9 minute read

Ontvangen reacties

ontvangenreacties

7

Reageren kan via redactie@klik.org, @klikredactie op twitter of in de Klik groep op LinkedIn of Facebook.

Personele bezettingsnormen

Naar aanleiding van misstanden bij gehandicaptenzorginstelling De Trans zijn er in december Kamervragen gesteld over waarom er eigenlijk geen personele bezettingsnormen in de gehandicaptenzorg zijn.

Dat zou kunnen voorkomen dat begeleiders alleen op een groep staan met cliënten met een zware zorgindicatie, waaronder moeilijk verstaanbaar gedrag, zoals bij De Trans het geval was. Met name bij cliënten met zorgprofi el VG7 mist duidelijkheid over wat goede zorg is voor deze groep en blijkt het tarief momenteel niet passend.

Tweede Kamerlid Jasper Hijink (SP) vroeg zich af wat VWS-staatssecretaris Paul Blokhuis ervan vond dat het aantal beschikbare zorguren berekend wordt met een rekentool, waarbij eerst een bepaald percentage van het budget wordt toebedeeld aan overhead en rendement. Hierdoor bestaat het risico dat er te weinig geld overblijft voor een fatsoenlijke bezetting op groepen.

Volgens Blokhuis is het aan de zorginstellingen zelf hoe zij de tarieven die horen bij de zorgprofi elen verdeelt. Die werkwijze vormt onderdeel van de bedrijfsvoering. “De instelling moet hierbij uiteraard rekening houden met de eisen die worden gesteld aan de kwaliteit van zorg en voorzien in een inzet van zorg die past bij de zwaarte van de doelgroep”, aldus Blokhuis.

Hijink vindt het vreemd dat er geen personele bezettingsnormen zijn opgenomen in het Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg. Zo kan het gebeuren dat slechts één begeleider op een groep VG7-cliënten staat. Hij vroeg zich af of dat niet anders kan.

Blokhuis gaf aan dat het gebruik van personele bezettingsnormen en de inzet van meer personeel niet automatisch leiden tot betere kwaliteit van zorg en ondersteuning. De staatssecretaris beloofde dat er op korte termijn een gesprek met de sector komt over het formuleren van een visie op goede zorg voor mensen met een VG7-indicatie. |

Uitgekleed | Verloting

Echt Gebeurd - Vlekken

In december gingen honderden medewerkers uit de gehandicaptenzorg gekleed in pyjama of met zwemattributen naar het werk. Ze vroegen hiermee aandacht voor de moeizame cao-onderhandelingen. “We verdrinken in het werk, vandaar dat we zwemattributen dragen om ons hoofd boven water te kunnen houden,” zei Maaike Piet, begeleider in de gehandicaptenzorg en mede cao-onderhandelaar voor vakbond FNV. “Daarnaast worden we zo vaak opgeroepen om extra te komen werken, dat we net zo goed kunnen blijven slapen. Het is nu aan de werkgevers om onze cao weer aan te kleden.” Honderden medewerkers logden in via een livestream, waardoor ze mee konden kijken en zelf zichtbaar waren bij de onderhandelingen. Drie medewerkers vertelden via de livestream aan de werkgeversdelegatie hoe hun dagelijkse werkdag eruitziet. Op de social media van Klik kreeg de actie veel bijval.

Goedele Degraeuwe won met haar reactie een exemplaar van het boek over Gehechtheidstherapie waarvan een verloting in Klik 9 stond.

Mijn collega Pauline heeft de huidaandoening vitiligo. Vooral op haar armen zie je de vlekken, hoewel het mij niet meer opvalt. Andjel is een nieuwe bewoonster. Een gezellige dame met een Indische achtergrond en een ernstige verstandelijke beperking. Ze is nieuwsgierig en onderzoekt haar nieuwe omgeving. Ze voelt aan de stof van de bank, ze proeft aan de deurklinken en ze peutert aan vastgeplakte restjes op de grond. Vanmorgen hielp Pauline haar in de badkamer met douchen en aankleden. Andjel had al aan de tandpastatube gelikt en aan haar vinger. Vervolgens wreef ze over de arm van Pauline. Ze likte opnieuw aan haar vinger en wreef opnieuw over de arm van Pauline. Verbaasd dacht Pauline: ‘Probeerde ze nou de vlekken weg te poetsen?’ | Wil-

lemieke Klaassen

Heb je iets bijzonders meegemaakt in je werk? Maak kans op een cadeaubon en stuur je verhaal in 140 woorden naar redactie@klik.org

8

Thema:Aantrekkelijk werk

Begeleider maakt de overstap naar werken als zzp’er in de gehandicaptenzorg

Meer zijn, minder doen

Daan van de Konijnenburg is zzp’er in de gehandicaptenzorg. Een bewuste keuze: zijn ervaring als coach én persoonlijk begeleider past hij toe in teams die te maken hebben met complexe (begeleidings)situaties.

Daans kracht is dat hij rust kan brengen. Die rust en ruimte moeten organisaties volgens hem ook meer voor teams creëren, zodat begeleiders minder stress ervaren en toekomen aan het daadwerkelijk begeleiden van cliënten.

Iedereen die wel eens omgaat met een persoon met een (verstandelijke) beperking zal het herkennen. Je bent samen met iemand met een beperking op pad en komt een klein kind tegen. Het kind verstijft en zet grote angstogen op. Het vindt jouw metgezel eng. Het is een normale reactie, bijna alle kleine kinderen vertonen deze reactie. Toen Daan klein was, reageerde hij niet zo op zijn tante die downsyndroom en een ernstig verstandelijke

beperking had. Van begin af aan konden zij het heel goed met elkaar vinden. “We hadden echt contact. We lachten samen en knuffelden veel met elkaar.”

In 2009 ging Daan de opleiding Sociaal Agogisch Werk doen om persoonlijk begeleider te worden in de gehandicaptenzorg. Zijn aangename bezoekjes aan z’n tante zullen met deze keuze te maken hebben gehad. Voor zijn opleiding deed Daan een afrondende stage bij een zorgboerderij. Later werd hij daar als vaste kracht aangenomen.

Daan kijkt met dankbaarheid terug op de tijd die hij werkte op de zorgboerderij. “Ik vond het heel leuk en heb er enorm veel geleerd.” Tegelijkertijd ging het knagen. “Ik ben van mezelf heel erg flexibel. Ik vraag dat ook van de organisatie waar ik werk, maar bij een vaste werkgever is dat meestal niet mogelijk.” Bij de klein-

schalige zorgboerderij hielden ze zo veel mogelijk rekening met Daans wensen, maar toch liep hij er tegen grenzen aan. Daarom nam hij ontslag.

Hij kreeg als vaste kracht weinig ruimte om goed vo zichzelf te z gen

Coach

Daan gebruikte de tijd die voor hem lag voor zijn gezin, deed een opleiding tot coach en trainer en zette een eigen bedrijf op. Toen kwam corona en viel alles stil, er kwamen geen opdrachten meer binnen. Daan viel terug op zijn oude werk in de gehandicaptenzorg dat hij met veel liefde had gedaan. Hij ging fulltime werken bij een grote zorg organisatie en werd begeleider van een groep mensen die moeilijk verstaanbaar gedrag vertoonde.

Het was een leerzame ervaring, maar ook een zware tijd. Daan liep tegen muren op en merkte dat hij als vaste kracht weinig ruimte kreeg om goed voor zichzelf te zorgen. Dat gold ook voor zijn collega’s die onder druk stonden en aan zichzelf voorbijliepen. “Het team stond er helemaal alleen voor. Er waren veel escalaties op de groep. Het management liet het aan het team over om de problemen op te lossen. Met het gevolg dat de een na de andere begeleider uitviel of vertrok. Uiteindelijk kwam alle zorg neer op een steeds kleiner wordende groep vaste krachten, aangevuld met wisselende invallers.”

Daan zag in dat de manier waarop er in het team werd gewerkt, met

Stress reduceren

De HeartMath-methode waarmee Daan werkt, ook wel hartregulatie genoemd, is een eenvoudige en effectieve manier om de negatieve effecten van stress te reduceren. Het helpt om fysiek, mentaal en emotioneel in balans te komen. De methode is ontwikkeld na jarenlang wetenschappelijk onderzoek door het HeartMath Instituut in Californië. Dit instituut ontwikkelde ook instrumenten. Met behulp van deze instrumenten kun je onder meer je hartritme meten. Je leert jezelf in een meer optimale toestand te brengen. Meer informatie op www.heartmathbenelux.com. Op www.klik.org lees je meer over hoe je dit toepast in de gehandicaptenzorg, zoek op ‘hartcoherentie’.

9Met behulp van hartregulatietechnieken kan Daan rust brengen bij cliënten en in teams

10

Thema: Aantrekkelijk werk

weinig ondersteuning van het management, niet bij hem paste. “Veel zorgorganisaties zijn niet ingericht om hun medewerkers op te vangen en bij te staan, bijvoorbeeld door middel van coaching.”

Na kortstondig invalwerk op een groep met ouderen met een licht verstandelijke beperking bij dezelfde organisatie, vertrok hij. Hij had weer wat over zichzelf geleerd. “Mede door mijn ervaring als coach kwam ik erachter dat ik anders naar het werk van een begeleider kijk. Ik vind dat begeleiders veel meer ondersteuning moeten krijgen van de organisatie. Zeker als ze te maken hebben met cliënten die veel van ze vragen.”

Kalmte

Daan ontdekte tijdens zijn werk als vaste kracht dat hij die ondersteuning wel kon geven. In situaties die uit de hand zijn gelopen, is hij op zijn sterkst. “Als een team niet goed functioneert, als processen rondom een cliënt zijn vastgelopen en er sprake is van meerzorg, dan ben ik van meerwaarde. In dit soort complexe en/of onveilige situaties breng ik rust. Ik maak daarbij gebruik van de HeartMath-methode, waardoor ik mijn eigen autonome zenuwstelsel kan beheersen. Ik ben daardoor heel rustig en die kalmte werkt aanstekelijk naar medewerkers en cliënten.”

De zzp’er legt uit hoe de HeartMath-methode, die in essentie draait om het reguleren van je hart, werkt. “Eigenlijk is het ritme van je hart nooit hetzelfde. Het staat onder invloed van de omgeving en reageert erop. Zo klopt het in tijden van stress grilliger. Door bepaalde regulatietechnieken toe te passen, bijvoorbeeld in momenten van stress, kun je coherentie aanbrengen in de variatie van dat ritme. Daardoor ben je wel alert aanwezig, maar tegelijkertijd ook ontspannen en veerkrachtiger.”

Begeleiders raken uitgewerkt’ als ze werk doen waarvo ze niet hebben gekozen

Onveilig

Aan de hand van een casus legt Daan uit hoe hij als zzp’er te werk gaat. “Ik heb ingevallen bij een groep waar medewerkers zich onveilig voelden. Een aantal vaste medewerkers had ontslag genomen, anderen waren langdurig ziek. Eentje was uitgevallen, omdat hij te maken had gehad met fysiek geweld.”

Daan zag het voor zijn ogen gebeuren: “De begeleiders werkten heel hard en liepen zichzelf en hun cliënten voorbij. Ze klaagden veel over het werk. Ik ben er aan de slag gegaan, zonder me gek te laten maken. Mijn kalmte bracht rust in het team.”

De zzp’er beseft dat hij een andere rol heeft dan een vaste medewerker. “Als invalkracht heb ik het voordeel dat ik weinig papierwerk hoef te doen en dat ik me beter op de cliënten kan richten.”

Later toen er een band ontstond tussen Daan en de andere begeleiders ging hij met sommigen van hen in gesprek over hun werk. “Ik vraag bijvoorbeeld aan iemand hoe hij zich voelde toen hij zich in een escalerende situatie bevond. Was hij in staat om veiligheid te creëren? Droeg hij – ongewild – bij aan de oplossing of aan het probleem? Vervolgens legde ik hem uit hoe hij zijn eigen spanning kon reguleren.”

Daan kan rust brengen in een team, maar hij kan niet de oplossing aandragen voor alle problemen die hij aantrof. “Ik kan helpen het team draaiende te houden. Maar de echte problemen kunnen alleen door de organisatie zelf worden verholpen. Soms, als het management ervoor openstaat, probeer ik dat ook bespreekbaar te maken. De organisatie zou aan begeleiders de vraag moeten stellen: ‘Wat kunnen wij doen voor jullie, zodat jullie betere zorg kunnen geven?’”

Volgens Daan moet er meer aandacht komen voor de begeleiders, zodat ze zich kunnen richten op het ‘met de cliënten zijn’

Uitgewerkt

In vrijwel alle zorgorganisaties waar Daan is ingevallen en teams heeft bijgestaan, is veel nadruk op ‘doen’ en minder op ‘zijn’. “Het is allebei nodig, maar in de zorg is ‘zijn’ op de achtergrond geraakt. Medewerkers zijn vooral bezig met randzaken, ze moeten voldoen aan allerlei regels, en besteden minder tijd aan begeleiden.”

Daan ziet vaak dat begeleiders ‘uitgewerkt’ raken, omdat ze werk doen waarvoor ze niet hebben gekozen. “Door het werk grotendeels terug te brengen tot het afvinken van de taken en invullen van formulieren is het bevlogen gevoel dat ze ooit hadden naar

This article is from: