gebieden op dan die van niet-HSP’ers. Dat is dus die diepgaande verwerking. Onder andere Bianca Acevedo heeft hiernaar onderzoek gedaan. HSP’ers denken dus niet zoals niet-HSP’ers. Hun hersenen functioneren anders. Hooggevoelige mensen krijgen van de buitenwereld daarom nog wel eens te horen dat ze veel te ver gaan in hun denken of zaken zwaarder maken dan ze zijn. Welke aspecten zie je nu vaak voorkomen bij kinderen met een hooggevoelige aard? • Subtiel waarnemen van informatie; • Intense beleving van waargenomen informatie; • Diepere verwerking van informatie; • Sterk inlevingsvermogen. Vaak zie je dat non- verbale signalen worden waargenomen en men de andere persoon echt kan ‘lezen’; • Sterk associatief vermogen; • Vaak een groot rechtvaardigheidsgevoel.
Uiteraard kunnen deze kwaliteiten ook bepaalde schaduwkanten of negatieve emoties oproepen. De volgende aspecten hebben hiermee te maken: • Overprikkeling. Doordat prikkels zich opstapelen is er geen ruimte voor een herstelperiode en kan er buiten proportioneel gedrag ontstaan; • motionaliteit; alles raakt hen dieper; • Opgewonden gedrag zoals niet stilzitten, erg enthousiast zijn (niet te verwarren met ADHD); • Aanpassingsproblemen bij bijvoorbeeld verandering; • Zich afgewezen voelen en daar vaak van te voren al op anticiperen; • Lawaai wat kan zorgen voor vermoeidheid, fysieke klachten, stress. Belangrijk is te beseffen dat het positieve effect van vooral ingaan op de kwaliteiten erg belangrijk is, mede ook omdat de invloed hiervan op het functioneren van je kind langer aanblijft. Dit noemen we vintage sensitivity.
Hoe weet je nou of je kind hooggevoelig is? Uit onderzoek blijkt dat 15-20% van de bevolking een hooggevoelige aard heeft, evenveel mannen als vrouwen. Je ziet het ook bij dieren en jonge baby’s. Elke van Hoof vertelt dat het moeilijk is de doelgroep kinderen te onderzoeken in het kader van hooggevoeligheid waardoor nog niet alles bekend is. Uit observatie heeft zij wel geleerd dat hoogsensitieve kinderen de wereld in hun eigen tempo verwerken. Dit wordt echter niet altijd erkend waardoor kinderen vaak een ander stempel krijgen en dat kan ander gedrag in de hand werken zoals agressie bij overprikkeling.. Op hen inpraten en straffen heeft dan geen zin. Als je HG kinderen op momenten van conflict even met rust laat, kalmeren ze sneller. Ook hebben deze kinderen een kader nodig. Ze willen weten waarom men iets van hen verwacht en ze willen inspraak. Door hen structuur te bieden en hen in het overleg te betrekken, kun je veel problemen omzeilen.
3