Dit boek is ontstaan omdat jij grote vragen stelt. Stop daar alsjeblieft nooit mee.
MC
Voor Finn
Ik begon met deze tekeningen nog voordat ik jou had ontmoet, ik stelde me de wereld voor die ik jou wilde geven.
En terwijl jij in mij groeide, kwam dit boek tot leven. De wereld is echt niet zo vriendelijk of veilig als ik fijn zou vinden, maar ik wil dat je weet dat jouw mama haar best heeft gedaan om die wereld beter te maken, niet alleen voor jou, maar ook voor andere kinderen en hun grote mensen, en vooral voor wie ertussenin zit, voor de verdwaalde schapen, voor wie op zoek zijn. We horen er allemaal bij.
RE
inhou D
Inleiding { 10 }
o u D e t e S tamen t { 15 }
1 . E E n h EE l go E d li E d { 16 }
Verwondermoment { 32 }
2 . dE tuin van v ER g E t E n na ME n { 33 }
Om over na te denken { 41 } Gods droom { 42 }
3. E E n fa M ili E waa R i E d EREE n ER bij hoo Rt { 44 }
4. Z E la C ht E { 49 }
5. dE g od di E Z i E t { 53 }
6. E E n na C ht E lijk E wo R st E lw E dst R ijd { 58 }
Om over na te denken { 63 }
7. dE g R ot E baby- RE ddingsa Cti E { 64 }
8. hE t volk waa RMEE g od op w E g gaat { 70 }
Een pad naar de vrijheid { 74 }
9. hE t li E d van d E ZEE { 77 }
10. g o E dh E id E n M anna { 81 }
Verwondermoment { 85 }
11 . dE b ER g van g od { 87 }
12 . v ijf dapp ERE Z uss E n { 94 }
13. b lijf h E t onthoud E n! { 100 }
Rechters { 104 }
14. E E n st R ijdlustig E v R ouw { 107 }
15. s t ER k E , b Es C h ERME nd E vl E ug E ls { 110 }
Verwondermoment { 117 }
16. vER d R i E t wo R dt EE n li E d { 118 } De koningen { 124 }
17. dE koning di E l EE fd E Z oals g od wild E { 126 }
18. w ijsh E id { 131 } Profeten { 136 }
19. Chulda E n d E kl E in E koning { 138 }
20. EE n sli MME , voo RZ iC htig E koningin { 143 }
Om over na te denken { 157 }
n ieuwe t e S tamen t { 159 }
Lijn van liefde { 160 }
21 . E E n all Esb E pal E nd E opd R a C ht { 162 }
Om over na te denken { 165 }
22 . dE kind ERE n di E h E t go E d E ni E uws hoo R d E n { 166 }
23. E E n b R on van v RE ugd E { 174 }
Om over na te denken { 177 }
24. dE v EE lkl E u R ig E l EER ling E n van jEZ us { 178 }
25. hE t konink R ijk dat van buit E n naa R binn E n g R o E it { 181 }
Verwondermoment { 189 }
26. t E g E lijk ERtijd { 191 }
27. jEZ us E n d E f EEstgang ER s { 196 }
28. lop E n ov ER wat ER { 202 }
29. wEEs go E d voo R M ij { 208 }
Verwondermoment { 213 }
30. E E n vad ER di E kijkt E n wa C ht { 214 }
32 . dE vo RM van v ER d R i E t { 222 }
Om over na te denken { 226 }
33. E E n MER kwaa R dig E opto C ht { 227 }
34. hE ilig E wo E d E { 231 }
Om over na te denken { 235 }
35. E E n f EEst ME t v R i E nd E n { 237 }
36. dE M o E ilijk E tijd voo R h E t E ind E { 240 }
37. E E n onv ER wa C ht E ont M o E ting { 250 }
38. E E n d R oo M di E uitko M t { 254 }
39. w ind doo R d E d E u R h EE n { 258 }
Om over na te denken { 261 }
40. v oll E taf E ls van li E fd E { 262 }
Om over na te denken { 267 }
41 . dE pu R p ER koopv R ouw { 268 }
Verwondermoment { 273 }
42 . E E n E ind E lo ZE b R uiloft { 275 }
Verwondermoment { 284 }
i nlei D ing
IT BOEK IS GEÏNSPIREERD DOOR VERHALEN UIT
de Bijbel. Maar wat is de Bijbel? De Bijbel is een heel oud, heel dik boek, met allemaal verschillende soorten verhalen. Sommige verhalen worden verteld in gedichten en liederen, andere lijken meer op geschiedenislessen, sommige zijn officiële koninklijke verslagen, en sommige zijn brieven.
Samen leren die verhalen ons hoe God is. Hoe is God? Dat is een grote vraag, met heel veel prachtige, ingewikkelde antwoorden – antwoorden die je waarschijnlijk de rest van je leven blijft onderzoeken. Want meestal geven die verhalen ons niet zomaar een antwoord. (Dat zou veel makkelijker zijn.) Vaak laten ze ons iets zien in plaats van dat ze het precies uitleggen.
De verhalen laten ons zien wie God is door de geschiedenis van Gods familie: mensen die in hun leven vol met problemen langzaam leerden om op God te vertrouwen, die dingen over God ontdekten en hun verhalen bewaarden zodat wij ervan kunnen leren. Maar God is te groot om in onze mensenwoorden te passen. Daarom hebben mensen door de geschiedenis heen geprobeerd om God te beschrijven door dingen te zeggen als: ‘God beschermt ons zoals een moedervogel die haar jongen beschermt.’ Of: ‘God is overal, net als de wind.’ Of: ‘God troost ons, zoals een omhelzing ons troost.’ En in dit boek proberen we ook door de tekeningen te laten zien hoe God is.
Je ziet God soms met een gezicht dat fronst en glimlacht, soms met armen die helpen en vasthouden, of met een mond die ademt en spreekt. In sommige verhalen zie je God als een zwevende vogel, een beschermende wolk of een lichtend vuur.
Maar het is belangrijk om te onthouden dat we niet weten hoe God eruitziet. We weten alleen maar hoe God is. Dus elke tekening in dit boek is bedoeld als een mooi, waardevol beeld om naar te kijken, terwijl intussen je hart het belangrijke werk doet: leren vertrouwen op hoe groot en bijzonder God is.
Een van de meest bijzondere dingen die we leren van de verhalen uit de Bijbel is dat ze ons laten zien wie wij zelf zijn. Wij zijn de mensen die God gemaakt heeft, en we gaan leren welke namen God ons geeft. Hoe meer we uit de Bijbel lezen, hoe meer van die namen we leren.
Belonging, Beloved en Delightful zijn drie kernbegrippen in dit boek – de namen die God aan ieder mens geeft. Omdat het om namen gaat, hebben we er in onze vertaling voor gekozen deze woorden met hoofdletters weer te geven als:
j e h oort e rbij
j e bent g elief D
j e geeft Vreug D e
je hoort erbij
Is er iets fijners dan het gevoel dat je erbij hoort? Dat er een plek is helemaal speciaal voor jou, die niemand anders zou kunnen innemen? Dat gevoel heb je misschien thuis, of met je vrienden. Soms voel je het op je verjaardag of als je in jouw speciale klimboom klimt. De Bijbel is vol met verhalen over God die tegen Gods mensen zegt: ‘Jij hoort bij Mij.’ Hoe verloren of eenzaam je je misschien soms ook voelt, er is voor jou altijd een speciale plek bij God.
j e bent g elief D
Liefde is de grootste kracht in het heelal. Het is groter en dieper en echter en stralender dan we ooit kunnen begrijpen.
Geliefde is eigenlijk een mooi woord voor iemand van wie je veel houdt, voor iemand die heel belangrijk en waardevol voor je is. ‘Geliefde’, zo noem je degene van wie je houdt.
En weet je wat zo bijzonder is? God houdt zoveel van mensen dat God ons allemaal zo noemt: geliefde. Geliefde jij, geliefde ik, geliefde wij. Wij zijn allemaal geliefd door God.
j e geeft Vreug D e
Jij maakt God gelukkig, gewoon door jezelf te zijn. Voordat we iets deden, vóór we iets konden zeggen, was God al blij met ons. God had zoveel vreugde in ons. Maar dat vergeten we vaak, en dan struikelen we. Daarom is de Bijbel vol verhalen die mensen eraan herinneren dat ze Gods liefde niet
hoeven te verdienen, dat ze zich niet hoeven te verstoppen als ze iets fout doen. Ze hoeven er alleen maar op te vertrouwen dat ze Bij God Horen, dat ze Geliefd zijn, dat ze Vreugde geven.
Aan het begin van de verhalen zie je soms andere namen voor mensen die je kent uit de Bijbel. Eva heet Chava. Ester is Hadassa. Dat zijn de namen die die mensen in het echt ook hadden, in de taal waarin de Bijbelschrijvers hebben geschreven. En het zijn namen die veel mensen die Hebreeuws en Grieks spreken ook nog gebruiken.
Als je de Bijbel leest, is het soms alsof je in een spiegel kijkt. De Bijbel kan ons helpen om naar onszelf te kijken. Net zoals mensen uit de Bijbelse verhalen kunnen wij ook God volgen en leren vertrouwen op God, die zoveel van ons houdt.
Maar lezen in de Bijbel is soms ook net als kijken door een raam: je krijgt een inkijkje in de wereld van het oude Midden-Oosten. Een wereld die heel anders is dan onze wereld. Door de originele namen ook op te nemen, voor zover ze verschillen van de namen die wij kennen, hoop ik recht te doen aan de mensen uit die wereld, en aan de tradities waar de verhalen uit voortkomen!
De verhalen uit de Bijbel worden al duizenden jaren verteld. Uit elk verhaal kunnen we zoveel leren. Een van de meest bijzondere dingen van de Bijbel is dat iedere keer als we een verhaal opnieuw vertellen we er weer iets nieuws en iets waardevols uit leren. Wijze mensen hebben gezegd dat het lijkt alsof mensen die van God houden om beurten een grote, prachtige diamant mogen vasthouden. Elke keer als een verhaal opnieuw wordt verteld, wordt de diamant een beetje gedraaid, en zien we Gods licht op een nieuwe en andere manier schitteren.
Hoe je de diamant ook ziet schitteren in deze verhalen, ik hoop dat de grootste schat die je vindt is: God is te vertrouwen, en de namen die God je geeft, kloppen helemaal. Je Hoort Erbij. Je bent Geliefd. Je geeft Vreugde.
e en heel goe D lie D
gE n E sis 1 – 2 Eva wordt ook Chava genoemd.
N HET BE GIN WAS ER EEN KOLKENDE watermassa. Er was chaos en leegte, allebei tegelijk. Het was alles en niets tegelijk. Maar God begon te spreken, en de Geest van God zweefde over de watermassa zoals een moedervogel boven haar nest zweeft. Of misschien leek het meer op de diepe ademteug die iemand neemt voor hij een prachtig lied gaat zingen, of op een zachte wind die je vertelt dat de lente eraan komt. Geen woord in onze taal is mooi genoeg om te beschrijven wat de Geest van God aan het doen was .
God zong een liefdeslied, en het leven ontstond.
God greep de chaos en maakte er iets moois van.
God nam de leegte en vulde die met goedheid.
Eerst maakte God licht en blies er leven in, en scheidde het van het donker. En de Geest klapte vol blijdschap. ‘Dit is klaar,’ besloot God. ‘Dit is goed.’ God begon met iets heiligs: het geven van namen. De nieuwe schepselen hoorden wat ze waren en bij wie ze hoorden. ‘Jou noem Ik Dag. Jij heet Nacht.’
Daarna spreidde God de lucht uit, en dat was net zo’n feest: scheppen, blijdschap, het geven van namen. God verzamelde het water en maakte plaats voor land. (‘Goed!’ ‘Jouw naam is Land!’ ‘En jij heet Zee.’) En God vulde het land met alle soorten planten en bomen die je je maar kunt voorstellen.
Het was of er een kurk uit een fles plopte en alles eruit bruiste: al Gods goede ideeën stroomden naar buiten, en alles wat God tot leven danste, was vol liefde, het was prachtig, en alles kreeg een naam. Alles wat stralend en mooi was, zong en draaide vrolijk naar de juiste plek toe.
De zon! De maan! Sterren en planeten!
Goed! Goed! Goed!
Dartelende vissen om de zeeën te vullen!
Fladderende vogels om de lucht te vullen!
Alle mogelijke soorten dieren om het land te vullen! Ze zwermen uit, ze krioelen door elkaar, ze tuimelen rond, ze overspoelen het land. Goed! Goed! Goed! Goed! Goed!
Waar eerst alleen de echo van de chaos was, was nu een symfonie van kleuren, klanken en beweging. Een vrolijke wanorde, zoals op een superleuk feest. Maar God was nog niet klaar: er ontbraken nog een paar gasten.
Toen maakte God mensen: Eva en Adam. God boetseerde ze uit roodbruine klei, en vulde ze met Gods Geest, zodat ze op God zouden lijken. Ze zouden dingen maken en blij zijn en namen geven, net zoals God.
Ze zouden voor de planten en de zeeën en de dieren zorgen – voor alles wat zo mooi gemaakt was. ‘Heel goed,’ zei God, zoals een kunstenaar die zijn grootste kunstwerk bewondert. Of misschien leek het wel op hoe een vogel naar haar zelfgebouwde nest kijkt. Of misschien leek het wel op hoe een vader of moeder naar een pasgeboren baby kijkt.
Geen van onze woorden is zacht genoeg om te beschrijven hoe blij en trots God toen naar de mensen keek.
Ze zijn prachtig! Ze zijn helemaal af! Ze zijn precies zoals ze moeten zijn.
Ik ben blij met ze en Ik houd van ze.
Ze zijn GOED.
Na al het scheppen en genieten en namen geven rustte God uit. En God noemde die rusttijd sabbat, en zei dat die gevierd moest worden aan het eind van elke week: een herinnering aan wat God deed nadat God ons
had gemaakt. Zoals een moeder, die als haar baby geboren is lekker gaat liggen om te kunnen genieten van haar pasgeboren kindje, om te kijken naar die lieve oortjes en die piepkleine vingernageltjes, zo stopte God met werken om te genieten van de goede, goede schepping. Het was precies zoals het moest zijn – er was niets anders meer te doen dan samen zijn. En net zoals jij je leven lang je moeders kind zult blijven, zo zullen de mensen die God heeft gemaakt altijd bij God blijven horen. Wat er ook gebeurt.
God droomde van samen zijn in een wereld waarin alles paste bij zijn goede, goede goedheid. En wat denk je? Ook al was God klaar, ook al was de schepping helemaal af, het feest van het genieten was nog maar net begonnen. Eigenlijk is God nog steeds aan het genieten van die goede, goede schepping, en God nodigt jou uit om dat ook te doen.
Jij hoort bij God. Je bent geliefd. En je bent heel goed.
Verwon D ermomen t
MENSEN DIE VAN GOD HOUDEN, DENKEN SOMS HEEL VERSCHILlend over verhalen uit de Bijbel, en dat geldt al helemaal voor dit verhaal.
Wie heeft dit verhaal geschreven? Heeft God het geschreven, of hebben mensen dat gedaan? Of is het op de een of andere manier allebei waar? Is dit echt gebeurd, of is het een prachtig gedicht over hoe wonderlijk alles is gemaakt, of misschien allebei? Waren er echt zeven dagen, of zeven tijdperken? Hoeveel diersoorten heeft God gemaakt?
Er zijn zoveel mooie vragen te stellen. En raad eens wie er heel veel houdt van vragen? God.
Denk eens aan hoe warm en bijzonder je je voelt als iemand je vraagt hoe je dag was, of wil weten wat jij lekker vindt, of wat je hobby’s zijn. God heeft ons gemaakt om bij God te horen. Dat betekent dat God zich warm en vertrouwd voelt bij ons. Dus je mag al je vragen stellen.
Hopelijk blijf je je hele leven belangrijke vragen stellen over God. Soms zijn er eenvoudige antwoorden. Soms denk je dat je het antwoord weet, maar ga je er anders over denken als je meer leert. En soms zul je lachen en je handen in de lucht gooien en zeggen: ‘Dit is iets dat alleen God begrijpt!’
Dit weten we wel: de verhalen uit de Bijbel zijn heel, heel lang geleden geschreven. Lang voor de mensen de dingen konden uitleggen met hulp van de wetenschap. Lang voor de geschiedenis begon die wij vandaag kennen. Maar de mensen die deze verhalen opschreven, wilden vooral dat we God zouden leren kennen. Dus ook al hebben we heel veel vragen om over na te denken, te lachen en om over te praten, de belangrijkste vraag is deze:
Wat leert dit verhaal ons over God?
De tuin V an
V ergeten namen
gE n E sis 2 – 3
Chava is een andere naam voor Eva.
OD LEGDE EEN FANTASTISCHE TUIN AAN WAAR
Eva en Adam konden wonen en werken. Een veilige, heerlijke plek waar ze zich thuis voelden. Want weet je, God hield van Eva en Adam, en had een prachtige droom voor ze. ‘Ik heb jullie zo gemaakt dat jullie op Mij lijken, dus Ik wil dat jullie net zo goed voor de tuin en de dieren zorgen als Ik zou doen,’ vertelde God aan hen. Er was zoveel te leren, en wat vond God het fijn om hen bij de hand te nemen en het ze allemaal te leren. Stap voor stap zouden Adam en Eva Gods wijsheid leren kennen, zodat ze een mooi leven zouden kunnen leiden, een leven in vrede.
Ik hoor bij jullie, en jullie horen bij Mij. Kom mee, dan laat Ik jullie zien hoe je kunt leven. In het midden van hun tuin stonden twee bomen. De Levensboom en de Boom van Kennis van Goed en Kwaad. En God waarschuwde Adam en Eva: ‘Je mag van elke boom in de tuin eten, behalve van de Boom van Kennis van Goed en Kwaad. Want jullie zijn nog niet klaar voor wat die boom je kan leren. Als je ervan zou eten, zou dat leiden tot dood en vernietiging.’ God wist dat ze zichzelf alleen maar pijn zouden doen als ze zoveel zouden leren over goed en kwaad terwijl ze nog niet de wijsheid hadden om