Ik ontsnapte uit Auschwitz - Appendix 4

Page 1


Auschwitz-7edruk-22juli_Opmaak 1 07-01-14 12:07 Pagina 421

APPENDIX IV

VERKLARING

IN DE ISRAELISCHE TE LONDEN

AMBASSADE

e volgende verklaring werd door Rudolf Vrba afgelegd in de IsraĂŤlische ambassade in Londen, om tijdens de rechtszaak tegen Adolf Eichmann in Tel Aviv aan de rechtbank voorgelegd te worden:

D

IK, ONDERGETEKENDE, verklaar hierbij als volgt en onder ede: Ik heb in Auschwitz gevangengezeten van 30 juni 1942 tot mijn ontsnapping op 7 april 1944. Gedurende deze tijd heb ik als lid van het zogenaamde Sonderkommando van de Afdeling Eigendommen gewerkt. Deze afdeling had te maken met de eigendommen van mensen die in Auschwitz vermoord waren. Ik heb voor deze afdeling gewerkt tot juni 1943. Ik was aanwezig bij elk transport naar Auschwitz, of als ik niet aanwezig was, daar dit werk in ploegendiensten gedaan werd, was ik in staat om de aantallen via mijn kameraden in dit commando te vernemen. Daardoor bevond ik mij in een goede positie om een redelijk idee te krijgen van de aantallen mensen die in Auschwitz aankwamen. De cijfers werden ten eerste berekend aan de hand van het aantal wagons waaruit de transporten bestonden. En ten tweede op basis van de dichtheid waarmee de wagons volgepropt waren met mensen. En daar ik een aanzienlijke periode op die plek gewerkt heb, was ik in de gelegenheid om uitgaande van mijn ervaring het totale aantal te schatten. Ik was er gewoonlijk bij wanneer de gearriveerde treinen geopend werden. Daardoor had ik de gelegenheid om informatie uit de eerste hand te verkrijgen omtrent het aantal mensen dat in Auschwitz aankwam. 421


Auschwitz-7edruk-22juli_Opmaak 1 07-01-14 12:07 Pagina 422

Vanaf het begin dat ik op die plek werkte heb ik statistieken bijgehouden met het doel deze cijfers zo snel mogelijk bekend te maken, en ik zorgde er daarom voor dat de cijfers goed gecontroleerd werden. Naast de hierboven genoemde gelegenheden was het voor mij mogelijk om de aantallen die ik uit directe waarneming verkregen had te vergelijken met de cijfers die ik kreeg van mensen die zelf met de transporten waren meegekomen. Gewoonlijk werd namelijk een klein deel van elk transport eruit gehaald op het geĂŻmproviseerde spoorwegstation en gevangengezet in Auschwitz, terwijl de rest van het transport direct na aankomst vermoord werd. De overlevenden van elk transport wisten vaak heel goed hoeveel mensen er in de plaatsen waarvandaan ze vertrokken waren, in de trein geladen waren. Zo kon ik mijn eigen waarnemingen regelmatig controleren door ze te vergelijken met wat ik van deze overlevenden hoorde. In juni 1943 werd ik uit het Sonderkommando gehaald en tewerkgesteld als registrator van het zogeheten quarantainekamp, dat hoorde bij het hele Auschwitz-Birkenau KZcomplex. De overlevenden van elk transport (dat wil zeggen het deel van het transport dat niet onmiddellijk na aankomst vergast werd, ongeveer tien procent van het transport) werden in dit quarantainekamp geplaatst en het was een deel van mijn dagelijkse taken om hun namen en nummers te registreren. Ik wil er wel op wijzen dat er een hele groep registrators was en dat ik daar maar ĂŠĂŠn van was. Niettemin was het mijn taak om een samenvattend rapport van het hele registratiekantoor te maken, dat dagelijks ingeleverd moest worden bij de zogenaamde Politieke Afdeling van het concentratiekamp Auschwitz. Doordat ik deze taak had, was ik ook nu in staat om informatie uit de eerste hand te verzamelen over ieder transport dat binnenkwam in het concentratiekamp Auschwitz. Als registrator was ik natuurlijk ook in de gelegenheid om te spreken met de leden van elk transport die niet onmiddellijk gedood werden maar uitgezocht werden om in het kamp te werken.Van hen ontving ik de exacte cijfers van het aantal mensen van elk transport en daar ik de gelegenheid had om met verschillende overlevenden van elk afzonderlijk transport te praten, was ik in staat om het aan422


Auschwitz-7edruk-22juli_Opmaak 1 07-01-14 12:07 Pagina 423

tal personen van de transporten nauwkeurig vast te stellen, alsook de plaatsen waar transporten vandaan kwamen. Natuurlijk waren er ook talloze transporten die in zo’n miserabele toestand in Auschwitz aankwamen, als gevolg van de wijze waarop ze vervoerd werden, dat de kampcommandant geen enkele persoon ervan geschikt achtte om in het concentratiekamp tewerk te worden gesteld. De mensen van deze transporten werden zonder verdere selectie direct vergast, wat betekende dat niemand van hen door het quarantainekamp heenging. Toch was ik in staat om zelfs die transporten bij te houden aan de hand van informatie die ik verkreeg van: a) Philip Mßller (huidige woonplaats Praag-Letna, Tsjechoslowakije), die in de gaskamers werkte en om technische redenen (zoals de hoeveelheid houtskool die nodig was voor de crematie en dergelijke) precies wist hoeveel mensen er vergast werden. b) Andere gevangenen die in de gaskamers zelf werkten. Ik noem Philip Mßller apart omdat hij blijkbaar de enige van deze groep is die nu nog in leven is. c) Ik controleerde de aantallen vergaste personen aan de hand van de rapporten van gevangenen die te maken hadden met voorwerpen (eigendommen) die uit de gaskamers kwamen. Dat wil zeggen kleren, bagage, etc. Aan de hand van de hoeveelheid kleren en bagage, gevoegd bij de kennis van de herkomst van de transporten (dat betekent de kennis verkregen uit alles wat de vergaste mensen nalieten), was het mogelijk om een redelijk nauwkeurige schatting te maken van het aantal mensen dat in de gaskamers omgekomen is. Samengevat waren de statistieken die ik in april 1944 aan vertegenwoordigers van de zionistische organisaties in Slowakije overhandigde, gebaseerd op het volgende: a) De directe waarnemingen van de treinen en de aantallen wagons. b) Gesprekken met die leden van de transporten die niet onmiddellijk na aankomst gedood werden maar gevangen werden gehouden in het kamp van Auschwitz. 423


Auschwitz-7edruk-22juli_Opmaak 1 07-01-14 12:07 Pagina 424

c) Toegang tot de gegevens van de zogeheten Economische Afdeling, die de eigendommen van de omgekomenen behandelde. d) De rapporten van het registratiekantoor van het quarantainekamp in Auschwitz, waar ik toegang tot had. e) Al deze cijfers werden gecontroleerd aan de hand van directe informatie van gevangenen die in de gaskamers en de crematoria van Auschwitz werkten en die de exacte aantallen kenden omdat ze met de lichamen van de omgekomenen te maken hadden. Aan de hand van de informatie die op deze manier verzameld en gecontroleerd was, heb ik tijdens de oorlog mijn statistieken verzameld. Ze vormden onderdeel van het materiaal van de openbare aanklager in de processen van Neurenberg, onder nr. NG 1061. Volgens deze statistieken bedroeg het aantal mensen dat tot 7 april 1944 in Auschwitz omgekomen is ongeveer 1.750.000, met een marge van niet meer dan tien procent. Ik wil er nog op wijzen dat deze statistieken alleen betrekking hebben op het aantal mensen dat in Auschwitz omgekomen is tot 7 april 1944. Dus het cijfer dat de uitkomst van mijn statistieken vormt omvat niet de mensen die na 7 april 1944 omgekomen zijn, voornamelijk Hongaren, die niet in mijn statistieken voorkomen omdat hun vernietiging pas in mei 1944 begon, meer dan een maand na mijn ontsnapping uit Auschwitz. Het resultaat van de Hongaarse transporten was ongeveer 400.000 doden, wat het totaal aantal omgekomenen in Auschwitz op 2.150.000 brengt. Bovendien hebben er in totaal in Auschwitz zo’n 400.000 mensen gevangengezeten. Daar de officiÍle cijfers van na de oorlog laten zien dat van deze 400.000 er toen nog ongeveer 50.000 in leven waren, komt het aantal mensen dat in Auschwitz omgekomen is op 2.500.000. Dit aantal van 2.500.000 omvat dus het totaal van mijn eigen statistieken van april 1944, plus het bekende aantal van 400.000 Hongaren die in mei, juni en juli 1944 omgekomen zijn, plus het officiÍle aantal van 350.000 geregistreerde gevangenen die in Auschwitz omgekomen zijn. Daaruit vloeit voort dat op basis van mijn berekeningen het totale aantal mensen dat in het concentratiekamp Auschwitz de dood 424


Auschwitz-7edruk-22juli_Opmaak 1 07-01-14 12:07 Pagina 425

heeft gevonden 2.500.000 bedraagt. Ik wil er ten slotte nog op wijzen dat twee jaar na de oorlog, in 1947, kampcommandant Höss gearresteerd is en berecht is voor het hof in Krakow. Voor dit hof verklaarde Rudolf Höss, die de leiding had over het vergassen van de pas aangekomenen, dat het hem verboden was om statistieken van het aantal mensen dat daar aankwam bij te houden, want hij moest z’n werk aan Berlijn rapporteren zonder dat hij zelf kopieën van z’n rapporten mocht bewaren. Maar voor zover hij zich kon herinneren meende hij dat het aantal slachtoffers van Auschwitz 2.500.000 was. Zo kwamen mijn schattingen van het aantal doden van Auschwitz en de schattingen van Rudolf Höss goed met elkaar overeen, terwijl ze onafhankelijk van elkaar en door middel van verschillende methoden tot stand gekomen waren. Ik verklaar bij de Almachtige God dat dit mijn naam en handtekening zijn en dat de inhoud van mijn beëdigde verklaring waar is. Rudolf Vrba, Israëlische Ambassade, Londen. 16 juli 1961.

425


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.