10 minute read

Een jubileum om trots op te zijn

Next Article
WINTERSERVICE

WINTERSERVICE

Inmiddels spreek ik al een aantal jaren met unieke mensen uit Eijsden-Margraten en omgeving om er een mooi verhaal over te schrijven. Toch is deze keer extra speciaal, want over deze persoon ging de allereerste ‘Amber ontmoet…’. Voor de tweede keer spreek ik Math Roijen en wel om een hele bijzondere reden: zijn stichting Un Abrazo para los Amigos bestaat op 4 oktober tien jaar. Dat is uiteraard een mooi moment om terug te kijken op wat er de afgelopen jaren gebeurd is en wat Math drijft om zich nog steeds vol passie in te zetten voor mensen in Argentinië.

door Amber Bakker

‘Och, jij bent ook niks veranderd!’, zegt Math direct wanneer we elkaar na vier jaar weer zien. Hetzelfde geldt voor hem: het enthousiasme in zijn ogen is nog altijd evenveel aanwezig als toen. En iets zegt me dat dat al die jaren al zo geweest is. Tien jaar geleden begon Math, samen met zijn vrouw Tonnie, de stichting ‘Un Abrazo para los Amigos’ om mensen in Argentinië te helpen. Het begon met één project en één gezin. Inmiddels is dat uitgegroeid tot 5 grote projecten en 34 gezinnen, met in totaal 86 kinderen die geholpen kunnen worden.

Wat opvalt is dat de stichting eigenlijk meer per toeval is ontstaan: ‘Tien jaar geleden veranderde de wetten rondom de inkomstenbelasting. Tonnie en ik zetten ons op dat moment al een jaar of 5 in voor kinderen in Azul, een plaatsje in Argentinië. Vanwege de nieuwe fiscale regels werd ons geadviseerd om die hulp voort te zetten onder de naam van een stichting. En dat hebben we gedaan op 4 oktober 2012.’

Zelfvoorzienende projecten

De keuze om er een stichting van te maken heeft veel positieve gevolgen gehad, legt Math uit. ‘Er kwamen meer vrijwilligers en er was opeens een bestuur bij betrokken. Het werd allemaal veel professioneler en dat maakte het mogelijk om meer mensen te helpen.’ De stichting heeft in de afgelopen jaren verschillende projecten opgezet. De allereerste was een dagopvang, waar jongeren met een beperking terechtkunnen. ‘Bij de start waren er 6 kinderen, maar dat zijn er inmiddels al 30’, zegt Math trots. ‘En wat ook bij dit project hoort is de nachtopvang voor 8 gehandicapte jongeren en een speciale taxi voor mensen in een rolstoel. Daarmee worden de kinderen vervoerd, maar de taxi wordt ook gebruikt door senioren die het kunnen betalen. Met deze opbrengsten zorgen we ervoor dat alle kosten voor het vervoer van de kinderen gedekt zijn.’

Math vertelt dat ze zo’n systeem bij ieder project proberen in te bouwen: ‘We streven ernaar dat een project kan blijven draaien door de inkomsten die het oplevert. Bij een ander project ‘Comedor Sol Real’, een opvang voor straatkinderen, hebben we bijvoorbeeld een bakkerij gebouwd. De producten die daar worden gemaakt gebruiken we voor onze projecten zelf en voor de gezinnen die we ondersteunen, maar ze worden ook verkocht. Op dit moment levert dat genoeg op om al negentig procent van de kosten te financieren.’ En wat ook leuk is om te weten: de bakkerij heeft wel een hele bijzondere naam. Hij is namelijk vernoemd naar het plaatsje waar Math woont: Bakkerij Banholt.

Moeilijke keuzes

De hulp die de stichting aanbiedt, is hard nodig. Dat maakt Math duidelijk met een pijnlijk voorbeeld: ‘Voor een kilo brood moeten de mensen al een uur werken. Voor een liter melk drie kwartier. Ze werken dus eigenlijk de hele dag voor de meest elementaire zaken.’ Door flinke inflatie merkt Math dat de armoede blijft toenemen. ‘Steeds meer mensen vragen om voedselpakketten. En daar komt bij dat het momenteel erg koud is in Argentinië, dus veel gezinnen hebben ook een kachel nodig. Deze aanvragen komen allemaal bij ons binnen.’ Dat is meteen het nadeel van het succes van de stichting: mensen die hulp nodig hebben, weten Un Abrazo para los Amigos te vinden. ‘Dat is natuurlijk fijn, maar het lukt ons helaas niet om iedereen zomaar te helpen. Hoe graag we dat ook zouden willen’, zegt Math. Lastig, denk ik meteen. Want hoe kies je dan waar het geld naartoe gaat? En wie je wel en niet kunt ondersteunen? Math legt uit hoe ze dat doen: ‘We hebben twee contactpersonen in Azul die ons adviseren waar we het beschikbare geld het beste aan kunnen besteden. En het helpt ook mee dat we al jaren ervaring hebben met projecten opzetten, dan lukt het vaak wel om aan te voelen wat de juiste keuze is. Maar ‘nee’ zeggen is echt het allermoeilijkste om te doen als het gaat om deze stichting besturen.’

4 voor en 1 tegen

Uit alles wat Math zegt blijkt dat de stichting erop gebrand is om koste wat het kost, zoveel mogelijk mensen te helpen. Toch hebben Math en Tonnie het afgelopen jaar een lastige keuze gemaakt. Ze hebben namelijk besloten om niet meer te beginnen aan grote, nieuwe projecten. ‘Uiteindelijk is deze keuze unaniem met het hele bestuur gemaakt, maar eerst was het 4 voor en 1 tegen. En die ene was ikzelf.’ Math laat even een pauze vallen en vertelt daarna verder: ‘Hoe lastig ik het ook vind, het is beter om onze energie nu te steken in de bestaande projecten goed draaiende houden. Dat vraagt al veel werk. Natuurlijk hoop ik dit nog lang te kunnen blijven doen, maar we moeten er ook rekening mee houden dat ik het ooit moet overdragen. Dan is het beter dat we niet midden in de opstart zitten van een groot project.’ Nu focust de stichting zich dus vooral op de vijf bestaande projecten. Op het moment dat ze een nieuwe aanvraag krijgen, dan proberen ze bij te dragen door kleine verbeteringen te maken. En wat Maths opvolging betreft: zijn zoon Jeroen staat vol enthousiasme klaar om de rol van voorzitter over te nemen. ‘Als het mij niet meer lukt om dit vol te houden, dan zal ik een stapje terug doen en verder gaan als bestuurslid’, licht Math toe. ‘Maar zolang ik het kan, doe ik het’, zegt hij vastberaden.

S Doorkindgebondendonaties,inditgevaldooreen donateur uit Voerendaal, kan de kleine Loana een schooluniform kopen en goed gekleed naar school gaan. S Dezedoordestichtinggesteundekinderenbakken

Veranderingen

In een terugblik op de afgelopen jaren moet natuurlijk ook een plekje zijn voor de grootste uitdagingen die de stichting is tegengekomen. Deze hebben te maken met een voornemen dat Math en Tonnie bij de start van de stichting hebben uitgesproken: de organisatie moet beheersbaar en kosteloos blijven. ‘Ten eerste moet iedere euro die we van derden krijgen, besteed worden aan hulp in Argentinië. We hebben inmiddels ongeveer 50 vrijwilligers en niemand krijgt een vergoeding. Het kan natuurlijk soms wel lastig zijn om aan die mensen te komen, maar dat is wel echt iets waar we ons best voor willen doen.’

De tweede afspraak die Math en Tonnie met zichzelf hebben gemaakt tien jaar geleden is volgens Math misschien nog wel belangrijker: ‘Op het moment dat wij niet meer weten welke kinderen wij ondersteunen, gaan we geen nieuwe kinderen meer aannemen. Het ergste is dat je 86 kinderen ondersteunt en niet meer weet wie het zijn.’ Math is er honderd procent van overtuigd dat dit de enige manier is om echt effectieve hulp te bieden. De stichting weet precies welke kinderen ze helpen en wat zij nodig hebben. Dat is ook belangrijk voor de band tussen kind en donateur. Math sluit zijn toelichting af met een mooi statement: ‘Je zegt niet: ‘kind 86 heeft een fiets nodig heeft om mee naar school te gaan’, dat klopt niet. Nee, Loana heeft een fiets nodig om mee naar school te gaan.’

Al 10 jaar hetzelfde

De drive van Math is na meer dan 10 jaar nog steeds hetzelfde. Ook krijgt hij nog altijd dezelfde steun van mensen om hem heen. Volgens Math is dat de reden dat hij zich zo kan blijven inzetten: ‘Mijn werk wordt gedragen door mijn vrouw Tonnie, de bestuursleden, alle vrijwilligers en de vele trouwe donateurs.’ Math vertelt daar een emotionele anekdote over: ‘Vanmorgen lag er een envelop op onze deurmat met daarin een mooi bedrag voor Argentinië. Het was een anonieme donatie; er stond geen naam op. Ik vind het zo bijzonder als mensen dat doen. Dat raakt me altijd enorm.’

Dit gevoel ervaart hij ook als Math in Argentinië is. ‘De dankbaarheid die je dan voelt is niet te beschrijven. En het is helemaal bijzonder als je de kinderen ziet opgroeien.’ Twee ‘Amigo’s’ (kinderen) die ondersteund worden door de stichting ronden binnenkort hun studie af en krijgen dan een universitair diploma. Math heeft al vele jaren contact met deze getalenteerde jonge mensen. ‘Als zo’n jongen of meisje dan uitgroeit tot een jongvolwassene die nu zelf voor de familie kan zorgen, dan ben je zo blij dat we hen daarin konden ondersteunen.’ Ik vraag wat hij daardoor voelt. ‘Hoe dat voelt?’, zegt Math bedenkelijk. ‘Dat voelt hetzelfde als wanneer MVV met 10-0 zou winnen van Ajax.’

Kortom, de stichting heeft in tien jaar veel kunnen bereiken. Een jubileum om trots op te zijn dus. Een jubileumfeest zit er alleen niet in, want het zou niet bij de stichting passen om daar geld aan uit te geven. Hoe cliché het ook klinkt, voor Math is het al feest genoeg om zijn werk te doen en ieder half jaar Argentinië te bezoeken. Als het aan hem ligt, gaat hij hier nog lang mee door. Op naar het volgende jubileum. BAKKER

Ze is vierentwintig lentes jong, leergierig, ambitieus, een tikkeltje naïef, Brabants met een voorliefde voor Limburg en Afrika, een enorme kwebbelkous en een wereldverbeteraar Maar ze is vooral ontzettend nieuwsgierig. Nieuwsgierig naar de wereld. En naar mensen met een verhaal. Een bijzonder verhaal. En dus speurt Amber voor Van Harte het Heuvelland af naar markante mensen met een opmerkelijk verhaal. Als ze die mensen ontmoet, dan gaat ze met hen in gesprek. Die gesprekken vertrouwt ze toe aan papier en aan Van Harte. In haar eigen rubriek: Amber ontmoet…

Wij zoeken nieuwe collega ’s!

Wij zoeken:

- automonteur die meer wil dan alleen maar sleutelen en ook inzetbaar is voor receptie en magazijnwerkzaamheden

- automonteur met APK

- leerlingautomonteur

Werkzame uren in overleg, mogelijkheden van 16 tot 38 uur.

F EARTH 16 12 1997

Amber Bakker

<<P>>/<<AMBER<<BAKKER>>>>>>>>>>>>>>>

01234567890AAA987654321BBB<<<<<<<<<<<<00

Devoetbalcompetitieisweerbegonnen.‘Hoera!’,zullenmiljoenenvoetballiefhebbersinonsland zeggen.Hoezo?,isdeenigegedachtedieinmijnhoofdopborrelt.Ikvindvoetbalnietperdefinitie eenleukesport.Waaromdatzoiszalikuindezecolumntrachtente‘verdutsen’.Toenikeenjaar of tien was, mocht ik voor het eerst een serieuze hobby gaan uitoefenen. Ik was weliswaar al volleerd‘koerëzel’opdedagnamijnEersteHeiligeCommunie(daarmoetikuooknogeensiets oververtellen)enmochtalvroegopblokfluitles,maareenéchtehobbyhadikniet.Indietijdkonje ooknogniethobbymatiggaanfreerunnen,boomknuffelenofmeditatiefboetseren;dekeuzewas, integenstellingtotvandaagdedag,vrijbeperkt.Inmijngevalbestonddekeuzeuitvoetballenofbij deharmoniegaan.Ondanksdatvaderbijzoongeveeralleverenigingeninhetdorpwas,hadhijwel eenuitgesprokenvoorkeurvoordeharmonie.Dieclubhadduseenkleinevoorsprong,maartoch wildeikhetvoetbaleenkansgeven.

HansvanBreukelenzorgdevooreendoorbraak.Hij wistnamelijkdebeslissendepenaltyvandeRussenin deEK-finalevan1988testoppenendatvondikzo’n mooimoment,datikdacht:datwilikook!Bovendien staatzo’nkeeperdehelewedstrijdopéénplekenhoeft hijzeldenachtereenbalaanterennen.Datsprakme nógmeeraan.Voormijnverjaardagvroegikeenpaar keepershandschoeneneneentruimetnummer1.Die kreeg ik ook nog. Ik was zo blij als een kind; ik was immers een kind... Die zomer diende de muur van de garagealsgoalenmijnbestevriendalsIgorBelanov. Ik tok bij iedere bal met mijn rechtervinger mijn rechteroog naar beneden, keek mijn kameraad ‘de Rus’indringendaanendooknaarelkebal.Alsfamilie op bezoek kwam, moesten mijn keeperskunsten vertoondworden.Hetritueelmaakteoverigensmeer indruk dan mijn keeperskwaliteiten; er raakten veel meer ballen de muur dan mijn handschoenen. Ook de nieuwe vriend van mijn oudere zus moest zien wat ik allemaal kon. Hij voetbalde in het eerste elftal bij een club in een naburig dorp en zou wel eens met me trainen. Ik zag aan de horizon al een betaalde voetbalcarrière gloren en was in mijn nopjes. De ‘leefste’ van mijn zus schoot de ballen in alle hoeken en zweepte me op: Ik was Maarten… Maarten van Bruükele oét Groéselt! Ik had daarbij niet in de gaten dat‘deleukerd’melangzaammaarzekerrichtinghet zwembadje lokte, dat die zomer in de tuin stond. Bij een welgeplaatst schot in de fictieve kruising, vloog ik naar de bal. Als ik die zou pakken, zou die vrijer er vast voor zorgen dat ik binnen een paar jaar op het eerstevanPSVstond.Hetschotkwamenikhaddebal inderdaadinmijnnieuwekeepershandschoenen.Wat ikookhad,waseenzeiknatkeeperspak,inclusiefmijn nieuwe handschoenen. Ik was ‘vuur te verrêkke’ en mijnambitiesomkeepertewordenstondenvanafdat momentophetlaagstepitjeooit,kanikuvertellen.

In diezelfde tijd gingen we ’s zomers bijna elke avond met vrienden naar buiten. Ik wilde dan het liefst crossen, soldaatje spelen of ‘appele klawwe’, maar mijn matties waren allemaal voetballers. En dus gingen we ‘foebele’ in het park. Mijn kompanen gedoogden mijn deelname, ook al wisten ze dat ik gezegend was met twee linkervoeten én –benen, voorzitter was van de Knieënclub en dat ik niet voor voetbalgeborenwas.IndatparkinGronsveldlagons ‘Old Trafford’: strak als een oud noppenbiljartlaken, groen als gras natuurlijk en met een beetje mazzel nietbezaaidmethondenkeutels.Rapwerdenertwee partijen gemaakt en dan kon de match beginnen. Sommige jongens waren vreselijk fanatiek en gingen volledig op in de wedstrijd, maar ik vond het spel niet zo spannend. Als een ‘piépel’ langs fladderde kon ik de neiging om erachteraan te dartelen zelden onderdrukkenenalsiemandriepdatikwéérbuitenspel stond, ging ik braaf op het muurtje zitten (dat was mijninterpretatievan‘buitenspel’).Alsikdeopdracht kreegom‘bijmijnmannetje’teblijven,gingikzodicht mogelijk achter hem lopen. Dat was niet bevorderlijk voor zijn voetbalspel. Ik kwaakte bovendien aan één stuk door allemaal onnozelheden in zijn oor om hem af te leiden. Totdat hij er genoeg van had, mij als blijk van waardering van een gratis knietje voorzag en vervolgens kwaad van het veld afstormde. Op de eerste maandag na de zomervakantie had ik mijn eerstesolfège-lesbijdeharmonie,maardathaduvast algeraden…

En nu is het zover dat zoonlief voetbalt. Hij is overigens ook bij de harmonie. De tijden zijn blijkbaar zodanigveranderddatdiehobby’snuwélgecombineerd kunnen worden. Enfin, mij valt nu de eer te beurt om op zaterdag langs de lijn de voetbalverrichtingen van mijn zoon en zijn matties gade te slaan. Tof dat ze er lol aan beleven, maar ik heb er nog steeds niets mee. Ik plaats mezelf buitenspel door niet te dicht bij de andere toeschouwers te gaan staan. Dan hoef ik nietmeetepratenoverzakenwaarikgeenbenulvan heb én kan ik vrijelijk achter een vlinder aan dartelen, mochtdeheuglijkesituatiezichvoordoen.Bijdeingang van ‘het sportcomplex’ staat een duidelijk bordje met daarop onder andere de tekst dat voetbal een spel is, dat mee-coachen verboden is, dat het om kinderen gaat en dat de wereldbeker hier niet te winnen valt. Een kwartier later blijkt al dat begrijpend lezen niet vooriedereenisweggelegd.Terwijliktijdensdetweede helft geconcentreerd de reclameborden afspeur op zoek naar spelfouten (Voor al U verbouwingen!), krijgt een vader een eindje verderop een meltdown waar ze in Tsjernobyl bang van zouden worden. Dat deze voetbalvader ‘Maastrichtser’ praat dan alle Tempeleers aan het eind van carnavalsmaandag op een dronken hoop in De Karkol bij elkaar, versterkt het effect alleen maar. Eerst krijgt zoonlief ervan langs: ‘Iechhattiegtogkezagtotseneetmoosaofspeule! Pingelemooste, soppegreuntotstedaorlöps!’ Nadat de zoon zich, na de zoveelste tirade van pa, onder de middenstip heeft verstopt, is de scheidsrechter aan de beurt: ‘Heij, wandelendwaffeliézer, höbsekelleverindunpupse, sjeelstöksaucyzebruudsje, datisunnepenantie! Datzuugiechvaanheij!’ De arbiter tackeltzichzelfenbestraftdatspontaanmeteenrode kaart. Als Tinus Tiédbom op enig moment werkelijk fysiek dreigt te ontploffen, brengt het eindsignaal gelukkig verlossing. Zijn kleur verandert van fluorescerend mauve naar het standaard tabaksrook geel en iedereen kan weer opgelucht ademhalen. Volgendeweekiserweereenmatch.Hoera…

MaartenHeijnen

Maarten is eigenaar van, maar vooral schrijver bij tekstbureau Text’M. Tevens is hij Neerlandicus en actief bij heemkundestichting Grueles. Hij heeft een passievoorauto’s,muziekéndialect.

Noorbeeks eetcafé danst met de seizoenen mee:

This article is from: