Bach versus bot: who strikes the right chord? 28

‘Dat
Bach versus bot: who strikes the right chord? 28
‘Dat
Dat er weleens wordt gesekst op de VU zal weinig mensen verbazen, maar waar vindt de stiekeme seks eigenlijk plaats? Het gebeurt overal 11
Wereldleed
Zo voorkom je dat je overweldigd raakt 8
Waar komen promovendi terecht?
Slechts een derde belandt in de wetenschap 14
‘Okeanos’ chair Jannes van der Geest hopes to connect top-level rowers with less competitive members 22
Social engagement IBA students rolled up their sleeves 24
‘Jaarlijks vallen honderd medewerkers langdurig uit’
P6-7
Melissa van den Akker is een van de twee verzuimadviseurs. Is het verzuim aan de VU zo hoog dat we adviseurs nodig hebben?
Overweldigd door het wereldleed
P8–10
Angst, schaamte, schuldgevoel, machteloosheid. Dat zijn enkele emoties die studenten ervaren als ze schrijnend nieuws of onderwijsmateriaal zien. Hoe erken je deze gevoelens, en wat doe je eraan?
COVER
Dat er weleens wordt gesekst op de VU zal weinig mensen verbazen, maar waar vindt de stiekeme seks eigenlijk plaats? Het gebeurt overal. (p11-13)
Promovendi
Twee derde ambieert een vaste baan in de wetenschap, terwijl dat slechts is weggelegd voor een derde. Waar komt de rest terecht? (p14-17)
Bach vs bot
Can music generated by AI evoke the same emotions as music composed by humans?
‘Music has always been able to manipulate our mood.’ (p28-30)
Row hard, play hard P22–23
Jannes van der Geest is chair of rowing association R.S.V.U. ‘Okeanos’ and hopes to connect the top-level rowers with the less competitive members.
Applying business skills where they matter P24–27
Volg ons op Twitter @advalvas_vu en Instagram @advalvas en Bluesky @advalvas.bsky. social
International Business Administration students rolled up their sleeves to try and save a struggling farm for undocumented migrants.
In Nederland laten duizenden vrouwen hun schaamlippen ‘corrigeren’. Corrigeren? Er is toch niets fout aan?
DOOR IRIS SOMMER ILLUSTRATIE BAS VAN DER SCHOT
Lieve lezers, we moeten het nodig over schaamlippen hebben, want ik vrees dat er sprake is van een misverstand. In Nederland laten duizenden vrouwen hun schaamlippen ‘corrigeren’. Corrigeren? Er is toch niets fout aan? De naamgeving werkt misverstanden in de hand. ‘Grote’ en ‘kleine’ schaamlippen suggereert dat die kleine dus ook korter moeten zijn dan de grote. Dat zijn ze tot aan de puberteit, daarna niet meer. Als meisjes borsten krijgen, groeien ook de schaamlippen. Schaamlippen zijn voorzien van zwellichamen, net als de penis. Als je opgewonden raakt, worden ze groot. Daarom dient er dus ruimschoots vel omheen te zitten. Als je niet opgewonden bent, hangt dat vel een beetje te bungelen. Kijk maar eens wat er bij
mannen allemaal bungelt. Die laten ook hun balzak niet inkorten.
Onze naaste nichten, de chimpansees, hebben nog veel grotere schaamlippen. Als ze vruchtbaar zijn, zwellen die flink op en verkleuren rood of paars. Apenmannen vinden dat schitterend. Ook onze schaamlippen zijn wat gekleurd, beetje rood, paars of bruin. Heeft de evolutie ons meegegeven als extraatje. Hoe moeten meisjes ook weten hoe volwassen vrouwelijke geslachtsorganen eruitzien? De perverse beelden die de porno-industrie ons voorschotelt zijn gestoeld op de pre-puberale vulva. Sick. Om daar verandering in te brengen, maakte Jamie McCartney gipsen afdrukken van de vulva’s van vierhonderd vrouwen die samen The Great Wall of Vulva vormen: een acht meter lange wand met alle volwassen varianten. Je ziet meteen dat schaamlippen
net zo verschillen als monden, neuzen en oren. Moeders gaan er met hun dochters heen. De website kan ik van harte aanbevelen.
De idee dat de binnenste schaamlippen niet onder de buitenste mogen uitpiepen is een schoonheidsideaal waar het plastisch-chirurgische metier handig op inspeelt. Van alle cosmetische ingrepen wint het inkorten van schaamlippen het snelst aan populariteit. Zo’n vijftig Nederlandse centra bieden het aan. ‘Het kan helpen je zelfbeeld te verbeteren en meer zelfvertrouwen te krijgen’, schrijft de een. ‘De eerste weken kan het operatiegebied nog pijnlijk en opgezwollen zijn’, schrijft een ander. ‘Maar na het herstelproces zullen alle eerdere ongemakken verholpen zijn.’
Ik hou er niet van, als er in vrouwelijke geslachtsorganen gesneden wordt. Dat gebeurt al veel te veel. Wereldwijd hebben zo’n 230 miljoen vrouwen genitale verminking ondergaan. Ook dit jaar dreigen daar weer miljoenen bij te komen. Bij zulke verminkingen wordt vaak de clitoris weggesneden, soms ook de binnenste schaamlippen. Veel besnijdenissen gebeuren zonder verdoving, zonder ontsmetting, vaak bij jonge meisjes. Het is extreem pijnlijk en ontneemt vrouwen hun seksualiteit. Laten we vieren dat we in een land wonen waar vrouwenbesnijdenis verboden is, waar alle meisjes hun clitoris en schaamlippen mogen houden. Hoe lang of kort, paars, rood of bruin ook. En laten we ophouden met die onzin dat schaamlippen ‘gecorrigeerd’ zouden moeten worden. Wil je meer zelfvertrouwen? Recht dan je rug, spuug in de wind en omring je met fijne mensen. Leer Krav Maga, ga bij een debatteerclub, word vrijwilliger en zorg goed voor jezelf. De plasticus verdient zijn geld maar op een andere manier.
Iris Sommer doceert schizofrenie aan de VU-geneeskundeopleiding en is hoogleraar psychiatrie, UMC Groningen. De integrale versie van dit artikel staat op advalvas.vu.nl.
Reageren? Mail naar redactie.advalvas@vu.nl.
HJe kunt maar tot één conclusie komen: verbreek de banden
et gezamenlijke antwoord van de universiteiten op protesten tegen hun banden met Israëlische universiteiten die bijdragen aan de schending van mensenrechten in Gaza was, alweer een half jaar geleden, om adviescommissies in te stellen. Dit is een beproefd recept uit het handboek van bestuurders: tijd winnen in de hoop dat na verloop van die tijd de belangstelling voor het onderwerp is weggeëbd. De bestuurders hielden de samenstelling van de adviescommissies stevig in eigen hand. De commissieleden werden bij de VU benoemd zonder hun namen bekend te maken en deden vervolgens, geheel volgens plan, eindeloos over het uitbrengen van een advies. Bij elk nieuw protest benadrukten de bestuurders dat de adviescommissies binnenkort op basis van wetenschappelijke feiten tot een afgewogen beslissing zouden komen. Nog even geduld aub. In de afgelopen maanden kwamen achtereenvolgens de adviescommissies van vier universiteiten (Tilburg, Radboud, Erasmus en de UvA) met hun advies aan de bestuurders. Alle vier stellen ze dat met enkele of meerdere Israëlische universiteiten de banden moeten worden verbroken of bevroren, omdat deze een bijdrage leveren aan de
oorlogsmachine door hun banden met The Israel Defense Forces en omdat zij de mensenrechten schenden van medewerkers en studenten op deze universiteiten. Het advies herhaalt precies wat vele wetenschappers en studenten die aandringen op een boycot, al meer dan een jaar op basis van talloze bewijzen aantoonden. Onze bestuurders hebben steeds beweerd dat we ons moeten laten leiden door objectieve wetenschappelijke feiten. Die feiten zijn nu ook door de adviescommissies waargenomen. En blijkbaar kun je op basis van deze feiten maar tot één conclusie komen: verbreek de banden. De adviescommissie van de VU heeft nu ook gerapporteerd. Na een halfjaar vergaderen ligt er nu een stroomdiagram om beslissingen over internationale samenwerkingen te maken. Op basis van de feiten die de vier commissies aandroegen kan het stroomdiagram van de VU voor de samenwerking met Israëlische universiteiten simpel worden ingevuld. Samenwerking met Israëlische universiteiten is op basis van de wetenschappelijke feiten vanuit de ethische grondslag van onze universiteit niet te verantwoorden. De feiten tellen voor het CvB. Of toch niet?
Reageren? Mail naar redactie.advalvas@vu.nl.
DOOR MAURICE TIMMERMANS FOTO YVONNE COMPIER
Melissa van den Akker is een van de twee verzuimadviseurs. Is het verzuim aan de VU zo hoog dat we adviseurs nodig hebben?
‘Ik vind het mooi om mensen weer aan het werk te krijgen’
Wat doet een verzuimadviseur precies? “Ik houd me bezig met langdurig ziekteverzuim. Als een medewerker langer dan negen maanden ziek is, adviseer ik de leidinggevende en de medewerker over het re-integratietraject. En dan met name over wet- en regelgeving. Na een jaar ben je bijvoorbeeld verplicht om een arbeidsdeskundige in te schakelen. Die gaat met de leidinggevende en medewerker in gesprek en rapporteert vervolgens over de mogelijkheden, over het aanpassen van de functie of over ander werk, binnen of buiten de VU.”
Wat zijn de meest voorkomende oorzaken van langdurig uitval binnen de VU? “Dan moet je vooral denken aan mentale problemen zoals een burn-out, vaak het gevolg van stress op het werk én privé. Ik heb hiervoor gewerkt in een ziekenhuis, waar evengoed medewerkers uitvallen door psychische malaise, maar ook vanwege lichamelijke problemen. Als een verpleegkundige worstelt met een hardnekkige ontsteking in de heup, wordt gezocht naar ander werk, al dan niet tijdelijk. Aan een universiteit kan een onderzoeker met diezelfde klacht nog een wetenschappelijk artikel schrijven.”
Welke functies aan een universiteit zijn kwetsbaar? “We zien dat promovendi relatief vaak kampen met werkdruk en uitvallen. Vaak in het eerste jaar als ze opstarten, of juist in het vierde jaar, als ze moeten afronden. Dan is de druk het hoogst. Maar goed, het kan iedereen treffen, van griffier tot hoogleraar. Aan de VU gaat het om jaarlijks honderd medewerkers die langer dan negen maanden ziek zijn, en dan als langdurig te boek staan.”
Hoe vaak lukt het niet om een medewerker weer aan het werk te krijgen? “Dat is bij 15 à 20 medewerkers per jaar het geval, schat ik. Die zijn dan langer dan twee jaar ziek, en vragen een WIA-uitkering aan bij het UVW, die de VU betaalt.”
Hoe hoog is het ziekteverzuim hier? “Dat ligt op 4,1 procent. Het verschilt per faculteit, maar het is niet zo dat er eentje uitspringt. Dat gaat in golven. Wel melden medewerkers bij diensten zich vaker ziek dan wetenschappers.”
Wat was voor de VU de reden om een verzuimadviseur aan te stellen? “De wetgeving hierover is steeds complexer geworden, inclusief alle verplichtingen die je niet uit het oog mag verliezen. Een HR-adviseur heeft vaak al veel op zijn bord, dus als je het als organisatie goed wilt doen, dan moet je een specialist aanstellen. Een verzuimadviseur is specifiek opgeleid en houdt onder meer de regelgeving in de gaten, die steeds verandert. De Wet verbetering poortwachter is het belangrijkst.”
U adviseert het management ook over de universiteitsbrede aanpak van verzuim aan de VU en doet voorstellen voor verbetering. Welke zijn dat? “Ik ben vorig jaar juli pas begonnen en ken de organisatie nog niet zo goed. Maar het blijft belangrijk om mensen erop te wijzen dat ze preventief in gesprek kunnen met een vertrouwenspersoon of maatschappelijk werker, als ze zich niet goed voelen. We gaan dat binnenkort ook weer onder de aandacht brengen.”
Waarin zit voor u de charme van het vak? “Je probeert mensen weer duurzaam aan het werk te krijgen en ja, ik vind het mooi om daaraan bij te dragen. De tijden zijn veranderd. Vroeger was het: wat kun je allemaal niet, en is dat voldoende om afgekeurd te worden? Nu kijken we juist naar de mogelijkheden en de potentie van mensen. Werken is gezond en geeft invulling aan het leven. Mensen ontlenen er een groot deel van hun identiteit aan.”
In de vacature van de VU stond ‘relativeringsvermogen’ als functie-eis. Is het werk zo zwaar? Lachend: “Toen ik de vacature nog een keer doorlas, viel me dat ook op. Ik denk dat ik daar wel over beschik.”
2024 juli - heden
Verzuimadviseur aan de VU
2010 - 2024
Re-integratieadviseur, Reinier de Graaf ziekenhuis
2017 - 2020
Adviseur Personeel & Organisatie, Reinier de Graaf ziekenhuis
2017
Opleiding Casemanager regie op verzuim aan de Hogeschool HAN
2001 - 2010
Consulent WIW (Wet Inschakeling Werkzoekenden) bij de gemeente Delft en re-integratieconsulent
1999 - 2003
HBO Personeel & Arbeid, InHolland, Rotterdam
Mensen weer aan het werk helpen na langdurig verzuim. Dat is de taak van een verzuimadviseur. Die adviseert de medewerker en vooral de leidinggevende over het re-integratietraject, en coördineert dat ook. De VU heeft twee verzuimadviseurs in dienst, die nauw samenwerken met bedrijfsartsen, HR-adviseurs en Arbo-specialisten. Ze brengen tevens advies uit aan het management, rapporteren over de oorzaken en gevolgen van ziekteverzuim. De functie is relatief nieuw, bestaat zo’n acht jaar en is in het leven geroepen vanwege de steeds ingewikkeldere wet- en regelgeving omtrent re-integratie.
Studenten die proberen op de hoogte te blijven van wat er speelt in de wereld, voelen vaak vooral een gebrek aan controle. Ella Haeusgen, derdejaarsstudent aan het Amsterdam University College (AUC), beschrijft de impact die de ontwikkelingen in de wereld op haar hebben met de Duitse term ‘Weltschmerz’. Ze definieert dat als een “gevoel van hopeloosheid, verdriet, dat je helemaal geen controle hebt over wat er in de wereld gebeurt”. Rivera raakt vooral van streek van ooggetuigenverslagen in het nieuws. Die verkiest ze boven de gebruikelijke verslaggeving, omdat ze de grote nieuwsmedia niet vertrouwt. Daarnaast ziet ze haar geboorteland, de Verenigde Staten, als “medeplichtig aan genocide”, waardoor ze “schaamte en schuldgevoel” ervaart. Deel uitmaken van de diverse internationale omgeving van Amsterdam kan de emotionele impact nog versterken. Risa Hasegawa, die ook Conversational Analysis studeert, zegt dat ze last begon te krijgen van het nieuws toen ze vorig jaar vanuit haar geboorteland Japan naar Amsterdam verhuisde. Doordat ze in Nederland mensen met verschillende achtergronden leerde kennen, werd ze zich meer bewust van de ontwikkelingen in de wereld en werd ze daar ook meer door aangegrepen. “In Japan, in elk geval in mijn gemeenschap, hebben de mensen het er niet zoveel over. Dan is het gemakkelijk om er niet aan te denken”, zegt ze.
Intense interviews
Maar niet alleen de studenten worstelen met deze gevoelens. Maartje Weerdesteijn, universitair docent aan de VU gespecialiseerd in strafrecht en criminologie, en Marije Luitjens, docent Sociale Wetenschappen aan de VU, doen onderzoek naar de rol van emoties in onderwijs en onderzoek. Ze besloten de kwestie onlangs met VU-studenten en medewerkers te bespreken tijdens een vergadering in 3D, waarin ze hun kijk op de impact van emoties gaven. Volgens hen wordt er zelden gesproken over de emotionele impact van het materi-
Er wordt zelden gesproken over de emotionele impact voor onderzoekers
aal waarmee onderzoekers werken, ondanks dat ze vaak voor langere tijd nauw betrokken zijn bij zeer verontrustende onderwerpen.
Luitjens zegt tijdens sommige van haar onderzoeken emotioneel leed te hebben ervaren. Toen ze acht maanden in Honduras doorbracht om onderzoek te doen naar bendegeweld en de weerbaarheid van de samenleving, merkte ze pas dat ze “ergens mee zat” toen ze weer thuis was. Hoewel ze op dat moment nog niet wist wat er aan de hand was, besefte ze later dat ze een secundair trauma had ervaren, toen ze zich ging verdiepen in de manier waarop onderzoekers met emoties omgaan.
Later voelde ze soortgelijke stress bij het uitvoeren van online interviews in het kader van haar onderzoek naar misdaden tegen de menselijkheid in de Colombiaanse stad Medellín. Als gevolg van het tijdsverschil vonden die gesprekken vaak ‘s avonds laat plaats en ze merkte dat het emotioneel moeilijk was om daarna meteen te gaan slapen. Weerdesteijn voegt eraan toe dat er geen verband is tussen aangegrepen worden door zulke onderzoeken en hoe succesvol je bent in je vakgebied: “Je kunt heel succesvol zijn en toch worden geraakt.” Ze merkt ook op dat de emotionele impact afhankelijk van iemands achtergrond kan verschillen. Als voorbeeld noemt ze het feit dat mensen die uit een land komen waar oorlog is geweest vaak sterker worden aangegrepen door berichten over conflicten elders.
Maar hoe kun je omgaan met verontrustende kwesties waarop je geen invloed hebt? Luitjens adviseert studenten die overweldigd worden door gebeurtenissen in het nieuws om deze emoties te erkennen, er ruimte voor te maken en er
‘Als ik niets doe, slaat de wanhoop toe’
met hun vrienden en studiegenoten over te praten. “Het kan ook nuttig zijn om niet te veel tijd te besteden aan het lezen van nieuwsberichten en het bekijken van livebeelden uit conflictgebieden”, zegt ze.
Masterstudent Rivera probeert de emoties die de blootstelling aan nieuws bij haar opwekken te reguleren door balans te vinden in de content die ze consumeert op sociale media. “Ik probeer evenveel naar leuke dingen als naar verdriet en verzet te kijken om niet voortdurend deprimerende dingen te zien.” Maar anderen staan zichzelf misschien niet toe hun nieuwsconsumptie te beperken. “Ik vind dat we de verantwoordelijkheid hebben om te weten wat er in de wereld gebeurt”, zegt student Conversational Analysis Hasegawa, hoewel ze erkent dat “iedereen zelf moet bepalen of hij een pauze neemt of niet.”
Volgens derdejaarsstudent Haeusgen is het bij het omgaan met emoties die worden veroorzaakt door verontrustende ontwikkelingen in de wereld belangrijk om de hoop niet te verliezen: “Ik probeer te blijven geloven in de goedheid van de mens. Ik weet dat er op allerlei gebieden experts zijn die goede dingen doen.” “Op de wereldpolitiek heb je geen invloed”, zegt ze, maar ze adviseert te blijven proberen op kleine schaal iets te veranderen. Dat is ook een manier om met emoties om te gaan. “Wees aardig. Dat hebben we nodig in de wereld: meer aardige mensen”, voegt ze eraan toe.
Richting geven aan emoties
Jelle, die lid is van VU for Palestine en zijn achternaam liever niet bekendmaakt, zegt dat hij protesten organiseert om richting te geven aan de emoties die de gebeurtenissen in Gaza bij hem oproepen. “Het houdt me geestelijk gezond. Als je niets doet, krijg je het gevoel dat niets meer waarde heeft. Dan slaat de wanhoop toe”, zegt hij.
‘Ik probeer niet voortdurend naar deprimerende dingen te kijken’
Voor anderen worden de angstgevoelens juist sterker als ze proberen met hun emoties om te gaan door actie te ondernemen. “Ik vraag mezelf voortdurend af: doe ik wel genoeg? Handel ik wel volgens mijn waarden?”, zegt Rivera. Hasegawa twijfelt ook over haar betrokkenheid. “Ik probeer op kleine manieren te helpen, maar ik weet niet of ik dat doe omdat ik het doel belangrijk vind, of omdat ik mezelf een beter gevoel probeer te geven”, zegt ze.
Ermee dealen
Doordat studiemateriaal vaak gevoelige onderwerpen bevat, kunnen colleges ook mentaal belastend zijn voor studenten. Universitair docent Weerdesteijn doet onderzoek naar het effect van emoties op het onderwijs en heeft onlangs een hoofdstuk bijgedragen aan een boek over dit onderwerp. Ze vertelt dat haar studenten tijdens colleges over gevoelige onderwerpen soms zo “overweldigd raken door emoties” dat ze niet goed met het materiaal konden werken. “Als docenten potentieel verontrustende inhoud presenteren, kan het vaak gunstig zijn als ze de studenten de ruimte geven om hun gevoelens te erkennen”, adviseert ze.
Docent Sociale Wetenschappen Luitjens heeft haar manier van doceren aangepast op basis van haar inzicht in de rol van emoties bij onderzoek. “Eerst was mijn onderwijsaanpak: ik laat de studenten de wereld zien zoals die is. Je hebt ervoor gekozen om over dit onderwerp te leren, dus dan moet je ermee dealen.” Later besefte ze dat het om over deze verontrustende onderwerpen te kunnen praten cruciaal is om de emotionele impact ervan te erkennen en daar ruimte en hulp voor te bieden. Haar advies aan docenten is dat ze studenten de ruimte moeten geven om over hun gevoelens te praten en te erkennen dat ze er zijn. “Door te leren met de emoties om te gaan word je een betere student of onderzoeker, want je kunt je dan beter in het onderwerp verdiepen”, zegt ze.
toiletten ook voor seks worden gebruikt. Dat had de alumnus destijds ook gehoord. Zelf noemt hij dat “een beetje disrespectvol, want dan hou je die bezet.”
Tentamenkriebels
In tegenstelling tot de eerste keer ontmoette hij zijn latere sekspartners online. Een van hen was een medewerker, maar ze kenden elkaar niet. “Toen was het denk ik gewoon geilheid. Dan ga je op de Grindr-app en als er dan ook iemand op de VU is en je vindt elkaar aantrekkelijk, dan gebeurt het.” Dat was volgens hem nooit na gewone colleges, maar altijd in de tentamenweek, wanneer er minder mensen rondlopen in de gebouwen. “Ik denk dat het dan echt wel hoogtij viert op de VU.”
De alumnus bewegingswetenschappen is als student nooit betrapt, maar het komt vaak genoeg voor dat studenten op zoek naar een stille studeerruimte een verkeerde deur opentrekken. Precies dat overkwam een masterstudent Business Administration op een hoge verdieping van het W&N-gebouw: “Ik ging een van de ruimtes binnen en zag twee mensen gepassioneerd zoenen. Ze waren gedeeltelijk ontkleed. Ik weet niet meer wat ik zei, maar waarschijnlijk iets als oeps, sorry, en toen ging ik snel weg.” De student zegt dat ze het vooral grappig vond en dat ze buiten de campus wel wildere dingen heeft aangetroffen dan dit.
Verboden
Een rechtenstudent ving een glimp op van een seksend stel, van wie ze het meisje kende, in een kleine studieruimte in het hoofdgebouw: twee hbo-studenten die het daar geregeld deden tussen zes en zeven uur ’s avonds. Thuis kon het niet omdat ze allebei strenge religieuze ouders hebben, dus kozen ze voor de VU als slaapkamer. De student kon de gepassioneerde ontmoetingen van de rommelende hbo-studenten niet waarderen. Ze werd er oncomfortabel van en zou het smerig vinden om aan een tafel te zitten waar anderen de liefde hebben bedreven, dus besloot ze om maar thuis te studeren. “Ik ben oprecht verbaasd dat ze nooit zijn betrapt”, vult ze aan.
Op de tweede etage van de bieb stond niet zo lang geleden nog het zogeheten Mindful-
‘In de tentamenweek viert de seks echt wel hoogtij’
‘Ik ben oprecht verbaasd dat ze nooit zijn betrapt’
nest. Een student Philosophy, Politics and Economics zegt dat hij de mediteercabine een keer zag bewegen terwijl er gedempte geluiden uitkwamen. “Na een tijdje kwamen er twee bezwete mensen met rode gezichten uit. Ze zagen er voldaan en een beetje schuldig uit.” De student vond het toen vooral gênant, maar inmiddels kan hij er wel om lachen.
Ging het niet gewoon om een intense gezamenlijke mediteersessie? Bij de Universiteit Maastricht stond ook een Mindfulnest en die werd verwijderd vanwege klachten over seksende studenten. Sinds de renovatie van de UB-toren op de VU staat Mindfulnest niet meer in de bieb. Daarvoor had een Ad Valvas-redacteur de mediteerruimte nog uitgeprobeerd. ‘Het ruikt lekker in de cabine, al kan ik de geur niet helemaal plaatsen’, schreef hij toen.
Of de cabine nog ergens op de campus staat, is niet helemaal duidelijk. Na de aanwijzingen van een bibliotheekmedewerker en een receptionist te volgen, stuiten we op een slaapcabine, ergens in een afgelegen hoek op de vijfde van het NU-gebouw. Helaas hebben we geen blacklight om die nader te inspecteren.
De meest opvallende en gedurfde seksplek op de campus is op een piano. Een geneeskundestudent zegt dat ze dit zag toen ze studeerde in het NU-gebouw en vanuit het raam het OZW-gebouw kon inkijken. “Ik keek naar buiten en zag mensen seks hebben op de piano die daar toen nog stond.” Ze voelde zich er erg ongemakkelijk bij en vertrok naar een ander lokaal. “Ik ben vooral verbaasd over waarom je dat überhaupt op de uni zou doen en al helemaal in een ruimte met zoveel ramen.”
Overigens zegt de helft van de mensen in de poll dat ze nooit seks zouden hebben op de campus, terwijl 42 procent het zou overwegen of al heeft gedaan. De meningen lijken nogal verdeeld over hoe gepast of begrijpelijk het is.
De voormalige student bewegingswetenschappen die vaker seks op de campus heeft gehad, hoopt dat mensen er op een sekspositieve manier naar kunnen kijken: “Het zijn vooral hormonale twintigers die op de VU zitten, dus het is helemaal niet raar dat het zo gaat.”
‘Waarom doe je het überhaupt in een ruimte met zoveel ramen?’
Heb je weleens aan een seksuele daad op de campus gedaan?
Nee, dat zou ik nooit doen
Nee, maar ik zou het best overwegen
Nee, maar ik heb weleens iemand erop betrapt
Organisatieantropoloog Ida Sabelis heeft ook seks op een bijzondere openbare plek gehad, maar dan voor de wetenschap. Met haar vriend ging ze naar een MRI-centrum in Groningen om inwendige scans van penetratie te maken. Tot dat moment, in 1991, was er namelijk nog helemaal niemand die had onderzocht wat er tijdens seks in het vrouwelijk lichaam gebeurt.
Sabelis was zenuwachtig en opgewonden, maar niet per se geil, vertelde ze tegen magazine Vice. Het plan was dat haar vriend Jupp op haar ging liggen, maar omdat ze daar nauwelijks opgewonden van raakt en het toch niet goed zou passen in de kleine ruimte, gingen ze voor lepeltje-lepeltje. Tijdens de seks communiceerde het stel met hun medeonderzoekers die de scans in de gaten hielden.
Het stel was drie kwartier bezig in de kletterende MRI-scanner, waarna ze snel de resultaten konden zien. ‘De foto’s waren schitterend. Ik kon mijn baarmoeder zien, en Jupp op een plek die ik alleen kende van mijn orgasme, vlak onder de baarmoederhals. Alles was vrij duidelijk te zien, ook de plekken waar onze buiken tegen elkaar kwamen. Het was zo gedetailleerd dat ik er sprakeloos van werd’, aldus Sabelis in Vice Het onderzoek leidde tot veel verontwaardiging bij het publiek en er ging nepnieuws rond over doodzieke mensen die moesten wachten op hun scan vanwege de actie (het werd juist buiten reguliere uren uitgevoerd). Door de ophef lag het onderzoek even stil, maar in de jaren erna volgden twaalf andere sessies. In tegenstelling tot Sabelis en haar vriend hielden de andere koppels het bij de missionarispositie en hadden ze viagra nodig.
Werken met dieren. Dat wil Mirella Jongsma eigenlijk al haar hele leven. Maar op de middelbare school koos ze het profiel cultuur en maatschappij, waardoor diergeneeskunde afviel als mogelijkheid. Ze ging geschiedenis studeren en deed daarna een master onderwijskunde. Inmiddels heeft ze haar proefschrift in onderwijskunde bijna af, maar de liefde voor dieren bleef aan haar trekken. Bij haar vrijwilligerswerk bij de Dierenambulance voelt ze dat ze op haar plek is. Dat heeft ze minder bij haar werk als promovendus aan de VU. “Ik ben altijd maar gewoon doorgegaan”, vertelt ze, “ik houd van de wetenschap, maar de werksfeer is hard, ik heb door mijn autisme moeite met communiceren en begrijp verwachtingspatronen niet altijd goed.” Het leidde ertoe dat Jongsma momenteel thuiszit met een burn-out. Terwijl ze wel goed is in onderzoek doen: ze heeft al drie artikelen gepubliceerd en een vierde zit in de pijplijn. Haar proefschrift wil ze dan ook graag afmaken, ze moet alleen het voorwoord en de discussie nog, maar daarna gaat ze de wetenschap uit. Jongsma heeft besloten dat ze zich laat omscholen tot dierenartsassistente, een ongebruikelijke stap, ook omdat dat een opleiding is op mbo-niveau. Jongsma had gewild dat ze de switch eerder had gemaakt: “Dit heb ik mezelf zo lang ontzegd.” In mei begint ze met haar opleiding en dan is ze over twee jaar als alles goed gaat een dierenartsassistente die een doctorstitel heeft.
Slechte tijd voor jonge wetenschappers
Een echte carrièreswitch zoals deze is bijzonder. Hoewel de meeste promovendi na het aflopen van hun contract buiten de universiteit terechtkomen, is dat vaak in banen waarin ze nog steeds onderzoek doen: bij onderzoeksinstituten, de overheid of consultancybureaus.
In 2023 waren er een kleine 40.000 promovendi in Nederland. Twee derde van hen wilde het liefst in de wetenschap blijven, zo blijkt uit cijfers van het Rathenau Instituut, maar slechts voor een derde is plek aan een universiteit of bij een universitair ziekenhuis.
De komende jaren wordt het perspectief voor jonge wetenschappers nog slechter door de bezuinigingen op het hoger onderwijs. Ook is er meer concurrentie van wetenschappers uit de Verenigde Staten die daar hun baan zijn kwijtgeraakt vanwege bezuinigingen door de regering Trump.
“Dit is niet een goed moment om je carrière in de wetenschap te starten”, zegt Benthe van Wanrooij, voorzitter van het Promovendi Netwerk Nederland. Juist daarom is het belangrijk dat promovendi al vroeg in hun promotietraject beginnen met zich oriënteren buiten de wetenschap, stelt ze. Niet pas in hun vierde jaar, als ze het toch al veel te druk hebben met het afronden van hun onderzoek en het schrijven van hun proefschrift. Margret Schmitter, werk-naar-werk-begeleider bij de VU, is dat met Van Wanrooij eens: “PhD’s en postdocs beginnen vaak laat met onderzoeken wat ze na afloop van hun contract gaan doen”, zegt ze.
‘Ik houd van de wetenschap, maar de werksfeer is hard’
Joshua Nooij, promovendus milieugeografie, heeft de inhoud van zijn onderzoek gevisualiseerd voor een breed publiek
Een reden daarvoor is, volgens Van Wanrooij, dat carrièreplanning geen vast onderdeel is van het gesprek dat promovendi met hun begeleider voeren. Bovendien hebben zowel de begeleider als de promovendus zelf vaak alleen werkervaring binnen de wetenschap. Dat maakt oriëntatie buiten de wetenschap minder vanzelfsprekend.
‘Dit is geen goed moment om je carrière in de wetenschap te starten’
Joshua Nooij, promovendus bij het IVM en voorzitter van de VU PhD Council, beaamt dit. Hij doet onderzoek naar de rol van landbouw in de samenleving, een onderwerp waarin ook de overheid geïnteresseerd is. “Mijn promotor vindt het prima als ik een project met andere partijen doe, zolang dat in het verlengde ligt van mijn onderzoek. Bovendien komt het naast de vereiste artikelen die ik ook moet schrijven.”
Het is een patroon dat Nooij ook bij andere promovendi ziet: valorisatie, ofwel je kennis delen met de maatschappij, komt in de praktijk vaak bovenop het toch al zware takenpakket van promovendi. Deze cultuur staat een bredere oriëntatie tijdens het promotieonderzoek in de weg.
Cijfers van het Rathenau Instituut onderschrijven dit: slechts 13 procent van de ondervraagde promovendi vindt dat ze tijdens hun promotie goed genoeg zijn voorbereid op een carrière buiten de wetenschap, terwijl 45 procent vindt dat ze wel goed zijn voorbereid voor een carrière bínnen de
De oprichters van de VUvereniging wilden in 1879 een andere universiteit in Nederland. Los van de overheid, voor eigen keuzes met een eigen kompas. Een universiteit die staat voor rechtvaardigheid, medemenselijkheid en verantwoordelijkheid voor elkaar en voor de wereld. Zo ontstond de bijzondere universiteit waar iedereen welkom is: de Vrije Universiteit.
De VUvereniging subsidieert jaarlijks met 1 miljoen euro bijzondere projecten en activiteiten op het snijvlak van onderzoek, onderwijs, zorg en maatschappij. Daarnaast organiseren we verrassende en inspirerende evenementen.
De VUvereniging is een maatschappelijk netwerk voor vrienden van de VU.
Lid van de VUvereniging ben je al voor €10 per jaar.
Je bent van harte welkom.
Lid worden kan hier
“Zorg dat je erbij bent, anders bel ik je moeder”, riep zanger Moanzy mensen via Instagram op om naar Il Caffè’s Freedom Stage te komen. Het café-restaurant op Uilenstede nam met hun evenement op 3 mei alvast een voorsprong op Bevrijdingsdag. Er was spoken word, cabaret, muziek, en Oekraïense hapjes om de honger te stillen. Centraal stond de vraag: wat betekent vrijheid voor jou? (ES)
Houd je van schrijven, fotograferen of filmen?
Word student-reporter!
en krijg journalistieke bijscholing in ruil voor een prachtig podium om op te publiceren.
Mail de redactie: redactie.advalvas@vu.nl, of loop binnen in de redactiekamer 1H43 (gebouw Bellevue), dan bespreken we samen de mogelijkheden.
Ad Valvas, journalistiek platform van de Vrije Universiteit
JOURNALISTIEK PLATFORM VAN DE VRIJE UNIVERSITEIT WWW.ADVALVAS.VU.NL
Redactieadres
De Boelelaan 1105
BelleVue, Kamer 1H-43 1081 HV Amsterdam redactie.advalvas@vu.nl
Hoofdredacteur
Peter Breedveld (interim)
Redactie
Antoni Bańkowski (stagiair), Bryce Benda, Nour Khamis, Emma Sprangers, Welmoed Visser
Eindredactie
Win Castermans, Emma Sprangers
Secretariaat en VU-advertenties
Anna Jansen (020) 5985630 secretariaat.advalvas@vu.nl
Art-direction/vormgeving Rob Bömer – rbbmr.nl
Medewerkers
Yvonne Compier, Dido Drachman, Peter Gerritsen, Bas van der Schot, Taalcentrum-VU, Maurice Timmermans, Berend Vonk, Wout van Zaale
Copyright HOP-kopij Hoger Onderwijs Persbureau, Amsterdam
Commerciële advertenties Bureau Van Vliet (023) 5714745
Druk
Senefelder Misset, Doetinchem
ADVERTENTIE
Bijdragen aan een betere wereld, door onderscheidend onderwijs en grensverleggend onderzoek. Dat is de ambitie van de Vrije Universiteit Amsterdam. Persoonlijke vorming en maatschappelijke betrokkenheid staan hierbij centraal. Vanuit verschillende disciplines en achtergronden werken wij samen aan innovaties en nieuwe inzichten op het hele wetenschappelijke spectrum.
Aan de VU werken ruim 6.150 medewerkers en volgen ruim 31.000 studenten wetenschappelijk onderwijs. De uitstekend bereikbare VU-campus ligt in het hart van de Amsterdamse Zuidas.
Ben jij geïnteresseerd in werken bij de VU? Kijk dan op: werkenbij.vu.nl
Werk jij al bij de VU? Hou dan de interne vacatures in de gaten op: interne-vacatures.vu.nl
BY ANTONI BAŃKOWSKI PHOTO PETER GERRITSEN
Jannes van der Geest is chair of rowing association R.S.V.U. ‘Okeanos’ and hopes to connect the top-level rowers with the less competitive members.
‘Partying generates profit for the club’
You have chosen to become the head of Okeanos after four years of rowing. Do you miss competing? “I don’t. Most student rowers start out of the blue, without any prior rowing experience. It’s exhausting: you train a lot of hours a week. After four years, I was tired. Last year when I quit, it rained for six months straight – that helped. I was nervous before every race. I wasn’t the best rower, but I put so much pressure on myself. Now I can just chill and watch others perform. That feels way better than racing ever did.”
Do others at Okeanos feel that pressure too? “Yes, for sure. Some more than others. In your first year, you already train ten hours a week. At a high level it becomes twenty. You put in so much time, you want results. It sounds cheesy, but there can only be one winner. Some thrive on that pressure, others enjoy it less.”
Does being in a team add pressure? “Could be. In boats with two, four or eight rowers, if one person’s technique is off, the whole boat slows down. You really depend on each other. But when it does go well, that’s such a special feeling. You did it together, and everyone gave everything.”
Do teammates blame each other for underperforming? “That happens mostly with freshmen. As you get older, you realise blaming won’t help. You have to trust that your teammates are giving it their all – that’s the best you can do.”
How do you deal with all that pressure? “We have sports psychologists at the club, and competitive rowers can meet with them individually. It’s paid for by the club. There’s also a professional coach you can talk to. It’s very normal. Nobody sees it as a sign of weakness.”
Do members of Okeanos use the top sportsmen arrangement from VU? “We have three members that do, but it is hard to get selected for. VU will contact The National Sporting Association and ask them: ‘Hey, this guy is training this number of hours. Is he an elite athlete in your eyes?’ It’s much easier to get with other sports.”
Are you, as chair, involved in negotiations? “Not really, we actually don’t have a lot of contact with VU. Not as much as I would want to, considering VU founded us 68 years ago, and we carry her name.”
There’s a well-known gap between recreational and competitive members. Is that still an issue? “Yes, and every rowing club tries to bridge it. Competitive rowers train hard, while others focus more on the partying. We try to connect the groups: invite the partygoers to races, and get the rowers to join Thursday drinks. A bit of mutual respect goes a long way. At the end of the day, we’re all Okeanites – drinking beer together, alcohol-free or not, and supporting from the docks. Not to mention: partying generates profit for the club. Boats are super expensive – other members are basically drinking for your boat.”
International
Business Administration students
rolled up their sleeves to try and save a struggling farm for undocumented migrants. ‘It’s not all about making money and getting rich.’
BY ANTONI BAŃKOWSKI PHOTOS ANTONI BAŃKOWSKI & DE MEENT
Running a farm for undocumented migrants to work, engage, and learn is one thing, but turning it into a business-like, financially independent entity is another. This year, VU students taking a business administration lab course were tasked with combining social impact and entrepreneurship in helping said farm: De Meent.
De Meent was founded by the Protestant Diaconate Amsterdam in 2020 as a farm where undocumented migrants can participate. Although it is not meant to provide them with a path to employment, they can benefit from integrating into society and learning agricultural skills. All of the farm’s produce goes towards meals for participants and social food projects. According to Nicky Dankelman, a manager of the initiative, immigrants in the Netherlands without a legal status do not have the right to be lawfully employed or even volunteer. But they are allowed to “participate” on – for instance – a farm, which is what inspired De Meent.
One of the main issues the project is currently facing is a lack of revenue. The farm has been financially dependent on the Diaconate, but doesn’t want to rely solely on them and is now looking for its own sources of funding. This search turned out to be a perfect task for International Business Administration students, eager to do field work after their theory-based and “repetitive” first year. Starting last February, four groups of second-year students researched various solutions for funding the project, as part of the IBA LAB 1 elective course. In late March, they presented their ideas to Dankelman and participants of the farm, at an event at the Diaconate.
The approach taken by students was clearly entrepreneurial. Ideas ranged from a crowdfunding campaign and an auction to renting out the location for events. Most presenters emphasized the need for increasing
the project’s visibility in the media and maintaining a relationship with donors. Some groups targeted individuals willing to make small contributions, while others chose to address companies with a social responsibility budget.
As with all business proposals, not all ideas were a hit. Some presentations received rather mixed reactions from the De Meent team, who often pointed out confusing elements and unrealistic goals. But some pitches got Dankelman excited. “They gave us a lot of ideas we want to continue”, she said afterwards. “They did a really good job.”
She considers the charity gala and a GoFundMe campaign to be particularly outstanding and most likely to be realised, although she says that “it is hard to say how soon these ideas will be implemented.” Her enthusiasm was shared by other attendees involved in De Meent. “They impressed me so much”, said Eugene, an immigrant participating at the farm, who preferred to not share his last name.
Students were eager to work with De Meent. For most of them, this was the first opportunity in their studies to solve real-life problems. “We learn theory, but we don’t apply it”, says Jessica Jaime about her IBA coursework. “It gets very repetitive.”
Christer Guldemond, a lecturer in strategic management and entrepreneurship puts the blame on lecturers.
“Teachers don’t innovate”, he says, adding that other courses in the degree tend to be “very procedural”. In his view, this facilitates “divisiveness and individuality” among the students, who are “learning passively”.
“It’s not all about making money and getting rich”, says Guldemond, who coordinates the IBA LAB course. “It’s also about making an impact, and you can do both.” He says that the course teaches students how to achieve this. The programme has been running for three years and is based on tasking students with finding entrepreneurial solutions to problems faced by various organizations making a
Ideas ranged from a crowdfunding campaign and an auction to renting out the location for events
Maryam Irak Accountant
‘De mensen om me heen hebben me altijd gestimuleerd om door te gaan, om niet op te geven.’
Wij zetten ons in voor de ontwikkeling van gevluchte studenten en professionals en hun integratie op de Nederlandse arbeidsmarkt. Dat doen we al sinds 1948. We behartigen hun belangen, geven advies en bieden begeleiding en financiële steun. Onze kennis en ervaring delen we met onderwijsinstellingen, werkgevers en gemeenten.
Het UAF helpen kan op veel manieren. Met geld, met tijd of door een actie te organiseren.
Doe je mee? Help vluchtelingen op weg via uaf.nl/help-mee
Can music generated by AI evoke the same emotions as music composed by humans? ‘Music has always been able to manipulate our mood.’
BY EMMA SPRANGERS PHOTOS JULIA TEERHUIS & EMMA SPRANGERS
‘Some brains are really hyperactive, while others are super calm’
Kirschenmann listens closely as the VU Orchestra members play the AI-generated pieces
identified in a 2010 study as highly emotionally evocative.
Meg Ryan (spoiler alert) dies on the pavement in City of Angels, the same actress fakes an orgasm in When Harry Met Sally, and a scene in Sleepers suggests the sexual abuse of young boys. After each scene, participants are asked to reflect in a questionnaire on what they saw: Did they feel in control? How calm or excited were they? How comfortable were they with watching the clip? What emotions did they feel: joyful/happy, amusement, sadness, angry, disgust or neutral?
Of course, people can respond differently based on personal experiences – whether or not they have children, if they’ve experienced grief and so on – which makes the data harder to interpret. Perumal Kumar acknowledges this complexity. The fact that participants must immediately rate their emotions on a screen that the researchers can also see, adds another complication. “I was very aware that they were watching what I entered”, Hooftman says after the session.
“Your skin temperature rose by two degrees during one of them”, Perumal Kumar points out. Also striking: Hooftman thought the second AI piece – the ‘sad’ one – was composed by a human. And although it was designed to evoke sadness, she selected ‘happy’ as her primary emotion.
During the orchestra’s recording, Kirschenmann had been convinced that most people could tell whether a piece was composed by a human or a computer.
“But maybe that goes mostly for people with musical training”, she now says. “They might pick up more quickly when music patterns don’t sound exactly right, or when it lacks a bit of emotional depth.”
Processing the data will take time, but Kirschenmann already has noticed that several participants enjoyed the AI-generated pieces.
“Not surprising, really – they’re full of repetition, and kind of catchy.”
As for whether she thinks AI poses a threat to human composers, she doesn’t hesitate.
Kirschenmann had a feeling other participants also experienced this. “Sometimes they would laugh during a sad scene, just because they recognised an actor. But then they’d still label their emotion as ‘sad’ in the questionnaire – maybe because they felt that was the ‘right’ answer and fitting for the clip. That’s something we’ll need to note as a disclaimer in our analysis. In the end, the questionnaire will probably serve more as a supporting tool to provide the AI model with certain labels. The EEG and smartwatch give us the most raw data.”
After the film scenes, it’s time for the music. All clips are played in random order for each new participant. The two AI compositions are played first during the sitting with Hooftman, followed by a piece by Bach. Turns out, Hooftman’s strongest responses came from the film clips.
“It already does. AI bots are releasing music on Spotify. That could eventually get in the way of people trying to release their own music. Still, I think to have the full experience, people will still long for a human behind the music. Someone with lived experience who you can relate to. Someone you can go see in concert.”
She had also wanted to ask participants whether they’d even be open to listening to AI-generated music. “But that’s a whole separate study – more on the ethics side. Still, it’s an interesting question. Some people asked me, ‘Does AI even know what it’s making? It can manipulate people with music’. But honestly, music has always been able to manipulate our mood – you’re directly influencing how someone feels. Look at metro stations: they play classical music to calm people down, and repetitive music to make sure no one hangs around too long.”
The university student council is the representative participation council of and for students of VU Amsterdam. The council concerns itself mainly with the quality and accessibility of education at VU Amsterdam and with the student policy of this university. The council consults with the executive board periodically.
‘Are you seriously right-wing?’
This has happened to me several times this year. I’m at a party or social gathering, chatting with someone, when suddenly a question or comment comes up: “Are you really with the Vrijmoedige Studentenpartij? Are you seriously right-wing?” It’s usually followed by a surprised look, and then a brief, slightly awkward silence. You can almost feel the prejudice in the air. Apparently, for some people, it’s hard to reconcile: someone who is open to other opinions, engages in respectful conversation, and still considers themselves politically right-wing or conservative.
It’s crucial to keep the conversation going
Yes, I’m probably more conservative than most students. I value traditions, am critical of fashionable ideologies or trend thinking, and I don’t believe that something should automatically be discarded just because it’s deemed outdated or no longer fits into a progressive, modern agenda. However, being conservative doesn’t mean I close myself off to other viewpoints. On the contrary, I think it’s crucial to keep the conversation going. Not to convince everyone of my own views, but because I’m genuinely curious about how others think and, more importantly, why.
Unfortunately, in today’s world, it often seems difficult to engage in conversation about controversial topics without prejudice. The
box-thinking mentality strongly contributes to this. Too often, labels are quickly attached, and with those labels, people assume they immediately know who you are, what you think, and how you will behave. You’re having a good conversation with someone, but as soon as they realize you’re that right-wing student, the atmosphere shifts. You suddenly notice how quickly the dynamic of the conversation can change once a label is placed on the table. This makes it all the more important to find ways to break through these prejudices and maintain an open dialogue, even on controversial topics where our opinions may differ significantly. Within our current student council, we are taking steps in the right direction by having these conversations respectfully. It would also help if we didn’t take each other so seriously all the time. A bit of playful teasing about political differences is fine, as long as it’s in good humour. For example, I’m sometimes teased for being so-called antiinternational, and I tease others about them being too woke to appreciate a joke. As long as the tone remains respectful, it keeps things light-hearted.
Let’s not let outdated labels like left-wing or right-wing stand in the way of really engaging with each other. Without dialogue, prejudice wins, and so does polarization.
Jesse Jansen
General council member usr.jesse.jansen@vu.nl
A selection of the topics that the USC is currently considering or negotiating.
• Initiative for raising the Dutch flag at the VU
• Challenging the CvB’s and/or university’s typical progressive stance
• Everything legal and budget
Wat moet een HR-adviseur doen in jouw visie?
Judith: Een HR-adviseur is een strategische p artner die niet alleen belangen behartigt van de organisatie, maar ook van medewerkers.
Mirjam: Dit betekent dat je proactief meedenkt over hoe je de organisatie kunt verbeteren en tegelijkertijd zorgt voor het welzijn en de ontwikkeling van de medewerkers.
Sam: Daarbij is het belangrijk om een goede probleemanalyse te kunnen maken, en op b asis v an verschillende perspectieven verschillende mogelijkheden en risico’s te schetsen, waarop je vervolgens je advies baseert.
Wat zijn de meest voorkomende zaken waar je advies over geeft?
Sam: Verzuim en re-integratie, arbeidsrechtelijke kwesties en naleving van weten r egelgeving.
Mirjam: Daarbij ook talentmanagement en leiderschap, ontwikkeling en training van medewerkers en s trategische personeelsplanning.
Judith: Beleidsontwikkeling en organisatie-inrichting, advisering bij nieuw personeel en nog veel meer.
Kun je een voorbeeld geven?
Judith: Soms zit een gesprek tussen verschillende p artijen muurvast, bijvoorbeeld tussen een leidinggevende en een medewerker. Omdat ik in de rol van gespreksbegeleider geen inhoudelijk p artij ben v an het gesprek, kan ik helpen het gesprek open
en eerlijk te laten voeren. In een enkel geval is een conflict diep en is er meer hulp nodig, maar in veel gevallen lukt het om de lucht te laten klaren.
Sam: Medewerkers kunnen soms vastlopen in hun doorgroeimogelijkheden. Maar jij als medewerker kunt meer dan je denkt. Zo heb ik een medewerker geholpen die toe was aan de volgende stap in de loopbaan en niet goed wist waar die moest beginnen. Tijdens dit gesprek hebben we op basis van de wensen en talenten gezocht naar mogelijkheden en instrumenten binnen en buiten de VU. Dat heeft die medewerker de zekerheid gegeven om met loopbaancoaching te starten en de eigen regie te pakken. Het klinkt zo simpel, maar soms zien we niet meer wat er allemaal mogelijk is en zitten we vast in wat we gewend zijn te doen. Dan help je iemand een eerste stap te zetten.
Hoe zie je jouw rol als adviseur richting medewerkers? Wat is voor jou hierbij belangrijk?
Judith: Dat we medewerkers coachen, in hun kracht zetten en hierbij aangeven wat de grenzen en mogelijkheden zijn. Medewerkers handvatten en aanknopingspunten geven, zodat ze zelf regie kunnen pakken over hun eigen loopbaan. Een betrouwbare en open relatie met medewerkers opbouwen is hierbij zeer belangrijk, waardoor je hen effectief kunt ondersteunen en begeleiden. Dit zorgt dan uiteindelijk voor een positieve werkomgeving waarin medewerkers zich gewaardeerd en ondersteund voelen.
Sam: Daarnaast kunnen wij helpen door middel van gespreksbegeleiding, bijvoorbeeld wanneer medewerker of leidinggevende merken dat gesprekken moeizaam verlopen en de oplossing ver weg lijkt te liggen.
aan, bieden een luisterend oor. Daarnaast blijven we zakelijk, eerlijk en transparant.
Wanneer sluit je met plezier je dag als HR-adviseur af?
Mirjam: A ls ik het gevoel heb een positieve impact te hebben gehad op zowel de organisatie als de medewerkers; het gevoel dat je als HR-adviseur ‘verschil’ hebt gemaakt.
Judith: Wanneer je een gesprek hebt met een medewerker of leidinggevende en je wordt bedankt omdat je iemand goed hebt geholpen of nieuwe inzichten hebt gegeven.
Sam: Als je voelt dat je toegevoegde waarde hebt in de organisatie. Dat kan door advies te geven in een gesprek of bij grotere veranderingen.
Kun je de medewerkers van de VU een gouden tip meegeven?
Judith: P ak voor zover mogelijk je eigen regie; er is binnen een organisatie als de VU veel mogelijk.
Sam: Zoek naar factoren waar je zelf invloed op hebt en probeer je daarop te focussen. Te veel bezig zijn met factoren waar je geen controle op hebt kan stressvol zijn. Zoek naar mogelijkheden en ga uit van eigen verantwoordelijkheid.
Mirjam: Blijf altijd open staan voor leren en ontwikkelen. Hiermee blijf je niet alleen aangehaakt, maar vergroot je ook je eigen werkplezier en voldoening. De VU is bovendien een groot netwerk, maak hier gebruik van. Durf een ondernemer te zijn binnen de organisatie.
Mirjam: We gaan in onze advisering zo open en empathisch mogelijk een gesprek
Sam: “Medewerkers kunnen soms vastlopen in hun doorgroeimogelijkheden. Maar jij als medewerker kunt meer dan je denkt.”
Heb je vragen over je loopbaan en ontwikkelmogelijkheden, heb je gespreksbegeleiding nodig of heb je een persoonlijke vraag? Schroom niet om contact te zoeken met de HRadviseur van je afdeling.
Redactie Personeelspagina > HRMAM Tekst > Gaby den Held Vormgeving > Designstudio VU Foto’s > Too van Velzen
Rialto VU
Nieuwe
Universiteitsgebouw De Boelelaan 1111
The Surfer
Draait vanaf donderdag 15 mei
Check de agenda en speeltijden op rialtofilm.nl
Nicolas Cage vertolkt de rol van een man die jaren in Amerika heeft gewoond. Als zijn geboortehuis in Australië te koop staat, twijfelt hij geen seconde: hij zal en moet het kopen. Hij is een enthousiaste surfer en juist daar, zo herinnert hij zich nog, heb je de mooiste en beste golven. De surfer wil het graag aan zijn zoon laten zien en dus reizen de twee naar down-under. Eenmaal met surfplank en al op het strand zien ze een bord staan: Locals only. Een groep bijna sektarische surfers onder leiding van de meedogenloze Scally verbiedt ze de toegang tot de golven, en geweld wordt daarbij niet geschuwd. Maar de surfer laat zich niet zomaar wegjagen, waarna de boel enorm uit de hand loopt. Een trippy, levendige film van Lorcan Finnegan.
Isis van der Knaap, online marketing
Gun je hoofd even rust, werk aan je lichaam op het nieuwe calisthenicspark op het campusplein. Het ligt tegenover de StartHub – waar jonge ondernemers aan hun bedrijf werken – en naast de volleybalvelden. Calisthenics is een vorm van krachttraining. Bij alle oefeningen maak je gebruik van je eigen gewicht. De toestellen zijn voor iedereen toegankelijk en je hebt geen sportkleding nodig. Heb je even tijd tussen colleges of in de lunchpauze? Ga dan naar buiten en doe een paar oefeningen op deze toestellen, er staan instructies bij en je kunt ook de QR-code scannen voor nog meer oefeningen.
Caroline Altona, communicatie & marketing
VU campus (OZW-gebouw) Boelelaan 1109 020-5983656
maandag–vrijdag: 12–20 uur zaterdag en zondag: gesloten Uilenstede Uilenstede 100 020-5985090
maandag–vrijdag: 08–23 uur zaterdag en zondag: 10–18 uur sportcentrumvu.nl
Nadat Pieter Omtzigt vorige maand had bekendgemaakt de politiek te verlaten, las ik een nieuwsartikel dat poogde duiding te geven aan de ondergang van zijn partij Nieuw Sociaal Contract. Omtzigts vrije val in de peilingen zou te wijten zijn aan zijn besluiteloosheid.
Iedereen weet: Omtzigt is een twijfelaar. Vraag de beste man of hij een biertje wil, en hij aarzelt net zo lang tot het huisfeestje allang voorbij is en jullie met z’n tweeën in een verder lege woonkamer bierflesetiketten aan het bestuderen zijn.
politiek is ook niet veel meer dan een populariteitswedstrijd. Een talentenjacht waarin de X-factor allesbepalend is. En als de lijnen zijn geopend, pakken de mensen net wat sneller hun telefoon voor een dikgedrukt uitroepteken dan een bibberende komma.
En ook in een Tweede Kamer is men zo’n twijfelkont liever kwijt dan rijk. Waarom? Een blik op een doorsnee campagneposter zegt genoeg. We willen sterke mannen die met een opgeruimde oogopslag zelfverzekerd de verte in turen, nadenkend over hoe ze hun rotsvaste idealen gaan verwezenlijken.
Laten we wel wezen:
Alleen gaan Kamerverkiezingen niet om de trofee en het platencontract, maar om het landsbestuur. En dan word ik liever niet bestuurd door die posterboys, met hun ferme uitspraken en dogmatische overtuigingen. Ik geloof dat het collectief belang gebaat is bij bestuurders zonder voorgekauwde standpunten en met voortschrijdend inzicht. Twijfelkonten en draaikonten dus.
Het is essentieel dat machthebbers hun eigen opvattingen, wetten, bewindspersonen en retoriek durven te betwijfelen. Die zelfreflectie voorkomt dat ze blind zijn voor de slachtoffers die hun eigen beleid - al dan niet onbedoeldtot gevolg heeft. Twijfel behoedt ons voor tirannie. Dat is het voordeel van de twijfel.
Geef mij maar een Omtzigt, die wikt, weegt en weifelt. Die soms huilt, ja, en zichzelf in zijn werk verliest, omdat hij tenminste het besef heeft dat hij over mensenlevens beslist.
Het alternatief is Rutte, die na het vermorzelen van toeslagenouders en het bombarderen van onschuldige burgers in Hawija in de spiegel nog altijd een onverminderd goedlachse baantjesplakker ziet. Het alternatief is Wilders, Faber, Wiersma, die de alternatieve waarheid in pacht hebben. Liever dan deze dubieuze figuren, heb ik iemand in dubio.
Alleen zitten die nu wel in Vak K. Uitgerekend dankzij Omtzigt, die als beschermheer van de rechtsstaat een anti-rechtsstatelijke partij in het zadel hielp. Is een zekere principiële vasthoudendheid voor een goed politicus dan niet net zo belangrijk als zelfreflectief vermogen? En is dat dan het enige waar Omtzigt niet aan had mogen twijfelen: zijn grondbeginselen van de democratische rechtsstaat? Ik twijfel.