Tijd voor taal accent - Spelling - Handleiding 5 - Voorbeeldmateriaal

Page 22

accent

Inleiding

Zo’n algoritme is eigenlijk wel een regel, maar één die via vele denkstappen wordt weergegeven. De leerlingen moeten die denkstappen heel nauwgezet volgen om tot de juiste schrijfwijze te komen. Een voorbeeld in verband met verenkelen of verdubbelen: Wat hoor ik? Een lange of een korte klank? Indien een lange klank: hoeveel medeklinkers hoor ik na de lange klank? Eén? Twee of meer? Of geen? Indien één: volgt er nog een woorddeel na de medeklinker? Indien ja: ik schrijf de lange klank met één teken (bv. peren). Indien nee: ik schrijf wat ik hoor (bv. peer). Hoor ik na de lange klank twee of meer medeklinkers, dan schrijf ik wat ik hoor (bv. paarden). Hoor ik geen medeklinkers na de lange klank ee, dan schrijf ik wat ik hoor (bv. zee); hoor ik geen medeklinkers na de lange klank aa, uu of oo, dan schrijf ik de lange klank met één teken (bv. ja). Indien een korte klank enz. Zo volgen nog verschillende denkstappen voor de schrijfwijze van deze woorden. Het probleem met de meeste algoritmen is dat er te veel denkstappen zijn. In het voorgaande voorbeeld tellen we elf verschillende denkstappen of beslissingen die kunnen worden genomen. De meeste leerlingen slagen er niet in die denkstappen te verinnerlijken en komen dus moeilijk los van de voorstelling met het algoritme. Bovendien komen de leerlingen dikwijls in een terminologisch doolhof terecht met begrippen als klinkerdief, luistervink, verdubbelen, verenkelen, (open of gesloten) lettergreep, klinker, medeklinker, (twee)klank, lange of korte klank, stukjeswoord, doffe e enz. Ook algoritmes voor de werkwoordspelling zijn veel te uitgebreid en moeilijk om te verinnerlijken.

En dát moeten ze precies leren! Daarom hanteren we ook liever de termen verenkelen en verdubbelen in plaats van ‘de regel voor het schrijven van woorden met een open of gesloten lettergreep’. De volgende stap is het identificeren van de klank van de klinker (een klinker kun je roepen; een medeklinker niet!). Is die ‘kort’ (a, e, i, o, u), ‘lang’ (aa, ee, oo, uu) of geen van beide, dus ‘anders’? Korte, lange en andere klanken worden ook geleerd via de onthoudzinnetjes: Zatte vette kippen stoppen bussen, Apen zweven over muren en Zieke schilders moeten genoeg rusten omdat … Scholen die al met TvT Spelling werkten, zijn zeer lovend over deze aanpak. Vooral de leuke zinnen met de klanken worden door de leerlingen goed onthouden en betekenen een echte hulp bij het schrijven. In sommige scholen worden de onthoudzinnen zelfs via een dramaoefening aangebracht. De onthoudzin Zieke schilders moeten genoeg rusten omdat … is niet af omdat er nog zoveel ‘andere’ klanken zijn: eeuw, ie, ei, ij enz. De afspraak is heel eenvoudig: Wat niet lang of kort is, is anders! Na het identificeren van de klank volgt de juiste schrijfwijze: na een korte klank schrijf je 1 klinker en 2 medeklinkers, na een lange klank 1 klinker en 1 medeklinker en bij een ‘andere’ klank doe je gewoon. Eenvoudig toch? Leerlingen die per se de analogie willen toepassen, kunnen dat via de onthoudzinnen. Bijvoorbeeld: ik schrijf potten net als stoppen uit de zin Zatte vette kippen stoppen bussen. Je kunt de analogieredenering van de leerlingen dan ook gemakkelijk controleren. 12.1.2 Sterke punten van de aanpak

12.1 De regels voor het verenkelen en verdubbelen 12.1.1 De verschillende stappen De eerste stap van het schema waar TvT’ voor kiest, is heel belangrijk. De leerlingen luisteren naar de klank op het einde van de klankgroep. Er wordt met andere woorden niet in lettergrepen maar in klankgroepen gesplitst. Bijvoorbeeld niet: bak-ker; maar wel: ba-kker. Vanzelfsprekend gebeurt het splitsen in klankgroepen louter auditief, dus nooit visueel! We splitsen niet in lettergrepen omdat dit veronderstelt dat de leerlingen al weten dat bakker (bak-ker) met twee medeklinkers wordt geschreven.

22

Inleiding

Andere sterke punten van de voorgestelde aanpak zijn: - In tegenstelling tot de meeste andere methoden kiezen we voor een horizontale (en geen verticale) voorstelling omdat we de leesrichting waarmee de kinderen vertrouwd zijn, willen respecteren. - Waar in andere methoden bepaalde ‘wegen’ in het beslissingsschema opnieuw samenkomen – wat verwarrend is voor de leerlingen (bijvoorbeeld: bij woorden met een tweetekenklank én bij woorden met twee verschilllende medeklinkers volg je de gewone spelling) – onderscheidt het voorgestelde schema drie duidelijke, aparte ‘wegen’ met drie aparte ‘uitgangen’.

Tijd voor Taal accent - Spelling - Handleiding 5


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.
Tijd voor taal accent - Spelling - Handleiding 5 - Voorbeeldmateriaal by VAN IN - Issuu