij de instantie waar zij de opleiding volgen.
ADR-veiligheidsadviseur
Zoekt u een externe ADR-veiligheidsadviseur?
NIEUW: tussenkomst
in de kosten van de initiële
ADR-opleiding van nieuwe chauffeur !
Werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité 127 kunnen onder bepaalde voorwaarden aanspraak maken op een forfaitaire tussenkomst van € 500 van het Sociaal Fonds voor de kosten van de initiële ADR-opleiding (en bijhorend examen) van “nieuwe” werknemers. (Zie www.brafco.be e Nieuws e Sociale zaken).
GE ZOC H T VOO R E XPOR T:
Tankwagens en tankopleggers voor LPG, diesel, benzine, olie, bitumen, chemische stoffen, levensmiddelen, cement en bulkopleggers.
Aankoop trekkers en ander rollend materieel.
Materiaal te koop of een overname?
BEL VANDAAG!!!
G SM +32 (0)475-60 12 43
E - mai l : detrucks@telenet.be w w w t a n kwagens. c o m
Neem contact op met de Federatie!
Maak voor de opleidingen vakbekwaamheid en ADR gebruik van de kmo-portefeuille!
Hoeveel steun u krijgt, is afhankelijk van de grootte van uw onderneming. De steun is beperkt tot een bepaald maximumbedrag dat u jaarlijks kan opnemen. U kan vrij kiezen of u dat bedrag inzet voor advies of opleiding of voor een combinatie van beide. De kosten die in aanmerking komen voor subsidie via de kmo-portefeuille zijn altijd exclusief btw
Kleine ondernemingen Steun 30%, maximaal 7.500 euro
Middelgrote ondernemingen Steun 20%, maximaal 7.500 euro
iVoor een overzicht van de aangeboden opleidingen kan u best contact opnemen met Naziha Boulben. Tel.: 02/213.14.12, naziha.boulben@brafco.be. U geeft aan waar u en/of uw chauffeur(s) een opleiding wenst/wensen te volgen en u ontvangt een overzicht van de mogelijkheden!
FLEXI-JOBS
Werkgevers en vakbonden bereiken sectoraal akkoord in PC 127
Op 27 oktober 2025 sloten de sociale partners in het Paritair Comité voor de Handel in Brandstoffen (PC 127) een sectoraal akkoord voor de periode 2025-2026.
De werkgeversorganisatie Brafco benadrukt dat het resultaat van de onderhandelingen “een evenwichtig en toekomstgericht akkoord” is dat niet alleen de koopkracht van de werknemers versterkt, maar ook inspeelt op de uitdagingen van de sector in een krappe arbeidsmarkt.
Hier vindt u een overzicht van de belangrijkste punten van het akkoord:
1 FLEXI-JOBS
2 KOOPKRACHT
Invoering op sectorniveau van maaltijdcheques vanaf 1 januari 2026, met een nominale waarde van 3,09 euro, waarvan 1,09 euro ten laste van de werknemer en 2 euro ten laste van de werkgever.
Voor ondernemingen die al maaltijdcheques of maaltijdvergoedingen toekennen, wordt een verhoging met 2 euro netto van kracht vanaf 1 januari 2026.
3 TIJDELIJKE WERKLOOSHEID
WERKGEVERSBEVRAGING
De aanvullende vergoeding voor werkloosheid om economische redenen wordt verhoogd met 0,5 euro per dag vanaf 1 januari 2026.
4 PREMIE BIJ PENSIONERING
De regeling rond de premie bij pensionering wordt aangepast om deze aantrekkelijker te maken voor werknemers die na hun 62ste actief blijven en minstens vijf jaar in de sector hebben gewerkt.
5
VERLENGING VAN CAO’S
De cao’s rond tijdskrediet en landingsbanen worden verlengd volgens de wettelijke mogelijkheden. Ook andere cao’s van bepaalde duur worden verlengd.
Bovenstaande akkoorden worden verder uitgewerkt in cao’s die op 27 november in het Paritair Comité zullen worden besproken.
Help ons inzicht krijgen in afwezigheid door ziekte
Afwezigheden omwille van ziekte komen in elk bedrijf voor. Soms gaat het om korte periodes, soms om langdurige afwezigheden. Dit kan een grote impact hebben op de werking van uw team en onderneming.
De sociale partners engageren zich om onmiddellijk een kader-CAO op te maken bij de invoering van flexi-jobs. op uw werkvloer.
Deze bevraging kadert in een intersectorale samenwerking tussen zes sec toren. Hoe meer bedrijven deelnemen, hoe beter we op sectoraal niveau kunnen begrijpen welke uitdagingen zich stellen, en hoe gerichter we secto rale acties kunnen uitwerken.
Het invullen van de enquête duurt ongeveer tien minuten en zal volledig anoniem zijn.
https://fonds127.be (onderaan de startpagina vindt u een invulformulier) of stuur een e-mail naar anne.gabriels@fonds127.be
De sociale partners engageren zich om onmiddellijk een kader-CAO op te maken bij de invoering van flexi-jobs.
Werknemers in het PC 127 ontvangen
een eindejaarspremie in december!
Arbeiders actief in de brandstoffenhandel (PC 127) ontvangen in december een eindejaarspremie, uitbetaald door het Sociaal Fonds.
BEREKENING VAN DE EINDEJAARSPREMIE 2025
Voor de eindejaarspremies in 2025 loopt de referteperiode van 1 juli 2024 tot 30 juni 2025
De berekening gaat als volgt:
• Het brutobedrag van de eindejaarspremie bedraagt 6,35% van het brutoloon dat de werkgever tijdens de referteperiode effectief als loon uitbetaalde aan de betrokken werknemer.
• Van deze bruto premie wordt eerst 13,07% R.S.Z.-bijdrage en vervolgens 20% forfaitaire bedrijfsvoorheffing afgehouden.
WIE HEEFT RECHT OP DE EINDEJAARSPREMIE?
Om recht te hebben op een eindejaarspremie 2025, moet een werknemer cumulatief voldoen aan volgende voorwaarden binnen de referteperiode:
• In een 5-dagenstelsel moet de werknemer ten minste 50 gepresteerde of gelijkgestelde dagen opgebouwd hebben. In een 6-dagenstelsel zijn dit 60 dagen. Hiervoor gelden dezelfde gelijkgestelde dagen als deze voor het recht op jaarlijks verlof, zoals bijvoorbeeld ziekte, arbeidsongeval en feestdagen.
• De werknemer mag tijdens de referteperiode niet ontslagen zijn om dringende reden of de sector vrijwillig verlaten hebben. Opgelet! Wanneer de werknemer ontslagen werd in onderling overleg of bij een andere werkgever uit de sector aan de slag ging of met pensioen ging, blijft het recht op een eindejaarspremie wel behouden.
Aan de hand van een bevraging via e-mail dienen werkgevers aan het Sociaal Fonds mee te delen welke werknemers ontslagen werden om dringende reden of de sector vrijwillig verlieten gedurende de referteperiode.
Op basis van deze informatie en de gegevens uit de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid berekent het Sociaal Fonds de eindejaarspremie van elke rechthebbende werknemer. Deze individuele berekeningen worden begin december opgestuurd naar alle begunstigden en hun respectieve werkgever.
UITBETALING VAN DE EINDEJAARSPREMIE
De eindejaarspremie wordt rechtstreeks uitbetaald op het persoonlijk rekeningnummer van de werknemers. Indien nodig kunnen zij hun rekeningnummer zelf doorgeven of aanpassen door aan te melden op het digitaal platform ‘La Fontaine online’ van het Sociaal Fonds via hun eID of ITSME-applicatie. Uiteraard kan u dit als werkgever ook in naam van uw werknemer(s) doen.
De eindejaarspremies zullen worden uitbetaald op 15 december 2025.
Meer informatie over de eindejaarspremie vindt u op de website van het Sociaal Fonds via https://fonds127.be/nl/werkgever/premies-enfinanciele-vergoedingen/eindejaarspremie
Het brutobedrag van de premie bedraagt 6,35% van het brutoloon dat de werkgever tijdens de referteperiode effectief als loon uitbetaalde aan de betrokken werknemer.
De woordvoerders van Brafco staan de pers te woord
De afgelopen weken werden de kaderleden van Brafco meermaals gevraagd om in de pers uitleg te geven over de prijsontwikkeling van aardolieproducten, die wordt beïnvloed door de geopolitieke spanningen. Ze lichtten ook toe waarom de verkoop van brandstoffen ‘tegen kostprijs’ in België onmogelijk is en waarschuwden voor een toename van oplichting bij de onlineverkoop van brandstoffen.
TRENDS – 17 OKTOBER 2025
In Frankrijk verkoopt de winkelketen E.Leclerc regelmatig brandstof tegen kostprijs in zijn tankstations. Zou een dergelijk systeem wettelijk mogelijk en economisch haalbaar zijn in België? “Wettelijk mogelijk wel, maar niet haalbaar in de praktijk”, aldus Emmanuel Cécille, adviseur Energie & Milieu bij Brafco. “In België werken we met een maximumprijs die is vastgelegd in de Programmaovereenkomst. Zolang tankstations die maximumprijs niet overschrijden en niet met verlies verkopen, mogen ze doen wat ze willen", legt hij uit. Die nuance is belangrijk: verkopen tegen kostprijs is niet verkopen met verlies. “Niets zou dit kunnen verbieden, maar als de brandstof daadwerkelijk tegen kostprijs – kosten voor het product, het transport, accijnzen en btw – zou worden verkocht, zonder enige marge, zou dat in België niet legaal zijn, aangezien de ‘overheadkosten’ (kosten in verband met de uitbating van het tankstation) niet in aanmerking zouden worden genomen”, benadrukt Emmanuel Cécille. “In België worden veel tankstations uitgebaat door zelfstandige uitbaters.” Dit structurele verschil verklaart waarom hier niet ‘tegen kostprijs’ wordt verkocht. Voor dergelijke kleine structuren zou het volledig absorberen van de marge –zelfs tijdelijk – een te groot financieel risico betekenen.
VIVACITÉ – 28 OKTOBER 2025
Wanneer we onze verwarming weer aanzetten, proberen nepverkopers van mazout, hout en pellets ons op te lichten. Wie mazout wil kopen, moet weten dat de prijs rond de € 0,85 per liter ligt. Een zak pellets van vijftien kilo kost iets minder dan € 6. En voor een kubieke meter hout betaal je iets van een € 120. Wie ergens op een veel aantrekkelijkere aanbieding stoot, moet op zijn hoede zijn, aldus Vincent Orts, adviseur bij de Belgische Federatie van brandstoffenhandelaars: “Een heel lage prijs kan duiden op een poging tot fraude. Nog een alarmsignaal? Geen vast Belgisch telefoonnummer. Op frauduleuze websites staan vaak buitenlandse gsm-nummers die uitsluitend via WhatsApp te bereiken zijn. En kijk ten slotte ook eens naar het bankrekeningnummer. Buitenlandse rekeningen zouden meteen een alarmbel moeten doen rinkelen.” Volgens de FOD Economie verliezen slachtoffers gemiddeld € 388 euro door dit soort fraude. Op drie jaar tijd kwamen er maar liefst 2000 meldingen binnen. Oplichters riskeren een gevangenisstraf van één maand tot vijf jaar of een boete tot 24.000 euro. Wie twijfelt, surft best naar de rubriek Consumentenbescherming op de website van de FOD Economie.
L’AVENIR –
28 OKTOBER 2025
Donald Trump kondigde op 22 oktober nieuwe economische sancties aan, voornamelijk gericht tegen Rosneft en Lukoil, twee Russische bedrijven die door het Amerikaanse ministerie van Financiën worden beschuldigd van “het financieren van de oorlogsmachine van het Kremlin”. De gevolgen op de markt lieten niet lang op zich wachten: “De prijs van ruwe olie schoot meteen omhoog”, bevestigt Emmanuel Cécille, adviseur Energie & Milieu bij BRAFCO. “Het moet gezegd dat beide bedrijven toch drie miljoen vaten per dag exporteren.” Lukoil kondigde intussen aan dat het van plan is zijn internationale activa te verkopen. En dat zou dan weer een neerwaartse invloed kunnen hebben op de prijs van mazout. Dat stelt de Belgische consumenten gerust en voorkomt dat ze overhaast bestellingen plaatsen. Volgens Emmanuel Cécille zou "de OPEC+ tijdens haar volgende vergadering, die voor zondag gepland staat, kunnen besluiten om de productiequota sneller dan verwacht te verhogen met 137.000 vaten.” En ook die beslissing zou weer invloed kunnen hebben op de tarieven. En de stijging van de afgelopen dagen compenseren.
HET LAATSTE
NIEUWS – 10 NOVEMBER 2025
Hoogste brandstofprijzen in zeven maanden aan de pomp: wanneer worden benzine en diesel weer goedkoper? “Wat we nu zien, is een reactie op de gebeurtenissen van vorige week, toen de Amerikaanse president sancties afkondigde tegen Venezuela, een grote olieproducent”, zegt Johan Mattart, algemeen directeur van Brafco. Daardoor zijn de prijzen op de internationale markten plots gaan stijgen. Dat je dat nu pas aan de pomp ziet, komt door de overeenkomst die de maximumbrandstofprijzen vastlegt en waarin een vertragingsmechanisme is ingebouwd. Er moeten bepaalde drempels worden overschreden vooraleer die maximumprijzen worden aangepast. Diesel en benzine hebben overigens aparte drempels in die overeenkomst; in die zin is het toeval dat ze allebei stijgen. Volgens Mattart zijn de prijzen op de internationale markten intussen weer aan het dalen. Is het dan een goed idee om even door de zure appel te bijten en te wachten tot de prijzen aan de pomp ook weer dalen? “De prijzen op de internationale markten zijn zodanig volatiel dat je heel moeilijk voorspellingen kan doen”, antwoordt Johan Mattart. “Elke situatie op het internationale toneel kan aanleiding geven tot een koersstijging of -daling.”
Johan Mattart in Het Laatste Nieuws.
www.brafco. be
Met de dealer locator vinden consumenten die op zoek zijn naar een handelaar nu ook de naam van uw bedrijf in alle gemeentes waar u levert.
HOE WERKT HET?
Ga naar “Ledenportaal” “Mijn account” “Vestigingen” “Vestiging bewerken” “Selecteren” (om een postcode toe te voegen).
U kan individuele postcodes toevoegen en/of postcodebereiken selecteren door op “bereik” te klikken. Klik elke keer op “Item toevoegen” en helemaal aan het einde op “Opslaan”.
Zie ook de verklarende nota “Postcodes aanpassen voor vestigingen” in de rubriek “Documenten” op de website.
Gewoon even de gegevens in uw account aanvullen!
BRAFCO
Om zoekertjes te laten verschijnen in de volgende editie van Brandstoffen (januari 2026), kan u het formulier gebruiken dat u vindt op pagina 46 van onze uitgave van september-oktober 2025.
Graaddagen
Wij helpen jouw klanten met het betalen van hun energierekening
→ ONTDEK ONZE WEBSITE
mét simulatiemodule, brandstofprijzen en getuigenissen.
Meer info: www.verwarmingsfonds.be
→ FOLDERS
Bestel jouw exemplaren via onze website.
P.S.: Vergeet niet om ook de syndici van appartementsgebouwen te informeren.
We hebben allemaal recht op een warme thuis, toch?
Vergelijking van de laatste drie mobiele jaren met de norm* (graaddagen 15/15, station Ukkel)
* De norm is het gemiddelde van de graaddagen berekend in Ukkel tussen 1833 en 1979
Contacteer ons voor meer info:
▶ Verkoop nieuwe & tweedehandse ADR voertuigen
▶ Aankoop en overname van uw ADR tankwagen voor internationale export
▶ 25 jaar ervaring in aankoopadvies en technische ondersteuning