4 minute read

Persoonlijk verhaal Marco Beumer

PERSOONLIJK VERHAAL

Marco Beumer ∫ 51 jaar ∫ woont in Bovenkarspel ∫ is 31 jaar chauffeur ∫ getrouwd met Margriet ∫ werkt sinds vier jaar bij Simon Loos

Advertisement

Zonder Margriet zat ik hier niet

Marco Beumer kan eind 2020 plotseling geen adem meer halen en belandt in het ziekenhuis. Hierdoor lijkt het alsof er een einde komt aan zijn werkzame leven. Een langdurig medisch traject volgt. Nu, bijna twee jaar later, is hij weer als chauffeur aan het werk. “Alles heb ik aangegrepen om weer achter het stuur te kunnen zitten.”

Geen adem meer

In december 2020 wordt Marco verkouden. De volgende ochtend heeft hij keelpijn. Het is coronatijd, dus laat hij zich testen. De uitslag is negatief. Op aanraden van de huisarts laat hij zich nog een keer testen. Weer negatief. Op de ochtend van 17 december 2020 loopt Marco de trap op en kan plotseling geen adem meer halen. “Ik snakte naar lucht. Gelukkig was mijn vrouw Margriet thuis. Ze heeft direct de huisarts gebeld. Als zij er niet geweest was, dan zat ik hier niet meer. Ik ben haar eeuwig dankbaar.” Infuustherapie

Herseninfarct

Daarna gaat het snel. Marco wordt naar het ziekenhuis gebracht. Hij heeft een ruiterembolie: een groot bloedstolsel sluit de slagaders van beide longen volledig af. In het ziekenhuis voelt hij zich draaierig worden. “Het voelde alsof ik gedronken had.” Marco krijgt een prik met bloedverdunners.

“Vanaf dat moment weet ik niets meer. Ik ben zo’n 5 dagen helemaal kwijt.” Na vele onderzoeken blijkt dat hij ook nog een herseninfarct heeft gehad. Uiteindelijk mag hij met Kerst naar huis. Zijn vrouw viert dan haar vijftigste verjaardag. Daar wil hij bij zijn. Heel langzamerhand gaat het met Marco iets beter. “Lopen ging erg slecht. Op één been staan kon ik niet. Ik had geen balans en liep als een dronkenman. De muur was mijn beste vriend.” Marco heeft ook al jaren de ziekte van Crohn, een chronische ontstekingsziekte van de darm. Door zijn ruiterembolie en herseninfarct heeft hij een verminderde weerstand en dat heeft invloed op zijn ziekte. Hij start een infuustherapie omdat uit onderzoek blijkt dat er onrustige cellen zijn. “Ik snakte “Na het eerste infuus werd ik erg ziek. Gelukkig kreeg ik al gauw een ander infuus dat wel naar lucht” aansloeg. Nu moet ik mijzelf vier keer per jaar een injectie geven voor mijn darmen. Dat werkt goed.”

“Ik wilde zo graag weer aan het werk”

Even rust nemen

Topfit voelt Marco zich lange tijd niet. Hij is snel overprikkeld en kan minder goed tegen drukte. Dat merken ze thuis ook. Hij moet vaak even rust nemen om het gezinsleven weer aan te kunnen. Voor het herstel van een herseninfarct staat zo’n jaar, daarna zal er weinig verbetering zijn. Na 10 maanden gaat hij met een collega mee voor een proefrit. “Ik wilde zo graag weer aan het werk. Maar die proefrit werd een drama. Ik werd duizelig van het kijken in de spiegels en bij het laden

en lossen.” Die slecht verlopen proefrit hakt erin bij Marco. “Altijd was ik optimistisch. Maar op dat moment dacht ik: ‘Ik kan nooit meer als chauffeur aan het werk.’”

Onvoorwaardelijke steun

Marco’s vrouw Margriet spoort hem aan om te onderzoeken wat hem kan helpen. Hij klopt aan bij zijn huisarts, gaat naar een oorarts en een fysiotherapeut die gespecialiseerd is in duizeligheid. Op internet zoek hij alles op wat hem kan helpen. “Ik ben naar de acupuncturist geweest die mijn zoon van zijn migraine heeft afgeholpen. Alles om maar beter te worden. Zonder de onvoorwaardelijke steun van Margriet en mijn zoons had ik dat niet gekund.”

Re-integratietraject

Ondertussen krijgt Marco een jobcoach van het UWV en moet hij gaan solliciteren. Want als je langdurig ziek bent, kom je in een re-integratietraject tweede spoor terecht. Er wordt dan gekeken wat voor werk je nog kan doen. Hij vindt een baan als planner bij Hessing Logistiek. Het is een proefplaatsing: hij kan met behoud van zijn uitkering aan het werk. Na drie dagen op kantoor komen de muren op hem af. “Om 14.00 uur zat ik al te kijken hoelang ik nog op kantoor moest blijven.” Na een slapeloze nacht besluit hij te stoppen. ”Werken op kantoor, dat is niks voor mij. Ik wil ruimte om me heen.”

Herstel

Dan blijkt dat alle tijd en energie die Marco en zijn vrouw Margriet in zijn herstel hebben gestoken, effect hebben. Hij herstelt en de duizeligheid verdwijnt. Een collega van Simon Loos belt Marco en vraagt of hij voor de gezelligheid een ritje mee wil rijden. Dat grijpt hij met beide handen aan. “Ik wilde weer proberen te rijden en heb Simon Loos gevraagd of ik mocht sturen.” Dat ritje gaat goed. Hij heeft geen last van duizeligheid. “Er viel een last van mij af en ik realiseerde me: ik kan het nog! Dat gevoel was niet te beschrijven. Ik had al afscheid genomen van mijn collega’s. En nu ben ik weer terug.”

Weer aan het werk

Marco rijdt twee weken mee met een collega. Daarna voelt hij zich goed genoeg om de pendeldiensten tussen Hoorn en Westzaan alleen te doen. Bij zijn werkgever Simon Loos zijn ze blij dat hij weer aan de slag kan. Hij werkt nu zes uur per dag. “Ik moet nog wel solliciteren, want ik ben nog maar voor de helft aan het werk. En in overleg met de arbo-arts zijn we aan het kijken naar een goede invulling van mijn werkzaamheden.” Marco’s droom is om weer op de ”Werken op Benelux te rijden. “Het is mijn doel om weer fulltime aan het werk te kantoor, dat is gaan. Dat is goed voor mij en voor het bedrijf. Mijn werkgever Simon niks voor mij” Loos denkt goed met mij mee.”

This article is from: