Nbtp magazine interculturele psychologie

Page 1

Jaargang 1 Ψ Nummer 4 Ψ December 2013

Thema: Interculturele psychologie Wies je vader

18

Waar kom jij vandaan? Of zoals tante Es dat vraagt: wies je vader, wies je moeder? Dat maakt uit. Dat maakt jou. De intergenerationele contextuele hulpverlening gaat nog een stukje verder. Zij bekijkt de hulpvraag van de cliënt, oftewel de thematiek, in de context van je herkomst. Oftewel jouw cultuur. Zij bevraagt cliënten over minimaal drie generaties. De vervolgvragen zijn dus, wie zijn je grootouders, wie zijn je kinderen, wie zijn je broers en zussen, wie is/waren je partner(s).

Zwarte Piet

4

Nederland! Geef zwarte piet niet op! Nederland, laat je niet intimideren en in een hoek drukken. Word je meer bewust van je eigen ‘bagage’ en houd stevig daaraan vast! Een column van David Pinto, hoogleraar interculturele communicatie.

Recht aan verschillen 6

TP-er @ work

Het houdt ons dagelijks bezig: culturele diversiteit. Van het immigratieprobleem tot aan de discussie omtrent Zwarte Piet. Het moge duidelijk zijn dat er verschillen tussen mensen bestaan, dat we ons daar mee bezig houden en dat we daar niet altijd even handig mee omgaan. De visie van Pinto laat je echter afvragen: wat is het probleem nu eigenlijk echt?

TP'er Loes is zorgcoördinator in het voortgezet onderwijs. In deze functie is zij verantwoordelijk voor het stroomlijnen van alles wat met zorg te maken heeft. Zo begeleidt Loes leerlingen en werkt zij samen met verscheidene externe hulpverleners. Geen dag hetzelfde. Zonder twijfel, een droombaan!

Eindredacteur en Coördinator Online Magazine (M/V)

Eindredacteur gezocht!

1

(Op vrijwillige basis)

Van de Voorzitter

2

Wat zit er voor jou in?

Van de redactie

2

 Je doet ervaring op die

Missie in Mali

3

NBTP Intervisie

4

Iets voor jou? Meewerken aan een leuk magazine? Informatie over de vacature in het kort

Wist je Dat...  De NBTP al ruim 300 leden heeft, verspreid over heel Nederland, maar ook België en Duitsland?

 De NBTP en het NIP beide in

 Coördineren van het    

Utrecht zijn gevestigd?

 We jou graag betrekken in wat we doen (en nog gaan doen)?

 De NBTP helemaal klaar is voor 2014?

 Wij in dit magazine twee

23

uitgeefproces Bewaken van deadlines Organiseren van redactievergaderingen Redigeren van teksten Verdere professionalisering van het magazine Bekendheid genereren van het magazine en zodoende het aantal downloads verhogen Het kost je ongeveer 1 uur per week op vrijwillige basis

 

belangrijk kan zijn voor je huidige of toekomstige baan; (staat goed op je cv) Je werkt in een fijn team dat volop in ontwikkeling is Je doet ervaring op in het aansturen van een team (op afstand) Je mag ook zelf publiceren in het magazine Veel netwerkmogelijkheden Veel eigen inbreng mogelijk

gastschrijvers hebben.

Kijk voor meer info op http://www.nbtp.nl/2013/10/ eindredacteur-online-magazine/ of mail naar magazine@nbtp.nl

In dit nummer:

Geef zwarte piet niet op 4 Recht doen aan verschillen

6

Religie tussen psycholoog en cliënt

10

Rasicme experiment

12

Internationaliseren moet je leren!

16

Wies je vader?

18

Nablik Inspire!

20

TP-er @ Work

23

Boekbespreking

24


Pagina 2

2013, Nummer 4

Van de redactie Colofon Hoofdredacteur Sophie de Haan en Magda SlimmensBos. Redactie Mirella Brok, Jiska Duurkoop, Amber van Es, Sophie de Haan, Paulien van de Krift, Annette Silvester en Magda Slimmens-Bos. Vormgeving Amber van Es Bestuur André Lollinga(voorzitter), Jenny Schoonbeek(secretaris),Sophie de Haan (penningmeester), Monique Korpershoek, Elout van Leeuwen en Esther Lukkien. Website www.nbtp.nl Ontwerper logo Anne Sesink en Joost Snel Lidmaatschap Wil je je gegevens wijzigen of kan je niet meer inloggen op Mijn NBTP van http://mijn.nbtp.nl, neem dan contact op met ledenadministratie@nbtp.nl. Wil je je uitschrijven? Je kan je uitschrijven via mijn.nbtp.nl/ uitschrijven. Uitschrijving dient minimaal één maand voor het einde lidmaatschap plaats te vinden.

Interculturele psychologie Sophie de Haan Interculturele psychologie? Ik herinner mij nog een goed boek geschreven door Geert Hofstede, een Nederlandse organisatiepsycholoog met internationale bekendheid volgens Wikipedia. Het boek heet ‘Allemaal Andersdenkenden’, over omgaan met cultuurverschillen. In dit boek kwam uitgebreid aan bod op welke vier dimensies culturen, en dus gedragingen van mensen, van elkaar kunnen verschillen. En hoe gedrag dus ook per cultuur anders geïnterpreteerd wordt. Cultuur en psychologie zijn dus erg met elkaar verbonden. Interculturele psychologie leek een lastig onderwerp voor ons magazine, zo op het eerste gezicht. Waar kunnen we schrijvers vinden

en welke onderwerpen behandelen we? Het bleek echter mee te vallen, want er kwamen veel positieve reacties op dit onderwerp binnen. Er diende zich een aantal gastschrijvers aan met leuk materiaal: Een artikel over de rol van religie tussen psycholoog en clïent bijvoorbeeld. En daarnaast ook nog een interview met Prof. dr. David Pinto hooglereaar/directeur Intercultureel Instituut (ICI). De redactie van NBTP Magazine at en sprak met hem in Amsterdam. Ons magazine wordt steeds professioneler en er melden zich steeds meer gastschrijvers aan! Dat vinden we fantastisch om te zien. Wil je ook meeschrijven? Mail ons via magazine@nbtp.nl. De NBTP wenst je veel leesplezier en een heel goed 2014! Het thema van ons volgende magazine is Spanning en Stress.

Van de voorzitter

Lid worden? Dat kan via mijn.nbtp.nl Contributie De contributie voor het jaar 2014 is vastgesteld op 10 euro voor studentleden en 40 euro voor leden.

Niets uit deze uitgave mag, noch geheel, noch gedeeltelijk, worden overgenomen en/of vermenigvuldigd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming. We zijn niet aansprakelijk voor fouten, verkeerde interpretatie te gevolge van de uitgave van de NBTP Magazine. Aan deze uitgifte kunnen geen rechten worden ontleend. Het kopiëren of vermenigvuldigen van de NBTP Magazine is niet toegestaan, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming.

Een nieuw bestuursjaar André Lollinga We gaan een nieuw bestuursjaar in waarbij veel op de agenda staat. We staan nog te stuiteren van de energieboost die wij hebben gekregen van het afgelopen congres inclusief alle reacties. Die energie willen we graag inzetten om weer grote stappen te zetten dit jaar. Wat gaan we doen en wat kun je

verwachten? Dit jaar gaan we ons met veel zaken bezighouden. Bijvoorbeeld: profilering van TP’ers op de arbeidsmarkt. Denk hierbij aan promotiemateriaal, flyers en folders die uitleg geven over de mogelijkheden van een TP’er voor organisaties; Verbinding in de vorm van gezamenlijk met NIP een competentieprofiel voor HBO en WO’ers opstellen; Positionering door middel van een programma dat alle leden kunnen volgen (van


2013, Nummer 4

Pagina 3

NBTP zoekt nog nieuwe actieve bestuursleden!

Een nieuw bestuursjaar (Vervolg) drie avonden) om zichzelf beter in de markt te leren zetten; Professionalisering door

kwaliteitsregister voor Toegepast Psychologen en minimaal één themabijeenkomst per regio.

Is dit al genoeg? Er is nog meer! Bekijk het volledige overzicht in het jaarverslag. En doe mee!

Hoofdredacteur op missie in Mali Hans van Doremalen Helaas moet ik tijdelijk afscheid nemen van de redactiecommissie van het NBTP Online Magazine. De reden is dat ik de komende 6 maanden in Afrika zit. Zoals jullie wellicht vernomen hebben heeft de Nederlandse regering besloten om Militairen en politiemensen naar Mali te sturen. Mijn opdracht is om, met 20 Marechaussee's, ondersteuning te leveren als Individual Police Officers (IPO). Deze IPO's kunnen zowel individueel als in teamverband in de regio Gao worden ingezet. Hun belangrijkste taken bestaan uit het ondersteunen en trainen van de

lokale veiligheidsdiensten ter bevordering van “rule of law”, bescherming van burgers, monitoren en bevorderen van de mensenrechten. Wat mijn taak daar concreet zal zijn is –naast het feit dat ik commandant wordt van de IPO’svooralsnog onduidelijk. In de eerste instantie zal ik er zorg voor moeten

dragen dat mijn mensen daar hun werk goed kunnen uitvoeren en dat aan de noodzakelijke Hygiënefactoren wordt voldaan zoals een onderkomen, eten en drinken, contact met thuisfront. Graag wil ik jullie voorafgaand en tijdens de Missie op de hoogte houden van de belevenissen. Ik zal dit doen door iedere editie een column te schrijven over mijn tijd in Mali. Ik dank het hele redactieteam voor hun inspanningen en de prettige samenwerking. We zetten het volgend jaar zeker voort.

Gezocht, gedeeld en gevonden Denk en praat mee! Voor een artikel over ons prachtige werkveld ben ik (redactielid Jiska) op zoek naar definities en voorbeelden van het beroepsprofiel van de TP'er. Denk hierbij aan beschikbare beroepscodes, je eigen TP 'pitch'; hoe vertel je over je studie/

werkveld in het dagelijks leven. Hoe beschrijf en promoot jij TP stages en werkmogelijkheden etc. Context? Ik draag graag persoonlijk een steentje bij aan het op de kaart zetten en verankeren van de

toegepaste psychologie. Dit doe ik door middel van het schrijven van een artikel over dit prachtige doch vaak nog onbekende werkveld. Wie helpt mee? Samen de schouders onder het positioneren van het werkveld! Wie helpt mee?


Pagina 4

2013, Nummer 4

Gezocht, gedeeld en gevonden (Vervolg) Waarom? Om te beantwoorden aan het doel van NBTP namelijk: "Eén van de belangrijkste activiteiten van de vereniging vormt het behartigen van de

beroepsinhoudelijke belangen van Toegepast Psychologen binnen de werkvelden waar zij actief zijn. Ofwel: het zodanig positioneren van de belangen van de beroepsgroep dat ze deel

uitmaken van de agenda van politici en beleidsmakers." (zie ook LinkedIn-pagina word lid!)

Veel toegepast psychologen (TP’er) of medewerkers die toegepaste psychologie beoefenen, werken individueel of in een klein samenwerkingsverband. Hierdoor zijn er weinig mogelijkheden voor de overdracht van kennis en ervaringen of voor het consulteren van derden bij vragen of problemen.

mensen die toegepaste psychologie beoefenen, met elkaar in contact brengen. Door middel van deze bijeenkomsten gaat er gezorgd worden voor informatieoverdracht, deskundigheidsbevordering en daardoor kwaliteitsbewaking van de toegepast psychologen of medewerkers die toegepaste psychologie beoefenen.

aanmelden via secretariaat@nbtp.nl. In de regio's Amsterdam en Utrecht is nog plek. Maar ook wanneer je woonachtig bent in andere regio's kan je je opgeven. In de regio's Groningen en Breda draaien ook intervisiegroepen.

Intervisie kan hier een bijdrage aan leveren. De NBTP wil door middel van de intervisiebijeenkomsten

Ben je (student)lid van de NBTP en heb je belangstelling voor deze bijeenkomsten, dan kun je je

Mail nu naar info@nbtp.nl t.a.v. Jiska.

NBTP Intervisie

Bij voldoende belangstelling in andere regio's kijken we of daar nieuwe groepen gestart kunnen worden.

Nederland, geef Zwarte Piet niet op! David Pinto Met stijgende verbazing en dito ergernis, volgde ik de ophef over ‘Zwarte Piet’. Wat kunnen mensen slecht zijn en een zwakke plek van de ander uitbuiten! Afgrijselijk. Veel Nederlanders zijn schuldbewust over de rol die hun land heeft gespeeld bij de vernietiging van haar Joodse burgers in WO II. En dat weten sommigen en zij aarzelen niet om daar op in te spelen. Zij

doen nog een schepje er bovenop en halen de slavernij erbij. Het eeuwenoude gezellige kinderfeestje van 5 december moet anders. Zwarte Piet moet herzien worden, anders worden; gekleurd of gewoonweg verdwijnen. Het is racistisch, vinden sommige zwarten en naar politieke correctheid hijgende medestanders. En stel nou dat deze zwartkijkers hun zin krijgen en Zwarte Piet wordt

verkleurd of afgeschaft, wat zal de volgende stap zijn? Met dammen en schaken is het regel dat wit de eerste zet doet. Wat racistisch! Voortaan moet zwart beginnen. En wat te denken van tal van gezegdes en uitdrukkingen zoals zwart kijken; zwart rijden; alles werd hem zwart voor ogen; zwart als de nacht; een zwarte dag; iemand zwart maken; de pot verwijt de ketel dat hij zwart


2013, Nummer 4

Pagina 5

Column

Nederland, geef Zwarte Piet niet op! (Vervolg)

ziet; wie niet zwart is, hoeft zich niet te wassen; wie anderen zwart maakt, blijft zelf niet wit; de duivel is niet zo zwart als men hem schildert; door een zwarte bril kijken (neerslachtig, moedeloos, pessimistisch zijn, van alles meer het tegen dan het voor zien). Dat is pas negatief over zwart, racistisch! En wat te doen met wereldwijde gebruiken zoals het gegeven dat zwart de rouwkleur is in Nederland? Een gebed zonder einde. En het zelf kastijden gaat zover in Nederland dat media ruim podium bieden aan de hardste schoppers tegen zo’n typisch Nederlands onschuldig kinderfeest. Ook gezien hoe de schreeuwlelijk Prem Radhakishun als een kip zonder kop tekeer ging bij De Wereld Draait Door? Walgelijk. En het toppunt, de VN laat een commissie de kwestie onderzoeken. Wie zit in de commissie? Vier zwarte mensen.

En de voorzitter van de commissie liet ongegeneerd, zonder blikken of blozen (althans niet waar te nemen) haar afschuw weten over het Nederlands racisme in deze kwestie. Bent u ook benieuwd naar de uitkomst van dat onderzoek? Lachertje! En hoe nu verder dan? Het is juist, zwart heeft negatieve connotatie en staat als symbool voor slecht. Dat is een vaststaand gegeven. Wil je werkelijk met succes daar wat aan doen? Bestrijdt dan niet de symptomen die uiting vinden in woorden, gezegdes, onschuldige gebruiken. Handel niet vanuit zwakte, onzekerheid en gevoel van minderwaardigheid. Ontwikkel als zwarte het geloof in je eigen kracht en lach om het ingeslepen negatief beeld over zwart. Als ik, als Jood, en alle andere Joden zich zouden bekommeren over hoe men over ons praat en schrijft, zouden wij geen tijd overhouden om met 0,02 % van de

wereldbevolking (14 miljoen) 129 Nobelprijzen weten binnen te slepen op natuurkunde, medicijnen, economie, vrede en literatuur (ter vergelijking: 1,2 miljard moslims, 20% van de wereldpopulatie vergaarde 7 Nobelprijzen). Wij lachen zelfs om denigrerende grappen over ons. Uit kracht! Nederland, laat je niet intimideren en in een hoek drukken door zwakke, negatieve krachten en gefrustreerde subjecten. Word je meer bewust van je eigen ‘bagage’ en houd stevig daaraan vast! Goed voor iedereen, inheemse en migrante ingezetenen. Zwart en wit.

Prof. dr. David Pinto Hoogleraar/directeur Intercultureel Instituut (ICI) Expert Migratie, Inburgering en Diversiteit www.davidpinto.nl 06.53.97.18.22


Pagina 6

2013, Nummer 4

Interview

Recht doen aan verschillen Paulien van de Krift en Annette Silvester

Prof. Dr. David Pinto, expert migratie, diversiteit & inburgering, is hoogleraar Interculturele Communicatie en tevens directeur van het Intercultureel Instituut (ICI) in Amsterdam. David Pinto schreef 15 boeken en tal van artikelen en columns (waaronder een column, speciaal geschreven voor ons magazine: “Nederland, Geef Zwarte Piet niet op!” ).

wijken, een eigen omgeving en eigen scholen: geen mengeling, absoluut niet. “Maar mensen maken zich hier zo druk om segregatie. In Amstelveen zit een grote gemeenschap van Chinezen en Japanners. En niemand maakt zich daar druk over. Het probleem is niet de segregatie, maar de accumulatie van sociale achterstand en sociale problemen met segregatie.” U bent Joods-Marokkaans… “Dat is ook vrij uniek. Meer dan 99% van de Marokkanen die hier in Nederland wonen zijn niet Joods, maar Moslim. Marokkaanse jongeren die hier opgroeien kennen dat ook niet. Toen ik in Marokko woonde waren we met 350.000 Joden, de grootste Joodse gemeenschap in een Arabisch land. En dan ben je een minderheid in je eigen land. Hetzelfde verschijnsel met groepen Joden heb je ook hier in Nederland. Maar een kardinaal verschil met ons was, dat er bij ons sprake was van honderd procent (sociale) segregatie. Hier en in de rest van Europa is er sprake van assimilatie. Wij hadden eigen

Vanwaar de motivatie om over diversiteit te gaan publiceren en het te onderzoeken? “Dat was helemaal niet de bedoeling, ik studeerde eerst Letteren. Daarna ben ik gepromoveerd op Sociale wetenschappen. Ik kreeg het aanbod om te promoveren op de Dode Zee-rollen. Binnen theologie, zuiver wetenschappelijk onderzoek, en toch deed ik het niet! Ik had een vacature gezien voor Consulent Anderstalige; adviseren over het onderwijs aan niet-Nederlanders. Ik solliciteerde en werd aangenomen, ik ging iets sociaals doen. Men geloofde eerst niet dat ik daardoor niet wilde promoveren!

“In die tijd begon hetgeen waar we het nu veel over hebben: de problematiek met diversiteit en ‘buitenlanders’. Toen kwam een minister met een eerste beleidsnotitie genaamd ‘Minderheden in het Onderwijs’. Met drieëntachtig maatregelen van wat er allemaal moest gebeuren. Één van die maatregelen was om een specialisatie binnen pedagogiek af te stemmen op deze situaties en hij noemde dat de transculturele pedagogiek. Ik kreeg de opdracht om een programma te ontwerpen voor zes jaar aan leerstof en literatuur die bestudeerd moesten worden hiervoor. En zo begon mijn hele verhaal van diversiteit.”

Hoe definieert u culturele diversiteit? “Begin bij de definitie”, zegt u. “Ik denk dat wij nu in een tijd leven waarbij het niet meer werkt om het ‘culturele’ diversiteit te noemen. Daarmee veronderstellen we dat diversiteit alleen bestaat tussen culturen in landen en dat klopt niet meer. Ook in een land zo klein als Nederland kun je een gigantisch verschil zien tussen Brabanders


2013, Nummer 4

Pagina 7

Recht doen aan verschillen (Vervolg) en Groningers, tussen Staphorsters en Amsterdammers.

Dus dat is meer streekgebonden diversiteit? “Ja, dat kun je niet meer koppelen aan ‘cultuur’. Daarom heten onze trainingen ‘Recht doen aan verschillen’ met als subtitel: ‘diversiteit breed’. Diversiteit van leeftijd, gender, afkomst, functieniveau, seksuele geaardheid. Daar zit diversiteit. Als je gelooft zoals ik geloof, dat iedereen uniek is, dan is er bij iedere ontmoeting sprake van diversiteit. Een voorbeeld is het verschil tussen ‘the West and the rest’. Hier hebben wij een totaal andere manier van denken en voelen dan in de rest van de wereld. Wij hebben in de loop van eeuwen een individualiteit en individualisme ontwikkeld. Dat kleurt enorm de manier waarop je leeft. Bij de ‘rest’ zijn mensen veel meer lid van een groep. Een collectieve identiteit brengt een totaal andere manier van denken en voelen, dan individuele identiteit. Precies daarop is mijn structurentheorie gebaseerd.”

Kunt u iets vertellen over uw werkwijze? “Onze trainingen zijn gebaseerd op drie vaardigheden die nodig zijn om bewustzijn te ontwikkelen.. Het moet wel positief vallen: ze moeten in alle rust en vrijheid tot het inzicht kunnen komen dat hun

eigen persoonlijk denkkader beperkt is. Mensen willen niet vernederd worden onder de label ‘daar leer je wat van’, mensen zijn dan niet meer ontvankelijk. “Bij ons is het juist de combinatie van leuk en leerzaam. Tijdens het tweede dagdeel doen we een spel en daarna komen kennis en inzicht. Kennis wordt gekoppeld aan de structuurtheorie en de drie-stappen -methode, die inhoudt hoe je om gaat met verschillen met behoud van eigenheid. Het derde dagdeel is specifiek voor iedere groep. De cursisten sturen vooraf hun casus of problemen op, waarop de inhoud van de eerste twee dagdelen toegepast wordt. Het maakt niet uit hoe ingewikkeld dat probleem ook leek, het werkt altijd.”

Hoe vindt u dat de Geestelijke Gezondheidszorg dit onderwerp aanpakt? Wat is de status nu? “Er is een staat van verwarring. Er is een veronderstelling die heel lang is aangenomen: het maakt niet uit waar mensen vandaan komen, als ze Nederlands leren is het oké. Het

heeft lang geduurd voordat mensen zich begonnen te beseffen – en lang niet iedereen beseft zich dit nog – dat dit niet genoeg is. In de tijd dat minder dan 25% van de Marokkaanse meiden in Amsterdam financieel voor zichzelf konden zorgen, zei de wethouder dat ze zich steviger moesten inzetten voor taal. Wat voor oplossing is dat? Churchill zei juist: datgene wat Amerikanen van Engelsen onderscheidt, is hun taal. Ze spreken dezelfde taal, dus dan zou je denken dat ze elkaar snappen. Maar zo simpel ligt het niet. Die meiden uit Amsterdam zijn hier geboren en spreken uitstekend Nederlands. Wat wil je ze dan leren? De taal is niet het probleem: de moderne en pre-moderne waarden botsen. Ligt het er dan aan dat ze Moslim zijn? Nee, want er zijn ook Moslims die het prima doen in de maatschappij. Staat religie dan in de weg? Turken doen het bijvoorbeeld over het algemeen beter dan Marokkanen en zij zijn toch ook Moslim? Dus dan ligt het meer aan de soort populatie, met hun eigenheid en de soort bagage die ze meenemen.”

‘Culturele diversiteit’ is een ingesleten begrip dat eigenlijk is verouderd. Maar het wordt nog wel veel gebruikt; in de politiek, maar ook in de psychologie. ‘Omgaan met culturele verschillen’ lijkt nu een issue te zijn die hoog op de agenda staat, hoe verklaart u dat?


Pagina 8

2013, Nummer 4

Recht doen aan verschillen (Vervolg)

“Het kost tijd voor mensen om te beseffen dat de wereld en diversiteit veel te complex zijn om te kunnen vangen met deze term. Het is een kwestie van eindeloos herhalen voordat dit besef komt in de harten en hoofden van mensen. De eerste wet van Newton is: alles heeft de neiging om stil te staan en komt pas in beweging als er kracht van buiten komt. Dat geldt ook voor mensen, zolang er niks gebeurt kijken we er niet naar om. Maar nu beginnen we in iedere sector te voelen dat ons cultuurbeleid niet meer werkt. Ten eerste krijgen hulpverleners meer cliënten die van elders komen en zich anders gedragen en ten tweede krijgen ze ook steeds meer collega’s van elders. We voelen dat we iets moeten veranderen omdat we niet meer weten hoe we daar mee om moeten gaan, en zo komt er beweging in. En de reden dat sommige sectoren nog achter lopen is omdat er zo lang geen noodzaak is gevoeld voor verandering. “Voor de GGZ zijn er nog steeds vacatures voor ‘psycholoog

anderstalig’. Maar de taal maakt net zo min verschil als kleding of huidskleur. Er zijn twee factoren die bepalen wie we zijn: ons DNA en de omgeving. Ik ben zelf opgegroeid in Marokko en mijn taal was Frans: ben ik dan een Fransman? We gaan er te snel vanuit dat iemand van een bepaald land daar ook landkundige van is, of dat iemand met een bepaalde taal of religie een cultuurkundige is. Maar als je een Marokkaanse hulpverlener zet tegenover een Marokkaanse cliënt, heb je nog steeds geen garantie dat ze elkaar begrijpen. De hulpverlener moet een bepaalde deskundigheid hebben uit bijvoorbeeld de psychologie of sociologie, om te begrijpen waarom mensen doen wat ze doen, hoe bagages tot stand komen.”

Hebt u daarmee een aanbeveling voor de GGZ? “Zij zouden moeten doen zoals iedereen het zou moeten doen: behoud je eigenheid, blijf wie je bent als bedrijf of als sector, maar verdiep je ook in de eigenheid van de ander. Waarom is de ander zo anders? En je zult zien als je dit doet, lost ieder probleem zich van zichzelf op. Instellingen kunnen hun aanpak of gesprekstechniek aanpassen op de luisteraar, om bij hen te kunnen bereiken wat zij willen. Dat is onderdeel van de driestappen-methode: stap één is bewust worden van je eigen eigenheid, stap twee je verdiepen in

de eigenheid van de ander en stap 3 is vaststellen hoe om te gaan met de verschillen. Alleen al met deze eerste twee stappen kun je ontdekken waarom de ander anders doet dan jij, en dat noem ik het dubbel-perspectief.”

Loopt de politiek achter? “Altijd. Maar je kunt als politicus niet zo ver vooruit lopen. Je moet als politicus eerst horen wat er leeft bij mensen. En dan is er wel overtuigingskracht nodig om anderen hetzelfde inzicht te geven en ze daarin te laten geloven. En dat hebben wij in Nederland nog niet.” Stap 1 Word bewust van je eigen eigenheid.

Stap 2 Verdiep je in de eigenheid van de ander.

Stap 3 Hoe ga ik om met de verschillen?


Pagina 9

2013, Nummer 4

Recht doen aan verschillen (Vervolg) Pinto stelt politici in plaats van een maatschappelijk integratiebeleid een participatiebeleid voor.

anders, ik kan op een doorsnee dag trainingen geven of een presentatie geven over mijn theorie.

“Integratie veronderstelt – en zo wordt het ook ervaren door betrokkenen – assimilatie: word nou gewoon Nederlander, doe zoals wij! En de betrokkenen voelen zich beledigd: hoezo, is mijn meegenomen bagage niet goed? Ik zeg al jaren dat ze het verkeerde concept gebruiken, je moet het hebben over participatie: meedoen. Dat wil men wel, maar niet door integratie. Want integratie betekent dat ze hun bagage en eigenheid moeten weglaten. Participatie zegt: behoud die eigenheid, maar oriënteer je wel op de samenleving en doe mee naar kunnen en vermogen.”

Laatst werd ik gevraagd om in de commissie te treden voor een promotieonderzoek over multiculturaliteit. Ik word vaak om hulp gevraagd, maar niet altijd ga ik hierop in. Ik werd bijvoorbeeld eens gevraagd om te bemiddelen bij een conflict tussen Molukkers en Marokkanen, maar de burgemeester waarmee ik moest werken leek me totaal niet ontvankelijk. “Maar we willen je er voor betalen!” Maar dat wilde ik niet, daar gaat het niet om. Als bijvoorbeeld een school me echt hard nodig heeft, maar niet veel geld hebben, dan kom ik wel. Ik wil voornamelijk mijn boodschap overbrengen: er is meer tussen mensen dan cultuur, religie of taal – er zit iets dieps waardoor mensen dingen anders doen. Ik wil dat mensen nieuwsgierig worden naar elkaars verschillen, zich hierin verdiepen en leren elkaar te begrijpen.”

Welk doel heeft u voor ogen vanuit uw Intercultureel Instituut? “Wij geven trainingen over hoe effectief om te gaan met verschillen: recht doen aan verschillen. Ook doen we toegepast onderzoek voor bijvoorbeeld de politie of het ministerie, om te kijken of hun aanpakken effectief zijn. Maar ik weiger om bekostigd te worden door de overheid: ik heb dit juist opgezet omdat ik het niet eens was met hun aanpak. Nu is dit instituut volledig zelfstandig en vrij. Mijn werkdagen zijn altijd

De redactie concludeert: De visie van Pinto laat je afvragen: wat is het probleem nou eigenlijk echt? Ook de uitzending van Het Grote Racisme Experiment van BNN op 7 november jl, past perfect in de tijdgeest van de afgelopen maanden. Één van de Brown Eyesdeelnemers verliet het

“Er zijn nog steeds mensen die niet snappen dat onderscheid mooi is. Dat diversiteit mooi is.”

experiment, nadat hij het niet langer kon verdragen getuige – en deelnemer – te zijn van de onderdrukkende en neerbuigende praktijken van racisme. Terwijl hij emotioneel werd van onbegrip werd de uitzending afgesloten met zijn woorden, die uitstekend aansluiting vinden op de boodschap van Pinto: “Er zijn nog steeds mensen die niet snappen dat onderscheid mooi is. Dat diversiteit mooi is.”


Pagina 10

2013, Nummer 4

Gastartikel

Religie tussen psycholoog en cliënt Karan Gokoel Dat religie niet meer past in de moderne tijd is niet te merken aan religieuze ontwikkelingen in Nederland. Volgens onderzoek van het CBS zijn in 2008 zes op de tien Nederlanders religieus. Ongetwijfeld komen ook psychologen in aanraking met cliënten die een bepaalde religie of levensbeschouwing aanhangen. De psycholoog die zichzelf als instrument inzet, bepaalt mede hoe de therapie verloopt en gebruikt hierbij zijn eigen opvattingen over religie (Fisselier, Van der Waal & Spijkers, 2006). Religieuze of culturele opvattingen kunnen een belangrijke rol spelen in de therapie en zijn daarom van belang om mee te nemen in de anamnese of behandeling. Religieuze en culturele opvattingen scheppen vaak helderheid in gedragingen van de cliënt en geven de cliënt een veilig gevoel in de therapie. Door religie buiten beschouwing te laten in de anamnese kan de behandelaar, in dit geval de psycholoog niet tot een reëel inzicht komen van iemands leefwereld (Glas, 2000). Over religie bestaan verschillende opvattingen en definities. Zo vindt Pargament (2007) dat religie een zoektocht is naar zingeving in relatie tot het transcendente. Freud had een andere opvatting over religie en beschreef dit als een collectieve neurose (Van Saane, 2010). Volgens de godsdienstsociologen Dekkers en Stoffels (2009) is religie multidimensioneel. Dat wil zeggen dat religie zowel om collectieve als

individuele gebruiken kan gaan, daarnaast moet deze het element van het transcendente bevatten. Stel dat een cliënt in de therapie vertelt dat hij tot bomen praat en geïnspireerd wordt door geesten, dan kan dit op verschillende manieren geïnterpreteerd worden.

Door de religieuze en culturele achtergrond in ogenschouw te nemen is de psycholoog beter in staat een voorstelling te maken van het gedrag. Er zijn culturen waarin goden en geesten onder een noemer vallen en deze mensen bijstaan in tijden van nood (Gokoel, 2005). Ook het aanbidden van levende en niet levende objecten kan onderdeel zijn van religie. Door dit gedrag van de cliënt als ‘psychotisch’ te beschouwen plakt de psycholoog al een label op, die erg ver van de beleving van de cliënt is. Het communiceren met

bomen of geesten kunnen onderdeel zijn van de religieuze praktijk van de cliënt. De psycholoog dient ook rekening te houden met het feit dat niet over alle religieuze praktijken gesproken wordt, vaak uit respect voor het transcendente of als onderdeel van de religieuze praktijk. Daarnaast kunnen niet alle religieuze principes en concepten door religie aanhangers in taal uitgedrukt worden en gebruiken cliënten vaak containerbegrippen zoals: ‘almachtige’ en ‘bovennatuurlijk’ (Heschel, 2005). Het is voor de beeldvorming van de psycholoog belangrijk om uit te vragen hoe deze specifieke gedragingen zich in de praktijk uiten. De wetenschappelijke literatuur over psychologie gaat vaak uit van een woord dat al geïntegreerd is en vaak al langer bestaat in het westen. Toch zijn er woorden en ideeën die (vaak nietwesterse) gelovigen of migrantengroepen niet kennen. Soms is het ook noodzakelijk na te gaan wat een bepaalde term in een specifieke cultuur betekent. Zo bestaat er geen woord of concept voor depressie in het Turks en geen woord voor verslaving in het Hindoestaans (Borra, 2012). Hoe leg je een Turkse cliënt uit dat hij aan een depressie lijdt en niet het slachtoffer is van een kwade geest? Daar ligt de uitdaging voor de cultureel georiënteerde psycholoog. Psychologen kunnen in de therapie gebruik maken van de volgende


2013, Nummer 4

Pagina 11

Religie tussen psycholoog en cliënt (Vervolg) thema’s over een bepaalde cultuur of religie: Symbolen spelen een belangrijke rol in het denken van mensen. Nagaan welke symbolen waardevol zijn voor de cliënt kan veel informatie verschaffen. Zo kunnen amuletten, gelukstenen en de zithouding sterk cultureel of religieus bepaald zijn. Bij migrantengroepen komt het vaak voor dat de cliënt de psycholoog niet in de ogen aankijkt als teken van respect, wat ook geïnterpreteerd kan worden als een sociale angst of verminderde interesse in de therapie. Helden kunnen een beeld geven hoe de cliënten kijken naar o.a. relaties of rolmodellen. Zo kan een cliënt een godin uit de eigen religie

belangrijker vinden dan een god, of een voorkeur hebben voor een erg radicaal rolmodel. Rituelen vormen een belangrijk onderdeel van collectieve gebruiken. Zo kan een Hindoestaanse cliënt het vieren van Phagwa (lentefeest) als Nieuwjaar beschouwen en daardoor moeite hebben met het vertellen van de eigen leeftijd. De verklaring ligt in het hanteren van een andere kalender en niet in een beperking van de cognitieve capaciteiten of vergeetachtigheid.

voor behandelen. Het is de bedoeling om religie als informatieverschaffende domein op te nemen in de therapie, waarbij rekening wordt gehouden met de gewoonten, waarden en normen van de cliënt. Het betrekken van religie in de therapie is geen overbodigheid, maar onderdeel van empathie voor de cliënt.

Hoewel religie een belangrijke rol speelt in de relatie tussen psycholoog en cliënt, is het niet de bedoeling dat de psycholoog afwijkt van de evidence-based methode

Bora, R.(2012) Intercultureel addendum depressie. Ggz- Trimbos Instutuut Utrecht Dekker, G., & Stoffels, H.C. (2001) Godsdienst en Samenleving: Een introductie in de godsdienstsociologie. Kampen: uitgeverij Kok Fiselier, V.d. (2006). Psychiater, patiënt en religie: meer dan coping alleen. Tijdschrift voor psychiatrie, 383-386. Glas, G.(2000) De religieuze anamnese in Psyche & Geloof 2000, 71-85 Gokoel, K. (2005). Geesten of schizofrenie: een beschrijving van een Hindoestaanse patiënt. Tijdschrift voor psychiatrie, 801-805. Heschel, A. (2005) God zoekt mens: een filosofie van het Jodendom. Amsterdam: Uitgeverij Abraxas Pargament, K.I. (1997). The Psychology of Religion and Coping. New York: Guilford Press. Saane, Van. J. (2010) Religie zo gek nog niet: een introductie in de godsdienstpsychologie. Kampen: Uitgeverij Ten Have Schuringa, L. (2005) Omgaan met diversiteit: een uitdaging. Soest: Uitgeverij Nelissen http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/vrije-tijd-cultuur/publicaties/artikelen/archief/2008/2008-2476-wm.htm


Pagina 12

2013, Nummer 4

Actualiteit

Interview met Seydâ Buurman-Kutsal Jiska Duurkoop

Over diversiteit wordt er op het moment veel gezegd en geschreven. Omgaan met culturele diversiteit in de maatschappij en binnen de (geestelijke) gezondheidszorg is een ‘hot issue’. 7 november 2013 zond BNN Het Grote Racisme Experiment uit. Een zeer ingrijpend en confronterend sociaal experiment, ontsproten aan het brein van Jane Elliot: de Blue eyes/ Brown eyes gedragstraining Zij wijdde uitgebreid onderzoek aan de uitwerking van vooroordelen en onderdrukking. Bij deze training staat een fysieke eigenschap centraal die niemand onder controle heeft, namelijk de oogkleur. En er worden op basis hiervan negatieve of positieve kenmerken aan de proefpersonen toegekend. Ṣeydâ Buurman-Kutsal is een trainer van Blue Eyes/ Brown Eyes en is in deze hoedanigheid ook te zien op BNN. NBTP Magazine is erg blij dat zij haar kennis en kunde op het gebied van diversiteit wil delen.

Wie ben je en wat doe je? Ik ben Ṣeydâ Buurman-Kutsal, trainer, supvervisor en diversity consultant. Ik werk in meerdere werkvelden. Zo ben ik bijvoorbeeld parttime docent bij Fontys Hogescholen Pedagogiek, en heb ik een praktijk als trainer, supervisor en consultant. Hoe definieer jij (culturele) diversiteit? Diversiteit definieer ik vanuit een caleidoscopische visie zoals Gloria Wekker deze beschreef. Vanuit deze visie zijn identiteiten niet monolithisch maar polymorf. Daarbij is voor mij echter een belangrijke basis het besef dat racisme in onze maatschappij bestaat. Zonder dit besef zou ik signalen missen die van buitengewoon grote invloed kunnen zijn op een leersituatie, of dit nu in een training is of tijdens supervisie.

Je specialisme omschrijf je als “Supervisie, training en coaching bij het effectief inzetten van diversiteit in het hier en nu” Wat bedoel je hiermee? Daarmee bedoel ik dat diversiteit vaak onaangeraakt blijft terwijl het juist vaak een drijfveer is of zou moeten zijn. Bedrijven willen bijvoorbeeld graag diversiteitmanagement inzetten, maar de machthebbers binnen de organisatie worden veelal niet bij de leertrajecten betrokken. Dit terwijl het gros van de leerwensen van medewerkers juist met diversiteit samenhangen. Hetzelfde geldt in mijn optiek ook voor individuele begeleiding en supervisie. Wanneer ik met mensen met een etnisch andere achtergrond werk, moet ik telkens inzoomen op hun persoonlijke –individuele- ervaring. Ervaring is efficiënt. Zoals in de training Brown Eyes / Blue Eyes wel overduidelijk te zien is, geloof ik in het ervaringsleren volgens de

principes van Levine en Argyris. Het leren door en van ervaring maakt mijn inzet effectief. Daarbij heeft het leren van de ervaring de nadruk. En niet het leren door de ervaring. Reflectie is het middel waarmee ik dit bereik. Je sprak in je mail van ‘Begeleidingskundige zichtswijze’, hoe moeten wij dit zien? Mooi dat je het woord “zien” gebruikt. Een van de zintuigelijke onderdelen die wij gebruiken om waar te nemen! Een van de onderdelen die ik dus ook gebruik om mensen te laten ervaren. Marten Bos heeft in zijn boek "Coaching en diversiteit" (2010) een schema ontwikkeld dat de verschillende invloeden binnen begeleiding inzichtelijk maakt. Daarin heeft hij de ijsbergen van Bateson en Mc Clelland gecombineerd tot een bruikbaar schema om diversiteitscontexten


2013, Nummer 4

Pagina 13

diversity consultant, trainer & supervisor zichtbaar te maken. De verschillende lagen van gedrag (boven het water) naar diepe gelaagdheden en harde familiewaarden ( basis van de ijsberg diep onder het water. In begeleidingskundige werkzaamheden acht ik het niet alleen van belang om methodisch te werk te gaan, maar vind ik het vooral belangrijk om steeds bewust te zijn van onderlinge beïnvloeding. Wat is mijn invloed als begeleider en op welke manier beïnvloedt mijn trainee mij? De resonantie van mijn handelen is in zo veel minuscule onderdelen terug te vinden dat ontkenning van de persoon die ik tegenover mij heb gevaarlijk dicht bij is. Wanneer je bijvoorbeeld als begeleider binnen een GGZ instelling werkt is het nuttig om je niet alleen bewust te worden van het feit dat vele collega’s uit een zelfde soort overtuiging met dit werk zijn begonnen en in vele opzichten op elkaar lijken. Maar ook van het feit dat je met je collega’s veel lijkt op de personen die soms onderdeel zijn van de lange lijdensweg van een cliënt. Dit kan een onprettig en ongewenst besef zijn dat in eerste instantie lijkt op een beschuldiging. Of je gebruikt het als een kans om opnieuw naar je interactiepartner te kijken en je af te vragen hoe je op een gelijkwaardige manier kunt starten.

Praktijkvoorbeelden (succeservaringen) van mensen die met jouw advies aan de slag zijn gegaan In de het concept Brown Eyes/Blue Eyes is reflectie na de ervaring een

belangrijk onderdeel. Daar heb ik vaak in de tweede reflectie die 5 weken na de workshop plaatsvindt teruggehoord dat mensen verantwoordelijkheid zijn gaan nemen voor het eigen handelen. Zo zijn er trainers die op zoek zijn gegaan naar andere trainingspartners, omdat zij hebben geleerd dat zij niet kunnen

“Verantwoord je eigen handelen; niet de bedoeling van je handelen, maar het effect daarvan.”

beantwoorden aan de voorwaarden die gemengde groepen aan hen stellen. Maar ook komt het voor dat personeelsfunctionarissen de sollicitatieprocedures van hun bedrijven hebben aangepast om wél de werknemers met een etnisch andere achtergrond te kunnen bereiken (terwijl zij eerst dachten dat die er niet met dezelfde kwaliteit waren). Een andere resultaat: Mensen die de poging zich nog langer aan hun werkomgeving aan te passen staken en deze verlaten. Zij richten dan bijvoorbeeld zelf een passende organisatie op. Een mooi en redelijk groot voorbeeld is IKEA Duitsland waar het management op mijn advies het gehele leertraject voor Diversity Management bij de mensen op de werkvloer met een diverse achtergrond heeft neergelegd. Nu zijn de resultaten

daarvan op een zeer positieve manier goed zichtbaar voor iedereen. ‘Brown Eyes Blue Eyes’ gedragstraining Jane Elliott Hoe heb je de training/opleiding zelf ervaren (bij Jane Elliott) De opleiding door Jane Elliott was een harde leerschool en een zeer effectieve. De opleiding was hard, consequent en tegelijkertijd heel dichtbij mijn persoon op een positieve manier. Hoe beleef je ‘Brown Eyes/ Blue Eyes’ als trainer? Zeer intens en als een enorme verrijking. Leuk is anders. Als trainer van dit concept ontvang ik telkens weer een bevestiging dat de maatschappij en de mensen die daarin leven niet zijn veranderd. Na 17 jaar blijven dezelfde argumenten werken. Tegelijkertijd blijven er zulke mooie dingen gebeuren dat dit weer kracht geeft om door te gaan. Overigens geef ik maximaal 2 van deze trainingen per maand. Wat gebeurt er tijdens zo’n training met een groep? Welke mechanismen zijn er aan het werk? Norming, Storming, Forming, Performing op vele verschillende levels in hele korte tijd. De groep wordt verdeeld, gevormd, gevoed, opgevoed. En vervolgens weer samengevoegd tijdens twee reflecties. In het eerste gedeelte wordt de groep verdeeld en opgevoed. In het tweede gedeelte, tijdens de eerste reflectie start het leren van de ervaring. In het derde


Pagina 14

2013, Nummer 4

Interview met Seydâ Buurman-Kutsal (Vervolg)

Seyda als trainer bij de ‘Brown Eyes Blue Eyes’ gedragstraining

gedeelte 5 weken later gaat de reflectie op het leren door.Wat er met de groep gebeurt is, dat zij binnen hele korte tijd bewust worden blootgesteld aan een veelvoud van sociaal psychologische mechanismen en structuren. Te beginnen bij racisme, de werking van vooroordelen, groepsdynamica, groepsprocessen, machtsstructuren, social loafing, dissociatie, en ga zo maar door. Net zoals er in de maatschappij gebeurt. Het verschil zit in mijn bewuste sturing. In de maatschappij gebeurt dit veelal onbewust. Mensen stellen zich open en geven elkaar prachtige cadeaus. Juist ook de mensen die zich niet open stellen dragen veel bij tot het leerproces van de anderen. Iedereen blijft heerser over het eigen proces. Juist de verschillende manieren van aanpak en diverse vormen van gedrag

helpen de deelnemers een vertaalslag te maken naar de eigen realiteit en die van anderen in de maatschappij. Wat kunnen wij hiervan leren? Dat racisme is aangeleerd en dat je een keuze kunt maken om dit weer af te leren. Theorieën en wetenschappelijke onderzoeken lijken vaak een excuus om zelf niet te hoeven veranderen maar wel de verandering bij de ander te verwachten. Wij kunnen leren om in de spiegel te kijken en het eigen handelen te verantwoorden. Niet de bedoeling van het eigen handelen maar het effect van het eigen handelen. Daarin zit een groot verschil. Wat vind je als trainer het meest opvallend? Ik blijf mij verbazen hoe snel

mensen die normaal gesproken een machthebbende positie hebben, in bescherming worden genomen. Zo diep zit de overtuiging kennelijk dat dit degenen zijn die macht moeten blijven houden. Of is het zo, dat men weet hoe zwaar het is om met racisme en discriminatie te worden geconfronteerd en een machthebbende dat simpelweg niet aan kan?…

“Van deze training kun je leren dat racisme is aangeleerd en dat je een keuze kunt maken om dit weer af te leren. “


2013, Nummer 4

diversity consultant, trainer & supervisor Wat is de beste manier om de training te ondergaan? De beste manier is om zonder opdracht aan jezelf gewoon naar de training te komen. Deze training is geen test, maar een plaats waar ervaringsleren een kans krijgt. Welke kernboodschap wil je de studenten/ maatschappij meegeven? Leer van de schade die je bij anderen aanricht en als je de schade vervelend vindt: doe het niet meer! Waar ben je het meest trots op? Op mijn zoon! Wat zou je op het gebied van diversiteit nog graag willen bereiken (wensen/doelen)? Ik wil graag zo veel mogelijk begeleiders, trainers en leerkrachten opleiden om met het filmmateriaal over deze training te werken. Zodat zij de kern die niet in de film zichtbaar, maar erg waardevol is, mee kunnen geven aan zoveel mogelijk mensen. Daarnaast is mijn doel om grote organisaties en bedrijven te ondersteunen bij diversity management door vooraf het management deel te laten nemen aan deze training. Daarmee worden de positieve effecten verspreid over meer mensen. Wat is jouw indruk van omgaan met diversiteit in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ)?

Wat ik zie is dat GGZ instellingen al vele jaren proberen om aan de ene kant mensen met een diverse achtergrond beter te bereiken en te begeleiden, en aan de andere kant proberen een divers personeelsbeleid te voeren. Dit wordt echter beiden gedaan door een behoorlijk niet-diverse groep mensen. Gelukkig blijven GGZ instellingen wel pogingen doen ondanks de financiÍle struikelblokken die door politieke keuzes steeds weer ontstaan. Wat moet er anders en beter? Ik heb de indruk dat er nog meer te winnen valt op het gebied van passende opleiding van personeel en begeleiding van cliÍnten. Dit is een keuze die gemaakt kan worden, geen onmogelijke opdracht. Je mag als voorbeeld kijken naar bedrijven die wel hebben begrepen dat een keuze voor diversiteit een keuze voor een goed product en gezond bedrijf is. Is het nog niet gelukt om een verandering in gang te zetten, werk dan gewoon met quota. Lukt het jou niet, misschien moet je dan iemand anders het werk laten doen. Heb je nog tips of opmerkingen voor de TP' ers onder ons? Ontvang je feedback die je niet begrijpt? Probeer er naar te kijken door de bril van de gever. Of nog beter: doe eens mee aan een workshop. Hartelijk dank voor je bijdrage Seydâ!

Pagina 15

(Vervolg)


Pagina 16

2013, Nummer 4

Ver is zo dichtbij Jiska Duurkoop Anno 2013. In een tijd waarin de Nederlandse samenleving piekt op het gebied van diversiteit, stemmen wij op oudejaarsavond en masse af op ‘Ik hou van Holland’ om ons onder te laten dompelen in oerHollands vermaak over klompen, molens, broodjes haring en kroket en calvinistische nuchterheid. Gezellig? Zeker! Maar is dat Nederland ten voeten uit? Als een inwoner van Den Haag, vaak bestempeld als de meest gesegregeerde stad van Nederland, adem ik multiculturalisme. Als kind van ‘de internationale rekening’, ik ben 27 jaar oud, weet ik niet beter dan dat ik om de hoek Turkse, Marokkaanse, Chinese en Griekse delicatessen kan inslaan, een vliegticket soms goedkoper is dan een treinreis, ik met de Euro kan betalen in minimaal 17 landen en steeds voordeliger kan bellen en internetten in heel Europa. Desalniettemin lukt het mij niet om te bepalen van welke acculturatievorm er in de regio Haaglanden sprake is. Mijn subjectiviteit dwarsboomt een neutrale ‘diagnose’. Voor mijn gevoel is er sprake van creolisering: Vermenging van twee of meerdere oorspronkelijk afzonderlijke culturen. Gezamenlijk bouwen we aan een meerderheidscultuur, waar

elementen uit diverse culturen in voor komen. Of is er dan toch sprake van pluralisme? In principe zie ik om mij heen veel verschillende etniciteiten die hun eigen cultuur handhaven en contact houden met andere groepen. Je zou kunnen zeggen dat deze etnische groepen naast elkaar een nieuwe natie vormen. De Haagse gemeenschap wordt zodoende gekenmerkt door (culturele) diversiteit. Van Oudenhoven, hoogleraar Crossculturele psychologie in Groningen, stelt in dit verband dat een cultureel heterogene samenleving minder marginalisatie en separatie kent. Maar dit klopt weer niet met het beeld van segregatie dat Den Haag toebedeeld krijgt. Wat ik wel weet is dat het niet meer een kwestie is van ‘of’, maar van ‘hoe’; de wereld is je wijk, de vraag is hoe je hiermee om gaat. Om te kunnen spreken in termen van verschillen, voordelen en nadelen, is het van belang dat we teruggaan naar de kern. Internationalisering krijgt enkel betekenis wanneer je weet wanneer er precies sprake is van (nationale) cultuur. Eenduidig definiëren van beide begrippen is nodig om überhaupt van ‘kosten en baten’ te kunnen spreken. Op de middelbare school leerde ik voor

mijn examen maatschappijleer de volgende definitie van internationalisering uit mijn hoofd: ‘Het steeds meer sprake zijn van toenemende banden en wederzijdse afhankelijkheid tussen samenlevingen over de hele wereld. De wereld wordt steeds meer een ‘Global Village’ (bron onbekend). In het Van Dale pocketwoordenboek daterend uit het jaar 2006 komt het begrip ‘internationalisering’ niet voor. Daar globalisering vaak op eenzelfde manier wordt gebruikt, heb ik het woordenboek bij de letter ‘g’ opengeslagen. Onder ‘globalisering’ trof ik een summiere en relatief voor de hand liggende toelichting: ‘Het wereldwijd worden, m.n. op het gebied van economie’. Hier word ik voor mijn gevoel niet veel wijzer van. De uitleg van Van Oudenhoven met betrekking tot het begrip ‘cultuur’ geeft wat meer inzicht: Cultuur is een door de gemeenschap gedeeld systeem van normen, waarden, ideeën, attitudes, gedragingen, communicatiemiddelen en de producten ervan, die van generatie tot generatie aan elkaar worden overgeleverd (2002, p.12). Internationaliseren zou in dit kader dan opgevat kunnen worden met het delen van de bovenstaande ‘zaken’ met mensen die afkomstig zijn uit andere gemeenschappen, het delen van een dergelijk systeem met mensen van andere culturen die zich al dan niet binnen onze landsgrenzen ophouden. In het kader van het delen van normen, waarden en gedragingen spreekt men vaak van gelijke rechten en plichten. Een voordeel, in mijn optiek, om het leven in


2013, Nummer 4

Pagina 17

Internationaliseren moet je leren (Vervolg)

een gemeenschap te kunnen reguleren. Het is met het oog hierop belangrijk om onderscheid te maken tussen ‘gelijke rechten en plichten handhaven’ en ‘gelijk zijn’. Het is onmogelijk en onnodig om volstrekt gelijk te zijn en dit moeten wij ook niet na willen streven. Europadeskundige Van Esch merkt terecht op: ‘Europa is een verstandshuwelijk, er is geen sprake van echte liefde. Dat is ook niet zo raar, want wanneer iedereen in Europa op elkaar zou lijken en het automatisch met elkaar eens zou zijn, zouden we Europa niet nodig hebben (2013, p.13).’ Deze visie gaat wat mij betreft ook op binnen de landsgrenzen: Een volledig uniforme denk-, dan wel

levenswijze is niet nodig dan wel wenselijk. Denk aan het nadeel van een te hoge cohesie, namelijk het ontstaan van conformisme. Van Oudenhoven stelt dat dit een ontwikkeling die de gezamenlijke besluitvorming zeer nadelig kan beïnvloeden (2002, p.125). Focus op de verschillen tussen mensen met een ander cultureel referentiekader en daarmee de nadelen van internationalisering heeft in dit opzicht geen zin. Het accent moet mijns inziens liggen bij gelijke kansen op politieke, sociale en economische posities. Bewustzijn is in dit kader een sleutelbegrip. Cultureel bewustzijn geeft meer vertrouwen in mensen met een andere culturele achtergrond, zo blijkt –inderdaad- uit een recente studie van de Columbia Business School. Meer weten over de culturele gekleurdheid, eigen gedachten en gevoelens én je tevens bewust zijn van de culturele cognities van je interactiepartner, stelt de mens in staat om de interculturele samenwerking naar een hoger niveau te tillen. En meer openheid en creativiteit in het uitwisselen van ideeën, kan weer leiden tot méér wetenschap. ‘Bridge the cultural gaps and leverage foreign ideas and

Heijnen, A., & Vlasblom, J. (2013). Europa is here to stay. Illuster, 3, 13-15. Oudenhoven, Van. (2002). Crossculturele psychologie. De zoektocht naar verschillen en overeenkomsten tussen culturen. Bussum: Uitgeverij Coutinho b.v..

Columbia Business School (2012, September 12). Study examines thoughts and feelings that foster collaboration across cultures. ScienceDaily. Retrieved May 13, 2013, from http://www.sciencedaily.com­ /releases/2012/09/120912125834.htm

opportunities”, zo stelt onderzoeker Morris in dit verband (2012, p.1). Cultureel bewustzijn wordt hier beschouwd als een trainbaar aspect van sociale intelligentie en uitgedrukt als score in metacognitie. Ook het bedrijfsleven heeft baat bij deze bevindingen: Enerzijds stellen de inzichten in staat de banden met collega’s uit andere culturen aan te halen en anderzijds voorspelt het meer succes in samenwerking bij innovatieve deals of ideeën (2012, p.2). Een mooi voorbeeld van toegepaste wetenschap! Vanuit de gedachte ‘twee weten meer dan één’ en ‘kennis is macht’ kom ik tot de slotsom dat internationaliseren dé weg is naar de verrijking van (cultureel) kapitaal. Immers, met het wegvallen van grenzen komen wij op velerlei gebieden in contact met verschillende culturen. Elk van deze culturen bevatten waardevolle elementen, die de moeite waard zijn om te overwegen dan wel te benutten. De kennisdeling die door de globalisering op grote schaal plaatsvindt, brengt ons zoals gezegd diverse voordelen op het gebied van politiek, economie, recht, handel, taal, wetenschap en onderwijs e.d. Mits wij ons continu bewust blijven van ons eigen culturele referentiekader en tevens een open mind houden met betrekking tot dat van anderen, geloof ik dat internationalisering ons in staat stelt mondiale synergie te bereiken. Het is en blijft echter wel een zoektocht naar de juiste verhoudingen!


Pagina 18

2013, Nummer 4

Column

Wies je vader Mirella Brok

Wie is je vader, wie is je moeder? De mensen die je jouw bestaansrecht gaven. De mensen die je opvoedden, of die dat nalieten. Wie die mensen zijn, heeft grote impact op wie jij bent. Zij bepalen niet alleen je genen, je (adoptie/pleeg/stief) ouders bepalen de omgeving van je eerste levensjaren. Zij waren het die je lieten zien wat een moeder is, wat een vader is, wat een liefdesrelatie is. Deze blauwdruk heb jij opgeslagen als kind, daar heb je jezelf tegen afgezet als adolescent, en daar heb je vrede mee te sluiten als volwassene. Tenminste, bezien vanuit een contextuele bril. In het kader van het interculturele

“Je ouders lieten je zien wat een moeder is, wat een vader is, wat een liefdesrelatie is. “

magazine, noem ik, in dit artikel, het gezin van herkomst een subcultuur. Een subcultuur met eigen patronen, overtuigingen en een balans van geven en nemen. Ben jij jezelf bewust van de culturele invloeden van de subcultuur van een gezin? Ter illustratie een casus. Bij Klaartje thuis waren

verjaardagen een groot feest. ’s Ochtends werd de jarige Job wakker gezongen door het hele gezin. Bij de lunch waren grootouders aanwezig. ’s Middags kwamen vrienden, ooms en tantes, grootouders en buren. De hele dag liepen mensen in en uit voor het grote feest. Klaartje vond dat prachtig! Ze kreeg daardoor het gevoel dat zij bijzonder was. Een heerlijk gevoel dat zij ook graag geeft aan Peter haar vriend. Peter komt uit een gezin met gescheiden ouders. Zijn vader zag hij om de week een weekend. Op deze dagen voegde hij zich in het nieuwe gezin dat zijn vader had met Ingrid, zijn stiefmoeder, en zijn tweelinghalfzusjes die zes jaar jonger waren. Er was dan niet veel tijd voor de twee mannen. Sinds zijn vijfde nam Peters vader hem iedere eerste zaterdag na zijn verjaardag

een dagje mee. Dan hadden ze een mannendag. Ze gingen de natuur in. Vissen, wandelen of vogels kijken. Ze praatten niet veel op die dagen en waren als vanzelfsprekend samen. Weg zijn in de natuur voelde zelfs voor de jonge Peter als een mystieke ervaring. Het werd een gewoonte dat hij in de stilte nadacht over het afgelopen jaar en het jaar dat ging komen. Als Peter aan zijn vader denkt, zijn dit de eerste beelden die naar boven komen. Hij ziet de stilte die zijn vader hem gaf, als belangrijkste levensles. Acht jaar geleden is Peters vader overleden. De eerste verjaardag die Peter zonder zijn vader had, had Klaartje een verassingfeest georganiseerd. De zaterdag na zijn verjaardag stond de hele familie, en een groot deel van de vrienden om 9 uur voor de deur om te zingen.


2013, Nummer 4

Pagina 19

Wies je vader (Vervolg) Klaartje had voor de hele dag spelletjes uitgedacht en eten gehaald. Die dag verliep heel anders. Hoewel Klaartje nog steeds niets begrijpt van de verjaardagen van Peter, heeft ze sinds die dag geaccepteerd dat Peter iedere zaterdag na zijn verjaardag verdwijnt in de bossen. Alleen. Volgende week wordt de zoon van Peter en Klaartje, Rob, op zaterdag vijf jaar. De ouders van Klaartje hebben al aangegeven bij de lunch langs te komen. In een telefoongesprek sprak Klaartjes moeder uit dat zij niet hoopt dat Peter weer met zo’n lang gezicht zit. Klaartje heeft haar moeder nog niet vertelt dat Peter en zij al weken ruzie hebben over de verjaardag. Want als het aan Peter ligt, zijn hij en Rob niet eens thuis! Als dat zo is, dan mag Peter dat volgens Klaartje aan haar moeder uitleggen. Wanneer je opgroeit heeft jouw gezin van herkomst een eigen kleur. Dat geldt ook voor het gezin van je partner. Als adolescent is het je taak om hier afstand van te nemen. Je eigenheid te vinden. Soms lukt dit goed, soms minder. Vaak merken mensen in een liefdesrelatie dat de ander een hele andere afkomst heeft dan zij. Deze verschillen worden nog groter bij de komst van een volgende generatie. Hoe maak je een derde subcultuur met je geliefde, terwijl je trouw blijft aan je herkomst? Contextuele hulpverlening erkent

de zorg die de vader van Peter gaf op zijn verjaardag. Zij ziet ook de zorg die vader niet heeft gegeven op andere momenten in Peters leven. En de pijn die Peter hierdoor voelde. Het lijkt erop dat Peter als

“Welke tradities uit je gezin van herkomt neem je mee naar je eigen gezin?”

aan Klaartje om haar ouders hierover in te lichten. Een contextuele hulpverlener spreekt deze erkenning uit en bevraagt het koppel naar de mogelijkheden. Wie kan hen daarbij goed helpen? Het koppel heeft namelijk alle antwoorden in zich. Wij psychologen zijn ´slechts´ professionele vragenstellers.

Opleiding “Leren over leven”. kind vasthield aan de verjaardagen. Dat zorgt ervoor dat Peter ook bij Rob wil vasthouden aan de verjaardag. Erkenning voor de pijn en de zorg door de psycholoog, geeft Peter inzicht. Hij wil alle dagen van het jaar een goede vader zijn door aandacht te geven aan zijn zoon. Dit verzacht de vaste overtuiging dat vaders zorgen voor hun zoon op de verjaardag. De contextuele hulpverlening erkent de zorg die Klaartje geeft aan haar familie door trouw te blijven aan de tradities. En de zorg die Peter geeft aan zijn familie door trouw te blijven aan zijn tradities. Het is niet de bedoeling dat tradities het de volgende generatie moeilijk maakt. Het is aan het jonge koppel om te beslissen wat zij van de tradities willen behouden, en hoe zij deze implementeren in hun eigen nieuwe gezin. Het is daarna


Pagina 20

2013, Nummer 4

NBTP congres Inspire! Terugblik congres inspire Marieke Driebergen– van der Veen en Bo Sikkens Het congres Inspire! bood de bezoeker veel inspiratie. Met informatie over de arbeidsmarkt, positieve psychologie, netwerken als professional en aandacht voor personal branding was het een interessant en inspirerend congres voor de toegepaste psycholoog. Drie stellingen voor Hans van Eck, directeur van het NIP Na een kort openingswoord van André Lollinga, voorzitter van de NBTP, was de eerste spreker Hans van Eck, directeur van het NIP. Lollinga en Van Eck gingen naar aanleiding van drie stellingen met elkaar in gesprek. De eerste stelling betrof de positie van de HBO psycholoog in het werkveld. “De HBO opgeleide psycholoog heeft nog niet een volledig geaccepteerde plek in het werkveld.” Lollinga geeft aan dat er momenteel bijvoorbeeld slechts tien vacatures online staan voor de HBO psycholoog. Van Eck merkt op dat het inderdaad een zoektocht is voor de TP’er om in de arbeidsmarkt een eigen plek te vinden. Het is op dit moment ook dringen op de arbeidsmarkt. Er zijn veel opleidingsplaatsen, maar we hebben te maken met een krimpende arbeidsmarkt. Werkgevers moeten de TP'ers nog vinden tekst en het liefst gebeurt dit al tijdens de opleiding. De tweede stelling gaat over het vergoedingenstelsel van zorgverzekeraars: “Psychologen (HBO en WO) behoren vergoed te worden door de zorgverzekeraar voor hun werk binnen de GGZ.” Volgens Van Eck wil de overheid graag deze markt inperken, ook

vanwege de stijgende kosten. Verzekeraars kijken steeds meer naar registers, zoals het BIGregister. Binnen het vergoedingenstelsel zijn er afspraken over het aantal uren dat de behandelaar contact moet hebben met de patiënt. Van Eck is van mening dat er meer ruimte kan komen voor de HBO psycholoog bij werkzaamheden die niet door de behandelaar uitgevoerd hoeven te worden. Daar liggen dus zeker kansen voor de HBO psycholoog, maar deze moet daar nog wel een plek verwerven. En dan volgt alweer de laatste stelling: “In de toekomst kunnen alle psychologen in een gezamenlijk kwaliteitsregister toetreden”. Van Eck reageert: Binnen het NIP is er discussie geweest om HBO (toegepast) psychologen toe te laten. De leden van het NIP hebben ervoor gekozen om de TP'ers niet toe te laten. De laatste drie jaar zijn er echter veranderingen gaande. Zo groeit de Europese Federatie van Psychologen Verenigingen (EFPA). Dit is een Europese organisatie voor psychologen. Daar zijn inmiddels zo'n 350.000 psychologen bij aangesloten. Het is goed om stil te staan bij de vraag wat de toekomst is van de psychologie. De omvang van het beroep is groot en er is potentieel in veel domeinen. De minister van VWS dwingt tot samenwerking. Versnippering komt niet sterk over. Focus op competenties Een duidelijke ontwikkeling is de focus op competenties binnen het vak Psychologie. Competenties

Directeur NIP “De HBO psycholoog heeft nog niet een volledig geaccepteerde plek in het werkveld.”

Positieve psychologie “Wat heb je vandaag tot nu toe gedaan dat goed voor je is?”

Netwerken “Sleutel van netwerken: vooral omdat je een klik met de ander voelt.”

Het juiste CV “Onder ‘nooit’ staan referenties en liegen.”

Personal branding “Het is belangrijk te beseffen dat je niet voor iedereen geschikt bent.”


2013, Nummer 4

Pagina 21

NBTP congres Inspire! (Vervolg) lijken belangrijker te gaan worden dan de opleiding. Van Eck geeft aan dat het NIP bezig is met het uitbouwen van de competenties. Dat zou betekenen dat het NIP minder gericht is op de opleiding. Het belang van het vak Psychologie staat steeds meer centraal en Van Eck ziet er dan ook naar uit om samen te werken met de NBTP. Als het gaat om toetreding tot het NIP zou er gedacht kunnen worden aan toegang tot registers op basis van competenties. In de praktijk valt het echter niet mee om het competentiemodel te integreren in de opleidingen. Mogelijk zouden competenties vertaald kunnen worden in vrijstellingen. Lezing Positieve Psychologie Fredrike Bannink Na dit onderwerp over de lastige arbeidsmarkt is het tijd voor Fredrike Bannink die ons blij gaat maken met een lezing over Positieve Psychologie. We beginnen meteen met de vraag: wat heb je vandaag tot nu toe gedaan dat goed voor je is? Deze vraag stellen we een aantal keer aan onze buurman of -vrouw en we merken allemaal dat we er vrolijk van worden. Ziedaar de positieve emoties. De positieve psychologie is een wetenschappelijke stroming. Waar de meeste psychologie gaat over 'what's wrong with you' gaat de positieve psychologie over: 'what's right with you'. Dit heeft zeker raakvlakken met de oplossingsgerichte psychologie. Motto’s zijn: ‘Geen klachten maar krachten’ en ‘Van negatief naar positief’. Bannink haalt regelmatig

de onderzoeken van Dr. Martin Seligman aan, grondlegger van de positieve psychologie. Veel onderzoek binnen deze stroming is gericht op wat het leven de moeite waard maakt. Verder zoeken wetenschappers naar de voorwaarden en processen die leiden tot optimaal functioneren. Workshop Netwerken - Pedro van Helden Pedro van Helden van Solvid Ondernemen BV geeft de workshop Netwerken. Al in de eerste minuut laat hij ons ervaren wat er écht achter netwerken zit: het opbouwen van een relatie, maar dan vooral omdat je een klik met de ander voelt. Netwerken gaat uiteraard om contacten leggen, maar het is wel van belang om deze contacten te onderhouden om zo vermogen op te bouwen, zodat je in de toekomst iets terug kunt vragen. Van Helden vergelijkt het met een emotionele bankrekening, waarbij je krediet opbouwt. Netwerken is zo veel mogelijk mensen om je heen verzamelen die iets aan jou kunnen hebben of aan wie jij iets hebt. Dat betekent dat netwerken vooral ook ‘geven’ is. En dan niet meteen verwachten iets terug te krijgen. Workshop Positieve Psychologie Fredrike Bannink De workshop Positieve Psychologie van Frederike Bannink is vooral praktijkgericht. We merken dat we zo vaak een negatieve insteek hebben: het benoemen van onze valkuilen kunnen we vrij snel. Maar

kennis over hoe we kunnen voorkomen dat we in onze valkuil terecht komen en als we er eenmaal in zitten, hoe we er dan weer uit komen, hebben we meestal niet paraat. Fredrike Bannink legt uit hoe het werkt met selectieve aandacht: alles wat je aandacht geeft, groeit. Zoals bezig zijn met onkruid wieden in de tuin. Als we alleen maar bezig zijn met onkruid wieden, dan zegt dat iets over onze tuin: die is blijkbaar verder leeg. De vraag is tenslotte: hoeveel tijd besteed je aan problemen (onkruid) en hoeveel tijd aan de mogelijkheden (bloemen)? ‘Water the flowers and not the weeds’. Het is een uitdaging om dit 10 procent te gaan veranderen. Voor je cliënten én voor jezelf. Workshop Het juiste cv - Tessa Faber Tessa Faber zet in haar workshop over Personal Branding en cv direct het merk IK centraal, door te praten over een opMERKelijk cv. Alle oude regels voor een cv worden overboord gezet. Je moet je als werkzoekende met je cv verkopen, niet met je motivatiebrief, die nauwelijks gelezen wordt. Je cv omvat 1 tot maximaal 3 pagina’s en bestaat uit persoonlijke informatie met het label 'moet', 'mag' of 'nooit'. Onder 'moet' vinden we relevante werkervaring, stages, vrijwilligerswerk en relevante opleidingen. Onder 'nooit' staan referenties, liegen. Werken met kleuren kan je eigenheid benadrukken. En een


Pagina 22

NBTP congres Inspire! (Vervolg) foto ‘zegt meer dan 1000 woorden’. Daarnaast is het van belang te vermelden wat je voor de organisatie waar je solliciteert kunt betekenen. Tot slot wenst Tessa ons succes en ze ziet ons graag terug op LinkedIn. Lezing Personal Branding - Tessa Faber Tessa Faber legt ons de principes van Personal Branding uit aan de hand van de ‘shampoo’. Dit is een metafoor voor het neerzetten van je eigen ‘merk’. Waarop wil jij gekozen worden, en hoe zorg je dat ze jou kiezen. Het is belangrijk te beseffen dat je niet voor iedereen geschikt bent. Weet wie je doelgroep is, bij welke branche je goed past. s Ontdek wat jou bijzonder maakt: Wie ben ik, hoe ben ik, waarom doe ik wat ik doe en wat is mijn toegevoegde waarde? Je cv moet dan laten zien hoe goed je bent. Welk probleem ga je oplossen? Maak een belofte en laat weten wat jij anders doet dan je vakgenoten. Kijk daarin ook naar je bewijskracht. Profileer je ook op LinkedIn waar je je eigen slogan kunt invullen. Laat tekst hiermee je ‘billboard’ opvallen.

2013, Nummer 4


2013, Nummer 4

Pagina 23

TP-er @ Work

De droombaan van Loes

Loes van Breugel– Gerritsen Zorgcoördinator Rembrandt– college

Wie ben je en wat doe je? Mijn naam is Loes van BreugelGerritsen en ik werk als zorgcoördinator bij het Rembrandt College. Dit is een gloednieuwe baan voor mij, want de afgelopen vijftien jaar heb ik gewerkt als communicatieadviseur. Bij wat voor soort organisatie werk je? Het Rembrandt College is een openbare school voor voortgezet onderwijs in Veenendaal. We hebben zo’n 1250 leerlingen en ruim 100 collega’s. Wat is precies jouw taak/zijn jouw taken? Als zorgcoördinator stroomlijn ik alles wat met zorg te maken heeft. Naast de begeleiding van leerlingen op school heb ik ook veel contact met externe hulpverleners. Denk hierbij aan Bureau Jeugdzorg, Leerplicht, de politie, de schoolarts, maatschappelijk werk en gezinsvoogden. Bovendien ben ik het aanspreekpunt op het gebied van zorg voor al mijn collega’s. Dat betekent dat ik veel overleg met teamleiders, de schoolpedagogen,

de ambulant begeleiders en natuurlijk de schooldirectie, want ook het schoolbeleid rondom de zorg zit in mijn takenpakket. Dit is een hele uitdaging gezien alle ontwikkelingen op het gebied van Passend Onderwijs en de invoering van handelingsgerichte diagnostiek. Gelukkig hoef ik dat niet allemaal alleen te verzinnen: ik heb intensief contact met de zorgcoördinatoren van andere scholen uit de regio. Hoe ziet een dag voor jou eruit? De enige constante in mijn werk, is dat elke dag anders is. Ongeveer de helft van mijn tijd gaat op aan het inspelen op acute problemen en hulpvragen. De tijd daartussen vult zich naadloos op met vergaderingen, overleggen en het bedenken en uitvoeren van zorgbeleid. Ik ben nu vier maanden aan de slag in deze functie en voor mij is dit écht mijn droombaan! Waar heb jij je opleiding TP gevolgd en wat was jouw afstudeerrichting? Met heel veel plezier heb ik mijn studie TP gevolgd bij het NTI. Voor mij was dat de ideale manier van studeren omdat het prima te combineren viel met mijn werk als communicatieadviseur en mijn gezin met twee jonge dochters. Mijn afstudeerrichting was Gezondheid en Ziekte, maar mijn stages en afstudeeronderzoek heb ik verricht in het onderwijs. Op die manier probeerde ik `het beste van twee werelden´ te combineren.

Wat voor meerwaarde heeft de opleiding TP in jouw baan? Daar hoef ik niet lang over na te denken: zonder TP zou ik deze baan absoluut niet kunnen doen! TP heeft mij een waardevolle basis gegeven van waaruit ik elke dag opnieuw nog heel veel bijleer. Zijn er nog vakken uit je studie waar je heel gericht wat aan hebt? Er is niet één vak dat eruit springt. Ik denk dat de kracht juist zit in het leren zien van de samenhang tussen de verschillende vakgebieden. Ieder kind is uniek en elke hulpvraag ook. Per keer probeer ik het maximale zorgtraject te bedenken met behulp van álle kennis die ik heb. En mijn kennis van gesprekstechnieken uit mijn ‘vorige carrière’ komt natuurlijk ook erg vaak goed van pas. Heb je nog tips of opmerkingen voor de TP' ers onder ons? TP is een prachtig vakgebied en ik hoop en verwacht dat wij als TPers nog meer onze plaats in het werkveld gaan veroveren. In samenwerking met, en als aanvulling op onze universitair geschoolde collega’s. We hebben het psychologisch werkveld echt wat te bieden en ik denk dat het belangrijk is dat TP-ers zich niet profileren als ondergeschikt aan de universitair geschoolden. We mogen trots zijn op alles wat we kennen en kunnen. We hebben elkaar nodig.


2013, Nummer 4

Pagina 24

Boekbespreking

Wie is toch die ander? Mirella Brok Welke boek is interessant voor ons werkveld? Welke boek bevat belangrijke, interessante of vermakelijke informatie? Dat leest u in de boekbespreking. In iedere editie van het NBTP Online Magazine staat een boekbespreking. Het boek heeft een samenhang met het editiethema.

Wie is toch die ander—Thierry Verhelst Een boek vol inspirerende oneliners, kleurrijke ontmoetingen en een hartverwarmende boodschap. We kunnen onze wereld verbeteren door alle werelden te verbinden. Verhelst houdt een episch betoog. Hij roept ons op te ontdekken wat positief is aan nieuw en modern. Terwijl wij trouw blijven aan wat zich heeft bewezen in het verleden. Zijn boek geeft inzicht hoe je dat doet. Verhelst is ervan overtuigd dat onze consumptiegerichte, kapitalistische, stressvolle samenleving effectief verandert. Meer dan we door hebben, zijn we vrijwillig een eenvoudigere eenvoudige levenswijze aan het exploreren. “De armen kunnen de wereld redden. Hun levenswijze is het

meest aangepast aan de crisis.”

Geluk

Ik werd heerlijk geïnspireerd door de exotische voorbeelden uit andere culturen. Het liefste zou ik dan ook alle tekst die ik aanstreepte hier willen publiceren. In plaats daarvan twee voorbeelden over de subjectiviteit van tijd en geluk.

Geluk is een gift. Een genade dat ons even raakt. Het is niet iets om vast te houden. Verlang je dat wel? Dan kun je de gift niet ontvangen. "Een boer krijgt 10 mooie paarden. 'Jij hebt geluk', zegt zijn buurman. 'Misschien', antwoordt de boer. Even erna ontsnappen twee paarden. 'Geen geluk', roept de buurman hem toe. 'Misschien', herhaalt de boer. De zoon vindt een paard terug. 'Wat een geluk', zegt de ene. 'Misschien', denkt de ander. Terwijl de zoon probeert het verloren paard te vangen, breekt hij zijn been. 'Dikke pech', klaagt de buurman. 'Misschien', antwoord de boer weer. Er breekt een oorlog uit en de gehandicapte zoon wordt vrijgesteld van legerdienst. 'Wat een geluk!, roept de buurman. 'Misschien.' "

Tijd Over het fenomeen tijd schrijft Verhelst dat men in traditionele gemeenschappen leeft op het ritme van de natuur. Alles is cyclisch. Wie vlugger gaat dan de muziek, is een slechte danser. De slavernij van de tijd bestaat niet. Omdat je de toekomst niet kent of kunt ervaren, heeft ze geen enkele betekenis. De toekomst ligt achter je, het verleden ligt voor je. Dat ken je. Voor de dood hoef je niet bang te zijn. De dood is een sociale promotie. Zo benijdenswaardig is de status van de voorouder.

Volgende editie: Stress & Spanning De volgende editie van het NBTP Magazine zal uitkomen onder het thema Stress & Spanning. Deze zal op 21 maart a.s. verschijnen als online versie. Mocht je een interessant artikel hebben of willen schrijven, ben je van harte welkom om een stuk in te dienen. Dit kan je mailen naar: magazine@nbtp.nl. Ben je een afgestudeerd Toegepast Psycholoog, heb je een interessante baan in het werkveld en wil je dit graag delen? Dan kan je ook mailen met een korte samenvatting van jouw baan. Wie weet ben jij de volgende geïnterviewde TP-er @ Work!


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.