3 minute read

Kerstwensen

Next Article
Bart’s Tuintips

Bart’s Tuintips

Op de Intensive Care “ Ongeveer anderhalve week later begon ik wat bewuster te worden van dat ik ‘ergens’ was, maar ik had niet duidelijk waar en waarom precies. Is dit echt? Is dit een droom? “

de werkelijkheid waar, maar kon het niet onder woorden brengen. Week na week werd ik steeds een beetje bewuster. Dit ging lange tijd zo door.”

Advertisement

Dan begint het revalideren

Vanuit het Radboud ziekenhuis verhuisde Rob naar de Sint Maartenskliniek. Daar begon een pittig revalidatietraject. Als afasiepatiënt volgde Rob veel logopedie lessen, maar ook fysiotherapie, ergotherapie en sport kwamen aan bod.

Rob: “Gedurende de eerste weken ging ik met sprongen vooruit. Iedere week verbeterde mijn taalvermogen en mijn conditie. Daarna moest ik opnieuw geopereerd worden. Dit keer aan mijn beknelde aangezichtszenuw, waar de verlamming in mijn gezicht door werd veroorzaakt. Het was een aanslag op mijn lichaam en even leek het alsof alles wat ik had opgebouwd weer was weggezakt. Toen ik na een week de therapie kon hervatten, bleek gelukkig dat mijn brein in die tussentijd wel degelijk verder was hersteld. Ik heb veel gehad aan die tijd. Momenteel woon ik thuis, maar ik heb nog steeds drie dagen per week therapie bij de Sint Maartenskliniek. Dit is gericht op het verbeteren van mijn communicatievaardigheden, het aanvoelen van mijn (nieuwe) grenzen, het leren omgaan met tijdsdruk en het re-integreren op mijn werk.”

Marlou: “Ik had niet durven dromen dat het nu zo goed gaat met Rob. Toch is het niet altijd makkelijk om alles ‘gewoon’ weer op te pakken. Het kost ons meer tijd en aandacht om elkaar goed te begrijpen. Dat dwingt ons voortdurend om te vertragen in een nogal bloeiende periode van het leven. Ondanks alle veranderingen, is het karakter van Rob gelukkig hetzelfde gebleven. Zijn gastvrijheid, eigenwijsheid, zorgzaamheid... het is er allemaal nog. Daar ben ik dankbaar voor.”

De toekomst

Rob: “Het is zo’n bizarre situatie om hier in terecht te komen. Je kunt dit allemaal niet voorspellen, maar dan is het er opeens en volgt er ongelooflijk veel liefde. Ik ben dankbaar voor de steun van familie, vrienden, zorgverleners en vooral Marlou. De relatie met haar is nog hechter geworden. Deze gebeurtenis heeft mij ook weer zo veel inzichten gebracht. Ik ervaar dat ik vaker waarneem wat er gebeurt zonder dat ik er allerlei hersenspinsels aan toevoeg. Daar speelt mijn verleden in meditatie een rol in. Ik had natuurlijk nooit kunnen voorspellen dat zen voor mij deze diepere betekenis zou krijgen. Ik blijf ook eerlijk naar mijzelf. Wat kan ik wel, wat kan ik niet? Normale zaken zoals luisteren, praten, lezen en schrijven, zijn opeens een uitdaging geworden. De toekomst is deels in nevelen gehuld, maar zekerheden in het leven bestaan sowieso niet. Ook al blijft het voor mij en Marlou ook heel pijnlijk wat er is gebeurd.”

Marlou: “Je stelt je verwachtingen steeds bij. Als Rob op de IC ligt hoop je dat hij zijn ogen opent, op de verpleegafdeling hoop je dat hij contact maakt. En nu zou je soms willen dat alles weer bij het oude is.”

Samen: “We pakken de draad van het leven weer op. Al een tijdje. Het blijft een emotionele zoektocht. Verdriet en vreugde lagen nog nooit zo dicht bij elkaar. Maar er is zoveel in het leven wat het de moeite waard maakt. Als we het even kwijt zijn, krabbelen we toch op en vinden we elkaar weer. En die trouwerij? Die komt er echt wel. Volgend jaar juni.”

“Momenteel woon ik thuis, maar ik heb nog steeds drie dagen per week therapie bij de Sint Maartenskliniek “

This article is from: