Tijdschrift 1893 - januari

Page 1


!«HlI LEOERLANOSCHENi

I3te Jaargang P 1. 1 Januari 1893.

TIJDSCHRIFT

VAN DEN

NEDERLANDSCHEN SCHAAKBOND

opgericht 23 Mei 1873.

Bestuur: C. VAN OLST, Voorzitter-, J. J. VERAART, Penningmeester; Dr. A. J. A. PRANGE, Onder-Voorzitter-, L. H. DEELMAN, Commissaris voor materieel-, J. F. HEEMSKERK, 's-Gravenhage, Noordeinde 66, Secretaris.

Redactie: J. F. HEEMSKERK, H. .). DEN HERTOG en Dr. A. J. A. PRANGE. :

Den lezer heil in het nieuwe jaar!

Den leden van den „ Nederlandschen Schaakbond" heil ook by den aanvang van het gewijzigd bondsleven!

Den eersten Januari 1893 is dan het nieuwe reglement van den Bond in werking getreden.

De Bond heeft daarmede op zich genomen: de beoefening van het schaakspel in Nederland in stand te houden , uit te breiden en te ontwikkelen (zie art. 1).

Aldus heeft de Bond de leiding op zich genomen van het schaakleven in ons land.

Daartoe heeft de Bond niet alleen de te houden wedstrijden in getal en in afwisseling van plaats uitgebreid en de probleem-wedstrijden aan vaste tijdstippen gebonden (eens in de twee jaren), maar ook de jaarlijksche bijdrage aanzienlijk verminderd en het Tijdschrift in het leven geroepen, waarvan dit het eerste nummer is.

Dit laadt op de leden van den Bond eene plicht: meer leden aan te winnen, èn om meer jaarlijksche bijdrage te verkrijgen, èn om uitbreiding aan den werkkring van den Bond te geven.

2

Zonder die uitbreiding is het nieuwe reglement een wapen dat in de schede roesten zal; met die uitbreiding hoopt het Bondsbestuur van het nieuwe reglement eene levenswekkende kracht te doen uitgaan die het schaken, en het goed schaken, hoe langer hoe alo-emeener in Nederland zal maken.

O ^

Tot het aanwinnen van nieuwe leden zal dit tijdschrift, indien de ondergeteekenden, redacteuren, het aan de verwachtingen doen beantwoorden , een machtig hulpmiddel zijn.

Daartoe nog een beroep op de leden.

In de eerste plaats: lees het tijdschrift, en lees het aandachtig en met oprechte belangstelling.

Slaagt de redactie er niet in u te boeien, maak dan aanmerkingen ; als die in vriendschappelijken vorm tot de redacteuren komen, zullen ze als vingerwijzing dankbaar worden aangenomen.

In de tweede plaats: als ge plaatselijk nieuws weet, eene mooie, of zelfs maar eene aardige, bijdrage weet te leveren, zij ze partij, eindspel, probleem of opstel, zend ze in; de redactie zal er allicht plaats voor vinden, misschien wel er behoefte aan hebben.

In de derde plaats: als ge er tijd toe vinden kunt, zoek dan de problemen op te lossen en zend die oplossingen in, opdat eene lange lijst van oplossers moge getuigen van de belangstelling, die ons Tijdschrift wekt.

Als op die wijze Bondsbestuur en Redactie steun vinden door het geheele land, zal de „ Nederlandsche Schaakbond " groeien en bloeien.

De Redacteuren,

J. F. HEEMSKERK.

H. J. DEN HERTOG.

Dr. A. J. A. PRANGE.

Bondszakeu.

Ledenlijst: De ledenlijst zal indien mogelijk verschijnen bij het Februari-nummer; anders bij het Maartnummer.

Algemeen verzoek:

1°. Aan heeren afdeelings-secretarissen-penningmeesters: Weest zoo goed en zendt aan den bondssecretaris zoo spoedig doenlijk eene lijst van de leden uwer afdeeling en daarbij eene lijst

van de rechtstreeksche leden in de gemeente of gemeenten uwer afdeeling, met opgave van hun adres.

(Het plan bestaat de volgende tijdschrift-nummers rechtstreeks aan ieder lid toe te zenden).

Wilt ookzoo spoedigdoenlijk opgevenaan den bondssecretaris,hoeveel reglementen, enz. U noodig heeft om aan alle verplichtingen te voldoen.

Denkt aan de f 0.25 die ieder nieuw lid voor reglement enz. moet betalen.

2°. Aan heeren rechtstreeksche leden woonachtig in gemeenten waar geene afdeeling bestaat:

Weest zoo goed en zendt, indien uw adres niet volledig op den omslag van dit nummer vermeld was, opgave van uw volledig adres aan den bondssecretaris.

3°. Aan ieder die over 1892 lid was en nog niet in het bezit is gesteld van reglement van den bond, reglement op het schaakspel of jaarboekje 1891: wilt het ontbrekende spoedig bij den bondssecretaris aanvragen.

4°. Aan ieder die over bondszaken aan een der bonds- of afdeelingsbestuursleden te schrijven heeft: wilt bij de handteekening ook het adres opgeven tot de ledenlijst in druk is verschenen , en van af het verschijnen der ledenlijst althans de woonplaats.

(NB. Dit verzoek bleek noodig daar de bondssecretaris herhaaldelijk brieven ontving zonder bedoelde opgave).

Bericht: Van dit eerste nummer van het Tijdschrift zijn vele exemplaren ter verspreiding beschikbaar. Wie behoefte heeft aan extra-exemplaren om leden te werven, vrage ze aan den bondssecretaris aan. Men moet niet verwachten dat ieder nummer zoo groot wordt als dit. Regel zal zijn 8 bladzijden en soms 12 of 16.

Twintigste Jaarverslag vaii den Nederlandschen Schaakbond.

Het jaar 1892 was in meer dan een opzicht merkwaardig voor den Bond.

Het jaarboekje verscheen eerst in Juni; maar het bevatte opnieuw een ontwerp-reglement, ditmaal ingediend door het Bestuur en waarin gebruik was gemaakt zoowel van de goede gedachten, die in het in

4

1888 ingediende ontwerp der toenmalige commissie waren neergelegd, als van de aanmerkingen, waartoe enkele onderdeelen van dat ontwerp aanleiding hadden gegeven.

In den oproepingsbrief tot de vergadering, den 31sten Juli in Amsterdam te houden, waren achttien amendementen opgenomen door verschillende afdeelingen en leden voorgesteld: maar geen dezer amendementen was van ingrijpenden aard.

Op de Vergadering had het Bestuur de voldoening na een betrekkelijk niet lang debat, zijn ontwerp slechts weinig gewijzigd met algemeene stemmen te zien verheffen tot reglement, met ingang van 1 Januari 1893.

Aldus sluit. 31 December 1892 af een tijdperk van bestaan van den Bond, dat gekenmerkt kan worden als een tijdperk van ontwikkeling van af eene VTereeniging van eenige Haagsche en Amsterdamsche schaakspelers tot een Bond van Nederlandsche schakers. Moge weldra de Bond zijn een Bond van alle Nederlandsche schakers ! Na deze belangrijke beslissing werd de voorzitter, de heer C. VAN OLST met algemeene stemmen herkozen en werden benoemd tot commissaris voor materieel met ingang van 1 Januari 1893 de heer L. H. DEELMAN, uit Groningen, en tot leden der tijdschrift-redactie met den secretaris de heeren H. J. DEN HERTOG en Dr. A. J. A. PRANGE.

Intusschen was de 31 Maart 1892 het uiterste tijdstip geweest van inzending aan den bondssecretaris van problemen voor den probleem-wedstrijd 1891—1892. De jury, bestaande uit de heeren C. MESSEMAKER, J. J. VERAART en Jhr. D. VAN FOREEST was onmiddellijk ijverig aan haar werk gegaan en was daarmede in Juli gereed, zoodat op de Algemeene Vergadering haar uitspraak werd openbaar gemaakt.

Uit de 57 ingezonden problemen waren door haar toegekend:

JSTE pR[JG vierzets aan den heer W. FERMIE WZ te Amstelveen; 2de , „ „ „ , C. C. W. MANN „ Amsterdam; lste „ driezets » „ , H. MENDES DA COSTA , „ : 2d" , „ » „ L. N. DE JONG , Leiden; lste „ tweezets „ „ „ H. MENDES DA COSTA „ Amsterdam; 2de „ , , „ „ E. H. E. 7AN WOELDEREN „ Rotterdam.

Ofschoon onder de door de jury toegekende eervolle vermeldingen vele goede probleemdichters met goede problemen voorkomen, zullen wij opgave daarvan maar overlaten aan onze rubriek Problemen.

5

Nadat de prijswinners waren toegejuicht en de beoordeelaars voor hun omvangrijken arbeid bedankt, ving vervolgens de probleemoplossingswedstrijd aan.

Noch de eerste prijs vierzet, noch de eerste prijs driezet vond echter oplossers, die niet grove fouten, althans in eenige varianten maakten; vrees voor te laat indienen werkte op de hieraan nog niet gewende deelnemers, waaronder toch sommige bekend goede oplossers, al te hinderlijk. Een ander maal beter.

Daarop ving de jaarlijksche wedstrijd aan. In de eerste klasse speelden de heeren F. VAN DEN BERG van Amstelveen , Jhr. A. E. VAN

POKEEST van Amsterdam, J. F. HEEMSKERK van 's Gravenhage, R. J. LOMAN van Londen, B. J. MEIJER van Amsterdam, A. G. OLLAND van Utrecht en Dr. A. VAN RHIJN van Leiden: in de tweede klasse speelden de heeren: A. BLEIJKMANS van Amsterdam, Dr. N. WESTEN­

DORP BOERMA en L. H. DEELMAN van Groningen, J. R. DEEN en G. J. GANTVOORT van Amsterdam, N. W. VAN LENNEP van 'sGraveland, J. H. PEET van Hilversum, J. J. SPEET van Breda en C. TINHOLT van Amsterdam.

De uitslag was als volgt: Eerste klasse. O H ! « | » H X NAMEN. Prijzen. afeSsgjtó" •£ O w j O

DEN BERG.

RHIJN 0 '/2 0*

') Deze partijen zijn niet gespeeld.

6

Tweede klasse.

NAMEN.

Prij ze n. BLEIJKMANS

De prijsuitdeeling vond in de benedenachterzaal (?) van het Café de Roode Leeuw plaats, en de bondsleden namen van elkander afscheid om de grondvesting der nieuwe afdeelingen naar het nieuwe reglement ter hand te nemen.

Intusschen schreef de Internationale Sport-, Paarden- en Visscherijtentoonstelling schaakfeesten uit waarbij met levende figuren geschaakt werd en een wedstrijd met af- en aanspel werd gegeven om kunstvoorwerpen, respectief van f 25, f 15 en f 10 als prijzen. De Schaakbond, daartoe uitgenoodigd, nam de leiding van dezen wedstrijd, waar ook niet-bondsleden mochten mededingen, ter hand en loofde ter aanvulling van de prijzen eene verguld zilveren, eene zilveren en eene bronzen medaille uit. De uitslag van dezen wedstrijd op 2 October 1892 was dat na warmen strijd van dertien uren de eerste prijs behaald werd door N. W. VAN LENNEP van 's Graveland , de tweede door C. C. W. MANN van Amsterdam en de derde door H. J. DEN HERTOG van Amsterdam, alle drie bondsleden.

In het algemeen zette zich de uitbreiding, die het schaakleven in Nederland in 1891 onderging en in het vorig jaarverslag van den ondergeteekende werd vermeld, ook in 1892 voort.

') Deze partijen zijn niet gespeeld.

7

De schaakrubriek van de Amsterdammer verschafte zijnen geabonneerden de vroeger aangekondigde correspondentie- en probleemoplossings-wedstrijden en schreef nu ook nog eenen wedstrijd uit in liet probleemdichten, met als jnry-leden de heeren J. POSPISIL te Praag en ons bondslid H. J. DEN HERTOG Ook de rubriek in de Nederlandsche Sport bevatte menige goede partij en probleem.

En bij de goede rubrieken in andere tijdschriften waarvan in het bijzonder de Avondpost en het Zondagsblad van het Nieuws van den Dag moeten worden genoemd, verschenen nog nieuwe schaakrubrieken in de Provinciale Groninger, in het Algemeen Handelsblad en in de Zwolsche Courant.

Het geïllustreerd Nieuws van den Dag met zijne schaakrubriek onder redactie van ons bondslid E. VAN DIEN van Amsterdam, schreef bovendien een probleemdichtwedstrijd uit voor twee zetten.

De in 1891 opgerichte schaakvereenigingen breidden zich alle in 1892 uit.

Het in 1852 opgerichte 's-Gravenhaagsche Schaakgenootschap „ Discendo Discimus" vierde 29 December 1892 zijn 40-jarig bestaan met een souper, opgeluisterd door de overkomst van GUNSBERG. Over GUNSBERG'S optreden zie men de rubriek Berichten uit Nederland.

Allerwege dus vooruitgang in quantiteit. Moge ook de quantiteit van het schaakspel in Nederland sterk toenemen.

Moge de Bond weldra onbetwistbaar de leiding van het schaakwezen in Nederland in handen hebben tot voortdurende uitbreiding en verbetering van de beoefening van het schaakspel!

De Secretaris, J. F. HEEMSKERK.

Allerlei.

VAN DEN BERG won in 1892 eersten prijs in de eerste klasse.

In zijne partij die in dit nummer voorkomt was zijn spel dunnetjes. Het zou onbillijk zijn hem daarnaar te beoordeelen; zijne overige partijen waren goed.

Dikwijls spelen ook meesters in de eerste partij van een wedstrijd slecht.

In de tweede klasse hadden natuurlijk weer de heeren PEET en SPEET evenveel punten en het meest na de prijswinners.

8

Problemen.

(Verzoeke problemen, oplossingen en alle andere bijdragen tot deze rubriek te adresseeren aan den Redacteur H. J. DEN HERTOG, Marnixkade 43. Amsterdam\ /

N°1. W. FermieWz,, te Amstelveen, N° 2 C, C.W. Mann, te Amsterdam. (1' Prijs, Ned. Schaakbond, 1S92.) (2= Priis. Ned. Schaakbond. 1S02.1

Mat in 4 zetten.

N°3. W. B.H. Meiners,te Amsterdam.

Mat in 4 zetten.

N° 4. Valentin Marin, te Bareelona.

Mat in 3 zetten.

N°5. H. J.den Hertog,te Amsterdam (Uit den Probleennvedstrijd1892 X. S. ü.)

Mat in 3 zetten.

N°6, W. Tuzar, tePraag.

Mat in 3 zetten.

Mat in 2 zetten.

9

Probleemwedstrijd 1892 van den Ned. Schaakbond. Eervolle vermeldingen voor vierzetten.

N°. 7. - Eerste eervolle vermelding, H.^ MENDES DA COSTA, te Amsterdam. Wit: Kb6, Dh4, Tb8, Pd4, Ph(3, L g 8, p.e3; Zwart: I \d5, Pa6, Pc5, Lel, p. a 5, a 4, c4, d 6, e 6, f6. —

N" 8. — Tweedderde eervolle vermelding, W. B. H. MEIXEKS, te Amsterdam. Wit• Ke6, Td6, Tg 8, Pa5, Pb 7, p. b2. e3 en h 5: zwart: Ka6, p. b6, e4, h6. —

N°. 9. - Tweedderde eervolle vermelding, W. B. H. MEINEKS, te Amsterdam. Wit: Kd7, Tgl, Pd2, Pe4, p. a3, b 2, c3, g 3; zwart: K d 5, p. b 3, d 3, e 6, g 4. —

De vierde eervolle vermelding van J. F. KOUWENHOVEN , te Warmond , bleek eene nevenoplossing toe te laten.

OPlossi"§®" J!an 111 dit nummer voorkomende problemen worden ingewacht voor 31 Januari 1893. e „Original und Plagiat."

Onder bovenstaanden titel publiceert een „ angesehener AufgabenJ. Kohtz en C. Koekelkorn verfasser" in N°. 50 van het Deutsches (llll Ausgewahlte^Schacliaufgaben Wochemchach (1892) een stukje, waarin ae met den lsten prijs bekroonde vierzet van den heer W. FERMIE Wz., te Amstelveen (zie Probleem N°. 1 in dit nummer) als het plagiaat gebrandmerkt wordt van een vijfzet van KOHTZ en KOCKELKORN.

Wanneer men FERMIE'S probleem met nevenstaande positie vergelijkt, valt onmiddellijk de groote overeenkomst in t oog. De zwarte koning op e 4, de witte pionnen a3,a5,c2,d4,e3,de zwarte

Mat in 5 zetten. toren op a6, de witte op f7, en de (Stelling na de zetten: zwarte pionnen op d 7 en g 5 komen in 1. T f 3 7. T b 3 — b 7.) beide stellingen voor, maar nog bedenkelijker is het, dat de hoofdvariant van den vierzet 1. L e 5-d 6 ,

T a 6 X d 6; 2. D b 3-d 5 f, Ke4 X d5; 3. Tf7-f5f, K onv.; 4. T geeft mat, geheel overeenstemt met die van het 25 jaar oudere probleem van KOHTZ en KOCKELKORN.

Een feit is het dus, dat de heer FERMIE geen oorspronkelijk idee aan zijn probleem ten grondslag gelegd heeft. Wat nu de constructie betreft, de schrijver van het Duitsche stukje heeft in elk opzicht gelijk, waar hij ze veroordeelt met de volgende woorden: „ Die Gruppirung der Steine auf dem Königsflügel ist so unbeholfen und geschmacklos, wie nur irgend möglich. Herr W. FERMIE WZ. hat sich nichts daraus gemacht, dieselbe durch zwei Nachtwachter (T f 2 und S h 7) zu dekoriren."

De opmerking aan het slot, dat de auteur zich niet begrijpen kan, hoe de Jury een probleem kon bekroonen, waarin een idee van anderen werd uitgewerkt, heeft nat urlijk geen zin. Wij zijn overtuigd , dat zij den vierzet niet voor een prijs in aanmerking had doen komen , wanneer zij vroeger toevalligerwijze reeds had kennis gemaakt met het probleem van KOHTZ en KOCKELKORN.

(In een volgend nummer zullen eenige, nog niet gepubliceerde gevallen van '/Original und Nachbildung// ter sprake worden gebracht.)

Berichten nit Nederland.

GUNSBERG bezocht het Haagsche Genootschap „ D. D." van Donderdag 29 December 1892 tot en met Nieuwjaarsdag. Daarna zou hij

Maandag 2 Januari te Hilversum en Dinsdag en Woensdag 3 en 4 Januari te Amsterdam spelen.

In 's-Gravenhage speelde hij:

Donderdag: 's middags in Hotel d'Angleterre simultaan 6 partijen tegen Dr. A. VAN RHIJN van Leiden, H. J. DEN HERTOG van Amsterdam, M. W. J. 's GKAVESANDE GUICHERIT, Prof. BAEHR, L. SIMONS en J. ANDRIESSEN, allen van „ D. D."; G. won alle zes de partijen. 's Avonds aan huis bij den heer SIMONS 2 partijen tegen L. en J. SIMONS in consultatie; G. won beide; en in Hotel d'Angleterre simultaan 31 partijen, waarvan hij 24 won, 6 remise maakte tegen de heeren P. C. UITTENBOGAARD, Mr. S. VAN HOUTEN, J. H. RUTING. K. SÜSHOLZ , Dr. A. VAN RHIJN en D. B. EDERSHEIM en 1 verloor tegen den heer J. F. HEEMSKERK.

11

Vrijdag avond op D. D. simultaan 15 partijen, waarvan hij 12 won, 2 remise maakte tegen Mr. D. VAK ECK en E. VAN DIEN en 1 verloor tegen H. J. DEN HERTOG en verder 2 consultatie-partijen die hij beide won tegen VAN DIEN en DEN HERTOG en tegen SPEET en HEEMSKERK.

Zaterdag avond aan huis bij den heer EDERSHEIM 1 partij die hij won tegen EDERSHEIM en daarna 6 partijen (bij driën simultaan) waarvan hij 4 won en 2 verloor tegen M. EDERSHEIM en L. SIMONS.

Vooits \ rijdag, Zaterdag en Zondagmiddag 11 partijen, waarvan hij 1 won tegen Mr. S. VAN HOUTEN , 1 tegen C. HOFSTEDE DE GROOT, 1 tegen Prof. BAEHR en 7 tegen J. F. HEEMSKERK en 1 verloor tegen

J. F. HEEMSKERK. Ten slotte nog Zondag 5 partijen (op twee borden tegelyk) waarvan hij 3 won tegen J. F. HEEMSKERK en 2 tegen Prof. BAEHR.

Totaal won GUNSBERG 66 partijen, maakte hij 8 remise en verloor hij 5; d. i. 70 uit 79. GUNSBERG toonde zich meester als altoos, maar den Haag toonde zich èn door qualiteit van spel èn door een groot aantal belangstellenden (dat Donderdag 31 spelers en 40 a 50 toeschouwers bereikte) waardig den meester te ontvangen.

Practisch Spel.

Partijen gespeeld in de eerste ronde van den wedstrijd eerste klasse te Amsterdam: ^N° 1.

Gespeeld 1 Augustus 1892. Z6t' °fSCh°0n Mj ook 4 P f 6 tot ^lijk , TR • sPel analyseert. (reweigerd Koningsgambiet. - T f 1 O. IJ I 1 — C 4

R. J. LOMAN F. VAN DEN BERG U , , VON BARDELEBEN beveelt hier

Zwart 5 P c 3 — a 4 als sterker aan. 1. e 2 — e 4 1. e7—e5 5. p ? 8 — fg

2. f2 f4

2.LfS — c 5 Deze zet is zwakker dan P b 8 — c6 , ^ 1 dat vóór Lfl ontwikkeld is door

Hiermede gaat de partij over in L b 5 weêrlegd schijnt te worden; het Weener gambiet. maar aangezien wit nu na L c 4 — b 5

3- d 7 — d 6 een belangrijk tempo achter zou zijn

Pgl f3 4. Lc 8 — g4 is het opnieuw bedreigen van veld

Volgens VON BARDELEBEN de sterkste | d 4 voor zwart een groot voordeel.

12

Wit moet nu wel na 5 Pc (1 voortzetten met het bekende niet correcte

qualiteitsoffer 6 ^ 7 XJL3 1 Lg4 x f3 Pc6 — d 4

Df3 — g 3 D f 3 — dl , ° n J 1 w a 1 enz - °i ° °f met Pd4xc2f

Pc3 —a4 P a4 x c 5 c2 —c3

e5 x f4 d 6 X c 5

waarna zwart vrijere stelling heeft.

6. f 4 X e 5 6.d6Xe5?

Natuurlijk is L g 4 X f 3 hier de eenige speelbare zet.

7. Lc4 X f 7 f 7. K e 8 X f 7

8. P f 3 x e 5 f 8. K f7—e8

9. P e 5 X g 4

waarmee wit met gemakkelijk spel twee pionnen voor is.

9. T h 8 — f 8?

10. Pg4 X f 6 f 10. T f8 X f6

11. Dd 1 —h 5 f 11. T f6 — f7

12. D h 5 X c 5 12. P b 8 — d 7

13. Dc 5 — e 3 13. o7-c6

14. d 2 — d 3 14. P d 7 — f 6

15. Lel — d2 15. a 7 — a5

16. h 2 — h 3 16. Dd8 — c 7

17. 0 — 0 17. Ta8 d 8

18. e 4 —e 5 18 Tf 7 —e 7

19. Tal —e 1 19. Te7 — e 6

20. De 3 —f3 20. Te6 X e 5

21. Tel X e 5 f Zwart geeft de partij op. J. F. H. N° 2.

Gespeeld 1 Augustus 1892. Van 't Kruijs-opening.

Dr. A. v. Rhijn .Ihr. A. E. v.Fokeest

Wit Zwart

1. e 2 — e 3 1. d7 —d5

2. d 2 — d 4 2. e 7 —e6

3. Lel — d2

De beteekenis van dezen zet is mij niet helder. Men moet vooral niet denken dat in geslotene partijen als deze tempoverliezen er niet op aankomen.

3. Pg8 —f 6

4. c 2 — c 4 4. L f 8 — e 7

5. Pb 1 --c 3 5. b 7 — b 6 niet sterk

6. c4 X d 5! 6. e 6 X d 5

7. Tal —c l 7. a7 — a6

8. Pgl —f3 8. Lc8-b7

9. Pc 3 — a 4 9. Pb8 — d 7

10. b 2 — b 4 10. 0 — 0

11. L f 1 — d 3 11. Ta 8 — c 8

12. P f3 — e 5 12. P d 7 X e 5

13. d 4 X e 5 13. P f 6 —d 7

14. L d 3 — f5 14. Pd 7 X e 5

Zwart heeft wit in de hand gespeeld en hem het beheer over de c lijn onnoodig gegeven, waardoor wit's minder sterke zet juist een voordeel is geworden. Het qualiteitsoffer van zwart is nu een niet onaardig gevonden middel om het zwarte spel wat vrijer te stellen.

15. D d 1 — c 2 15. Pe 5 — c 4

Het zwarte paard neemt hier eene zoo lastige stelling voor wit in, dat het voor wit ook in aanmerking kwam de qualiteit te versmaden en te spelen

16 L f 5 X h 7 t, 17 L h 7 — d 3 en dan, 11a b5, 18 Pa4 — b2, op den duur dreigende met e 4 (al of niet voorbereid door f 8) en afruil op c 4 een pion te winnen. Intusschen zou door die speelwijze c 7 — c 5 een voor zwart zeer sterke zet worden.

16. L f5 x c 8 16. Lb7 X c 8

17. Pa 4 — b 2 17. Pc 4 X (1 2

Deze ruil lijkt mij niet verstandig; L d 2 is nog niet veel waard; P c 4

t i a ,-Pb2xc4?

(en, na b6 — b 5 —— — pion c4ï d 5 x c4! r is daarentegen zeer sterk; wit zal voorl°°pig nog wel geene gelegenheid

krijgen e 4 te spelen en daarom is liet roekeloos de c lijn opnieuw prijs te geven.

18. 1) c 2 x d 2 18. d 5 — d 4

19. a 2 —a 3 19. c 7 — c 5

20. e 3 X d 4 20. c 5 X b 4

21. a 3 x b 4 21. Le 7 —g 5

22. f2 — f4 22. ï f 8 — e 8 f

23. Kei —f2 23. Lg5 —f6

24. Th 1 — d 1 24. L c 8 — g 4

25. Tdl — e 1 25. L f6 x d 4f

26. K f 2 —• g 3 26. Ld4 X b2

27. Te 1 X e 8f 27. Dd 8 X e 8

28. Tc 1 — e 1 28. Lg 4 — e 6

29. Dd2 X b 2 29. D e 8 — b5

30. Db 2 — d 4 30. h 7 — h 6

31. Te L —e 5 31. D b 5 — c 6

32. I)d4 — e 4 32. Dc6—c3f

33. K g.3 — h 4 en biedt remise aan, wat zwart begrijpelijkerwijs aanneemt.

J. F. H.

'v - N° 3.

Gespeeld 1 Augustus 1892.

Spaansche partij.

A. G. Olland J. F. Heemskerk

Zwart

1. e 2 — e 4 1. e 7 — e 5

2. Pgl —f3 2. P b 8 — c 6 3. L f 1 — b 5 3. a 7 — a 6

13

4. L b 5—a 4 4. Pg 8 — f6

5. 0—0 5. P f 6 X e 4

6. T f 1 — e 1 6. Pe4 —c 5

7. L a 4 x c6 7. d7Xc6

8. P f 3 X e 5 8. L c 8 — e 6

9. 1) d 1 — e 2 9. L f8 — e 7

10. d 2 — d 3

Sterker is hier c 2 — c 3 dat voorloopig de zwarte roquade verhindert .. d 2 —d 4 P e5 x f7 om 11 12 ——- enz P c 5— d 7 z"

10. 0-0

11. b 2 — b 4 nu is deze aanval zonder waarde; de witte b pion was meer waard dan de zwarte f pion en de opene f lijn meer dan de opene b lijn.

11. P c 5 — d 7

12. P e 5 X f7 12. T f8 X f7

13. De 2 X e 6 13. L e 7 X b 4

14. Tel—e2 14. Dd 8—f6

Zwart dwingt de ruil der dames af, in vertrouwen op zijne betere pionnenstelliug voor het eindspel.

15. I)e6 X f6 15. Pd 7 X f6

16. Lel —b2 16. Ta8 —f8

17. Pb 1 —d2 17. P f 6 — d 5

18. Pd 2 — e4 18. Tf 7 — f5

19. a 2 — a 3 19. Lb4 — d 6

20. Pe4 X d 6 20. c7 X d6

21. f2 —f3 21. T f5 — g5

Ook kwam in aanmerking P d 5 — f6 om d 6 — d 5 te kunnen spelen, maar zwart wilde de witte pionnen op den koningsvleugel voorwaarts lokken.

22. Kgl — hl 22. Tg 5 — g 6

23. Ta 1 — e 1 23. Pd 5 —f4

24. Te 2 — d 2 24. Kg 8 — f 7

25. g 2—g3 25. Tg6 — e6

26. Te 1 — f1

Eene bepaalde fout; wit moest de torens afruilen; nu zwart ook nog de elijn beheerscht is zijn speloverwegend.

26. P f4 —d5

27. f3 —f4 27. T f 8 —e 8

28. c2 — c 4 28. P d5—e 3

29. f4 — f5 29. Te 6 —f6?

Een blunder, die alhet voordeel van de voorzichtig en goed gespeelde partij wegwerpt; 29 Pe3 Xfl kan hier

• 4. f 5 Xe6f 0 , Td 2—e2 + niet om 30 —— -i- 31 L Kf7x e6 Ke6— d7

•>n T e 2 x e8 of> Lb2-cl

32 K d 7 X e 8 3 ° en Wlt wint het paard en de partij; maar met 29 Te 6 — e 7 bleef zwart zijne overwegende stelling behouden, en moest hij het eindspel winnen.

30. Tfl—el 30. Pe3 x f5

Zwart is op alle manier verloren: op 30 Tf 6 X f 5 volgt 31 ^

Tel x fl+ T e 2 — f 2 f

32 Pe3xfl ' 33 enZ "

14

en op 30 Pe3X c4 volgt 31 Pc4xd2

QO Te8 —e2 o2 enz.

31. T e 1 X e 8 31. K f 7 X e 8

32. Lb 2 X f 6 32. g7 X f6

33. Td 2 —f 2 33. P f5 — d 4

34. T f2 X f6 34. Pd 4 —c2

35. a3 — a 4 35. Pc2 — b4

36. T f6 X d 6 36. K e 8 — e 7

37. T d 6 — h 6 37. P b4 X d3

38. T h 6 x h 7 f 38. K e 7—d6

39. Th 7 X b 7 39. Kd6 —c5

40. h 2 — h 4 40. K c5 X c4

41. h4 — h5 41. Pd 3 —f2 f 42. K h1 —g 2 42. P f2—g4

43. Kg2 — f 3 43. P g4 — h 6

44. T b 7 — b 6 44. K c 4 — c 5

45. Tb6 X a 6 4$. Phfi — g8

46. T a 6 —a 8 46. P g 8 — h 6

47. Ta 8 — b 8 47. P h 6 — f7

48. a 4 — a 5 en zwart geeft de partij eindelijk op.

J. F. H.

Uit den wedstrijd, 2e klasse, yan den Ned. Schaakbond, te Amsterdam.

N° 4. heeft, is de bekende variant der Gespeeld 1 Augustus 1892. Weener Partij (2. P b 1 — c 3, Onregelmatige opening. Pb8 — c6; 3. g2 — g3)

L. H. DEELMAN N.W.VAN LENNEP 2. LF8 — c5

Wit Zwart 2 —, P g 8—f 6 of 2 —, P b 8 —c6

1. e 2 —e 4 1. e 7 — e5 is even g°ed. 2. b 2 — b 3 3. Lel— b2 3.Pb8—c6

In de open partij is het fianchetto, 4. c2 — c3 4. P g 8 —f6 zoo vroeg aangewend, meestal van 5. d2 — d4 5. e5 X d4 twijfelachtige waarde. De eenige spel- 6. L f 1 — d 3 opening, waarin het practisch nut Na 6. c 3 X d 4 blijft zwart ook

een pion voor (6 — ,Le5 — b4f enz.)

6. d 7 —d5

7. I) d1 — c 2 7. d 5 X e 4

8. L d3 x e 4 8. 0 — 0!

9. L e 4 — d 3

9. L e 4 X o6 is niet aan te bevelen wegens 9. —, d 4 — d3;L0.Dc2~dl, b 7 X c fi ; enz.

9. Dd 8 —d 5!

10. Ke 1 — f 1 10. T f8 — d 8!

De drie laatste krachtige zetten verschaffen zwart de winnende stelling. 11. c 3 X d 4 ?

Hiermede vergemakkelijkt wit nog den door zwart beoogden aanval op de d lijn; 11. c3 — c4 was voor 't oogenblik sterker.

11. P c 6 X d 4

12. Lb 2 x d 4 12. Dd5 x d 4

13. Ld3 X h 7+ 13. P f 6 X h 7 14. 1' b 1 — e 3 14. L c8 — g4

Eindspel N° 1. J. H. Peet. (Zwart).

A. Bleykmans. (Wit).

De positie op het diagram ont-

15

Waarschijnlijk met 't doel, niet alleen Tal — dl te beletten , maar ook te dreigen , met L c 5 — b 4 een officier te winnen. (De dekking door Tal — c 1 is dan natuurlijk ontoereikend).

15. Pg 1 — f 3?

Hier moest in elk geval 15. f2 — f3 geschieden.

15. Lg4 X f3

16. g 2 X f 3 16. P h 7 — g 5

17. K f 1 —g2

Ook 17. Dc2 —e 2 is ontoereikend wegens 17. — , Dd 4 •— f4.

17. Dd 4 — f 4

Na dezen zet kon wit gerust opgeven.

18. Ta 1 — g1 18. T d 8 — d 2

19. Dc 2 X d 2

19. D f4 X d 2

20. P c 3 — d 1 20. D d 2 — e 2

21. h 2 — b 4 waarop zwart mat in 4 zetten aankondigde.

H. J. D H.

stond in de partij A. BLEYKMANS —

J. H. PEET (Wedstrijd N. S. B. 1892. 2e klasse), na den 18enzet van Wit.

Er volgde nu:

18 18. Le7 — g5

19. Pg3 x f5? 19. Dd8— f6!!

20. P f 5 — g3 20. Pf4— h 3f

21. Kg 1 — g2 21. Df6 x f3f!

22. Kg2xh3 22. Tf8—f4

23. L c4 X e6f 23.Kg8— h8

24. L e 6 — g 4 24. T f 4 x g4 en het mat op h 4 is niet te dekken.

Eindspel N° 2. W. B. H. lleiners. (Zwart).

A. II. M. Dieperink. (Wit). Bovenstaand interessant eindspel ontstond in eene partij A. H. M. DIEPERINK — W. B. H. MEINERS. (Huish. Wedstryd 1892—193 der Amsterdamsche Schaakclub).

Zwart won op de volgende wijze:

1

1. Pe5 — g6!

Wit dreigde zijn paard tegen de beide pionnen te ruilen, en daardoor de partijremise temaken.

2. Ke2—d2

16

Op 2. Ke2—f3 zou volgen 2. —,Tcl — flf;3. Kf3— e2!

(Op 3. K g 4 wint 3. —, T f 4 f en op 3. K e 3, 3 — , P f 4; 4. Tc2-f-,Kb6;5.Pg3:,hg3:enz.), T f 1 — f8; 4. Ke2—el,Pg6— f4; 5. Tg 2— c2f,Kc7 — b 6; 6. P e 4 x g 3, h 4 X g3;7.Kel — fl,g3 — g 2f; 8. Kfl gl, T f 8 — g 8! en zwart wint.

2 2. Tel—bl!

3. K d 2 — c 2 3. h 4 — h 3!

Dit kon nog niet geschieden, toen de zwarte T op c 1 stond.

4. Tg2xg3('tBeste )4.h3 — h2

5. Pe4 — f2 Schaak geven helpt niet.

5 5. Tbl — fl en zwart won.

(Op 6. T g 3— h 3 volgt 6. —, T f 1 xf 2 f benevens 7. —,Tf2 — f3f of — flf en 8. —, h2 — hlD).

Als curiosum laten wij hier een partijtje volgen, dat 12 November 1892 in eene Engelsche clubmatch werd gespeeld tusschen de HH. Mc. BEIDE (Wit) en HILL (Zwart): 1. e2 — e4, e 7 — e 5; 2. Pgl — f3, P b 8 — c 6: 3. Lfl — c4,Pc6 — d4 (?!); 4. Pf3xe5, D d 8 — g 5; 5. P e 5 X f 7, D g 5xg 2; 6. Th 1—f 1, Dg2 x e4f; 7. Lc4 — e2, Pd4 — f3 f mat. {Tableau!).

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.
Tijdschrift 1893 - januari by schaakbond - Issuu