Rechts boven: Tielts wapenschild naast dat van de andere roeden uit de kasselrij in een her steld 17de-eeuws glas-in-loodraam. Patersklooster, Tielt.
Ten slotte steunt hij ook op het gezag van keizer Kareis wapenkoning Corneille Gailliard die in zijn werk Le Blason d ’Armes (1557) het Tieltse stadswapen op een identieke manier beschrijft: d ’argent, au chevron de gueulle, à la bordure dentelée de mesmes, à troes cleefz en pal, de sable (5). Afbeeldingen van Tielts wapenschild van vóór de zestiende eeuw zijn erg schaars. Enkele aanwijzingen laten toch vermoeden dat Tielts stadswapen dit uitzicht had, lang vóór de zestiende eeuw. Zo treft men in de fraai gerestaureerde Gravenkapel (ca. 1370) van de Kortrijkse O.-L.Vrouwekerk naast de portretten van de graven van Vlaanderen ook een reeks wapenschilden aan die in hun oorspronkelijke kleuren werden her steld. Men ziet er de wapens van de Vier Leden van Vlaanderen (Gent, Brugge, leper en het Brugse Vrije) en die van de steden en roeden van de kasselrij: Kortrijk, Harelbeke, Tielt, Deinze, Menen en de XIII Parochies. Het Tieltse schild toont ook daar een rode keper in een zilveren veld, met drie naar links gerichte sleutels. 4