PENSIOENEN
Pensioen en COVID-19, het alomtegenwoordige coronavirus, laat ook zijn sporen na op de pensioenreglementering. Om de negatieve invloed van bepaalde maatregelen te beperken, of om de inzet van tal van gepensioneerden niet te bestraffen, werden er ook in de pensioenreglementering noodmaatregelen genomen. Toekomstige gepensioneerden Je bent werknemer en je werd omwille van het coronavirus tijdelijk werkloos? Deze dagen komen in aanmerking voor je latere pensioenbedrag. In tegenstelling tot sommige andere werkloosheidsperioden is de invloed op je toekomstig pensioen bedrag slechts beperkt. Bewijs je een beroepsloopbaan van minstens 14.040 voltijdse dagen, dan worden latere werkloosheidsdagen uit je beroepsloopbaan geschrapt, en brengen ze hierdoor geen pensioen meer op. Dit is niet het geval voor de periode van tijdelijke werkloosheid in het kader van het coronavirus. Zelfs na je 14.040ste voltijdse dag leveren deze tijdelijke werkloosheidsdagen nog pensioen op.
Tijdelijke werkloosheid omwille van de coronacrisis heeft geen invloed op je latere pensioenbedrag
Deze periode van tijdelijke werkloosheid heeft ook geen negatieve invloed op de ingangsdatum van je pensioen. Iedere dag van tijdelijke werkloosheid komt in aanmerking om je vroegst mogelijke ingangsdatum van je pensioen te bepalen. 10
S-PLUS
- juli-augustus-september 2020
COVID-19 De tijdelijke werkloosheid in het kader van het coronavirus heeft dus geen negatieve gevolgen; noch op het bedrag, noch op de ingangsdatum van je toekomstig pensioen. Huidige gepensioneerden Ben je gepensioneerd, dan mag jij of (in sommige situaties) je huwelijkspartner je pensioenbedrag aanvullen met inkomsten uit een toegelaten beroepsactiviteit. In ‘normale tijden’ moeten deze beroepsinkomsten beperkt blijven.
Heb je een beroepsactiviteit aangevat of uitgebreid in het kader van COVID-19, dan wordt er geen rekening gehouden met de inkomsten die je hiermee verdient vanaf 1 maart tot en met 30 juni 2020*. Voorwaarde is wel dat je deze beroepsactiviteit uitoefent in één van de cruciale sectoren of essentiële diensten die via een Ministerieel Besluit zijn vastgelegd.
Voorbeeld 1: Luc is 63 jaar en werkte vroeger als verpleger. Na een loopbaan van 43 jaar ging hij met pensioen. Omdat hij niet aan de voorwaarden voldoet, mag hij (nog) niet onbeperkt bijverdienen. Na 1 maart hervatte Luc zijn beroepsactiviteit in het ziekenhuis waar hij vroeger werkte, om zijn ex-collega’s te helpen in de strijd tegen het coronavirus. Deze tijdelijke werkhervatting heeft geen invloed op het pensioenbedrag van Luc.