Landschapsatlas van Walcheren

Page 292

Naar de eenentwintigste eeuw Jan Willem Bosch

288

7.6 A

7.6 B

7.6 C

Deze kampeerterreinen kenmerkten zich over het ­algemeen door een zo intensief mogelijke ­verkaveling met een randje groen er omheen. De overheid zag in dat kampeerterreinen in r­uimtelijk opzicht vaak weinig interessant waren en weinig t­oevoegden aan het ­landschap. (7.6 A/B/C) Dit heeft vanaf de ­jaren tachtig geleid tot een veranderde regel­geving, ­waarbij de kampeer­plaats groter moest worden en er meer a ­ andacht kwam voor de landschappelijke ­inpassing van het kampeerbedrijf. Tot pareltjes in het ­landschap heeft deze benadering echter nog niet geleid. ­Verbazingwekkend genoeg geldt voor de ­minicampings op het boerenerf hetzelfde. Er zijn maar heel weinig van deze terreinen die in landschappelijk opzicht tot de verbeelding spreken. Rond de eeuwwisseling had driekwart van de b ­ oeren neveninkomsten buiten de landbouw. Voor 40 p ­ rocent van de boeren was dat een baan buitenshuis, maar tegelijkertijd had 42 procent van alle Walcherse landbouwers inkomsten uit een minicamping, de ­verkoop van eigen producten aan huis of het s­ tallen van ­caravans tijdens de winter. Het inspelen op de ­toeristische vraag naar rustig recreëren was voor de boeren des te noodzakelijker, omdat de prijzen voor hun producten in de jaren negentig een dalende tendens vertoonden. Een ander antwoord op die ontwikkeling was dat een deel van de boeren zich niet langer richtte op de zuivere akkerbouw; de in een eerdere periode als gunstig beschouwde ‘ontmenging’ werd daarmee ten dele tenietgedaan. De gemiddelde bedrijfsgrootte steeg door het ontbreken van o ­ pvolgers van achttien hectare in 1991 tot 25 hectare in 1999. Bedrijfseconomisch gezien is deze oppervlakte nog steeds verre van toereikend om er een g ­ ezinsinkomen uit te halen. Aanvankelijk lag bij het kusttoerisme het accent op Domburg en Zoutelande; vanaf de jaren z­ estig ­ontwikkelden ook Oostkapelle en Vrouwenpolder zich tot echte toeristenplaatsen. De nadruk lag er steeds op het gezinstoerisme, wat de recreatie een rustiger aanzien gaf dan bijvoorbeeld in Domburg, waar ­veel­ ­jongelui vertoefden. Als er op Walcheren al weerstand was tegen toerisme, was die kort van duur: de ­economische noodzaak ervan voor de r­egionale ­economie was ook rond 1960 al overduidelijk.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.