
7 minute read
Actueel
from Trend 2 | 2021
De duurzame misleiding
Sinds 15 februari 2021 verbiedt de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) het gebruik van melamine producten waarin bamboe of maisvezels zijn verwerkt. De melaminehars waarvan zoveel werd verwacht en dat aan zo’n grote opmars bezig was, is in de ban gedaan
Advertisement
mporteurs, distributeurs en retailers werden gesommeerd om deze
Iproducten direct uit de handel te halen. Daarbij werd kenbaar gemaakt dat de autoriteit handhavend optreedt wanneer de producten nog steeds worden aangeboden. Direct is dus ook echt direct. Naast het verbod op producten waar bamboe en maisvezels in verwerkt zijn, wordt ook geadviseerd om servies dat volledig van melamine is gemaakt niet langer te gebruiken voor het opdienen van eten en drinken voor kinderen tussen de 0 en de 3 jaar.
Duurzame misleiding
Het leek zo mooi. Bamboe serviesgoed heeft een tijdlang een grote opmars gemaakt. En dat is te begrijpen; het ziet er goed uit, is ijzersterk en heeft een duurzame uitstraling. Dat laatste is echter - zo blijkt nu - toch een misleiding, want hoewel de producten als ‘gemaakt van bamboe’ werden verkocht, bestaan veel ervan voor het overgrote deel uit melamine, met daaraan toegevoegd bamboe- en of maisvezels en dat noemen we melaminehars.
Geen lange termijn effect
Uit een eigen verkennend onderzoek van de NVWA is gebleken dat bij gebruik van producten van melamine-kunststof met bamboe- en maisvezels de stof formaldehyde vrijkomt. Bij te grote hoeveelheden kan deze stof schadelijk zijn voor de gezondheid, irritatie geven aan de maag en darmen en maagzweren veroorzaken. Een positieve kanttekening hierbij is wel, dat bij stopzetting van het gebruik van deze producten de gezondheidseffecten verdwijnen. Er is geen effect op de lange termijn en dat is een hele geruststelling als u vragen krijgt van verontruste klanten die de bewuste producten bij u hebben gekocht.
Bijna 60% wel veilig
Bekers, borden, kommen, bestek, to-go producten… Alles kan in de container. Maar is dat terecht? Reeds in 2019 was het de Consumentenbond die waarschuwde voor de gezondheidseffecten van producten met bamboe naar aanleiding van de Stiftung Warentest van Duitse collega’s. In dit onderzoek bleken zeven van de twaalf onderzochte bekers te hoge concentraties van het schadelijke melaminehars te bevatten. Ondanks het feit dat bijna 60% van de onderzochte artikelen in dit onderzoek wél veilig zijn, is toch gekozen voor een algeheel verbod op bamboeproducten.

Voorraad vernietigd
Voor importeurs, distributeurs en retailers die wél veilige producten verkopen en bovendien hun omzet hebben zien groeien door de verkoop ervan is het een zware dobber. Zij worden gedwongen hun melamine producten met bamboe- en maisvezels te vernietigen en zien vaak hun hele voorraad letterlijk in rook opgaan.
Alternatieven
Nu er een hele nieuwe productgroep uit de schappen is gehaald, zal de vraag naar een vervanging ontstaan. Maar wanneer je wilt blijven gaan voor duurzaam, sterk en praktisch, wat is dan het alternatief? In de volgende editie van Trend besteden we aandacht hier meer aandacht aan en zullen we enkele ondernemers een reactie laten geven.
De Chinese reflex of MEGA? Make Europe Great Again!

Al tientallen jaren laten we steeds meer producten in het Verre Oosten maken, maar het aanvankelijk grote kostenvoordeel is geleidelijk steeds kleiner geworden. Prijsverschillen met Europese producten vinden steeds vaker hun oorzaak in kwaliteitsverschillen. Volgens Michiel Koper begint de eenrichtingsweg naar China langzaam maar zeker een doodlopende te worden.
erviezen, pannen, elektrische apparaten – alles lijkt tegenwoordig
Suit China te komen. “En die keuze voor sourcen in China is eigenlijk vreemd,” vindt Michiel Koper, “als je bedenkt dat grondstoffen overal ter wereld dezelfde marktprijs hebben en dat de fabrieken in Azië evengoed automatiseren als die in Europa. Neem bijvoorbeeld een koekenpan: kort door de bocht geformuleerd haal je uit een disc van aluminium of staal door te persen of drukken een vorm; daar bevestig je een greep aan en doe je een verpakking bij. Zoveel handarbeid komt daar in China ook niet meer aan te pas. Maar je hebt wel die extra kosten van het verschepen. Toch kost een pan uit China een stuk minder dan een uit Europa. Is dat dan enkel die loonkost of speelt er ook een kwaliteitsverschil mee, of zelfs nóg iets anders?”
Prijs staat bovenaan
Michiel Koper hoopt niet op kwaliteit. Het is volgens hem niet voor niets dat grote Handels-retailhuizen de risico’s van aansprakelijkheid verleggen naar de importeur-fabrikant. “Vele Europese aanbieders zijn tegenwoordig meer marketinghuizen die zelf ontwerpen met productie in het Verre Oosten. Als business development manager voor Nederland op Non-food retail en Hospitality vertegenwoordig ik zelf enkele van deze merken. Er moet duidelijke aandacht zijn voor gewaarborgde kwaliteit. Maar evengoed verkoop ik voor een tal Italiaanse fabrikanten, die er gelukkig ook nog steeds zijn. Produceren in Europa betekent met kleinere aantallen en kortere levertijden werken, flexibiliteit dus. Europese fabrieken zijn ook veel transparanter over hun kwaliteit, terwijl je bij Chinese maar moet aannemen dat het testcertificaat authentiek is. Helaas kiezen veel inkopers toch vaak voor sourcen in bijvoorbeeld China. Het is bijna een reflex, al begrijp ik die wel. Prijs staat al jaren bovenaan. Het moet bijna altijd goedkoper, onder het motto EDLP: Every Day Low Price. Dat motto betekent dat inkopers veel met Excel sheets en met marges bezig zijn en allen dezelfde richting opgaan. In China lijkt iedereen elkaar wel tegen te komen op de beurs in Ghangzhou. Ik weet niet of er naast veel kennis van Excel, marketing en product placement tegenwoordig nog echt algemene productkennis bestaat.”
De reflexmatige keuze voor produceren in China is niet zonder risico’s, vindt Michiel Koper. De Volksrepubliek is een van de grootste economieën ter wereld geworden en legt daarmee ook een steeds groter beslag op de beschikbare
De consument accepteert een prijsverhoging als die maar over de hele lijn is.

grondstoffen en energiebronnen. Via de Nieuwe Zijderoute strekken de vingers van Beijing zich uit tot ver in Azië, Afrika én Europa. Hoewel China al meer dollarmiljardairs telt als de Verenigde Staten is het land geen kampioen als het op de vrije markt aankomt. “Het lijkt wel of ieder product dat China verlaat exportsubsidie krijgt en daar staat daar wel een evenredige importheffing vanuit de EU tegenover? Ik vind niet dat China hoeft te verdwijnen als producent, maar in dit tempo van outsourcing lopen we in Europa het risico al onze know how op productiegebied kwijt te raken. We kunnen die trend enkel afremmen door bewustwording. Waarom pakken Westerse merken niet meer uit met ‘Made in the EU’ bijvoorbeeld? Waarom maken we consumenten niet meer bewust van de milieu-implicaties van goedkope import uit China? Nu maken sommige ketens zich ervan af met bijvoorbeeld de belofte voor elke container “een boom te planten”. Ik beschouw dat toch een beetje als windowdressing. Het gaat voorbij aan de kern van de zaak.” Waar stopt dit?
Die kern is dat consumenten ertoe verleid worden goedkope items kopen die eerder vroeg dan laat kapot gaan. Veel retailers willen het succes van bijvoorbeeld een Action evenaren door hetzelfde prijsniveau te hanteren. “De Action heeft een fantastische formule maar daar dien je echt zeer hoge aantallen voor in te kopen om met de aangeboden prijzen nog winst te behalen,“ denkt Michiel Koper”. En dan nog zie ik elders prijzen, dat ik denk: daar kun je onmogelijk iéts van marge op maken. Ik zag een aanbieding van zes waterglazen voor € 1,29, inclusief BTW. Daarvoor moeten de glasovens vierentwintig uur per dag draaien en dan moet het nog ingepakt worden!
En wanneer draait het om? Wanneer hebben de producenten in China zoveel westerse aanbieders aan zich gebonden dat ze de prijs niet meer hoeven onderhandelen maar kunnen gaan dicteren? Je ziet iets dergelijks nu al gebeuren met de rederijen. Er wordt door een handvol grote scheepvaartmaatschappijen een kunstmatige schaarste gecreëerd, zodat de prijs van een container van drie- of vierduizend naar bijna tienduizend dollar kan stijgen. Veel handelaars laten noodgedwongen de containers maar in Azië staan, omdat de prijsverhoging heel hun marge heeft weggesmolten. Dit zou een voorproefje kunnen zijn.”
Patatfrites
De prijzen kunnen niet eeuwig op de rand van het afvoerputje blijven balanceren, vindt Michiel Koper. Het zou beter zijn als we collectief bereid waren iets meer te betalen voor een kwalitatief beter product, liefst gefabriceerd in Europa. “Onze footprint zou verlagen, onze afhankelijkheid van China verkleinen, onze werkgelegenheid zou stijgen en de tevredenheid over producten zou toenemen. Dat is veel maatschappelijke winst bijeen. Je kunt zeggen: maar de consument accepteert zo’n prijsverhoging van enkele euro’s toch niet? Dat doet-ie wel als het maar over de hele lijn is. Ik vergelijk het graag met de overgang van de Frank en de Gulden naar de Euro. De ene dag kostte een bakje patatfrites twee gulden en de andere twee euro. We hebben er bij mijn weten geen bakje minder om besteld.”
