Korte geschiedenis van de Hapse molens van ± 5 meter hoog. Het achtkant komt zoals zovele uit de Zaan.
“Maria” molen In 1812 bouwde leerlooier Manders een houten zeskant ter vervanging van de afgebrande standaardmolen. In 1859 wordt G. Mooren eigenaar van de molen. Hij maakte van de grondzeiler een beltmolen, door de molen op een gemetselde voet te plaatsen van ± 4 meter hoog. Hiertegen werd zand aangebracht. De molenaar was de heer Janssen die de molen lang beheerd heeft. In 1867 bezat Haps reeds een oliemolen die in dat jaar afbrandde, waarschijnlijk was dit een rosmolen. Thans houden twee vrijwilligers de molen draaiend. Korenmolen “Welgelegen”
In 1924 krijgt molenaar Sommers een vergunning voor het plaatsen van een ruwoliemotor van 25-30 pk met koppel stenen. Molenaar Janssen blijft niet achter en vraagt eveneens een vergunning aan, zodat de “Maria”molen ook kan malen met een stoommotor (diesel). In 1940 verdwijnt deze maalmogelijkheid en wordt het achtkant met stelling gesloopt. De vierkante onderbouw blijft echter behouden en dient nu als opslagruimte. Een kopie van de vergunning met bijbehorende ontwerptekening treft u hierbij aan.
In 1904 komt er een molen bij. Het is een achtkante stellingmolen, geplaatst op een vierkante onderbouw
Theo van Bergen
Ontwerp en plattegrond voor de motormaalderij in Haps
pagina 12
De Molenvriend 64, oktober 2008