Een audicien leert zijn hele loopbaan wat af. Steeds weer wordt de hoortoestellenwereld opgeschud door nieuwe regels, nieuwe technieken en nieuwe problemen om te tackelen. Ons werk is constant in beweging en dat maakt het vak juist zo interessant. Ook de scholingseis van het register speelt een belangrijke rol in ons leerproces. Jaarlijks dienen audiciens 100 scholingspunten te halen om hun registratie te kunnen behouden. Eens per drie jaar wordt dit gecontroleerd. Zeker aan het einde van de registratieperiode - zoals dit jaar - is de wil om bij te scholen traditioneel nog nét iets groter dan in de jaren ervoor. Logisch natuurlijk, want de deadline komt in zicht. Gelukkig is er altijd veel nieuws te leren: productintroducties, opfriscursussen, noem maar op. Wat ik belangrijk vind, is om op zoek te gaan naar cursussen die mij als professional echt verder helpen. Cursussen die verdiepend zijn, naast het feit dat ze de nodige punten opleveren. Want punten zijn leuk en nodig, maar je groei als audicien is net zo belangrijk, zeker in het snel veranderende (hoor)zorglandschap. Leren gebeurt natuurlijk elke dag, met elke klant die binnenkomt. Van elke klant leer je weer nieuwe dingen. De praktijk is vele malen weerbarstiger dan alle casuïstiek die je via een cursus voorgeschoteld krijgt. Iedere situatie is uniek en iedere klant heeft zijn eigen verhaal. Kortom: je kunt alle cursussen van de wereld volgen, maar van je klant leer je misschien nog het meest. Oprechte interesse voor de specifieke persoonlijke situatie van je klant is heel veel waard. Als je de oplossing die je biedt zo optimaal mogelijk laat aansluiten bij het leven van je klant, dan scoor je hoger dan je bij welke training ook zou kunnen scoren. De praktijk is de beste leerschool die er is.
De meeste audiciens werken met hart voor hun klanten. Ze leren op twee manieren hun hele loopbaan door. Elke dag in de praktijk en zo eens in de drie jaar van een cursus hier en daar.
Ik wens jullie een fijne zomer. Misschien ga je wel genieten van een festival of spreek je een klant die dat gaat doen. Denk vooral aan de gehoorbescherming, want je gehoor verdient het om beschermd te worden.
Bestuurslid AudiNed deaudiciens@audined.com
Ontgrendel een wereld van mogelijkheden.
Met Phonak Infinio lanceren we ons meest revolutionaire platform tot op heden zodat cliënten de belangrijke momenten van het leven vol plezier en vertrouwen beleven. Voor alle gehoorverliezen is er een Infinio-oplossing, met drie afzonderlijke RIC-producten: Phonak Audéo Sphere™, Phonak Audéo™ R en Phonak CROS. De extra DEEPSONIC chip in het Sphere-model geeft door AI-techniek een SNR verbetering tot wel 10 dB!
www.phonak.nl
www.phonak.nl
gehoor geven
Phonak Audéo R Infinio
Nieuwe aanwinst voor het AudiNed bestuur:
Lisette Kolenbrander
In juni dit jaar is Lisette Kolenbrander, triage audicien en mede-eigenaar van Écoutez in Baarn, toegetreden tot het bestuur van AudiNed. Lisette is namens AudiNed lid van Raad van Advies van StAr. Hieronder stelt ze zichzelf aan jullie voor.
Lisette: “Ik ben sinds 1997 werkzaam in de audicienswereld. Tijdens mijn studie ben ik begonnen als administratief medewerker in het bedrijf van mijn zus. Na mijn studie was het idee een jaar fulltime als administratief medewerker in het bedrijf te werken en daarna mijn masters gaan doen in het vak waarvoor ik geleerd had. Echter, ik vond het werk in de winkel te leuk en merkte dat ik steeds meer wilde doen wat mijn collega’s deden. In 2005 heb ik mijn diploma voor - destijds - vakbekwaam audicien behaald, ben ik mede-eigenaar geworden van het bedrijf, samen met mijn zus. Wat mij zo aantrok in het vak is het mensen helpen, werken met techniek en blijven nadenken. Iedere klant is anders en iedereen benadert het op een andere manier.
In de afgelopen jaren zijn er veel ontwikkelingen geweest in de hoortoestellen en zeker in onze branche. De techniek is niet stil blijven staan. Door de komst van geavanceerdere chips klinken de hoortoestellen steeds natuurlijker waardoor het zelfs voor een goedhorende een aanvulling kan zijn. Zelf merk ik dat als ik een hoortoestel draag, het toestel het verstaan voor mij makkelijker maakt, het kost mij minder energie en zeker als ik erg veel last heb van oorsuizen, geeft het verlichting.
De consument is echter ook veranderd. Daar waar twintig jaar geleden de mensen blanco binnen kwamen, komen
ze nu met een grote lijst aan vragen, wensen en vooral verwachtingen naar ons toe. Dat is een uitdaging voor ons als audicien, maar het houdt je ook scherp. Dat vind ik juist het leuke. Nieuwe ontwikkelingen in de techniek volg ik graag: een nieuwe gadget, I love it. Maar ook cursussen hebben mijn belangstelling; een overschot aan studiepunten is mij niet vreemd. Ik vind het heerlijk om te leren en mijn kennis toe te passen in de praktijk!
Onlangs werd ik gevraagd om namens AudiNed deel te nemen aan de raad van Advies van de StAr. Dit heb ik aangenomen en mijn eerste vergadering is een feit. Om deze functie goed in te vullen, is het voor mij belangrijk te weten wat er speelt bij de audiciens en hoe ze kijken naar het handboek, om input te kunnen geven voor handboek 4.0. Tijdens het AuDidakt Congres stelde ik dus ook verschillende audiciens de vraag om de enquête in te vullen van en over het handboek/ StAr. Voor mij is het belangrijk dat we de kwaliteit kunnen waarborgen, maar dat het ook een uitvoerbaar handboek moet zijn. Vraag een audicien wat hij of zij ergens van vindt en je krijgt een ongezouten mening, maar op de vraag “Wat kunnen we verbeteren?” blijft het opvallend stil. Dus, ik ben heel benieuwd wat ik namens jullie kan doen. Geef mij input! Ik ben audicien en weet als geen ander waar we in de praktijk tegen aan lopen.”
‘IK BEN HEEL BENIEUWD WAT IK NAMENS JULLIE KAN DOEN’
Een lach verbindt. Geef jouw cliënten een hoorbeleving voor een lach van oor tot oor met Moxi Smile, onze nieuwste toplijn! De nieuwe ERA™ chip geeft de door A.I. getrainde Integra OS automaat de beste hoorbeleving die Unitron te bieden heeft. Ook streaming is stabieler en schakelt sneller, daar word je toch vrolijk van!?
Easy to hear. Easy to wear. Easy for you.
Voor zo’n 200.000 mensen maken we al het verschil
Op het moment dat ik deze column schrijf, is het kabinet Schoof net gevallen. Een kabinet dat graag instant oplossingen bood voor de zogenaamde noden van de gewone man, maar langetermijnproblemen uit de weg ging. Ik kan er niets aan doen, maar ik ben dan toch aan radio en tv gekluisterd om het debat te volgen. Tegelijkertijd raak ik gefrustreerd van de verschillende jij-bakken rondom politiek hot gemaakte issues, waarmee de politici in Den Haag doen voorkomen alsof men echt begrijpt wat de mensen in het land bezighoudt. Men praat veel, maar luistert weinig.
Dit zal allemaal dan ook weinig verschil maken voor de toekomstige VWS begroting. Met een vergrijzende samenleving, waardoor we een groter beroep zullen gaan doen op zorg en er minder mensen zullen zijn om die zorg te leveren, moeten er keuzes gemaakt worden. Niet door het eigen risico te halveren of andere halve maatregelen, maar door op de echt langetermijn te kijken. Rapporten van adviesorganen als de WRR en ook het RIVM lijken wel een weg te wijzen: de route is vooral meer te investeren in preventie en maatschappelijke participatie en innovatie.
De NVAB is een branchevereniging van audiciensbedrijven. De vereniging bestaat uit een pluriforme mix van ketenbedrijven en zelfstandige audiciens, die constructief en transparant werken aan toegankelijke en kwalitatief goede hoorzorg voor elke slechthorende.
Preventie, dat klinkt goed, maar in het huidige kabinet is dat toch vooral een issue geweest van het kost geld en we weten niet zeker of we er binnen één kabinetsperiode de vruchten van kunnen plukken. En innovaties zijn mooi, maar vaak ook in eerste instantie duur, dus wat moeten we ermee?
En net hier staat ook de hoorzorg voor. Hoorzorg is immers meer dan een hulpmiddel: het biedt mensen de kans weer in contact te staan met anderen, waardoor op de langere termijn de maatschappelijke kosten ook lager zullen zijn. De innovaties zijn dusdanig groot dat we daar in de sector steeds beter in slagen. Zoals ook de WHO al eens berekende: iedere in de hoorzorg geïnvesteerde euro levert maatschappelijk het tienvoudige op!
Wat mij dan ook positief stemde, was het AuDidakt congres van dit jaar. Ik had het genoegen om samen met anderen te werken aan de campagne voor ‘Maak Geluid’. ‘Waarom vind je je vak zo leuk?’ was één van de vragen die we voorlegden aan audiciens tijdens de beurs. Het was een genot om te luisteren naar de bevlogenheid waarmee alle vakgenoten daarop antwoordden: ‘Mensen weer geluid en daarmee contact teruggeven’ en ‘Met technologische innovaties steeds meer kunnen bieden!’ Dat we jaarlijks al zo’n 200.000 mensen helpen weer te participeren in de maatschappij; dat hoorzorg van belang is bij het fit aan het werk blijven, bij het aangaan van sociale contacten en voorkomen van eenzaamheid en zeker ook je breinfitheid, dat is toch geweldig! Het gaat dan ook om meer dan een hulpmiddel. Hoorzorg is en blijft een waardevolle investering!
Het is goed om dat in je oren te knopen!
Carmen de Jonge Voorzitter NVAB
De 7 van de hoorzorgbeurs
Verslag van het Audicienscongres en de Hoorzorgbeurs 2025
Zaterdag 24 mei en maandag 26 mei vond in Gorinchem het AudiDakt
Audicienscongres en de Hoorzorgbeurs 2025 plaats: een jaarlijkse bijeenkomst voor audiciens, praktijkbegeleiders, audiologen, studenten en andere professionals binnen de hoorzorg. Meer dan 1000 bezoekers struinden over de beursvloer of volgden een van de presentaties, workshops of expertsessies rond thema’s als communicatie, innovatie, regelgeving, audiometrie en klantgerichtheid. De redactie van De Audiciens was in groten getale aanwezig en licht zeven boeiende expertsessies uit.
Na de opening door AuDidakt voorzitter Monique Joostema hadden de bezoekers zich kunnen inschrijven voor diverse expertsessies. Naast de technologische vooruitgang in de hoorzorg, onder andere over AI en de geautomatiseerde hoorzorg, was er ook aandacht voor de menselijke kant van hoorzorg. Daarnaast konden bezoekers deelnemen aan praktijkgerichte sessies met voordrachten over StAr, COSI en Hoorprotocol 2.0.
KLANTGERICHTHEID EN KLANTBENADERING
Trainer en spreker Marcel Pomper opende de dag met een sessie over klantgerichtheid. Geen droge theorie, maar een levendige lezing vol herkenbare voorbeelden uit de dagelijkse praktijk. Pomper legde de link tussen topsport en tophoorzorg. In beide gevallen zijn mindset, training, focus en structuur bepalend voor succes. “Je bent geen vrijwilliger. Je bent een professional.”
Een belangrijke boodschap: audiciens zijn niet vervangbaar door AI, zolang ze inzetten op communicatie en empathie. Pomper riep op om minder te zenden en meer te luisteren. “Een klant onthoudt meer van wat hij zelf zegt, dan van jouw uitleg.” Hij benadrukte de rol van gespreksstructuur en het bewust toepassen van beïnvloedingsprincipes zoals sympathie, autoriteit en wederkerigheid, gebaseerd op het werk van oud hoogleraar psychologie en marketing Robert Cialdini, schrijver van het wereldbekende boek Influence: The Psychology of Persuasion. Ook het moment waarop je vragen stelt, is essentieel. Te vroeg en zonder context doorvragen werkt averechts. “Pas als jij iets voor de klant hebt gedaan, ontstaat er ruimte voor openheid.” Pomper sloot af met praktische tips voor intakegesprekken:
• Vermijd vakjargon en abstracte termen zoals ‘gemiddeld gehoorverlies’.
• Laat de klant zijn eigen week beschrijven om concrete situaties boven tafel te krijgen.
• Werk met een stappenplan en geef structuur aan het gesprek.
GEEF GEHOOR AAN ACT! – HOREN IS ZOVEEL MEER DAN ENKEL DE OREN
Klinisch fysicus audioloog Dyon Scheijen benadrukte in deze sessie het belang van een holistische benadering van hoorzorg, waarbij niet alleen de oren, maar ook de geest wordt meegenomen. Dyon introduceerde het vrees- en vermijdingsmodel uit de psychologie, dat als basis dient voor Acceptance and Commitment Therapy (ACT). Hij legde uit dat gewenning, net zoals wanneer je een horloge aan een andere pols draagt, ongeveer 30 tot 60 dagen duurt. Het doel van ACT is om de focus te verleggen van het probleem naar acceptatie, zodat pijn en ongemakken minder belastend worden. Een interactieve oefening met de hele zaal maakte dit duidelijk. We werden gevraagd onze telefoon met één hand uitgestrekt voor ons te houden. De telefoon symboliseerde pijn of lijden. Aanvankelijk hielden we dit vol, maar na verloop van tijd voelden we de vermoeidheid en verzuring in de arm. Vervolgens moesten we de telefoon dichter naar ons toe brengen, tegen de borst. Dit gaf direct verlichting – het probleem was er nog, maar het werd minder zichtbaar en dragelijker. Dit principe, waarbij je leert om anders om te gaan met ongemak, vormt de kern van ACT. Dyon vertelde ook dat we dagelijks zo’n 50.000 gedachten hebben, waarvan slechts 5% bewust. Veel van onze gedachten en ervaringen blijven onbewust aanwezig en kunnen ons blijven beïnvloeden. Een andere oefening was gericht op het herkennen en loslaten van negatieve gedachten. We moesten een negatieve gedachte over onszelf als notitie opschrijven op onze telefoon. Daarna moesten we eronder schrijven: “Ik heb de gedachte dat ik…”, gevolgd door het negatieve beeld. Door beide zinnen hardop te lezen, konden we het verschil ervaren: de eerste zin voelt als een waarheid, de tweede maakt duidelijk dat het slechts een gedachte is. Dyon zelf geeft zijn interne stemmetjes een naam – in zijn geval ‘Prof. Dr. Herman’ – om gemakkelijker afstand te kunnen nemen.
‘HELP, MIJN KLANT IS LASTIG…’
Tijdens haar sessie ging trainer en consultant Claudia Camu (Connectuition) in op de vraag wat een klant ‘lastig’ maakt en hoe professionals hier effectiever mee om kunnen gaan. Haar kernboodschap: de sleutel ligt niet alleen in het gedrag van de klant, maar vooral in onze eigen mindset, communicatie en neurobiologische reacties. Soms gaat het simpelweg mis in de afstemming: de klant en de professional spreken ‘verschillende’ talen. De één communiceert direct en to the point, terwijl de ander behoefte heeft aan nuance of bevestiging. Dit verschil kan tot wrijving leiden, nog voor de inhoud überhaupt aan bod komt. Andere keren ontstaat het ongemak door miscommunicatie. Woorden worden anders geïnterpreteerd dan bedoeld, lichaamstaal wordt verkeerd gelezen of onderliggende emoties blijven onbenoemd. Iedereen bekijkt de situatie door zijn eigen bril en precies daar gaat het vaak mis. En dan is er nog de verwachting. Veel klanten willen vooral serieus genomen worden. Ze zoeken erkenning, willen begrijpen waarom iets gebeurt en hopen op een oplossing die bij hen past. Wanneer die behoefte niet wordt ingevuld, ontstaat frustratie. Dan volgt herhaling, weerstand of boosheid. Niet omdat iemand lastig is, maar omdat hij zich niet gehoord voelt.
Als die klant binnenkomt die altijd klaagt over zijn
speakertjes die wéér stuk zijn, kan het zijn dat je vanbinnen al bij voorbaat met je ogen rolt. Maar wat je intern tegen jezelf zegt, beïnvloedt direct hoe je je opstelt. Die innerlijke stem, die zucht of weerstand, kleurt je houding en klinkt door in je toon. Door jezelf actief ‘aan te zetten’ met positieve gedachten, geef je jezelf de kans om opnieuw te beginnen—ook met iemand die je misschien al had afgeschreven. Die mentale reset maakt het verschil tussen afstand en contact.
Een belangrijk onderdeel van Claudia’s presentatie was de uitleg over het reptielenbrein, het oudste deel van ons brein, gericht op overleving. Bij stress of dreiging (zoals onbegrip of conflict) schakelt dit brein over op primitieve reflexen: vechten, vluchten of bevriezen.
‘WAT
JE INTERN TEGEN JEZELF ZEGT, BEÏNVLOEDT DIRECT HOE JE
JE OPSTELT’
Marcel Pomper
In deze staat is empathisch of rationeel contact nauwelijks mogelijk. Zowel de klant als de professional kunnen in dit reptielenbrein belanden. De oplossing ligt in het herkennen van deze toestand, het benoemen van emoties en het actief zoeken naar verzachting, bijvoorbeeld door het bedenken van een mogelijke achtergrond of verklaring voor het gedrag van de klant. Zo ontstaat ruimte om terug te schakelen naar het cognitieve brein, waar logica en verbinding weer mogelijk zijn.
In het laatste deel van haar sessie bracht Claudia de kracht van klassieke retorica onder de aandacht. Wanneer het gesprek met een klant weer wat tot rust is gekomen en er ruimte is voor inhoud, kunnen drie elementen helpen om de boodschap écht te laten landen: geloofwaardigheid, logica en gevoel. Ze sprak over ethos, de manier waarop je als professional vertrouwen wekt door authentiek en betrouwbaar over te komen. Over logos: hoe belangrijk het is om een helder en logisch verhaal te vertellen, met argumenten die kloppen en het ‘waarom’ goed uitgelegd. En over pathos: de verbinding die je maakt door empathie te tonen, aandacht te geven en echt aan te sluiten bij de beleving van de ander. Claudia liet zien dat effectieve communicatie niet hard of star hoeft te zijn. Integendeel! Ze gaf praktische voorbeelden van hoe je met een vriendelijke toon toch duidelijk kunt zijn. Zinnen als: “Wat helaas niet kan, is…, maar wat ik wél voor u kan doen, is…” laten zien hoe je professioneel blijft, zonder de relatie te belasten. Of, zoals zij het mooi samenvatte: hard op de bal, zacht op de man. De presentatie van Claudia Camu bood een
‘DANS
MET JE KLANT, BEWEEG MEE, ZONDER JEZELF TE VERLIEZEN’
helder model om ‘lastige’ klantsituaties beter te begrijpen en te beïnvloeden. Door bewustzijn van eigen mindset, inzicht in neurobiologische reacties en het toepassen van slimme gespreksvoering ontstaat ruimte voor begrip. Tenslotte deelt Claudia nog de gevleugelde uitspraak van (onlangs overleden) Jan van Setten: ‘Dans met je klant, beweeg mee, zonder jezelf te verliezen.’
Claudia Camu
HOORPROTOCOL 2.0 – WAT VERANDERT ER EN WAAROM?
Kees van Kranenburg, bestuurder van de Stichting Protocol Hoorhulpmiddelen (SPHHM), gaf inzicht in de totstandkoming en actualisering van het Hoorprotocol 2.0. Hij legde uit dat de update noodzakelijk is om aan te sluiten op actuele zorgvraag, technische ontwikkelingen en signalen uit het werkveld. Een belangrijk thema in zijn voordracht was het spanningsveld tussen werkbaarheid en verantwoording. Kees erkende dat veel audiciens worstelen met de uitvoerbaarheid van het protocol en pleitte voor een pragmatischer aanpak. In het nieuwe protocol is de verplichte Post HVL bijvoorbeeld geschrapt. Tegelijkertijd blijven de COSI en een goede verslaglegging essentieel om passende zorg te kunnen blijven onderbouwen.
Opvallend was de nadruk op samenwerking: met zorgverzekeraars, cliëntenorganisaties én audiciens. Van Kranenborg riep op tot actieve terugkoppeling vanuit de praktijk. “Alleen als wij weten wat er schuurt, kunnen we dit verbeteren.”
Ook de nieuwe publieke hoorapparatendatabase werd geïntroduceerd: eenvoudiger, actueler en gericht op cliëntgerichte vergelijking. Fabrikanten hebben actief meegewerkt aan het opschonen en actualiseren van toestellen. Voor het eerst is ook informatie over bluetooth en auracast zichtbaar, evenals batterijduur en connectiviteit. De database bevat circa 1067 actuele toestellen (tegenover 6000 in de oude ZN-database) en wordt dagelijks bijgewerkt.
Nieuw is de aanduiding van huismerken als gewone merken in de publieksversie en het zichtbaar houden van toestellen die uit productie zijn, maar nog wel leverbaar via de keten. Voor professionals blijft de volledige toestelgeschiedenis raadpleegbaar via het nieuwe platform (portaal.mediquest.cloud) achter een inlogcode. Gratis inlog kon tijdens de beurs worden aangevraagd bij de stand van SPHHM.
Vanuit de zaal werd kritiek geuit op de Amsterdamse Vragenlijst, die volgens velen te weinig ruimte laat voor context en interpretatie. De wens om volledig over te stappen op COSI wordt breed gedragen. SPHHM onderzoekt momenteel of deze vereenvoudiging haalbaar is. Uitsluitend gebruik van de COSI zou ook betekenen dat cliëntcategorieën komen te vervallen. De vertaalslag van COSI-uitkomst naar hulpmiddel moet dan wel transparant en verdedigbaar zijn – een punt waar momenteel een werkgroep op studeert.
Daarnaast werd stilgestaan bij de zogeheten ‘plus 1’ en ‘plus 2’-verstrekking. Plus 1 is een binnen-categorie verhoging, die zonder tussenkomst van een audioloog kan worden toegepast, op basis van professioneel oordeel. Voor een plus 2-aanvraag is wel een beoordeling
door een audioloog nodig. Hiervoor bestaat de ‘Tielemansroute’, een snelle digitale beoordeling via dossieranalyse. De cliënt hoeft hiervoor niet per se naar het AC.
Tot slot werd er vooruitgekeken naar een efficiëntere route voor de extra zorgvraag. Een commissie van audiologen zou in de toekomst via online dossierbeoordeling sneller uitsluitsel kunnen geven, zonder de complexe weg via het AC. Het doel: minder administratielast, meer passende zorg. De planning is dat dit proces eind 2025 wordt afgerond. De implementatie van Hoorprotocol 2026 is afhankelijk van ICT-aanpassingen bij zorgverzekeraars en leveranciers, maar zal niet eerder dan 2026 plaatsvinden.
STAR HANDBOEK & COSI – WAT VERANDERT ER EN WAT
BETEKENT DIT VOOR JOU?
Donné Pans, klinisch fysicus audioloog en inhoudelijk betrokken bij StAr, presenteerde de belangrijkste wijzigingen uit het vernieuwde Handboek 3.2. De sessie bood heldere uitleg bij actuele thema’s zoals taakdelegatie, praktijknormen en nazorg. Een van de meest besproken onderwerpen was de herdefinitie van asymmetrie. In plaats van de oude criteria (zoals 3x10 dB) wordt asymmetrie nu eenduidiger vastgesteld: ≥20 dB verschil op één frequentie tussen 500 en 4000 Hz. Ook de leeftijdsgrens van 67 jaar voor verwijzing ligt onder de loep, mede door signalen dat deze grens in de
Donné Pans
praktijk niet altijd logisch uitpakt. De betekenis van een significante achteruitgang bij 8000 Hz wordt nog verder onderzocht.
Belangrijker nog: nazorg wordt vanaf nu verplicht. In het eerste jaar ligt de verantwoordelijkheid bij de audicien; in de resterende vier jaren ligt die bij de klant. Pans benadrukte dat nazorg niet vrijblijvend is, maar een essentieel onderdeel van goede hoorzorg. Denk aan controle van functionaliteit, tevredenheid en hygiëne. Daarnaast is er nu duidelijker vastgelegd wat verstaan wordt onder nazorg – van controle tot gebruiksadvies.
Ook werd de rol van de COSI opnieuw onderstreept. Geen vinklijst, maar een middel om het gesprek aan te gaan.
“Maak doelen specifiek en toets ze bij de eindcontrole. En gebruik de informatie om je advies te onderbouwen.” Een sterke combinatie met objectieve metingen zoals REM en vrije veld spraak wordt daarbij aanbevolen.
De evaluatielijst (EVL) blijft in gebruik naast de COSI, ondanks dat sommigen deze als overbodig ervaren. De Amsterdamse vragenlijst blijkt in de praktijk nog wel eens tot interpretatieproblemen bij cliënten te leiden. Pans erkende de beperkingen van het instrument, maar gaf aan dat wetenschappelijke onderbouwing de basis blijft zolang er geen beter alternatief is. Wel wordt gewerkt aan een digitale, meer interactieve toepassing. Tot slot ging Pans in op NAL3 die rond september zal worden vrijgegeven door Australië en de digitalisering van de COSI, die in app-vorm beschikbaar komt. StAr hoopt hiermee de brug tussen meten, adviseren en evalueren verder te versterken en hoopt dat deze modernisering ook aansluit bij jongeren en cliënten met beperkte taalvaardigheid. Input van audiciens over werkbaarheid en bruikbaarheid blijft welkom.
‘DE AUDICIEN IS DE SCHAKEL IN DE KETEN’
DE IMPACT VAN EEN OOROPERATIE OP HET WERK VAN DE AUDICIEN
Kno-arts Thijs Jansen gaf een indrukwekkende sessie over de anatomie van het oor, de complexiteit van ooroperaties en de gevolgen voor hoorzorg. Met behulp van foto’s, illustraties en videobeelden nam hij de zaal mee in het werk van de opererend kno-arts. Jansen liet zien dat operaties, zoals trommelvliesreconstructies of het verwijderen van cholesteatomen, altijd risico’s met zich meebrengen. Van doofheid tot smaakverlies, van gezichtsverlamming tot blijvende evenwichtsproblemen. Hij benadrukte het belang van goed overleg tussen kno artsen en audiciens. “Een klant die geopereerd is, heeft soms een volledig andere aanpasstrategie nodig en dat kun je alleen bepalen als je weet wat er precies gebeurd is.” Audiciens werden aangemoedigd om alert te zijn op medische voorgeschiedenis en bij twijfel contact op te nemen met de verwijzend arts. “Zie jezelf als schakel in de keten, niet als eindstation.”
GEAUTOMATISEERDE HOORZORG: KANS OF BEDREIGING?
In deze presentatie onderzocht Allart Knoop (Kristal Hooradvies) de opkomst van geautomatiseerde hooroplossingen met specifieke aandacht voor Apple’s AirPods Pro 2 en de toepassing autoREM. De centrale vraag luidde: is deze technologische ontwikkeling een kans of een bedreiging voor de audicien? De nieuwste generatie AirPods beschikken over een gehoortestfunctie en instellingen die overeenkomen met hoortoestelaanpassingen. De gebruiker kan zelfstandig
via de iPhone een gehoortest uitvoeren en versterking instellen, met handmatige bijstelling via sliders. De oplossing richt zich op lichte tot matige perceptieve gehoorverliezen. Allart voerde onderzoek uit met 14 verschillende soorten hoorverlies en het onderzoek toont aan dat de versterking redelijk effectief is in het domein waarvoor ze bedoeld zijn (tot ca. 50 dB HL). De ‘first fit’ ligt doorgaans onder de NAL-NL2-targets, met uitzondering van lichte verliezen in de hoge tonen. De sterkte van deze benadering ligt in de voorspelbaarheid van het akoestisch restvolume in een gesloten systeem, waardoor Apple verrassend goed in staat is om zonder professionele begeleiding een acceptabel resultaat te leveren. Hoewel de AirPods bij lichte verliezen effectief zijn, werd ook duidelijk dat meerdere variabelen, zoals vent-invloeden, individuele gehoorgangresonantie en indirect geluid een sterke invloed hebben op de daadwerkelijke output. Bij frequenties boven 3 kHz wijkt de frequentierespons steeds meer af van NAL-NL2. De compressieverhoudingen zijn beperkt en de maximale output is standaard begrensd. In het tweede deel van de presentatie ging en Allart in op de rol van automatische aanpassing binnen de hoorzorg, oftewel autoREM. Verschillende hoortoestelfabrikanten maken gebruik van deze techniek, waarbij het toestel de versterking aanpast op basis van metingen aan het oor. Het onderzoek richtte zich op de vraag hoe goed deze automatische aanpassingen overeenkomen met gestandaardiseerde doelcurves, zoals NAL-NL2. Daarbij werd gekeken naar de nauwkeurigheid
Thijs Jansen
van versterking bij verschillende frequenties en inputniveaus. Hoewel de uitkomsten op 65 dB SPL over het algemeen goed overeenkwamen met de targets, liet het onderzoek zien dat met name bij zachte en harde inputniveaus en bij hoge frequenties verschillen kunnen optreden. De mate waarin aanvullende individuele metingen worden meegenomen – zoals de Real Ear Unaided Gain (REUG) – blijkt hierin een bepalende factor. Er is veel spreiding tussen de verschillende fabrikanten. Sommige rekenregels liggen dicht bij NAL-NL2 of DSLv5, andere wijken structureel af, bijvoorbeeld door minder versterking te geven in de hoge tonen of juist extra output toe te voegen rond 500 Hz. Het is duidelijk dat automatische systemen in staat zijn om binnen bepaalde grenzen een betrouwbare aanpassing te realiseren, maar dat de uiteindelijke versterkingskarakteristiek altijd het resultaat is van een samenspel tussen techniek, metingen, rekenregels en akoestische koppeling. De presentatie eindigde met een reflectie of geautomatiseerde hoorzorg een bedreiging vormt voor het vak van audicien of juist een kans? Enerzijds zijn er zorgen. Systemen zoals de Apple AirPods bieden laagdrempelige oplossingen voor mensen met lichte gehoorverliezen. Ze zijn betaalbaar, eenvoudig in gebruik en geven gebruikers het gevoel van controle. Daarmee kunnen ze een deel van de traditionele hoorzorgmarkt aanspreken en dus concurrerend zijn met het audicienswerk. Tegelijkertijd biedt deze ontwikkeling
ook duidelijke kansen. Door de toenemende druk op de hoorzorg (wachttijden, personeelstekort en stijgende zorgvraag) kan automatisering helpen om meer mensen te bereiken en sneller te ondersteunen. Voor een deel van de populatie zijn deze technische oplossingen voldoende. Daardoor ontstaat ruimte in het zorgsysteem om aandacht en tijd te besteden aan mensen met complexe(re) problematiek die extra begeleiding nodig hebben. Kortom: geautomatiseerde hoorzorg groeit in kwaliteit en bereik, maar vervangt professionele zorg niet. Het vraagt van audiciens een open houding ten opzichte van technologie, maar ook een stevige inzet op kennis, meetvaardigheden en interpretatievermogen. Want juist daar, in de menselijke beoordeling van wat techniek ziet én niet ziet, zit de blijvende meerwaarde van de audicien.
DE AUDICIEN ALS VERBINDENDE PROFESSIONAL
De sessies gaven elk een ander perspectief op het audiciensvak, maar kwamen samen in een duidelijke rode draad: wie werkt aan beter horen, werkt met mensen. En dus vraagt het vak niet alleen technische kennis, maar ook communicatieve vaardigheden, klinisch inzicht en samenwerking over de grenzen van het eigen beroep heen. De audicien van de toekomst is een professional die durft te luisteren, vragen stelt, verbanden legt en verantwoordelijkheid neemt. Hoorzorgbeurs & Audiciencongres 2025 liet zien: de branche is volop in beweging – en de audicien beweegt mee!
Heb je de dag gemist, maar wil je toch een indruk krijgen?
Er is een aftermovie gemaakt die te bekijken is via de webiste van AuDidakt.
Dyon Scheijen
Kijkje achter de schermen
Monique is vakdocent aan de audicienopleiding, audicien en voorzitter van AuDidakt. Ze wil mensen aan het denken zetten, in de klas en daarbuiten. Haar missie: als je nieuwsgierig in het leven staat, ben je ook in staat om nieuwsgierig te zijn naar de ander, zonder dat je eigen ego in de weg zit.
Daar sta ik dan, zaterdagochtend om acht uur in Gorinchem. Ondanks een grenzeloos vertrouwen in onze eventmensen ben ik toch een beetje gespannen. De rest van het bestuur bladert door het draaiboek en markeert: waar moeten ze straks zijn, welke spreker begeleiden ze? Voor het eerst heb ik die taak niet. Dit jaar mag ik ‘gewoon’ netwerken. Mijn enige officiële taak: de opening. Mijn praatje zit in mijn hoofd en ik loop het nog even door. Iets te hardop blijkbaar, want mensen kijken op. Gelukkig krijg ik een bemoedigend knikje. Slechts een klein deel van de aanwezigen zal mijn opening echt volgen, maar dat maakt het niet minder spannend. Dan komen de eerste bezoekers binnen. Ik zet mijn denkbeeldige voorzitterspet op, heet mensen welkom, scan QR-codes en verwijs ze naar de juiste balie. Tot er steeds meer bekenden opduiken – oud-studenten, collega’s, vage gezichten met bekende ogen. Gezellig, maar ik houd de rij op. De scanner wordt vriendelijk uit mijn handen gehaald. Mijn nieuwe taak: bij de balie staan voor een praatje ná het inchecken. Ook goed! Dan is het tijd voor de opening en alles gaat ineens razendsnel. Tussen de bedrijven door loop ik even langs de zalen om te checken of iedereen goed zit. Toch fijn om nog een beetje nuttig te zijn. Na de opstart keert de rust terug. Mijn doel: alle stands bezoeken en de standhouders persoonlijk bedanken, maar na twee uur ben ik nog steeds bij de eerste. Dat moet sneller! Als de sessies afgelopen zijn, hoor ik gemengde reacties. Van: “Wat een inspirerende spreker” tot “Dit verhaal ken ik al.” Logisch ook. Het programma samenstellen was een hele puzzel. We zochten naar thema’s die aansluiten bij de praktijk, met sprekers die écht iets te vertellen hebben én dat op een leuke manier doen. Niet iedereen kun je blij maken, maar we blijven ernaar streven. De eerste dag zit erop. Ondanks slechte koffie, indoor regen en de lange lunchrij hoor ik vooral positieve geluiden. En ja, ook bij het uitchecken houd ik weer de rij op. Ik heb nog nooit zoveel gepraat op één dag, maar wat een fantastische dag.
Monique Joostema
Opschieten
Wat is de belangrijkste factor die je zakelijk succes bepaalt? Deskundigheid? Nee. Vriendelijkheid? Nee. De beste hooroplossingen? Zeker niet! Het is beschikbaarheid. Beschikbaarheid bepaalt de groei van een audicienspraktijk. Patiënten willen gehoord worden (...), niet over een maand, maar vandaag. Snelheid en comfort zijn de belangrijkste sleutels om die beschikbaarheid te garanderen. In een markt waar audiciens in Nederland vaak op elkaar lijken, biedt snelheid een kans op onderscheiding. Want maakt u zichzelf niets wijs: het gros van patiënten ziet geen duidelijk verschil tussen alle audiciensbedrijven in Nederland en ik ook niet. Differentiatie ontbreekt, geen bedrijf heeft de creativiteit gevonden om zichzelf herkenbaar en consistent anders in de markt te etaleren. Echt niet.
Patiënten met gehoorproblemen en hun echtgenoten willen snel geholpen worden. Een wachttijd van weken voor een eerste afspraak is dodelijk. Audiciens die binnen 48 uur een consult aanbieden, winnen vertrouwen. Online boekingssystemen die 24/7 beschikbaar zijn maken dit mogelijk. Twintig procent meer nieuwe patiënten door een ‘vandaag-boeken-morgen-geholpen’beleid is mogelijk. U, de snelle planner, kunt zich profileren als toegankelijker. Audiciens die binnen een uur terugbellen, laten zien dat patiënten belangrijk zijn. Grote ketens gebruiken geautomatiseerde systemen om leads direct op te volgen. In onze sector is vertrouwen cruciaal, een snelle reactie van een audicien helpt daarbij. Computerstemmen zijn een risico en bij sommigen zelfs een afknapper voor het vertrouwen, maar de technologie wordt steeds beter en wie weet zijn we al eens telefonisch geholpen door een robot zonder dat we er erg in hadden.
‘EEN WACHTTIJD VAN WEKEN
VOOR EEN EERSTE AFSPRAAK
IS DODELIJK’
Hans Mülder studeerde kernfysica en werd opgeleid tot klinisch fysicus audioloog. Hij heeft diverse uitvindingen en patenten op zijn naam voor draadloze microfoonsystemen, gehoorbescherming en soundfield. Hier deelt hij zijn vaak tegendraadse visie op alles wat relevant is voor de audicien.
Een patiënt die tien minuten wacht in een volle wachtkamer, voelt zich gefrustreerd, onder druk of gewoon niet happy. Audiciens die afspraken strak plannen en opstarten, tonen respect voor de patiënt. Met wachttijden van maximaal vijf minuten zal de patiëntretentie stijgen. Dit vereist discipline: buffers inplannen voor uitloop en realistische tijdsblokken voor afspraken en controles. Terwijl veel audiciens worstelen met overvolle agenda’s, is de noodzaak van intelligent plannen belangrijker dan ooit. Punctualiteit maakt een praktijk betrouwbaarder en professioneler. Veel merken brengen regelmatig nieuwe modellen uit, soms met verbeterde spraakverstaanbaarheid. Audiciens die als eerste nieuwe technologie aanbieden, trekken innovatiebewuste patiënten, de early adopters. Een audicien die direct bij de lancering van een belangrijk nieuw model demodagen organiseert, garandeert zichzelf meer afspraken. Dit vraagt om korte lijnen met leveranciers en een flexibele voorraad. Concurrenten die
Hans Mülder
afwachten, missen deze kans. Snelheid in adoptie positioneert een audicien als vooruitstrevend, een differentiërende eigenschap in een uniforme markt. Trends zoals draadloze connectiviteit of AI-gestuurde hoortoestellen winnen terrein. Audiciens die trainingen volgen en patiënten hierover informeren, bouwen autoriteit op. Dit vereist alertheid op vakbladen, beurzen zoals EUHA en contact met fabrikanten. Proactieve trendadoptie kan een unieke positie creëren, vooral bij jongere patiënten die technologie waarderen. Zo onderscheidt u zich van de wat meer reactieve audiciens. Nieuwe technologie vraagt om kundig personeel. Audiciens die hun team snel trainen in bijvoorbeeld nieuwe versies van aanpassoftware, tinnitusbehandeling of cochleaire implantaten, verbeteren hun dienstverlening. Online trainingen maken dit toegankelijker. Snelle kennisopbouw voorkomt dat patiënten elders hun heil gaan zoeken. In een markt waar expertise vaak gelijk is of als gelijk wordt waargenomen, kan een op de nieuwste ontwikkelingen getraind team, wat daardoor direct inzetbaar is, het onderscheid te maken. De training en nascholing moet dan natuurlijk ook op passende wijze gecommuniceerd worden.
Een moderne, efficiënte winkel/praktijk trekt patiënten. Audiciens die investeren in een open indeling met snelle check-in kiosken, verkorten de wachttijd. Een praktijk met een tablet-gebaseerd systeem, kan de intake met vijf minuten versnellen. Akoestisch comfort, zoals geluiddempende panelen, maakt de consulten aangenamer. Gedateerde inrichtingen kunnen echt niet meer. Een snelle, patiëntvriendelijke winkelervaring versterkt het imago van een vooruitstrevende audicien.
Snelheidsgarantie
De Nederlandse audicienmarkt is homogeen: veel praktijken bieden vergelijkbare merken, prijzen en service. De overheid heeft natuurlijk een kwalijke rol gespeeld in deze vorm van hamburgerhoorzorg. Snelheid biedt een unieke kans om op te vallen. Een audicien die direct afspraken plant, snel reageert en de nieuwste technologie als eerste heeft, creëert een reputatie van dynamiek en patiëntfocus. Een ‘snelheidsgarantie’, binnen 24 uur een afspraak, levert gegarandeerd meer boekingen op. Patiënten wachten jaren voordat ze iets aan hun gehoorverlies willen laten doen, maar als ze eindelijk over de streep zijn, willen ze niet nog een week extra wachten. Is dat redelijk? Geen idee, we hebben het te accepteren, het is zoals het is. Openingstijden zijn ook een enorme factor van betekenis voor beschikbaarheid. Toen ik nog in Zwitserland woonde en werkte, had ik een tandarts op een half uur rijden van waar ik woonde. Hij was elke dag open van 7 uur ’s morgens tot 9 uur ’s avonds en op zondag
gesloten. Ik kon ’s middags bellen en dezelfde avond geholpen worden. Zijn praktijk bloeide en groeide. Ja, in Zwitserland wordt duidelijk harder gewerkt dan elders in Europa; de werkweek is ongeveer zes uur langer dan in Nederland, maar niemand moest 14 uur per dag of 80 uur per week werken. De infrastructuur werd gewoon intensiever gebruikt, hetgeen de winstgevendheid enorm ten goede kwam, want zaken als huur zijn vaste lasten, die niet stijgen bij langere openingstijden. Van de extra omzet belandt uiteindelijk veel meer onder de streep. Snelheid is geen luxe, maar een noodzaak. Patiënten die praten over uw uitzonderlijke service zijn uitstekend voor organische groei. In een cultuur waar ‘goed genoeg’ de norm is, maken snelheid en beschikbaarheid u memorabel. Als u dan nog Femke Bol inhuurt als celebrity is uw marketingcampagne al voor 90% gedefinieerd.
‘DE NEDERLANDSE AUDICIENMARKT IS HOMOGEEN: VERGELIJKBARE MERKEN, PRIJZEN EN SERVICE’
Tot slot: als u millennials (geboren 1981 tot 1996) in dienst heeft, is een enigszins aangepaste managementstijl noodzakelijk. Op LinkedIn wordt een overdreven hoeveelheid nonsens gepost over leiderschap, work-life balance en zingeving, alsof er niet meer ook gewoon gewerkt moet worden, maar een beetje ervan klopt wel. Communiceer heel helder waarom snelheid belangrijk is, waarom je met een negen tot vijf-mentaliteit de oorlog niet gaat winnen en welke kansen differentiatie biedt, voor de onderneming én voor de werknemer zelf. Beloon initiatieven en inspanningen. Geld of een bonus is niet altijd het slimste middel. Een ouderwetse schouderklop kan wonderen doen. Succes!
Gehoortraining met de ALICE app
Een waardevolle aanvulling op het hoorzorgtraject
Je hebt een hoorapparaat bij iemand aangemeten. Technisch gezien klopt alles, maar toch ervaart de cliënt niet het gewenste resultaat. Omdat goed horen meer is dan alleen de aanschaf van een gehoorapparaat. We praten met Céline Jacobs, medeoprichter en CEO van de ALICE app, een app die cliënten helpt om hun gehoor en communicatievaardigheden te verbeteren.
Je herkent het vast wel: cliënten waarbij je als hoorzorgprofessional je uiterste best doet en tot een optimale hoortoestelafstelling komt, maar effectieve communicatie blijft een uitdaging.
“Uit onderzoek weten we dat complete hoorzorg meer is dan het aanpassen van een hoortoestel. Ondanks goede technologie merkte ik dat cliënten last bleven ondervinden in moeilijke situaties, bijvoorbeeld met veel achtergrondlawaai. Ze bleven zitten met verwachtingen en het hoortraject pakte niet zo goed uit als gehoopt.”
Aan het woord is de bevlogen Vlaamse Céline Jacobs, audicien in haar eigen praktijk en erg actief in het veld. “Het is niet dat als je een hoortoestel hebt, je automatisch alles verstaat. Naast de techniek is counseling heel belangrijk: in welke situaties gebruik je iets en hoe ga je het best met het apparaat om. Daarnaast is ook hoortraining heel belangrijk. Pas als
je die drie samenbrengt, is er sprake van complete hoorzorg. Een hoortoestel zorgt ervoor dat je beter kunt horen, hoortraining zorgt voor een beter begrip en verstaan.”
Gehoor is meer dan techniek alleen; het is een vaardigheid die getraind moet worden. Een hoortoestel is slechts een deel van de oplossing. Oefenen en de juiste begeleiding zijn essentieel voor een optimaal resultaat, maar vaak ontbreekt het de audicien aan tijd en kennis om een cliënt gehoortraining te bieden.
Céline: “De hoortoestellen zijn tegenwoordig zo goed dat mensen alle geluiden horen. Dat versterkt niet automatisch het begrip van die geluiden of het kunnen focussen op de juiste klanken. Het is ons brein dat dat moet gaan doen. Het lukt niet altijd automatisch bij elke cliënt. Dat levert frustratie op en luistervermoeidheid, zeker bij achtergrondlawaai. Ik had het gevoel dat er binnen de hoorzorg nog veel ruimte was voor optimalisatie op het gebied van counseling en voor aanvullende diensten zoals hoortraining en communicatievaardigheden. Maar we weten ook allemaal hoe druk we het als audicien al hebben. Daarom ben ik heel erg blij met ALICE. Voor mij is dit echt the missing link in het hoorzorgtraject.”
ALICE staat voor Assistant for Listening and Communication Enhancement. Met de app traint de cliënt zijn luistervaardigheden. Het is de eerste Nederlandstalige app voor gehoortraining. De achtergrond ligt bij de KU Leuven. Céline: “Al ruim twintig jaar doet professor Astrid van Wieringen van de KU Leuven onderzoek naar gehoortraining, met een focus op het verbeteren van de luistervaardigheden. Dat resulteerde in de ‘LUISTER’ app, die vooral gebruikt werd voor onderzoek. Inmiddels is die app uitgebouwd en aangepast tot de ALICE app en kan hij ook in de audicienpraktijk ingezet worden. Tot nu toe was hoortraining beperkt tot de logopedist of het werd in het audiologisch centrum gegeven, nu is er ook een oplossing voor in de audicienspraktijk.”
HOE WERKT HET?
Céline: “De app is bedoeld voor alle mensen die moeite ondervinden met spraakverstaan en actief willen werken aan hun luistervaardigheden. Dat gaat van ernstige slechthorendheid met een CI tot mensen met mild of licht gehoorverlies. Ook mensen met nog normale gehoordrempels, die moeite ondervinden in moeilijke situaties, kunnen er baat bij hebben. Als je ouder wordt, worden het focussen en het geheugen minder. Bovendien is ALICE geschikt voor eenzijdige slechthorenden. Normaal is het lastig om je gehoor te trainen als je maar één slechthorend oor hebt, maar door middel van bluetooth kan de app-training direct naar je niet-dominante oor worden gestuurd.”
De app gaat uit van een kwartiertje oefenen per dag. Dat is voor iedere cliënt gelijk, maar verder werkt de app voor iedereen persoonlijk. Er wordt gestart met twee tests: de Digit Triplet-test bepaalt je niveau van spraakverstaan in lawaai en de foneem-identificatietest, die bepaalt hoe goed je verschillende klanken (fonemen) kan identificeren. Met deze tests wordt het beginniveau bepaald. Céline: “Het fijne is dat mensen zelfstandig aan de slag kunnen. Je kunt de app rechtstreeks naar het hoortoestel streamen, maar je kunt ook in het vrije veld oefenen voor een meer realistische situatie. Als je in het vrije veld oefent, kan je je partner mee laten luisteren, zodat er meer begrip ontstaat. Als gebruiker oefen je
WIE IS CÉLINE?
Céline Jacobs (38) is afgestudeerd audioloog en heeft inmiddels meer dan vijftien jaar ervaring in de hoorzorgsector. Ze richtte haar eigen praktijk op, Hoorcentrum Céline Jacobs en een multidisciplinaire groepspraktijk, Praktijk 2230. Ze is ook oprichter van Audioknowledgy, een opleidingscentrum dat audiciens versterkt met praktische en actuele kennis via onder meer een jaarlijkse Masterclass. Daarnaast is Céline medeoprichter en algemeen directeur van Celes, het bedrijf achter de ALICE-app.
dagelijks op je eigen moeilijkheidsgraad. Afhankelijk van de resultaten worden de oefeningen moeilijker. De app biedt vijf soorten oefeningen: klinkers, medeklinkers, woorden, stemmen en klemtonen en zinnen. Welke oefeningen wanneer worden aangeboden, bepaalt het algoritme van ALICE op basis van de resultaten. Zakken je resultaten, dan wordt een oefening even niet aangeboden of wordt de moeilijkheidsgraad aangepast. Als je beter wilt worden in iets herhaling belangrijk.
Het heeft veel meer effect als je elke dag even oefent, dan wanneer je er eens per maand twee uur voor gaat zitten. We snappen dat het lastig is om gemotiveerd te blijven, maar als je beter wil worden in een vaardigheid is repetitiviteit heel belangrijk. Toch onderzoeken we nu hoe we een beloningsmodel kunnen toevoegen aan de app, zodat mensen blijven oefenen.”
DASHBOARD
De hoorzorgprofessional - de logopedist, audioloog of audicien - heeft toegang tot een professioneel dashboard waarop de resultaten van de training zichtbaar zijn. Via een individuele training of een webinar wordt de hoorzorgprofessional getraind in het interpreteren van de resultaten.
Céline: “Met het dashboard kun je de voortgang van je cliënten monitoren. Hierdoor krijg je meer inzicht in het probleem en kun je je cliënt nog beter begeleiden.
‘ZONDER
VEEL ERVARING IN HOORTRAINING KUN JE JE CLIËNTEN
HOORTRAINING, BEGELEIDING EN
OEFENING BIEDEN, ZONDER DAT HET
JOU EXTRA WERKDRUK OPLEVERT’
Zonder veel ervaring in hoortraining kun je je cliënten met ALICE toch op een laagdrempelige en toegankelijke manier hoortraining en begeleiding bieden, zonder dat het jou extra werkdruk oplevert. Hiermee toon je je als audicien betrokken en vaardig. Je kunt zelf geen hoortraining aanbieden, daar heb je de tijd en de kennis niet voor, maar op deze manier kun je toch voor complete hoorzorg zorgen. Uit klinische studies bij zowel hoortoestel- als CI-patiënten blijkt dat de app een mooie verbetering oplevert. Het feit dat alles wetenschappelijk is gevalideerd, geeft mij veel vertrouwen. We zijn nu een halfjaar bezig en de belangstelling is groot. Ik gebruik de app ook in mijn eigen praktijk en vind de resultaten verbluffend. Gebruikers ondervinden vooral veel voordelen in parameters die we niet kunnen meten, zoals de verminderde luisterinspanning in lastige situaties, maar ook een verhoogd zelfvertrouwen. Ik heb een cliënt die vertelde dat ze voor het eerst in vijf jaar haar telefoon had durven opnemen. Ik denk dat we met ALICE vooral mensen empoweren in luisteren en communiceren.”
HOE WERKT HET?
De app werkt op basis van een licentiemodel, waarbij de audicien licenties aankoopt, die hij doorverkoopt aan de cliënt. De audicien bepaalt zelf de prijs. De licentie geldt voor een jaar, de cliënt kan jaarlijks verlengen. Céline: “Momenteel zijn er al een aantal centra in België die met ALICE werken en vooral de zelfstandige audiciens pakken het massaal op. We zijn in gesprek met diverse ketens. We werken graag samen met elke audicien die interesse heeft, ook in Nederland. Ons doel is om ALICE een vast onderdeel te maken van gehoorzorg binnen de audicienpraktijk, want daar hebben zowel de hoorzorgprofessional als de hoorzorgcliënt baat bij.”
MEER
WETEN? SCAN DE QR-CODE.
Foto: Studio Waves and Woods
Geeske van Voorthuijsen
Dagboek van Geeske Verstaanbaarheid
Los van het daadwerkelijke geluid dat ik wel of niet meekrijg, zijn er ontzettend veel factoren die ervoor zorgen dat ik iets wel of niet versta. Heb ik de context meegekregen? Is de geluidskwaliteit van een microfoon goed? Heeft iemand een zwaar accent? In wat voor ruimte vindt het gesprek plaats? Omdat die lijst best lang kan zijn, heb ik voor nu een paar dagelijkse elementen gepakt, die voor mij veel invloed hebben op het wel of niet verstaan.
Geeske van Voorthuijsen is illustrator en slechthorend. Ze heeft een scherp oog voor de non-verbale communicatie en tekent veel over slechthorendheid.
Meer Geeske?
Instagram: @hearing_hard en geeske-illustrations.nl
ReSound Vivia launch
De belangstelling was groot voor de introductie van de ReSound Vivia, het nieuwste paradepaardje van GN Hearing en dat was niet zonder reden. Met
Vivia presenteert GN hun eerste AI aangedreven hoortoestel en het is ook nog eens het kleinste AI-aangedreven hoortoestel ter wereld.
De lanceringsbijeenkomst bereiken was niet vanzelfsprekend, want met de afsluiting van de A12 die dag was de prachtige locatie in hartje Utrecht lastig bereikbaar. Wie het was gelukt, werd beloond met een dag die de stand van zaken én de toekomst van hoorzorg in beeld bracht.
OPENING
De aftrap kwam van Mirjam Jans (Country Lead Benelux), die de context schetste waarin ReSound Vivia gelanceerd wordt. Nederland kent een grote groep mensen met gehoorverlies, maar slechts 50% van hen draagt daadwerkelijk een hoortoestel. Ondertussen groeit de doelgroep gestaag: in 2050 wordt een toename van meer dan 60% verwacht. Die groei biedt potentie, maar stelt de sector ook voor forse uitdagingen. Het tekort aan zorgprofessionals is urgent en wordt breed onderkend als bedreiging voor de kwaliteit van de hoorzorg. Tegelijkertijd blijft het consumentenvertrouwen opmerkelijk stabiel. In een markt die onder druk staat, biedt dat vertrouwen een belangrijke basis.
SUCCESFACTOREN
Kyra Geys (Field Trainer) gaf inzicht in de factoren die bepalend zijn voor het succes van een hoortoestel. De meest genoemde reden om een toestel te willen? Verstaan in lawaai, een probleem dat 87% van de gebruikers ervaart. Andere factoren die belangrijk zijn voor slechthorenden bij het aanschaffen van een gehoorapparaat zijn connectiviteit, gebruiksgemak, design, comfort, oplaadbaarheid en uiteraard de prijs. Opvallend zijn ook de succesfactoren rond de verstrekking zelf. Klanten die direct naar de audicien gaan, hebben een hogere slaagkans dan wie via de huisarts wordt doorverwezen. Afspraken later op de dag leveren betere resultaten op (opvallend!), net als aanpassingen in de winkel in plaats van het audiologisch centrum. Is de partner erbij? Dan neemt het succes van de hoortoestelproef significant toe. En wanneer er in het intakegesprek ook in wordt gegaan op medische complexe vragen, stijgt het commitment. Maar het gebruik stopt niet bij de aanpassing. Uit onderzoek blijkt dat 54% van de klanten problemen met hun toestel niet spontaan meldt. Van de problemen die wél gemeld worden, blijft 46% onopgelost. Een gemiste
kans en een oproep aan de audiciens om communicatie en nazorg actiever en zorgvuldiger in te richten.
WAAROM HET TOESTEL SOMS IN DE LA VERDWIJNT
Niet iedereen die een hoortoestel aanschaft, draagt het ook. De argumenten daarvoor zijn hardnekkig: een laag ervaren voordeel, teleurstellende prestaties in rumoer, fysiek ongemak en het sociaal stigma. Toch laat de impact op kwaliteit van leven iets anders zien. In 2015 gaf 48% van de gebruikers aan dat het toestel hun leven had verbeterd. In 2022 was dat percentage gestegen naar 64%. De meerwaarde is er, maar wordt niet altijd voldoende ervaren of overgebracht.
150 JAAR GN: TECHNOLOGIE MET EEN MISSIE
Antonella Schiavoni (senior Trainer) nam het publiek mee in het verhaal van GN, dat in 2025 zijn 150-jarig bestaan viert. Een rijke geschiedenis met veel “industry firsts”, zoals de open aanpassing. Met ReSound Vivia komt GN met een nieuwe standaard: verhoogde intelligentie, kleinere toestellen, meer gebruiksgemak en vooral een versterkte focus op verstaan in complexe situaties. Antonella benoemde ook de vragen en zorgen. Op de stelling “Gaat AI de wereld vernietigen?” reageerde ze met een lach: “Niet zonder mensen.” AI is geen autonoom brein, maar een middel dat, mits goed toegepast, gebruikers juist meer regie kan geven over hun eigen hoorervaring.
HOE EN WAT LEG JE UIT AAN JE KLANT?
Tijdens een interactieve sessie werden deelnemers uitgedaagd. Hoe vertel je een klant over DNN (Deep Neural Networks), AI of auracast – zonder te verdwalen in techniek? Het antwoord: je hoeft niet alles uit te
leggen. Beter is het om te benoemen wat het oplevert. AI is misschien een magisch woord, maar waar het om gaat, is de toepassing: intelligente focus, intelligente ruisonderdrukking, meer rust in het hoofd, beter verstaan in rumoer.
Er werd uitvoerig gediscussieerd en er werden veel vragen gesteld. Wat onderscheidt ReSound Vivia van andere merken? Er kwam duidelijk naar voren dat elk hoortoestelmerk AI op zijn eigen manier inzet, elk met hun eigen filosofie. Ook werd het duidelijk tijdens de discussie dat het erg belangrijk is om klanten te helpen hoe zelfverzekerd met alle nieuwe techniek om te gaan. Natuurlijk had elke audicien zijn eigen mening en aanpak, leuk om dit van elkaar te horen!
ZELF ERVAREN: DEMOSTANDS
Na de lunch konden de audiciens op de demostands de nieuwe technologieën van dichtbij beleven onder begeleiding van Gerard Wijnen, Antonella en Kyra: 1. Levende luisterervaring: Gerard demonstreerde de ReSound Vivia live. De aandacht lag natuurlijk op de intelligente focus en hoe het toestel presteert in een zeer lawaaiige omgeving. Hij vertelde dat het toestel het geluid opsplitst in 17 frequentiebanden en is getraind op spraak in lawaai. Zo vertelde hij nog veel meer technische specificaties, maar het was vooral gaaf om te horen wat een verschil de intelligente focus maakt. Werkelijk alles was te verstaan in het speciale AI-programma, zelfs met een hard rumoer van alle kanten, opgewekt met een box die rondom het testhoofd bewoog tijdens de uitleg.
2. Vervangbaar microfoonfilter: een kleine technische wijziging met veel impact – 40% van de reparaties blijkt namelijk te maken te hebben met verstopping van dit filter. Op een van de demostands konden we zelf ervaren hoe dat in zijn werk gaat.
3. Auracast: de nieuwe standaard die al in openbaar vervoer in Duitsland wordt toegepast en vanaf 2027 op alle nieuwe televisies aanwezig zal zijn. Met de nieuwe auracast assist-app kunnen gebruikers direct verbinding maken met auracast-zenders of hun eigen auracast tv-streamer delen met andere gebruikers.
4. Fitting software: Smartfit is eenvoudiger en betrouwbaarder. Bluetooth hoeft niet meer uit, het toestel hoeft niet meer aan en uit en er zit een functie in om de compatibiliteit van de mobiele telefoon direct te testen via een QR-code.
CONCLUSIE
Opvallend is dat de ReSound Vivia met zijn mooie design duidelijk het kleinste AI-toestel op de markt is. Het was zeer waardevol om de technologische vernieuwingen zelf te kunnen ervaren en daarover met collega’s in gesprek te gaan. Een leuke en informatieve dag, op een prachtige locatie, met een inhoudelijk sterk programma en volop ruimte tussen de sessies om ideeën uit te wisselen. Het was leuk om te leren hoe ReSound AI inzet in hun nieuwe toestellen. We zijn benieuwd hoe klanten de nieuwe Vivia gaan ervaren!
Het vervolg van de Maak Geluid-campagne
Oktober 2024 werd de campagne ‘Maak Geluid’ gelanceerd. De campagne die moet zorgen dat er meer mensen kiezen voor het vak van audicien werd breed gedragen. Ook op de Hoorzorgbeurs waren de campagnemakers weer aanwezig. Wij spraken Pieter de Munnik, die zitting had in de werkgroep ‘Maak Geluid’, over de campagne en hoe het nu verder gaat.
De campagne ‘Maak Geluid’ is een branche brede campagne: met vertegenwoordigers van GAIN, brancheverenigingen NVAB, De Kwaliteitsaudiciens (DKA), HoorProfs, Collectief van Zelfstandig Audiciens (CvZA) en de DHTA, die de audicienopleidingen vertegenwoordigt. Deze arbeidsmarktcampagne was niet alleen bedoeld om de bekendheid van het beroep audicien te vergroten en het imago te verbeteren, maar wil zich vooral ook richten op de instroom van nieuwe audiciens Wij schoven aan tafel bij Pieter de Munnik (Talent Manager bij Amplifon | Beter Horen) die namens de Kwaliteitsaudiciens zitting had in de ‘Maak Geluid’ -werkgroep.
Heeft de campagne al iets gebracht?
Pieter de Munnik: “Uiteindelijk willen we, kort gezegd, meer audiciens in de branche. Dat is een doel dat je niet een-twee-drie bereikt. De opleiding tot audicien duurt twee jaar, dus je hebt niet direct meer audiciens. Wat we hebben gezien is dat de campagne veel reacties heeft opgeleverd op LinkedIn. Er is veel gedeeld en op die manier heeft het zeker wat opgeleverd. Uiteindelijk zou je in de cijfers van de opleiding een stijging willen zien, maar dat is op dit moment niet concreet. De enige cijfers die we nu hebben, zijn de StAr-cijfers. Volgens die nummers is het aantal werkende StAr geregistreerde audiciens op dit moment 1514 (juni 2025). Dat betekent dat het iets is gestegen ten opzichte van vorig jaar (1495 geregistreerde audiciens). Het aantal audiciens loopt in ieder geval niet terug op dit moment, maar dat gezegd hebbende, blijft het natuurlijk hartstikke nodig om meer mensen op te leiden tot audicien.”
Ik denk dat iedereen in audiciensland het initiatief wel kent, maar is het ook buiten de branche opgepikt?
Pieter: “Ik denk eerlijk gezegd dat er ook binnen de branche nog winst te behalen valt. Zeker niet alle zelfstandige audiciens zijn heel actief op LinkedIn. Ik weet dat er op een recruitment en arbeidsmarktcommunicatie platform (Werf&) een groot artikel is verschenen, dus we zijn zeker wel opgemerkt.”
Maar staan jullie ook op studiebeurzen met ‘Maak Geluid’?
Pieter: “Het zou natuurlijk heel mooi zijn, maar de vraag blijft: hoe gaan we dat inrichten? Wie gaat daar de kar trekken? In de werkgroep zaten allemaal mensen die dit naast hun dagjob hebben gedaan. De pot met geld is op, de campagne is gelanceerd, de vraag en uitdaging is nu: Hoe gaan we het voor de langere termijn nog steeds zichtbaar maken en houden? Het zou heel mooi zijn om op studiebeurzen te staan, maar ik denk dat dit vanuit de opleidingen gezamenlijk opgepakt zou moeten worden, maar daar zijn we nu nog niet. Wie pakt welke rol? Iedereen wil het graag, maar hoe ga je het regelen en hoe ga je zorgen dat je als branche als één stem naar buiten treedt?”
VERVOLGSTAPPEN
Pieter de Munnik: “Namens ‘Maak Geluid’ hebben we op de AuDidakt hoorzorgbeurs gestaan. Er is die dag een compilatievideo gemaakt waarin de mensen van de ‘Maak Geluid’-campagne aan verschillende audiciens vragen stellen. Dat is een catchy filmpje dat ingezet kan worden via verschillende kanalen, via de winkelvloer of op LinkedIn en andere social media kanalen. Met dat filmpje kunnen we de vooroordelen over het vak aanpakken. Dat stukje bewustwording kunnen de audiciens zelf oppakken. Als ik zo terugkijk, hebben we best veel bereikt, met een site en goed beeldmateriaal. Dat ligt nu bij alle audicienbedrijven, die het zelf kunnen uitdragen in hun eigen netwerk, bij
eigen vacatures en vooral ook als zij daarmee studenten werven. Buiten winnen is immers binnen beginnen! Ook de opleiders zijn nu echt aangehaakt met banners en zeker ook het filmpje dat ze kunnen gebruiken bij informatieavonden van henzelf. De volgende stappen worden nu uitgedacht; zo zullen we ook richting stichting Hoormij materiaal gaan ontwikkelen: iedere klant heeft immers ook familie, die mogelijk op zoek is naar een leuke job in de hoorsector en ook het UWV hebben we in het vizier. Alweer even geleden publiceerde zij een lijst met meeste baangarantiekansen, daar stond de audicien ook al op! De werkgroep komt niet actief meer bij elkaar, maar blijft in contact met de opleidingen en de brancheverenigingen om het gesprek over de campagne gaande te houden. We hebben nog niet heel scherp hoe dat er voor het komende jaar uit gaat zien. De werkgroep doet het naast het gewone werk, dus operationeel zal er een nieuw team geformeerd moeten worden. Zeker als we ook echt bredere voorlichting willen realiseren of op beurzen willen gaan staan. Het zal een kwestie van de lange adem worden. Als we de bekendheid met het beroep audicien willen vergroten, zullen we er in ieder
geval voor moeten zorgen dat we geregeld op diverse plekken zichtbaar zijn. En dat kunnen we alleen samen met de opleiders doen.”
WIL JIJ GELUID MAKEN?
Om de branche een warm hart toe te dragen, moeten we geluid blijven maken. Alle flyers, posters, banners, etc. zijn te downloaden via de website van ‘Maak Geluid’. Hierop vind je ook het filmpje van de AuDidakt beurs.
Losbandig zelfstandig?!
Thijs Thielemans
Thijs is ondernemend audioloog met een missie om de audiologie in Nederland op klinisch en onderwijsgebied op een hoger niveau te tillen. Hij werkt als klinisch fysicus-audioloog en richtte in 2018 het Hoortoestel Advies Centrum in Eindhoven op. Zijn hart ligt bij de combinatie van techniek en het directe contact met mensen.
Inmiddels ruim zes jaar geleden heb ik de stoute schoenen aangetrokken en ben ik na jaren in loondienst als zelfstandig specialist doorgegaan. Ik kon simpelweg mijn ei niet meer kwijt binnen de muren van een grote zorgorganisatie. Als mensen mij vragen of ik spijt heb van deze stap, kan ik zeggen dat ik enkel spijt heb van het feit dat ik deze niet eerder heb gezet. De stap was niet onomstreden; een groot aantal mensen heeft uiteraard een mening gehad en heeft deze nog steeds over mijn keuze om buiten de lijntjes te gaan kleuren. Gelukkig zijn er ook progressieve collegae die het entrepreneurschap accepteren en soms zelf omarmen en oppakken.
Aan het begin van het jaar las ik een artikel van de Kamer van Koophandel over het aantal zzp’ers dat opnieuw (verder) is afgenomen. Binnen de zorg was de daling het grootst. Op LinkedIn zie ik echter steeds meer zelfstandigen en/of freelancers in de audiologie voorbij komen. Audiciens die op projectbasis op verschillende plaatsten tekorten invullen, een eigen onderneming zijn gestart of het solistisch werken op een andere manier invullen. Ik kon hier helaas geen exacte gegevens over vinden. Komt mijn perceptie overeen met de werkelijkheid of wordt deze gestuurd door mijn algoritme? Is de audiologiebranche anders dan de andere en neemt het individueel werken hier echt toe? Is er binnen deze groep functionarissen behoefte aan meer vrijheid? Geeft het (over)geprotocolleerd systeem misschien te weinig bewegingsruimte? Of zijn er andere redenen om op zelfstandige benen te willen staan?
De regels, eisen en wetten zijn voor zelfstandigen of personeel in loondienst niet heel veel anders. De kwaliteit waaraan je moet voldoen is voor elke gelijke vakidioot vergelijkbaar. Blijkbaar is het als zelfstandige gevoelsmatig makkelijker om volgens de vele regels te werken dan wanneer je voor een werkgever werkt. Waarom wordt er zo weinig ruimte gegeven om te ondernemen in loondienst? De stap naar zelfstandigheid is zeker niet altijd rozengeur en maneschijn. Je bent en blijft zelf verantwoordelijk voor alle processen. Je kunt niemand de schuld geven van fouten en problemen. Uiteindelijk zul je de ellende alsnog zelf moeten oplossen. En als dat lukt? Dan geeft dat een geweldig succesgevoel.
Is het voor iedereen weggelegd? Zeker niet. Zijn zelfstandigen nodig? Naar mijn mening zijn ze noodzakelijk om wegen vrij te maken en die wegen te bewandelen waar anderen zich nog niet aan hebben durven wagen.
NAL-NL2 evolueert:
De nieuwe NAL-NL3 rekenregel gepresenteerd op de AAA
In maart 2025 introduceerden Dr. Brent Edwards en Dr. Padraig Kitterick van de National Acoustic Laboratories (NAL) de nieuwe rekenregel NAL-NL3. Deze opvolger van het wereldwijd veelgebruikte NAL-NL2 is een stap voorwaarts voor het instellen van de hoortoestellen. Niet alleen verfijnt NAL-NL3 de bestaande rekenregel, de NAL introduceert ook een fundamenteel andere filosofie: modulaire rekenregels die aansluiten bij uiteenlopende luisterbehoeften.
NAL-NL2 werd vijftien jaar geleden gelanceerd en groeide uit tot de meest gebruikte rekenregel ter wereld. Toch kwamen uit praktijkonderzoek en internationale feedback structurele tekortkomingen aan het licht. Bij bepaalde gehoorverliezen, zoals lage-tonenverliezen of gemengde hoorverliezen, bleek de fitting niet altijd optimaal. Bovendien bood NAL-NL2 geen handvatten voor een groeiende groep cliënten met subjectieve luisterproblemen, maar zonder meetbaar gehoorverlies. Deze mensen, met een normale gehoordrempel, maar klachten in rumoer, vielen buiten het bereik van traditionele rekenregels.
EEN MODULAIRE STRUCTUUR
NAL-NL3 bestaat uit een algemene basisrekenregel - de NAL-NL3-rekenregel - en een reeks aanvullende modules voor specifieke luistersituaties of doelgroepen. In de eerste release zijn twee modules beschikbaar:
• NAL-NL3 Minimal Hearing Loss Module: gericht op cliënten met normale hoordrempels, maar luisterproblemen in rumoerige situaties.
• NAL-NL3 Comfort in Noise Module: ontworpen om luistercomfort te verbeteren bij lawaai zonder in te leveren op spraakverstaan.
De Minimal Hearing Loss module wijkt fundamenteel af van de traditionele fittingfilosofie. In plaats van gain toe te passen om verlies te compenseren, richt deze module zich op luisterondersteuning zonder hoorbaar verlies. Hoortoestellen worden ingezet om signaalruisverhoudingen te verbeteren en luisterinspanning te verminderen, met behoud van comfort en natuurlijkheid. De Comfort in Noise module biedt een oplossing voor gebruikers die veelvuldig in lawaaiige omgevingen verkeren. Deze rekenregel maximaliseert luistercomfort zonder spraakverstaan negatief te beïnvloeden. Uit evaluaties blijkt dat gebruikers deze instelling significant verkiezen boven standaardaanpassingen op basis van NAL-NL2.
MACHINE LEARNING
Een belangrijke innovatie binnen NAL-NL3 is het gebruik van big data en kunstmatige intelligentie. Waar NAL-NL1 en NAL-NL2 werden ontwikkeld op basis van respectievelijk 300 en 1000 audiogrammen, is NAL-NL3 gebaseerd op miljoenen echte fittingen. Deze zijn geanalyseerd met behulp van neurale netwerken en geverifieerd via ruim 1500 REM-metingen én gebruikersfeedback. Wat betekent dit voor de praktijk van de audicien? De introductie van NAL-NL3 betekent niet dat audiciens hun werkwijze radicaal moeten aanpassen. Fabrikanten van hoortoestellen zullen NAL-NL3 waarschijnlijk integreren in hun fittingsoftware vanaf eind 2025. Ook verificatiesystemen zoals REM-software worden voorzien van NAL-NL3-doelcurves. De basisfitting blijft grotendeels herkenbaar voor wie met NAL-NL2 werkt. Toch zijn er een aantal verbeteringen: betere prestaties bij complexe audiogrammen (zoals lage-tonenverlies en gemengd verlies), een gevalideerde manier om een hoortoestel aan te passen bij minimale gehoorverliezen en meer flexibiliteit bij het instellen van verschillende luisterprogramma’s.
VALIDATIE EN KLINISCHE ONDERBOUWING
NAL-NL3 is uitvoerig getest in meer dan 25 klinieken in Australië. In totaal werden meer dan vijfhonderd cliënten gefit met de nieuwe formule. De resultaten tonen aan dat zowel de algemene fitting als de modules goed presteren. Cliënten gaven aan dat ze NAL-NL3 prettiger vonden klinken dan eerdere aanpassingen gebaseerd op NAL-NL2. Ook waren er meetbare verbeteringen bij verstaanbaarheid in lawaai.
CONCLUSIE
NAL-NL3 betekent een belangrijke vernieuwing in de manier waarop we hoortoestellen aanpassen. Door de modulaire flexibiliteit en de grote hoeveelheid data waar de regel op is gebaseerd, stelt het systeem de audicien in staat om nog preciezer en persoonlijker aan te passen. We zijn benieuwd naar de ervaringen van onze lezers hoe zij de nieuwe regel in de praktijk vinden presteren.
De brughoektumor
Onlangs organiseerde Earhelp samen met AudiCate een webinar. Thijs Jansen (kno-arts) en Thijs Thielemans (klinisch fysicus-audioloog) namen de deelnemers mee langs alle ins & outs van deze aandoening en wisten precies uit te leggen hoe belangrijk de rol van de audicien hierbij is.
Eenzijdig en/of asymmetrisch gehoorverlies komt in de praktijk van de audicien regelmatig voor. Meestal is er een duidelijke oorzaak, maar soms klopt het plaatje net niet: het audiogram wijkt af van wat je zou verwachten of het spraakverstaan blijft opvallend achter. Juist dan is het belangrijk alert te blijven. Een brughoektumor is een zeldzame, meestal goedaardige aandoening, die zich vaak langzaam en met klachten aandient. Toch kan het van groot belang zijn om deze op tijd te signaleren. Tijdens een verdiepende sessie voor hoorzorgprofessionals namen kno-arts Thijs Jansen en audioloog Thijs Thielemans de aanwezigen mee in het verhaal achter deze aandoening – vanuit zowel medisch als audiologisch perspectief.
‘HET IS BELANGRIJK DAT AUDICIENS
ALERT BLIJVEN OP AFWIJKINGEN’
WAT IS EEN BRUGHOEKTUMOR EN WAAROM MOET JE
ALERT ZIJN?
Thijs Jansen opende de presentatie met het medische deel. Hij schetste het beeld van een tumor die ontstaat op een lastige plek: de zogenaamde brughoek, het overgangsgebied tussen binnenoor en hersenstam. Hier lopen de gehoor- en evenwichtszenuw vlak langs de aangezichtszenuw. Als daar een gezwel groeit – meestal een vestibulair schwannoom – kan dat effect hebben op meerdere functies. Gelukkig zijn deze tumoren vrijwel altijd goedaardig en groeien ze traag. Toch kan de impact groot zijn. Het gehoorverlies komt vaak geleidelijk en aan één kant, met soms tinnitus of een vage druk op het oor. Balansklachten blijven meestal uit of worden goed gecompenseerd. Gezichtsproblemen wijzen vaak op een vergevorderd stadium. “Juist omdat de klachten zo vaag zijn”, benadrukt Thijs, “blijft de diagnose in het begin vaak onder de radar.”
Hij maakt duidelijk dat de incidentie laag is met slechts enkele honderden nieuwe gevallen per jaar in Nederland. Toch is de kans om als audicien zo’n geval tegen te komen groter dan je op basis van dat getal zou denken.
“Jullie zien alle slechthorenden, wij alleen degenen die doorgestuurd worden.”
VERWIJSCRITERIA VOLGENS HET NOAH-PROTOCOL
Een belangrijk deel van het verhaal ging over de rol van de audicien. “Je hoeft niet te weten of iemand een brughoektumor heeft”, stelde Jansen, “maar je moet weten wanneer je het niet kunt uitsluiten.” Daarvoor bestaan duidelijke verwijscriteria, vastgelegd in de NOAH-protocol veldnorm.
Bij asymmetrisch perceptief gehoorverlies gelden deze drempels:
• 10 dB verschil bij drie opeenvolgende frequenties
• 15 dB verschil bij twee
• 20 dB verschil bij één (binnen het bereik van 500 t/m 8000 Hz)
Ook regressie bij spraakverstaan, een plotseling gehoorverlies of een onverklaarbaar verloop zijn redenen om te verwijzen. Als je klant aan deze criteria voldoet, is verwijzen de regel.
De beslissing óf er daarna een MRI-scan komt, ligt bij de kno-arts. Jansen liet zien hoe in die afweging verschillende factoren meespelen: leeftijd, medische voorgeschiedenis, recente beeldvorming en de vraag of de uitkomst invloed heeft op het beleid. “Soms is geruststelling voor de patiënt al voldoende reden om tóch te scannen.”
BELEID: VAAK KIJKEN, SOMS BEHANDELEN
Behandeling van een brughoektumor is vaak niet nodig. Bij kleine, stabiele tumoren wordt meestal gekozen voor ‘wait and scan’: periodieke MRI’s om de groei in de gaten te houden. Pas als de tumor duidelijk groeit of als klachten toenemen, wordt overwogen om te bestralen of te opereren. Het uitgangspunt is altijd: zo min mogelijk schade, zo veel mogelijk behoud.
DE AUDIOLOGISCHE KANT – METEN EN INTERPRETEREN Na de medische inleiding nam Thijs Thielemans het stokje over met het audiologisch perspectief. Hij ging in op de manier waarop je als audicien afwijkende patronen kunt herkennen – vaak zonder dat je geavanceerde apparatuur nodig hebt. “Een goed uitgevoerde toonaudiometrie en spraakaudiometrie kunnen al veel informatie geven”, benadrukte hij.
WIE ZIJN THIJS EN THIJS?
Thijs Thielemans (links) is klinisch fysicus-audioloog en richtte in 2018 het Hoortoestel Advies Centrum op. Hij is gespecialiseerd in (de fijnafstelling van) hoortoestellen, tinnitus en beengeleidingsapparaten.
Thijs Jansen (rechts) werkt als kno-arts bij het Radboudumc in Nijmegen en richtte in 2023 het digitaal zorgplatform Earhelp op samen met zijn compagnon Oscar Paling.
Asymmetrie, slechte foneemscore zonder zwaar verlies of juist verslechtering bij hogere intensiteiten (regressie) zijn allemaal mogelijke aanwijzingen voor retrocochleaire problematiek. Ook de stapediusreflexdrempel en reflexverval kunnen richting geven, net als de ABR (Auditory Brainstem Response). Zijn belangrijkste boodschap: “Kijk niet alleen naar de meetresultaten, maar vooral ook naar het verhaal. Verwijs bij de juiste criteria, overleg bij twijfel. Er zijn enorm veel audiologische testen die kunnen helpen bij de diagnose.”
TWEE HERKENBARE PRAKTIJKCASUSSEN
Casus A – “Ik hoor minder, maar het zit me niet lekker”
Een man van zeventig komt via zijn audicien bij de kno-arts. Links hoort hij duidelijk minder dan rechts. Geen tinnitus, geen duizeligheid en hij vermoedt zelf dat het aan zijn werk in de bouw ligt. Toch valt op dat zijn spraakverstaan links veel slechter is dan verwacht – óók bij hogere intensiteiten.
De audicien meet zorgvuldig en verwijst volgens de richtlijn. Op de MRI blijkt een klein vestibulair schwannoom. Er wordt gekozen voor controle, geen medische behandeling. Met een toestel op het rechteroor en eventueel een CROS-systeem krijgt hij (net) genoeg ondersteuning om weer goed mee te kunnen doen. Voor hem is de rust nog belangrijker dan het geluid: er is nu duidelijkheid.
Casus B – “Ik wil iets kleins en onzichtbaars, maar het moet wel werken”
Een man van 49 jaar meldt zich met langdurig gehoorverlies links. Hij is via zijn audicien doorverwezen naar kno-arts vanwege asymmetrie. Hij is directeur, een drukbezette professional. Zijn vrouw vindt dat hij slecht hoort. Hijzelf merkt het vooral bij vergaderingen en sociale situaties.
Zijn voorkeur: iets onzichtbaars, in het oor, zonder bluetooth of zichtbare onderdelen, maar het audiogram laat een diep verlies zien met regressie. De audicien bespreekt open de haalbaarheid en verwachtingen. Uiteindelijk kiest de cliënt – goed geïnformeerd – voor een ITE-oplossing. De winst is bescheiden, maar de ervaring positief. “Ik kreeg eerlijk advies”, aldus de cliënt.
AFSLUITEND: WAT BETEKENT DIT VOOR DE PRAKTIJK? Thielemans sluit zijn bijdrage af met een aantal aandachtspunten voor de praktijk. “Wees alert op asymmetrie in het audiogram en meet spraakaudiometrie door tot hogere intensiteiten om afwijkingen als roll-over niet te missen. Hanteer het NOAH-protocol bij het bepalen of verwijzing nodig is en wees je ervan bewust hoeveel er audiologisch gemeten kan worden. Tegelijkertijd blijft de benadering persoonlijk: ga bij de aanpassing van hoortoestellen uit van regulier perceptief verlies, maar kijk steeds opnieuw naar wat technisch mogelijk én voor de cliënt wenselijk is. Goede begeleiding begint bij realistische verwachtingen.”
‘DE BENADERING BLIJFT PERSOONLIJK’
Earhelp in de lift
In nummer 3 van vorig jaar van ons magazine besteedde we al aandacht aan het digitale zorgplatform Earhelp. Inmiddels zijn we bijna een jaar verder en is er nieuws te melden. Maarten Dijkstra sprak met kno-arts en initiatiefnemer van Earhelp, Thijs Jansen.
Vertel Thijs, wat is er nieuw?
Thijs Jansen: “We zijn enorm gegroeid. Niet alleen hebben we al 14 kno-artsen die met ons samenwerken, we hebben ook een professioneel secretariaat. In het begin belde de kno-arts direct met een patiënt als een audicien iemand doorverwees. Nu neemt ons secretariaat de cliëntverwijzing eerst door met de patiënt, vult aan waar nodig, noteert de gebruikte medicatie en beoordeelt de voorgeschiedenis. Dan wordt er een afspraak ingepland. Voor de kno-arts, die vervolgens binnen vijf dagen met de patiënt belt, betekent dit een enorme verdiepingsslag, waardoor de geleverde consulten nog veel effectiever zijn geworden. En door de extra kno artsen die ons helpen, zijn we voor de audicien ook beter bereikbaar.”
Waarom is dat belangrijk?
Thijs: “Ons belangrijkste doel is om audiciens en kno artsen nauwer bij elkaar te brengen. Maar er zijn zoveel patiënten dat de druk op de zorg enorm toeneemt en het in de waan van de dag heel lastig blijkt om ruimte te vinden om even naar elkaar te luisteren. Terwijl wij er echt in geloven dat als de audicien en de kno-arts beter overleggen, de patiënt daar uiteindelijk profijt van heeft. We staan voor laagdrempelige informatie-uitwisseling zodat in geval van nood de patiënt laagdrempelig doorgestuurd kan worden, maar het contact dat de patiënt vervolgens heeft met de kno-arts moet ook zo effectief mogelijk zijn, zodat de kno-arts zoveel mogelijk patiënten kan behandelen.”
Hoe werken jullie aan drempelverlaging?
Thijs: “Er is altijd een supervisie houdende kno-arts beschikbaar voor vragen van de audicien, zodat we onnodige verwijzingen kunnen voorkomen, maar een audicien wel het NOAH-protocol kan volgen. Audiciens hebben bij ons de mogelijkheid om bij twijfel direct met een kno-arts te spreken. We krijgen bijvoorbeeld vragen als: ‘Goh, ik heb deze patiënt met deze afwijking. Ik denk dat het niet zinnig is om de patiënt in te sturen. Ben je het daarmee eens?’ Zodoende kunnen we de audicien nog meer bekrachtigen in zijn/haar rol en kunnen we tegelijkertijd zoveel mogelijk patiënten helpen. Dit contact tussen audicien en kno-arts kan via de mail of in urgente gevallen via een speciaal telefoonnummer.
Binnen 48 uur hebben ze een reactie. Ook in het weekend!”
Waarom zijn audiciens zo belangrijk volgens jullie kno-artsen?
Thijs: “Wij zien de audiciens als zorgprofessionals. Hij of zij ziet gemiddeld 400.000 slechthorenden per jaar -wij veel minder-, waardoor audiciens een enorm fingerspitzengefühl hebben ontwikkeld. De zorg kan goedkoper, als we beter samenwerken. Wij hopen dat audiciens zich vrij genoeg voelen om, wanneer ze een verhaal niet helemaal vertrouwen, contact met ons op te nemen om met hen mee te denken, zodat we mensen in een vroeger stadium kunnen helpen. We weten allemaal dat preventieve zorg zorgt voor een snellere revalidatie. 95% van de patiënten kunnen wij op afstand helpen. Dat betekent dat er misschien ook wel heel veel patiënten bijzitten die niet doorgestuurd hadden hoeven worden Wij kno-artsen zijn afhankelijk van audiciens en daarom alleen al is een goede samenwerking en laagdrempelig contact onmisbaar. We willen dicht bij de audicien staan.”
HOE WERKT EARHELP?
De patiënt komt bij de audicien, die doet een test. De audicien komt erachter dat de patiënt volgens het NOAH-protocol doorgestuurd zou moeten worden naar de kno-arts. Dan vragen we drie dingen: audiometrie (toon en spraak), een foto/video van het oorvlies en de reden van verwijzing. Contact verloopt via zorgdomein, via AcouSoft (met integrale koppeling) of via de website van EARHELP. Vervolgens belt binnen 48u het secretariaat met de patiënt om de verwijzing door te nemen en te vervolledigen en dan wordt de patiënt binnen een week ingepland met een kno-arts. We zitten op een gemiddelde van vijf dagen na verwijzing. Het consult tussen patiënt en kno-arts vindt telefonisch plaats, waarbij ook altijd de vraag centraal staat wat de patiënt zelf als zinnige zorg ervaart en of hij tevreden is met het consult of toch live een kno-arts in het ziekenhuis wil zien. Vervolgens sturen we een verslag van het consult naar de audicien.
De preventieve zorg wordt meer en meer belangrijk. Hoe past Earhelp daarin?
Thijs: “Doordat we het consult zo goed voorbereiden, we de voorgeschiedenis kennen en weten welke medicatie er gebruikt wordt, kunnen we echt een verdiepingsslag maken. We werken multidisciplinair. Uit onderzoek blijkt dat wanneer een patiënt met bijvoorbeeld hyperaccusis van de kno-arts al gehoord heeft dat zijn gehoorapparaat in het begin te schel zal klinken en na verloop van tijd opnieuw ingesteld moet worden en die patiënt datzelfde te horen krijgt van zijn audicien, tevredener is over het gehoorapparaat zelf. Omdat we multidisciplinair aan verwachtingsmanagement hebben gedaan. De audicien kan precies aanhaken op het verhaal dat de kno-arts ook al had verteld.”
Daarnaast wordt er ook gewerkt aan kennisoverdracht-avonden, toch?
Thijs: “We zijn gestart met de Earhelp academy: voor onderwijs en verdieping. Daarin zal een arts in opleiding opgeleid worden om deze consulten met ons te kunnen doen, verbonden aan wetenschappelijk onderzoek naar de effectiviteit van digitale zorgverlening en patiënttevredenheid. Wij geloven dat dit de zorg van de
toekomst is. Onlangs hebben we een webinar gegeven over brughoektumoren samen met AudiCate (zie pag. 28, red.). Ook dat kennisaanbod willen we gaan uitbreiden. We willen bijeenkomsten organiseren waar audiciens geaccrediteerde voordrachten krijgen bijvoorbeeld over otoscopie. Zo willen we de kno-blik delen met audiciens en zodoende the gap tussen audiciens en kno-artsen te verkleinen. Door van elkaars werk te leren, kunnen we betere zorg verlenen. Wij geloven dat we beiden kunnen profiteren van een effectieve samenwerking. ”
MEER WETEN? SCAN DE QR-CODE.
Maarten Dijkstra en Thijs Jansen
Het NASEM-rapport nodigt uit tot reflectie pleit voor een patiëntgerichte focus
In mei verscheen het rapport Measuring meaningful outcomes for adult hearing health interventions van de NASEM. Het rapport is het resultaat van een uitgebreide literatuurstudie gecombineerd met inzichten van professionals en ervaringen van patiënten. Het pleit voor meer consistentie in de gebruikte meetmethoden én een patiëntgerichte focus in het meten van uitkomsten van hoortoestelaanpassingen. Wij namen het onder de loep.
In mei verscheen in de Verenigde Staten een rapport Measuring meaningful outcomes for adult hearing health interventions van de National Academies of Sciences, Engineering and Medicine (NASEM). Hierin stond het meten van zinvolle uitkomsten van interventies op het gebied van gehoorgezondheid bij volwassenen centraal. Voor het rapport werd een uitgebreide literatuurstudie gedaan en werden inzichten van professionals en ervaringen van patiënten verzameld. De uitkomst is tweeledig. Het rapport pleit voor meer consistentie in de gebruikte meetmethoden én een patiëntgerichte focus in het meten van uitkomsten van hoortoestelaanpassingen.
EEN SPIEGEL VOOR DE HOORZORG
Het rapport houdt de hoorzorg een spiegel voor. We beschikken over geavanceerde apparatuur en meetmethoden, maar de vraag blijft: maken we daadwerkelijk verschil in het leven van onze cliënten? Het NASEM-rapport nodigt uit tot reflectie op dit punt. Die oproep tot reflectie draait om het onderscheid tussen proximale (technisch meetbare) en distale (ervaringsgerichte) uitkomsten. De eerste zijn ‘eenvoudig’ vast te leggen, denk bijvoorbeeld aan gehoordrempels. De tweede – zoals sociaal functioneren en luisterinspanning – geven beter inzicht in de werkelijke impact van hoorzorg, maar zijn lastig meetbaar. Meten
in realistische omstandigheden is van groot belang, niet alleen in de stilte van een meetruimte.
WAAROM HET RAPPORT?
In de huidige hoorzorg, zowel in de VS als bij ons, ontbreekt het aan uniforme manieren om te meten wat een hoortoestelaanpassing daadwerkelijk oplevert voor de patiënt. Dat belemmert de vergelijking van behandelresultaten, het verbeteren van zorgkwaliteit en het versterken van de wetenschappelijke basis onder hoorzorg. Het NASEM-rapport benoemt daarom een set van meetinstrumenten, die zowel in onderzoek als in de klinische praktijk gebruikt zouden kunnen worden. Belangrijk uitgangspunt daarbij is dat de metingen moeten aansluiten bij wat mensen met gehoorproblemen zelf als betekenisvol ervaren.
WAAROM DEZE STAP BELANGRIJK IS
Volgens de commissie zijn gestandaardiseerde metingen nodig om uitkomsten van hoortoestelaanpassingen onderling te kunnen vergelijken, trends te kunnen volgen en om uiteindelijk de hoorzorg meer om de patiënt heen te organiseren. Ook zou het mogelijk moeten worden om grootschalige uniforme data te verzamelen voor onderzoek en kwaliteitsverbetering. Daarnaast benadrukt het rapport dat het gebrek aan standaardisatie in bestaande onderzoeken tot een ‘appels
WAT IS HET NASEM?
De National Academies of Sciences, Engineering, and Medicine (NASEM) is een invloedrijk adviesorgaan in de Verenigde Staten dat onafhankelijke, wetenschappelijk onderbouwde aanbevelingen doet aan overheden en maatschappelijke organisaties. De academie brengt experts bijeen uit verschillende disciplines om consensusrapporten op te stellen over complexe maatschappelijke en gezondheidsvraagstukken. Het rapport over hoorzorg werd ontwikkeld in opdracht van onder meer het National Institutes of Health (NIH) en de Amerikaanse veteranenzorg (VA). Hoewel het rapport gericht is op de Amerikaanse context zijn de uitgangspunten mogelijk ook voor andere landen relevant.
met peren’-situatie leidt. Daardoor is het moeilijk om hoortoestelaanpassingen met elkaar te vergelijken of om algemene conclusies te trekken uit (internationaal) onderzoek.
HET NASEM-RAPPORT EN DE NEDERLANDS PRAKTIJK: HOE
STAAN WE ERVOOR?
Welke lessen kunnen we hier in Nederland uit trekken? Worden er al vergelijkbare instrumenten gebruikt in de audicienspraktijk? En in hoeverre meten we nu daadwerkelijk wat er voor cliënten toe doet? In de praktijk wordt onder meer gewerkt met de bekende COSI (Client Oriented Scale of Improvement) waarbij cliënt en audicien samen doelen formuleren en evalueren. Ook objectieve verificatiemetingen zoals de vrije-veldmeting maken deel uit van de standaard werkwijze. Maar hoe verhouden deze zich tot de aanbevelingen van het NASEM-rapport? In Nederland wordt spraakverstaan vrijwel uitsluitend in stilte gemeten. Spraak-in-ruistesten worden zelden gebruikt in de audicienspraktijk en zijn vooral voorbehouden aan audiologische centra. Wat betreft zelfrapportages zijn er de vragenlijsten als de COSI, AVL-pre/post en de Leidse Vragenlijst. Deze zijn echter sinds 2013 nauwelijks meer geactualiseerd en worden niet systematisch onderzocht of geëvalueerd. Het is de vraag of en hoe instrumenten zoals de WIN, APHAB of RHHI toepasbaar zouden zijn in de Nederlandse praktijk. Ze bevatten elementen die in Nederland op dit moment vaak onderbelicht blijven, zoals standaardisatie, validatie en aandacht voor spraakverstaan in complexe situaties. Of en op welke wijze deze instrumenten inzetbaar zijn in onze context vraagt om meer onderzoek.
KANSEN
Om echt te meten wat er voor cliënten toe doet, is het in Nederland van belang dat we ons als beroepsgroep verdiepen in de manier waarop we uitkomsten vastleggen en benutten. Dit begint bij scholing en bewustwording: wanneer audiciens inzicht hebben in het doel en de waarde van meetinstrumenten en vragenlijsten, wordt het gebruik van deze instrumenten zinvol, in plaats van een administratieve verplichting. Daarnaast vraagt de huidige praktijk om een actualisering van bestaande meetinstrumenten. Vragenlijsten als de AVL zouden kunnen worden herzien - het liefst op basis van al verzamelde Nederlandse data - of aangevuld met internationale standaarden zoals de APHAB en RHHI, mits goed vertaald en gevalideerd voor de Nederlandse context.
Ook het meten van spraakverstaan in achtergrondlawaai verdient meer aandacht. Waar nu vooral metingen in stilte plaatsvinden, kan het inzetten van spraak-in-ruistesten helpen om luisterproblemen in realistische situaties beter te herkennen.
Verder is er nog veel ongebruikte informatie beschikbaar. De gegevens die al verzameld worden, bijvoorbeeld via COSI of AVL, bieden een schat aan informatie.
DRIE AANBEVOLEN INSTRUMENTEN
1) Spraakverstaan in complexe luistersituaties: Words in noise (WIN) test Een objectieve test waarbij afzonderlijke woorden worden gepresenteerd in achtergrondruis. De test is bedoeld om het spraakverstaan in realistische, lawaaiige omgevingen te meten en wordt als robuust en betrouwbaar beschouwd.
2) Abbreviated Profile of Hearing Aid Benefit (APHAB)
Een zelfrapportagevragenlijst van 24 stellingen, verdeeld over vier subschalen (communicatiegemak, galm, achtergrondlawaai en hinderlijke geluiden). De cliënt vult de lijst tweemaal in (zonder en met hoortoestel) om de subjectieve winst van hoortoestellen in het dagelijks leven te meten.
3) Psychosociale impact: Revised Hearing Handicap Inventory (RHHI) Een korte vragenlijst, bestaande uit 18 vragen. De RHHI meet de ervaren sociale en emotionele impact van gehoorverlies.
Praktijkgericht onderzoek kan deze data benutten om de kwaliteit van zorg én het vakmanschap van de audicien verder te ontwikkelen.
Misschien zou een centrale, anonieme nationale database het mogelijk maken om uitkomstgegevens veilig en gestandaardiseerd te verzamelen en analyseren. Daarmee kunnen patronen zichtbaar worden die nu onopgemerkt blijven. Dit sluit aan bij de aanbeveling van het NASEM-rapport om een centrale ‘repository’ (opslagplaats) op te zetten voor benchmarking en analyse.
CONCLUSIE?
Het NASEM-rapport biedt aanknopingspunten voor een diepere en bredere benadering van hoorzorg. Door kritisch te kijken naar hoe we in Nederland meten en evalueren en door gebruik te maken van inzichten uit internationale aanbevelingen kunnen we de hoorzorg nog verder verbeteren. De inzet van gerichte metingen versterkt het vak van de audicien. Ze maken zichtbaar welke invloed hoorzorg heeft op het dagelijks leven van cliënten – van luistergemak tot hernieuwde sociale verbondenheid. Dat komt niet alleen de zorg, maar ook het beroep ten goede. Niet de metingen en vragenlijsten zelf, maar wat die zichtbaar maken over het leven van patiënten, zou leidend moeten zijn in hoe wij kijken naar de kwaliteit van hoorzorg.
TV-geluid met indrukwekkende kwaliteit en helderheid
De kinbeugel set 880 staat voor TV-kijken zonder compromissen. Luisterplezier is gegarandeerd door diverse slimme en handige eigenschappen.
Spraakverstaanbaarheidsfunctie
Helder spraakgeluid door onderdrukking van TV-ruis
5 hoorprofielen
Klank-optimalisering voor spraak en muziek
Draagcomfort
Drukt niet op de oren
Persoonlijke volumeregeling
Kies wat jij prettig vindt. Inclusief L/R balansregeling
Wissel tussen audiobronnen
Eenvoudig schakelen van TV naar bv. de radio
Bestel je Sennheiser producten in de Phonak eStore. Sonova Nederland BV 088-600 88 50
Widex Allure & Compass Cloud gelanceerd
“The difference is clear”
Op 3 juni presenteerde Widex in een zonnig Kameryk haar nieuwste innovaties: het hoortoestel Widex Allure en de cloudgebaseerde aanpassingssoftware
Compass Cloud. Het was duidelijk merkbaar dat de aanwezigen reikhalzend uitgekeken naar deze introducties. Het was tenslotte al even geleden dat Widex een volledig nieuw platform op de markt bracht.
Zeker 180 man had zich verzameld om de introductie bij te wonen. De middag werd afgetrapt door Richard Zoetemelk, directeur Audiology Benelux, gevolgd door bijdragen van onder andere Annemarie van Neck (president EMEA), Nick Linssen (head of sales Benelux), Adam Westerman (Widex HQ) en Suzanne Bus, productmanager bij WSA. Vooral Suzanne wist indruk te maken: geëmotioneerd vertelde ze over haar betrokkenheid bij het project en hoe belangrijk dit toestel voor haar is. Adam gaf aan dat er ruim tien jaar aan de ontwikkeling is gewerkt, met meer dan 1000 manuren aan inspanning.
Adam Westermann
W1-CHIP
De Widex Allure draait op de gloednieuwe W1-chip en biedt diverse verbeteringen ten opzichte van eerdere modellen. De belangrijkste vernieuwing: een gemiddelde verbetering van 4,3 dB in spraakverstaanbaarheid
vergeleken met de Widex Moment. Daarnaast is het platform uitgebreid en zijn de audiologische prestaties verfijnd, met behoud van het karakteristieke Widex-geluid.
UITGETEST
Na de presentaties kregen de aanwezige audiciens de kans om het toestel zelf te ervaren. Buiten waren drie verschillende luisteromgevingen gecreëerd: een natuurlijke omgeving, een rumoerig restaurant en een muzikale setting. Het toestel was ingesteld op 20 dB verlies in de lage tonen, oplopend tot 40 dB in de hoge tonen. De reacties van collega’s waren positief: het geluid werd omschreven als helder, natuurgetrouw en rijk aan detail. Veel aanwezigen gaven aan het bijzonder te vinden om het toestel zo realistisch te kunnen ervaren.
IN DE CLOUD
Binnen werd meer verteld over Compass Cloud, de nieuwe fitting software van Widex. Deze tool draait volledig in de browser en vereist geen installatie. Dit betekent dat de software altijd up-to-date is en vanaf elke locatie veilig te gebruiken is. Compass Cloud is compatibel met NOAH en Noahlink Wireless en ondersteunt Precision Hearing: een aanpak die aanpassingen persoonlijker en fijner afgestemd maakt.
HET VERSCHIL
De lancering liet zien dat Widex blijft inzetten op innovatie, zowel technisch als praktisch. De combinatie van doordachte technologie, persoonlijke verhalen en een hands-on beleving gaf de dag een krachtig karakter. “The difference is clear” was niet alleen een slogan, maar werd voor veel aanwezigen echt hoorbaar en voelbaar.
PIONIERS IN DE TOEKOMST VAN HOREN
“Dit is echt een gamechanger!”
“Ik kan m’n geluk niet op. Dat had ik veel eerder moeten doen!”
“Ik heb andere merken gehad, maar dit is de ‘Cadillac’ van alle hoortoestellen!”
“Mijn hoortoestellen hebben mijn leven veranderd.”
“Een absolute aanrader voor jong en oud!”
“Als ik het allemaal over moest doen,had ik 10 jaar geleden al hoortoestellen gekocht.”
“Dit is een levensveranderende ervaring voor me geweest.”
Bij Starkey geloven we dat de beste technologie zich aanpast aan de drager én aan de professional die het toestel aanmeet. Onze nieuwste generatie hoortoestellen combineert premium geluidskwaliteit met bekroonde AI. Onze resultaten en reviews spreken voor zich.
Taboe
Corrine Verwer directeur Hoormij∙NVVS
Hoormij∙NVVS heeft als doel de verbetering van de zorg voor en kwaliteit van leven voor mensen met gehoorverlies, tinnitus, hyperacusis, cholesteatoom en duizeligheidsen evenwichtsaandoeningen door middel van betrouwbare voorlichting, informatie, ervaringsbijeenkomsten en belangenbehartiging.
Het is een bekend feit: mensen met beginnend gehoorverlies wachten gemiddeld zeven jaar voordat ze zich bij een dokter of audicien melden voor een hooroplossing. Een oplossing die vervolgens vaak in het nachtkastje verdwijnt. Want ‘het werkt niet’ of ‘ik kan er niet aan wennen’. Wat mij intrigeert, is de vraag waarom mensen zo lang wachten voordat ze aan zichzelf en/of hun omgeving toegeven dat ze een hoorhulpmiddel nodig hebben. Waarom rust er zo’n taboe op slechthorendheid? Waarschijnlijk heeft het iets te maken met een negatieve associatie met ouder worden. Niet voor niets stellen velen ook het aanschaffen van de eerste leesbril uit, maar zodra die er eenmaal is, wordt hij door de meeste gebruikers omarmd. Sterker nog: allerlei hippe modellen worden aangeschaft én gedragen.
Op het dragen van een hoortoestel blijft echter een taboe rusten. Ik denk te begrijpen waarom. Een eenmaal aangeschaft hoortoestel blijkt geen bril als het om de werkzaamheid gaat. Het probleem is niet direct of volledig verholpen met het dragen van de oplossing. Dat beperkt de motivatie om door te zetten. Want het is meten, wennen, afstellen, bijsturen, wennen, nog eens bijsturen en nog langer wennen. Daar komt nog eens bij dat hoortoestellen in tegenstelling tot brillen niet de uitstraling hebben van een leuke accessoire. Sterker nog; de meeste gebruikers willen het liefst dat hun hoorhulpmiddel onzichtbaar is.
Dat brengt mij op uw rol als audiciens. Ik begrijp natuurlijk dat de markt het aanbod bepaalt en dat producenten en audiciens dus op zoek zijn naar steeds kleinere modellen en daarmee ook uitgebreid adverteren, maar het gevolg daarvan is wel dat de wens van de gebruiker om de beperking onzichtbaar op te lossen nog eens wordt bekrachtigd en het taboe op slechthorendheid wordt versterkt. Terwijl een zichtbare hooroplossing juist kan helpen. De omgeving ziet namelijk dat er sprake is van een hoorprobleem en kan zich daaraan aanpassen.
Een hoorprobleem is niet iets om je voor te schamen en een zichtbaar hoortoestel dus ook niet. Om dát bij slechthorenden goed tussen de oren te krijgen, bent u als audiciens uiterst belangrijk, maar dan moet de nadruk op ‘onzichtbaar’ er wel vanaf. Ik begrijp dat dat vrijwel onmogelijk is als de gebruikers juist om onzichtbaar vragen. Een vicieuze cirkel waarin we met zijn allen het taboe op slecht(er) horen in stand houden. Het zou mooi zijn als we ons daarvan los konden maken.
Primeur: slimme AI-bril maakt theaterbezoek
toegankelijk voor slechthorenden
Zaterdag 31 mei was een redactielid van De Audiciens aanwezig bij een testavond van Het Nationale Theater in de Schouwburg Concertzaal in Tilburg. Tijdens de voorstelling Moeder Courage werd een veelbelovende technologische innovatie gepresenteerd: LiveText, een slimme bril die gesproken tekst van acteurs realtime omzet in ondertiteling. De bril zet de live spraak van individuele acteurs –via hun microfoon – direct om in leesbare tekst, voorzien van kleurcodering om sprekers van elkaar te onderscheiden. De tekst verschijnt in het gezichtsveld, op dezelfde afstand als het podium, wat een natuurlijke en rustige kijkervaring bevordert. De innovatie is ontwikkeld door Het Nationale Theater in samenwerking met XRAI en gebaseerd op Dante-technologie. Het is bedoeld om theatervoorstellingen beter toegankelijk te maken voor mensen met gehoorverlies. De bril wordt op dit moment uitgebreid getest met deze doelgroep, met als doel om drempels voor culturele participatie structureel te verlagen. Vanaf het najaar stelt Het Nationale Theater de bril kosteloos beschikbaar bij voorstellingen in Den Haag en op tournee. Hoewel de bril vertaalmogelijkheden biedt in 223 talen, is vooral de toepassing voor doven en slechthorenden veelbelovend.
Uit het onderzoek naar de kwaliteit van hoorzorg in Nederland (PREM Hooroplossing) blijkt dat cliënten tevreden zijn over audiciens. Het landelijk onderzoek naar hoorzorg laat zien dat de service van audiciens hoog gewaardeerd wordt. Cliënten gaven vooral hoge scores voor de tijd en aandacht die audiciens voor hen nemen. De algemene tevredenheid over de audicien is gestegen naar een 8,62. Ook de Net Promoter Score (NPS), die aangeeft hoe waarschijnlijk het is dat cliënten hun audicien aanbevelen aan anderen, steeg naar 38,75, een duidelijke verbetering ten opzichte van 33,75 in 2023. Aan het onderzoek namen 16.298 mensen deel.
Hoorwijzer.nl
Het platform Hoorwijzer.nl krijgt een vernieuwde rol, onder beheer van SPHHM. Hier vinden cliënten publieksinformatie, uitleg over vergoedingen en de klantreis. De PREM-enquête wordt eveneens via dit kanaal uitgezet, al is de respons (circa 8000 van 180.000 cliënten) nog beperkt.
#EUHA 2025: gratis voor stagiairs en studenten
Stagiaires, studenten en scholieren die geïnteresseerd zijn in een carrière in de gehoorzorg kunnen het 69e Internationale Congres voor Hoortoestelakoestiek en de branchebeurs in Neurenberg van 22 tot en met 24 oktober 2025 gratis bezoeken. Onder het motto ‘Doe de soundcheck voor je carrière’ kunnen jonge bezoekers gratis deelnemen aan het complete EUHAlezingenprogramma. Dit geeft hun inzicht in actuele onderzoeksthema’s en de nieuwste technologische ontwikkelingen in de gehoorakoestiek. Toegang tot het evenement is gratis met een school- of studentenkaart. Gratis tickets kunnen vanaf eind juli online worden besteld.
MEER WETEN?
SCAN DE QR-CODE.
Smile
Unitron heeft een nieuw hoortoestelplatform gelanceerd met de naam Smile. Het platform combineert AI, verbeterde bluetooth-functionaliteit en een stijlvol, waterbestendig ontwerp. Smile is ontwikkeld om gesprekken in elke situatie moeiteloos te kunnen volgen en gebruikers optimaal verbonden te houden. De nieuwe ERA-chip werkt samen met Integra OS, een op AI getraind besturingssysteem. Integra OS herkent acht verschillende hooromgevingen en past automatisch de instellingen aan op basis van de geluidsomgeving. Ook de bluetooth ervaring is verbeterd. De verbinding heeft tot zes keer meer zendvermogen. Dit zorgt voor helderdere telefoongesprekken en vloeiendere streaming. Bovendien blijft Smile op een afstand die tot twee keer zo groot is als voorheen - zonder wegvallende verbinding - verbonden met bluetooth-apparaten. Volgens Unitron is Smile meer dan een hooroplossing: het moet een prettige en zorgeloze luisterervaring bieden in elk moment van het dagelijks leven.
Boekpresentatie
In mei werd het boek ‘Als oren niet horen’ van onze illustratrice Geeske van Voorthuijsen gepresenteerd. Het boek is ingedeeld naar verschillende situaties zoals thuis, op het werk, in de les, onderweg, binnen de zorg, het gezin en vrije tijd. Geeske weet op één heldere manier met kleurrijke tekeningen in een oogopslag duidelijk te maken waar het vaak misgaat tussen de horende en slechthorende. Geeske: “Het was prachtig om met zoveel mensen bij elkaar deze mijlpaal te vieren, maar ook om mensen die mij online volgen, voor het eerst live te spreken. Het meest bijzondere vond ik om te zien hoe al die verschillende mensen uit mijn netwerk - zowel horend als slechthorend en doofelkaar konden ontmoeten. Die ontmoeting tussen die werelden is ook de kern van mijn boek! Ik kreeg ook persoonlijk te horen hoeveel mijn boek betekent voor zoveel mensen: door op deze vernieuwende manier (h)erkenning en bewustwording te bieden aan zoveel mensen, voelen slechthorenden zich eindelijk gezien en gehoord.”
Gamers
opgelet!
Gamers hebben meer dan twee keer zoveel kans op gehoorverlies in de hoge frequenties vergeleken met niet-gamers. Logisch dus dat de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en de Internationale Telecommunicatie-unie (ITU) onlangs een nieuwe wereldwijde norm hebben gepubliceerd om het toenemende risico op gehoorschade door videogames aan te pakken. Het initiatief, Global Standard for Safe Listening, Video Gameplay and Esports, richt zich op de meer dan 3 miljard gamers wereldwijd. Uit onderzoek blijkt dat 24% van de jongvolwassenen risico loopt door onveilige luistergewoonten. Tot nu toe bestond er geen specifieke norm voor gehoorveiligheid in gaminghard- of -software.
WIDEX ALLURE
the difference is clear
Widex Allure beschikt over Precision Hearing Technology, een combinatie van nieuwe en verbeterde functies die kristalheldere spraak in balans brengen met het omgevingsgeluid. Allure biedt gebruikers een hoorervaring die authentiek aanvoelt en hen nauw verbindt met de wereld om hen heen.
Widex Allure RIC R D komt samen met een nieuwe app, waarbij gebruiksgemak en intuïtieve bediening hand in hand gaan.
Bezoek onze website voor meer informatie.
Hoortoestel in Londens museum
De ‘oorsieraden’ van Deafmetal zijn te zien op de tentoonstelling Design & Disability van het prestigieuze Victoria and Albert Museum in Londen. De tentoonstelling toont de radicale bijdragen van mensen en gemeenschappen met een beperking van de jaren 40 tot nu. De vrouw achter Deafmetal, Jenni Ahtiainen: “Ik ben erin geslaagd iets te creëren dat belangrijk genoeg is dat het prestigieuze V&A het aan de wereld wil laten zien. Ik had nooit gedacht dat mijn gehoorverlies een van de beste dingen zou zijn die me ooit zijn overkomen - het leidde tot mijn collectie en nu ook tot deze tentoonstelling.” Het Victoria and Albert Museum is ’s werelds grootste en beroemdste museum voor decoratieve kunst en design.
De tentoonstelling Design & Disability is nu te zien tot en met 15 februari 2026.
MEER WETEN?
SCAN DE QR-CODE.
Demant neemt neemt het Duitse KIND Horen over
Op 11 juni kondigde Demant (Oticon, Bernafon) de ondertekening aan van een overeenkomst voor de overname van KIND Group, een van ’s werelds grootste retailers van hoortoestellen met zo’n 650 audiciens. De overname ondersteunt Demants strategie om zijn wereldwijde positie in de hoorzorg uit te breiden.
18 juli: Internationale dag van het luisteren
De Internationale Dag van het Luisteren vraagt je om even stil te staan – letterlijk – en de geluiden om je heen bewust op te merken.
De dag is de geboortedag van de Canadese componist R. Murray Schafer, die zijn leven wijdde aan het bewust maken van geluiden.
Oticon & Google
Met de nieuwste Bluetooth® LE Audio-mogelijkheden kunnen Oticon Intent-gebruikers hun hoortoestellen nu eenvoudig beheren met directe toegang tot de batterijstatus en programmabeheer. Bluetooth® LE Audio biedt voor hoortoestelgebruikers een hoge geluidskwaliteit en zeer goede spraakverstaanbaarheid in lawaaiige omgevingen. Oticon heeft bijgedragen aan de nieuwe Bluetooth® LE Audio- en Auracast™-technologieën als onderdeel van de Bluetooth Special Interest Group (BT SIG). Met deze samenwerking zorgt het hoortoestelmerk ervoor dat de hoortoestellen en Android-apparaten van Oticon naadloos digitaal verbonden zijn en klaar zijn voor toekomstige connectiviteitsinnovaties.
“We zijn enthousiast om met Oticon samen te werken. Dit werk maakt deel uit van onze voortdurende inspanningen om Android voor iedereen toegankelijk te maken en toegankelijker te maken voor doven en slechthorenden”, aldus Sathish Karunakaran, Senior Engineering Director Android. “Door onze krachten te bundelen, verbeteren we niet alleen de technologie; we geven ook vorm aan de toekomst voor onze klanten. Dit is slechts het begin van wat we zien als een langetermijnverbintenis om inclusievere en gebruiksvriendelijkere oplossingen voor onze consumenten te creëren”, aldus Frederik Gundelach, Senior Product Manager - Connectivity and Device User Interaction, Oticon.
MEER WETEN?
SCAN DE QR-CODE.
• Begeleid patiënten in elke fase van hun reis
• Stel patiënten in staat om weloverwogen beslissingen te nemen
• Gebruik onze online hulpmiddelen ter ondersteuning van uw counselinggesprekken
De Webertest
De stemvorkproeven, die audiciens ooit op school voorgeschoteld kregen, worden in de praktijk maar zelden gebruiken. Waarom staan ze dan toch in het lesprogramma?
En wat heb je eraan in je dagelijkse werk? We vroegen het een kno-arts.
In de opleiding tot audicien komen de stemvorktesten – Rinne en Weber – kort aan bod. Vaak in het eerste leerjaar, de meeste als onderdeel van het herkennen van gehoorverliezen. De meeste studenten voeren de testen nooit uit. Toch kan bijna iedere audicien het opdreunen. “Weber naar slechtere oor is conductief verlies, naar betere oor is perceptief. Rinne positief is goed, negatief wijst op geleidingsverlies.” Daar blijft het bij. De grote vraag: waarom leer je dit dan? Kennis helpt. Je komt uitslagen ervan tegen in verwijsbrieven of hoort (huis)artsen erover praten. Als je begrijpt wat er bedoeld wordt, kun je klantgerichter werken. Rinne en Weber geven snel richting: speelt er iets in het middenoor of zit het probleem in het slakkenhuis? Voor audiciens, die met artsen samenwerken, is het dus relevant om de testen te begrijpen.
HOE GEBRUIKEN ARTSEN DEZE TESTEN?
Volgens dr. Froukje Cals, kno-arts en otoloog bij het Radboudumc: “De stemvorkproeven worden dagelijks gebruikt in de kno-praktijk. Het zijn gemakkelijk uitvoerbare testen, ook bij relatief jonge patiënten, waarbij een betrouwbare indruk gekregen kan worden
WAT TESTEN WE OOK ALWEER?
Bij de Webertest zet je een aangeslagen stemvork (512 Hz) op het midden van de schedel. De vraag aan de klant: “Waar hoort u het geluid het beste?” In het midden? → Normaal gehoor of symmetrisch verlies.
Naar het slechthorende oor? → Geleidingsverlies. Naar het betere oor? → Perceptief verlies aan de andere zijde.
De Rinne-test vergelijkt luchtgeleiding met beengeleiding aan één oor. Eerst plaats je de stemvork op het mastoïd. Zodra de klant niets meer hoort, houd je de stemvork voor de gehoorgang.
Rinne positief: luchtgeleiding beter → normaal of perceptief verlies.
Rinne negatief: beengeleiding beter → geleidingsverlies.
Deze testen werken vooral goed bij eenzijdige verliezen vanaf 20–30 dB. Samen geven ze richting bij asymmetrie. De Weber laat zien waar het verschil zit, Rinne laat zien wat het is.
van het type gehoorverlies dat er speelt. Zeker bij plotseling gehoorverlies is het een belangrijk hulpmiddel en aanvulling op de otoscopie om te differentiëren tussen een perceptief en conductief gehoorverlies. Dit heeft belangrijke consequenties voor de behandeling die wordt ingezet: prednison behandeling bij perceptief gehoorverlies en neusspray en neusspoelen bij ‘acuut’ conductief verlies. Daarnaast is specifiek de stemvorkproef van Rinne soms doorslaggevend in het besluit om wel of geen middenoorinspectie uit te voeren. Bij een positieve Rinne wordt hiervan afgezien. Tenslotte worden de stemvorkproeven ook weleens ingezet als ‘controle’ van de uitgevoerde audiometrie. Dit kan ook een gewenste aanvulling zijn in de audicien praktijk.”
TOCH HANDIG VOOR AUDICIENS
De stemvorktesten zijn geen standaardgereedschap in de audicienswinkel, maar geven je als audicien wél extra inzicht. Door kennis te hebben van de Rinne- en Webertest kun je beter plaatsen wat er in een verwijsbrief staat en begrijp je sneller waarom er bijvoorbeeld gekozen is voor verwijzing of een bepaalde behandeling. De testen helpen je ook om beter in te schatten of klachten passen bij wat je ziet en hoort. Ze geven houvast bij het interpreteren van observaties, klachten en informatie uit bijvoorbeeld een verwijsbrief – zonder dat je ze zelf hoeft uit te voeren. De test geeft geen kwantitatieve meetwaarden, zoals bij audiometrie, maar biedt een snelle indruk van het soort gehoorverlies op basis van toonwaarneming. Het is géén vervanging van een audiogram en ook geen exacte meting, maar wel een praktische screeningstool. Zeker bij plotselinge klachten of asymmetrie – en vooral wanneer directe audiometrie ontbreekt – kan de test waardevolle richting geven.
Zorg voor gehoor voor iedereen
Benjamin Simon (37) heeft hart voor het vak. Niet alleen hier in Nederland helpt hij mensen met hun gehoor, ook in Afrika zet hij zich in voor structurele, toegankelijke en duurzame hoorzorg. Met zijn stichting We Hear U brengt hij training en materiaal naar de plekken waar dat het meest nodig is.
Benjamin: “In mijn werk zie ik dagelijks de impact van gehoorverlies. Goed kunnen horen is meer dan alleen geluiden waarnemen. Het draait ook om contact maken, zelfvertrouwen opbouwen en volwaardig deelnemen aan de samenleving. In 2023 kwam ik in contact met de stichting Eardrops en kon ik via hen mee naar Kenia. Deze ervaring was een keerpunt in mijn carrière. Ik ontmoette gelijkgestemde professionals waarmee ik samenwerkte om de hoorzorg in Kenia te verbeteren. We gaven praktische trainingen aan lokale artsen en audiciens in Siaya County (West-Kenia), zoals aan Okoth, een toegewijde audioloog in dit gebied. Ook deden we ter plekke aanmetingen. We kwamen met oude gehoorapparaten aanzetten, die als goud in ontvangst werden genomen. Na die reis wist ik het zeker: ik wilde meer doen. Ik onderhield contact met Okoth en het idee voor We Hear U was geboren. Inmiddels heb ik al een zak gehoorapparaten ingezameld. In oktober ga ik terug naar Kenia voor weer een week van aanmetingen en trainingen. Er zullen lokale stagiaires aanwezig zijn, die gehoortesten afnemen en zullen meekijken bij de aanpassingen, zodat zij dat straks ook kunnen doen.”
Wat doen jullie precies met We Hear U?
Benjamin: “We zamelen gebruikte gehoorapparaten in. Als mensen een nieuw apparaat aanschaffen, verdwijnt het oude vaak achter in een la. Hartstikke zonde, want hiermee kunnen we een enorm verschil maken voor mensen voor wie de gehoorzorg minder toegankelijk is. Een donatie van een oud apparaat herstelt méér dan alleen het gehoor; het herstelt een toekomst. Het biedt kansen voor mensen die lange tijd in stilte leefden. Die ouderwetse beige gehoorapparaten die wij niet meer willen, kunnen daar een nieuw begin voor iemand betekenen. Wij kijken de ingezamelde gehoorapparaten na, reviseren ze en passen ze aan de behoeften van de nieuwe gebruiker aan. Daarnaast kopen we gehoorbatterijen in en leveren we onderhoudssets. Maar misschien nog wel het belangrijkst: we investeren in lokale audiologen door middel van scholing en praktijktraining, zodat de mensen daar, ook als wij weer
weg zijn, nog steeds toegang hebben tot audiologische zorg. We bieden dus niet alleen tijdelijke hulp, maar een blijvende oplossing voor de gemeenschap zelf.”
‘DIE OUDERWETSE, BEIGE GEHOORAPPARATEN
BLIJVEN HIER
IN DE LA LIGGEN. IN KENIA KUNNEN
ZE EEN NIEUW BEGIN VOOR
IEMAND BETEKENEN’
Hoe gaat dat inzamelen? Benjamin: “Nu kunnen apparaten ingeleverd worden bij Lens in Rotterdam of Utrecht. We zijn bezig met het ontwerpen van een box die in elke audicienwinkel neergezet kan worden, een beetje vergelijkbaar met een ‘lege batterijen box’ in de supermarkt. We horen graag of mensen hierin geïnteresseerd zijn. In de toekomst zal ook opsturen naar één van de bestaande inleverpunten tot de mogelijkheden behoren. Audiciens kunnen ook helpen door geld of meetapparatuur te doneren of door mee te gaan op reis om ter plekke gehoorapparaten aan te meten of lokale audiciens te trainen.”
EEN EIGEN STICHTING
Kun je iets meer vertellen over hoe jouw stichting werkt? Benjamin: “Okoth is een van de studenten die ik in 2023 heb getraind. Als de enige klinisch audioloog is hij verantwoordelijk voor bijna 1 miljoen mensen. Waar hij zit, in het westen van Kenia, leeft 1 op de 5 kinderen met gehoorverlies (zie kader, red.), vaak ongeïdentificeerd en niet ondersteund. Hij werkt zonder diagnostische apparatuur zoals audiometers of ABR-machines en met veel te weinig middelen. Hij en ik hebben wekelijks contact. Hij stuurt me de resultaten van gehoormetingen. Ik kijk mee en zoek passende, ingezamelde gehoorapparaten uit die we
straks, als ik daar weer ben, gaan aanpassen. Het is enorm ontroerend om te horen hoeveel mijn bijdrage voor hem en de gemeenschap betekent. Het kost veel van mijn vrije tijd, maar het verrijkt mijn leven ontzettend. Als ik zie waar Okoth elke dag mee te maken heeft, dan doet dat iets met mij. Hier hebben we zoveel, het is fijn als we iets kunnen teruggeven aan hen die het minder hebben getroffen. Mijn missie is om horen toegankelijk te maken voor iedereen. Ik hoop dat we met ons werk kunnen bereiken dat er in een eerder stadium geconstateerd kan worden of er gehoorproblemen zijn. We willen lokale, structurele oplossingen bieden op plekken waar nu geen toegang tot hoorzorg is en voor mensen die het zich niet kunnen veroorloven. Ik herinner me een meisje van een jaar of zes dat daar rondliep. Ze was ontzettend schuchter en getraumatiseerd. Met heel veel overtuigingskracht én doosjes rozijntjes mochten we uiteindelijk in haar oren kijken en hebben we haar een passend apparaat kunnen aanmeten. Daarmee is zij er natuurlijk nog niet, want haar spraakherkenning is niet ontwikkeld, maar voor een klein meisje dat nog nooit iets had gehoord, ging er een wereld open.”
MEER WETEN? SCAN DE QR-CODE.
TOEKOMST
Wat zijn de toekomstplannen voor We Hear U?
Benjamin: “Begin 2026 hoop ik ook naar Kenia te gaan, met meer mensen en meer middelen zodat we nog meer kunnen bereiken. Ik hoop ook dat we dan meer presentaties en trainingen kunnen geven én dat we meetapparatuur kunnen achterlaten, zodat men daar zelfredzamer wordt. Mensen en middelen, alles is welkom én nodig. Door meer bekendheid te krijgen voor mijn stichting hoop ik straks nog meer mensen in een vroeg stadium te kunnen voorzien van een passende hooroplossing. Ik hoop dat ik mensen enthousiast krijg om zich aan te sluiten bij de stichting: audiciens, audiologen, maatschappelijk werkers. Mensen die tijd, passie en liefde in het project willen stoppen, want vooralsnog doe ik het allemaal alleen. In Nederland hebben we heel veel kennis en de meest luxe moderne gehoorapparaten; een baby wordt aan alle kanten gemeten, maar we realiseren ons vaak niet dat dit voor een groot deel van de wereld niet geldt. Het is mooi dat we in Kenia iemands leven kunnen veranderen met iets dat hier stof ligt te happen achter in een la. Het hergebruiken van dingen die daardoor opeens een nuttige bestemming krijgen, past ook helemaal in deze tijd, dus ik hoop dat veel mensen willen doneren.”
KENIA VEEL GEHOORPROBLEMATIEK
In Kenia heeft één op de vijf kinderen gehoorproblemen. Hoogstwaarschijnlijk wordt dit veroorzaakt door malaria en de malariamedicatie. Aangetoond is dat malaria, met name de cerebrale vorm, gehoorverlies veroorzaakt.
Antimalariamiddelen zouden ototoxisch zijn. Ototoxische middelen beschadigen het binnenoor of de gehoorzenuw. Behalve slechthorendheid kunnen tinnitus (oorsuizen) en duizeligheid optreden als gevolg van het gebruik ervan. De Wereldgezondheidsorganisatie heeft antimalariamiddelen aangewezen als mogelijke oorzaak van gehoorverlies bij volwassenen.
Cursussen, trainingen en belangrijke data
voor audiciens in de komende maanden
29 juli
Praktijkdag Gehoorgangreiniging
Alsoka Medical BV
8 augustus
Masterclass Oticon:
Audiologie & Innovatie
Oticon
15 augustus
Masterclass Oticon: Audiologie & Innovatie
Oticon
25 augustus
HoeHetHoort intakemethode
Hoe Het Hoort
26 augustus
Praktijkdag Gehoorgangreiniging
Alsoka Medical BV
28 augustus
Training herhaling afdrukname voor
Audiciens
Pluggerz
29 augustus
Masterclass Oticon:
Audiologie & Innovatie
Oticon
8 september
Toegankelijkheid, Werkplekaanpassingen en Wek- en waarschuwingssystemen
Hoorexpert
10 september
Bewerken van Oorstukjes
Pluggerz
10 september
Phonak Expert
Training
Sonova Nederland
B.V. / Phonak
10 september
Masterclass Oticon: Audiologie & Innovatie
Oticon
12 september
Masterclass Oticon: Audiologie & Innovatie
Oticon
16 september
Phonak Expert Training
Sonova Nederland
B.V. / Phonak
17 september
Gecertificeerd
Aanpasser Draadloze Communicatie (GADC)
Sonova Nederland
B.V. / Phonak
22 september
Training Gehoorbescherming Pluggerz
22 september
Training maatwerk gehoorverbetering Pluggerz
22 september
Gecertificeerd
Aanpasser Draadloze Communicatie (GADC)
Sonova Nederland
B.V. / Phonak
28 september
Clinical Conference
Specsavers
2 oktober
Phonak Expert
Training
Sonova Nederland
B.V. / Phonak
3 oktober
Elacin bedrijfspresentatie
Elacin International
B.V.
8 oktober
Phonak Expert
Training
Sonova Nederland
B.V. / Phonak
6 - 12 oktober
Week van de toegankelijkheid
Ieder(in)
22 - 24 oktober
EUHA Nürnberg Duitsland
23 oktober
Gehoorbescherming en oorstukjes deel I: maatwerk gehoorverbetering
Pluggerz
23 oktober
Gehoorbescherming en oorstukjes deel II: gehoorbescherming
Pluggerz
6 november
Plotsdoofheid van diagnostiek tot revalidatie
Kristalhooradvies
De Audiciens is het vaktijdschrift voor audiciens en anderen die werkzaam zijn in de hoorbranche en verschijnt vier keer per jaar.
De volgende editie valt 7 november op je mat. Hierin tref je onder andere een verslag van de EUHA en een interview met AuDidakt directeur Hans van der Kooij.
VERHUISD?
Geef het ons door via deaudiciens@audined.com
Leden van AudiNed die hun vakblad niet hebben ontvangen, kunnen dit doorgeven op deaudiciens@audined.com. Vermeld in je mail duidelijk je naam en telefoonnummer.
COLOFON
VAKBLAD DE AUDICIENS
is een uitgave van AudiNed Oplage: 1200 stuks ISSN 2773 – 0468
REDACTIE
Maarten Dijkstra
Thomas Ophof
Etienne van Kempen
Suzanne Bodegraven
ADVERTENTIES deaudiciens@audined.com
OPMAAK/VORMGEVING/DRUK
De Ideeënfabriek van Pieters www.ideeenfabriek.com
CONTACT
AudiNed: info@audined.com Redactie: deaudiciens@audined.com of +31 627 388 241
Audiciens kunnen accreditatiepunten verdienen met een vakinhoudelijk artikel in ‘De Audiciens’. Dit is ter beoordeling van de accreditatiecommissie Audicienregister. De redactie en AudiNed kunnen niet verantwoordelijk worden gehouden voor de inhoud van ingezonden stukken.