Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier - Schilderen met een lens

Page 1

Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier

Schilderen met een lens

Stadspaleizen en buitenplaatsen

2
Huis ’t Joppe,
2006
Museum Willet-Holthuysen, Amsterdam, 2012
Huis ’t Joppe, 2006
3
Museum Van Loon, Amsterdam, 2012
4
2012
Museum Van Loon, Amsterdam,
5
Museum Van Loon, Amsterdam, 2012
6 Huis Van Brienen, Amsterdam, 2012
7 Huis Van Brienen, Amsterdam, 2012
9
Huis Van Brienen, Amsterdam, 2012
10 Fraeylemaborg, Slochteren, 2018
11 Nimf, Fraeylemaborg,
Slochteren, 2017
12 Fraeylemaborg, Slochteren, 2018
13 Fraeylemaborg, Slochteren, 2018

Fraeylemaborg, Slochteren, 2018

15

Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier

Schilderen met een lens

Waanders Uitgevers, Zwolle | Museum JAN, Amstelveen

Wintergezichten, interieurs, portretten maar ook stillevens en stadsgezichten behoren tot de fotoseries die Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier in de afgelopen vijfentwintig jaar met haar analoge Hasselblad camera heeft gemaakt. Wat haar onderwerp ook is, steeds is zij op zoek naar stilte en roept zij een sfeer op die de kijker historische sensaties bezorgt. Want schilderend met de lens creëert Van Hövell fotografische beelden die het heden als vanzelfsprekend transformeren naar het verleden. Haar drijfveren zijn niet zozeer nostalgisch van aard, als wel een diep doorvoelde innerlijke behoefte aan stilte en rust. De onderwerpen waarop Van Hövell haar camera richt, kennen als rode draad verstilling en ingetogenheid, eigenschappen die zij maximaal weet uit te buiten.

Binnen de contemporaine Nederlandse fotografie neemt het oeuvre van Marie-Jeanne van Hövell een bijzondere plaats in. Omdat de rolfilm van een Hasselblad slechts twaalf opnamen telt, dient elke beeld tot in detail te worden doordacht voordat uiteindelijk op de ontspanknop kan worden gedrukt. Eenmaal afgedrukt, ondergaat de opname geen enkele behandeling meer omdat fotoshoppen voor de fotografe uit den boze is. Een ander onderscheidend element van haar fotografie is het feit dat Van Hövell alleen gebruik maakt van natuurlijk licht dat zij in al zijn schakeringen exploreert.

In de afgelopen jaren heeft de verstilde fotografie van Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier in verschillende tentoonstellingen en publicaties centraal gestaan. Zo wijdt het Grachtenmuseum Amsterdam in 2015/2016 een expositie aan haar serie wintergezichten. In 2019 vindt in Museum Landgoed Fraeylemaborg te Slochteren de tentoonstelling Verborgen schoonheid op Fraeylema plaats in het kader van haar reeks interieurs van stadspaleizen en buitenplaatsen. Een ware publiekstrekker is de expositie The White Blouse die in 2019/2020 in Singer Laren wordt gehouden. Deze tentoonstelling bestaat uit een serie portretten van bekende maar ook onbekende Nederlanders die allen in dezelfde witte blouse uit 1912 zijn gehuld.

Ter gelegenheid van de expositie in Singer Laren verschijnt de fraai vormgegeven publicatie The White Blouse. Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier. Photographer with a painter’s soul. Fotografe met een schildersziel. Van de vele wintergezichten die Van Hövell heeft vastgelegd, wordt een selectie getoond in het in 2021 verschenen boek Winter in Amsterdam. Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier. Fotografie/Photography. Deze publicatie wordt ingeleid met een elegant getoonzet essay van de bekende Nederlandse schrijver Oek de Jong. De hiervoor genoemde tentoonstellingen en publicaties brengen steeds één bepaalde serie voor het voetlicht. Een overzichtstentoonstelling en dito publicatie waarin de uiteenlopende fotoprojecten van Marie-Jeanne van Hövell de revue passeren, hebben nog niet eerder plaatsgevonden. Vandaar dat Museum JAN het initiatief heeft genomen om ter gelegenheid van de zeventigste verjaardag van Van Hövell en haar zilveren jubileum als fotografe haar hele fotografische oeuvre te tonen.

Museum JAN staat in eerste instantie bekend om zijn unieke verzameling eigentijds glas waaraan menige tentoonstelling wordt gewijd. Daarnaast kent het een aansprekende programmering van andere vormgevingsdisciplines en hedendaagse kunst. Uiteraard behoren tot deze laatste categorie ook

42
VOORWOORD

fototentoonstellingen als Liefde voor landschap van Saskia Boelsums (2022) en fotografische bloemstillevens van Bas Meeuws (2019). Met de tentoonstelling Schilderen met een lens. Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier wordt de focus gericht op weer een ander aspect van de Nederlandse fotografie.

Museum JAN is veel dank verschuldigd aan Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier die de uitnodiging voor een overzichtstentoonstelling en -publicatie met beide handen heeft aangegrepen. Ook dankt het museum de vele bruikleengevers die hun geliefd fotowerk gedurende een drietal maanden moeten missen. Met zijn immer opmerkelijke vormgeving heeft Studio Berry Slok een museale omgeving geschapen waarin de gevarieerdheid van het fotografische oeuvre van Van Hövell optimaal tot haar recht komt. Wij zijn bijzonder blij dat Marloes Waanders van Waanders Uitgevers de tentoonstellingscatalogus heeft verzorgd. Met een inleiding van Titus M. Eliëns en de verrassende vormgeving van Gert Jan Slagter is weer een fotografische parel aan het kunstfonds van deze gerenommeerde uitgever toegevoegd.

En last but not least: grote dank gaat uit naar alle medewerkers van het museum zonder wier inzet en enthousiasme een tentoonstelling als deze niet mogelijk zou zijn.

43

Schilderen met een lens

Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier

Schilderen met een lens

Op een golvende, blauwe stof ligt een dode vis, ingebed in ijsblokjes met daartussen nagenoeg uitgebloeide blauwe druifjes. (→ 19) Een tinnen schaal en een dito kan rusten op een rood-zwart gedessineerde katoenen doek. De schaal biedt plaats aan een stuk schimmelkaas, een glas wijn, een deels geschilde citroen, een paar walnoten en wat droogbloemen. De tinnen kan is gevulde met zalmkleurige roosjes die ogen alsof zij van stof zijn. (→ 18) Beide stillevens roepen associaties op met het werk van de zeventiende-eeuwse kunstenares Clara Peeters, die excelleerde in het genre van het stilleven. Het enige verschil met haar schilderijen zijn de wolkenpartijen die bij de foto’s van Marie-Jeanne van Hövell tot Westerflier als achtergrond fungeren. In de reeks De Overkant, een twaalftal opnames die Van Hövell vanuit haar huis heeft gemaakt, lijkt de maand augustus van de hand van Carel Willink (1900-1983) te zijn, representant bij uitstek van het magisch realisme. (→ 67) En dat de lezende vrouw aan het raam in het Amsterdamse grachtenhuis Bartolotti meteen doet denken aan de brief lezende vrouwen van Johannes Vermeer (1632-1675), lijdt geen enkele twijfel. (→ 90)

Zomaar wat voorbeelden uit het rijke fotografische oeuvre van Van Hövell, die met de lens bereikt wat haar schilderende voorgangers met het penseel realiseerden. Schilderen met een lens is een techniek die zij als geen ander beheerst. Trefzeker legt zij met haar Hasselblad, in een enkel geval zelfs met een iPhone, vast wat haar oog registreert. Omdat Van Hövell alleen gebruikmaakt van natuurlijk licht, vereist dit een voortdurend zoeken naar het juiste moment waarop het onderwerp kan worden vereeuwigd. Het licht dat de tuinzaal van het Huis Bartolotti binnenstroomt, is net zomin vanzelfsprekend als de dreigende wolken die de maand augustus kleuren boven de Korte Prinsengracht in Amsterdam. Wanneer een schilder niet tevreden is over een detail in zijn werk, kan hij dat met zijn penseel bijwerken of corrigeren. De lens echter is onverbiddelijk. Deze laat geen correcties toe, althans niet in het geval van Van Hövell, voor wie fotoshoppen uit den boze is. Het is vooral dit uitgangspunt, dat haar werk zo uniek en uitnodigend maakt. Als fotografe registreert zij een werkelijkheid die alleen zij kent en zichtbaar weet te maken.

44 TITUS M. ELIËNS

Het grote registrerende vermogen van Van Hövell komt optimaal tot uiting in de serie

The White Blouse waarin zij met behulp van een antieke witte blouse haar modellen als het ware innerlijk uitkleedt. De uitnodiging om een blouse aan te trekken die niet jouw maat is of zelfs niet voor jouw sekse is ontworpen, zorgt er voor dat je als geportretteerde uit je comfortzone wordt gehaald en jezelf bij wijze van spreken moet resetten. Dit kan ongemakkelijke, maar ook ontspannen beelden opleveren. In het geval van Gabriëlle komt het ongemakkelijke tot uiting in haar wat bozige blik. (→ 71)

‘Waarom moet dit nou?’ lijkt het zesjarige meisje te verzuchten. Hoewel ook radio- en televisiepresentator Andrea van Pol aanvankelijk enige moeite heeft met het haar wezensvreemde kledingstuk, heeft zij de blouse in no time tot de hare gemaakt. Als enige van de modellen wil zij dat de blouse tot boven toe is gesloten. Ontspannen en tegelijkertijd onderzoekend kijkt zij volkomen als zichzelf in de camera. (→ 75)

Van filmcamera tot Hasselblad

Marie-Jeanne van Hövell, die in 1953 wordt geboren als barones van Hövell tot Westerflier en Wezeveld, brengt haar jeugd door op het Brabantse platteland waar haar vader burgemeester is, eerst van Erp en later van Helvoirt. Al van jongs af aan heeft zij oog voor de schoonheid van het toen nog nagenoeg ongerepte boerenland en de charme van het dorpsleven. Wanneer op twintigjarige leeftijd haar droom van een eigen filmcamera wordt verwezenlijkt (een super 8 zonder geluid), kan zij eindelijk vastleggen wat haar al lange tijd zo bekoort. Uit de vroege jaren zeventig zijn enige films bewaard gebleven die laten zien hoe Van Hövell met haar camera experimenteert. Zoals de keer dat zij al filmend fietst en haar fietsende schaduw vastlegt. Deze films bewijzen hoezeer zij oog heeft voor details: duiven in een bloesemboom, overstekende kippen, een boer die hooit of een vrouw die de straat aanveegt. Ogenschijnlijk onbeduidende onderwerpen die voor Van Hövell juist de essentie van het leven vertolken. Wanneer zij in 1974 haar grootouders van moeders kant met de camera volgt, zijn het niet zozeer de grootouders zelf die worden vereeuwigd, als wel details van het interieur waarin zij de laatste dagen van hun leven slijten. Zo kleurt zij op indirecte maar treffende wijze hun portretten in. Zelfs het handdoekenrekje en het aanrecht in de keuken ontsnappen niet aan haar registrerende oog.

Van Hövells wens om naar de filmacademie te gaan, kan niet op de instemming van haar ouders rekenen, die ‘als kinderen van hun tijd’ een degelijke opleiding voor hun dochter voorstaan. Dit is dan ook de reden dat zij naar de sociale academie gaat om als maatschappelijk werkster te worden opgeleid. Eenmaal aan het werk in het VU Medisch Centrum Amsterdam, ruilt zij de filmcamera in voor een fototoestel en ontwikkelt zij zich door het volgen van fotocursussen tot een professionele fotografe. Terugkijkend op deze periode, zijn vooral de workshops die zij in 2000 bij Martin Kers (1944) en in 2004 bij Koos Breukel (1962) heeft gevolgd bepalend geweest voor de richting die zij op zou gaan. Landschapsfotograaf Kers leert Van Hövell zich te beperken tot de essentie van het onderwerp, terwijl portretfotograaf Breukel als docent zijn grote vertrouwen uitspreekt in haar intuïtieve manier van werken. Enige jaren daarvoor heeft zij de ongekende mogelijkheden ontdekt van de analoge Hasselblad, een hoogwaardige camera die zwart-wit foto’s van groot formaat maakt. Omdat de rolfilm slechts

45
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.