Tulpia nr. 21, Voorjaar 2011.

Page 56

TULPIA 14 door Lily Sprangers  fotografie europese commissie

Ahmet Davutoğlu: ambitieuze alleseter Directeur Lily Sprangers van het Turkije Instituut ontmoet geregeld kopstukken uit de Turkse politiek. Recentelijk nodigde zij nog minister Ahmet Davutoğlu van Buitenlandse Zaken uit voor een bezoek aan Den Haag. In dit stuk geeft Sprangers haar persoonlijke visie op het nieuwe buitenlandse beleid van Turkije.

B

ijna twintig jaar na het einde van de Koude Oorlog zijn veel landen nog steeds op zoek naar een nieuwe rol voor zichzelf. Met het aantreden in mei 2009 van prof. dr. Ahmet Davutoğlu (Konya, 1959) als minister van Buitenlandse Zaken lijkt het formuleren van een nieuw buitenlands beleid eindelijk gestalte te krijgen. Begin oktober was Davutoğlu op bezoek in Nederland. In Den Haag gaf hij, op uitnodiging van Instituut Clingendael en het Turkije Instituut, voor een volle zaal zijn visie op het Turkse buitenlandse beleid. Het werd een gloedvol betoog, passend bij de zeer ambitieuze agenda die deze voormalige hoogleraar voor het Turkse buitenlandse beleid heeft. Hij streeft naar ‘zero problems’ met de buurlanden (met name Armenië, Syrië, Iran), een grotere rol voor zijn land in het Midden- Oosten, maar ook een onverminderd sterke focus op het EU-lidmaatschap. Dit activistische, assertieve beleid staat in sterk contrast met de (passieve) Turkse positie ten tijde van de Koude Oorlog (loyaal NAVO-lid, derhalve geen bemoeienis met de Kaukasus en Centraal-Azië; moeizame relaties met het Midden-Oosten; dominante plaats voor een strategische relatie met Israël). De voor Europa relevante vraag is of de combinatie van een krachtige rol in de regio zich laat combineren met een verdere toenadering tot de EU, principieel, maar ook qua politieke en diplomatieke draagkracht.

56 Tulpia / jaargang 06 / nr 21

En staan nadrukkelijke openingen naar het eveneens islamitische Midden-Oosten niet op gespannen voet met de voor het EU-lidmaatschap noodzakelijke hervormingen? Davutoğlu is er juist van overtuigd dat beide ambities elkaar versterken. Dat is de kern van zijn opvatting over de ‘strategische diepte’ die Turkije in zijn ogen uniek maakt. Turkije behoort zowel tot het westen als tot het oosten; keuzes maken is in dit opzicht niet nodig. Goede relaties met de buurlanden en met het Midden-Oosten als geheel maken Turkije gewild als EU-lid. Wil Europa een ‘global player’ zijn, dan kan het niet om Turkije heen, aldus Davutoğlu. Het belang van Turkijes strategische ligging is zijn belangrijkste troefkaart en zijn hyperactieve buitenlandse beleid moet iedereen daarvan overtuigen. Davutoğlu beschikt over goede papieren. Er zijn weinig ministers van Buiten­landse Zaken die op zo’n gedegen wetenschappelijke carrière kunnen bogen. Henry Kissinger en Madeleine Albright zijn voor de hand liggende namen. Misschien nog een maatje te groot als vergelijking, maar de ambitie om uit te groeien tot Turkijes meest invloedrijke minister is er zeker. In zijn lezing memoreerde hij een ander voor hem belangrijk inzicht, namelijk dat veel van de internationale theorie eurocentrisch is en ontwikkelingen en beschavingen buiten Europa en de Verenigde Staten ontkent. Zijn ervaringen als universitair docent

‘Wil Europa een global player zijn, dan kan het niet om Turkije heen, aldus Davutoğlu’


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.