3 minute read

Nicole Maalsté

Next Article
C Man

C Man

Column

Nicole Maalsté Een niet bestaand probleem

Terwijl gewone Nederlanders zich druk maken over hun werk, gezondheid en pensioen of over vluchtelingen, besmettelijke ziektes en oorlogen in het buitenland, discussieren politici in Den Haag over een niet bestaand probleem. Cannabisproducten met een THC-gehalte van boven de 15% moeten volgens de minister bij wet tot harddrug worden gepromoveerd.

Een heel leger aan deskundigen adviseerde onlangs de Tweede Kamer over deze voorgenomen maatregel. Preventiewerkers, verslavingsdeskundigen en gezondheidsin-

stellingen verklaren unaniem dat een hoog THC-gehalte over het algemeen geen problemen oplevert. Daarnaast stellen forensisch experts, douanebeambten en juristen dat de maatregel onuitvoerbaar is, omdat er veel onduidelijkheid bestaat over het testen van het THC-percentage.

Politie en justitie hebben gewoon geen capaciteit voor de jacht op sterke hasj en wiet.

Rookgedrag aanpassen

Eigenlijk wisten we dit al lang. De toenmalige minister van Volksgezondheid Hoogervorst meldde in mei 2006 aan de Tweede Kamer dat het niet nodig was om sterke wiet als harddrug te bestempelen. Uit een onderzoek van het RIVM bleek namelijk dat blowers hun rookgedrag aanpassen aan de sterkte van de wiet. De meesten roken een zware joint niet in een keer op. In die periode was het THC-gehalte nog een stuk hoger dan tegenwoordig. Verder heeft de huidige minister van Veiligheid en Justitie Opstelten in 2011 advies gevraagd aan allerlei betrokken instanties. Ook die adviesronde leverde voornamelijk negatieve reacties op.

Niet actief optreden

De enigen die zich niet faliekant tegen het plan keren zijn politie en justitie, maar dat komt waarschijnlijk omdat ze niet anders kunnen. De minister is immers hun baas, politie en justitie zijn uitvoerende organisaties. Daarom is het des te opmerkelijker dat zij nu al aangeven dat ze niet actief gaan optreden tegen de maatregel, als die er werkelijk

gaat komen. De woordvoerders verklaren doodleuk dat ze ervan uitgaan dat de branche zichzelf reguleert en dat growers en coffeeshopondernemers cannabis op maximum 15% THC houden. Dat wordt dus net zo’n symboolmaatregel als het ingezetenencriterium. Het toeristenverbod geldt in de praktijk alleen voor een handjevol gemeenten in de

zuidelijke provincies. De woordvoerders verklappen dat zij een groot probleem hebben wanneer de branche zich niet aan het maximum van 15% THC zal houden. Politie en justitie hebben gewoon geen capaciteit voor de jacht op sterke hasj en wiet. Dat vraagt om extra mankracht, een duur grapje.

Zelfregulering

Een scherpzinnige advocaat vraagt zich af waarom de maatregel nodig is, als het naleven ervan aan de branche zelf wordt overgelaten. Zelfregulering houdt immers in dat je de verantwoordelijkheid bij de branche zelf legt en je er als overheid verder niet actief mee bemoeit. Dat betekent ook dat een branche zijn eigen regels opstelt, die als richtlijn voor ondernemers gelden. Zo riepen Haarlemse coffeeshopondernemers onlangs een Keurmerk in het leven, omdat

zij het belangrijk vonden dat hun klanten beter geïnformeerd worden over de samenstelling van hun cannabisproducten.

Illegale markt

Zelfregulering werkt alleen als je uitgaat van een probleem dat de branche zelf signaleert. Je kunt niet verwachten dat de branche een probleem oplost dat niet bestaat. Door de diversiteit aan cannabisproducten in coffeeshops hoeven blowers de illegale markt niet op te zoeken. De verscheidenheid aan coffeeshops zorgt ervoor dat een breed publiek wordt bediend. Bij de ene shop zijn dat alleen lokale blowers. Bij een ander komen ook mensen uit omringende dorpen of zelfs toeristen. Dát is zelfregulering. Op het moment dat je daar actief op gaat ingrijpen en alleen de door jou gewenste cannabisproducten, coffeeshops en consumenten toestaat, is daar geen sprake meer van. In de zuidelijke provincies hebben we onlangs mogen meemaken waar dit soort ingrepen toe kan leiden. De illegale markt pakt die handschoen graag op.

Als de overheid werkelijk wil dat de cannabisbranche zichzelf reguleert, dan moet ze haar het vertrouwen geven dat er niet meer actief wordt opgetreden tegen allerlei onbenulligheden en ophouden met het verzinnen van onnodige symboolmaatregelen die niet bestaande problemen oplossen.

This article is from: