De Roede van Tielt Jaargang 1995

Page 210

Dat samen met de “Broederband” ook “De Liefdadige Werklieden” in moeilijkheden kwam en zelfs verdween, bewijst de groeiende impact van de travaillistische zuilen en mutualiteiten die het voortaan voor het zeggen hadden. “De Goudbloem” deemsterde stilaan weg, maar ook de Vlaamsnationalistische mutualiteit kon niet echt wedijveren met voornoemde “Volksverzekering” en “Volharding”. De Tieltse “Katholieke Burgers- en Middenstandsbond” telde begin 1934 ongeveer 250 leden (89). De “Gazette van Thielf’, toch de spreekbuis van deze belangengroep, reageerde begin januari 1939 heftig tegen “de aan­ sluiting van middenstanders en kleine patroons bij de kas voor gezinsver­ goedingen van de Kristene Werklieden” (90). Dit bewijst nog eens dat de “Thieltse Broederband” zijn achterban dreigde uiteen te zien vallen n.a.v. de scherpe concurrentie van vooral de christen-democratische “Volks­ verzekering”. Sedert 1933 kon de “Broederband” geen aanspraak meer maken op verdere stadstoelagen, evenmin overigens als “De Goudbloem”. Om wettelijk door de staat erkend te blijven, eiste de regering voortaan dat de plaatselijke mutualiteiten zouden aansluiten bij een gewestelijk verbond. De “Broederband” en “De Goudbloem” waren niet aangesloten. Een brief van het ministerie voor Sociale Voorzorg en Hygiëne loog er niet om : “Volgens het koninklijk besluit van 23 december 1931 voldoen de maat­ schappijen “Thieltschen Broederband” en “De Goudbloem” niet aan gezegde voorwaarden en kunnen dus van de staatstoelagen niet genieten” (91). Op aandringen van schepen Wittevrongel, sedert 1921 voorzitter van “De Volksverzekering”, werd in de loop van 1936 een onderzoek ingesteld naar de statuten van de Tieltse mutualiteiten. Volgens hem waren er mutu­ aliteiten die “aan het woord ‘werkende leden ’ eene verschillende o f ver­ keerde betekenis geven, zoodat de verdeeling der stadstoelagen onder de mutualiteiten op geen eenvormige grondslag zou geschieden”. Daar alle mutualiteiten jaarlijks een afschrift van hun boekhouding moesten opsturen naar het ministerie, kon niet langer meer met subjectieve cijfers gewerkt worden. Om hierop een zekere kontrole te kunnen uitoefenen, wijzigde de gemeenteraad artikel 1 van het reglement van 3 maart 1928. Dat hield in dat de toelagen aan de mutualiteiten zouden verdeeld worden in verhou­ ding tot het aantal in Tielt wonende leden die op 31 december van het voor­ bije jaar aangesloten waren bij de geneeskundige dienst (92). De andere bepalingen van 1928 bleven gehandhaafd. We stipten reeds aan dat een beroepenstratificatie mogelijk is voor de jaren ’30. In 1936 moesten de mutualiteiten immers hun ledenlijsten bekend maken om aanspraak te kunnen maken op stadstoelagen (93). Wij hebben deze ledenlijsten gebruikt naast de kiezerslijsten van datzelfde jaar. Daarin 196


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.