n’GO nr 30

Page 1

ON T W I K K E L I NG S S A M E N W E R K I NG E N M E N SE L I J K E R E L AT I E S

Noord naast Zuid op de schoolbanken

Hoe ook educatiehulp een leertraject aflegt

Edgard d’Adesky Adventure Pack van consumeren reizen naar actief op bekend meebouwen terrein

Dimitri Goubo de verborgen rijkdom van de armen

Nr30

september 2016


N 30 r

n’GO september 2016

| vooraf

radar P.3 portret P.7 Edgard d’Adesky zuiderse wijsheid P.24 Moussa Mara

Miguel de Clerck

Directeur Echos Communication

Spotlight

Actualiteit anders bekeken P.30

Noord naast Zuid n op de schoolbanke Adventure Pack Reizen op bekend terrein

n Hoe ook educatiehulp ee leertraject aflegt dossier P.14

COVER: © RICCARDO NIELS MAYER - FOTOLIA

blog-notes P.45 Dimitri Goubo

instrument P.38

2

Hoe rijm je nood en vraag: een kwestie waarop ontwikkelingssamenwerking haar tanden blijft stukbijten. Het antwoord erop heeft alles te maken met het vestigen van een vertrouwensrelatie. En dat betekent dat we moeten investeren in periodes – die zelden gefinancierd zijn – die vooraf gaan aan de definitie van onze interventies. Naast de variable 'tijd' speelt ook de opstelling een cruciale rol, met name een houding die een dialoog op voet van gelijkheid beoogt. Enkel een veelheid van uitwisselingen zal maken dat er uiteindelijk een oplossing uit de bus rolt die voor beide partners aanvaardbaar is. Of niet. In dit nummer zal u ook Edgard D’Adesky ontmoeten, die onderlijnt hoe belangrijk het is dat burgers weer op een coöperatieve manier actief worden als we willen dat ze zich publieke aangelegenheden gaan toeëigenen. Tot slot geven enkele sprekers in dit nummer een beeld dat weinig flatterend is voor de lokale Afrikaanse besturen. Ik ben echter van mening dat de lokale overheden een grote rol te spelen hebben om de lokale ontwikkeling voort te zetten en pertinent te maken. Al was het maar omdat zij verkozen zijn en daarom de legitimiteit hebben om bepaalde beslissingen te nemen. Veel leesplezier!

Abonneer u gratis op het magazine. Klik hier! Vind Echos Communication op het Internet www.echoscommunication.org


n’GO september 2016

Bekijk deze fantastische reeks

Lekan Jeyifo

Foto van de maand De in Nigeria geboren architect Lekan Jeyifo maakt beelden van architecturale sculpturen. Esthetisch is de reeks Shanty MegaStructures zonder meer. Maar ook haar politieke, sociale en economische boodschap is to the point: In een harmonisch geheel plaatst hij panden van geprivilegieerden naast kolossale verticale constructies, die de gemarginaliseerde gemeenschappen verbeelden. In de hele wereld zijn sloppen een doorn in het oog van welgestelden. Lekan Jeyifo geeft hen visibiliteit en uitstraling. Hier worden ze verheven tot aantrekkelijke hoogstandjes. Een confronterende toekomstvisie voor de Nigeriaanse hoofdstad Lagos.


een andere kijk

4

© ERICHON - FOTOLIA

n’GO september 2016

De laatsten zullen de eersten zijn Zou achterstand ook een voordeel kunnen zijn? Zou de ‘wet van de stimulerende achterstand’ echt bestaan? Veertig jaar geleden opperde Jan Terlouw het al…en vandaag lijkt dit bewaarheid te worden met de razend-

snelle ontwikkeling van landen in het Zuiden. In een leerzaam artikel zet Maurits Groen de haast eindeloze mogelijkheden in de verf die nieuwe technologieën in het Zuiden bieden: eindelijk kan men de klassieke ontwikkeling via een kabelnetwerk, die grote investeringen vergt (graafwerken en diverse aansluitingen), achterwege laten en resoluut gaan voor een draadloze ontwikkeling 2.0. Dankzij de technologie als democratische, ecologische en vrije oplossing kunnen de Afrikanen zich vandaag profileren als ontwikkelingsvoorbeeld, met een lengte vóór op ons: bancaire

transacties, medische adviezen in verafgelegen hoeken, onderwijs: één voor één diensten die overal en gratis toegankelijk zijn voor de meer dan 80% Afrikanen die over een draagbare telefoon beschikken en een draadloze reflex hebben die scherper is dan de onze. Het Afrikaanse model: een bron van inspiratie voor een wereld die geconfronteerd wordt met de noodzaak om zich telkens opnieuw uit te vinden?

Lees het artikel


© SENSAY - FOTOLIA

een andere kijk

n’GO september 2016

5

u 360° Voor gelezen

Ons geweten: gesust en bevraagd Lees hier het volledige artikel

De textielfabrieksrampen van Bangladesh zijn wereldberucht. De beelden van bedolven slachtoffers wennen niet. Telkens weer eens honderden fabrieksarbeiders het leven lieten, gaat een golf van verontwaardiging door de westerse wereld: duidingsprogramma’s zenden rijk gestoffeerde documentaires uit over de erbarmelijke werkomstandigheden van de fabrieksarbeiders, de roep van schone kleren-campagnes klinkt net iets luider, internationale conventies worden met veel zwier ondertekend. Onderzoekers Ellen Bal en Sandra Bos zijn duidelijk: “Bangladeshi werknemers kunnen zelf in lokale vakbonden meer bereiken dan welgemeende acties gericht op consumentengedrag hier. Laten we de Bangladeshi werknemers steunen om zich van onder- en binnenuit te organiseren.” Zolang de macht over werkomstandigheden en loon in handen blijft van een kleine economische en politieke elite, die geen baat heeft bij enige verandering, is de internationale verontwaardiging een druppel op een hete plaat. Een ontwikkelingssamenwerking die eerder gericht is op het sussen van het Westerse geweten moet plaats ruimen voor ownership, voor ‘bottom up’ en zelfredzaamheid. Wat men noemt: structurele ontwikkelingssamenwerking.


een andere kijk

6 © YOUTUBE

n’GO september 2016

| Video van de maand

Geen voorkeursbehandeling? De privilege walk is een uitnodiging om stil te staan bij al die ‘kleine’ dingen die we als normaal beschouwen, maar in werkelijkheid sociale privileges zijn, die al te vaak bij blanken horen. Een lijst met 35 sociale privileges wordt voorgelezen aan tien deelnemers, die

telkens een stap vooruit of achteruit zetten naargelang hun verhouding tot het voorgelezen privilege. Zo belandt de meest bevoorrechte vooraan in de wedstrijd… evenwel totaal perplex. Ongelijkheden visualiseren helpt om de evidentie ervan in vraag te stellen en

zich ervan bewust te worden dat ons comfort de strijd van onze voorouders is geweest en voor velen onder ons een gevecht blijft. Bekijk de video


portret

n’GO september 2016

7

“Van consumeren naar actief meebouwen.”

Edgard d’Adesky


portret

n’GO september 2016

1951 | bio

Geboren in Rwanda

1954

Aankomst in België

1969

Studies sociale wetenschappen (ULB); aggregaat in de politieke en sociale wetenschappen (ULB)

© ECWE - FOTOLIA

Er zijn van die mensen voor wie niets vanzelfsprekend is. Edgard d’Adesky is een van hen. In zijn hoofd gonst het onophoudelijk van de ideeën en vaak heeft hij het gemunt op de heilige huisjes van onze samenleving, die hij omverwerpt om vervolgens een bocht van 180° te nemen. Toch is niet per se hij degene die op zijn hoofd is gevallen. Zou het kunnen dat de wereld zoals hij die ziet, omgekeerd, eigenlijk de wereld is zoals hij was in den beginne en tegelijk die van de toekomst, een mengeling van oorspronkelijke bedoeling en visie op de toekomst?

8

1980

Als expert verbonden aan het OIT in Kameroen

1986-87

Missie in Mali voor het Europees Agentschap voor Ontwikkeling en Gezondheid

1990

Indiensttreding bij de DGD


I

n een eerder interview gooide Edgard d’Adesky de knuppel al in het hoenderhok door een lans te breken voor een volledig omgooien van de ontwikkelingssamenwerking, ten gunste van het Zuiden. Laten we het Zuiden het Zuiden zijn en laten we stoppen met in het Noorden structuren te voeden die het Zuiden moeten ‘ontwikkelen’. Het Zuiden heeft immers alle kaarten in handen om zelf over zijn toekomst te beslissen. Dat was toen de ontregelende boodschap van deze visionair, die al een kwart eeuw in de Belgische ontwikkelingssamenwerking meedraait. Wanneer hij vandaag gevraagd wordt naar de uitdagingen waar ontwikkelingssamenwerking en het Zuiden vóór staan, geeft Edgard d’Alesky een antwoord

Laat ons breken met de relatie van voormalige kolonisten tot voormalige gekoloniseerden om ons af te vragen – allemaal samen, want dit is een globale problematiek die iedereen aangaat – waarom we overal die spanningen en problemen blijven voelen, ondanks de dekolonisatie en de (theoretische) verspreiding van het democratische model.

n’GO september 2016

© VANDERWOLF IMAGES - FOTOLIA

portret

9


portret

n’GO september 2016

dat ergens anders heen leidt (hoewel, is het wel ‘ergens anders’?): “De echte uitdagingen liggen in het Noorden”, verkondigt hij. Of, beter gezegd: laten we ons bevrijden van de Noord-Zuidaanpak, die zijn tijd gehad heeft. Laten we het eerder hebben over de mens en zijn biosfeer, waarin wij allemaal actor en medeverantwoordelijke zijn. Treed binnen in de bijzondere wereld van Edgard d’Alesky, onze andere wereld. “Steeds meer mensen uit de ontwikkelingssamenwerking stellen zich al enkele jaren vragen bij de ongelijkheid hier in het Noorden”, stelt Edgard d’Adesky. “De crisis van 2008-2009 heeft op een vrij rauwe manier laten zien dat armoede overal voorkomt, dat ongelijkheid niet alleen iets is van de landen in het Zuiden, ook al is de gemiddelde levensstandaard in de Noordelijke landen er dan erg op vooruitgegaan. Daarom denk ik dat het vandaag cruciaal is dat we afstappen van de exclusieve be-

© MISSKLIK - FOTOLIA

We hebben ons allemaal prachtige dingen voorgesteld bij internationale solidariteit. Maar vóórdat we het hebben over de internationale schaal moeten we elkaar recht in de ogen kijken en ons afvragen of we die basiswaarden hier bij ons, in het Noorden, eigenlijk wel toepassen.

zorgdheid om het Zuiden. Alles wat we in het werk hebben gesteld om ongelijkheid in de Zuiderse landen aan te pakken, zouden we ook moeten gebruiken om te reageren op wat er nu in het algemeen gebeurt in de wereld. Laat ons breken met de relatie van voormalige kolonisten tot voormalige gekoloniseerden om ons af te vragen – allemaal samen, want dit is een globale problematiek die iedereen aangaat – waarom we overal die spanningen en problemen blijven voelen, ondanks de dekolonisatie

en ondanks de (theoretische) verspreiding van het democratische model.”

Het juiste woord

De economische crisis die de wereld heeft doen daveren, dwingt ons om ons vragen te stellen bij de basisprincipes die wij zo vanzelfsprekend vinden, voert Edgard d’Adesky aan. Die crisis heeft hem aan het denken gezet over wat hem al het grootste deel van zijn leven bezighoudt, zonder dat hij zich vragen stelde bij iets dat hij als evi-

10


portret

n’GO september 2016

11

dent beschouwde, namelijk samenwerking en ontwikkeling: “Bij de Belgische ontwikkelingssamenwerking zat ik altijd in een soort microkosmos die zichzelf onderhield, die de illusie onderhield dat de waarden die aan de basis liggen van datgene waar wij voor vechten en waarvoor we ons engageren ook de overheersende waarden in de wereld in het algemeen zijn. Die waarden zouden dus samenwerking en, in tweede instantie, solidariteit zijn. We hebben ons allemaal prachtige dingen voorgesteld bij internationale solidariteit. Maar voordat we het hebben over de internationale schaal moeten we elkaar recht in de ogen kijken en ons afvragen of we die basiswaarden hier bij ons, in het Noorden, eigenlijk wel toepassen? De manier waarop de crisis werd aangepakt, heeft aangetoond dat samenwerking en solidariteit heel ver weg zijn. Dat was een schok voor mij. Ik vroeg me af of ik mezelf iets wijsgemaakt had, ik dacht dat het woord ‘samenwerking’ voor zich sprak. Ik dacht dat het ons doel was

om samen te werken tussen landen, tussen Noord en Zuid. Ik leefde in de waan dat ontwikkelingssamenwerking begint bij een oprechte bezorgdheid om onze medemens, en dan vooral de minstbedeelden, voor wie onze acties heel waardevol waren.” “Ik ben ook gaan stilstaan bij de betekenis van ontwikkeling”, gaat hij verder. “Ik was al wel vaker zijdelings in aanraking gekomen met die vraag, maar omdat mijn werk zoveel aandacht vroeg heb ik nooit de tijd genomen om na te denken hoe die ontwikkeling er dan juist zou uitzien. Bovendien had de overheid zelf heel duidelijk gekozen voor ‘duurzame menselijke ontwikkeling’, waardoor het voor mij des te meer een uitgemaakte zaak leek. Ik was tevreden met die benaming, waarbij ontwikkelingswerk de mens centraal stelt. Het heeft jaren geduurd vóór ik begreep dat er achter ontwikkeling vooral het economische aspect schuilging. Ontwikkeling is in de ogen van het Westen een economische inhaalslag, het verhogen van de levens-

© ROOM 76 PHOTOGRAPHY - FOTOLIA

Laten we teruggaan naar de oorspronkelijke betekenis van de democratie, waarbij iedereen geacht wordt mee te doen volgens een participatiemodel, waarbij elke burger actief wordt en meebouwt aan alles wat we delen met elkaar.


portret

n’GO september 2016

standaard, wat zichtbaar moet zijn in het BBP. Mensen geloofden dat ontwikkeling wel zou volgen, als er maar geïnvesteerd werd in economische groei, die hopelijk de armoede zou terugdringen.”

© ANTONIO GRAVANTE - FOTOLIA

Apologie van de vrijheid

Voor Edgard d’Adesky is het vooropstellen van economische belangen symptomatisch voor het onevenwicht dat er vandaag bestaat tussen drie waarden die samenlevingen vormgeven die op een humanistische visie berusten: vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid. De eerste van die waarden lijkt de overhand te hebben genomen, waardoor de andere twee in de verdrukking komen: “Ik denk dat het belangrijk is om terug te komen op al die concepten, waarvan we allemaal denken dat iedereen ze deelt en er hetzelfde over denkt. De waarde die bij ons de andere in de schaduw zet, is de vrijheid. In onze samenlevingen overheerst de liberale manier van denken in heel grote mate, en die denkwijze stelt vrijheid eerst

12

en vooral voor in een economisch kader, onder de noemer ‘vrijheid van ondernemen’. Vrijheid betekent bij ons dat we ons niet mogen laten belemmeren in onze economische initiatieven. Maar als je al die vrijheden van initiatief bij elkaar optelt, krijg je dan automatisch een klimaat waarin oog is voor welzijn, en waarin ook die andere twee waarden, gelijkheid en broederlijkheid, een plaats hebben? De steeds grotere plaats die vrijheid inneemt op economisch vlak wakkert competitie aan, ten nadele van samenwerking. Bij ons is het helemaal niet zo vanzelfsprekend om de krachten te bundelen. De reflex die overheerst is juist ‘ieder voor zich’. We zijn vergeten wat het betekent om samen aan iets te bouwen en niet op een eiland, op een individualistische manier, los van elke sociale en ecologische context. We zijn onze zin voor burgerschap kwijt. We zijn niet langer burgers die de publieke ruimte samen vormgeven, maar we zijn consumenten geworden die koortsachtig op zoek


portret

© SPUNO - FOTOLIA

n’GO september 2016

zijn om nog meer spullen te kopen, met alle verspilling en een groeiende afvalberg die dat met zich meebrengt. We hebben ons plunje van actieve, verantwoordelijke burgers ingeruild voor dat van passieve consumenten die toekijken.”

De wereld op zijn kop

Onze samenlevingen staan op hun kop, de diagnose is duidelijk. De mens staat niet langer centraal, alles draait nu om de economie en, sinds kort, de financiële wereld. D’Adesky pleit voor een copernicaanse revolutie: “We vergeten dat de mens deel uitmaakt van een complexe biosfeer, dat hij een product is van de natuur, die hem overstijgt. We zouden ons in de eerste

plaats zorgen moeten maken om die biosfeer, dan de mens en dan pas de economische en financiële wereld, die ten dienste moeten staan van de eerste twee en ermee in evenwicht moeten zijn. Om die omwenteling mogelijk te maken, moeten we het globale, maatschappelijke plaatje zien, in een evenwicht dat ook ons ecosysteem respecteert. We moeten inzien dat de belangrijkste kwesties tegenwoordig de hele wereld en de volledige mensheid aangaan. De logica van de ratrace moeten we opgeven, want die staat haaks op de antwoorden die we echt nodig hebben. Laten we daarom teruggrijpen naar een filosofie van samenwerking. Laten we teruggaan naar de oorspronkelijke betekenis van de democratie,

13

waarbij iedereen geacht wordt mee te doen volgens een participatiemodel, waarbij elke burger actief wordt en meebouwt aan alles wat we delen met elkaar. Vandaag gaan er meer en meer stemmen op tegen een elitair politiek systeem dat maatschappelijke beslissingen overlaat aan een minderheid die weinig representatief is voor de veelheid aan burgers. Je hoort meer en meer mensen die zich uitspreken voor een participatieve democratie. Veel mensen, vooral jongeren, zetten zich af tegen het huidige systeem en willen verandering, maar jammer genoeg zijn ze niet bereid om zelf deel te nemen, zich actief in te zetten. De meeste mensen denken dat ze onvoldoende in staat zijn om verandering mee mogelijk te maken. Ze zijn fatalistisch. We zijn ons zodanig gaan inleven in onze rol van consumenten die verbruiken wat anderen gemaakt hebben dat, wanneer we aangespoord worden om in actie te komen, onze toekomst in handen te nemen, we ons daar niet toe in staat voelen.” Edgard d’Adesky besluit met een waarschuwing, maar ook met een engagement: "Het zal onmogelijk zijn om mensen te laten reageren zolang ze niet begrijpen hoezeer ze mee verantwoordelijk zijn voor wat er op dit ogenblik gaande is. We bouwen allemaal mee aan onze samenleving." CELINE PRÉAUX


Pennen, bankjes en een dak boven het hoofd. Decennialang paste educatiehulp in een overzichtelijk schema. Vandaag is onderwijs een multidimensionaal productieproces, met mensen in Noord en Zuid als complexe grondstof. Een stuk uitdagender dan duizenden trotse klaskiekjes doen vermoeden.

Noord naast Zuid op de schoolbanken

Hoe ook educatiehulp een leertraject aflegt

n’GO september 2016

14 © AFRICA - FOTOLIA

dossier


© TEMISTOCLE LUCARELLI - FOTOLIA

dossier

n’GO september 2016

Ik zou graag een sterke leraar aan het werk zien onder de blote hemel. Maar op vele plaatsen in het Zuiden is zo’n uitspraak ongehoord. Het gaat om respect.

Ownership: een kwestie van noden en vragen Beantwoorden aan de juiste nood en vraag heeft alles te maken met een heilig principe in de hedendaagse samenwerking: ownership. Hoe verzeker je je ervan dat je partner een project als het zijne ervaart, dat het beantwoordt aan zijn nood en vraag? Fabrice Lepla (Plan België): “Dat is een leerschool. Zo werkten we in Cambodja met een etnische minderheid die zich veel buiten het dorp verplaatste om het land te bewerken. Ons oorspronkelijk project voorzag een school in het dorp, maar al gauw stelden we vast dat de kinderen de banken achter zich lieten

15

om buiten het dorp te gaan werken. Uiteindelijk bleek een mobiele school de juiste oplossing. Wij hadden de onderwijsnood wel gezien, maar de concrete vraag met haar praktische implicaties, was ons aanvankelijk ontgaan. Als nood en vraag gelijklopen, ligt ownership zo veel makkelijker binnen bereik. Daarom is het zo belangrijk om in elke gemeenschap de belangrijkste actoren te identificeren en telkens met aangepaste middelen het bewustzijn rond noden aan te wakkeren en de juiste vraag hieruit te distilleren.”

N

iets is essentiëler voor een mens dan zijn potentieel tot volle ontplooiing laten komen, niets fundamenteler voor een maatschappij dan haar toekomst verzekeren. Eén van de belangrijkste sleutels voor dit menselijk streven is ontegensprekelijk het onderwijs. Onderwijs empowert het individu en geeft toegang tot een actief leven. Maar het zet vooral ook een positieve ontwikkeling van de hele maatschappij in gang. Logisch dus dat de focus van educatiehulp jarenlang op capaciteitsverhoging lag: meer scholen bouwen en de drempels tot die scholen drastisch verlagen. Iedereen op de schoolbanken. Deze aanpak leverde meetbare resultaten op, maar leidde al gauw tot een dilemma, vertelt Fabrice Lepla, Regional Program Manager Asia bij Plan België. “Na verloop van tijd werd duidelijk dat die inspanningen tot niets leiden als de kwaliteit van het onderwijs geen gelijke tred houdt. Een van onze Afrikaanse partnerlanden kon in 2005 indrukwekkende scholingscijfers voorleggen, maar die vooruitgang werd ge-


dossier

16 © LIVING LEGEND - FOTOLIA

n’GO september 2016

fnuikt omdat de staat het te dure geschoolde lerarenkorps stilaan door ongeschoolde goedkope krachten verving. Na verloop Fabrice Lepla van tijd sneed deze keuze ook in hun moeizaam opgebouwde scholingsgraad. Steeds meer ouders hielden hun kinderen van school om te gaan werken, omdat de povere opleiding hen maar weinig opbracht. Het is de grote verdienste van de SDG’s (sustainable development goals) om vandaag naast capaciteit en toegang ook kwaliteit en bestrijding van vroegtijdige schooluitval als belangrijkste speerpunten naar voren te schuiven. Door de demografische groei van vele landen blijft capaciteitsverhoging nodig om de scholingsgraad op peil te houden. Daar kunnen we niet onderuit. Maar de vorming van leerkrachten is de grootste uitdaging in educatiehulp.”

Kwaliteit onder een boom

“In die zin is een mooi schoolgebouw met aangepast materiaal voor mij persoonlijk

geen prioriteit”, vervolgt Lepla. “Ik zou bij wijze van spreken graag een sterke leraar aan het werk zien onder de blote hemel. Maar op vele plaatsen in het Zuiden is zo’n uitspraak ongehoord, omdat een gebouw er erg belangrijk is. Het maakt vooruitgang tastbaar. Daaruit besluit ik dat mooie infrastructuur misschien niet essentieel is voor de kwaliteit van het onderwijs, maar wel voor de onderwijzers. Leraars willen niet onder een boom werken. Dat mogen we niet negeren. Het heeft te maken met respect. Tenslotte, valt ook voor onze eigen kinderen onze keuze niet op die kleurrijke school met veel speelruimte?”

Het soortelijk gewicht van nood en vraag

Maar wie bepaalt dan welke de hoogste nood is? Wie legt zijn gewicht in de schaal bij de toewijzing van middelen? Het Zuiden, dat zijn eigen ontwikkeling mag en moet vormgeven, of de geldschieters, die baas zijn in eigen zak? Zo scherp kan het niet gesteld. Fabrice Lepla: “We moeten onderscheid maken tussen nood en vraag.


dossier © AYTUNC OYLUM - FOTOLIA

n’GO september 2016

Hoe zorg je ervoor dat nieuw aangereikte inzichten duurzaam verankerd worden? VVOB maakt er een belangrijk aandachtspunt van, in zijn planning en in de gebruikte methodes. Sven Rooms:

Duurzaamheid: een kwestie van planning en methode Onze planning weerspiegelt hoe onze rol in de loop van een programma verandert. In het begin nemen wij een groot deel in handen, in een volgende fase delen we de taken met de partner en aan het einde neemt de partner volledig over, waarbij voor VVOB enkel nog een reflectieve of observerende rol is weggelegd. Daarnaast doen wij niet louter capaciteitsversterking via work-

shops en trainingen. Het eendimensionele leren, van ons naar hen, kan nooit de volledige oplossing bieden. Wij hanteren een heel gamma rijkere methodieken, waaronder mentoring, coaching of peer learning. Naargelang de fase in de planning worden andere methodes ingezet. Die evolutie in planning en methoden zorgt voor een sterke gedragenheid.

17

“De nood aan onderwijs wordt nagenoeg door niemand in vraag gesteld. Toch zal de vraag ernaar in crisissituaties niet altijd de eerste zijn. Als je vooral bezig bent met overleven, staat de vraag naar materiele middelen voorop, hoewel onderwijs net in die situaties structuur geeft, uitdrukkingsmogelijkheden om trauma’s te verwerken en kansen op een toekomst. Omgekeerd kan een vraag ook indruisen tegen de meest urgente nood. ‘Dankjewel voor dit juweel’, zei een dorpschef ooit bij de opening van een schoolgebouw. En meteen drukte hij de wens uit om een tweede verdieping te bouwen. Dit zou het project nog meer prestige geven.”

Onaantastbaar recht

“Een geldschieter heeft de mogelijkheid om te oordelen of een vraag gerechtvaardigd is. Het uitgangspunt van Plan is onderwijs als fundamenteel recht. Daarom zullen wij dit recht ook bij een uitblijvende vraag blijven garanderen. Meisjes krijgen in onze werking bijzondere aandacht omdat zij dat recht vaak niet kunnen opeisen. Hoe kunnen we dat recht garanderen? Hoe kunnen we de toegang voor meisjes vergemakkelijken zodat ze later een waardige plaats in de maatschappij kunnen opnemen? Is de infrastructuur aangepast? Is het transport veilig? Bedreigen lokale praktijken zoals kind-


n’GO september 2016

18

Soms vergroot onderwijs de kloof tussen arm en rijk, omdat er te weinig aandacht is voor differentiatie, waardoor kinderen met een sterke sociaal-economische achtergrond betere resultaten boeken.

huwelijken de schoolgang van het kind? Aangepaste infrastructuur en capaciteitsversterking van de leraren zullen ervoor moeten zorgen dat meisjes dat recht op onderwijs kunnen opeisen en zelf agents of change worden.” “Maar uiteindelijk moet elke keuze zich inschrijven in het joint framework: het strategische plan dat het betreffende land zelf opmaakt in overleg met de verschillende partijen en waarmee elke hulporganisatie zich moet aligneren. Elk project van Plan is een operationalisering van een keuze van het land zelf. Wij ondersteunen staten om hun verantwoordelijkheid op te nemen, via pilootprojecten of waardevolle ervaringen die aantonen dat een bepaalde aanpak elders voor vooruitgang zorgde.”

Elkaar vinden

Dat financiers en ontvangers niet altijd dezelfde prioriteiten distilleren uit de lange lijst verzoeken, is ook Sven Rooms, Program Director bij VVOB, bekend. “VVOB heeft een eigen visie en kan die niet verloochenen, maar we willen ook niets opdringen. Daarom zullen wij projecten ondersteunen die zich bevinden op het kruispunt van de noden die de partnerorganisaties uitdrukken en onze eigen visie. Daar waar wij elkaar vinden kunnen we elkaar het best versterken. Onderwijs is nooit waardenvrij. In het verleden speelden koloniale belangen een rol, vandaag gebruiken lokale structuren het onderwijs om hun macht te consolideren. Ook wij maken keuzes. Voor VVOB is kwalitatief onderwijs inclusief en gedif-

ferentieerd. De millenniumdoelstellingen hebben het aantal kinderen op de schoolbanken stevig verhoogd, maar vandaag is de leercrisis de grootste uitdaging: velen zitten op school maar leren niets, zwakkeren of kinderen met specifieke noden vallen uit. Wij zetten alles in op een kwalitatieve versterking van iedereen. Zo kan gender de toegang tot en de beleving van onderwijs significant bepalen. Etnische minderheden kampen eveneens met problemen omdat de thuistaal en de onderwijstaal verschillend zijn. Ook mensen met een handicap hebben specifieke noden. Het belang van kleuteronderwijs als ‘the great equaliser’ kan niet genoeg benadrukt worden. Op jonge leeftijd kan je kinderen nog een gelijke start geven, daarna begin je te remediëren.

© DR322 - FOTOLIA

dossier


dossier

19

© MAYER RICCARDO - FOTOLIA

n’GO september 2016

Onderwijs kan een bijzonder grote rol spelen in de verzachting of versterking van de groeiende ongelijkheid. Soms vergroot onderwijs de kloof tussen arm en rijk, omdat er te weinig aandacht is voor differentiatie, waardoor kinderen met een sterke sociaaleconomische achtergrond betere resultaten boeken. Inzetten op leerresultaten en niet enkel op aanwezigheid om de vicieuze cirkel van ongelijkheid te doorbreken: dat is een serieuze kluif voor het onderwijs van de toekomst.”

Een puntje zuigen

Inclusie, differentiatie. Dat klinkt verrassend herkenbaar. “Natuurlijk”, beaamt Sven Rooms. “In het verleden was het ontwikkelingskader heel simpel: éénrichtingsverkeer tussen het behoeftige Zuiden en het alwetende Noorden. Vandaag staan we voor een globale onderwijsproblematiek. Dat is ook wat de SDG’s heel duidelijk stellen: de Noord-Zuidbreuklijn is een illusie; de onderwijsnoden zijn vandaag universeel.” “Daarom wendt VVOB ervaringen uit het Zuiden aan als oplossing voor problemen in België. Zo is het fenomeen van de lege brooddozen redelijk nieuw voor sommige scholen hier, terwijl men er in het Zuiden

vaak decennialang ervaring mee heeft. Hetzelfde geldt voor diversiteit in een klas. Of de spanning tussen thuistaal en instructietaal. Wij no- Sven Rooms digen experten uit het Zuiden uit om hun blik en suggesties met onderwijsexperten hier te delen. VVOB heeft zo al een heel arsenaal voorbeelden aan het Belgische onderwijsbeleid voorgelegd. Op basis van ervaringen, feiten en resultaten depolitiseren we de soms gevoelige kwesties. Deze programma’s hebben een spiegelfunctie: men versterkt elkaar vanuit een uitwisseling van ervaringen. Inspecties en leerkrachten zeggen ons dat ze hierdoor verfrissende inzichten hebben verworven, bijvoorbeeld in het kader van gelijkekansenonderwijs.” Ook Kaat Torfs is een grote voorstander van Zuid-Noordleren. Ze is coördinator Internationale Samenwerking bij Via Don Bosco, de ontwikkelings-ngo van de Salesianen in België. “Ik heb al zo veel opgestoken van de lokale partners. De manier waarop bepaalde scholen strategische allianties aangaan met bedrijven bijvoorbeeld. Daar kunnen wij een puntje aan zuigen. Ze


dossier

stemmen hun vorming zorgvuldig af op de noden van lokale werkgevers. In Colombia heeft die succesvolle samenwerking grote bedrijven in dezelfde sector vervolgens zin gegeven om in dat succes te delen. Hun CSR-stichting focust voortaan ook op succesverhalen die binnen hun bedrijf de stereotypen over waardeloze jongeren uit arme wijken teniet doen. Die positieve beeldvorming en daaruit volgende werkkansen beïnvloeden vervolgens de ministeries, die ook weer hun duit in het zakje willen doen. Zo wordt het één groot win-winverhaal waar iedereen zijn deel in vindt.”

Met welk recht?

Plan, Via Don Bosco en VVOB hebben in het Zuiden geen eigen scholen, geen eigen curriculum, geen leerkrachten. “Lokaal is er zoveel capaciteit of potentieel aanwezig”, zegt Sven Rooms. “Een goede leerkracht hier is dat niet per se in het Zuiden. Kennis van de context is cruciaal. Dit maakt vandaag gelukkig deel uit van de algemene mindshift in ontwikkelingssamenwerking. Ik werk nu 15 jaar in de sector en heb het altijd vreemd gevonden dat het Noorden landt in het Zuiden en daar zaken onderneemt. Draai het eens om! Stel dat een vreemd land hier komt zeggen dat wij een probleem hebben en zij de oplossing. ‘Met welk recht? Je kent ons niet!’, zouden wij zeggen.

20 © SANDRA VAN DER STEEN - FOTOLIA

n’GO september 2016

Guillaume Langamvare (ADAFO) illustreert met een concrete ervaring het belang van lokale expertise.

Locals first! Een Noord-Zuidproject dat binnen onze scholen activiteiten zou ontwikkelen die een vorm van financiële autonomie verzekeren, zat niet van bij het begin snor. De begeleiding zou door een externe organisatie worden uitgevoerd, maar die hulp aan 2 scholen gedurende 1 jaar kostte 30 000 euro. En wij hebben 17 scholen! Samen met die organisatie

besloten we het over een andere boeg te gooien. We vroegen de experten om hun methodologische expertise over te dragen aan een lokale kracht, die zo onze plaatselijke expert werd. Na één jaar en een ferm gereduceerd kostenplaatsje is onze expert nu in staat om die kennis aan anderen over te dragen en zelf businessplannen te ontwikkelen.


dossier

n’GO september 2016

21

© PICCAYA - FOTOLIA

De manier waarop scholen in het Zuiden strategische allianties aangaan met bedrijven, daar kunnen wij nog veel van leren!

Pas wie deze analogie maakt zal met een andere insteek in het Zuiden actief zijn. Gelijkwaardigheid en ownership zijn grote principes, maar ze worden pas concreet wanneer mensen zich bewust worden van Kaat Torfs hun eigen gedrag. Vanuit die houding bepalen wij onze opdracht: de overheden helpen om het aanwezige potentieel volledig te benutten.” “Wij ondersteunen enkel projecten die door de lokale overheid reeds gepland en gefinancierd zijn. De institutionele en financiële duurzaamheid zijn al aanwezig vóór wij een euro uitgeven. De technische duurzaamheid ontwikkelt zich doorheen onze programma’s van capaciteitsopbouw, bijvoorbeeld via nieuwe didactische, pedagogische of leidinggevende vormen. Wij geloven steevast

dat je enkel via een erkenning van de lokale overheid het systeem kan versterken. Als wij één steen verleggen, betekent dat een verbetering voor alle scholen. Deze manier van werken is misschien trager en wordt niet door alle donoren gevaloriseerd. Het is nu eenmaal gemakkelijker om snelle en tastbare resultaten te hebben als je met je hele gewicht binnenvalt.”

Coaching vergt vertrouwen

Kaat Torfs legt uit hoe de insteek van Via Don Bosco en de noden van hun partners in het Zuiden zorgvuldig verweven zijn. “Al in de 19de eeuw, toen van kinderrechten en waardig werk geen sprake was, hielp Don Bosco kansarme delinquente jongeren op weg naar een eerste job. Vandaag is dat nog steeds de prioriteit van onze werking in het Zuiden: de nood om kwetsbare jongeren te begeleiden naar werk wordt door de scholen zelf geformuleerd. Wij sturen geen per-


dossier

n’GO september 2016

22

soneel, maar ondersteunen een lokale coördinerende structuur om de kwaliteit van het onderwijs af te stemmen op die nood. In dit soort Guillaume werking is de relatiLangamvare onele factor ontzettend belangrijk. De opvoeder – een lokale kracht die de context door en door kent – plaatst zich in de rol van coach: hij bewandelt samen met de jongeren het pad en geeft vanuit die houding structuur en uitdaging. Sport en spel nemen een centrale plaats in om de jongeren die levensvaardigheden bij te brengen die ze nodig hebben om hun weg te vinden, zowel om mee te bouwen aan hun gemeenschap als in een professionele omgeving. Het modewoord Empowerment krijgt hier zijn volle betekenis.” “Die coachende houding is cruciaal, ook voor onze eigen rol. Die bestaat er vooral

in om de kennis en succeservaringen die in ons wereldwijde netwerk aanwezig zijn te delen met al onze partners en bruggen te bouwen met andere ngo’s. Via Don Bosco gaat eenmaal per jaar ter plaatse bij de partnerorganisaties, niet om te evalueren, maar om ‘lessons learned meetings’ te helpen begeleiden. Vertrouwen en wederzijds respect zijn op die manier geen holle woorden. Ja, je verliest controle als je enkel werkt via lokale actoren, maar dat is het ons waard. Onze belangrijkste toegevoegde waarde is kennis van overal delen.”

Op voet van gelijkheid

Guillaume Langamvare, Projectcoördinator bij het Ivoriaanse Technical Project Development Office ADAFO, heeft meer dan tien jaar ervaring met internationale samenwerking in het onderwijs. “De identificatie van algemene ontwikkelingsnoden kan meestal rekenen op grote eensgezindheid tussen experten in Noord en Zuid”, zegt hij. “De diag-

© VIRGINIEVANOS - FOTOLIA

Met welk recht?” zouden wij zeggen als een vreemde zou beweren dat wij een probleem hebben en hij de oplossing. Gelijkwaardigheid en ownership zijn grote principes, maar ze worden pas concreet wanneer men zich bewust wordt van zijn eigen gedrag.


© TEMISTOCLE LUCARELLI - FOTOLIA

dossier

nose en planning worden immers samen opgesteld. Waar het schoentje vaak wringt is de concrete manier waarop zaken worden aangepakt. Zo houden noordelijke geldschieters er weinig rekening mee dat de politieke autoriteiten van hun partnerlanden de afspraken rond vooral transversale thema’s als gender en ecologie vaak terzijde laten liggen omdat ze hen geen stemmen opleveren. Vele projecten falen door overheidscorruptie, verspilling, de traagheid van de administratie of de incompetentie van bepaalde leiders. Toch leggen de sponsoren ons samenwerking op met die lokale besturen, ook als ze weten dat die andere prioriteiten hebben. Op die manier wordt de hete aardappel naar ons doorgeschoven. De hand die krijgt ligt altijd onderaan.” “Noord en Zuid kunnen enkel vruchtbaar samenwerken als elke vorm van dominantie of onderschikking geband wordt. Ik hecht bijzonder veel belang aan wederzijds respect en de erkenning van ieders potentieel. Als binnen een project een bepaalde exper-

n’GO september 2016

23

Toeëigening kan je niet overdragen; ze wordt voorbereid, met alle betrokken partijen in alle fasen van een leertraject.

tise niet aanwezig is worden ons soms dure buitenlandse experten opgedrongen, terwijl de competentie lokaal aanwezig is of aangeleerd kan worden. Kennis van de lokale context als grote toegevoegde waarde wordt duchtig onderschat. Ik zie dit vooral wanneer we jaarlijks vrijwilligers ontvangen. Zij krijgen wel een vorming, maar die gebeurt in het Noorden en is te theoretisch. Ze bevat vaak een reeks stereotypen en regeltjes over wat vooral niet of wel te doen. Die voorschriften lijken dan zo wereldvreemd omdat de lokale verklaring ervoor ontbreekt. De meeste vrijwilligers stellen zich zeer welwillend op, maar het is de vorming die vaak te wensen over laat. Zo staan vaker misverstanden een vlotte samenwerking in de weg dan technische problemen.” “Toch zie ik een onmiskenbaar positieve evolutie naar verhoogde participatie en zelfontwikkeling. Coaching is ongetwijfeld de meest respectvolle manier om projecten te begeleiden. Wanneer er binnen onze organi-

satie een leernood is, wordt die steeds door de persoon zelf geformuleerd. Dat bakent het actieterrein van de expert zorgvuldig af. Wie kennis overdraagt heeft bovendien geen enkele beslissingsmacht; hij of zij komt louter als uitvoerder. Toeëigening kan je niet overdragen; ze wordt voorbereid, met alle betrokken partijen in alle fasen van een leertraject. Enkel dan kan de persoon in kwestie zich bewust worden van de toekomstkansen die de coaching hem geeft. Daarin hebben we veel vooruitgang geboekt. Vroeger reserveerde de expert bepaalde domeinen, vooral beslissingen, voor zichzelf. Zo’n aanpak is gedoemd om te mislukken.” SYLVIE WALRAEVENS

Kom op 13 oktober 2016 debatteren over dit actuele onderwerp! Een uitnodiging volgt.


© NSASINT - FOTOLIA

zuiderse wijsheid

Moussa Mara

Zelfontplooiing door zelfgave

n'GO september 2016

24


zuiderse wijsheid zelfontplooiing door zelfgave

25

© MARA DE SARIO

n'GO september 2016

I “Niemand kan gelukkig zijn op zijn eigen eilandje van welvaart als er daarrond een oceaan van ellende ligt.”

n 2014 werd Moussa Mara, toen een 39-jarige boekhouder, benoemd tot eerste minister van Mali. Daarvóór was hij al 4 jaar lang minister, en burgemeester van gemeente IV van het district Bamako. Hij is een man met een missie: de publieke ruimte weer echt publiek maken. Dat is ook wat hij voor ogen heeft wanneer hij met zijn partij Yéléma, opgericht in 2004, oproept tot verandering (‘yéléma’ betekent in de Bambara-taal): de publieke ruimte moet ingenomen worden door burgers voor wie politiek een manier is om zich onbaatzuchtig in te zetten, zich te geven en zich op te offeren voor zijn medemens. Bij alles wat Moussa Mara doet, laat hij zich leiden door die zin voor zelfgave. Vol energie en overtuiging stort hij zich op een terrein waarvan men altijd had aangenomen dat het was voorbehouden voor de elite. Die zelfgave komt voort uit een teloorgegane solidariteit tussen de basis en de top. Door jezelf te geven begrijp


©MALINET.NET

zuiderse wijsheid zelfontplooiing door zelfgave

je beter wat het betekent om mens te zijn en breng je tegelijk het potentieel van je medemens aan het licht, verkondigt hij.

De stemlozen laten horen

Aan mensen met waarden, voor hen voor wie engagement en zelfgave hand in hand gaan”. Met deze zin begin ik al mijn boeken. Zin voor zelfgave is een waarde die mij bepaalt en drijft, al zolang ik leef. Ik vind dat zelfgave een plicht is van iedereen die in een noodlijdende gemeenschap heeft geleefd, die mensen gebukt

heeft zien gaan onder armoede en angst en die de kans heeft gekregen om op te klimmen en naar school te gaan. Zij hebben een verantwoordelijkheid om zich te engageren ten opzichte van degenen die ze hebben achtergelaten. Ik ben een grote voorstander van puur, belangeloos engagement, dat niets in ruil verwacht. Dat betekent niet dat je er niets aan kan hebben, integendeel zelfs. Het is net door jezelf onbaatzuchtig te geven dat je je kan ontplooien als mens. Tijdens een lezing in januari zei ik al dat niemand gelukkig kan zijn op zijn eigen

n'GO september 2016

26

eilandje van welvaart als er daarrond een oceaan van ellende ligt. Door naar je medemens toe te stappen, leer je hem kennen, gaat er een nieuwe wereld voor je open, besef je dat niemand nutteloos is, dat iedereen op zijn of haar manier bijdraagt aan het gemeenschappelijk welzijn, dat ieder zijn eigen specifieke inbreng heeft, dat elke man en elke vrouw een potentieel heeft dat klaar zit om ontgonnen te worden. Dat kan alleen door solidariteit, die concreet vorm geeft aan het potentieel van elke mens. Die overtuiging is de leidraad in mijn leven. Ik ben opgegroeid in een volkswijk. Ik heb de dagelijkse armoede van heel dichtbij meegemaakt. Maar ik ben opgegroeid in een vrij welstellende familie, naar Malinese normen alleszins. Ik heb kunnen studeren in Frankrijk dankzij de steun van mijn ouders. Toen ik terugkwam naar Mali voelde ik de plicht om aan anderen terug te geven waar ik zelf van huis uit de kans toe had gekregen. Ik heb me onmiddellijk lokaal geëngageerd voor jongerenverenigingen, vrouwen, ambachtslui, handelaars, iedereen die niet vaak zijn stem kan laten horen en die in heel moeilijke omstandig-


zuiderse wijsheid zelfontplooiing door zelfgave

heden leeft. Door de inspiratie en de energie die ik van die mensen kreeg, ben ik tussen hen blijven wonen in een volkswijk, ook toen ik eerste minister was.

© WWW.MALICOM.NET

Tegen de stroom in

De weg die ik heb afgelegd, doet weinig ter zake. Zin voor zelfgave is, of beter gezegd, is niet meer vanzelfsprekend. Hoewel ik ervan overtuigd ben dat zelfgave ons helpt om ons te ontplooien als mens moet ik vaststellen dat de moderne mens heel erg op zichzelf gericht en zelfs egoïstisch is. Iets voor een ander over hebben is tegenwoordig een vreemd, naïef of gevaarlijk idee voor wie zijn eigen belangen wil veiligstellen. Soms heb ik de indruk dat ik de enige ben die gelooft dat er nog een betere toekomst is weggelegd voor de mensheid.

n'GO september 2016

27

Wat in de hele wereld op de eerste plaats komt, is individualisme, materialisme, de ‘ieder voor zich’ mentaliteit. Wie ijvert voor meer zin voor zelfgave valt erg uit de toon. Daar heb ik het vaak moeilijk mee. Een groot deel van de Malinese politieke klasse draagt me niet bepaald een warm hart toe, omdat ik anders ben. Veel politici voelen zich bedreigd door mijn kijk op het leven en op de politiek. En toch zullen ze het geweer van schouder moeten veranderen, anders zal de kloof met de bevolking nog dieper worden en zal de afkeer van de politiek alleen maar groeien. Zelfgave en belangeloze inzet van burgers zijn niet alleen belangrijk voor de toekomst van Afrika maar zijn ook een conditio sine qua non als we Afrikaanse leiders willen die de verwachtingen van hun bevolking


zuiderse wijsheid zelfontplooiing door zelfgave

n'GO september 2016

28

“Zelfgave en belangeloze inzet van burgers zijn niet alleen belangrijk voor de toekomst van Afrika, maar zijn ook een conditio sine qua non als we Afrikaanse leiders willen die de verwachtingen van hun bevolking kunnen inlossen.”

Wees de verandering…

Maar ik ben optimistisch over de toekomst. De crisis waar ons land zich nu al vier of vijf jaar in bevindt, heeft in de hoofden van veel jongeren een beetje als een alarmsignaal gewerkt. Zij beseffen dat als we het middenveld en de politiek aan anderen overlaten, we allemaal de dieperik in dreigen te gaan. Jongeren zijn er zich meer van bewust dat ze zich moeten inzetten en betrokken moeten zijn. Ik ga hen vaak opzoeken en ik probeer hun vertrouwen in de politiek te herstellen en hen te overtuigen dat engagement en compromissen moeilijk samengaan. Ik ben ervan overtuigd dat ons continent er ook op vooruit kan gaan door goede voorbeelden, als er steeds meer leiders opstaan die transparant zijn en anderen inspireren. Daarom ga ik de strijd

© NATASHA OWEN - FOTOLIA

kunnen inlossen. Zolang we geen leiders hebben die volledig doordrongen zijn van de wil om ten dienste te staan van anderen, zullen goed bestuur, de strijd tegen corruptie en goede praktijkvoorbeelden van het omgaan met publieke middelen geen ingang vinden op het Afrikaanse continent. Op dit ogenblik staat leiderschap gelijk aan persoonlijk profijt, omdat veel mensen hun openbaar ambt zien als een manier om zichzelf, hun clan of hun familie te verrijken. Zolang we geen leiders hebben die bereid zijn om zich elke dag weg te cijferen zonder daarom iets terug te verwachten, zonder zeker te zijn dat ze de impact van wat ze doen nog zullen meemaken, zie ik niet hoe ons continent weer op het spoor van groeiende welvaart voor iedereen kan geraken.


© BIRGITKORBER - FOTOLIA

zuiderse wijsheid zelfontplooiing door zelfgave

n'GO september 2016

29

“Zolang we geen leiders hebben die bereid zijn om zich elke dag weg te cijferen zonder iets terug te verwachten, zonder zeker te zijn dat ze de impact van wat ze doen nog zullen meemaken, zie ik niet hoe ons continent weer op het spoor van groeiende welvaart voor iedereen kan geraken.” eerst en vooral zelf aan door in zekere zin ook een voorbeeld te zijn. Ik heb aangetoond dat het mogelijk is om macht uit te oefenen op het hoogste niveau zonder je ziel te verkopen, ook al moet je soms beslissingen nemen die ingaan tegen je geweten wegens het publieke belang. Je kan perfect verantwoordelijkheid nemen en tegelijkertijd de kern van je overtuigingen en van wie je bent behouden. In dat verband is transparantie van fundamenteel belang, het vormt mee de basis van mijn publieke functie. Transparantie herstelt het vertrouwen tussen de basis en de top en laat de samenhang zien tussen woorden en daden. Door het blazoen van de politiek op te poetsen, door burgerinzet weer zijn echte waarde te geven, geef je de macht terug aan het volk om zijn lot in eigen handen te nemen en om mee te werken aan een maatschappelijk project dat door iedereen gedragen wordt. Op die manier

bieden we de jeugd nieuwe perspectieven en zullen jongeren minder geneigd zijn om in de val van extremismen te lopen. De golf van burgerinzet wordt steeds sterker. Ze is misschien nog niet zo sterk als ik graag zou willen, maar ik ben me ervan bewust dat er tijd nodig is voordat mensen anders gaan denken. Zal ik in mijn leven nog een land en een continent meemaken dat op alle niveaus geleid wordt door verantwoordelijken die zich laten leiden door het publieke belang? Dat weet ik niet. Maar elke jongere die we kunnen overtuigen om een actieve burger te worden, die zijn plaats in de maatschappij wil innemen en zich ten dienste van de gemeenschap wil stellen, is alvast weer een voorbeeld voor alle anderen. MOUSSA MARA, TEKST OPGETEKEND DOOR CÉLINE PRÉAUX


n’GO september 2016

30 © WELLESENTERPRISES - ISTOCK

spotlight

IS: cijfers, emoties, gevolgen In een recente studie stelt Steven Pinker, psycholoog, filosoof en professor aan Harvard, het MIT en Stanford, op zeer gedocumenteerde wijze dat onze wereld vandaag de dag veiliger is dan ooit tevoren, hoe ongelooflijk het ook mag lijken.


spotlight © FOTOGRAFIESCHABEL - ISTOCK

n’GO september 2016

Pinkers onderzoek, dat loopt sinds 2010, is zowel ernstig als onthutsend. Op basis van cijfers toont hij aan dat gewapende conflicten sinds het jaar 2000 90% minder dodelijke slachtoffers eisen bij de burgerbevolking dan in de jaren 1950.

H

ij toont ook aan dat het aantal terrorismeslachtoffers in WestEuropa significant gedaald is in vergelijking met de jaren 1970 en 1980 (zie grafiek 1)1.

De 2977 slachtoffers van de aanslag van 11 september 2001 zijn niet opgenomen in 1

In werkelijkheid maken terroristische aanslagen vooral slachtoffers buiten Europa, en dan vooral in het MiddenOosten (zie grafiek 2). Irak is met voorsprong het zwaarst getroffen, met meer dan 40 000 slachtoffers in 13 jaar. De cijfers spreken voor zich, maar de onderliggende vraag van Pinkers analyse is waarom bijna alle westerse landen dan ten prooi zijn aan een onveiligheidsgevoel zonder weerga. Pinker neemt geen blad voor de mond: hij legt de schuld bij de sociale media en het internet, die de indruk wekken dit overzicht, omdat de aanslag buiten West-Europa plaatsvond.

van ‘ongeëvenaard geweld’. Je kan hem moeilijk ongelijk geven.

Een breuklijn over twee jaar

Achter de tendens die uit het onderzoek van Pinkers naar voren komt, bevindt zich een breuk met het recente verleden, die zich de laatste twee jaar heeft afgetekend. Niets wijst erop dat het huidige klimaat weer tot bedaren zal komen. Integendeel. Volgens sommige analisten zullen we langdurig rekening moeten houden met terreurdreigingen, en zal er als tegenreactie een extreem-rechts terrorisme tot stand komen.

31


spotlight

n’GO september 2016

32

| grafiek 2

| grafiek 1

Vergrootglaseffect

Om te verklaren waar dat sterke angstgevoel precies vandaan komt, moeten we het vooral hebben over twee fenomenen: de rol van de media en de manier waarop aanslagen worden uitgevoerd. Je kunt moeilijk voorbijgaan aan de rol van de traditionele media – vooral van de non-stop nieuwszenders – tijdens de aanslagen. Tegenwoordig kan een aanslag twee, drie, vier dagen voortdurend breaking news zijn. De impact daarvan is enorm en werd in de VS aan de kaak gesteld door Arthur Busch, procureur van de county Genesee (Michigan). Hij stelde

dat het onveiligheidsgevoel niet noodzakelijk strookt met de realiteit die hij iedere dag zag. De criminaliteit daalde, maar desondanks voelde de blanke bevolking zich steeds onveiliger. Om de onderliggende logica van die stelling te bewijzen noemde Barry Glassner, auteur van “Culture of the fear” simpelweg twee cijfers: in eenzelfde periode en binnen eenzelfde regio daalde de criminaliteit met 20%, maar steeg de mediadekking van diezelfde criminaliteit met 600%. Volgens hem heeft onveiligheidsgevoel meer te maken met mediatisering dan met de werkelijkheid. Ook de mediaberichtgeving over terrorisme,


spotlight

n’GO september 2016

33

“In eenzelfde periode en binnen eenzelfde regio daalde de criminaliteit met 20%, maar steeg de mediadekking ervan met 600%.” zelfs al wordt ze met gegronde redenen en op een (min of meer) intelligente manier bedreven, vergroot de realiteit sterk uit.

De banalisering van het moorden

2 Het wapen kan volstrekt legaal gekocht worden nadat het ‘geneutraliseerd’ is, maar omdat de normen verschillen van land tot land kunnen veel wapens gemakkelijk gerepareerd worden. Dat is wellicht wat er gebeurd is bij de aanslag in Istres. Karl Rose, een bewonderaar van Anders Breivik, had ervaring met het opnieuw schietklaar maken van gedemilitariseerde wapens.

© WELLPHOTO - FOTOLIA

De andere parameter – wellicht de belangrijkste, en het grootste verschil met de jaren 1970/80 – is de manier waarop de aanslagen gepleegd worden. Tegenwoordig kan om het even welke gefrustreerde, slecht in zijn vel zittende, gewelddadige of gemarginaliseerde figuur een mes of bijl kopen, achter het stuur van een vrachtwagen kruipen, zich een kalasjnikov aanschaffen voor minder dan 400 euro2 en een aan-


spotlight

34

© LEOLINTANG - ISTOCK

n’GO september 2016

Tegenwoordig kan gelijk welke gefrustreerde, slecht in zijn vel zittende, gewelddadige of gemarginaliseerde figuur gemakkelijk een wapen kopen en een aanslag plegen op een symbolische plaats.

slag plegen op een symbolische plaats: een winkelcentrum, een kerk, een toeristische boulevard, een strand, een synagoge, een politiebureau, een vliegveld, een trein, een metro, een concertzaal, een café. Sommigen vanuit extreem-rechtse sympathieën, maar het merendeel hangt IS aan. Hun ‘beloning’: five minutes of fame en erkenning in extremistische kringen3.

Op het moment dat dit artikel geschreven werd, besloten een aantal media te stoppen met het publiceren van foto’s en identiteitgegevens van terroristen. (http://tinyurl.com/zc7f26n) 3

Alles op één hoop

In het hoofd van de mensen blijft bijgevolg hangen dat het gevaar van overal en van eender wie kan komen, of toch bijna. En dat maakt de strategie van IS, die erop gericht is om de moslimgemeenschap en de autochtone gemeenschap tegen elkaar op te zetten, net zo effectief. De meeste IS-aanhangers die aanslagen plegen zien er min of meer hetzelfde uit – dezelfde kleur huid, haar en ogen – als bijna alle Maghrebijnen of Arabieren. De rekensom, hoe gevaarlijk ook, is snel gemaakt: als iedere Maghrebijn eender waar in ons land kan toeslaan, wat gaat er dan om in het hoofd van mensen die niet tot die gemeenschap behoren? Ze gaan steeds meer wantrouwen koesteren


spotlight

© PATRONESTAFF - FOTOLIA

n’GO september 2016

tegenover degenen die wel tot die gemeenschap behoren. En op basis waarvan? Louter uiterlijke kenmerken. Niet iedereen gaat mee in die logica, maar veel mensen wel. Te veel. Er was al discriminatie op gebied van werkgelegenheid, er waren al politiecontroles op basis van iemands uiterlijk, en daarbij komt nu een groeiend wantrouwen vanuit een groot deel van de bevolking. Dat uit zich in angst, in minachting, in bange of woedende blikken, in dreigementen, beledigingen. In Frankrijk zijn tussen 2004 en 2015 223% meer agressieve daden gesteld tegen moslims4. Als men de daders vraagt 4

“Sterke stijging van islamofoob geweld

naar het waarom voor hun woorden of daden, voeren ze allerlei motieven aan die soms realistisch, soms helemaal ingebeeld zijn. Dat is hoe vooroordelen werken. En IS versterkt die vooroordelen iedere dag.

Israëlisering van onze maatschappij

Specialisten wijzen vandaag op een vorm van radicalisering in onze maatschappij die de vorm zou aannemen van een ‘israëliin 2015, antisemitisch geweld nog steeds op hoog niveau.” Alexandre Pouchard in Le Monde, 20 januari 2016. (http://tinyurl.com/jl3w4zk)

sering’. Die term is allesbehalve neutraal bedoeld: hij verwijst naar het veiligheidsbeleid van Israël, zoals blijkt uit een artikel dat op 15 juli verscheen in de krant Yediot Aharonot. Ron Ben-Yishaï noemde er vijf maatregelen op die de Israëlische autoriteiten genomen hebben tegen het terrorisme. Samengevat: gedaan met de heiligverklaring van de mensenrechten ten voordele van gespierde preventie (verwoesting van het huis van de terrorist om de familie medeverantwoordelijk te maken voor een individuele daad): moslims worden opgeroepen om de IS-ideologie te verwerpen, bewaking en infiltratie van netwerken, vooral sociale, administratieve aanhouding op basis van

35


spotlight

Voor veiligheid wordt moeiteloos 400 miljoen euro vrijgemaakt, maar men moet hemel en aarde bewegen om 5000 euro los te krijgen voor deradicaliseringsprojecten.

louter vermoedens, versterking van de veiligheidsmacht. Het volgende fragment van het artikel5 geeft die teneur weer: “In een urgente situatie zullen zij [de westerse landen] het heilige karakter van het leven boven de o zo verheerlijkte individuele vrij­ heden moeten stellen. Maar in tegenstelling tot Israël heeft het concept preventieve neutralisatie (of liquidatie) voorlopig nog geen ingang gevonden in Noord­Amerika en West­Europa.” Een oorlogslogica. Natuurlijk is het nodig om de inlichtingendiensten kwantitatief en kwalitatief Toegankelijk voor abonnees op de website van Courrier International: “De mensenrechten zijn niet zaligmakend!” (http://tinyurl.com/z5w9yku)

5

te versterken. We moeten niet naïef zijn: er zijn terreurgroeperingen die dood en vernieling willen zaaien. Natuurlijk is het ook nodig om de veiligheidsdiensten weldoordacht te versterken, met menselijk en materieel potentieel dat zo efficiënt mogelijk wordt ingezet. Natuurlijk moeten de sociale netwerken die door aanhangers van IS gebruikt worden onderuit gehaald worden. Natuurlijk is het zinvol om de voorlopige aanhouding te verlengen als het om terrorisme gaat. In diezelfde context zou het mogelijk moeten zijn om huiszoekingen 24 uur op 24 uit te voeren. Natuurlijk is het nodig de invloed van haatpredikers te beknotten, eventueel door ze uit te wijzen, en om ronselaars aan te pakken. Natuurlijk is het een goed idee om potentiële IS-

36 © CRISTI_M - ISTOCK

n’GO september 2016

sympathisanten nauwlettend in de gaten te houden. Al die maatregelen zijn gegrond. Maar het nadeel van een aanpak die alleen op veiligheid gebassserd is, is dat ze maar een deel van de oplossing is. Ze gaat voorbij aan een cruciaal aspect van het probleem: de dieperliggende oorzaak van de wrok, van de woede die een deel van die gemeenschap voelt. Zolang de voedingsbodem blijft bestaan, zullen er altijd vrijwilligers zijn die zich uit ontgoocheling, woede of frustratie omdat ze zich geen plaats weten te vinden in onze maaschappij, tegen haar keren en gewelddaden plegen. Een hele gemeenschap stigmatiseren door veiligheidsmaatregelen, terwijl ze al iedere dag geconfronteerd wordt met discriminatie, en een steeds uitgesprokener wantrouwen vanwege de


spotlight

37

© AJA84 - ISTOCK

n’GO september 2016

Als politici zich alleen nog lieten inspireren door de vox populi, die de Maghrebijnse gemeenschap als geheel steeds meer verwerpt, zou dat een ernstige vergissing zijn.

andere gemeenschappen, maakt die voedingsbodem van onrecht en discriminatie alleen nog vruchtbaarder.

Sociale banden niet vergeten

Een aanpak gericht op veiligheid heeft dus zeker bestaansgrond, maar ze mag niet de enige piste zijn om het probleem aan te pakken. Dialoog, sensibilisering, preventie, de strijd tegen radicalisering op het terrein, de heraanleg van de kansarme buurten waar die gemeenschappen opgroeien, het waarderen van die gemeenschappen, de samenwerking met de landen van origine zijn allemaal pistes die bij ons momenteel nog

te weinig benut worden. In Canada werd deze aanpak nochtans met succes gevolgd6. Terwijl er overal in bugdetten gesnoeid wordt, hebben politici geen moeite om 400 miljoen euro vrij te maken om de veiligheid te verhogen. Aan de andere kant hoor je aan alle kanten dat je hemel en aarde moet bewegen om 5000 euro los te krijgen voor deradicaliseringsprojecten. Het bewijst dat degenen die in de moslimgemeenschappen zelf proberen te werken, te informeren, te Radicalisatie: “Jullie Belgen hebben nog een vruchtbare bodem voor preventie!” Le Soir, 5 februari 2016. (http://tinyurl.com/zeqxsf6)

sensibilieren, er alleen voor staan. Verenigingen vinden moeilijk budget om projecten uit te voeren die het sociale netwerk kunnen versterken in gemeenten waar een sterke aanwezigheid is van de Maghrebijnse gemeenschap. Die acties worden steeds belangrijker, maar tezelfdertijd steeds minder populair. Maar als politici zich alleen nog lieten inspireren door de vox populi, die de Maghrebijnse gemeenschap als geheel steeds meer verwerpt, zou dat een ernstige vergissing zijn.

6

PIERRE BIÉLANDE


© STOKKETE - FOTOLIA

instrument Adventure Pack

Adventure Pack

n’GO september 2016

38

“Sneller, hoger, sterker”. Het Olympische devies is het credo geworden van de meeste westerse samenlevingen. Uitmuntendheid dringt zich op als syndicale minimumnorm. Onze ellebogen doen vlijtig dienst om elkaar te overtreffen in de ratrace naar dat ultieme streefdoel. Zouden we niet beter een beetje afstand nemen om de positieve effecten van wat lichtheid te ontdekken?

Reizen op bekend terrein


© ONEINCHPUNCH - FOTOLIA

instrument Adventure Pack

De druk van de voortdurende vooruitgang heeft onze deadlines steeds strakker gemaakt en meet alles wat we doen af aan de resultaten. Ook ontwikkelingssamenwerking ontsnapt niet aan die golf: processen hebben plaatsgemaakt voor resultaatsindicatoren en de ‘lange termijn’ bedraagt nog hooguit vijf jaar.

E

n nu al horen we, in die massa sprintende marathonlopers die we geworden zijn, stemmen die tegelijk angstvallig en opgewonden fluisteren: “Ik weet niet waar ik naartoe ga, maar ik ga vooruit!” Dreigen we, door onze adem in te houden, niet juist te stikken? Met het Adventure

n’GO september 2016

39

Stress ontstaat wanneer we op automatische piloot functioneren, terwijl we eigenlijk actief het heft in handen zouden moeten nemen.

Pack willen we u even op adem laten komen. Met volgepompte longen zal u voldoende afstand overbrugd hebben om aan te sluiten bij het peloton… achteraan welteverstaan. De laatsten zullen immers de eersten zijn, klinkt een oud adagium. Een, twee, drie: inademen, uitademen!

Automatische piloot

Chantal Vander Vorst is een van de pioniers van de neurocognitieve en gedragsmatige methode (NGM) en een van de oprichters van het Institute of NeuroCognitivism in 2008. Het NGM-model werd ontwikkeld door Jacques Fradin, directeur van het Institut de Médecine Environnementale in Parijs, en is een innovatieve benadering van onze hersenmechanismen om op zoek te gaan naar de basis van ons gedrag en daarmee de herkomst van een aantal bugs

te achterhalen. Dat zijn immers stoorzenders die stress veroorzaken. Toelichting door Chantal Vander Vorst: “We hebben allemaal twee manieren om met situaties om te gaan, en beide manieren worden ondersteund door verschillende hersenstructuren. De eerste is de zogenaamde ‘automatische’ manier, die is afgestemd op routinesituaties, die eenvoudig en vertrouwd zijn. De tweede manier is de ‘adaptieve of prefrontale’ waarmee we moeilijke, complexe en onbekende situaties optimaal aankunnen. De hypothese van NGM is dat de automatische mentale modus – die onze automatische reacties aanstuurt – al te vaak de leiding neemt, omdat hij sneller is en meer van zich laat horen dan de adaptieve mentale modus, die aan de knoppen van onze prefrontale reacties zit. Stress duikt op om aan te geven dat de automa-


n’GO september 2016

© NLPHOTOS - FOTOLIA

instrument Adventure Pack

Wie het Adventure Pack probeert, ontdekt nieuwe mogelijkheden en ziet hoeveel verschillende keuzes we kunnen maken, zonder daarbij de ene keuze als waardevoller dan de andere te zien.

tische mentale modus probeert om te gaan met een situatie die complexer is dan we denken. Stress is dus een kans om onze manier van handelen en ons standpunt in vraag te stellen, om afstand te nemen, de situatie anders in te schatten… en om onze adaptieve of creatieve mentale modus in te schakelen.” Er is geen tekening bij nodig: doordat we zoveel zuurstof nodig hebben voor onze nietsontziende ratrace moeten we onze automatische mentale modus vaker op een laag pitje laten staan. Daarvoor dient nu net het Adventure Pack, zegt Chantal: “Het is een oefening in toegepaste neurowetenschappen, die ons aanspoort om af te stappen van onze automatismen en onze eenzijdige kijk op de dingen en

waarmee we wat afstand kunnen nemen en onszelf weer kunnen mobiliseren.”

Operatie debugging

Het Adventure Pack laat ons stilstaan bij onze overtuigingen die ons beperken, en waarvoor we geen tijd nemen om ze te verdiepen omdat onze automatische mentale modus ze als vanzelfsprekend beschouwt. Toch zijn die overtuigingen een bron van stress in nieuwe situaties, waarin we net nieuwe antwoorden nodig hebben op vragen waar we nog nooit eerder mee te maken kregen. Chantal Vander Vorst geeft meer uitleg met een bijzonder sprekend voorbeeld: “Hugo werkt in een internationale organisatie die uitblinkt in noodhulp.

Hij heeft al een tijdje last van stress. Hugo geeft aan dat de stress begonnen is toen hij een promotie van de hoofdzetel naar het terrein aanvaardde. Nochtans doet hij zijn werk graag: snelle oplossingen vinden bij natuurrampen. Hij doet het graag en toch is hij gestrest... Wat is er aan de hand? Door samen met hem op zoek te gaan, ontdekken we dat zijn stress wordt veroorzaakt door de ‘angst dat het niet zal lukken’. Als we nog wat dieper graven, botsen we op de bron van die angst: ‘niet kunnen verdragen dat je nutteloos bent, of dat je je nutteloos voelt’. Van de talloze interventies die hij heeft gedaan, herinnert Hugo zich twee gevallen waarbij hij te laat kwam. Andere collega’s hadden het al van hem over-

40


instrument Adventure Pack

n’GO september 2016

41

| kader 1 Waarde (nut)

 Voordelen 1. Je helpt anderen 2. Je draagt bij tot een betere samenleving 3. Je voelt waardering 4. Je kan meer rekenen op anderen als je zelf nuttig bent geweest 5. Je leert dingen bij, je doet nieuwe vaardigheden op 6. Je ontmoet mensen 7. Je leert mensen en hun verlangens beter kennen 8. Je wordt een beter mens 9. Je gebruikt je tijd op een verantwoorde manier 10. Je wordt onmisbaar voor je omgeving

Beperkingen 1. Je vergeet jezelf 2. Het individu verdwijnt, alleen de groep vaart er wel bij 3. Wie zich helemaal geeft, raakt uiteindelijk uitgeput 4. Je kent je eigen verlangens en behoeften niet, en daardoor ben je minder sterk en kan je anderen minder goed helpen 5. Je weet niet meer wat echt nuttig is, want eigenlijk is alles nuttig 6. Je handelt alleen nog maar in functie van wat nuttig is en je geeft ontspannende activiteiten op, omdat ze vaak niet nuttig zijn 7. We leven in een maatschappij die niet meer weet wat ‘vrije tijd’ betekent 8. We verliezen de rijkdom van een ‘nutteloos’ deel van ons erfgoed, bijvoorbeeld onze gastronomie 9. We verliezen de verscheidenheid aan vakmanschap die mee onze samenleving bepaalt 10. We beseffen niet meer dat iemand ons een dienst bewijst

Antiwaarde (nutteloosheid)

Andere, verruimende blikken 1. Nutteloosheid is de basis van esthetica 2. Nietsdoen geeft je geest de tijd om te verpozen en inspireert kunstenaars en schrijvers 3. Nutteloosheid brengt mensen samen op informele feestjes 4. Nutteloosheid bevordert dat mensen ‘zomaar’ iets doen voor elkaar, bevordert generositeit 5. Nutteloosheid maakt menselijke relaties authentiek want belangeloos 6. Nutteloosheid maakt het leven lichter want minder onderhevig aan de druk van het nuttig moeten zijn 7. Dankzij het nutteloze ontdekken mensen waar ze echt naar streven, het geeft hen nieuwe mogelijkheden 8. Het nutteloze relativeert het belang van wat nuttig en onmisbaar is en brengt zo rust in de samenleving 9. Het nutteloze maakt dat mensen openstaan voor alle planten en dieren die ze niet nodig hebben om te overleven, waardoor mensen gevoeliger worden voor hun omgeving 10. De vreugde van de kindertijd ligt in het nutteloze

 Nadelen 1. Je bent een last voor de samenleving 2. Je dient tot niets 3. Je geeft een slecht beeld van jezelf aan je omgeving 4. Je onderhoudt een egoïstische samenleving 5. Door je op jezelf te richten, word je armer 6. Je verliest je tijd 7. Je bereikt niets van betekenis in je leven 8. Je reikt geen oplossingen aan voor gemeenschappelijke problemen 9. Doordat je minder ervaring hebt, heb je minder kans om in je eentje een probleem op te lossen waarmee je geconfronteerd wordt 10. Doordat je meer op jezelf terugplooit, heb je minder empathie en dus ook een beperkt beeld van de manier waarop de mens functioneert en de manier waarop je zelf functioneert

ons nuttig te maken kunnen we ons ontwikkelen in de maatschappij en kunnen we een sociale rol voor onszelf vinden, terwijl  Doornutteloosheid ons in staat stelt om die taak te vervullen door authentiek te zijn en ons bewust te zijn van onze omgeving.


instrument Adventure Pack

n’GO september 2016

42

genomen. Hij voelde zich enorm nutteloos, terwijl er tegelijk mensenlevens in gevaar waren. Hoe kunnen we Hugo helpen? Om te beginnen kijken we welk beeld Hugo heeft van nutteloosheid. Dat beeld zullen we ‘antiwaarde’ noemen. Voor Hugo staat nutteloos zijn gelijk aan niet bestaan, niets betekenen. Voor Hugo zal het erop aan komen om die antiwaarde te deconstrueren, om er zich een nieuw, positiever beeld van te vormen. Daarbij helpt het Adventure Pack.”

What else?

Chantal Vander Vorst zet de vijf stappen uiteen waardoor Hugo het belang van zich nuttig te voelen kan relativeren, zodat hij afstand kan nemen van de oorzaak van zijn stress: de confrontatie met zijn antiwaarde van nutteloosheid (zie kader 1): “De eerste twee stappen zijn een bevestiging van de automatische mentale modus. Alle manieren om de werkelijkheid te zien, ook degene die ons beperken, krijgen vrij spel. In de eerste fase krijgt Hugo zo eigenlijk een tiental voordelen opgesomd van het zich nuttig voelen. Zijn hart mag spreken. Wat geeft het gevoel om zich nuttig te voelen hem? De tweede fase borduurt

© RIVERWALKER - FOTOLIA

“We vragen Boeddha, een boom, onze hond en een edelsteen naar hun mening, tot we een overzicht krijgen van de veelheid aan mogelijke standpunten over wat wij meestal als iets eenduidigs zien.” | de voordelen De methode... – vereist geen voorkennis. Ze is voor iedereen toegankelijk, maar er moet wel een vraag om hulp aan voorafgaan. – is snel en efficiënt. – helpt om onze knelpunten op lange termijn te verzachten.

| de beperkingen – De methode vereist dat je de tijd neemt om op weg te gaan en om de verschillende fases te doorlopen


instrument Adventure Pack | kader 2

n’GO september 2016

43

Wat zij van nutteloosheid vinden: Bouddha nutteloosheid schept ruimte voor meditatie en maakt de geest vrij Een boom nutteloosheid is relatief. Jij hebt mij meer nodig dan ik jou, ook al is dat waarschijnlijk niet hoe jij mijn bijdrage aan jouw overleven ziet

| getuigenis Mustapha Nait Cheikh, verantwoordelijk voor de ontwikkeling van het Institute of NeuroCognitivism in Marokko: « Ik gebruik het Adventure Pack vaak bij het begeleiden van groepen, maar ook in mijn persoonlijk leven. Onlangs nog had ik een belangrijk gesprek met iemand. Een paar minuten daarvóór voelde ik een plotse opstoot van stress en heb ik een lijstje gemaakt met tien voordelen als het gesprek zou mislukken. Ik was meteen een stuk minder gestrest, kon me beter concentreren en ik voelde me aanwezig en vol vertrouwen. Dat zijn belangrijke pluspunten tijdens een interview. Topsporters hebben eenzelfde reflex: terwijl ze het veld op stappen, aanvaarden ze al dat er eventueel iets kan mislukken. Zo nemen ze de prestatiedruk weg, concentreren ze zich op de wedstrijd en op het plezier dat ze eraan gaan beleven, en geven ze het beste van zichzelf. Volgens mij is het Adventure Pack een manier om afstand te nemen, om je licht te laten schijnen op je donkere kantjes en situaties onder ogen te komen die je nog niet eerder gezien had. Het is een manier die helpt om los te komen van je emoties en over te schakelen op een rationele, meer constructieve logica. »

Een weide nut is dat wat maakt dat ik word opgegeten. Ik zou gelukkiger zijn als ik vrij mocht groeien en als ik alleen zou zijn met mijn nutteloosheid Een koe ik ben het eens met de weide (ook al ben ik dan verantwoordelijk voor haar frustratie) Een edelsteen nutteloosheid is wat maakt dat ik schitter aan de vinger van de dames die mij dragen Een heremiet nutteloosheid maakt dat ik bij mezelf kan komen en dat ik in een diepe en authentieke harmonie kan leven Een ligstoel nutteloosheid is de reden waarom ik besta. Als mensen alleen geïnteresseerd waren in wat nuttig is, dan zouden ze niet op mij gaan liggen om op adem te komen Onze moeder tijdens de eerste jaren van je leven was je nutteloos voor het huishouden en toch heb je ons zoveel liefde en geluk geschonken Onze neef als we samen gaan eten dan is dat niet om het te hebben over het bedrijf dat we samen gaan oprichten. Afspreken zonder nut, zijn dat niet onze beste avonden? Onze hond als je alleen maar zou denken in termen van nut, dan zou je mij niet eens hebben (aangezien ik geen Duitse herder ben, maar een chihuahua) voort op de eerste. Hugo ‘zuivert’ zijn visie door ook een tiental nadelen te benoemen van het nuttig zijn.” Daar begint het schoentje te wringen en wordt de adaptieve mentale modus aangesproken. Je komt terecht in een situatie waarbij de waarde van datgene waar je zo aan vasthoudt enorme proporties aanneemt. “In het geval van Hugo”, legt Chantal uit, “betekent dat dat je je voorstelt dat iedereen voortdurend nuttig moet zijn, voor iedereen moet klaarstaan… Waar liggen de grenzen van zo’n situatie? De volgende fase is nog moeilijker: op welke andere manieren kan Hugo over nutteloosheid nadenken, om zijn blik te verruimen? De uitdaging voor

hem is om een tiental argumenten te vinden vóór nutteloosheid. In de laatste fase, ten slotte, wordt de balans opgemaakt van het relativeringsproces, wordt er gekeken wat de waarde die je verdedigt, maar ook de antiwaarde, die je aanvankelijk zo verafschuwde, kunnen betekenen voor de samenleving: wat kunnen nut en nutteloosheid samen bijdragen?” Wie het Adventure Pack probeert, voelt onmiddellijk dat de stress die wordt veroorzaakt door de halsstarrige automatische mentale modus, afneemt doordat de adaptieve mentale modus de vrije loop krijgt. Die adaptieve modus opent nieuwe mogelijkheden en laat zien hoeveel ver-


instrument Adventure Pack © FRANKIX - FOTOLIA

n’GO september 2016

44

| meer weten Chantal Vander Vorst Website detoxandgrow.com Contacteer Chantal Vander Vorst Zin om zelf te proeven van deze verandering van houding, om nieuwe verstandelijke horizonten te verkennen, die een nieuwe kijk op de wereld en de andere openen? Neem deel aan een praktische workshop met Chantal Vander Vorst op donderdag 13 oktober, van 18u30 tot 21u. Adres: Voie Maréchal Groucho 17, 1300 Wavre. Voorkeurtarief: 50€ pp. btw excl. Taal: Frans

schillende keuzes we wel kunnen maken, zonder echter de ene keuze als waardevoller dan de andere voor te stellen. “Wie zich de ervaring van het Adventure Pack weer voor de geest haalt als hij geconfronteerd wordt met iets dat vroeger een antiwaarde voor hem was, kan sneller de knop omschakelen, kan begrijpen wat de bijdrage kan zijn van die ‘antiwaarde’”, aldus nog Chantal Vander Vorst. Chantal Vander Vorst

Janus en meer

Het Adventure Pack kan aangevuld worden met een andere oefening uit de toegepaste neurowetenschappen, waarbij je verschillende standpunten inneemt. Zo-

als Chantal Vander Vorst uitlegt, kies je daarbij een tiental inspirerende mensen, plaatsen of voorwerpen en vraag je je af wat voor hen de antiwaarde betekent die je wil onderzoeken. Je lijst ieders argumenten op, tot je een overzicht krijgt van alle mogelijke standpunten over wat wij als iets eenduidigs zagen (zie kader 2). De oefening is een aanmoediging om ons standpunt te herzien en ons gedrag bij te stellen. “Door je in te leven in een veelheid aan standpunten krijg je de kans om je automatismen, de platgetreden paden van je gedachten te verlaten en eens rustig adem te halen als je op een antiwaarde botst die stress veroorzaakt. Het is een gelegenheid om je

standpunt open te trekken en je af te vragen wat anderen daarvan zouden denken”, onderbouwt Chantal Vander Vorst haar stelling. Dat proces vermindert de druk in onszelf en lost knelpunten op waarvan we niet eens wisten dat ze bestonden voor we op verkenning gingen naar wat we al meenden te kennen. Wat denk je, durf je een pauze te nemen? CELINE PRÉAUX

U kent een interessant instrument dat waardevol is in een context van ontwikkelingssamenwerking? Laat het ons weten!


blog-notes

n’GO september 2016

| stem van de expert

Dimitri Goubo

Dimitri Goubo is diplomeerd in statistische analyse toegepast op ontwikkeling aan de Ecole Nationale Supérieure de Statistique et d’Economie Appliquée (ENSEA). Hij heeft ook een masterdiploma openbare economie van de universiteit van Cocody. Zijn ervaring aan het Centre de Promotion des Investissement in Ivoorkust (CEPICI) zette hem aan tot gespecialiseerde studies in investerings- en gezondheidsmateries. Bij ENSEA uitgaven publiceerde hij “Les déterminants de l’épargne domestique dans l’UEMOA, et l’Analyse situationnelle pour la réorganisation du centre de santé de Luenoufla”. Vandaag geeft Dimitri Goubo les in deze materies.

© B201735 - FOTOLIA

De verborgen rijkdom van de armen

I

eder jaar maakt de VN de wereldwijde armoedecijfers bekend en stelt ze een ranglijst op. Zo kunnen mensen hun situatie vergelijken met de rest van de wereld en worden regeringen bewust gemaakt van de omvang van het probleem, wat dan weer een nieuwe impuls kan geven tot maatregelen om de armoede in hun land terug te dringen. Toch kun je je vragen stellen bij de manier waarop dat armoedecijfer berekend wordt. Met welke parameters wordt rekening gehouden bij de bepaling van het cijfer, en geeft het de werkelijkheid van armoede in Afrika wel op een relevante manier weer?

45


blog-notes

n’GO september 2016

46

© BYRDYAK - FOTOLIA

“Zo kan een gezin bijvoorbeeld erg waardevolle bezittingen hebben, maar weinig uitgeven aan voedings- of andere behoeften.” Dr Diarra Ibrahim, onderzoeker en docent aan de Félix Houphouët BoignyUniversiteit van Abidjan, maakt in zijn artikel “Armoede op het Ivoriaanse platteland”, gepubliceerd in Les cahiers Ivoiriens de recherche économique et social, nr. 1, 2013, een kritische analyse van de manier waarop het armoedecijfer bepaald wordt. Hij constateert dat alleen monetaire variabelen (BNP/inwoner) meetellen in de berekening, en stelt daar een diepgaandere, niet uitsluitend monetaire benadering tegenover: de ‘patrimoniale methode’, waarbij ook andere criteria een rol gaan spelen in de berekening van het armoedecijfer. Daartoe voerde Dr Diarra een onderzoek uit op het Ivoriaanse platteland. Hij vertrok van parameters als grondbezit, menselijk kapitaal, sociaal kapitaal, economisch en financieel vermogen en fysiek vermogen. Binnen de onderzochte groep van 4164

plattelandsgezinnen bleek dat minder gezinnen getroffen werden door patrimonale armoede (22% van de armen) dan door monetaire armoede (50,5%). Bij de vergelijking van beide methodes valt op dat op een totaal van 2104 gezinnen die aan de hand van de monetaire methode als ‘arm’ werden gekwalificeerd, slechts 456 (21,7%) dat waren aan de hand van de patrimoniale methode. Andersom geldt dat op de 918 gezinnen die op basis van de patrimoniale methode als ‘arm’ werden beschouwd, ongeveer de helft (49,7%) dat ook is op basis van de monetaire methode. Uit deze resultaten blijkt dat de monetaire benadering onvoldoende is om armoede in kaart te brengen. Zo kan een gezin bijvoorbeeld erg waardevolle bezittingen hebben, maar weinig uitgeven aan voedings- of andere behoeften. In plattelandsmilieus vormen grondbe-


zit en vee vormen van rijkdom die niet gewaardeerd worden in de bepaling van het armoedecijfer aan de hand van louter monetaire factoren. Het zou dus wenselijk zijn om beide methodes te combineren bij het vaststellen van het armoedecijfer. Op die manier kunnen gedifferentieerde en gecontextualiseerde beleidsmaatregelen genomen worden, want armoede is een gegeven met vele dimensies. Dat de huidige berekeningsmethode geen rekening houdt met patimoniale bezittingen is voor een deel te verklaren door het feit dat in grote gedeelten van de wereld, en dan vooral in Afrika, privébezit vaak een nogal flou gegeven is. Eigendomsakten kosten veel en de procedures om ze te verkrijgen zijn lang, complex, en worden vaak bemoeilijkt door administratieve corruptie. In Ivoorkust zijn er bijvoorbeeld maar eigendomsaktes uit-

n’GO september 2016

gereikt voor 3% van de landbouwgrond. Maar ook de gelukkige officiële eigenaars hebben weinig juridische armslag. Het is moeilijk om je bezit veilig te stellen in een rechtssysteem dat weinig efficiënt is. Zonder juridische bescherming blijft een eigendomsakte dode letter, een waardeloos stuk papier. Om plattelandsbewoners hun correcte plaats te kunnen geven en armoede op een efficiënte manier aan te pakken is het belangrijk om de problemen rond grondbezit zo snel mogelijk op te lossen door de procedures rond de eigendomsakten te versnellen, door de bevolking te sensibiliseren over het belang ervan en door de kostprijs drastisch te verlagen. In een scenario waarin alle gronden een eigenaar hebben, zou een grondbelasting, zelfs een heel lage, een substantieel inkomen betekenen voor Afrikaanse regeringen. Ze zouden de eigendomsak-

47

© FRANCOVOLPATO - FOTOLIA

blog-notes


blog-notes

48

“We moeten alleen weg uit de logica van de internationale overheidssteun, naar een meer constructieve logica, die nuttiger is dan een klaagzang over betekenisloze cijfers.” ten in hun eigen belang dus gratis moeten afleveren. Op die manier zou de plattelandsbevolking niet langer ingedeeld hoeven te worden bij de grote groep armen. Een bankier leent geen geld aan iemand die arm is, maar hij leent wel aan iemand die eigenaar is van een onderneming. En ieder krediet dat wordt toegekend aan een investeringsproject leidt tot meer rijkdom op het platteland, en draagt bij tot het terugdringen van armoede. Daarom is het van belang dat, los van alle schijnklassementen die een deel van de plattelandsbevolking marginaliseren op basis van restrictieve en fatalistische analyses, de internationale gemeenschap druk uitoefent op Afrikaanse regeringen zodat die het fundamentele probleem van het privébezit aanpakken en een juridisch kader scheppen om dat te beschermen. De bekende Peruaanse econoom Her-

nando de Soto heeft al aangetoond welke impact het eigendomsrecht heeft op het terugdringen van armoede. Dat idee is dus niet nieuw. We moeten alleen weg uit de logica van de internationale overheidssteun, naar een meer constructieve logica, die nuttiger is dan een klaagzang over betekenisloze cijfers.

n’GO september 2016

Tweemaandelijks e-zine uitgegeven door Ec hos Communication Rue Coleau, 30 - 1410 Waterloo - België +32(0)2 387 53 55 Verantwoordelijke uitgever Miguel de Clerck Hoofdredacteur Sylvie Walraevens Redactie Pierre Biélande Céline Préaux Sylvie Walraevens Vormgeving Bertrand Grousset Lay-out Thierry Fafchamps Vertaling Lies Lavrijsen, Arno Thijs Taalcorrectie Naomi Leclercq Met de steun van:

Dit artikel verscheen eerder op de website audace-afrique.org

Abonneer u gratis op het magazine. Klik hier! Vind Echos Communication op het Internet www.echoscommunication.org


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.