2025 De Kiem 4 Tijdschrift

Page 1


ZONDER MEER

DRUGSPREVENTIE

DRIEMAANDELIJKS TIJDSCHRIFT VAN DE KIEM VZW JG. 32 NR. 4 - OKTOBER, NOVEMBER, DECEMBER 2025

EEN UITDAGENDE JOB

De werking van De Kiem is divers. Naast ambulante centra, het residentieel behandelprogramma, de gevangeniswerking en het liaisonproject heeft De Kiem ook verschillende preventiewerkers.

Van Assenede tot Oosterzele. Met deze 10 gemeenten, die grenzen aan de noord-, oost- en zuidkant van Gent, heeft De Kiem een overeenkomst om de intergemeentelijke preventiedienst te organiseren. Dit gebeurt onder de naam “Drugpunt”. Ook enkele andere gemeentelijke preventiediensten, niet verbonden aan De Kiem, werken onder deze roepnaam. Volgend jaar starten we ook een werking op in Haaltert.

De vroeginterventie- en preventiewerkers van De Kiem, ofwel de ‘Drugpunters van De Kiem’, nemen je in deze editie mee en beschrijven hun dagelijkse werking . Ze schetsen hun specifieke missie, de doelstellingen en doelgroepen en hun kerntaken.

Preventiewerk is een boeiende, gevarieerde en uitdagende job die veel zelfstandigheid, ondernemingszin, empathie en diplomatie vraagt.

We staan eerst even stil bij hoe de preventiewerking in Vlaanderen wordt georganiseerd en vervolgens beschrijven we welke plek de preventiediensten van De Kiem daar innemen.

Met De Kiem als werkgever, VAD als vormer-ondersteuner, kunnen de preventiewerkers dagelijks kwaliteit bieden voor zowel de cliënten als de intermediairs, de politiezones en de lokale besturen die met De Kiem in zee zijn gegaan.

Vroeginterventie is een laagdrempelig en nabij aanbod voor iedereen die vragen heeft rond het gebruik van middelen, gamen, gokken en overmatig schermgebruik. Je zou verwachten dat de preventiewerkers vooral gesprekken hebben met experimenterende jongeren en met ouders die zich zorgen maken over het gedrag van hun kind. De realiteit is de laatste tijd vaak anders. Het Drugpunt is zeer zeker een eerste aanspreekpunt. Laagdrempelig en nabij georganiseerd. Maar de laatste jaren zien de preventiewerkers ook veel cliënten met ernstige en complexe problematieken. Een mogelijke oorzaak hiervoor is dat de gespecialiseerde drughulpverlening kampt met lange wachtlijsten. Mensen zoeken zeer vaak hulp op het moment van een crisis. Het is dan belangrijk om minstens een luisterend oor te vinden met de nodige kennis van de sector om, indien nodig, gepast te kunnen doorverwijzen. Door de lokale nabijheid en het werken zonder wachtlijsten nemen de Drugpunten een unieke en belangrijke positie in voor iedereen die hulp zoekt in verband met middelengebruik of -misbruik.

Zoals je kan lezen in de twee getuigenissen kan ik ook hier weer trots zijn op een gedreven en enthousiast drugpreventieteam.

Een cliënt beschrijft hoe ze de aanpak en stijl van de drugpreventiewerker bijzonder wist te appreciëren: luisteren en steunen, niet confronteren, niet duwen.

Ook een mama vertelt hoe de begeleiding voor haar zoon een verschil

heeft gemaakt; ook voor hun onderlinge relatie.

Ik wens iedereen een leuk en verbindend eindejaar. Maak wat plaats in jullie agenda om volgend jaar samen met ons 50 jaar De Kiem te vieren.

PREVENTIEACTOREN ALCOHOL EN DRUGS IN VLAANDEREN

In dit artikel van VAD ontdek je hoe de structuur van het alcohol- en drugpreventielandschap in Vlaanderen eruitziet. Wie is bevoegd voor wat en wie heeft welke opdrachten? Maak kennis met de betrokken partners binnen alcohol- en drugpreventie.

De Vlaamse overheid is bevoegd voor preventie. Het ‘decreet betreffende het preventieve gezondheidsbeleid’ uit 2003, vormt het kader voor het preventieve gezondheidsbeleid in Vlaanderen. Om binnen dit gezondheidsbeleid prioriteiten te stellen, werkt de Vlaamse overheid met gezondheidsdoelstellingen: specifieke, meetbare en algemeen aanvaarde doelstellingen op vlak van preventie. Deze doelstellingen moeten zorgen voor gezondheidswinst bij de bevol-

Methodiekontwikkeling en ondersteuning van de implementatie

VAD

king en gezondheidsongelijkheid verkleinen.

Deze gezondheidsdoelstellingen worden vastgelegd door gezondheidsconferenties. Zo’n conferentie brengt verschillende deskundigen samen rond gezondheidsthema’s. Vervolgens worden er actieplannen opgemaakt.

De laatste gezondheidsconferentie in 2016, leidde tot de gezondheidsdoelstelling ‘De Vlaming leeft gezonder’ Deze doelstelling wil gezond gedrag stimuleren bij de Vlaamse bevolking, met aandacht voor verschillende leefstijlfactoren tegelijk. Daarbij hoort ook het gebruik van psychoactieve medicatie, alcohol en illegale drugs, gamen en gokken. Deze gezondheidsdoelstelling loopt af in 2025. De evaluatie hiervan,

Implementatie en disseminatie

GEZONDHEIDS PROMOTOREN

CGG PREVENTIEWERKERS

LOKALE

INTERGEMEENTELIJKE PREVENTIEWERKERS

Uitvoering

samen met een omgevingsanalyse die onder meer nieuwe trends in kaart brengt, vormt het vertrekpunt om een nieuwe gezondheidsdoelstelling uit te werken en prioriteiten voor het beleid te bepalen.

Verschillende organisaties voeren het Vlaamse beleid uit

Verschillende organisaties in Vlaanderen voeren het actieplan uit voor de thema’s alcohol, illegale drugs, psychoactieve medicatie, gokken en gamen: partnerorganisatie VAD, organisaties met terreinwerking (CGG preventiewerk TAD), Gezondheidsmakers en Gezond in Brussel en lokale en intergemeentelijke preventiewerkers

INTERMEDIAIREN/ ZORGAANBIEDERS/ LOKALE BELEIDSMAKERS

Einddoelgroep

ALGEMEEN PUBLIEK

Schema: Opdrachten van preventiepartners in de Vlaamse preventieketen ©VAD

VAD als partnerorganisatie en koepel

De Vlaamse overheid werkt samen met verschillende partnerorganisaties die expertise hebben in een of meerdere domeinen van de preventieve gezondheidszorg. VAD, het Vlaams expertisecentrum Alcohol en andere Drugs, is de officiële partner voor preventie rond alcohol, illegale drugs, psychoactieve medicatie, gokken en gamen. VAD verzamelt en verwerkt informatie, ontwikkelt preventiemethodieken die geïmplementeerd en geëvalueerd worden, en biedt vorming aan.

Daarnaast is VAD ook de koepel van Vlaamse organisaties die werken rond alcohol en andere drugs. Het gaat om organisaties die zich specialiseren in preventie, vroeginterventie, harm reduction, hulpverlening en onderzoek. VAD heeft als vereniging een 80-tal leden, waaronder de Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg (CGG), Medisch Sociale Opvangcentra (MSOC), ambulante centra, crisis- en dagcentra, ontwenningsafdelingen van psychiatrische ziekenhuizen en therapeutische gemeenschappen. Ook De Kiem is lid van VAD.

VAD participeert aan projecten van de federale en Vlaamse overheid. Daarnaast is de organisatie actief in de Europese context. Zo levert VAD regionale gegevens aan voor het EUDA (European Union Drugs Agency) en is het partner in verschillende Europese netwerken en projecten.

VAD werkt vanuit een gezondheids- en welzijnsperspectief en wil de alcohol- en drugthematiek bespreekbaar maken, (inter)sectorale netwerken uitbouwen en een kwaliteitsvolle aanpak van de alcohol- en drugthematiek ondersteunen.

VAD richt zich zowel op de Vlaamse bevolking in het algemeen, als op intermediairs.

De Druglijn is de publieksservice van VAD. De Druglijn is er voor iedereen met vragen over drank, drugs, pillen, gokken en gamen. Je kan er terecht met informatievragen over middelengebruik, maar ook voor een eerste advies bij problemen, vragen over hulpverlening en preventie, documentatiemateriaal …

REGIONAAL

Organisatie met terreinwerking: CGG-preventiewerk

Binnen de preventieve gezondheidszorg zijn er verschillende organisaties met terreinwerking die, naast individuele zorgaanbieders en anderen, het veldwerk doen. Het CGG-preventiewerk TAD (tabak, alcohol, illegale drugs, gamen en gokken) doet de terreinwerking rond preventie van middelengebruik.

In Vlaanderen zijn er 12 Centra Geestelijke Gezondheidszorg met een preventiewerking tabak, alcohol en drugs. Ze doen beroep op de expertise van VAD als partnerorganisatie. Lokaal werken ze samen met de Gezondheidsmakers en Gezond in Brussel en met lokale en intergemeentelijke preventiewerkers.

Dit CGG-preventienetwerk implementeert preventiemethodieken in de verschillende Vlaamse regio’s. Het informeert en biedt vorming aan intermediairs uit verschillende sectoren (onderwijs, gezondheid, welzijn, vrije tijd en cultuur, arbeid, lokale besturen …).

Het CGG coacht organisaties in de verschillende sectoren om een alcoholen drugbeleid op te stellen. Daarnaast biedt het intervisie om concrete voorvallen te bespreken, geeft het advies bij concrete casussen en vragen, en bij het organiseren van preventieactiviteiten. Via de intermediairs bereikt preventie de algemene bevolking en alle leeftijdsdoelgroepen.

De CGG’s hebben elk hun eigen regio en zorgen samen voor een dekking van het volledige Vlaamse grondgebied. De opdrachten van het CGG-preventiewerk TAD als organisatie met terreinwerking liggen vast in driejaarlijkse overeenkomsten tussen het Departement Zorg en de CGG’s.

Gezondheidsmakers

Tot eind 2024 waren er in Vlaanderen en Brussel 13 Logo’s (LOkaal Gezond-

heidsOverleg) actief. Vanaf 2025 bundelen zij hun krachten in één organisatie: ‘Gezondheidsmakers’. In Brussel blijft de werking verankerd binnen de Vlaamse Gemeenschapscommissie, onder de nieuwe naam ‘Gezond in Brussel’.

Het doel van Gezondheidsmakers en Gezond in Brussel is de gezondheid van de bevolking bevorderen, beschermen en behouden. Daarvoor werken ze niet alleen rond alcohol en andere drugs, maar ook rond andere gezondheidsthema’s, zoals tabak, vaccinaties, voeding en beweging, milieu … Ze baseren hun werking op de Vlaamse gezondheidsdoelstellingen.

Er zijn 13 regionale antennepunten die het Vlaams grondgebied dekken. Met een sterk netwerk binnen de verschillende regio’s werken ze met diverse organisaties samen om het preventieve gezondheidsbeleid uit te voeren. Gezondheidspromotoren ondersteunen en begeleiden scholen, lokale besturen, verenigingen en voorzieningen om een preventief gezondheidsbeleid op te zetten. Daarbij hebben ze aandacht voor het Health in All Policiesprincipe en spelen ze in op de lokale

en regionale noden. Zo verspreiden en implementeren ze bijvoorbeeld ook preventiemethodieken, aangepast aan de lokale situatie en de setting.

Sinds 2025 worden de regionale teams ondersteund door gecentraliseerde diensten en een team Vlaamse experten per thema en setting. Zo zijn er ook twee experten TAD, die in nauw contact staan met partnerorganisatie VAD.

Intergemeentelijke preventiewerkers

In enkele Vlaamse provincies werd er in de jaren negentig een netwerk van ‘intergemeentelijke preventiewerkers’ uitgebouwd. De opdrachten, wijze van financiering en ondersteuning verschilden van provincie tot provincie. Gemeenschappelijk was dat een preventiewerker werd tewerkgesteld om een aanbod te voorzien in verschillende gemeenten. Naast het alcoholen drugpreventiewerk hadden enkele intergemeentelijke preventiewerkers ook een aanbod rond vroeginterventie naar jongeren.

In het kader van de interne staatshervorming werd de lopende financiering door de provincies stopgezet en overgenomen door de Vlaamse overheid. In april 2019 ging een nieuw besluit van de Vlaamse regering rond intergemeentelijke preventiewerking in uitvoering.

De intergemeentelijke preventiewerkers bedienen twee of meer gemeenten binnen een eerstelijnszone. De gemeenten kunnen zelf het werkgeverschap opnemen, of ze kunnen dit toewijzen aan een andere organisatie. De gemeenten in het samenwerkingsverband bepalen zelf waar de preventiewerker tewerkgesteld wordt.

Naast de Vlaamse subsidie financieren de gemeenten voor minstens hetzelfde bedrag als de Vlaamse overheid. De gemeenten kiezen zelf op welke preventiethema’s (waaronder ook alcohol, drugs, psychoactieve medicatie, gokken en gamen) ze prioritair inzetten. Momenteel zijn er in Vlaanderen zo’n 45 intergemeentelijke preventiewerkingen actief.

Intergemeentelijke preventiewerkers werken vraaggestuurd voor een lokaal

LOKAAL

bestuur in functie van lokale noden en behoeften. Ze werken rechtstreeks naar bepaalde doelgroepen of settings. Ze nemen een trekkersrol op voor lokale initiatieven en bij het vormen van lokale netwerken. Hun dienstverlening is meestal gratis of anders tegen een lage prijs. De intergemeentelijke preventiewerkers krijgen ondersteuning van de Gezondheidsmakers. Daarnaast kunnen ze afhankelijk van de thema’s waarrond ze werken ook van andere organisaties ondersteuning krijgen. Denk bijvoorbeeld aan inhoudelijke ondersteuning van CGG-preventiewerkers omtrent alcohol- en drugpreventie.

Lokale preventiewerkers

In het regeerakkoord van 9 maart 1992 verbond de regering zich ertoe met veiligheidscontracten te werken tussen de staat, de gewesten en de gemeenten. De werking van de lokale preventiewerkers ontstond daaruit, met als doel criminaliteitspreventie op gemeentelijk niveau. Afhankelijk van de lokale situatie vormt het drugthema al dan niet een onderdeel van de aanpak.

In de omzendbrief van 2001 naar aanleiding van de politiehervorming wer-

den de criteria strikter geformuleerd op vlak van overlast en veiligheid. De tewerkstelling van de medewerkers binnen het Strategisch Veiligheids- en PreventiePlan (SVPP) is zeer divers. In sommige gemeenten worden ze binnen de gemeente (al dan niet bij de politie) tewerkgesteld, in andere worden ze gedetacheerd naar vzw’s met preventiewerking of een hulpverleningsaanbod of naar het straathoekwerk.

In afwachting van een hervorming van het preventiesubsidiebeleid besloot de ministerraad om de huidige strategische veiligheids- en preventieplannen 2023 – 2024 voor een jaar te verlengen. Hierdoor lopen de plannen nu door tot en met 31 december 2025.

In sommige gemeenten in Vlaanderen financiert de gemeente met eigen middelen een preventiewerker die meestal een beperkte opdracht met betrekking tot alcohol en andere drugs krijgt met daarnaast nog andere gemeentelijke taken. Ook enkele grote steden (Antwerpen, Gent, Brugge, …) financieren een preventieambtenaar of -coördinator, om alle initiatieven rond alcohol en andere drugs in hun stad te coördineren.

Samenwerking in de praktijk

Hoewel de rollen en taken van de verschillende preventieactoren op papier duidelijk omschreven zijn, verschilt de invulling ervan in de praktijk vaak per regio. Door beperkte mankracht wordt er pragmatisch omgegaan met de taakverdeling, en maken regionale partners onderling werkbare afspraken om de beschikbare middelen zo efficiënt mogelijk in te zetten.

Er zijn ook diverse overlegplatforms waar de verschillende preventieactoren elkaar ontmoeten. Zo bevorderen ze de samenwerking en doen ze regionaal aan afstemming en uitwisseling. Daarnaast voorziet VAD als partnerorganisatie ook netwerkmomenten met de diverse actoren.

Lees het volledige artikel op vad.be/ artikels/preventieactoren-alcohol-endrugs-in-vlaanderen

Benieuwd wie er in jouw buurt actief is? De VAD-doorverwijsgids bundelt het Vlaamse aanbod

Gratis water aanbieden, een voorbeeld van een preventieve omgevingsinterventie

DE DRUGPUNTEN VAN DE KIEM

In de politiezones Rhode-Schelde, Assenede-Evergem, WetterenLaarne-Wichelen en Regio Puyenbroeck werd de opdracht voor de organisatie en werking van een intergemeentelijke preventiedienst (lees Drugpunt) toegewezen aan De Kiem.

Het Vlaams Departement Zorg zorgt voor de subsidiering van preventiediensten (a rato van het ‘gewogen’ aantal inwoners) op voorwaarde dat minstens 2 gemeenten hiervoor samenwerken.

De samenwerkende lokale besturen voorzien in een cofinanciering die minstens even groot is als die van de Vlaamse Gemeenschap.

De taken van de intergemeentelijke preventiewerker bestaan er in bij te dragen tot het realiseren van de beleidsdoelstellingen van het Vlaamse preventieve gezondheidsbeleid en van de Vlaamse gezondheidsdoelstellingen. De lokale besturen kiezen zelf op welke preventiethema’s ze prioritair inzetten. De lokale besturen kunnen zelf het werkgeverschap opnemen, of ze kunnen dit toewijzen aan een andere organisatie. In de vier hogervermelde politiezones werd het werkgeverschap toegewezen aan De Kiem.

De intergemeentelijke preventiewerker (IGP’er) werkt vraag-gestuurd in functie van lokale noden en behoeften en rechtstreeks naar doelgroepen/levensdomeinen of settings. De IGP’er fungeert als trekker voor initiatieven binnen de lokale context, werkt zeer laagdrempelig en levert (bij voorkeur) gratis dienstverlening, zonder wachttijden.

De 4 Drugpunten van De Kiem werken nauw samen en delen dezelfde missie: het creëren van een omgevingsklimaat waarbinnen op een verantwoorde en kritische manier wordt omgegaan met

genotsmiddelen en waarbij hulp wordt geboden bij problemen als gevolg van gebruik.

De Drugpunten richten zich naar volgende doelgroepen: de inwoners van de politiezone; mensen die er werken, studeren of tijdelijk verblijven; gebruikers van alcohol en andere drugs, gamen of gokken; de directe omgeving van die gebruikers en intermediairs die voor hun werk in contact staan met de (potentiële) gebruiker(s) of werken met risicogroepen.

De doelen die we vooropstellen zijn het aanmoedigen, ondersteunen en bestendigen van niet-gebruik, het uitstellen van experimenteergedrag, het bevorderen van verantwoordelijk gedrag en het stimuleren van een vroegtijdige aanpak. De kerntaken hierbij zijn vroeginterventie en preventie.

Vroeginterventie is een waardevolle methodiek in het preventie- en hulpverleningslandschap om mensen met riskant of problematisch middelengebruik of problematisch game- of gokgedrag, zo vroeg mogelijk te identificeren, te motiveren tot gedragsverandering en hen te ondersteunen bij die veranderingsstrategie.

Vroeginterventie1 speelt een cruciale rol in het voorkomen van ernstigere vormen van middelengebruik en bijhorende psychosociale problemen.

1 Omgevingsanalyse vroeginterventie, VAD’

Door tijdig in te grijpen wanneer beginnende risicopatronen zich aandienen, kan vroeginterventie de ontwikkeling van verslavingsproblemen afremmen of zelfs voorkomen. Belangrijk is ook dat die interventie afgebakend en beperkt is in tijd, wat het een laagdrempelige interventie maakt (Babor et al., 2007).

Vroeginterventie maakt daarom een volwaardig onderdeel uit van het internationaal erkende interventiespectrum van Mrazek & Haggerty (1994), dat stelt dat effectieve preventie en gezondheidszorg bestaan uit verschillende interventies: universele, selectieve en geïndiceerde preventie, vroeginterventie en hulpverlening.

Vroeginterventie neemt binnen dit model een unieke plek in. Als brug tussen preventie en hulpverlening laat vroeginterventie toe om personen met riskant of problematisch middelengebruik in een vroeg stadium te bereiken – vaak nog vóór er sprake is van ernstige schade of een uitgesproken zorgvraag.

Het is dan ook vaak de omgeving die het eerst signaleert. Door tijdig in te grijpen, kan vroeginterventie het verschil maken: het voorkomt escalatie van gebruik, vermindert de kans op langdurige afhankelijkheid en vergroot de kans op herstel of gedragsverandering om net op dat kantelpunt snel, motiverend en zonder drempels op te treden. Dat maakt van vroeginterventie een van de meest kosteneffectieve interventies (Babor et al., 2007).

Vroeginterventie in de praktijk

In de vier Drugpunten onder De Kiem wordt vroeginterventie (verder VI) als primaire doelstelling weerhouden en preventie als tweede doelstelling, waarbij de preventie-activiteiten de toeleiding naar de VI faciliteren.

Iedereen die met vragen of zorgen zit over het eigen gebruik of over het gebruik van naasten, kan ons rechtstreeks contacteren. Na de aanmelding volgt een eerste gesprek binnen de 14 dagen. Die gesprekken worden lokaal georganiseerd. We werken daarvoor samen met de sociale huizen en de welzijnshuizen. Zo hoeven onze clienten zich niet ver te verplaatsen. Vroeginterventie (VI) kan maar werken indien we kort op de bal spelen : wij hebben GEEN WACHTLIJSTEN. Deze strategie draagt bij tot het voorkomen

van verdere escalatie van problemen door gebruik.

De begeleiding is afgebakend tot zo’n 5 gesprekken. Naast een ‘warm’ onthaal en een niet-veroordelende houding zetten we in op psycho-educatie en motiverende gespreksvoering. De cognitief-gedragsmatige-systemische denkkaders vormen de ruggengraat van VI.

Het is mede dankzij deze werkwijze dat cliënten blijven komen of dat ze in een latere fase terugkomen. Uit de feedback van onze cliënten leren we dat ze vaak andere en gezondere keuzes maken en dat ze verantwoordelijker omspringen met hun gebruik. Sommigen stoppen en kiezen voor abstinentie, anderen minderen.

We verwijzen actief door als we merken dat de cliënt meer nodig heeft. We zijn er ook voor cliënten die al een traject hebben afgelegd en die merken dat het lastiger wordt of die hier en daar een (terug)val hebben.

Door onze lokale inbedding en omdat we rechtstreeks bereikbaar zijn, krijgen we een diversiteit in aanmeldingen. Naast de jonge of beginnende gebruiker melden zich ook andere profielen aan: mensen in herstel die opnieuw last krijgen van craving of een terugval hadden en zich willen ‘herpakken’; mensen die eerder zoeken naar wat informatie over wetgeving of willen weten hoe ze minder risicovol kunnen

gebruiken. Sommige cliënten zitten in een lang verborgen excessief gebruik, hebben kinderen en een job; ook zij zijn bij ons welkom.

Ook naasten van gebruikers doen beroep op onze begeleiding. Vaak zijn wij de enigen waar ze hun verhaal aan kwijt durven. Er is soms schaamte om te delen met familie of vrienden. Contextfiguren zitten vaak met de handen in het haar en zijn teneinde raad. Ook voor hen zijn we een luisterend oor met de juiste expertise om hen te ondersteunen. Indien nodig gaan we ook hier verwijzen naar langdurige hulp, lotgenotencontact en andere hulpverlening.

In 2024 realiseerden we 273 vroeginterventies. Als belangrijkste producten van de Drugpunt-cliënten vermelden we cannabis, alcohol en cocaïne.

PREVENTIE

Een substantieel deel van ons werk bestaat uit netwerken. Blijven zitten op je bureau is in deze job ‘not done’. Om ons aanbod extra in de kijker te zetten nemen we deel aan raden en vergaderingen of nemen we initiatief om intermediairs vanuit diverse sectoren rond de tafel te krijgen.

Het ‘lokaal drugoverleg’ is zo’n voorbeeld. Daar nodigen we collega’s uit van andere sectoren : jeuggdwerk, ocmw-gemeente, politie, onderwijs, lokale besturen, hulpverlening, CGG, CAW, Overkop, etcetera. De agenda is zowel aanbod- als vraaggericht. Vanuit dat overleg groeien ook initiatieven : vormingen ‘omgaan met alcohol en andere drugs op fuiven’ bijvoorbeeld; of vormingsavonden naar ouders en opvoeders; maar ook campagnes en andere acties, vaak in samenwerking met andere partners. We zetten mee onze schouders onder campagnes van Gezondleven en VAD-Druglijn, Generatie Rookvrij en Tournée Minérale, om er maar twee te noemen.

Deze opdrachten behoren tot onze tweede kerntaak: preventie. Informeren, sensibiliseren en stimuleren tot gedragsverandering. Het verhogen van competenties bij intermediairs is

binnen preventie belangrijk. Op vraag aanbieden van preventie-activiteiten naar verschillende sectoren/doelgroepen: onderwijs, jeugdverenigingen, OCMW, bedrijven, ouders, …

Onze drugpreventiewerkers werken planmatig en volgens de meest re-

cente wetenschappelijke inzichten. De preventiewerkers moeten ‘mee’ zijn met de evoluties. Dankzij de opleidingen en trainingen van VAD kunnen we kennis en vaardigheden telkens bijschaven. VAD en CGG zorgen eveneens dat we toegang krijgen tot de meest recente onderzoeksrap-

De drugpunten van De Kiem

Lochristi - Wachtebeke - Zelzate - Melle - Merelbeke - Oosterzele

Destelbergen - Wetteren - Wichelen - Laarne - Assenede - Evergem

porten en via e-learning blijven we up-to-date.

Christophe Vanhuyse, intergemeentelijk vroeginterventie- en preventiewerker, Drugpunt Rhode-Schelde en Drugpunt Wetteren-Wichelen-Laarne

Drugpunt op Social media

Het is aan ons team om ons VI-aanbod zo breed mogelijk in de kijker te zetten naar de doelgroep en de intermediairs die voor hun werk met dit thema in contact komen en de doelgroep kunnen verwijzen.

Collega Luna Dierickx verzorgt de Instagram en Facebookpagina van Drugpunt. Op instagram ziet u hoe we ons aanbod in de kijker zetten, let eveneens op de andere informatieve of sensibiliserende content. Via de QR code kunt u ons volgen, DOEN!

Luna is 25 jaar en studeerde orthopedagogie en dramatherapie. Zij werkt in de onthaalafdeling van De Kiem en in Drugpunt Rhode-Schelde. De creatieve manier van samenwerken met mensen, aanvullend bij gesprekstherapie, maakt voor haar het proces nog zoveel interessanter.

"Er oprecht kunnen zijn voor iemand is voor mij heel belangrijk. Een mens bestaat uit gigantisch veel verschillende facetten en wat is het fijn om die samen met die persoon allemaal in kaart te brengen. Ieder individu kan zo ongelofelijk veel en hun dat laten zien en voelen en hen terug in een bepaalde autonomie en kracht zetten is voor mij prioriteit."

Mieke is 42 jaar, gegradueerde in de orthopedagogie en mama van 2 kinderen. Ze volgde een jaar criminologie en het postgraduaat ‘Het drugsfenomeen’. Mieke werkte 5 jaar in de onthaalafdeling, 10 jaar in de therapeutische gemeenschap en nu sinds 4 jaar in Drugpunt Regio Puyenbroeck.

“Ik ben op werkvlak al heel lang waar ik moet zijn : in het warme nest van De Kiem met heel fijne collega’s, én bij de doelgroep waar ik het liefst mee werk. Niet veroordelend, authentiek, met een beetje humor en rechtuit.”

Charlotte is 32 jaar en mama van een zoon. Op 26-jarige leeftijd keerde zij terug naar de schoolbanken, nadat zij enkele jaren in de bouwsector had gewerkt. Ze behaalde een bachelor in de toegepaste klinische psychologie en een postgraduaat integratieve psychotherapie. Sinds 2024 werkt zij nu voor Drugpunt Adssenede-Evergem.

“Voor mij betekent hulpverlening oprecht aanwezig zijn; voor een cliënt kan dit echt iets betekenen. Het proces blijft van de persoon zelf, maar niemand zou zich daarin alleen moeten voelen. Iedereen verdient een plek waar hij of zij terechtkan.”

Jo is 52 jaar en studeerde maatschappelijk werk en criminologische wetenschappen. Hij is verantwoordelijk voor  de verschillende ambulante centra van De Kiem en dus ook voor de verschillende Drugpunten.

“Op organisatieniveau zet ik me in om de ambulante werkingen van De Kiem eigentijds, toegankelijk en kwalitatief uit te bouwen. Daarnaast probeer ik samen met de collega’s een klimaat te creëren waarin mensen met ‘goesting’ kunnen komen werken. Op die manier hoop ik een zo goed mogelijke zorg op maat te kunnen bieden aan al onze clienten.”

Sarah is 38 jaar, psychiatrisch verpleegkundige en mama van 2 kindjes. Na 14 jaar werken in een psychiatrische ziekenhuis maakte ze sinds drie jaar de overstap naar Drugpunt Regio Puyenbroeck .

“De zorgvragers bij Drugpunt zijn heel divers. Het betreft vaak een kwetsbaar en zorgmijdend publiek dat omwille van verschillende redenen niet terecht kan of wil in de gespecialiseerde zorg. In laagdrempelige gesprekken tracht ik hen een positieve (eerste) ervaring met hulpverlening te bieden, wat preventief kan werken op lange termijn. Dat is wat ik ben gaan waarderen in m’n job: hoe je met enkele gesprekken toch heel betekenisvol kan zijn.

Kristel is 48 jaar, gegradueerde in de orthopedagogie en moeder van 1 dochter. Ze werkte 15 jaar met jongeren en hun context en volgde een opleiding tot counselor gezins- en contextuele begeleiding. Ze werkt nu in het ambulant Centrum van De Kiem te Gent en in Drugpunt Wetteren Wichelen Laarne.

“Ik ben geboeid door de verhalen van mensen en streef er graag naar om hen te motiveren om hun eigen sterktes in te schakelen en zo een sterkere versie van zichzelf te zijn.”

Kristel
Mieke
Jo
Charlotte
Sarah
Luna

Christophe is 52 jaar, maatschappelijk werker en papa van 2 kinderen. Hij vervolmaakte zich in het coachen en superviseren van teams en psychotraumatologie en volgt nu een opleiding psychotherapie. Hij startte in De Kiem als ervaringsdeskundige en werkt nu voor Drugpunt Rhode-Schelde en Drugpunt Wetteren-Wichelen-Laarne. Hij verzorgt de intervisie in de residentiele werking en engageert zich voor de werkgroep trauma.

"Elke dag van betekenis kunnen zijn op cliënt-, team- of organisatieniveau binnen De Kiem en beleidsondersteunend binnen de Drugpuntwerking, gekoppeld aan andere facetten van het vormingswerk … dat geeft me voldoening en uitdaging. De variatie in de job is prikkelend en ik blijf me verder ontwikkelen door opleidingen en trainingen. Ik ben dankbaar."

ELKE DAG IS ANDERS BIJ DRUGPUNT

Vandaag start de dag wat ‘officiëler’ dan anders. Ik start met het klaarzetten van de schepenzaal in het gemeentehuis van Evergem voor het beheerscomité van Drugpunt Assenede-Evergem.

Even later komt Jo Thienpont (verantwoordelijke van de ambulante diensten binnen De Kiem) toe en vervolgens schuiven de burgemeester(s), schepenen, jeugddiensten en politie van de twee gemeentes mee rond de tafel. Via dit overleg krijgen zij twee keer per jaar een beeld van de werking van ons Drugpunt, een dienst waar hun gemeente bewust voor koos en in investeert. Ze denken mee waar we het best kunnen op inzetten. We overlopen onder andere hoeveel aanmeldingen er bij Drugpunt geregistreerd werden, welke middelen het meest opduiken, hoe de samenwerking met partners loopt… Voor mij blijft dit een spannend en boeiend overleg, omdat er verschillende partijen mee aan tafel zitten.

Na de vergadering blijf ik in het gemeentehuis en schrijf ik enkele clientgesprekken uit in het elektronisch patiëntendossier. Terug naar mijn vaste standplaats rijden heeft geen zin, want deze namiddag heb ik afspraken in een andere gemeente. Afhankelijk van de mobiliteit en woonplaats van cliënten, werk ik op een vijftal locaties. Dat vraagt soms wat organisatie met lokalen reserveren en zo, maar biedt ook variatie in mijn job.

Het eerste gesprek is een intake. Ik start altijd met een toelichting over onze werking, zodat de wederzijds verwachtingen meteen goed afgestemd zijn. Sommige cliënten vrezen dat ik hen ga wijzen op wetten en regels en anderen hopen dat ik bij hen thuis zaken kan oplossen. De man (van 49 jaar) meldde zich aan vanwege het middelengebruik van zijn broer en uitte zijn bezorgdheid over de impact hiervan op hun ouders. Nu hij tegenover me zit weet hij niet goed waar en hoe te beginnen. Je voelt

zijn twijfel en onzekerheid. Ik benoem dat het sterk is dat hij er is en er reeds een uitgebreid verhaal klonk aan de telefoon. Er verschijnt een klein lachje en een diepe zucht. Hij begint zijn verhaal en gaandeweg stelt hij ook vragen die we rustig overlopen. Na afloop neemt hij nog een folder mee van de druglijn die aansluit bij zijn situatie, zodat hij alles thuis nog eens rustig kan nalezen.

Een tweede cliënt komt helaas niet opdagen. Ondanks mijn herinneringsbericht van gisteren laat hij niks weten. We hadden elkaar al twee keer gesproken: de eerste keer wat stroef, omdat hij gestuurd was door zijn broer; de tweede keer veel emotioneler en meer open. Hij koos zelf voor een vervolggesprek. Vandaag blijft het stil. Ik stuur nog een berichtje en wacht af. In de vrijgekomen tijd werk ik verder aan een presentatie over de herwerkte leerlijnen vanuit het VAD* die ik binnenkort mag geven aan de directies van de lagere scholen in Assenede. Deze richtlijnen ondersteunen de scholen bij het integreren van verslavingspreventie in het leerplan.

Elke dag is anders bij Drugpunt. Morgen hebben we teamvergadering met de collega’s van de andere Drugpunten van De Kiem en in de namiddag volg ik een e-learning over gamen. Een thema waar we steeds meer mee geconfronteerd worden.

Op weg naar huis maak ik mijn hoofd nog even leeg, voor ik mijn zoontje van school haal.

Charlotte Plancke, intergemeentelijk vroeginterventie- en preventiewerker, Drugpunt Assenede-Evergem

* Vlaams expertisecentrum Alcohol en andere Drugs

Christophe

IN GOEDE HANDEN

Korpschef Gerrit-Jan Maes van de politiezone Wetteren-Laarne-Wichelen en Christophe Vanhuyse, intergemeentelijk preventiewerker in deze zone, blikken samen terug op een jarenlange succesvolle samenwerking.

Wat herinnert u zich nog uit de beginperiode?

Voor we contact hadden met De Kiem werd er vanuit het gemeentelijk bestuur ingezet op preventie. Men was van goede wil om initiatieven te nemen, maar we voelden toch aan dat dat eigenlijk niet zo een coherent aanbod was, ondanks de tijd en energie die er in die preventiecampagnes werd gestopt. . Vanaf de samenwerking met Drugpunt, en de rechtstreekse link met De Kiem kwam daar verandering in. We voelden ons op een professionele manier ondersteund en konden vlotter de link leggen naar de hulpverlening. Van bij de start van de samenwerking maakten we de keuze vooral in te zetten op vroeginterventiegesprekken en minder op preventiecampagnes. We merkten dat dit een meer tastbaar en positief resultaat gaf. Ik denk dat we nu aan een tachtigtal vroeginterventies zitten per jaar in onze politiezone.

Hoe kijk je terug op de samenwerking bij de start in 2013?

Er was meteen een goede klik, maar toch was het voor iedereen een beetje zoeken. Voor jullie was het natuurlijk belangrijk om jullie in de markt te zetten. Ik denk dat we daar goed afgestemd hebben met elkaar en dat de samenwerking tussen Drugpunt, de politiezone en de communicatiediensten van de gemeenten zeer goed verlopen is. Het was voor jullie makkelijker om informatie centraal van bij ons te laten vertrekken naar de verschillende gemeentelijke communicatiediensten waar wij al een goede samenwerking mee hadden.

Welke momenten in de samenwerking waren voor u positief, uitdagend of inspirerend?

We hebben mensen die met ons in contact kwamen omwille van druggebruik of -bezit altijd in vertrouwen doorgestuurd naar jullie. We kregen daar geen individuele feedback over terug, wat ook helemaal niet hoefde. Het beroepsgeheim is in die zin aan beide kanten altijd gerespecteerd geweest. Die vertrouwelijkheid en veiligheid lijkt me ook belangrijk bij vroeginterventie. Ik heb ook altijd het gevoel gehad dat ze bij jullie in goede handen waren en dat de juiste mensen met de juiste skills die gesprekken voerden met jongens en meisjes die daarvoor in aanmerking kwamen.

Voor mij was de afstemming met het politiecollege, de keuze voor vroeginterventie en het opzetten van een lokaal overleg een hele steun. Hoe kijk je zelf terug op die structuren en de projecten die daaruit zijn gegroeid?

Ik vind het een goede zaak om jaarlijks op het politiecollege het voorbije jaar te evalueren en samen met de burgemeesters een strategische planning op te maken voor het komende jaar. Onze burgemeesters vinden de aanpak van drugs, en zeker ook preventie, heel belangrijk. Op dat specifieke politiecollege nodigden we ook steeds de schepenen van Sociale Zaken en de schepenen van Jeugd uit. Zo kregen zij, die dan weer in het lokaal overleg vertegenwoordigd zijn, dezelfde boodschap mee. Op die manier kunnen zij het lokale drugsoverleg ondersteunen en het strategische verhaal mee vertalen naar de operationele praktijk op het terrein.

Door de regelmatige feedback die ik van jou kreeg, Christophe, merkten we op een bepaald moment dat het aantal aanmeldingen vanuit de politie steeds

verder daalde. Dan zijn we intern gaan onderzoeken hoe dat kwam. Het bleek dat door de afwezigheid van één persoon de doorverwijzingen niet meer gebeurden en dat het aanbod te weinig gedaan werd aan jongeren die in contact waren gekomen met drugs en politie. Daarom hebben we structureel ingebouwd dat doorverwijzing naar Drugpunt nu vast op de agenda staat. Elke eerste woensdag van de maand kijken we nu naar het aantal potentiële doorverwijzingen en bespreken we ook het aantal effectieve doorverwijzingen van de voorbije maand.

Ik vind het wel jammer dat, hoewel een behoorlijk aantal jongeren het aanbod krijgt, er uiteindelijk maar weinigen op ingaan. We moeten dus zoeken naar manieren of tussenpersonen die jongeren beter kunnen motiveren om het vroeginterventieaanbod te aanvaarden.

Inderdaad, maar soms leidt een verwijzing, die niet meteen resultaat oplevert, later toch nog tot een aanmelding. Dat zien we terug in onze cijfers.

Wat ik ook een sterk punt vind, is dat jullie vanuit De Kiem gedetacheerd worden om Drugpunt te bemannen. Dat maakt dat cliënten eigenlijk meteen doorverwezen kunnen worden naar gespecialiseerde centra. Die manier van werken kan heel wat hindernissen vermijden.

Dat klopt. Wij verwijzen actief door en in een aantal dossiers leidt dit tot langdurige ambulante of zelfs residentiële hulp, afhankelijk van de hulpvraag. Welke gezamenlijke resultaten springen voor u nog in het oog en wat blijft je persoonlijk bij?

Hoewel de focus ligt op vroeginterventie, is er natuurlijk ook aandacht voor preventiecampagnes. Jongeren die nu een rijbewijs afhalen bij de bevolkingsdienst krijgen bv. een preventiepakketje mee, met daarin de ‘Zero Zero Zero’-totebag. Dat gebeurt intussen ook in andere politiezones, zoals Rode en Schelde.

Wat mij ook sterk bijgebleven is, is een campagne die door jou bedacht is, Kristof: de lancering van de Bobtail. Dat was een initiatief om mocktails en alcoholvrije drankjes te promoten op evenementen, zeker op die van de gemeente of de politiezone. Sinds dat gelanceerd is, hebben wij op elke nieuwjaarsreceptie minstens één mocktail op het menu. Ik merk ook dat gemeenten dit hebben overgenomen en zo op een laagdrempelige manier aandacht hebben voor alcoholpreventie.

Uiteindelijk werd dit initiatief ook beloond met de BOB Award. Destijds was dat nog via sponsor BVV; nu het VIA, het Expertisecentrum Verkeersveiligheid. Ik herinner me nog onze gezamenlijke rit naar Brussel, toen we het initiatief gingen verdedigen en we de Award binnenhaalden.

Ja, dat was in 2016, denk ik. Toen was alcoholvrij drinken nog veel minder ingeburgerd dan nu.

Welke kansen of uitdagingen ziet u nog voor de samenwerking tussen de preventiedienst, De Kiem en de politiezone?

Ik denk dat we vooral moeten borgen wat we vandaag al bereikt hebben. Ook de wisselwerking van feedback geven en krijgen is iets dat we goed moeten blijven bewaken.

De huidige stand van zaken is goed: de samenwerking loopt vlot, het aanbod is mooi, en mensen gaan erop in. Dat moeten we zeker blijven aanbieden in de drie gemeenten van onze politiezone.

Een uitdaging blijft wel om meer van het potentieel aan cliënten effectief door te kunnen sturen naar jullie. Daar botsen we wat op het probleem van de vrijwilligheid. Misschien kan er een link gelegd worden met de drugbehandelingskamer op het niveau van de rechtbank van eerste aanleg. Daar worden mensen aangemoedigd om aan hun problematiek te werken, vóór ze de gevangenis ingaan.

Misschien kan zoiets ook op een ander niveau, bijvoorbeeld via het Openbaar Ministerie. Ik ben ervan overtuigd dat mensen daar extra ondersteuning voor nodig hebben, maar als het Openbaar Ministerie een vorm van druk kan zetten, zou dat ertoe kunnen leiden dat meer potentiële cliënten effectief instappen in vroeginterventie.

Maar goed, laat ik positief afsluiten, voor onze politiezone is Drugpunt een belangrijke en professionele ondersteuning in de preventieve aanpak van de drugsproblematiek. Laat ons vooral verder blijven samenwerken.

Christophe Vanhuyse, intergemeentelijk vroeginterventie- en preventiewerker, Drugpunt Rhode-Schelde en Drugpunt Wetteren-Wichelen-Laarne

Korpschef Gerrit-Jan Maes - politiezone WLW

NUCHTER RIJDEN IS ALTIJD PRIJS

Op 27 juni en 30 juni hielden we de campagne ‘Nuchter rijden is altijd prijs’ boven het doopfont.

Naast de burgemeesters en schepenen, de korpsleiding en de directie van De Kiem werd ook de lokale pers uitgenodigd. De foto’s geven een beeld van die momenten in de politiezone Rhode & Schelde en in politiezone Wetteren-Laarne-Wichelen.

Op een laagdrempelige manier willen we jongeren attent maken op de risico’s van rijden onder invloed van alcohol en andere drugs en hen bewust maken van alle voordelen van nuchter rijden. Daarbij willen we hen extra informeren over het aanbod van de drugpreventiedienst, zodat ze weten waar ze gratis en lokaal kunnen aankloppen met vragen of bezorgdheden.

We werken hiervoor samen met Politiezone Rhode & Schelde, Politiezone

Wetteren-Laarne-Wichelen, De Kiem en Drugpunt.

Met deze DRUGPUNT-DE KIEM campagne bereiken we elke jonge bestuurder die de weg op gaat! In één beweging wordt een hele ‘generatie’ chauffeurs gesensibiliseerd.

De geest van de campagne is belonend en oplossingsgericht : je haalt je rijbewijs af en je vult drie meerkeuzevragen in. Die gaan over de voordelen van nuchter rijden, zowel op vlak van alcohol als andere drugs. Via een QR code krijgen de nieuwe bestuurders dan nog heel wat extra informatie over ‘veilig verkeer’.

Scan de QR-code en bezoek onze instagram

DE STRIJD TEGEN DE DRUGSCRIMINALITEIT

Ongeveer 130 belangstellenden woonden op 2 oktober laatstleden een gespreksavond bij in Regio Puyenbroeck over de strijd tegen drugscriminaliteit.

De lokale afdeling van open VLD van Lochristi organiseerde de infoavond, met nationaal drugscommissaris Ine Van Wymersch als hoofdspreker en politiecommissaris Joachim Van de Sijpe om de lokale situatie toe te lichten. Ook Mieke Driessens en Sarah Ruys van Drugpunt namen het woord.

Na een verwelkoming door burgemeester Yves Deswaene gaf Mieke Driessens een inleiding over het aanbod en de werking van Drugpunt Regio Puyenbroeck. Daarna benadrukte politiecommissaris Joachim Van de Sijpe dat de aanpak van de drugsproblematiek een van de vier prioriteiten vormt in het beleidsplan van de politiezone. Met haar actieplan wil de zone, in samenwerking met zowel interne als externe partners, het gebruik en de verkoop van drugs op haar grondgebied verder terugdringen.

Volgens Van de Sijpe blijft het aantal drugsdossiers de voorbije jaren vrij stabiel en betreft het vnl. het bezit en/ of gebruik van verdovende middelen. Slechts een beperkt deel gaat over de verkoop, productie of in- en uitvoer van drugs. Het muziekfestival The Qontinent in Wachtebeke verklaart mee een aantal dossiers en ook in het kader van het Sky ECC-onderzoek worden in de politiezone geregeld huiszoekingen uitgevoerd.

Commissaris Van de Sijpe concludeerde: “We moeten lokaal waakzaam blijven en nationaal betrokken zijn. We liggen immers in de nabijheid van een grote stad, van een haven, van een grens en van belangrijke verkeersassen.”

Een warme samenleving als antwoord op georganiseerde misdaad

Toen in 2023 het 11-jarige meisje Firdaous slachtoffer werd van een schietpartij, was het duidelijk hoe druggerelateerd geweld onze veiligheid aantast. Het CNDC (Nationaal drugscommissariaat) werd opgericht en Ine Van Wymersch ging aan de slag als nationaal drugscommissaris met een dienst van 10 medewerkers.

Van Wymersch benadrukte: “De drugsproblematiek is complex en laat zich niet oplossen met simplistische maatregelen. We hebben nood aan een veelheid van duurzame, langetermijnoplossingen en aan een innovatief beleid.”

Uit onderzoek blijkt dat in Europa minstens 25.000 personen gelinkt kunnen worden aan georganiseerde drugscriminaliteit. Het Sky ECC-onderzoek

toont bovendien aan dat zowat alle beroepsgroepen erin vertegenwoordigd zijn. De drugscriminaliteit zit overal en niet ver weg; ze zit vlakbij.

Van Wymersch pleit voor een redzame en weerbare samenleving waarin België minder aantrekkelijk wordt voor criminele organisaties. 86% van de criminelen geeft aan gebruik te maken van legale structuren. Bijvoorbeeld de VOF’s (Vennootschap onder firma) zijn een structuur die het gebruik voor criminele activiteiten faciliteert. Ook de aankoop van vastgoed met zwart geld verstoort de markt. “Maar we kunnen ook overleggen met de automobielsector om minder holle ruimtes te hebben in wagens en zo het drugstransport bemoeilijken”.

De feiten over druggebruik in Belgie

Cannabis blijft in ons land de meest gebruikte drug. Door het hoge THC-

gehalte wordt geen onderscheid meer gemaakt tussen soft- en harddrugs. Minder dan 2% van de Belgische bevolking gebruikt cocaïne (cijfers 2018).

Bij hogeschool- en universiteitsstudenten in Vlaanderen en Brussel gebruikt 8% XTC, 5% cocaïne en 27% cannabis. In de leeftijdsgroep 25 tot 43 jaar gebruikt 8% van de mannen cocaïne terwijl dit bij de vrouwen slechts 1% is.

Van Wymersch nuanceert de perceptie dat iedereen drugs gebruikt. “Die overtuiging is fout en gevaarlijk, want ze verlaagt de drempel tot gebruik” waarschuwde ze.

De drugsmarkt is een dynamische aanbod-gedreven markt. Daarom moeten ook de logistieke ketens worden doorbroken. Gebruikers op festivals zoals Tomorrowland kopen hun drugs zelden op het terrein zelf, maar eerder in of nabij de partyhotels waar ze verblijven. Ook de ecologische gevolgen zijn nefast. “De grond van een drugslabo is

even vervuild als die van een tankstation, alleen werd er in het verleden bij bodemonderzoek, na het ontmantelen van het drugslabo, niet gezocht naar de juiste stoffen.”

Samen de ijsberg doen smelten

De drugscommissaris vergeleek de strijd tegen de drugscriminaliteit met het bestrijden van een ijsberg. De criminelen zijn de ijsberg, met een klein zichtbaar deel maar het grootste volume blijft onder water.

“We kunnen inhakken op de ijsberg, maar in koud water groeit hij gewoon terug aan. Alleen in een warme omgeving zal hij smelten.” Die ‘warme omgeving’ is volgens haar een collectieve verantwoordelijkheid: van ouders, scholen, hulpverleners, politie en rechtbanken. “Iedereen kan bijdragen, bijvoorbeeld door verdachte situaties te melden”.

Van Wymersch is geen voorstander van legalisering. De criminele wereld laat zich immers niet reguleren en zal dan bvb. goedkopere of sterkere of illegale alternatieven aanbieden en ook een ander doelpubliek aanboren (bv. de jongeren die nog niet mogen kopen).

“Er zijn landen die experimenteren met een legalisering. Laat ons eerst kijken hoe dat verloopt.”

Bron: Lo actueel www.loactueel.be/ gespreksavond-de-strijd-tegen-dedrugscriminaliteit/

Auteur: Bennie Vanderpiete

Foto's: Sofie De Coninck

VEILIG ONLINE

Een aantal jaren terug kregen we via het Lokaal Drugoverleg van de politiezone Wetteren-Wichelen-Laarne (WWL) en via scholenraden meermaals signalen over bezorgdheden in verband met gamegedrag bij leerlingen en de reacties van ouders en opvoeders daaromtrent. Om die redenen namen we als drugpreventiewerkers het initiatief om in 2019 de werkgroep ‘Veilig online’ boven het doopvont te houden. Als aanvulling op de bestaande lessen rond gamen binnen het MEGA project (Mijn Eigen Goed Antwoord) wilden we kijken wat we extra konden aanbieden naar jongeren, ouders en scholen. Het (v)CLB, de Preventiedienst Politiezone WWL, het Huis van het Kind en Drugpunt WWL zetten hun schouders onder deze werkgroep. Aanvankelijk richtten we ons op de ouders van 10 tot 15-jarigen.

Er gingen een aantal vormingsavonden door, afwisselend in de drie gemeenten en in samenwerking met de Gezinsbond. Er kwamen sprekers van Child Focus voor een vorming rond gamen (en gokken), social media en sexting. Duidelijk een thema dat leeft, want er daagde steeds behoorlijk veel volk op.

Tijdens de covid periode hebben we vooral de webinars van Child Focus in de verf gezet, zodat de mensen nog altijd goed geïnformeerd konden worden. Het gamen van jongeren nam tijdens deze periode toe (www.emro. who.int/mnh) en we verwezen naar de zelftest www.druglijn.be/test-jezelf/ detail/gamen. We zetten hierbij steeds ons aanbod vanuit Drugpunt extra in de aandacht.

Nadat de coronarestricties werden opgeheven, konden we weer verder aan de slag. Naast vragen over gamen en schermgebruik, meldden de scholen meer zorgen rond (online) pestgedrag. Daarom ging onze eerstvolgende vormingsavond rond het thema ‘cyberpesten’, opnieuw met een medewerker van Child Focus als spreker.

Naast het samen organiseren van vormingsavonden, proberen we met de werkgroep mee te zijn met de (snelle) evolutie in sociale media en mediawijsheid. We volgen dan ook regelmatig studiedagen en opleidingen om ook individuele vragen te kunnen ondersteunen (vroeginterventie).

Daarnaast verzamelen we alle voorhanden zijnde informatie en tools in een educatieve box, die door scholen en andere diensten of organisaties gratis ontleend kan worden.

Via netwerken, overlegmomenten, coachings en vormingen hebben we extra aandacht voor wat leeft op vlak van sociale media en veiligheid online. Naast onze ‘klassieke’ opdracht waar de focus op alcohol en andere drugs ligt, vormt dit werk een extra nuttige uitdaging die we graag aangaan!

Kristel Mathy, intergemeentelijk vroeginterventie- en preventiewerker, Drugpunt Wetteren-Laarne-Wichelen

SAVE THE DATE

Feestweekend te Gavere op 30 en 31 mei 2026 Studiedag te Gent op 2 oktober 2026

VOOR MIJN LIEFSTE ZOON,

Jij was altijd al een bijzondere jongen, zeer pienter maar erg eigenzinnig. Een kind met zotte plannen en fantasieën maar oh zo dromerig en chaotisch.

Je kon iedereen charmeren met je mooie glimlach en je vlotte babbel.

De toekomst lachte jou toe maar na een moeilijke middelbare schoolcarrière, een stuk gelopen relatie en de lastige coronamaanden ging het al een tijdje echt niet goed met jou.

Studeren, werken, relaties, het volwassen leven, het viel je zwaar. Je hoofd stond nooit stil, je vond nooit rust.

Dagelijks blowen gaf je rust maar creëerde nieuwe problemen. Je werd angstig, sloot je af en raakte in een depressie. Je had nergens meer zin in.

Ik wou je helpen maar kon niet. Ik wou over je problemen praten, kon het niet laten om je te controleren en kon de situatie zelf niet meer loslaten.

Communiceren lukte niet meer, ruzies en onbegrip stapelden zich op.

Na een zoveelste conflict kwam ik bij Drugpunt terecht.

Er was slechts 1 telefoontje nodig en enkele dagen later kon ik al op gesprek gaan bij Mieke.

Enkele weken later wou jij tot mijn grote vreugde ook op gesprek. Laagdrempelige hulp in onze eigen gemeente, ik wist niet dat het bestond. Maar die gesprekken hebben zo veel voor ons en voor jou gedaan.

De gesprekken brachten voor mij klaarheid en vooral steun.

"Laagdrempelige hulp in onze eigen gemeente, ik wist niet dat het bestond. Maar die gesprekken hebben zo veel voor ons en voor jou gedaan."

Jij stond eerst een beetje sceptisch tegenover dit alles en je vond hulp aanvankelijk overbodig, maar je had er uiteindelijk zelf ook veel aan. Je durfde daar dingen uit te spreken en Mieke gaf je kleine duwtjes in de juiste richting, zonder iets te forceren. En dat was precies wat je nodig had.

Je kwam via haar bij een goede psycholoog terecht die je uiteindelijk hielp om je hoofd en je gedachten terug wat op orde te brengen. Je raakte ervan overtuigd dat blowen je problemen niet oplost.

We zijn nu 7 maanden verder en het gaat goed met jou en ons.

Ik zie je opnieuw echt lachen en plezier maken. Af en doe duiken er nog obstakels en problemen op maar je hebt weer zin in de toekomst en in het leven.

Ik ben Mieke en de mensen van Drugpunt dan ook zeer dankbaar. Zij brengen mensen terug op de rails. Het is iets wat in onze maatschappij - die voor iedereen, maar vooral voor onze jongeren zo complex en competitief geworden is - zeer waardevol en zeker broodnodig is.

STEUNEN IN PLAATS VAN DUWEN

Hallo, ik ben 49 jaar en jarenlang worstelde ik met mijn alcoholgebruik. Het begon in 2015, in een emotioneel zware periode. Alcohol hielp me toen even te ontsnappen aan de emoties.

Voor ik het wist was het een dagelijkse gewoonte. Ook toen mijn leven weer in de plooi viel, bleef ik drinken.

Ik werk fulltime en woon samen met mijn man en onze twee zonen. Buiten hem wist niemand van mijn probleem. Het verbergen vergde veel energie, net als de steeds terugkerende gesprekken met mijn man over mijn drinken. Ik vond mijn gebruik zelf onaanvaardbaar, maar ik had er geen controle meer over. In oktober 2024 las ik in het gemeentekrantje een artikel over Drugpunt. Ik dacht meteen: “Dit is het” en ik belde om een afspraak te maken.

Na dat eerste gesprek viel er een last van mijn schouders. Ik voelde me begrepen, op mijn gemak en voor het eerst in lange tijd had ik hoop dat het goed kon komen. Bij mijn partner vond ik dat begrip niet. Hoe vaak ik ook zei dat een verslaving een ziekte is, hij leek het niet te begrijpen. De gesprekken bij Drugpunt waren een verademing: geen belerende toon, maar echte luisterbereidheid. Dat gaf me de ademruimte om mijn eerste stappen richting herstel te zetten.

Schaamte bleef een constante metgezel en de reden dat ik er met niemand over sprak. Wat ooit begon in een emotioneel zware levensfase, was in tien jaar tijd uitgegroeid tot een dagelijkse gewoonte. Mijn grootste schaamte is ten opzichte van mijn moeder, die zelf een zware alcoholverslaving had doorgemaakt. Zij weet nog steeds niet van mijn gebruik af.

Bij Drugpunt kon ik eindelijk ventileren. Voor het eerst kon ik mijn gedachten delen en merkte ik dat ik na elk gesprek bleef nadenken over wat er was gezegd. Zo ontdekte ik mijn triggers en leerde ik ermee omgaan. De drukte thuis, met twee puberende zonen en een man met veel energie, kon me snel overprikkelen. Als alternatief zette ik een bank in de tuin, waar ik – zelfs hartje winter – met een boek tot rust kwam. Het hielp mijn stress te verlagen en ik liet me minder meeslepen door de hectiek.

Helaas ging intussen mijn gezondheid achteruit door mijn levensstijl van het afgelopen decennium. Mijn lever- en bloedwaarden waren niet goed. Met de juiste medische begeleiding en de verplichte rust kon mijn lichaam beginnen herstellen.

In februari 2025 was ik volledig nuchter. Ondanks de laatste ontwenningsverschijnselen was ik trots dat ik op eigen kracht gestopt was. Ik had bewust gekozen om geen AA-groep te bezoeken; de angst om herkend te worden was te groot. In plaats daarvan zocht ik rust in alternatieve bezigheden, zoals ook macramé, waarin ik helemaal op mezelf kon zijn.

Langzaam groeide er een nieuw doel: mijn moeder in vertrouwen nemen. Zij, die ik zelf had verzorgd en had zien aftakelen, mocht weten van mijn alcoholverslaving en mijn overwinnen. Toch heb ik nog meer tijd nodig. Een eerste poging mislukte omdat ik de fijne middag samen niet wou laten omslaan. Mijn man dringt soms aan, soms bijna dwingend, opdat ik het haar zou vertellen.

Maar forceren werkt niet bij mij. Als ik iemand zou ontmoeten in dezelfde

situatie, zou ik steunen in plaats van duwen. Je kunt iemand wel de weg wijzen naar hulp, maar niet verplichten om die te nemen.

ERVAREN IN HERSTEL

De Kiem biedt hulp aan personen die problemen ervaren door het gebruik van drugs en aan mensen uit hun omgeving.

Het residentiële luik van het programma te Gavere omvat een onthaalafdeling, een therapeutische gemeenschap (T.G.), een woonhuis voor moeders / vaders met kinderen en verschillende halfweghuizen.

Het ambulante luik omvat ambulante centra te Gent, Ronse, Geraardsbergen, Ninove en Dendermonde een gevangeniswerking en vier regionale preventiediensten.

Colofon

Redactie

Dirk Calle, Jo Thienpont, Dirk Vandevelde

Eindredactie en Directie Dirk Vandevelde

Fotografie

Dirk Calle, Jo Thienpont, Krista De planter

Vormgeving dotplus

Abonnement

Abonnementen kosten 15,- euro voor vier nummers, te storten op rekeningnummer BIC GEBABEBB / IBAN BE 270012 1652 3173 van v.z.w. De Kiem, 9890 Gavere.

Voor giften vanaf 40,00 euro kan u een attest voor fiscale vrijstelling bekomen.

Adressen

Contactadres voor opname of begeleiding (elke werkdag te bereiken van 8u30 tot 17u00)

Ambulant Centrum Gent Kortrijksesteenweg 185, 9000 Gent

Tel. 09/245.38.98 Fax 09/245.41.71 ambulant.gent@dekiem.be

Ambulant Centrum Ronse Oswald Ponettestraat 31 9600 Ronse Tel. 055/21.87.00 ambulant.ronse@dekiem.be

Ambulant Centrum Geraardsbergen Abdijstraat 2, 9500 Geraardsbergen Tel. 055/21.87.00 ambulant.geraardsbergen@dekiem.be

Ambulant Centrum Ninove Brusselsesteenweg 3 9400 Ninove Tel. 054/33.31.65 ambulant.ninove@dekiem.be

Ambulant Centrum Dendermonde Noordlaan 19 9200 Dendermonde Tel. 052/46.63.32 ambulant.dendermonde@dekiem.be

V.U. Dirk Vandevelde –Vluchtenboerstraat 7A, 9890 Gavere

ZONDER MEER

Contactadres voor Administratie – Directie (sociale dienst, familiebegeleiding, stages)

Vluchtenboerstraat 7A 9890 Gavere

Tel. 09/389.66.66

Fax 09/384.83.07 admin@dekiem.be

Stages ambulante werkingen anne.dekkers@dekiem.be

Stages residentiële werkingen dirk.calle@dekiem.be

Inhoud

2 Voorwoord

3 Het preventielandschap

7 Intergemeentelijke preventiediensten

10 Preventieteam

11 Een dag in het leven van

12 Interview

14 Campagne

15 Gespreksavond

17 Werkgroep

18 Familie aan het woord

19 Cliënt aan het woord

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.