Ferdi Joly is columnist van MIJN Magazine. Velen zullen hem kennen uit de muziekwereld. In zijn columns schrijft hij over onze fraaie Achterhoek. Dit kan over van alles gaan. Lees en geniet.
We gingen zitten. Op een verlaten terras, voor een fel oranje geschilderd horecabedrijf, in een klein dorpje.
>046
| COLUMN
N
Oranje
et toen we verder wilden gaan, want de bediening leek niet te komen, dook de eigenaar op. “ Zo jij lijk t me een brutale”, naar mij wijzend. Tegen mijn vrouw: “met jou kan ik praten”, en tegen onze kleinzoon Boudewijn (11 jaar): “zo mocht jij ook mee? ” Hierna begon hij ons te ver tellen hoe de zaken er voor stonden. Dat was niet best en of hij de winter zou doorkomen was nog maar de vraag. Hij eindigde met een wanhopig: “ wat moet ik doen? ” We waren nogal over vallen, dus een ant woord hadden we niet een-t wee- drie. Hij ver telde dat hij ook een zaal had. “Ga maar kijken... ja dat meen ik... toe maar ”, drong hij met kracht aan. Uit goede wil stond mijn vrouw op, met Boudewijn in haar kielzog om het zaaltje te bekijken. Ik wist niet wat te zeg gen en dacht alleen: hoezo brutaal.... Dus zaten we daar, te z wijgen. Gelukkig k wamen Boudewijn en mijn vrouw snel terug.
De eigenaar ging verder: “dit jaar is het echt erg... en dan komt die corona er nog overheen...” Boudewijn probeerde de aandacht van de eigenaar te trekken om iets te zeg gen en uiteindelijk maak te hij gebruik van een stilte die er viel... Hij opperde de mogelijkheid om iets in het zaaltje te organiseren, bijvoorbeeld een feestje. De eigenaar reageerde er niet op maar vroeg ons wat we wilden bestellen. Ter wijl we de bestelling opgaven zei Boudewijn nog eens, dat een leuk feest misschien toch een goed idee was, dat is gezellig en krijg je vanzelf klanten. Ook daar reageerde hij niet op. Wat later bracht hij onze bestellingen en ging weer naar binnen. Ineens klonk er muziek vanuit het café, dat wil zeggen, een drumsolo. Ik ging naar binnen om af te rekenen. De eigenaar zat in de hoek van het café achter een drumstel. Het duurde wel even voordat de solo was afgelopen. Toen we op onze f ietsen stapten zei Boudewijn:, “hij zou misschien ook beter personeel kunnen nemen? ” We f ietsten weg en vanuit de ver te zagen we het straatje, met in het midden een oranje café, in de bocht verdwijnen