Jaarverslag 2016 Stichting de Oude Bijenkorf

Page 1

JAARREKENING 2016 STICHTING DE OUDE BIJENKORF


INHOUD 2

Inhoudsopgave

3

Bestuursverslag

5

Balans per 31 december 2016

6

Winst- en verliesrekening 2016

7

Toelichting jaarrekening 2016

9

Balans per 31 december 2016

13

Toelichting Winst- en verliesrekening 2016

16

Overige gegevens

17

Controleverklaring accountant 2016

2


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - BESTUURSVERSLAG

BESTUURSVERSLAG STICHTING DE OUDE BIJENKORF Inleiding 2016 was voor de Stichting de Oude Bijenkorf (verder: SDOB) een jaar van verandering. De commerciële organisatie is aangepast en wijzigingen in de manier van werken zijn doorgevoerd. Deze duidelijke veranderingen leverden in de tweede helft van het jaar de eerste resultaten op. De adviezen van bureau Vijverborgh gaven aanleiding de horeca-organisatie en de horecaproducten onder de loep te nemen. De organisatie is nu meer extern gericht en de bezoeker staat veel meer centraal. Gastgerichtheid wordt de kern van het denken. Een eerste begin is gemaakt om de producten veel beter te laten aansluiten bij de beleving die het museum biedt. Deze veranderingen brachten extra kosten met zich mee. Financieel gezien was 2016 een verliesgevend jaar, een jaar waar de kosten voor de baten gaan. Het café in het Canongebouw draagt significant bij aan de winstgevendheid, maar was in 2016 het grootste deel van het jaar wegens verbouwing gesloten. Na opening in december steeg de omzet per bezoeker t.o.v. 2016 met 25%. De baten komen er aan. Verantwoording De jaarstukken van de SDOB, gevestigd in Arnhem, bestaan uit het bestuursverslag en de jaarrekening. De SDOB was ook in 2016 een separate stichting die tot doel heeft stichting het Nederlands Openluchtmuseum (verder: NOM), gevestigd in Arnhem, in de meest uitgebreide zin van het woord te steunen. Zij verwezenlijkt dit doel in hoofdzaak door het exploiteren van een aantal horecavoorzieningen en winkels op het terrein van het NOM. Bedrijfsmatig en organisatorisch is de SDOB geheel geïntegreerd in het NOM en wel binnen de sector Commercie. Bestuur en toezicht Het bestuur van de Stichting wordt, op basis van de statutaire bepalingen, gevormd door de directie van het NOM.

De Raad van Toezicht van de SDOB bestaat uit de leden van de Raad van Toezicht van het NOM. Eind 2016 kende de Raad van Toezicht de volgende samenstelling: • de heer prof. dr. P. Schnabel, voorzitter • de heer drs. R.J.X. Wanders, voorzitter Financiële Commissie • de heer mr. drs. C.O. Bijster • mevrouw M.H.H. van Haaren-Koopman • mevrouw J.G. Stam • de heer drs.ir. J. van der Veer • mevrouw drs. A.S.M. Vreeburg De wijze van toezichthouden is identiek aan die van het Openluchtmuseum: de jaarrekening en het accountantsverslag zijn besproken met de Financiële Commissie en met de Raad, beide in aanwezigheid van de accountant. Financieel resultaat De netto omzet (EUR 3.451k) is ruim EUR 100k hoger dan in 2016. Het bedrijfsresultaat is echter EUR 391k negatief door de hoger dan begrote salarislast en de extra advieskosten. De gemiddelde besteding per bezoeker steeg over het gehele jaar 2016 met EUR 0,47 van EUR 6,02 naar EUR 6,49, een stijging van 7,8%. Deze stijging is vooral in de tweede helft van het jaar gerealiseerd, in het bijzonder in de winterperiode. De bezoeker waardeert het veranderde aanbod en besteedt meer in horeca en winkel. Financiële positie en continuïteit De horeca activiteiten van de SDOB maken een integraal onderdeel uit van de bezoekersbenadering van het NOM. Hierdoor dient de kwaliteit van het aanbod van hetzelfde niveau te zijn als van de overige producten van het Openluchtmuseum. De bestuurlijke unie tussen beide stichtingen garandeert daarbij dat de horeca een bijdrage levert aan het gewenste kwaliteitsniveau van het NOM. Het Eigen Vermogen van SDOB daalde in 2016 met EUR 391k tot EUR 71k.

3


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - BESTUURSVERSLAG

Functioneren van de SDOB Het gebruik van duurzame, biologische en deels zelf vervaardigde producten blijft gehandhaafd. We nemen echter geleidelijk afscheid van de producten met een EKO-keurmerk. Door de relatief hoge inkoopprijzen daarvan komt de winstgevendheid te veel onder druk te staan. De belangrijkste aandachtspunten waren de voorraadbeheersing en vooral de controle op de personele inzet. De voorraadbeheersing behoeft verdere verbetering, de controle op de inzet van tijdelijke medewerkers is weliswaar geïntensiveerd maar heeft nog niet het beoogde resultaat opgeleverd. De SDOB leverde weer grote en onmisbare bijdragen aan de uitvoering van een drietal grote evenementen die georganiseerd worden met externe partners. De zesde editie van het evenement ‘Beleef Landleven’, een samenwerking van het NOM met Reed Business (uitgever van het magazine Landleven), was zeer succesvol. Gedurende de drie ‘Beleef Landleven’ dagen in september passeerden bijna 30.000 bezoekers de toegangspoort van het museum. In december werd voor de tweede keer ‘Landleven Winter’ gehouden. Deze editie groeide t.o.v. 2016 met 10% tot 20.900 bezoekers in twee dagen. Begin juli werd het Arnhems midzomeravondfestival (AMZAF) georganiseerd waar jong talent uit de regio de kans wordt geboden zich met een optreden te presenteren. Dat leverde 1.600 bezoekers op.

Een sociaal voordeel is dat alle medewerkers in dienst komen van het museum. Daarmee vermindert het wij-zij-denken en zal een groter gevoel van saamhorigheid ontstaan. Afdelingen van het museum hoeven niet meer te betalen voor diensten van de sector Commercie. Dit gaf voorheen het gevoel dat het museum de horeca subsidieert. De ondernemende aanpak van de sector Commercie wordt breder zichtbaar in het museum en kan als voorbeeld dienen voor andere afdelingen in het museum. Zoals eerder is geconstateerd lijkt de renovatie en uitbreiding van de Kasteelboerderij essentieel voor de toekomst en het aanbod aan grotere groepen. Nadere analyse heeft echter uitgewezen dat de voorgenomen grote investering van de Kasteelboerderij niet nodig is. Een kleinere investering geeft ruimte voor investeringen in andere horecalocaties, zoals de herberg De Hanekamp, de Bakkerij, een Frietbakkerij, de Poffertjeskraam en in mobiele verkoop. Naar verwachting gaan de veranderingen en investeringen het komende jaar het beoogde rendement leveren. Het museum gaat een boeiend jaar tegemoet. Arnhem, 23 maart 2017

Dr. Willem Bijleveld Directeur-bestuurder

Het Techniektoernooi is een nationale techniekwedstrijd voor leerlingen uit alle groepen van het basisonderwijs. De landelijke finale vindt in het museum plaats. Op die dag bezochten ruim 1.400 enthousiaste leerlingen het Techniek Toernooi. Vooruitblik Na uitgebreid vooronderzoek is SDOB per 1 januari 2017 gefuseerd met het NOM. Dit maakt het werken efficiënter. De administratieve last wordt kleiner, o.a. door het wegvallen van doorbelastingen en het beheren van een stichting minder. De bedrijfsmiddelen kunnen volledig in samenhang worden beheerd.

4


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - BALANS

BALANS PER 31 DECEMBER 2016

BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na voorgestelde resultaatbestemming) 2016 EUR

2015 EUR

EUR

EUR

ACTIVA

MateriĂŤle vaste activa - Gebouwen

61.028

51.655

- Inventaris

114.057

115.918

19.136

275

- Vervoermiddelen

Totale vaste activa Voorraden

194.221

167.848

87.086

142.678

170.181

121.362

-

161.077

42.177

24.428

7.760

46.441

Vorderingen - Debiteuren - Gelieerde stichtingen - Belastingen en premies sociale verzekeringen - Overige vorderingen en vooruitbetaalde kosten

307.204

495.986

Liquide middelen

125.587

190.174

Totale vlottende activa

432.791

686.160

TOTALE ACTIVA

627.012

854.008

71.161

462.392

PASSIVA

Eigen Vermogen Kortlopende schulden -

19.969

203.223

223.078

97.633

-

37.922

44.800

217.073

103.769

Schuld aan Kredietinstellingen Crediteuren Schuld aan gelieerde stichtingen Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige schulden en nog te betalen kosten

Totale Kortlopende schulden

555.851

391.616

TOTALE PASSIVA

627.012

854.008

5


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - WINST- EN VERLIESREKENING

WINST- EN VERLIESREKENING 2016 JAARREKENING 2016

WINST EN VERLIESREKENING Realisatie

Begroting

2016 EUR Netto-omzet Inkoopwaarde omzet

Realisatie

2016 EUR

EUR

2015 EUR

EUR

EUR

3.450.902

3.120.000

3.348.926

828.851

727.000

806.123

Bruto Winst

2.622.051

2.393.000

2.542.803

Kosten Lonen en salarissen

921.862

837.450

846.975

Sociale lasten

166.065

169.300

166.596

Pensioenlasten

62.823

45.770

36.995

657.667

352.480

432.204

67.353

90.000

82.139

1.137.648

899.500

982.922

Inhuur personeel Afschrijvingen Overige bedrijfskosten

Som der Bedrijfslasten

3.013.418

2.394.500

2.547.831

Bedrijfsresultaat

391.367-

1.500-

5.028-

136

1.500

897

391.231-

-

4.131-

Loon als % van de omzet

52,4%

45,0%

44,3%

Inslag als % van de omzet

24,0%

23,3%

24,1%

Gemiddelde besteding bezoekers

€ 6,49

€ 6,00

€ 6,02

Rentebaten Resultaat uit bedrijfsuitoefening

6


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - TOELICHTING

TOELICHTING JAARREKENING 2016 WAARDERINGSGRONDSLAGEN

Algemeen De jaarrekening is opgesteld volgens de grondslagen zoals uiteengezet in de jaarrekening. De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van de activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gebaseerd op de historische kosten, tenzij anders vermeld. Stichting De Oude Bijenkorf is statutair gevestigd te Arnhem onder Kamer van Koophandel-nummer 09041432. De stichting heeft ten doel het verlenen van steun in de meest uitgebreide zin van het woord aan – en het verrichten van diensten ten behoeve van – het te Arnhem gevestigde Stichting het Nederlands Openluchtmuseum (verder: NOM), en voorts al hetgeen met één en ander rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin van het woord. Vergelijkende cijfers De cijfers voor 2016 zijn, waar nodig geherrubriceerd om vergelijkbaarheid met 2016 mogelijk te maken. Materiële vaste activa Waardering vindt plaats tegen verkrijgingprijs. De afschrijvingen worden berekend als een percentage over de verkrijgingsprijs volgens de lineaire methode op basis van de economische levensduur. Bijzondere waardevermindering van materiële vaste activa Voor materiele vaste activa wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat deze activa onderhevig zijn aan bijzondere waardeverminderingen. Als dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief geschat. De realiseerbare waarde is de hoogste van de bedrijfswaarde en de opbrengstwaarde. Als het niet mogelijk is de realiseerbare waarde te bepalen voor een individueel actief, wordt de realiseerbare waarde bepaald van de kasstroom genererende eenheid waartoe het actief behoort.

realiseerbare waarde, wordt een bijzonder waardeverminderingsverlies verantwoord voor het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. Verder wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er enige indicatie is dat een in eerdere jaren verantwoord bijzonder waardeverminderingsverlies is verminderd. Als een dergelijke indicatie aanwezig is, wordt de realiseerbare waarde van het desbetreffende actief of kasstroom genererende eenheid geschat. Terugneming van een eerder verantwoord bijzonder waardeverminderingsverlies vindt alleen plaats als er sprake is van een wijziging van de gehanteerde schattingen bij het bepalen van de realiseerbare waarde sinds de verantwoording van het laatste bijzonder waardeverminderingsverlies. In dat geval wordt de boekwaarde van het actief (of de kasstroom genererende eenheid) opgehoogd tot de geschatte realiseerbare waarde, maar niet hoger dan de boekwaarde die bepaald zou zijn (na afschrijvingen) als in voorgaande jaren geen bijzonder waardeverminderingsverlies voor het actief (of de kasstroom genererende eenheid) zou zijn verantwoord. Gebruik van schattingen en oordelen De opstelling van de jaarrekening vereist dat het bestuur oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. Voorraden De voorraden worden gewaardeerd tegen de laatst betaalde inkoopprijzen, onder aftrek van een noodzakelijk geachte voorziening voor incourantheid. Versproducten worden rechtstreeks opgenomen in de kosten.

Wanneer de boekwaarde van een actief of een kasstroom genererende eenheid hoger is dan de

7


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - TOELICHTING

Vorderingen Vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde, onder aftrek van een noodzakelijk geachte voorziening voor incourantheid. Overige activa en passiva De overige activa en passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Resultatenrekening De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop deze betrekking hebben. Opbrengstverantwoording Omzet wordt alleen verantwoord als er een redelijke zekerheid bestaat dat toekomstige voordelen naar de onderneming zullen toevloeien en dat deze voordelen betrouwbaar kunnen worden geschat. Verkoop van goederen Opbrengsten uit de verkoop van goederen worden opgenomen in de netto-omzet tegen de reÍle waarde van de ontvangen of te ontvangen vergoeding. Opbrengsten uit de verkoop van goederen worden in de winst- en verliesrekening verwerkt wanneer de belangrijkste risico’s en voordelen van eigendom aan de koper zijn overgedragen, de inning van de verschuldigde vergoeding waarschijnlijk is, de hiermee verband houdende kosten of eventuele retouren van goederen betrouwbaar kunnen worden ingeschat en er geen sprake is van aanhoudende managementbetrokkenheid bij de goederen.

Verder wordt op balansdatum een voorziening opgenomen voor bestaande additionele verplichtingen ten opzichte van het fonds en de werknemers, indien het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling van die verplichtingen een uitstroom van middelen zal plaatsvinden en de omvang van de verplichtingen betrouwbaar kan worden geschat. Het al dan niet bestaan van additionele verplichtingen wordt beoordeeld aan de hand van de uitvoeringsovereenkomst met het fonds, de pensioenovereenkomst met de werknemers en andere (expliciete of impliciete) toezeggingen aan de werknemers. De voorziening wordt gewaardeerd tegen de beste schatting van de contante waarde van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen op balansdatum af te wikkelen. Voor een op balansdatum bestaand overschot bij het pensioenfonds wordt een vordering opgenomen als de onderneming de beschikkingsmacht heeft over dit overschot, het waarschijnlijk is dat het overschot naar de onderneming zal toevloeien en de vordering betrouwbaar kan worden vastgesteld.

Pensioenen Uitgangspunt is dat de in de verslagperiode te verwerken pensioenlast gelijk is aan de over die periode aan het pensioenfonds verschuldigde pensioenpremies. Voor zover de verschuldigde premies op balansdatum nog niet zijn voldaan, wordt hiervoor een verplichting opgenomen. Als de op balansdatum reeds betaalde premies de verschuldigde premies overtreffen, wordt een overlopende actiefpost opgenomen voor zover sprake zal zijn van terugbetaling door het fonds of van verrekening met in de toekomst verschuldigde premies.

8


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - TOELICHTING

MATERIËLE VASTE ACTIVA Bedrijfsgebouwen

Inventaris

Vervoermiddelen

Totaal

EUR

EUR

EUR

EUR

Stand per 1 januari 2016 Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde

255.450

1.601.618

33.500

1.890.568

203.795-

1.485.700-

33.225-

1.722.720-

51.655

115.918

275

167.848

24.550

48.300

20.876

93.726

-

-

-

-

Mutaties Investeringen Desinvesteringen Afschrijving desinvesteringen Afschrijvingen Saldo

-

-

-

-

15.177-

50.161-

2.015-

67.353-

9.373

1.861-

18.861

26.373

Stand per 31 december 2016 Aanschafwaarde

280.000

1.649.918

54.376

1.984.294

Cumulatieve afschrijvingen

218.972-

1.535.861-

35.240-

1.790.073-

61.028

114.057

19.136

194.221

Boekwaarde

De afschrijvingen zijn vanaf het moment van ingebruikneming van het actief berekend over de verkrijgingsprijs en zijn gebaseerd op de volgende percentages: Bedrijfsgebouwen Vervoermiddelen Inventaris

5%, 10% en 33 1/3% 20% 10, 20, 25 en 33 1/3%

9


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - TOELICHTING

Voorraden 2016

2015

EUR

EUR

Voorraad dranken

23.532

33.908

Voorraad keuken

63.554

108.578

-

192

87.086

142.678

2016

2015

EUR

EUR

170.181

121.362

-

161.077

42.177

24.428

7.760

46.441

220.118

353.308

2016

205

Voorraad overig

De voorraad is gewaardeerd tegen de laatst betaalde inkoopprijs. Er is geen sprake van een voorziening incourante voorraad.

Vorderingen

Debiteuren Gelieerde stichtingen Belastingen en premies sociale verzekeringen Overige vorderingen

Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan 1 jaar.

Debiteuren

Debiteuren Af: voorziening tot dekking van verliezen wegens oninbaarheid

EUR

EUR

170.181

121.362

-

-

170.181

121.362

2016

2015

Gelieerde stichtingen

RC Stichting Ned. Openluchtmuseum

10

EUR

EUR

-

161.077


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - TOELICHTING

Belastingen en premies sociale verzekeringen 2016

Omzetbelasting

2015

EUR

EUR

42.177

24.428

2016

2015

EUR

EUR

Overige vorderingen

-

194

7.760

46.247

7.760

46.441

2016

2015

EUR

EUR

-

530

Kruisposten

29.498

3.644

ING Bank RC

96.089

-

-

186.000

125.587

190.174

Nog te ontvangen rente Overige vorderingen

Liquide middelen

Kas

ING Bank sparen

De liquide middelen staan ter vrije beschikking van Stichting De Oude Bijenkorf.

PASSIVA

Eigen Vermogen 2016

2015

EUR

EUR

Stand per 1 januari

462.392

466.523

Resultaat

391.231-

4.131-

71.161

462.392

Stand per 31 december

Het bestuur van de stichting heeft besloten, vooruitlopend op de vaststelling van de jaarrekening, om het exploitatiesaldo over het boekjaar 2016 ad EUR -391.231 te onttrekken aan het Eigen Vermogen van de stichting

11


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - TOELICHTING

SCHULDEN OP KORTE TERMIJN Schuld aan Kredietinstellingen 2016

2015

EUR

EUR

-

19.969

2016

2015

EUR

EUR

97.633

-

2016

2015

EUR

EUR

Loonheffing

35.712

39.773

Pensioenen

2.210

5.027

37.922

44.800

2016

2015

EUR

EUR

Vakantiegeld

38.886

45.017

Vakantiedagen

58.900

31.083

Overige schulden en overlopende activa

119.287

27.669

217.073

103.769

ING Bank Gelieerde stichtingen

RC Stichting Ned. Openluchtmuseum

Belastingen en premies sociale verzekeringen

Overige schulden en overlopende activa

Alle kortlopende schulden hebben een looptijd korter dan 1 jaar.

NIET UIT DE BALANS BLIJKENDE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN Verplichting voor Vennootschapsbelasting De Stichting is met terugwerkende kracht tot 1 januari 2012 formeel belastingplichtig. In 2016 heeft het NOM samen met haar belastingadviseur overleg gevoerd met de belastingdienst. In dit overleg is bevestigd dat de stichting VPB- plichtig is maar dat samen met de belastingdienst gekeken wordt per wanneer, op welke activiteiten en met welke toerekening en waardering van fiscaal belastbare baten en lasten hier invulling aan gegeven wordt. In het 1e kwartaal van 2017 komt hier meer duidelijkheid over.

Fusie In 2016 hebben het bestuur en de Raad van Toezicht van het NOM en de SDOB besloten om de beide stichtingen te fuseren. In nauwe samenwerking met de notaris zijn hiervoor de benodigde stukken opgesteld. Per 1 januari 2017 is de fusie officieel een feit. Vanaf 2017 zullen dan ook de horeca-activiteiten een volledig onderdeel van het NOM zijn.

12


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - TOELICHTING

TOELICHTING WINST- EN VERLIESREKENING 2016

PERSONEELSKOSTEN 2016

Begroting

2015

EUR

EUR

EUR

Lonen en salarissen

921.862

837.450

846.975

Sociale lasten

166.065

169.300

166.596

Pensioenlasten

62.823

45.770

36.995

657.667

352.480

432.204

1.808.417

1.405.000

1.482.770

Inhuur personeel

Inhuur personeel is gestegen als gevolg van inhuur van een interim manager voor de horeca en meer inhuur van uitzendkrachten. Het gemiddelde aantal werknemers in dienst van Stichting De Oude Bijenkorf kan op jaarbasis als volgt worden weergegeven:

2016

Begroting

2015

Gemiddeld

Gemiddeld

Gemiddeld

aantal pers.

aantal pers.

aantal pers.

31

30

31

2016

Begroting

2015

EUR

EUR

EUR

Huisvestingskosten

395.982

358.000

377.260

Exploitatiekosten

343.693

209.000

285.381

Kantoor- en administratiekosten

322.648

223.000

246.895

Overige personeelskosten

80.397

108.000

58.839

Bijzondere baten en lasten

5.072-

1.500

14.547

1.137.648

899.500

982.922

Personeel in loondienst

Overige Bedrijfskosten

De overige bedrijfskosten zijn als volgt te specificeren:

13


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - TOELICHTING

Huisvestingslasten

De huisvestingskosten zijn als volgt te specificeren: 2016

Begroting

2015

EUR

EUR

EUR

340.208

305.400

329.821

Huur Paard van Marken

16.750

26.000

27.895

Onderhoud gebouwen en installaties

19.629

2.000

2.941

Schoonmaakkosten

19.395

24.600

16.603

395.982

358.000

377.260

Huur

Door de hogere omzet dan begroot, is de afgedragen huur ook hoger dan begroot. De huur bedraagt 10% van de omzet. Exploitatielasten

Verkoopkosten Onderhoud en aanschaf inventaris Overige exploitatiekosten

2016

Begroting

2015

EUR

EUR

EUR

7.816

10.000

9.585

43.164

45.000

50.796

292.713

154.000

225.000

343.693

209.000

285.381

De overige exploitatielasten zijn onder andere gestegen door meer kosten voor het inhuren van apparatuur. Om meer klantbeleving te creĂŤren is er gekozen voor het verhogen van de inzet van mobiele verkoop van koffie en het inzetten van mobiele verkoop van friet.

14


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - TOELICHTING

Kantoor- en administratiekosten 2016

Begroting

2015

EUR

EUR

EUR

Administratiekosten

24.361

27.000

25.510

Kantoorkosten

119.183

6.000

41.279

Verzekeringen Gemeenschappelijke kosten NOM

29.104

40.000

30.106

150.000

150.000

150.000

322.648

223.000

246.895

De kantoorkosten zijn hoger dan begroot door advieskosten van de firma Vijverborgh voor de verbeteringen in de Horeca.

Overige Personeelskosten

De overige personeelskosten zijn als volgt te specificeren: 2016

Begroting

2015

EUR

EUR

EUR

Reis-, verblijf- en representatiekosten

42.264

40.000

36.979

Personeelsverbruik

18.267

15.000

10.732

Opleidingskosten Overig

4.943

39.000

2.249

14.923

14.000

8.879

80.397

108.000

58.839

PENSIOENEN

Pensioenregeling De pensioenregeling van de Stichting is ondergebracht bij het Horeca Bedrijfschap. Het Horeca Bedrijfschap kwalificeert als een bedrijfstakpensioenfonds, waardoor deze regeling kwalificeert als een toegezegde pensioenregeling. De dekkingsgraad bedraagt per 31 december 2016 106% (2014: 110%). Voor een nadere toelichting aangaande de verwerking van pensioenen in de jaarrekening wordt verwezen naar de waarderingsgrondslagen.

Bezoldiging bestuurders De bestuurder heeft in 2016, evenals in 2015, geen bezoldiging ontvangen. Arnhem, 23 maart 2017 Dr. Willem Bijleveld Directeur-bestuurder

15


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - OVERIGE GEGEVENS

OVERIGE GEGEVENS JAARREKENING 2016 Statutaire regeling betreffende de bestemming van het saldo van baten en lasten In artikel 2 van de statuten wordt het doel van de Stichting beschreven. In artikel 3 wordt beschreven waar het Eigen Vermogen mee kan worden opgebouwd. Er is geen artikel opgenomen betreffende een bestemming van een saldo van baten en lasten anders dan aan het Eigen Vermogen. Controleverklaring De controleverklaring van de onafhankelijke accountant is opgenomen op de volgende pagina.

16


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - CONTROLEVERKLARING

CONTROLEVERKLARING 2016 JAARREKENING 2016 CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT

Aan: De Raad van Toezicht van Stichting De Oude Bijenkorf A. Verklaring over de jaarrekening 2016 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening van Stichting De Oude Bijenkorf te Arnhem gecontroleerd. Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting De Oude Bijenkorf per 31 december 2016 en van het resultaat over 2016 in overeenstemming met de door de Stichting beschreven grondslagen, zoals uiteengezet in de toelichting van de jaarrekening. De jaarrekening bestaat uit: 1. de balans per 31 december 2016; 2. de winst- en verliesrekening over 2016; en 3. de toelichting met een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. De basis voor ons oordeel Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder ook de Nederlandse controlestandaarden vallen. Onze verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de sectie ‘Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening’. Wij zijn onafhankelijk van Stichting De Oude Bijenkorf zoals vereist in de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO) en andere voor de opdracht relevante onafhankelijkheidsregels in Nederland. Verder hebben wij voldaan aan de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA). Wij vinden dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Benadrukking van de basis voor financiële verslaggeving en beperking in gebruik en verspreidingskring Wij vestigen de aandacht op de toelichting van de jaarrekening waarin de basis voor de financiële verslaggeving is uiteengezet. De basis voor de financiële verslaggeving betreft de door de

Stichting gekozen grondslagen. Dit doet geen afbreuk aan ons oordeel. De jaarrekening 2016 van Stichting De Oude Bijenkorf en onze controleverklaring daarbij zijn daarom uitsluitend geschikt voor het bestuur, de Raad van Toezicht, het CBF en subsidieverstrekkers en kunnen derhalve niet voor andere doeleinden worden gebruikt. Ons oordeel is niet aangepast als gevolg van deze aangelegenheid. B. Verklaring over de in de jaarrekening opgenomen andere informatie Naast de jaarrekening en onze controleverklaring daarbij, omvat het jaarverslag andere informatie, die bestaat uit: - het bestuursverslag; - de overige gegevens. Op grond van onderstaande werkzaamheden zijn wij van mening dat de andere informatie met de jaarrekening verenigbaar is en geen materiële afwijkingen bevat. Wij hebben de andere informatie gelezen en hebben op basis van onze kennis en ons begrip, verkregen vanuit de controle of anderszins, overwogen of de andere informatie materiële afwijkingen bevat. Met onze werkzaamheden hebben wij voldaan aan de vereisten in de Nederlandse Standaard 720. Deze werkzaamheden hebben niet dezelfde diepgang als onze controlewerkzaamheden bij de jaarrekening. Het bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de andere informatie, waaronder het bestuursverslag en de overige gegevens in overeenstemming met vereisten in Titel 9 Boek 2 BW en de Nederlandse Standaard 720. C. Beschrijving van verantwoordelijkheden met betrekking tot de jaarrekening Verantwoordelijkheden van het bestuur en de Raad van Toezicht voor de jaarrekening Het bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de jaarrekening in overeenstemming met de door de Stichting beschreven grondslagen, zoals uiteengezet in de toelichting van de jaarrekening” In dit kader is het bestuur verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die het

17


STICHTING DE OUDE BIJENKORF JAARREKENING 2016 - CONTROLEVERKLARING

bestuur noodzakelijk acht om het opstellen van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fouten of fraude. De Raad van Toezicht is verantwoordelijk voor het uitoefenen van toezicht op het proces van financiële verslaggeving van de stichting. Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een controleopdracht dat wij daarmee voldoende en geschikte controle-informatie verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel. Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet alle materiële fouten en fraude ontdekken. Afwijkingen kunnen ontstaan als gevolg van fraude of fouten en zijn materieel indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat deze, afzonderlijk of gezamenlijk, van invloed kunnen zijn op de economische beslissingen die gebruikers op basis van deze jaarrekening nemen. De materialiteit beïnvloedt de aard, timing en omvang van onze controlewerkzaamheden en de evaluatie van het effect van onderkende afwijkingen op ons oordeel.

met als doel controlewerkzaamheden te selecteren die passend zijn in de omstandigheden. Deze werkzaamheden hebben niet als doel om een oordeel uit te spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting; - het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van schattingen door het bestuur en de toelichtingen die daarover in de jaarrekening staan; - het evalueren van de presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening en de daarin opgenomen toelichtingen; en - het evalueren of de jaarrekening de onderliggende transacties en gebeurtenissen zonder materiële afwijkingen weergeven. Wij communiceren met de Raad van Toezicht onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante bevindingen die uit onze controle naar voren zijn gekomen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing. Nijmegen, 23 maart 2017 Baker Tilly Berk N.V. Was getekend M. Huisman RA

Wij hebben deze accountantscontrole professioneel kritisch uitgevoerd en hebben waar relevant professionele oordeelsvorming toegepast in overeenstemming met de Nederlandse controlestandaarden, ethische voorschriften en de onafhankelijkheidseisen. Onze controle bestond onder andere uit: - het identificeren en inschatten van de risico’s dat de jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fouten of fraude, het in reactie op deze risico’s bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden en het verkrijgen van controleinformatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Bij fraude is het risico dat een afwijking van materieel belang niet ontdekt wordt groter dan bij fouten. Bij fraude kan sprake zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing; - het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle

18



Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.