!,5-.) -!'!:).%
vier maanden- op vakantie in het hoger gelegen Zinal, waar hij al sinds zijn jeugd regelmatig komt. Joost heeft een paar uur ingeruimd om zijn bezoek een rondleiding te geven door het omvangrijke Alcan-complex, dat op fietsafstand ligt aan de rand van de stad. Voor Jelmer is het de eerste keer dat hij kan rondkijken in de keuken van de aluminiumgigant, waar zijn zwager sinds 2002 werkzaam is na banen bij Tebodin in Nederland (van 1991 tot 1997) en Giovanola in Zwitserland (een bedrijf in chemische en pharmaceutische procesinstallaties, van 1997 tot 2002). Enorme machines pletten grote blokken aluminium tot meterslange platen die onder meer worden gebruikt in de machine- en automobielindustrie. Tijdens de rondleiding vertelt ieder zijn verhaal. Joost noemt de sfeer op de werkvloer goed en relaxed. ‘Als je door deze grote bedrijfshallen loopt lijkt het wel middagpauze, zo rustig. Maar schijn bedriegt. Er wordt constant doorgewerkt. Iedere werknemer weet precies watie moet doen en doet dat ook.’ De organisatie is plat en anti-autoritair en dat bevalt hem wel. ‘Ik heb een hekel aan een chefstructuur.’ Jelmer knikt en waardeert die facetten in zijn eigen werkomgeving. ‘Het is een kwestie van wederzijds respect. Ik bewonder de intelligente en integere benadering van mijn baas. Alles is goed geregeld, ik
heb de ruimte, er is perspectief en dat motiveert me.’ Van Kappel - zijn drie kinderen zijn bijna 5, net 3 en zes maanden- is technisch consultant en ontwikkelaar van nieuwe producten. Het werk bevalt hem uitstekend, zit vol afwisseling en brengt hem door heel Europa. Van der Meulen opereert, zoals gezegd, vanuit St.Gallen (net als Jaap van Dam, zie elders in deze reportage) en is verantwoordelijk voor investment controlling en reporting bij Wegelin & Co Privatbankiers. Zijn werkgever noemt hij een gerenommeerde, snel groeiende bank, waar strategisch denken, innovatieve produkten, ‘global standards’ en onkreukbaarheid belangrijke factoren zijn. In de periode vanaf 1991 had hij diverse banen in Duitsland, Hengelo en Zwitserland, allemaal in de sfeer van controlling, financiële analyse en investeringen. Tussendoor volgde hij een MBA-opleiding in Amerika. Zijn werk ligt op een kwartier met de trein van zijn woonplaats Teufen. Het feit dat ze allebei zijn getrouwd met een Zwitserse zorgt voor de duurzame verankering in het Alpenland. Vanuit die setting zijn ze het Zwitserleven met zijn mooie landschappen, betrouwbaarheid en degelijke mentaliteit steeds meer gaan waarderen. De verzwitsering voltrekt zich allerwegen. Dat is ook aan hun accent te merken. Vooral Jelmer
grossiert in germanismen. ‘Séverine’, zegt hij, ‘spreekt beter Nederlands dan ik.’ Zijn vrouw studeerde, na een jaar conservatorium in Enschede, rechten in Fribourg en is zelfstandig vertaalster aan huis. Joost, wiens vrouw onderwijzeres is, spreekt thuis Frans, terwijl bij Jelmer de omgangstaal Frans of Nederlands is. En ja, de onvolprezen natuur (‘die de Zwitsers ook planologisch aardig in tact houden’), weten ze wel te vinden met hun mountainbike of wandelend. Natuurlijk, het imago van de Zwitser is braaf, pünktlich en deugdzaam, erkennen ze, maar daar is toch niks mis mee? De levensstandaard is hoog, de economie stabiel zonder uitschieters naar boven of beneden. Het leven kent al met al vele pluspunten, vinden ze. Al slaat alleen de ‘vol-casco mentaliteit’ (‘Zwitsers verzekeren zich echt overal tegen’) misschien wat door. Een opsomming van al dat moois? In willekeurige volgorde: de natuur, het openbaar vervoer, het klimaat voor zomer en - wintervakanties, de gezondheidszorg (‘geen wachtlijsten’), weinig criminaliteit (‘al hebben wij ook onze hangjongeren en drugsgebruikers, maar minder’), de integratie van buitenlanders (‘minder gettovorming’), het kwaliteitsdenken (‘alleen het beste van het beste is goed genoeg’), kansen op een baan. En niet te vergeten:
*ELMER VAN DER -EUILEN LINKS EN *OOST VAN +APPEL