Sa!
22 april 2015
17
www.sa24.nl
Serie 40/45
Nederland staat dit jaar uitgebreid stil bij de start van de Tweede Wereldoorlog in Nederland (75 jaar geleden) en 70 jaar bevrijding. Sa! besteedt deze weken daarom ruim aandacht aan verschillende facetten van de Tweede Wereldoorlog in ons verspreidingsgebied.
‘Je moet je daar maar goed houden’
Klaas en Jeen bleven op de Grebbeberg De twee jonge militairen Klaas Idzerda en Jeen Jeeninga sneuvelden in mei 1940 tijdens de slag om de Grebbeberg. Nu, 75 jaar later, leggen twee omkesizzers op 4 mei een krans bij het monument op de begraafplaats in Tijnje. TEKST: HESTER DIJKSTRA FOTO’S: FAMILIEARCHIEF EN SIETSE DE BOER TIJNJE De herinneringen aan de beide soldaten liggen op tafel. Een plakboek met dichtbeschreven kaarten, een rijbewijs B, met potlood geschreven brieven van een onbekend vriendinnetje uit Heerenveen, een oorkonde en het ‘Reglement betreffende de Krijgsmacht’. Veel herinneringen zijn er niet, maar Andries Idzerda (57) en Geertje Jeeninga (77) uit Tijnje houden ze, al dan niet gedigitaliseerd, in ere.
Ereplaats
In het ouderlijk huis van Andries hingen boven de schoorsteenmantel drie foto’s. Twee van de wederzijdse grootouders, daartussenin een portret van een man. “As bern fregen wy oan heit wa dat wie.” ‘Dat is omke Klaas’, luidde het sobere antwoord. ‘Hy is omkommen yn’e oarloch.’ Meer woorden waren er niet nodig, vond heit Idzerda. Andries realiseert zich nu: “It wie heit syn jongere broer, dat moat him djip rekke ha.” Er waren geen woorden voor de verdrietige herinneringen en dus bleef veel van die allereerste oorlogsdagen in het verborgene. Geertje Jeeninga heeft hetzelfde ervaren. Jeen Jeeninga zou haar zwager geweest zijn. Hij was 19 jaar en de oudste in het Tynster gezin. “Hy hâlde fan motorriden, mar fierder witte wy net in soad”, zegt ze. “Wy tinke oan harren as mânske soldaten, mar eins wiene it noch jonges.”
Goed houden
Het waren warme dagen, die eerste weken van mei 1940. Eind april schreef Klaas Idzerda (20) zijn ouders nog een kaart. Hij wilde graag schoon goed. ‘Want ik heb een mars gehad en zo erg gezweet. Het hemd heb ik al twee weken aan gehad.’ Klaas wil zijn warme trui graag ruilen voor een overhemd ‘en wat zakdoeken alleen voor zondags.’ Hij verlangt naar verlof, ‘want dan kom ik vader eens helpen.’ De militair besluit met: ‘Hoe is het, kunnen jullie het nog redden. Hoop van wel.’ Voor zowel soldaten als familie waren het onzekere tijden blijkt ook uit een van de laatste briefkaarten van de familie Jeeninga aan hun zoon. ‘De verloven zijn weer ingetrokken. Wat dat weer te beduiden heeft, we weten het niet.’ En: ‘Je moet je vuile kleren maar even oversturen, want we weten niet wanneer we je nu weer thuis zien. Nu Jeen, je moet je daar maar goed houden en spoedig weer eens schrijven.’ Dat is er niet meer van gekomen. Jeen en Klaas sneuvelden in de hevige gevechten rond de Grebbelinie. De Nederlandse soldaten waren veruit in de minderheid tegen een 23.000 man sterke Duitse legermacht. Er kwamen 424 Nederlandse militairen om. Jeen sneuvelde op 11 mei, de zaterdag voor Pinksteren, Klaas volgde twee dagen
Jeen Jeeninga.
Klaas Idzerda.
later, 13 mei, tweede pinksterdag. Hun lichamen werden enkele dagen later gevonden ‘bij een korenakker’.
op het Militair Ereveld Grebbeberg. Klaas had daar de eerste periode een eigen steen, maar deze is later vervangen door een uniforme herdenkingssteen. In Tijnje werd al in 1940 een monument opgericht voor de beide gesneuvelde dorpsgenoten, bij de ingang van de begraafplaats. Twee afgebroken pilaren aan de zijkant verwijzen naar de afgebroken levens van Klaas en Jeen.
Onzeker
De families in Tijnje bleven nog lange tijd in onzekerheid over het lot van hun jongens. “Dat moat ferskriklik west ha, wat in spanning”, zeggen Andries Idzerda en Geertje Jeeninga. Pas begin juni kreeg de familie Idzerda bericht en een condoleance van de gemeente. Daarna konden ze een overlijdensadvertentie plaatsen. De berichtgeving rond Jeen was vergelijkbaar. “It wie waarm waar, jo hiene noch gjin DNA-ûndersyk…. It duorre mar ta”, zegt Geertje peinzend. “Skoanmem woe ek sa graach witte hoe’t Jeen sneuvele is. In oare soldaat hat har dêr letter oer ferteld.” Op tafel ligt een officieel schrijven waarmee de ouders van Jeen een pensioen wordt toegezegd van 400 gulden per jaar (het wettelijke maximum), omdat Jeen deels als kostwinner werd aangemerkt. Daar liggen ook de oorkonde en het postuum aan Klaas Idzerda toegekende Oorlogsherinneringskruis.
Monument
Het monument op de begraafplaats van Tijnje.
De ouders van Klaas stelden destijds alles in het werk om hem in Tijnje te kunnen begraven. Het mocht niet. Beide Tynsters werden ter aarde besteld
Elk jaar, op de avond van 4 mei, houdt Tijnje een indrukwekkende dodenherdenking. “De organisaasje is perfekt, dat makket it sa moai en respektfol”, vertelt Andries. Burgemeester Ellen van Selm verzorgt dit jaar de overdenking, er zijn gedichten van schoolkinderen en koraalmuziek van De Bazuin. Een omfloerste trom begeleidt de ‘stille omgong’ en schoolkinderen leggen bloemen op de oorlogsgraven. Bijzonder dit jaar is de kranslegging bij het monument van de omgekomen soldaten, door twee omkesizzers. Ze dragen dezelfde naam: Jeen Jeeninga woont in Drachten, Klaas Idzerda in Veenwoudsterwal. De belangstelling voor de herdenking groeit ieder jaar, vooral het aantal jongeren neemt toe. Geertje en Andries: “Mei sa’n betinking kinne jo wat trochjaan, want oarloch is noch lang net út de wrâld.”