5 minute read

Op pad met Bergnet

Next Article
STL winnaars

STL winnaars

OP PAD MET Erik Poort van Bergnet

Nood breekt soms wet

Advertisement

Het is weer als vanouds druk op de wegen. Dat betekent werk aan de winkel voor de circa 90 bergingsbedrijven in Nederland. Dag en nacht staan bergers paraat om bij pechgevallen en ongelukken snel de voertuigen te bergen. TON gaat op een vrijdagmiddag op pad met bergingschauffeur Erik Poort van Bergnet in Amsterdam.

Nood breekt soms wet

Erik Poort

∫ 56 jaar ∫ woont in Beinsdorp ∫ is 24 jaar bergingschauffeur ∫ werkt 9 jaar bij Bergnet in Amsterdam

15.00 UUR: IN DE MELDKAMER

In de meldkamer van Bergnet is het nu nog rustig. Hoofdplanner Eline Tebeest zit met vier collega achter computerschermen. Hier komen alle meldingen binnen. Variërend van lege accu’s in de stad tot heftige ongelukken op de snelweg rond Amsterdam. Bergingschauffeur Erik Poort staat klaar om te vertrekken. “De afgelopen weken was het een gekkenhuis. We hebben genoeg wagens, maar op dit moment is er een tekort aan collega’s.” Daarom is er elke zaterdag bij Bergnet een inloop-oriëntatiedag waar iedereen die interesse heeft in het vak van berger kan komen kijken. Erik begon zijn werkende leven als timmerman en ging daarna als chauffeur voor een houthandel werken. Op zijn 31ste maakte hij de overstap naar het bergingswerk. “Dit is het mooiste vak dat er is. Mijn twee bazen hebben hart voor hun mensen. Elke dag ga ik met plezier naar mijn werk.”

15.15 UUR: OP WEG NAAR DE EERSTE MELDING

De eerste melding komt binnen. Erik gaat op weg naar het centrum van Amsterdam, waar een Porsche staat die niet start. Op de matrixborden boven de rechterrijbaan staat een rood kruis, de borden boven de andere rijstroken geven ‘70’ aan. Erik: “Kijk, daar staat een auto met pech met een bergingswagen ervoor. Zie je dat al die automobilisten veel harder rijden dan 70 km per uur? Voor ons bergers is dat levensgevaarlijk.” Direct zet Erik zijn wagen schuin op de weg achter de pechauto. Bergers helpen elkaar altijd, legt Erik uit. Ook als het geen collega’s van Bergnet zijn. “Bij een incident op de snelweg geven wij dat door aan Rijkswaterstaat zodat zij de rijstrook kunnen afkruisen.” De weginspecteurs van Rijkswaterstaat in hun gele pick-ups helpen bergers om hun werk veilig te doen. Zij beschermen de plaats van het pech- of ongeval tegen het achteropkomende verkeer.

Nadat zijn collega veilig zijn werk heeft kunnen doen, rijdt Erik naar de Porsche in het centrum, op het parkeerterrein van een sjiek diamantbedrijf. Hij wurmt zich in de krappe coupé om de motorkap te openen. Helaas lukt het niet om de accu op te laden en de auto te starten. “Tja, je kunt beter een Toyota kopen. Dat zijn de auto’s met de minste pech”, lacht Erik.

Erik maakt foto’s van de Porsche als bewijsmateriaal. “Soms claimen mensen schade die door ons zou zijn veroorzaakt. Daarom maken we altijd foto’s om aan te tonen hoe wij de auto aantroffen.” Daarna laadt hij de auto op zijn wagen. “Bij dit soort dure auto’s vragen omstanders soms wat ik aan het doen ben. Ik zeg dan dat het een inbeslagname is. Moet je die verbaasde blikken zien. Humor heb je in dit vak nodig, want we zien ook veel nare dingen.”

16.20 UUR: LEGE ACCU

De Porsche is bij de dealer afgeleverd. Erik krijgt een melding over een Kia Picanto met een lege accu. Voor Erik is dit een voorbeeld van een onverstandige automobilist. “Die jonge gast wist dat zijn accu kapot is en gaat dan toch op pad.” Nadat Erik de auto aan de praat heeft gekregen, rijdt de jongeman naar Bergnet om zijn accu te laten vervangen.

17.40 UUR: INGETIKTE RUIT

De volgende rit is naar Diemen. Erik moet een auto ophalen die door inbrekers is gesloopt. Een ruitje is ingetikt, de voor- en achterbumper liggen eraf en zelfs de hoedenplank is gejat. Erik vindt dat de inbrekers grof te werk zijn gegaan. “Het ging de boeven vooral om de led-koplampen. Die zijn tegenwoordig erg gewild bij wietkwekerijen.” 18.50 UUR: LEKKE BAND

Erik ziet bij een oprit een ‘IM’etje’ staan: een incidentmelding van pech of een ongeval op de snelweg. Direct belt hij met Rijkswaterstaat om de locatie door te geven en te melden dat hij de auto weg gaat halen.

Op de invoegstrook staat een busje. Achter de vangrail staan de inzittenden. Omdat het een rustige oprit is, en Erik het busje binnen vijf minuten op zijn auto laadt, is er geen wagen van Rijkswaterstaat bij. “Dit is een snelle pechverplaatsing. Ik verwissel hun band zodat ze weer verder kunnen.” Het busje is van een Colombiaanse familie die op vakantie is. Ze hebben geen krik bij zich om zelf hun band te kunnen verwisselen.

Niet alle klussen zijn bijzonder of indrukwekkend. Ook even bezemen om de glasscherven op te ruimen hoort erbij. Van elke pech- of sloopauto op het terrein van Bergnet in Amsterdam hangt een sleutel op kantoor. “Maandagochtend staat ons hele terrein vol met auto’s. Die brengen we dan naar garages.”

19.00 UUR: PECHVERPLAATSING

Erik laat het schuifplateau van zijn bergwagen naar beneden zakken. De hele familie moet in het busje stappen. De bestuurder rijdt met hulp van Erik op het schuifplateau. De bus met zeven Colombianen erin staat nu achter op de wagen. “Eigenlijk mogen we mensen niet op ons plateau vervoeren, maar nood breekt wet. In mijn cabine is geen plaats voor zeven personen. Het is gelukkig maar een klein stukje naar de parkeerplaats.” Bij de parkeerplaats zit de taak van Erik erop. “Ik kan ze nu hier achterlaten, of ik kan even iets extra’s voor ze doen. Een kleine moeite.” Met een grote glimlach verwisselt hij de band. Als Erik klaar is, belt hij met de hoofdplanner. “Ik ben klaar met mijn IM’etje. Heb je nog wat voor me?”

This article is from: