ZwembadBranche #82

Page 44

Nationaal Plan Zwemveiligheid 2021-2024

na de zwemles’

Hoe blijven we zwemmen De uitvoering van het Nationaal Plan Zwemveiligheid 2021-2024 is in volle gang. De Nationale Raad Zwemveiligheid (NRZ) treedt op als verbinder en is tevens kartrekker van diverse specifieke thema’s. Verder nemen de Koninklijke Nederlandse Zwembond (KNZB), Vereniging Werkgevers in Zwembaden en Zwemscholen (WiZZ), Vereniging Sport en Gemeenten (VSG), Reddingsbrigade Nederland en VeiligheidNL het voortouw met specifieke thema’s. Alle betrokken partijen streven ernaar dat het aantal verdrinkingsongevallen daalt en tegelijk meer Nederlanders regelmatig zwemmen en genieten van het Nederlandse zwemwater. Dit alles met ondersteuning van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).

Het plan telt 16 thema’s verdeeld over verschillende pijlers en in dit artikel zoomen we in op de drie thema’s ‘Blijven zwemmen na de zwemles’, ‘De rol van scholen’ en ‘Kinderen uit arme gezinnen’. Sjors Lommerts (KNZB) en Herman Rijsdijk (VSG), projectleiders van deze thema’s, vertellen over de ontwikkelingen en plannen.

Thema ‘Blijven zwemmen na de zwemles’ Vanuit de KNZB is Sjors Lommerts verantwoordelijk voor het thema ‘Blijven zwemmen na de zwemles’ waarmee men vooral de deelname aan zwemactiviteiten wil vergroten. “Het is belangrijk dat kinderen plezier ervaren en vertrouwd blijven in het water (dus zwemveilig blijven). Zeker in een waterrijk land als Nederland. Daarom willen we kinderen tijdens en na het leszwemmen een brede sportkennismaking aanbieden, waardoor ze in hun vrije tijd vaker

44

ZWEMBADBRANCHE

kiezen om te gaan zwemmen (al dan niet in verenigingsverband). Nu blijft slechts een klein deel van de kinderen zwemmen na het zwemlestraject. Als ze lid worden/blijven van een zwemvereniging of reddingsbrigade blijven ze zwemvaardig, wordt de sportparticipatie verhoogd én blijven de verenigingen vitaler. Om deze doelen te realiseren, wordt samengewerkt met de NRZ, NOB (Nederlandse Onderwatersport Bond), Reddingsbrigade Nederland, NCS (Nederlandse Culturele Sportbond) en WiZZ.” Inmiddels heeft men meer inzicht gegeven en gekregen in lokale samenwerkingen die de zwem(sport) participatie verhogen. “Deze inzichten en good practices delen we met verenigingen, exploitanten en gemeenten zodat zij deze naar eigen inzicht en mogelijkheden kunnen inzetten. Daarnaast zijn er proeftuinen gestart, bestaande uit lokale initiatieven die kennis met elkaar delen. Tevens is een samenwerking

opgestart met Windesheim om landelijk en cijfermatig in kaart te brengen wat de stand van zaken is aangaande het thema ‘Blijven zwemmen na de zwemles’. Verder zijn we bezig met het doorontwikkelen van de zwemvaardigheidsdiploma’s en willen we dit jaar crossovers maken naar andere thema’s.

Thema’s ‘Rol van scholen’ en ‘Kinderen uit arme gezinnen’ Bij het thema aangaande scholen werkt de VSG samen met de NRZ, KNZB, KVLO, AVS, WiZZ en KCSB. Rijsdijk houdt zich hierbij vooral bezig met welke rol zij op zich kunnen nemen om de zwemveiligheid van de​​ leerlingen te vergroten en/of te​​ behouden. “Ongeveer 30% van de basisscholen biedt enige vorm van schoolzwemmen aan. Dit kan gericht zijn op diplomazwemmen of natte gymlessen die meer gericht zijn op bewegingservaring opdoen in het


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.