FREQUENTLY ASKED QUESTIONS MOET IK EEN WETENSCHAPPELIJKE VOOROPLEIDING GEHAD HEBBEN OM DEZE OPLEIDING TE KUNNEN STARTEN? Een goede wetenschappelijke basis is nodig. Uit de cijfers van de onderwijskiezer (onderwijskiezer.be) van het ministerie van onderwijs blijkt dat voornamelijk studenten met een wetenschappelijke vooropleiding het goed doen in deze richting. Voorbeelden hiervan zijn: Wetenschappen-Wiskunde, Economie-Wetenschappen, Latijn-Wetenschappen, Moderne talen-Wiskunde, Sportwetenschappen en Techniek-Wetenschappen. Richtingen die het minder doen zijn: Farmaceutisch-technisch assistent, Gezondheids- en Welzijnswetenschappen, Humane wetenschappen en Sociaal-Technische wetenschappen. MOET IK VEEL WISKUNDE GEHAD HEBBEN OM DEZE OPLEIDING TE KUNNEN STARTEN? Een goede wiskundebasis is zeker een pluspunt. Best heb je minimaal 4u/week wiskunde gevolgd op de middelbare school. Je kan je voorkennis wiskunde, chemie en biologie testen via onze oriënteringstoets. Meer info daarover vind je op de website. KOMT ER VEEL ENGELS IN DE OPLEIDING? Doorgaans worden de lessen in het Nederlands aangeboden. Er wordt soms wel gebruik gemaakt van Engelstalige handboeken en wetenschappelijke artikels. In de hogere opleidingsfases kan het ook gebeuren dat een opleidingsonderdeel volledig in het Engels wordt gedoceerd. KAN IK GEMAKKELIJK SCHAKELEN TUSSEN DE BEIDE CAMPUSSEN?
tegenstelling tot de afstudeerrichting biochemie, krijg je binnen BLT vanaf de start biomedisch getinte opleidingsonderdelen, voorbeelden hiervan zijn histologie, fysiologie en microbiologie. WAT IS HET VERSCHIL TUSSEN EEN PROFESSIONELE BACHELOR BIOMEDISCHE LABORATORIUMTECHNOLOGIE AAN DE HOGESCHOOL OF EEN ACADEMISCHE BACHELOR BIOMEDISCHE WETENSCHAPPEN AAN DE UNIVERSITEIT? Binnen een professionele bachelor aan een hogeschool ligt een grotere nadruk op het verwerven van praktische vaardigheden. Professionele bachelors zijn in de eerste plaats gericht op de beroepspraktijk om ervoor te zorgen dat je na het afstuderen direct inzetbaar bent op de arbeidsmarkt. Een academische bachelor daarentegen bereidt je in de eerste plaats voor om een academische master aan te vatten en is eerder gericht op het aanleren van academische vaardigheden. HOE ZIT HET MET DE SLAAGKANSEN? Je slaagkans hangt af van meerdere factoren. Eén daarvan is je vooropleiding. Op de onderwijskiezer.be van het ministerie van onderwijs en vorming kun je het studierendement in het eerst jaar BLT vinden voor de meest voorkomende vooropleidingen vanuit heel Vlaanderen. Bijvoorbeeld voor studenten met een vooropleiding Wetenschappen-Wiskunde die starten aan de opleiding BLT is dit gemiddeld 85%; voor Techniek-Wetenschappen 71%; voor Humane wetenschappen 51%; en voor Sociaal-Technische wetenschappen 46%. Daarnaast hangt je slaagkans uiteraard ook af van andere factoren zoals motivatie en studievaardigheden. GAAN ALLE LESSEN DOOR OP DEZE CAMPUS?
Ja, de curricula van campus Gasthuisberg en campus Diepenbeek zijn volledig identiek. Je kan dus op elk moment van de opleiding schakelen van de ene naar de andere campus. Let wel op: campus Diepenbeek beidt enkel de afstudeerrichting medische laboratoriumtechnologie aan.
We proberen de lessen zoveel als mogelijk op de eigen campus in te roosteren. Af en toe kunnen er voor campus Gasthuisberg ook lessen ingepland worden in naburige campussen (zoals campus Sociale school of campus Hertogstraat) of in een aula van KULeuven in het aanpalende gebouw.
KAN IK OOK IN FEBRUARI STARTEN MET DE OPLEIDING? Instromen kan ook in februari. Je start dan met de opleidingsonderdelen van het tweede semester. Het academiejaar daarop vat je de opleidingsonderdelen van het eerste semester aan. WAT IS HET VERSCHIL TUSSEN BIOMEDISCHE LABORATORIUMTECHNOLOGIE EN AFSTUDEERRICHTING BIOCHEMIE BINNEN DE OPLEIDING CHEMIE?
Studierendement (in %): om na te gaan hoe goed een student het doet, kan berekend worden hoeveel studiepunten hij/zij verworven heeft in vergelijking met het totaal aantal studiepunten dat hij/zij heeft opgenomen. Een studierendement van 85% betekent dus niet dat 85% van de studenten slaagt, maar wel dat zij samen gemiddeld 85% van de opgenomen studiepunten behalen.
Het grootste verschil zit in de eerste en de tweede opleidingsfase. Binnen de opleiding biomedische laboratoriumtechnologie ligt de nadruk minder op de chemische opleidingsonderdelen. In 35