NMF Magazine 2015

Page 1

NMF MAGAZINE 2015

N M F M A G A Z I N E 2015

een instrument voor talent

MET 3 DUBBELINTERVIEWS OVER DE VRAAG

Is er toekomst voor klassieke muziek?

2015 M A G A Z I N E

INCLUSIEF JAARVERSLAG 2014 1


NMF MAGAZINE 2015

BIJ HET AFSCHEID VAN WIM DIK

10

“Dat managen zit tóch in m’n bloed”

2

24 Het grootste fonds ter wereld?

Digitale 4 toekomstmuziek Zoekt u maar een andere tandarts

Wat ben je groot 14 geworden!


NMF MAGAZINE 2015

Een adellijke cello

16 Vakmanschap is meesterschap

28 Weekend van het NMF 2015

26

46 Een reizend circus: Presentatieconcerten 2014

Eigenwijs? Steun het NMF

38


NMF MAGAZINE 2015

Marwil Straat & Dominic Seldis

34

60

48

76

Manon Veenendaal & Geertje van der Linden

4 DUBBELINTERVIEWS Adriana Esmeijer & Jurjen Hempel

Klein maar fijn

52

Pieter de Koe & Kees Vlaardingerbroek

2

64


NMF MAGAZINE 2014 2015

JAARVERSLAG 2014

66 Bevlogen supporter

28

80

Rembrandt meets Mozart

Temperatuur­ verschillen op het podium 73 3 musici achter hun instrument 26

VOORWOORD EN NU WEER AAN HET WERK

1

INLEIDING WISSELING VAN DE WACHT

3

2014 IN EEN NOTENDOP

8

WAAROM HET NMF BESTAAT

9

FEITEN 2014

18

BRUIKLEEN MUZIEKINSTRUMENT

19

CULTUREEL ERFGOED

20

EDUCATIE

20

INKOMSTENBRONNEN

21

COMMUNICATIE

30

DE ORGANISATIE DE MENSEN OP DE ST. ANNENSTRAAT

40

BESTUUR EN COMMISSIES

54

DE TOEKOMST

69

BESTUURSVERSLAG

70 V


Stichting

Nationaal Muziekinstrumenten Fonds

Comité van Aanbeveling dr. J.E. Andriessen

oud-voorzitter Nationaal Muziekinstrumen-

Het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF)

is een onafhankelijke stichting die al sinds

Postbus 11912

ten Fonds, oud-minister van Economische

1925 toezicht houdt op het inzamelen van

1001 GX Amsterdam

Zaken

geld voor goede doelen. De taak van het

jhr. drs. P.A.C. Beelaerts van Blokland Sint Annenstraat 12 1012 HE Amsterdam

fondsenwerving en besteding door middel

Provincie Utrecht

van het beoordelen van de fondsenwervende

Anner Bijlsma t 020 622 1255

cellist mr. M.J. Cohen

e info@muziekinstrumentenfonds.nl i www.muziekinstrumentenfonds.nl

CBF is het bevorderen van een verantwoorde

oud-Commissaris van de Koningin in de

oud-burgemeester Amsterdam mr. J.H.M. Deiters

organisaties en het verstrekken van informatie en advies aan overheidsinstanties en publiek. Wanneer u het CBF-keur ziet afgebeeld, kunt u er als gever vanuit gaan dat er verantwoord met uw gift wordt omgegaan.

oud-directeur Concertgebouw N.V. Hans Heg

www.cbf.nl

muziekjournalist www.facebook.com/ muziekinstrumentenfonds

Philippe Herreweghe dirigent Janine Jansen violiste mr. P.J. Kalff

www.twitter.com/instrumentfonds

Amsterdam Inschrijving Kamer van Koophandel en Fabrieken te Amsterdam nr. 41205257 BTW nummer NL 0090.56.002.B.01

zen als een Culturele ANBI, een Algemeen Nut

Beogende Instelling. Het NMF hoeft daarom geen erfbelasting of schenkingsrecht te be­

talen. Donateurs van het NMF kunnen hun

oud-voorzitter Raad van Bestuur

giften aftrekken van de inkomsten- of vennoot­

ABN AMRO Bank N.V.

schapsbelasting (uiteraard binnen de gelden­

prof. dr. Ton Koopman De Stichting is statutair gevestigd te

Het NMF is door de Belastingdienst aangewe­

de regels).

dirigent Herman Krebbers violist

www.belastingdienst.nl www.anbi.nl

mr. C.J.A. van Lede oud-voorzitter Raad van Bestuur Akzo-Nobel N.V.

bankrelatie NL58ABNA0555028666

prof. drs. R. de Leeuw oud-algemeen directeur Rijksmuseum Cornélie Möller

grafisch ontwerp & productie www.conceptcommunicatie.nl

Max Möller & Zoon drs. George Möller

Beschermheer Z.K.H. Prins Constantijn

oud-voorzitter Raad van Bestuur Robeco Alle musici die zijn afgebeeld in dit jubileum­ magazine hebben of hadden tot voor kort een instrument of strijkstok van het NMF in bruikleen, tenzij anders vermeld.

Groep N.V. dr. H.O.C.R. Ruding oud-minister van Financiën prof. Frans de Ruiter voorzitter CvB Koninklijk Conservatorium

foto omslag

Den Haag

Nino Gvetadze | © Sarah Wijzenbeek

dr. M. Sanders

Alle rechten voorbehouden.

W.E. Scherpenhuijsen Rom

oud-directeur Concertgebouw N.V. Een ieder die meent rechten te kunnen

oud-voorzitter Bestuur van het

ontlenen aan deze uitgave, wordt vriendelijk

Koninklijk Concertgebouworkest

verzocht contact met het NMF op te nemen.

drs. Mischa Spel

VI

FOTO RVD

muziekredacteur NRC Handelsblad


NMF MAGAZINE 2015 | JAARVERSLAG 2014

FOTO SJAAK RAMAKERS

EN NU WEER AAN HET WERK! Wat nu voor u ligt is eigenlijk het eerste normale jaarverslag nieuwe stijl. Vorig jaar hadden we ook al wel een jaarver­ slag en een fraai informatiemagazine ge­ combineerd, maar dat stond nog bol van het feestgedruis van ons 25-jarig jubi­ leum. Muziek, muziek, muziek, in de Rid­ derzaal en bij wel 100 concerten in oude fraaie panden verspreid over Nederland. Ik schreef vorig jaar niet voor niets aan het eind van mijn voorwoord “en nu weer aan het werk”! Nou, dat hebben ze ge­ daan, Marcel Schopman en zijn mannen en vrouwen. Nieuwe donateurs geworven, instrumen­ ten in bruikleen gegeven, restauraties uit laten voeren, aangeboden instrumenten van particulieren getest en met vreugde

in de collectie opgenomen, huisconcer­ ten verzorgd en vijf geweldige, druk be­ zochte presentatieconcerten georgani­ seerd. Concerten met een heel origineel en bijzonder programma! Dit alles had weer een positief effect op de naams­ bekendheid van het NMF en dát leidt weer tot meer aanvragen voor bruikleen, maar gelukkig ook tot een hoger bedrag aan donaties. Kortom, het NMF bloeit en de sfeer bij onze bruikleners en (dus) in onze ‘centrale’ is goed. Jawel, bruikle­ ners zijn net mensen en er vliegt er wel eens een uit de bocht in houding of zorg voor zijn of haar instrument, maar alles wordt altijd in der minne geschikt.

wel willen doen. Maar vanuit het oog­ punt van goed bestuur is dat geen goed idee en dus heb ik aangekondigd dat ik er na 14 jaar voorzitterschap een punt achter ga zetten, zij het met een beklemd gevoel. In juni 2015 zal mijn opvolgster de voorzittershamer overnemen en het NMF een verse injectie krijgen. Maar dat zult u allemaal nog merken.

Een prachtig werk, het Nationaal Muziek­ instrumenten Fonds. Zou je je hele leven

Prof. ir. W. Dik voorzitter

Ik dank u voor wat u mij aan steun en plezier gaf. Wij blijven elkaar ongetwij­ feld ontmoeten bij de concerten van het NMF.

1


Digitale toekomstmuziek

EEN NIEUWE WEBSITE VOOR HET NMF

In een tijd waar digitale veranderingen soms nauwelijks zijn bij te houden, is het van groot belang dat ook het NMF mee verandert. Websites verouderen razend­ snel op het gebied van techniek, ontwerp, maar ook inhoudelijk. Websites worden steeds geavanceerder met steeds meer functionaliteiten. De be­ zoeker van de website verwacht een goed functionerende website, waar hij in een paar klikken is waar hij wil zijn. Om opti­ male service aan onze musici, donateurs en andere begunstigers te kunnen blijven bieden, heeft het NMF besloten om haar inmiddels vijf jaar oude website te ver­ nieuwen.

2

In 2015 zullen we u verrassen met een nieuwe website, die qua ontwerp een to­ taal ander karakter zal krijgen. Echter, ge­ lukkig kan het huidige technische gedeel­

te van de website (denk bijvoorbeeld aan de agenda, de nieuwsitems en profielpa­ gina’s) voor bijna 100% blijven zoals het is, en het zal wat dat betreft dan ook geen wereld van verschil worden. Wel breiden we enkele functionaliteiten uit, zoals onze webshop voor het bestellen van kaarten en cd’s, de zoekfilter in de collectie mu­ ziekinstrumenten en het doneren via de website. Tot slot willen we de bezoeker van de website natuurlijk onze verhalen vertel­ len en muziek kunnen bieden. Ook op dat gebied zullen we optimaal inzetten op een prachtig werkende website die ons uiteindelijke doel dient: zoveel mogelijk mensen bekend maken met het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds, hen optimaal kunnen bedienen en hen langdurig ver­ binden aan de musici en het werk van het NMF.


NMF MAGAZINE 2015 | JAARVERSLAG 2014

Marcel Schopman directeur NMF

WISSELING VAN DE WACHT Als ik deze inleiding voor ons nieuwe NMF magazine schrijf, is het 21 december – de kortste dag van het jaar en een paar dagen voordat de deadline voor het aanleveren van materiaal voor dit magazine verstrijkt. Opschieten dus, want zoveel tijd is er niet meer om naast dit voorwoord alle verha­ len en verslagen van het afgelopen jaar in te leveren: en om tegelijk de plannen en voornemens voor het nieuwe jaar te for­ muleren. Enfin, de gebruikelijke najaars­ drukte dus. Het nieuwe jaar brengt het NMF een nieuwe voorzitter. Prof. ir. Wim Dik treedt in 2015 na 14 jaar af en wordt opgevolgd door Mr. Els Swaab. Het is moeilijk om in een paar woorden te beschrijven wat Wim betekent heeft voor het NMF. Elders in dit blad is meer ruimte om recht te doen aan Wims kwaliteiten en inzet. Laat ik hier vol­ staan met het simpelweg constateren dat het NMF zich de afgelopen periode geen betere voorzitter heeft kunnen wensen. Punt. Iedereen bij het NMF is zeer dankbaar voor Wims werk voor het NMF. Dat we Wim ontzettend zullen missen staat bui­ ten kijf. Maar tegelijkertijd weten we heel goed dat het NMF diep in zijn hart zal blij­

ven zitten en dat we elkaar in het geheel niet uit het oog zullen verliezen. Op 3 juni 2015 vindt de ‘troonswisseling’ plaats en zullen we nog uitgebreid afscheid van Wim nemen. Let u op onze website voor meer informatie daarover.

Naast het afscheid nemen van Wim Dik, heten we tegelijkertijd Els Swaab van harte welkom in haar nieuwe functie van voorzitter van het NMF. Zij heeft een in­ drukwekkend trio van voorgangers. In de beginperiode was Theo Olof voorzitter, daarna oud-minister Koos Andriessen en ten slotte oud-staatssecretaris en oud-KPN topman Wim Dik. Els Swaab is in de kunst­ wereld vooral bekend als oud-voorzitter van de Raad van Cultuur – zij legde die functie in 2011 als protest tegen het be­ leid van toenmalig staatssecretaris Halbe Zijlstra neer. Maar daarnaast was en is zij betrokken bij vele andere (kunst)instellin­ gen. Wij zijn heel blij met haar bereidheid de voorzittershamer van Wim over te ne­ men, verwelkomen haar van harte en zien uit naar een inspirerende nieuwe periode met haar. Het voorjaar 2015 brengt ook een nieuwe website. In deze tijden van snelle verande­ ring bleek de huidige website technisch

niet meer te voldoen aan steeds groei­ ende eisen van de organisatie. Behalve de inhoud, bleek ook de vormgeving aan verandering toe. Op het moment dat u dit leest, moet de nieuwe site al bijna in de lucht zijn – en kunt u ook aan de vormge­ ving van dit magazine merken dat de tij­ den veranderd zijn. Hopelijk vindt u deze verandering ook een verbetering! Uw commentaar, zowel positief als negatief, vernemen we graag van u. Ik wijs u ten slotte op de nieuwe editie van het Weekend van het NMF. Na het suc­ ces van de eerste editie, organiseren we dit jaar een tweede editie, dit keer met als partner de Erfgoedvereniging Bond Heemschut. Hopelijk zien we u en vele anderen begin juni bij één of meer van de concerten in dit weekend in een van de vele prachtige panden die ons land rijk is. En het allerbelangrijkste bewaar ik tot het allerlaatste: ontzettend veel dank voor al uw steun die u aan het NMF gegeven hebt - of dat nu is in aandacht, tijd, geld of in­ strumenten. Zonder uw steun zou het NMF niet kunnen bestaan, zonder het NMF zouden musici in Nederland het een stuk moeilijker hebben. Dank u wel!

3


Als u niet van klassiek houdt,

NMF MAGAZINE 2015

40 jaar lang werkte Tiddo Folmer als tandarts en verwende zijn klanten met klassieke muziek, in de wachtkamer en tijdens de behandeling. Zijn afscheid vierde hij met een NMF-concert in de Duif in Amsterdam.

Je gaat met pensioen. Je bent medicus en hebt gedurende veertig jaar honder­ den patiënten gehad. Sommigen van die patiënten ken je dus al heel lang. Die wil je dus niet ‘zomaar’ verlaten. Wat doe je dan? Tiddo Folmer is zo’n man die met die vraag geconfronteerd werd. Tiddo was tandarts / paradontoloog / implantoloog in Amsterdam en besloot in 2014 met wel­ verdiend pensioen te gaan. Eén van zijn grote liefdes is de muziek – niet zo verwon­ derlijk daarom dat het idee al snel bij hem opkwam om muzikaal afscheid te nemen van zijn patiënten.

INTERVIEW

Tiddo en Thera Folmer-Von Oven

4

FOTO HELEN KLINKHAMER

MARCEL SCHOPMAN

Abonnement

De liefde voor de muziek was al vroeg aanwezig bij Tiddo. Zijn ouders kregen vijf kinderen, allen zoons. Papa en mama hadden een concertabonnement in het oude gebouw van Kunsten en Weten­ schappen in Den Haag. Maar papa kon vaak niet mee naar de concerten, met als gevolg dat één van de kinderen mee mocht. Om de kaarten werd gevochten, want alle vijf de jongens hadden een grote liefde voor muziek. En zo kwam het dat de jonge Tiddo al vroeg in zijn leven, gekleed in korte broek, de con­ certzaal betrad. Waar hij vervolgens eind


NMF NMF MAGAZINE MAGAZINE 2015 2015

zoekt u maar een andere tandarts vijftiger jaren bijvoorbeeld de grote Eduard van Beinum kon zien en beluis­ teren. Na afloop ging hij die beroemde man dan enigszins beschroomd om een handtekening vragen. Symfonieën van Mahler en Bruckner hoorde hij al rond zijn tiende levensjaar live! Zelf maakte Tiddo trouwens ook al vroeg muziek. Hij ging naar de muziekschool en speelde blokfluit, altblokfluit en vervolgens cello. Zijn broers speelden onder meer hobo en viool. Zoals dat wel vaker ging in die tijd kregen alle kinderen de kans om een muziekinstrument te leren bespelen. En de jongens hongerden naar nieuwe, dat wil zeggen voor hen onbekende muziek. Platen waren wat dat betreft heel erg belangrijk, want zo leerden ze nieuwe werken kennen. Tiddo herinnert zich nog dat één van zijn broers het Concert voor Orkest van Béla Bartók op plaat had be­ machtigd. Ademloos werd er geluisterd. Helaas had geen van de kinderen Folmer het talent om professioneel in de muziek bezig te zijn. Tiddo werd dus ook geen musicus, maar tandarts.

Uurtje eerder

Maar ook als tandarts kwam hij muzikaal aan zijn trekken. Aanvankelijk werd er al­ tijd muziek gedraaid tijdens de behande­ ling. Tiddo kon niet zonder en de meeste patiënten wilden niets liever. Sommigen vonden de muziek een dermate added benefit dat ze een uurtje eerder naar de praktijk kwamen om te luisteren. Overi­ gens niet alleen daarom: Thera, Tiddo’s

vrouw, is kunsthistorica, gespecialiseerd in 16e- en 17e-eeuwse kunst. Zij zorgde voor een rijke collectie kunstboeken en –tijdschriften in de wachtkamer, die ook gretig aftrek vonden. Pas later toen de praktijk zich uitbreidde en er meer stoe­ len en dus ook meer patiënten kwamen, werd het te druk om nog langer muziek te draaien. Overigens: de patiënten mochten zelf kiezen welke muziek ze wilden horen. Maar alleen klassiek. Voor andere muziek moesten ze maar een andere tandarts zoeken. Ook buiten de tandartspraktijk was er muziek, uiteraard. Tiddo’s belangstelling ging eerst uit naar het grote symfonische repertoire. Daar­ na ontdekte hij strijkkwartetten en an­ dere kamermuziek. Toen kwam de barok in zijn leven: hij stortte zich op de opera’s van Händel, Ariodante voorop.

Afscheidsconcert

Voor zijn afscheidsconcert had Tiddo een duidelijke voorkeur: hij wilde graag het pianotrio ‘Dumky’ van Dvo`ŕák horen. Dit Trio vindt hij veelzijdig en afwisselend, er valt veel aan te beleven. Alle emoties zit­ ten er volgens hem in. Daarnaast wilde hij met het concert graag geld ophalen voor het NMF, omdat hij de doelstelling van het NMF een warm hart toedraagt. Tiddo hoorde van het NMF via het zo­ genaamde ‘Weekend van het NMF’ in 2013 en hij werd direct begunstiger van het fonds. Hij vindt het ongelofelijk posi­ tief dat een stichting zoiets doet. Hij en zijn vrouw wilden graag iets voor ande­

ren doen en daarom vroegen zij als af­ scheidscadeau van de patiënten een gift voor het NMF. Manon Veenendaal ging op zoek naar goede musici en regelde niemand minder dan het Amsterdam Ensemble, met onder meer topvioliste Rosanne Philippens. Zij heeft de be­ schikking over de Bergonzi-viool van het NMF, waar Herman Krebbers bijna vijftig jaar op speelde. Ongeveer 150 vrienden en oud-patiënten kwamen samen in De Duif in Amsterdam. Tezamen brachten ze het ongelofelijke bedrag van bijna­ € 7.000 op voor het NMF.

5


A ADINDA MEERTINS | 1987 | CONTRABASSISTE

AIDAN MIKDAD | 2001 | PIANIST

AKOS KERTESZ | 1973 | CELLIST

ALBA ENCINAS | 1989 | VIOLISTE

ALEKSANDRA RYBAK | 1984 | CELLISTE

ALEXANDER BUSKERMOLEN | 1985 | PIANIST

ALEXANDER DROZDOV | 1979 | PIANIST

ALEXANDER WARENBERG | 1998 | CELLIST

AMARINS WIERDSMA | 1991 | VIOLISTE

AMITAI KAMP | 2003 | VIOLIST

AMKE TE WIES | 1994 | CELLISTE

AMSTERDAM SINFONIETTA | CONTRABAS

ANA ESTER GRÁCIO DOS SANTOS | 1995 | HARPISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

ANASTASIA KOZLOVA | 1979 | VIOLISTE

ANASTASIJA ZVIRBULE | 1983 | VIOLISTE

ANDRII CHUGAI | 1989 | VIOLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

ÁNGELA MOYA DOMINGUEZ | 1986 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

ANNA BADALIAN | 1984 | VIOLISTE

ANNA MAGDALENA DEN HERDER | 1988 | ALTVIOLISTE

ANNA MEENDERINK | 1996 | ALTVIOLISTE

ANNA SCHWEIZER | 1981 | CELLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

ANNA SOPHIE TORN | 1988 | VIOLISTE

ANNA STEENHUIS | 1989 | VIOLISTE

ANNABETH SHIRLEY | 1989 | CELLISTE

ANNE BAKKER | 1989 | VIOLISTE

ANNE ROOS HOIJTINK | 1998 | VIOLISTE

ANNE-LINDE VISSER | 1992 | CELLISTE

ANNEFLOOR PLANTINGA | 1997 | VIOLISTE

ANNEKE VAN HAAFTEN | 1972 | VIOLISTE

ANNEMARIE VAN PROOIJEN | 1983 | VIOLISTE

ANNEMIEKE HULS | 1983 | ALTVIOLISTE

ANNEMIJN DEN HERDER | 1975 | ALTVIOLISTE

ANNERIEKE NENTJES | 1983 | VIOLISTE

ANNERIEN STUKER | 1987 | VIOLISTE

ANNIE TÅNGBERG | 1972 | CELLISTE

ANSFRIED PLAT | 1969 | CELLIST

ANTON SPRONK | 1994 | CELLIST

ARJUN GANGULY | 1997 | CELLIST

ARMEN NAZARIAN | 1984 | ALTVIOLIST

ARNO VAN DER VUURST | 1978 | CELLIST

ARTHUR RUSANOVSKY | 1993 | VIOLIST


B

BABETTE VAN DEN BERG | 1983 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

BARBARA BEKHOF | 1991 | ALTVIOLISTE

BÁRBARA VARASSI PEGA | 1977 | PIANISTE

BAS BARTELS | 1990 | ALTVIOLIST

BAS JONGEN | 1992 | CELLIST

BAS TREUB | 1987 | VIOLIST

BEATRIJS PRONK | 1990 | CELLISTE

BEGONIA CHAN | 1997 | CELLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

BEN WEISHAUPT | 1996 | PIANIST

BENJAMIN DE BOER | 1995 | CONTRABASSIST

BENTE VERHEUL | 1995 | CELLISTE

BERDIEN VRIJLAND | 1973 | ALTVIOLISTE

BERNADETTE WIJNHAMER | 1995 | VIOLISTE

BI-NAN WANG | 1994 | VIOLISTE

BIRTHE BLOM | 1982 | VIOLISTE

BOB HEUVELMANS | 1987 | HARPIST

BRENDA BROUNS | 1991 | VIOLISTE

CAITLIN ENSOR | 1990 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

CARLA DE KLEUVER-LEURS | 1978 | VIOLISTE

CARLES PUIG RUSCALLEDA | 1981 | VIOLIST

CARLO NABBE | 1963 | VIOLIST

CASSANDRA LUCKHARDT | 1969 | CELLISTE

CATARINA TÁVORA | 1989 | CELLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

BRIT ISSA RIJNEN | 1999 | VIOLISTE

C

CARLOS LEAL CARDÍN | 1989 | CELLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

CARLOS NICOLÁS | 1990 | CELLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

CAROLIEN HULSHOF | 1981 | VIOLISTE

CAROLINE KANG | 1980 | CELLISTE

CATHERINE BAHN | 1975 | CONTRABASSISTE

CÉCILE GOUDER DE BEAUREGARD | 1985 | VIOLISTE

CECILIA BERNARDINI | 1984 | VIOLISTE

CHARLOTTE GULIKERS | 1995 | CELLISTE

CLEMENS VAN DER FEEN | 1980 | CONTRABASSIST

CODARTS ROTTERDAM | VLEUGEL

CORALINE GROEN | 1996 | VIOLISTE

CORINNE STAAL | 1964 | PIANISTE

CHRISTIAAN LASCAE | 1980 | VIOLIST

CYNTHIA KLOSTERMANN | 1992 | ALTVIOLISTE

CLAUDINE CARMEN ROMA | 1975 | PIANISTE

D


2014

IN EEN NOTENDOP

Dit magazine verschijnt in maart 2015, twee maanden eerder dan in de voorgaande jaren.

Dat doen we om u zo snel mogelijk verslag te kunnen doen van het afgelopen jaar en - nog belangrijker - om u zo spoedig mogelijk te kunnen informeren over de nieuwe ontwikkelin­ gen in 2015.

Maar dit tijdstip van verschijnen heeft als consequentie dat de definitieve jaarcijfers over 2014, op het moment dat dit magazine gedrukt wordt, nog niet bekend zijn. Voor zover er daarom cijfers en bedragen over 2014 vermeld staan in dit magazine, betreft het voorlopige cijfers. Eventuele verschillen tussen de hier gepresenteerde voorlopige cijfers en de definitieve cij­ fers in de jaarrekening (die in mei 2015 verschijnt), zullen naar verwachting minimaal zijn. U kunt de jaarrekening 2015 vanaf 1 juni 2015 downloaden via onze website of een gedrukt exemplaar bij ons aanvragen.

Staat van baten en lasten (x e 1.000)

2014

2013

Baten eigen fondsenwerving

1.053

914

190

182

Overige baten

______ ______

1.243

1.096

Besteed aan doelstelling

833

663

Besteed aan werving baten

107

213

Besteed aan beheer en administratie

183

185

______ ______

1.123

1.061

______ ______ Resultaat

8

120

35


NMF MAGAZINE 2015 | JAARVERSLAG 2014

WAAROM HET NMF BESTAAT

Muziekinstrumenten kosten geld: veel geld. Vaak zoveel dat musici en muziek­ studenten zich de aanschaf ervan niet kun­ nen veroorloven. En dat terwijl een goed instrument geen luxe is, maar een absolute noodzaak voor iemand wiens vak het is te musiceren. Dat betekent voor velen een probleem. Het NMF is destijds opgericht om dat probleem op te lossen. En van­ daag de dag geldt die oorspronkelijke doelstelling nog onverkort: het NMF geeft jaarlijks ruim 450 kwalitatief hoogstaande muziekinstrumenten en 350 strijkstokken in bruikleen aan professionele musici en aan hen die dat willen worden.

Doelstellingen

Het NMF is een organisatie die in grote lijnen drie specifieke doelen heeft; - het uitlenen van instrumenten aan musici. De nadruk ligt hierbij op het helpen van jong talent, conservatoriumstudenten en beroeps­musici. Maar ook top­solisten die dure instrumenten nodig hebben krijgen hulp van het NMF. Zo wordt het hoogstaande Nederlandse muziekleven structureel gesteund. - het behouden en ontwikkelen van cultureel erfgoed. Het NMF rekent het tot zijn taak de in­ strumenten uit de historisch belang­ rijke Nederlandse vioolbouwschool te behouden voor het nageslacht en deze

ook bespeelbaar te laten zijn. Zo wordt de hoogstaande collectie Nederlandse instrumenten geconserveerd, uitge­ breid en beluisterbaar gemaakt en ge­ houden. - het geven van educatie. Het NMF begeleidt muziekstudenten bij het maken van de juiste keuze van een instrument en/of stok. Het NMF heeft ondervonden dat er aan dit aspect in de traditionele muziekop­ leidingen te weinig aandacht wordt besteed, terwijl dit juist van wezenlijk belang is. Daarnaast biedt het NMF de NMF-musici onder meer de mogelijk­ heid podiumervaring op te doen, mee te doen aan CD/DVD-opnames en te participeren in klanktesten.

De doelgroep

Musici en zij die dat willen worden. Het NMF wil beroepsmusici en muziek­ studenten helpen. Dit geldt voor zowel klassieke als niet-klassieke musici. Zij kun­ nen een beroep doen op het NMF om een instrument in bruikleen te krijgen. Bo­ vendien kan men voor elk instrument een aanvraag indienen, zodat met recht kan worden gezegd dat het NMF het gehele Nederlandse muziekleven steunt.

De aanvraag

Een musicus die een aanvraag wil doen moet voldoende kwaliteit hebben om

beroepsmusicus te zijn of dat te worden. Hij komt in aanmerking voor een instru­ ment dat past bij zijn artistieke niveau als hij niet zelf in staat is een dergelijk instru­ ment aan te schaffen. Het NMF vindt het belangrijk dat alle muziekinstrumenten van het fonds door het publiek gehoord kunnen worden. Dat betekent dat NMFmusici een actieve rol in het Nederlandse muziekleven moeten vervullen. Buiten­ landers die met voldoende regelmaat op de Nederlandse podia optreden kun­ nen een aanvraag bij het NMF indienen als zij aan de overige eerder genoemde criteria voor bruikleen voldoen.

De procedure

Een instrument dient schriftelijk aange­ vraagd te worden. Na ontvangst van de aanvraag vindt er een intakegesprek plaats. Het NMF probeert dan enerzijds een beeld te krijgen van motivatie, ca­ paciteiten en verlangens van de poten­ tiële NMF-musicus, terwijl anderzijds de do’s en don’ts van het NMF uitvoerig worden uitgelegd. Na deze voorselectie bespreekt de Commissie Aanvragen en Instrumenten de aanvraag. Deze com­ missie bestond in 2014 uit een achttal deskundigen en brengt een niet-bin­ dend advies uit aan het bestuur dat uit­ eindelijk beslist over de aanvraag.

99


FOTO SJAAK RAMAKERS

“Dat managen zit tóch in m’n bloed” Catharina Ungvari


NMF MAGAZINE 2015

De statuten bepalen dat Wim Dik als vijfenzeventigplusser niet opnieuw ge­ kozen mag worden tot voorzitter, maar als het aan het NMF lag, zouden ze sa­ men nog een tijdje doorwerken. Direc­ teur Marcel Schopman steekt zijn lof niet onder stoelen of banken en noemt Dik van onschatbare waarde voor het NMF. Iemand die zich oprecht met hart en ziel heeft ingezet voor de organisatie. Schopman: “Onze samenwerking heb ik altijd hogelijk gewaardeerd. Wim heeft ontzettend veel bestuurswerk gedaan in zijn leven, maar het NMF ligt hem zeer na aan het hart. Zonder die statuten hadden wij het een voorrecht gevonden nog veel langer met hem te werken.” Zo, dat staat. Voorzitter Unilever Nederland, voorzitter Raad van Bestuur KPN, staatssecretaris van Economische Zaken, hoogleraar aan de Technische Universiteit Delft; Wim Dik denkt groot. Maar zijn mooiste functie vond hij misschien wel bestuursvoorzitter van het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds. Na veertien jaar geeft hij het stokje door.

FREDERIKE BERNTSEN

76 jaar is Wim Dik nu, maar hij ziet er niet uit als iemand die met pensioen is. Zou het dan toch zo zijn dat muziek je jong houdt? Dik: “Muziek zorgt in ieder geval voor het grootste plezier. Ik ben gek op muziek, ik kan niet zonder. We­ kelijks speel ik slagwerk in een jazzband – we treden eens per maand op. Kijk, ik ben geen topdrummer, ben pas begon­ nen op m’n achttiende. Er zal nooit ie­ mand zeggen bij een optreden van ons: we moeten wat dichter bij het podium gaan staan, want er zit nu een drummer, zoiets heb je nog nooit gehoord. Maar het is ook niet zo dat er gezegd wordt: wie haalt die houthakker even van de bühne? Ik behoor tot de goede midden­ moot, geloof ik.” Oud-minister Koos Andriessen trad na vier jaar af als voorzitter van het NMF en gooide een balletje op bij Dik, die met­

een toehapte. De details kwamen later wel, want iets in de muziek, dolgraag. Ook kende Dik de allereerste voorzit­ ter, vóór Andriessen: violist Theo Olof. “Gelukkig heb ik Theo mee mogen ma­ ken. Van hem heb ik geleerd hoe je met musici omgaat, en ik vertelde hem hoe je zakelijk kunt zijn. Wat die man voor het NMF overhad, is niet in woorden te vatten. Dat heb ik goed in mijn oren ge­ knoopt en ik heb echt geprobeerd om in zijn geest de missie van het NMF uit te dragen.” “Het NMF draagt passie voor muziek uit en geeft talenten de mogelijkheid zich verder te ontwikkelen. Het is eenvou­ dig: als je eenmaal aan muziek begon­ nen bent, kom je er niet meer vanaf. Het NMF straalt uit hoe belangrijk muziek is. Mijn eigen muzikale passie is alleen maar gegroeid sinds ik met het NMF te maken heb. Mijn smaak is breed. Ook in een carnavalsoptocht trommelen totdat je erbij neervalt, is heerlijk!” Dik, een geboren Rotterdammer, woont al vijftig jaar in Brabant en is een verwoed car­ navalsvierder. Eenmaal baas, altijd baas: Dik was Prins Carnaval van Oss. “In mijn cd-verzameling zit van alles, ook veel klassiek. Dat ik jazz oude stijl speel, past erbij. Alleen van opera hou ik niet, opera vind ik een ramp, gek hè? Zingen niet, dat is wat anders. Ik zit in de advies­ raad van het Internationaal Vocalisten Concours Den Bosch, en zingen vind ik prachtig. Nee, maar die opera: toen mijn broer en ik vroeger in de teil voor de kachel ons wekelijks bad kregen, stond het radioprogramma ‘Opera en

11


NMF MAGAZINE NMF MAGAZINE 2015 2015

belcanto’ aan. Elke zondag van vijf tot zes. Mijn ouders zongen uit volle borst mee, wij luisterden, tot vervelens toe... Ik denk dat daar het operaprobleempje is ontstaan. Mijn hartstocht ligt bij het or­ gel, daar ben ik gek op. De klank van het orgel is ongelofelijk. Helemaal als je mu­ ziek hoort van een componist die het in­ strument vanbinnen en vanbuiten kende, zoals Händel of Bach; die jongens wisten wat je met een orgel kon doen en vooral ook wat je er niet mee moest doen. Bij orgelmuziek kan ik echt wegdromen.” Tijdens zijn NMF-jaren maakte Dik twee grote jubilea mee, het 20-jarige in het Concertgebouw in Amsterdam en het 25-jarige in de Ridderzaal in Den Haag. “Inderdaad, ik realiseer me nu dat ik iets meer dan de helft van het NMF-bestaan mee heb mogen maken. Wat een voor­ recht. Als het even kan, ga ik naar de con­ certen die het NMF organiseert. Toen ik tien jaar voorzitter was, zat ik bij een van de optredens van onze musici en speel­ den ze speciaal voor mij een stuk, ge­ volgd door ‘Lang zal hij leven’. Ik was zeer geroerd. Zo betrokken mogen zijn bij zo’n organisatie en al die prachtige muziek en dat talent, dat was een bijzonder mo­ ment.” Wat trof u aan, toen u in 2001 aantrad? “Voor mijn komst bemoeide het bestuur zich diepgaand met de organisatie, en toen dacht ik: waar is de directeur ei­ genlijk voor nodig? Ik heb met Marcel de afspraak gemaakt: jij runt de tent en

12

je hoeft mij alleen maar op de hoogte te houden van wat er goed gaat en wat niet. En wanneer je denkt dat het nodig is, bel je me. Ik ga ervan uit dat als ik niks hoor, het goed gaat. Jij beslist of we linksom of rechtsom gaan. Bij twijfel, altijd bellen. Dat werkt perfect, in ieder geval tussen ons en met deze organisatie, die kernge­ zond is. En Marcel is de juiste persoon op de juiste plek. Hij is vrolijk, geestig, heeft een vlotte babbel en hij is to the point.” “Maar vergeet alsjeblieft niet op te schrij­ ven hoeveel betrokkenheid er op het kantoor in Amsterdam heerst, onder alle medewerkers, niet alleen Marcel. Niets lijkt ze te veel, ook niet in hun vrije tijd. Inspringen waar nodig, en altijd met de grootst mogelijke inzet. Ik herken mezelf daarin: plezier in het werk. In die zin is er geen verschil tussen de kunstensec­ tor en de grootindustrie. Ik heb m’n hele leven met plezier gewerkt. Keihard ge­ werkt ook, maar ik vond het altijd fijn. Ik zeg vaak tegen jonge mensen: zorg er­ voor dat je fluitend naar je werk gaat, en weer fluitend naar huis, want thuis moet het ook leuk zijn. Als die balans klopt, zit je goed in je vel.” Hier spreekt een geluksvogel? “Zeker, en ik ben op zondag geboren, dat helpt. Maar ik kan het niet vaak genoeg zeg­ gen. Bevalt je werk je niet? Doe er wat aan, spreek het uit, ga er weg, enzovoort. Het ligt natuurlijk meestal genuanceer­ der, maar dingen opkroppen en op hun beloop laten, is niets.”

Onder het voorzitterschap van Wim Dik zijn er een aantal belangrijke stappen gezet bij het NMF. Zo is de Bergonziviool van Herman Krebbers in 2005 aan­ gekocht, en kwam er in 2008 een Petrus Guarnerius in de collectie, de duurste ­ viool die het fonds ooit verwierf. In 2010 werd er een Stradivarius binnengehaald, de enige in de catalogus. Ook het winnen van de Transparantprijs, voor het beste jaarverslag van een goed doel in Neder­ land, gebeurde in het tijdperk-Dik. “Wist je dat Nederlandse vioolbouwers tot de besten ter wereld behoren? We hebben een boel instrumenten van ei­ gen bodem in huis, echt iets om trots op te zijn. Men denkt vaak dat een goede viool driehonderd jaar oud is, uit Italië komt en de naam Stradivarius draagt. Maar een topinstrument kan ook in 1990 in Nederland gemaakt zijn.” Heeft Dik zijn stempel gedrukt op de or­ ganisatie van het NMF? “Nou, we hebben wel een aantal dingen aangepakt. De afgelopen jaren zijn we intensief bezig geweest met het werven van donateurs, die zijn heel belangrijk voor ons. Tien jaar geleden hadden we er zo’n honderd, en nu iets van veertienhonderd als ik me niet vergis, geweldig. We leven van gif­ ten, legaten en sponsors, subsidie krij­ gen we niet meer. Het NMF moet het van naamsbekendheid hebben. Het publiek moet weten dat we bestaan en waarom we bestaan. We zijn altijd op zoek naar mensen die het belangrijk vinden dat een


NMF MAGAZINE 2015

instantie aanstormend talent wil helpen aan een instrument. Als er talent aanwe­ zig is bij een kind, dan moet je daar iets mee doen. Als dat zich niet verder kan ontwikkelen, eeuwig zonde. We weten zeker dat als je een kind een instrument geeft dat hij zelf pas zou kunnen kopen op latere leeftijd en na vele triomfen op het podium, hij sowieso achterloopt, of misschien wel nooit dat podium haalt. Je zult er trouwens versteld van staan hoe­ veel mooie instrumenten er van zolders komen. Mensen die om wat voor reden dan ook opruiming houden, en dan blijkt er in de hoek nog de vioolkist van tante Annie te liggen. Ja, soms is het brand­ hout, maar het kan even zo goed om een prima instrument gaan.”

menten bij het NMF? “Dan wordt het weer drummen. In een orkest spelen zou ik een tijdje leuk vinden, maar op een gegeven moment zou ik denken: laat ik maar een dirigentencursus gaan volgen, dan kan ik ervóór gaan staan. Dat managen zit tóch in m’n bloed.”

“Ik denk ook dat het NMF zakelijker is ge­ worden, we zijn strakker in onze regels, ook naar de musici toe. We hebben de amateurstatus achter ons gelaten en zijn nu echt een volledig professionele or­ ganisatie. Dat moet ook als je voor bijna 30 miljoen aan instrumenten beheert en als je honderden bruikleners op hoog niveau wilt bedienen.” Dik en het NMF, dat zit wel snor, behalve dat de samenwerking nu tot een einde is gekomen. “Ja, maar ik ben niet hele­ maal weg, hoor. Ik zou de presentatie­ concerten niet graag willen missen. Mijn vrouw trouwens ook niet.” Stel, Dik krijgt een tweede leven, wordt hij dan organist of misschien orkestmu­ sicus, na zijn ervaring met strijkinstru­

Wim Dik en Herman Krebbers bij de overhandiging van de Bergonzi-viool

13


NMF MAGAZINE 2015

FOTO CATHY LEVESQUE

“Wat ben je

Agnes Nahuys te midden van Marcel Schopman en Wim Dik

14


NMF MAGAZINE 2015 NMF MAGAZINE 2015

groot geworden!” Agnes Nahuys is donateur en vrijwilliger bij het NMF. In deze bijdrage vertelt ze over de bijzondere manier waarop ze met het NMF in contact kwam. Het is bijzonder te ervaren dat sommige dingen in je leven voorbestemd lijken te zijn.

Brussel

Tot twee jaar geleden had ik nauwelijks over het NMF gehoord (veel in het buiten­ land gewoond...) en daar stond het toen, midden op mijn pad. Ongeveer 6 jaar ge­ leden hadden we het binnen ons gezin, toen wonende in Brussel, aan tafel over vriendschappen. Soms vallen ze uit de lucht en soms ook zijn ze in diezelfde lucht ineens weer opgelost. Ik vertelde over de zomervakanties van vroeger (eind 70-er ja­ ren) in Hotel Belvédère in Noordwijk. Over de vriendschap die we daar hadden met de familie Schopman. Verstoppertje spe­ len in de duinen, ponyrijden, steltlopen, zwemmen en Monopolyen wanneer het regende. Vooral Marcel (een week ouder dan ik) was een dik maatje. Door narig­ heid in onze beide families, kwam er voor ons een abrupt einde aan deze meer dan heerlijke en zorgeloze vakanties. Sinds ons (ik meen) twaalfde levensjaar, was het con­ tact volledig verloren. Direct werd er ge­ roepen: “Dan google je hem toch...!” Een paar weken later was het zover: ik typte ‘Marcel Schopman’ en ... enter! Ik zag een vriendelijk gezicht met bril op mijn laptop verschijnen. Grappig, hij zou op z’n vader kunnen lijken. Maar opmerkelijk was voor­ al zijn link met het NMF. U moet weten, dat ik tijdens mijn laatste jaren in Brussel be­ trokken was bij ‘Music Fund’. Een Belgische

organisatie die ook muziekinstrumenten inzamelt, maar dan voor muziekscholen in conflictgebieden elders in de wereld. Ik had mijn bezige leven, een verhuizing in het verschiet en ons huis in Den Haag moest worden opgeknapt. Geen tijd voor andere zaken. Maar deze vondst op het in­ ternet zou ik niet vlug vergeten.

Den Haag

Toen ik ruim een jaar later weer terug was in Den Haag, werd ik uitgenodigd voor een kamermuziekconcert. We hoorden een vleugel, viool en zang. Heerlijk! Na afloop kwam ik in gesprek met de jonge violist Bas Treub. Ik vroeg hem hoe hij aan die schitterende viool kwam, want zoiets moois koop je niet ‘om de hoek’. Nee, hij leende van het NMF. Of ik daar niet eer­ der over gehoord had? “Nou...”, ik moest toch even nadenken, “je bedoelt toch ze­ ker niet het NMF van Marcel Schopman?!” “Jazeker wel, kent u hem?” Nadat ik hem had verteld hoe de vork in de steel zat, zei hij direct dat ik vooral contact moest opne­ men, gewoon mailen. “Daar op kantoor bij het NMF zitten echt alleen maar aardige, toegankelijke mensen. Kunt u gerust doen. Dan zal ik de volgende keer zeggen dat ik Agnes Nahuys heb ontmoet...” Vooral dat laatste was wel de stok achter de deur! Groot was de teleurstelling toen bleek dat ik volledig uit het geheugen van Marcel was gewist. Maar gelukkig weet hij goed zijn woorden te kiezen, ook in zijn e-mails en ik was alleen maar blij weer contact te

hebben met mijn vakantiemaatje van vroe­ ger. De eerste keer dat we elkaar weer za­ gen was tijdens een zondagochtendcon­ cert ‘Jongste musici in het oudste huis in Amsterdam’. Dat was even gek en ik had Marcel na veertig jaar zeker niet zomaar herkend. Wat is hij gegroeid! In diezelfde periode (toeval of niet) kreeg ik een uit­ nodiging van een neef en nicht van me. Zij wilden hun speciale verjaardagen en zoveel jaar huwelijk vieren. Ze boften, want ze hadden een concert van het NMF ge­ wonnen. Het concert zou gegeven worden in de Grote Kerk in Dordrecht. Nooit eer­ der had ik hen over het NMF horen vertel­ len, hoe was het toch mogelijk. Ik heb me dikwijls voorgesteld hoe het geweest zou zijn wanneer Marcel en ik elkaar dáár weer voor het eerst waren tegengekomen.

Gloria Gaynor

Nee, ik ben blij dat het gegaan is zoals het is gegaan. Zelf bespeel ik geen instrument, maar zing ik in een kamerkoor. Ik zing net zo lief mee met Gloria Gaynor als met een mooie alt-aria uit de Messiah en geniet van ieder concert. Hier in Den Haag help ik met heel veel plezier dikwijls tijdens de concerten van de Residentie Bach Ensem­ bles, maar het NMF mogen helpen geeft iets extra’s. De weer opgebloeide vriend­ schap met Marcel, maar ook het telkens terugkerende familiereüniegevoel maken die samenwerking heel speciaal.

15


NMF MAGAZINE 2015

Een adellijke Marijke Verberne zit in mijn bureaustoel en kijkt voorovergebogen naar het beeldscherm van mijn computer. Terwijl ik koffie haal, ‘googlet’ zij even naar een Amerikaanse componist waarvan ze vaak werken heeft gespeeld en wiens naam maar niet in haar op kan komen. Hij was ooit directeur van The Centre of Creative and Performing Arts, waar zij zelf ook enige tijd nauw bij betrokken was; het zit haar duidelijk dwars dat ze de naam niet kan vinden.

Opgepoetst

Regelmatig ontvangt het NMF instrumenten in bruikleen van particulieren. In 2014 konden we een heel bijzondere cello in onze collectie verwelkomen.

FRITS SCHUTTE

16

Marijke is bij ons op bezoek omdat ze heeft besloten haar Jean Baptiste Vuil­ laume-cello aan het NMF in bruikleen te geven. Nadat de cello door een viool­ bouwer eerst uitgebreid is nagekeken, opgepoetst en voorzien van nieuwe snaren, is nu het moment aangekomen om de bruikleenovereenkomst door te nemen. Ook al vindt de formaliteit van het ondertekenen vandaag nog niet plaats, voelt het voor ons beiden als een belangrijk moment, een mijlpaal. Ze vertrouwt ons namelijk de cello toe die

ze in 1976 aankocht van een Londense handelaar en waarmee ze sindsdien als professioneel celliste de wereld be­ reisde. Dit moment markeert dus ook het einde van een intensieve relatie van bijna 40 jaar! De cello straalt vakman­ schap, schoonheid en noblesse uit. Het achterblad is voorzien van een opvallen­ de decoratie, die het familiewapen blijkt te zijn van de Belgische adellijke familie Caraman de Chimay. Jean-Baptiste Vuil­ laume bouwde in 1865 een heel kwartet voor de familie, waaronder deze cello. Nu Marijke zich fysiek niet meer in staat voelt om nog regelmatig cello te spelen, is voor haar het moment aangekomen om via het NMF een jonge musicus de kans te bieden om zich op haar prach­ tige cello te kunnen ontplooien.

Amerika

Marijke Verberne studeerde af aan het Amsterdams conservatorium als leerlinge van Carel van Leeuwen Boomkamp. Van 1961 tot 1967 was ze lid van het Neder­ lands Kamerorkest. Ze volgde in die tijd nog lessen bij André Navarra. Daarna


NMF MAGAZINE 2015

cello HIERNAAST MARIJKE, ONGEVEER 11 JAAR, OP EEN 3/4 CELLO FOTO LINKER PAGINA MARIJKE ROND 1976

verliet ze Nederland om in Amerika een jaar bij János Starker te gaan studeren. Aansluitend was ze twee jaar verbonden aan de universiteit van Buffalo, New York, als lid van bovengenoemd Centre of Cre­ ative and Performing Arts (CCPA). Het CCPA bestond uit een klein ensemble van jonge componisten en instrumentalisten en diende als kweekvijver voor nieuwe muziek. De periode bij het CCPA was van grote betekenis voor Marijke Verberne. In 1970 kwam ze weer terug naar Neder­ land. Vanaf dat moment werkte ze veel als freelance cellist en vanaf 1975 als plaats­ vervangend aanvoerder van het NoordHollands Filharmonisch orkest. Daarnaast trad ze regelmatig op met het ‘Five Cen­ turies Ensemble’ dat met een sopraan, countertenor, klavecimbel en cello een breed repertoire bracht. “Wij waren onze tijd vooruit”, zegt ze. “Niet alleen vanwege de keuze voor een breed repertoire van

oude muziek tot hedendaagse werken, (waaronder verschillende werken die voor ons gecomponeerd werden), maar ook omdat we de stap durfden te zetten naar improvisatie. Zo lieten we bijvoor­ beeld een compositie van Monteverdi overgaan in een stuk van John Cage. Dat was toen nog nieuw, terwijl het nu heel normaal is om als ensemble verschillende muziekstijlen samen te laten smelten”. Ze juicht deze actuele ontwikkeling toe. Ons gesprek is dynamisch en intuïtief, precies zoals ze zich altijd als celliste heeft willen profileren. Marijke Verberne komt op me over als een moderne celliste die zich in het huidige muzikale veld erg op haar plaats zou voelen. Dat haar cello nu in handen zal komen van een klassieke mu­ sicus van een jonge en moderne genera­ tie, voelt goed. “Morton Feldman!” roept ze triomfantelijk, “zo heette hij!” HET WAPEN VAN CARAMAN DE CHIMAY OP EEN VIOOL

17


NMF MAGAZINE 2015

DE FEITEN OVER 2014 DOELSTELLING 1

DOELSTELLING 3

De resultaten van een organisatie zijn op verschillende manieren te definiëren. Wat zijn de relevante resultaten voor een organisatie als het Nationaal Muziekin­ strumenten Fonds? Voor een stichting, die als voornaamste doel heeft om mu­ sici te helpen, is het belangrijkste resul­ taat het aantal musici dat de stichting heeft kunnen helpen. In 2014 waren dat er 431. Wilt u hier meer over weten, kijk dan op pagina 19.

Het wordt keer op keer duidelijk dat er bij jonge musici behoefte is aan bege­ leiding op hun weg naar volwassenheid. Talent en het geven van alleen een uit­ stekend instrument is niet genoeg om een carrière te laten slagen. Begeleiding bij podiumpresentatie, marketing, pro­ motie en communicatie zijn eveneens essentiële onderdelen. Het NMF onder­ zoekt samen met andere partijen hoe dit het beste verwezenlijkt zou kunnen wor­ den. Wilt u meer lezen over educatie, kijk dan op pagina 20.

Het in bruikleen geven van muziekinstrumenten

DOELSTELLING 2

Cultureel Erfgoed

Het NMF heeft als voornemen het be­ houden, conserveren, gebruiken en zelfs ontwikkelen van cultureel erfgoed. Het doet dat door een belangrijke collectie Nederlandse muziekinstrumenten op te bouwen. Enerzijds gaat het daarbij om oude instrumenten die men tracht te bewaren voor de Nederlandse samenle­ ving, anderzijds gaat het om het ontwik­ kelen van nieuw Nederlands cultureel erfgoed door het geven van bouwop­ drachten aan Nederlandse vioolbou­ wers. Wilt u meer weten over ons cultu­ reel erfgoed, kijk dan op pagina 20.

18

Educatie

......................................................................

De financiële situatie

Het NMF haalde in 2014 ruim meer dan een miljoen Euro binnen. Wilt u meer weten over financiële zaken, kijk dan op pagina 21.

Onze donateurs

Het hebben van donateurs is onontbeer­ lijk voor het NMF, omdat het grootste deel van de inkomsten van het NMF van deze groep afkomstig is. Wilt u meer le­ zen over onze donateurs, kijk dan op pa­ gina 21.

Nieuwe instrumenten

In 2014 werden 24 instrumenten en stokken aan de collectie van het NMF toegevoegd. Op twee na werden deze alle eigendom van het NMF. Deze in­ strumenten kwamen in de collectie door aankoop, schenking, legatering en door deze aan het NMF in bruikleen te geven. Wilt u weten welke instrumenten nieuw zijn in onze collectie, kijk dan op pagina 25.

Bestuur, commissies en werkgroepen

Naast de medewerkers van het bureau, die het meest zichtbaar zijn voor de bui­ tenwereld, is er natuurlijk ook een aantal mensen die zich op een andere manier inzetten voor het NMF. Zo zijn er verschil­ lende commissies die met het NMF ver­ bonden zijn. Daarnaast zijn er natuurlijk het Bestuur, de Commissie Aanvragen en Instrumenten, de Raad van Advies en het Comité van Aanbeveling. Wilt u meer weten over de samenstelling van de di­ verse commissies, kijk dan op pagina 54.

De NMF-bureaumedewerkers

Zonder kantoor zou er geen NMF kun­ nen bestaan. In de Annenstraat in Am­ sterdam vindt u de medewerkers en vrij­ willigers van het NMF. Wilt u meer weten over de NMF-medewerkers, kijk dan op pagina 41. Op pagina 14 en pagina 66 worden twee vrijwilligers in het zonnetje gezet.


BRUIKLEEN MUZIEK INSTRUMENT

NMF MAGAZINE 2015 | JAARVERSLAG 2014

Op 31 december 2014 waren er ruim 416 musici in Nederland die met een instrument van het NMF rondliepen. Hoewel “rondliepen” misschien niet al­ tijd de juiste benaming is. Want ruim 30 van onze NMF-musici hebben thuis een vleugel van het NMF staan, waarop zij hun concertoptredens voorbereiden. Het NMF heeft immers niet alleen strijk­ instrumenten in zijn collectie, maar ook vleugels, piano’s, harpen en een klein aantal blaasinstrumenten. Weliswaar bezit het NMF een verzameling muziek­ instrumenten van museale waarde (de gemiddelde waarde van een instrument uit de NMF-collectie bedraagt ongeveer €50.000), de collectie is een levende col­ lectie, dat wil zeggen zij wordt bespeeld en reist daarom voortdurend door Ne­ derland en andere landen. Het NMF zou daarom met recht een mobiel museum genoemd kunnen worden. Maar het gaat bij het NMF niet in de eerste plaats om het samenstellen van een waarde­ volle collectie, het gaat het NMF er om dat musici geholpen worden door deze instrumenten ter beschikking te stellen aan hen. Het is daarom van het groot­ ste belang dat het aanbod instrumenten aansluit op de vraag van musici.

aantal NMF-musici op 31/12/2014

326

2006

346

2007

364

2008

403

401

388

377

376

2009

2010

2011

2012

2013

416

2014

Het totaal aantal musici dat op enig mo­ ment gedurende 2014 een instrument van het NMF in bruikleen had, steeg ten opzichte van het voorgaande jaar van 419 naar 431. Het aantal nieuwe aanvragen van musici daalde iets ten opzichte van vorig jaar. In totaal waren er 68 aanvragers, in 2013 waren dat er 65. aantal aanvragen NMF 92 72 58

2010

2011

2012

65

68

2013

2014

19


NMF MAGAZINE 2015

CULTUREEL EDU ERFGOED CATIE Het NMF heeft in zijn ruim 25-jarige be­ staan een collectie Nederlandse instru­ menten samengesteld, die een museale waarde heeft. Het NMF bezit instrumen­ ten uit het tijdperk van de eerste be­ langrijke Nederlandse bouwperiode tot aan nu. Binnen deze periode van ruim 300 jaar is een belangrijke collectie op­ gebouwd. Hoewel het Haags Gemeen­ temuseum (middels de collectie verza­ meld door de bankier Daniël Scheurleer) een nog veel grotere verzameling bezit, heeft de collectie van het NMF het voor­ deel dat deze (in tegenstelling tot die in Den Haag) zichtbaar is en bespeeld wordt: indachtig het oorspronkelijke doel van een muziekinstrument. Een mu­ ziekinstrument is immers een gebruiks­ voorwerp. Jarenlang is het belang van de Hol­ landse school en de instrumenten die zij maakte onderschat. Pas nadat met name buitenlandse beleggers hun oog lieten vallen op deze instrumenten en violen in grote aantallen naar het buitenland ver­ dwenen en (dus) in prijs stegen, kwam de aandacht voor deze ten onrechte ver­ geten groep weer op. Het NMF speelt bij de hernieuwde aandacht voor eigen erfgoed een leidende rol. De prijs/kwali­ teitverhouding van deze instrumenten is nog steeds aantrekkelijk en mede daar­ om heeft het NMF een grote belangstel­ ling voor Hollandse instrumenten.

20

Het NMF bezit onder meer instrumenten van belangrijke instrumentenbouwers als Pieter Rombouts, Hendrik Jacobs, Jo­ hannes Cuypers, Max Möller, Eberhard Uebel, Jaap Bolink, Otto en Serge Stam en Daniel Royé en vele anderen. Het NMF beschouwt de verzameling instrumenten die afkomstig is van, of bespeeld werd door belangrijke Neder­ landse musici, ook als cultureel erfgoed. Zo bezit het NMF de Pique-viool van Theo Olof, de Carlo Bergonzi-viool die Herman Krebbers tientallen jaren heeft bespeeld, twee violen (een Jaap Bolink en een Federico Goldnagl) uit de collec­ tie van Isabelle van Keulen, de Bechsteinvleugel van de dirigent Anton Kersjes, de Steinway-vleugel van George van Renes­ se en een aantal andere instrumenten met een bijzondere afkomst.

Het oorspronkelijke doel van het NMF was uitsluitend het in bruikleen geven van muziekinstrumenten aan talentvolle musici, met als oogmerk om hun carri­ ère een krachtige impuls te geven. Later werd “additionele” hulp geboden door het organiseren van masterclasses, CDopnames en het geven van concerten. Door deze zaken werd de NMF-musici extra leermomenten geboden om ver­ der te komen in hun vak. Het is duidelijk dat de aandacht die het NMF in het aan­ koopbeleid wil geven aan musici die al verder zijn in hun carrière, gepaard moet gaan met een verdergaande begelei­ ding van deze musici op andere gebie­ den. Te denken valt aan podiumpresen­ tatie, ondersteuning bij het zoeken naar management, ondersteuning bij marke­ ting, CD-contracten, promotionele zaken en dergelijke. Het NMF is steeds bezig te onderzoeken op welke wijze steun het beste verleend kan worden. Een in­ dividuele benadering van de musicus is hierbij het uitgangspunt. Door het sterk gestegen aantal NMF-concerten in de af­ gelopen jaren geeft het NMF aan steeds meer musici de kans om podiumervaring op te doen. Speciaal van belang is ook de mogelijkheid die het NMF biedt om authentieke en bijzondere instrumenten te bespelen. Het NMF leent op project­ basis klassieke en barokstrijkstokken uit: dit geeft de musicus een unieke kans ver­ trouwd te raken met een andere, histori­ serende manier van spelen.


NMF MAGAZINE 2015 | JAARVERSLAG 2014

INKOMSTEN BRONNEN De inkomsten van het NMF zijn naar hun aard altijd in hoge mate variabel. Slechts een zeer beperkt deel van de inkomsten van het NMF is min of meer vast te noe­ men. Nu de overheidssubsidie in 2012 is beëindigd, bestaan de vaste en vrij be­ steedbare inkomsten van het NMF nog uitsluitend uit de bruikleenvergoedingen die musici betalen voor het gebruik van hun instrument. Dit percentage schom­ melt de laatste jaren tussen de 10% en 20% van de totale inkomsten. De laatste jaren zien we een ontwikke­ ling waarbij meer particuliere- en fa­ miliestichtingen het NMF steunen. Die inkomsten zijn per gift meestal hoog en de procedures om steun te krijgen zijn ten opzichte van “gewone” fondsen vaak veel simpeler. Het grootste probleem bij dit soort fondsen is het vinden van deze stichtingen. Doorgaans opereren ze in de anonimiteit en zijn ze daardoor on­ zichtbaar. Zij vinden jou in plaats dat jij hen vindt.

Onze donateurs

In 2014 daalde het aantal donateurs van het NMF voor het eerst in jaren, naar 1393. Dat is ongeveer gelijk aan het ni­ veau dat in 2012 bereikt was, het jaar vóór ons jubileum. Het verlies aan dona­ teurs werd uitsluitend veroorzaakt door een teruggang in het aantal eenmalige donateurs. De totale teruggang bedroeg bijna 13%. 1619 1429 1015 787

963

1082

1393

1185

534

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

Het aantal mensen dat een schenking per notariële akte af heeft gesloten steeg met 7%.

244 183

252

268

201

stichting/fonds 13%

René Nieuwint penningmeester

33 2007

Marcel Reijnen voorzitter

Marcel Reijnen voorzitter

70

2006

Prins Bernhard Cultuurfonds Stichting Otten Philips Fonds Maarten Weldam Stichting Stichting Thurkowfonds Stichting Kateker Stichting Douglas Kane Fonds Stichting Labbarté-Hoedemaker Fonds Stichting Regina Fonds Stichting IBAFU De Ruusscher Stichting Stichting Dioraphte VLR Stichting Stichting Virtutis Opus Stichting Auxilium Stichting Eemland Stichting Mirador VLR Stichting Inner Wheel Club Haarlem Stichting Jan Wieling Fonds

Stichting Johan Rasch Fonds

104

musici 14%

Het NMF werd in 2014 door onder meer de volgende stichtingen en fondsen ge­ steund:

René Nieuwint penningmeester

146

verdeling inkomsten 2014

Stichtingen en fondsen

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

De inkomsten uit donaties van particulie­ ren, bedragen doorgaans tussen de 65% en 75%. De inkomsten uit stichtingen en fondsen bedragen de laatste jaren tus­ sen de 10% en 20% van de totale inkom­ sten.

en een aantal stichtingen dat anoniem wenst te blijven.

particulieren 73%

21


D DAPHNE OLTHETEN | 1989 | VIOLISTE

DANA ZEMTSOV | 1992 | ALTVIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

DANIËL ESSER | 1949 | CELLIST

DAVID RABINOVICH | 1959 | VIOLIST

DETMAR LEERTOUWER | 1967 | CELLIST

E

DANIEL LEENDERS | 1998 | VIOLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

DANIEL ROWLAND | 1972 | VIOLIST

DANIËLLE DAOUKAYEVA | 1992 | VIOLISTE

DIAMANDA DRAMM | 1991 | VIOLISTE

DIEDERIK SMULDERS | 1997 | CELLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

DIETHARD STRUELENS | 1988 | CELLIST

EILDERT BEEFTINK | 1974 | PIANIST

EKATERINA LEVENTAL | 1977 | HARPISTE

ELINE HENSELS | 1998 | CELLISTE

DIONNE NIJSTEN | 1988 | CELLISTE

DOMINIQUE CHABOT | 1991 | CONTRABASSISTE

ELINE SNOEK | 1971 | ALTVIOLISTE

ELISE BESEMER | 1994 | VIOLISTE

ELISE TEN WESTENEND | 1988 | VIOLISTE

ELISE VAN DER WEL | 1992 | VIOLISTE

ELSKE KRIJNEN | 1979 | VIOLISTE

EMILIANO ZENODOCCHIO | 1985 | FLUITIST

EMMA BESSELAAR | 1992 | CELLISTE

EMMA BREEDVELD | 1974 | VIOLISTE

EMMA ROIJACKERS | 1995 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

EMMA VAN DER SCHALIE | 1987 | VIOLISTE

EMMA WARMELINK | 1997 | CELLISTE

EMMY STORMS | 1988 | VIOLISTE

EPHREM CORTVRINT | 1996 | VIOLIST

ERIC DE WIT | 1980 | CELLIST

ERNŐ LASTLO OLAH | 1948 | VIOLIST

ERNST REIJSEGER | 1954 | CELLIST

ERWIN WIERINGA | 1974 | HOORNIST

ESTELA BRICEÑO MEZQUITA | 1984 | ALTVIOLISTE

ESTHER DE BRUIJN | 1966 | VIOLISTE

ESTHER GARCIA CALVO | 1988 | CELLISTE

ESTHER VAN DER EIJK | 1971 | ALTVIOLISTE

EVA OTERO PICADO | 1989 | CELLISTE

EVA SALADIN | 1987 | VIOLISTE

EVA VAN HAAFTEN | 1992 | VIOLISTE


F FLOOR LE COULTRE | 1990 | VIOLISTE

G GIORGOS KOTSIOLIS | 1979 | CELLIST

H HANS ROELOFSEN | 1950 | CONTRABASSIST

HELENA DRUWÉ | 1981 | VIOLISTE

FELICIA BAO | 2003 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

FELIX CORPORAAL | 1995 | VIOLIST

FEMKE HEMPEL | 1995 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

FEMKE HUIZINGA | 1983 | VIOLISTE

FIONA JANSEN | 1985 | VIOLISTE

FLORENT MOURIR | 1989 | PIANIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

FLORIS FABER | 1994 | VIOLIST

FRANCISO JAVIER LUPIÁÑEZ RUIZ | 1980 | VIOLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

FREDERIEKE SAEIJS | 1979 | VIOLISTE

FREDERIK BOITS | 1977 | ALTVIOLIST

GEERTEN FELLER | 1993 | ALTVIOLIST

GENEVIÈVE VERHAGE | 1985 | CELLISTE

GERRIT VAN PUTTEN | 1983 | VIOLIST

GIDEON DEN HERDER | 1986 | CELLIST

GIOIA KUIPERS | 1995 | ALTVIOLISTE

GIORGOS SAMOILIS | 1986 | VIOLIST

GITAARORKEST NEDERLAND | GITAREN

GONÇALO SILVA | 1985 | CELLIST

GUIDO MÜLLER | 1968 | VIOLIST

GWYNETH WENTINK | 1981 | HARPISTE

HADEWYCH VAN GENT | 1997 | CELLISTE

HAEJIN PARK | 1996 | VIOLISTE

HANNAH FELTKAMP | 1996 | VIOLISTE

HANNAH STRIJBOS | 1989 | ALTVIOLISTE

HANNAH VISSER | 1992 | VIOLISTE

HARALD AUSTBØ | 1982 | CELLIST

HARMEN FRAANJE | 1976 | PIANIST

HAWIJCH ELDERS | 1998 | VIOLISTE

HEBE MENSINGA | 1972 | VIOLISTE

HELEEN KNOOP | 1982 | VIOLISTE

HENK RUBINGH | 1955 | VIOLIST

HESSEL MOESELAAR | 1995 | ALTVIOLIST

HINSE MUTTER | 1986 | CONTRABASSIST

HRAYR TER-SARGSYAN | 1993 | VIOLIST

I


NMF MAGAZINE 2015

AANWINSTEN 2014

muziekinstrumenten

24


NMF MAGAZINE 2015 NMF MAGAZINE 2015

Het grootste fonds ter wereld? Het grootste fonds

In het totaal omvat de collectie van het NMF per 1 januari 2015 463 muziekin­ strumenten en 346 stokken. Deze verte­ genwoordigen per die datum een waarde van € 28,1 miljoen euro. Het is daarmee zeker niet de grootste collectie muziek­ instrumenten die in één fonds bij elkaar gebracht is. Fondsen die een educatief oogmerk hebben, zoals het Leerorkest in Nederland of het in de laatste jaren zeer bekend geworden El Sistema in Venezu­ ela, hebben een veel groter aantal instru­ menten in bezit. Maar het gaat hierbij om instrumenten die per stuk een relatief lage waarde hebben. Ook uitgedrukt in geld is het NMF echter niet het omvangrijkste fonds. Er bestaan fondsen zoals bijvoor­ beeld the Nippon Music Foundation en het Noorse Dextra Musica die in de eerste plaats een beleggingsdoel hebben: deze hebben juist zeer waardevolle instrumen­ ten in hun collectie, waardoor de totale waarde van de collectie veel groter is dan de waarde van de collectie van het NMF. Maar toch kun je zeggen dat het NMF het grootste fonds ter wereld is. Gemeten naar de doelstelling van het NMF, namelijk het helpen van professionele musici en hen die dat willen worden, is er geen groter fonds dan het NMF, dat momenteel ruim 400 musici permanent aan een (kostbaar) instrument helpt.

Nieuw in de collectie

Gedurende 2014 werd de collectie van het NMF opnieuw uitgebreid. Vijftien in­ strumenten en zeven strijkstokken kwa­ men nieuw in bezit van het fonds.

Aankopen

Van deze vijftien instrumenten werden er drie aangekocht: het ging hierbij om een Lyon & Healy harp voor Ana Ester Grácio dos Santos, een fortepiano voor Rembrandt Frerichs en een Italiaanse alt voor Dana Zemtsov. Een voorgenomen aanschaf van een bijzondere Weense bas ging uiteindelijk niet door, omdat de door het NMF aan de potentiële bruiklener ge­ stelde voorwaarden uiteindelijk niet reali­ seerbaar bleken.

Schenkingen

Vier vleugels werden aan het NMF ge­ schonken: een prachtige Steinway voor Kasper Schonewille, een Yamaha vleugel, een Pleyel en een Essex vleugel (waar­ van het NMF het economisch eigendom kreeg). Een heel bijzondere schenking be­ trof een fortepiano uit einde 18e eeuw (zie pagina 28). Uit een schenking van twee fondsen (het Jan Wieling Fonds en het Johan Rasch Fonds) werden twee 18e-eeuwse violen (van Guillami en Klotz) en twee moderne alten (van Ronald de Jongh en Sverdlik) verkregen.

Legaten

Uit legaten verkreeg het NMF voorts een viool van Guust François, nu bespeeld door Lotti Peverelli en twee gamba’s (res­ pectievelijk van Uebel en van Prunier en Kraft), waarvan er één momenteel be­ speeld wordt door Rosa van Walbeek.

Bruikleen

Naast bovengenoemde instrumenten en stokken, was er ook dit jaar sprake van een tweetal zeer kostbare instrumenten die door hun eigenaren aan het NMF in bruik­ leen werden gegeven. Het is altijd verheu­ gend te constateren dat er particulieren zijn die (net als het NMF) ervan overtuigd zijn dat het beter is om instrumenten te laten bespelen door musici dan ze onge­ bruikt te laten verstoffen. En dat deze zich daarbij realiseren dat het NMF in dezen een betrouwbare en solide tussenper­ soon is. Het ging dit jaar om een viool van Bernardus Calcanius (nu bespeeld door Isobel Warmelink) en een zeer bijzondere Vuillaume cello (uit 1865).

Strijkstokken

Naast deze instrumenten werd er nog een zevental strijkstokken aangekocht, ge­ schonken en aan het NMF gelegateerd. Het NMF is bruikleengevers, schenkers en legatarissen zeer dankbaar voor hun steun aan het NMF. De totale waarde van de aan de collectie toegevoegde instrumenten bedroeg dit jaar bijna €800.000 (waarvan bijna €500.000 in eigendom van het NMF).

25


NMF MAGAZINE 2015

Weekend van het Waar cultureel erfgoed het beste klinkt Twee goede doelen verbonden door muziek

In 2015 wordt opnieuw een Weekend van het NMF gehouden. Nu in samenwerking met de Erfgoedvereniging Heemschut, de grootste particuliere vereniging voor de bescherming van cultuurmonumenten.

26

Ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum van het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds organiseerde het NMF in 2013 in samenwerking met Vereniging Hendrick de Keyser (HdK) de eerste succesvolle editie van het ‘Weekend van het NMF’. Deze concertmarathon behelste maar liefst 100 concerten in één weekend in 100 verschillende bijzondere historische panden van HdK, verspreid over heel Ne­ derland. De kamermuziekconcerten wer­ den verzorgd door honderden talentvol­

BADPAVILJOEN DOMBURG


NMF NMF MAGAZINE MAGAZINE 2015 2015

NMF 2015 le musici in Nederland, die instrumenten bespelen uit de collectie van het NMF.

Nieuwe partner: Bond Heemschut

De eerste editie van het ‘Weekend van het NMF’ was een groot succes. Er kwa­ men lovende reacties uit het publiek, en de musici vonden het geweldig te mu­ siceren op plekken waar je normaal ge­ sproken niet zomaar een concert geeft. De media stortten zich vol overgave op dit bijzondere evenement. Grote arti­ kelen in bijna alle landelijke kranten, 14 interviews in één week op Radio 1 en Ra­ dio 4, en meer dan 170 artikelen in regi­ onale en lokale kranten beschreven het ‘Weekend’. Het zal u daarom niet verbazen dat het NMF dit originele evenement zal herha­ len: van vrijdagavond 5 juni t/m zondag­ middag 7 juni 2015 vindt er opnieuw een ‘Weekend van het NMF’ plaats, nu met Erfgoedvereniging Bond Heemschut als samenwerkende partner.

Mozarttrio in een oud badhuis

Ook nu zullen de kamermuziekconcerten in unieke panden plaatsvinden in heel Nederland. Voor de komende editie is Heemschut voor u bezig om de mooiste locaties te vinden. Wat dacht u van een Mozarttrio in een oud badhuis, of een celloduet in een van de mooiste kapelle­ tjes van Nederland, of Klezmermuziek op een boerenhoeve? Bij het ‘Weekend van het NMF’ kunt u alles verwachten. Eén ding hebben alle concerten gemeen: het zijn intieme kamermuziek­concerten

op bijzondere locaties waar meestal niet of nauwelijks concerten gegeven wor­ den, en met muziek op hoog niveau. De meeste musici die spelen, hebben een muziekinstrument van het NMF in bruik­ leen.

Zweetdruppeltjes

Voor de musici zelf is het ook een bij­ zonder evenement. “Normaal gespro­ ken kom je niet in zo’n prachtig gebouw als dit. Je fietst er wel eens langs en dan denk je: mooi pand, verder niets. Je verwacht niet dat je er ook een keer een concert mag geven. Het verzorgen van een concert op zo’n locatie is dan extra bijzonder. De akoestiek is ook ge­ weldig!” “Omdat het zulke kleine loca­ ties zijn, kan het publiek gewoon met je muziek meelezen. De mensen kunnen zien wat je doet en ze horen alles! Ze zien de zweetdruppeltjes over je wan­ gen lopen… Dat maakt het allemaal heel bijzonder. Het geeft het concert een bijzondere lading.” “De historische loca­ ties inspireren ons als musici ook. Het is wat anders om in een door TL-verlichte ruimte een Schumann sonate te spelen dan dat je dezelfde muziek brengt in een prachtige, sfeervolle ruimte, die een geschiedenis heeft. Dat laatste komt de muziek zeker ten goede!”

HAVEZATHE VOORSTONDEN

Concertmarathon

Het hele weekend lang is er muziek op onder­ staande concertmomenten. Ook is er gelegenheid om (een deel van) de panden te bezichtigen.

Vrijdag 5 juni

20.00 uur openingsconcert

Museum Kranenburgh, Bergen (NH)

Zaterdag 6 juni

concerten om 11.00, 15.00 & 20.00 uur

Zondag 7 juni

concerten om 11.00 uur

Zondag 7 juni

14.00 uur slotconcert Stadhuis Den Bosch

Kaartverkoop vanaf 1 april

De online kaartverkoop gaat van start op 1 april via de website www.weekendvanhetnmf.nl

Hier kunt u zelf uw locatie met de beste muziek uit­ zoeken. Wees er snel bij, want het aantal kaarten is beperkt. Voor donateurs van het NMF en leden van Bond Heemschut geldt een kortingsregeling.

Meer informatie hierover treft u vanaf 1 april op de website.

27


NMF MAGAZINE 2015

Vakmanschap is meesterschap Nog nooit vertoond: een medicus die een bijzondere fortepiano uit 1790 in bezit krijgt, deze als hobby restaureert en het instrument onder toezicht en in de werkplaats van een expert weer in topconditie terugbrengt. Dit bijzondere en unieke instrument schenkt hij nu aan het NMF.

Wie met Jan Willem Steffelaar over zijn leven en hobby’s spreekt, moet onher­ roepelijk vroeg of laat aan ‘Vakmanschap is Meesterschap’ denken: de beroemde serie televisiecommercials uit de zeven­ tiger en tachtiger jaren van de vorige eeuw, waarin bierbrouwer Grolsch am­ bachtslieden liet zien die op de tonen van een barokke melodie de meest prachtige dingen creëerden. De verbluf­ fende staaltjes ambachtelijkheid in com­ binatie met de aansprekende muziek maakten jarenlang diepe indruk. Enter Jan Willem Steffelaar: want zijn le­ ven staat grotendeels in het teken van ambachtelijkheid en het genieten van schoonheid. Opgegroeid in een om­ geving van medici, nam de jonge Jan Willem zich voor om die weg nu juist niet in te slaan. Tevergeefs, zo bleek later, want uiteindelijk werd hij patho­ loog-anatoom. Maar er bleek nog een ander leven naast zijn medisch beroep te bestaan. In zijn schooljaren raakte hij geïnteresseerd in hout en houtbe­ werking. Van spaargeld kocht hij zijn eerste boormachine, later aangevuld met hulpstukken. Van het een kwam het ander en wie nu zijn huiskamer binnen­ loopt ziet onder meer een tafeltje met kersenhouten onderstuk van een boom die bij hem in de tuin had gestaan (door hem gemaakt), een antieke secretaire (door hem gerestaureerd), een spiegel met vergulde lijst (door hem gerestau­ reerd). Bijzondere houtsoorten hebben zijn liefde: esdoorn, iepen, buxus, eiken,

28

mahonie of palissander: alle hebben hun eigen kleur, geur en toepassing. Muziek was al vroeg een ander belangrijk onderdeel van zijn leven. Al op jonge leef­ tijd wilde hij graag dwarsfluit spelen, maar moest eerst nog een jaar pianoles krijgen en daarna een jaar blokfluitles. Een dier­ bare oom hielp hem uit de brand: die gaf hem een “echte” zilveren fluit in bruikleen, die hij zelf van zijn grootvader had geërfd. Het ging hier om niets minder dan een Louis Lot (de Stradivari onder de fluitbou­ wers) uit 1869! Muziek en ambachtelijkheid waren dus al vroeg belangrijke ingrediënten in het leven van Jan Willem. En het kon niet lang duren voordat beide elkaar troffen. Dat moment kwam toen Jan Willem op bezoek bij een kennis een zelfgebouwd spinet zag staan. Dat wilde hij ook wel eens proberen. Na een bouwpakket van een driehoekig spinet werden tekenin­ gen van een bentside spinet gekocht, wat een nieuwe uitdaging vormde. Een zelf ontworpen klavecimbel bouwen was de volgende stap. Toen hij, zonder enig verstand van piano’s, in een piepkleine advertentie een Erardvleugel uit 1846 aangeboden zag, dus een instrument uit de periode van Cho­ pin, kocht hij die. Dat bracht hem in con­ tact met Edwin Beunk, de specialist op het gebied van restauraties van fortepiano’s (d.w.z. rechtsnarige (i.t.t. kruissnarige) pi­ ano’s zonder driehoekig gietijzeren frame).


GISELLA KLEIN

NMF NMF MAGAZINE MAGAZINE 2015 2015

Na zijn vraag of hij bij de restauratie van de Erard een week mocht meekijken, was het antwoord van Beunk: “waarom doe je het hier zelf niet?” Steffelaar kreeg toegang tot het atelier van de meester-restaurateur, die hem samen met zijn medewerkers gedu­ rende twee dagen per week leerde slopen, afregelen van het mechaniek, besnaren, politoeren en wat niet meer. Een jaar verder was de Erard weer een prachtig instrument, om te horen en te zien...

En toen...

Beunk kwam in het bezit van een 5-octaafs fortepiano, gebouwd rond 1790. Een heel bijzonder instrument. Omdat hij de tijd niet had om er zelf iets mee te doen, bood hij het instrument aan Jan Willem aan. De ge­ schiedenis herhaalde zich. Jan Willem viel als een blok voor het instrument en voor de mogelijkheid het zelf in de werkplaats van Edwin Beunk en met de steun en hulp van alle medewerkers daar te restaureren. Dat gebeurde in twee fasen: allereerst werd besloten het instrument zo veel mogelijk naar de oorspronkelijke aangetroffen staat te herstellen. Dit behelsde een nagenoeg volledige sloop, met name omdat gaan­ deweg bleek dat het instrument een vrij unieke constructie had: de zangbodem

DE TWEE PASSIES VERENIGD: FOTOGRAFIE EN HOUT | FOTO JAN WILLEM STEFFELAAR

reikte namelijk tot direct onder het buiten­ fineer van de kast. Verder vertoonde het mechaniek een aantal bijzonderheden, die erop zouden kunnen duiden dat het instru­ ment oorspronkelijk een tangentenvleugel is geweest. Elementen zoals de afwijkende houten kapsels (waarin de assen van de hamerstelen zijn bevestigd op de toetsen) en de ongewone kromming van de stem­ blokkam werden in eerste instantie onver­ anderd gelaten. Na een aantal jaren werd deze situatie toch niet bevredigend geacht en werd er beslo­ ten tot een tweede restauratieronde, waar­ bij de houten kapsels werden vervangen door bij de tijd passende messing kapsels, verplaatsing van de stemblokkam en een ander besnaringsschema. Ten slotte werd de speelaard verbeterd door de hamer­ stelen verder af te slanken en werd met de belering van de hamerkoppen door Edwin Beunk geëxperimenteerd totdat

een bevredigende klank was verkregen. En zo komt het dat nu een schitterend in­ strument gereed is om in de collectie van het NMF opgenomen te worden. Jan Wil­ lem wenst overigens te benadrukken, dat het het vakmanschap van Edwin Beunk en diens medewerkers is, dat dit resultaat mo­ gelijk heeft gemaakt. Jan Willem speelt zelf geen piano. Hij heeft er ook geen aanleg voor. Fluitspelen, foto­ graferen en tuinieren vragen al veel van zijn uren. En wie bijvoorbeeld kijkt naar het in eigen beheer uitgegeven fotoboekje “Over leven”, voorzien van schitterende natuur­ foto’s met bijbehorende teksten, begrijpt meteen dat “vakmanschap is meester­ schap” op alle onderdelen van Jan Willem’s leven slaat. Het NMF voelt zich bevoorrecht zo’n meesterlijk instrument van hem in ont­ vangst te mogen nemen.

29


NMF MAGAZINE 2015

COMMUNICATIE Communicatie met belanghebbenden

Als direct belanghebbenden bij het NMF kan men de volgende doelgroe­ pen noemen: • aanvragers, • bruikleners (musici), • bruikleengevers • donateurs, • sponsors, • vrijwilligers, • conservatoria, • orkesten en ensembles, • de overheid, • instrumentenbouwers, • andere goede doelen, • de pers en • het muziekpubliek. Het NMF probeert met al deze groepen op de voor hen meest geëigende ma­ nier te communiceren. Uiteraard is er ook een aantal communicatiemiddelen dat voor alle groepen beschikbaar is. Bij het NMF gaat het daarbij om het maga­ zine, het jaarverslag en de jaarrekening, om de bulletins (zowel gedrukt als per mail) waarin verslag wordt gedaan van de activiteiten van het NMF en om de website van het NMF (www.muziekin­ strumentenfonds.nl).

30

Aanvragers en bruikleners

Het NMF is van mening dat de drempel voor bruikleners en aanvragers zo laag mogelijk moet zijn. Het NMF is een in­ stantie die er juist voor hen is. Dat bete­ kent dat contact wordt aangemoedigd zodat eventuele vragen of problemen in een vroeg stadium boven water ko­ men. Alle medewerkers van het NMF zijn daarom zo veel mogelijk aanspreek­ baar – omgekeerd proberen de NMF medewerkers ook concerten en exa­ mens van de bruikleners te bezoeken. Kennis­makingsgesprekken helpen het persoonlijke contact te verbeteren.

Conservatoria, orkesten en ensembles

Conservatoria, orkesten en ensembles profiteren direct en indirect van de be­ tere instrumenten van hun leerlingen en leden. Met een aantal van deze instan­ ties is in 2014 contact geweest.

Donateurs

Donateurs worden zoveel mogelijk op de hoogte gehouden van de activiteiten en ontwikkelingen van het NMF. Zij ont­ vangen naast het gewone bulletin een evenementenagenda en worden uitge­ nodigd voor het jaarlijkse presentatie­ concert in het najaar.

Bruikleengevers

Diegenen die een instrument hebben geschonken aan het NMF of een be­ langrijke bijdrage voor een specifiek instrument hebben verschaft, worden geïnformeerd wie op hun instrument speelt. Zij kunnen desgewenst ook eventuele concerten bijwonen waar ‘hun’ instrument te horen is.

Instrumentenbouwers

Met de instrumentenbouwers in Ne­ derland is veelvuldig contact. Het gaat daarbij zowel om advies bij aankopen en schenkingen, als om taxaties en on­ derhoud. Daarnaast is het NMF ook een belangrijke klant voor sommigen uit deze vakgroep. Het NMF zal ook in de toekomst graag samenwerken met de vioolbouwers en andere vakgroepen in Nederland. Verschillende prominente instrumentenbouwers zijn lid van de Raad van Advies van het NMF.


NMF MAGAZINE 2015 | JAARVERSLAG 2014

Goede doelen

Hoewel er sprake kan zijn van conflicte­ rende belangen, neemt het NMF toch het standpunt in dat ook samenwerking tussen goede doelen mogelijk moet zijn en zelfs wenselijk is. Er kan geleerd worden van de ervaring van anderen en vaak kan men iets voor elkaar bete­ kenen. In dat verband is er de samen­ werking te noemen tussen NMF en de Vereniging Hendrick de Keyser (in 2013) die zeer succesvol genoemd kan worden en tussen­ NMF en de Vereniging Heem­ schut (in 2015), in het kader van het Weekend van het NMF.

Vrijwilligers

Onder meer door de grote hoeveelheid evenementen en het beslag wat deze leggen op de tijd van de medewerkers van het NMF is het meer dan voorheen noodzakelijk om vrijwilligers in te zetten. In het verslagjaar gebeurde dat dan ook met grote regelmaat. Inmiddels is er een pool van ruim 60 vrijwilligers die ook voor andere activiteiten dan evenemen­ ten worden ingezet. Het NMF wil deze ontwikkeling zo mogelijk graag door­ trekken en is alle betrokkenen zeer dank­ baar voor hun tijd en inzet.

Pers

De pers werd in 2014 met regelmaat op de hoogte gehouden van de activiteiten van het NMF. Naast het voor iedereen beschikbare nieuwsbulletin werden spe­ cifiek voor deze groep een aantal pers­ berichten uitgestuurd. Verder is er veel­ vuldig informeel contact tussen pers en medewerkers van het NMF. Soms levert dat opeens een echt nieuwsfeit op, zoals te zien is op pagina 81.

Publiek

Het muziekpubliek ten slotte wordt geïn­ formeerd over het NMF door de evene­ menten die het NMF organiseert. Daar­ naast verplicht het NMF alle bruikleners bij concerten en CD-opnames en derge­ lijke altijd in hun biografie te vermelden dat zij op een instrument van het NMF spelen.

31


I ILSE TE WIES | 1989 | CELLISTE

IAN DE JONG | 1987 | VIOLIST

INGRID VAN DINGSTEE | 1975 | VIOLISTE

IAN VAN DEN BERK | 1982 | VIOLIST

INTAN WERRY | 1988 | VIOLISTE

J

IGOR RUHADZE | 1969 | VIOLIST

ILKA VAN DER PLAS | 1983 | VIOLISTE

ILONKA VAN DEN BERCKEN | 1976 | CELLISTE

IRENE ENZLIN | 1993 | CELLISTE

IRENE KOK | 1990 | CELLISTE

ISOBEL WARMELINK | 1996 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

JACOB PLOOIJ | 1973 | VIOLIST

JACOBUS DEN HERDER | 1985 | PIANIST

JAN BASTIAAN NEVEN | 1972 | CELLIST

ITEKE WIJBENGA | 1989 | ALTVIOLISTE

IVAN PENKOV | 1989 | PIANIST

JAN VAN DER PLAS | 1997 | CELLIST

JANNEKE ZEGVELD | 1977 | VIOLISTE

JEANINE VAN AMSTERDAM | 1992 | VIOLISTE

JEANITA VRIENS | 1983 | VIOLISTE

JENNIFER BLOM | 1995 | CONTRABASSISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

JIRI TAIHUTTU | 1995 | GITARIST

JISKA TER BALS | 1974 | VIOLISTEF

JOACHIM EIJLANDER | 1975 | CELLIST

JOB TER HAAR | 1964 | CELLIST

JOBINE SIEKMAN | 1995 | CELLISTE

JOHAN CHRISTIAN VAN EGGELEN | 1976 | VIOLIST

JOHAN OLOF | 1981 | VIOLIST

JONATHAN VAN IJZERLOOIJ | 1992 | CELLIST

JORINDE GERADTS | 1977 | VIOLISTE

JORINDE VAN DEN THILLART | 1988 | VIOLISTE

JORIS VAN DEN BERG | 1986 | CELLIST

JOS JONKER | 1992 | VIOLISTE

JOSHUA HERWIG | 2000 | CELLIST

JOSJE TER HAAR | 1961 | VIOLISTE

JOSTIJN LIGTVOET | 1981 | CELLIST

JOZIEN JANSEN | 1981 | CELLISTE

JUAN SALVADOR ZURUTUZA | 1981 | PIANIST

JUDIT BERENDSCHOT | 1983 | CELLISTE

JUDITH GROEN | 1988 | CELLISTE


JUDITH JAMIN | 1956 | CELLISTE

JUDITH NOORDZIJ | 1989 | VIOLISTE

JUDITH VAN DER KLIP | 1985 | VIOLISTE

JUDITH WIJZENBEEK | 1983 | ALTVIOLISTE

JULIA KLEINSMANN | 1995 | VIOLISTE

JULIA PHILIPPENS | 1984 | VIOLISTE

JULIA RUSANOVSKY | 1987 | VIOLISTE

JULIETTE VAN KALMTHOUT | 1986 | VIOLISTE

JULIJA HARTIG | 1972 | VIOLISTE

JUNYA NOMURA | 1994 | CELLIST

JURRIAN VAN DER ZANDEN | 1984 | CELLIST

JURRIËTTE VAN DER HOEVEN | 1985 | VIOLISTE

KAJA MAJOOR | 1998 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

KARLIEN BARTELS | 1984 | CELLISTE

KASPER SCHONEWILLE | 1992 | PIANIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

K

JUSTUS BROEK | 2000 | VIOLIST

JUSTYNA BRIEFJES | 1978 | VIOLISTE

KATE HARRIS | 1981 | CELLISTE

KEES KOELMANS | 1958 | VIOLIST

KEIMPKE ZIGTERMAN | 1986 | CELLIST

KETEVAN ROINISHVILI | 1987 | CELLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

KIM DE BEER | 1984 | VIOLISTE

KIM SPIERENBURG | 1993 | VIOLISTE

KIRSTEN JENSON | 1987 | CELLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

KOEN SPIJKER | 1991 | PIANIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

KOEN STAPERT | 1990 | VIOLIST

KONINKLIJK CONSERVATORIUM | FORTEPIANO EN VLEUGEL

KRISTIAN VAN PUTTEN | 1998 | VIOLIST

KSENIA KOUZMENKO | 1971 | PIANISTE

LAURA LUNANSKY | 1995 | VIOLISTE

LAURA OOMENS | 1978 | VIOLISTE

LAURA SOETERS | 1999 | VIOLISTE

LAURA VAN DER STOEP | 1978 | ALTVIOLISTE

LAURENS KNOOP | 1986 | CONTRABASSIST

LENNART VAN DIJK | 1986 | CONTRABASSIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

LEONIE BOT | 1984 | VIOLISTE

LIDEWIJ FABER | 1988 | CELLISTE

LIDY BLIJDORP | 1986 | CELLISTE

LIESBETH BOSBOOM | 1995 | CELLISTE

L

LEN BIELARS | 1988 | CONTRABASSIST


FOTO MARIEKE WIJNTJES

Marwil Straat is zendermanager van NPO Radio 4. Dominic Seldis voert de contrabassen aan van het Koninklijk Concertgebouworkest.

Catharina Ungvari


NMF MAGAZINE 2015

De power van klassiek Marwil Straat is zendermanager van NPO Radio 4. Dominic Seldis voert de contrabassen aan van het Koninklijk Concertgebouworkest. De radiovrouw en de orkestman buigen zich over de vraag hoe je klassieke muziek presenteert aan een nieuw publiek. ‘We hebben de opdracht klassieke muziek te verbinden met de levens van nu.’ GUIDO VAN OORSCHOT

Toegegeven, poptaferelen zijn het niet. Maar dwaal met Dominic Seldis door het Mediapark in Hilversum en merk dat pas­ santen hem net wat langer aankijken. Dat komt vermoedelijk niet doordat ze in de kwieke krullenbol de eerste contrabas­ sist herkennen van het Koninklijk Con­ certgebouworkest. Het moet de spin-off zijn van zijn optredens in de tv-program­ ma’s Maestro (Avrotros) en Het Orkest van Nederland (RTL). Energiek stapt Seldis het kantoor bin­ nen van Marwil Straat, de zendermana­ ger van NPO Radio 4. ‘Did you see that big picture on the RTL building?’, vraagt Seldis. Daar hangt de bassist inderdaad, aan de gevel van de commerciëlen, naast medepresentator Martijn Krabbé. Marwil Straat glimlacht. Haar zul je niet horen klagen over Het Orkest van Ne­ derland, een programma rond de audi­ ties voor een amateursymfonieorkest. ‘In onze samenleving heeft klassieke muziek museumstatus’, zegt ze. ‘Het zit in een vi­ trinekast en dat schrikt veel potentieel publiek af. Hoe je die groep trekt, is ook voor Radio 4 de uitdaging.’ Over de toekomst van klassieke muziek wordt veel gesomberd. Het onderwijs zou tekort schieten, het maatschappelijk draagvlak krimpt, publiek vergrijst. Nog

even, waarschuwen doemprofeten, en de wereld is doof voor Mozart en Mahler. ‘Bollocks!’, protesteert Dominic Seldis. ‘Die onzin hoorde ik al toen ik op m’n veertiende contrabas ging spelen. We zijn nu dertig jaar verder en ik treed op voor meer publiek dan ooit. Klassieke muziek is altijd iets geweest voor men­ sen van een zekere leeftijd. Want hoe gaat dat na je vijftigste: je kinderen vlie­ gen uit, je bouwt je werk af, hebt wat geld te besteden en kijkt om je heen. Veel mensen vinden dan eindelijk de weg naar kunst, literatuur of muziek. Ou­ der publiek, wat is er mis mee?’ Marwil Straat herkent dat senioren zich meer openstellen voor klassieke muziek. Maar ze plaatst een kanttekening: ‘Door­ dat jongeren er via muziekonderwijs niet meer automatisch meer mee in aanra­ king komen, dreigt wel een probleem. Het spreekt niet vanzelf dat de aandacht voor klassieke muziek op dezelfde voet doorgaat. De gemiddelde leeftijd van de Radio 4-luisteraar is 65. Jongere luiste­ raars, dat zijn voor ons de veertigers en vijftigers. Die proberen we veel meer bij de zender te betrekken.’

35


Multimediale schwung

Toen Straat in 2009 aantrad, trof ze Ra­ dio 4 aan als een kraan die ‘s ochtends openging en ‘s avonds dicht. ‘Heel de dag klonk klassieke muziek, of werd er­ over gesproken. Maar dat is nog niet per se goede radio. Aan muziek moet je iets toevoegen en dat kan op allerlei manie­ ren.’ Straat liet onderzoeken waarom mensen naar Radio 4 luisteren. Was het ter ont­ spanning, of wilden ze juist geactiveerd worden? Zochten ze inspiratie of troost? Het bleek dat in de loop van een dag de behoeften konden verschillen. Rond ontbijt, lunch, avondeten en de verkeers­ spits hebben luisteraars meer aandacht. Marwil Straat: ‘Dan kun je dus meer in­ formatie meegeven, bijvoorbeeld door ze bij te praten over het nieuws. Op an­ dere momenten vindt men Radio 4 fijner als achtergrond, bijvoorbeeld tijdens het werk. Zo zijn we stukje voor stukje naar de zender gaan kijken. Passen de pro­ gramma’s, volgen we het ritme van de dag? In het ideale geval ontstaat er een flow, waarin je luisteraars van program­ ma naar programma meeneemt.’ ‘Radio 4 doet dat volgens mij uitstekend’, zegt Dominic Seldis. ‘Het is geen high­ browzender waar geen hond naar luis­ tert. Ik heb zelf radio-ervaring en weet hoe lastig het is. Je kunt niet zomaar een uur volproppen met klassieke hits.’ Ook Seldis’ werkgever, het Koninklijk Concertgebouworkest, moet z’n pro­ grammering doorlopend bijschaven. Als wereldmerk kan het tegen een stootje, maar vooruitlopen op nieuwe doelgroe­ pen blijft het devies. Voor instappers, vertelt Seldis, is er de concertserie Es­ sentials: groot repertoire met een aan­ stormende solist. Het iPad-magazine RCO Editions belicht klassieke-muziek­ verhalen met een multimediale twist. Wie houdt van dwarsverbanden, schuift aan bij minifestivals onder de titel AAA (‘Actueel, Avontuurlijk, Aangrijpend’) en krijgt een Late Night Café toe.

36

Dominic Seldis: ‘Let’s face it: wat wel of niet werkt, weet je niet vooraf. Maar je moet wel iets proberen. De muziekge­ schiedenis bulkt van de mensen die ini­ tiatieven durfden te nemen, waarvan er misschien maar 1 op 100 succes had.’

Steeds gekker

Sleutelend aan Radio 4 merkte Marwil Straat algauw dat niet iedere luisteraar zat te wachten op verandering. Sterker nog: ze kreeg snoeiharde kritiek. De ‘popiejopies’ zouden Radio 4 hebben gekaapt. Hoe haalde ze het bijvoorbeeld in haar hoofd de eeuwige schoonheid van klassieke muziek in een ochtendpro­ gramma te bezoedelen met nieuws. ‘Over elke puntkomma kregen we hon­ derden mails’, zegt Straat. ‘Dan merk je wat voor intiem medium radio is. Luis­ teraars hebben het gevoel dat een pro­ gramma alleen voor hén wordt gemaakt, dat een presentator alleen tegen hén praat. Inmiddels is de storm gaan liggen en halen we de hoogste luistercijfers ooit. Schommelde het luistertijdaandeel vijftien jaar geleden rond 1.4, nu halen we 2.0. Dat wil zeggen dat van alle ra­ dioluisteraars twee procent afstemt op Radio 4.’ Keerzijde: het wordt moeilijker om ra­ dioluisteraars vast te houden. ‘De hele omroep zal steeds meer zijn best moe­ ten doen om het totale bereik op peil te houden’, zegt Straat. ‘Alles en iedereen vecht tegenwoordig om aandacht. Je moet steeds gekkere dingen verzinnen om mensen te laten zien wat je doet.’ Dominic Seldis: ‘Internet heeft alles ver­ anderd. Ik ben nu een boek aan het le­ zen van Richard Branson. Met zijn cd-la­ bel Virgin heeft hij een fortuin verdiend, maar gaandeweg zag hij de markt instor­ ten. Niet vanwege de muziek, die bestaat nog altijd. Maar het economische model met geluidsdragers en winkels had z’n tijd gehad. De ontwikkelingen gaan ra­ zendsnel.’

Flash bing bang bong

Marwil Straat: ‘De klassieke-muziekwe­ reld kan volgens mij wel wat Bransonach­ tige types gebruiken. Mensen die niet bang zijn voor verandering, die denken in nieuwe mogelijkheden en vormen. Ik kom van buiten en vind het klassieke we­ reldje redelijk conservatief.’ Dominic Seldis: ‘Zeker in de orkestsec­ tor gaan veranderingen helaas niet van flash bing bang bong. Neem André Rieu: toen die dertig jaar geleden begon, was hij ook niet meteen de best verkopende artiest. Hij heeft zijn vak met vallen en opstaan moeten leren. Tegenwoordig raakt hij wereldwijd miljoenen mensen in het hart. Met klassieke muziek, een ontzagwekkende prestatie! En voor je nu vraagt: moet het Concertgebouworkest die kant op? Nee natuurlijk, maar ik denk wel dat er meer variatie kan komen in de manier waarop klassieke muziek wordt gepresenteerd. Het hoeft niet steeds een orkest te zijn dat gaat zitten, braaf stemt en wacht tot een dirigent de bok beklimt.’ Marwil Straat: ‘Ook wij zoeken naar een nieuwe context. Hoe oud muziek vaak ook is, we hebben de opdracht haar van deze tijd te maken, te verbinden met de levens van nu. Niet door de noten te verdunnen of te verkwanselen, maar om die noten heen is wel meer mogelijk. Elk najaar hebben we bijvoorbeeld de Hart & Ziel Lijst. We nodigen luisteraars uit ons te vertellen welke muziek hen raakt. Dan hoor je de aangrijpendste verha­ len. Waar het in de kunst uiteindelijk om draait is beleving.’ Dominic Seldis: ‘En daarom blijft de concertzaal onverslaanbaar. Die staat er namelijk niet voor niets. Volmaakte akoestiek, professioneel orkest, fantasti­ sche muziek. Ik vergelijk het weleens met bidden: dat kan in principe overal, maar nergens zo fijn als in een kerk.’


NMF MAGAZINE 2015

De zin van het leven

De radiovrouw en de orkestman knikken: via de gecombineerde slagkracht van concerten, radio en tv bereikt klassieke muziek misschien wel meer publiek dan ooit. ‘Ik ben optimistisch’, zegt Dominic Seldis, ‘al besef ik best dat niet elk orkest het gemakkelijk heeft. Ik kan ervan mee­ praten, heb twaalf jaar gediend in een regionaal Brits orkest. Soms zaten er op het podium meer mensen dan in de zaal. Zakelijk gezien liggen er enorme kansen. Er is schreeuwend behoefte aan slimme mensen die weten hoe je klassieke mu­ ziek moet verkopen.’ Marwil Straat: ‘Verder zou het fijn zijn als de klassieke experts zich eens wat meer zouden opstellen als ambassadeurs, in plaats van de hele tijd met hun armen beschermend om de muziek heen te gaan staan.’ Dominic Seldis: ‘Ik zag laatst een docu­ mentaire over China. In een mum van tijd is dat land gegroeid van armoede naar welvaart. Kunst wordt er steeds be­ langrijker, concertzalen en operahuizen schieten als paddestoelen uit de grond.‘ ‘En weet je waarom?’, zegt Marwil Straat. ‘Mensen zullen altijd de behoefte blijven voelen de wereld om hen heen te begrij­ pen. Kunst en cultuur laten je nadenken over de zin van het leven. Daarom ben ik ook niet somber. Klassieke muziek heeft zo’n power, die gaat overal doorheen.’

Marwil Straat 1962

Marwil Straat is zendermanager van NPO Radio 4, de publieke klassieke zender. Na haar studie politicologie/massacom­ municatie begon ze haar mediacarrière bij de VPRO. Ze werkte als redacteur/ verslaggever voor verschillende radioen tv-programma’s. Ze coördineerde het documentaireprogramma Holland Doc Radio en was directeur van het Wereld Audio Festival voor radiojournalisten. Als gastdocent werkt ze aan de Media Aca­ demie en de Christelijke Hogeschool Ede.

Dominic Seldis 1971

Dominic Seldis studeerde contrabas aan de Royal Academy of Music in Londen en het Mozarteum in Salzburg. In 1998 werd hij eerste bassist van het BBC National Orchestra of Wales. Sinds 2008 woont hij in Amsterdam, waar hij de contrabassen aanvoert van het Koninklijk Concertge­ bouworkest. Daarnaast treedt hij op als kamermuziekspeler en solist. Als jurylid werkte hij mee aan het tv-programma Maestro. Samen met Martijn Krabbé pre­ senteerde hij Het Orkest van Nederland.

37


NMF MAGAZINE 2015

Eigenwijs? Nederland kent maar liefst meer dan 250 goede doelen die het CBF-Keurmerk dragen. Behalve deze grote hoeveelheid goede doelen, verschillen de doelen stuk voor stuk van elkaar. Door deze verscheidenheid aan goede doelen kan het soms lastig zijn een keuze te maken. Waar wilt u uw geld aan besteden? Immers, ook al zou u nog zo graag alle goede doelen willen steunen, grote kans dat u toch een keuze moet maken. Wellicht kunnen wij u met onderstaande ideeën een beetje helpen in uw keuze. Bij ons gaat het niet alleen om het eenzijdig geven van geld: u krijgt er ook nog iets moois en onvergetelijks voor terug!

38

Steun het NMF met uw eigen privé-concert

Wilt u, net als de heer en mevrouw Fol­ mer uit dit magazine, meehelpen het NMF te steunen op aparte wijze? U kunt, ter gelegenheid van uw verjaardag, jubi­ leum of receptie in samenwerking met het NMF uw eigen privé-concert orga­ niseren. Musici en programma kunt u in overleg met het NMF zelf samenstellen. De jarige of jubilaris krijgt een uniek concert, en in ruil daarvoor ontvangt het NMF van uw gasten donaties. Een mooie manier om het NMF op een bijzondere wijze te steunen!


NMF NMF MAGAZINE MAGAZINE 2015 2015

Steun het NMF! Naast de privé-concerten organiseert het NMF jaarlijks tientallen andere, open­ bare concerten. Dit doet het NMF om de musici een podium te bieden, maar ui­ teraard ook om het NMF te promoten en nieuwe donateurs warm te maken voor het NMF. Op deze manier kunt u luiste­ ren naar de instrumenten en musici die u mede mogelijk heeft gemaakt! Wilt u een keer een NMF-evenement be­ zoeken? Het ‘Weekend van het NMF’ (zie pagina 26) is een uitstekende gelegen­ heid om kennis te maken met de musici van het NMF, en dat op de meest prach­ tige historische locaties in het land. Maar vergeet ook de andere concerten niet. Drie à vier keer per jaar zijn wij te gast in het Muziekgebouw aan ’t IJ met de speciale lunchconcerten op de dinsdag­ middag (let op: per seizoen 2015-2016 wordt dit de donderdagmiddag). Ook in het Concertgebouw krijgen onze musici de kans zich te presenteren tijdens de lunchconcerten. Maar het NMF is natuur­ lijk niet alleen zichtbaar en hoorbaar in Amsterdam en omstreken. We proberen zoveel mogelijk concerten te organise­ ren in de regio. Dat lukt ons aardig. Eén ding is zeker. Musici kunnen niet zonder publiek. Komt u dus naar een van onze NMF-concerten in het land. Kijkt u voor het actuele concertaanbod op www.muziekinstrumentenfonds.nl

Nodig het NMF uit bij uw Serviceorganisatie

Steeds vaker weten leden van bepaalde serviceclubs het NMF te vinden en no­ digen zij het NMF uit om de Stichting te presenteren. Vaak gebeurt dat in de vorm van een (klein) concert, al dan niet gecombineerd met een presentatie of lezing van het NMF door bijvoorbeeld de directeur, of door een van de andere medewerkers. Op aanvraag kunt u ook een duo-pre­ sentatie ontvangen. Het kost u qua pecu­ nia niets, want het NMF doet niets liever dan zichzelf presenteren op andere dan de gebruikelijke podia, waar men een goed hart heeft voor goede doelen. Het enige wat het NMF dan ook graag terug ontvangt, is een vorm van publici­ teit, zoals naamsvermelding, het uitdelen van een folder, het introduceren van de musici etc. U krijgt een leuke presenta­ tie die geheel naar uw eigen wensen kan worden ingevuld met bijvoorbeeld infor­ matie over de collectie, de financiën, de musici, of in het algemeen over het NMF.

FOTO HELEN KLINKHAMER

Bezoek onze openbare concerten

Heeft u interesse?

Bel met Manon Veenendaal op 020 6221255 of stuur een mail naar veenendaal@muziekinstrumentenfonds.nl

39


FOTO SJAAK RAMAKERS

NMF MAGAZINE 2015

40

DE ORGANISATIE


NMF MAGAZINE 2015

DE MENSEN OP DE SINT ANNENSTRAAT Het bureau van het NMF werd geduren­ de het verslagjaar bemand door:

drs. Marcel Schopman

Frits Schutte

directie

“Als ik denk aan één woord om mijn baan bij het NMF te omschrijven, komt er ei­ genlijk onmiddellijk deze term naar bo­ ven: ‘blijdschap’. Dat klinkt op het eerste gehoor wellicht overdreven, maar het is echt waar. In zoveel aspecten van het werk bij het NMF speelt blijdschap een belangrijke rol. Het meest duidelijk is dat wel als een aanvraag voor een instrument van een musicus is goedgekeurd en hij of zij een instrument mag komen uitzoe­ ken. Vaak verlaten de musici stralend ons kantoor met het nieuwe instrument ste­ vig onder de arm geklemd. Blijdschap is er natuurlijk ook bij elk concert dat ge­ geven wordt waarbij prachtige muziek klinkt. Blijdschap is er als je merkt dat

collectiebeheer musici zich kunnen ontwikkelen, mede dankzij hun instrument. En blijdschap is er evenzeer als iemand ons wil steunen in ons werk en daarom – zonder er ook maar iets voor terug te willen hebben – geld, een instrument of tijd en energie aan het NMF schenkt! En zo kan ik nog wel een aantal voorbeelden van blijdschap noe­ men. Ik voel me zeer bevoorrecht en blij dat ik – samen met mijn collega’s en heel veel anderen – een steentje mag bijdra­ gen aan een mooiere wereld door het werk bij het NMF.” Voor vragen aan Marcel, mail naar: schopman@muziekinstrumentenfonds.nl

“Op 28 juli 1999 speelde ik mijn laatste dubbelconcert van Bach als concert­ meester van een Spaans kamerorkest. Daarmee zette ik definitief een punt ach­ ter mijn professionele carrière als violist. Twee weken later liep ik het kantoor van het NMF binnen als kersverse collectie­ beheerder. Nu kijk ik terug op een tijd waarin het NMF een enorme ontwikke­ ling heeft doorgemaakt. Ik doel daarmee niet alleen op de professionalisering, die evident is, maar vooral ook op de bewe­ ging in de richting van de musici, de vak­ wereld en de betrokken begunstigers. Ik heb mijn eigen functie daardoor breder en dynamischer zien worden. Ik voel een grote betrokkenheid bij de musici die

41


NMF MAGAZINE 2015

drs. Geertje van der Linden collectiebeheer en evenementen voor het eerst een aanvraag indienen, leef mee met degenen die op de wacht­ lijst staan en heb regelmatig contact met de musici die het geluk hebben om op één van onze instrumenten te mo­ gen spelen. Het persoonlijke traject van aanvraag tot bruikleen vind ik dan ook het mooiste onderdeel van mijn werk. Aan de andere kant is er een sterke re­ latie opgebouwd met een selecte en waardevolle groep van Nederlandse en buitenlandse instrumentenbouwers en handelaren. De combinatie van profes­ sionaliteit, betrouwbaarheid en liefde voor het vak, vormt niet alleen de ba­ sis voor de prachtige aankopen die het NMF in de loop der jaren heeft kunnen doen, maar ook voor het delen van ken­ nis met onze doelgroep, bijvoorbeeld in de vorm van interactieve lezingen. En dan is er natuurlijk nog het contact met de eigenaren of schenkers van in­ strumenten. Ik zou een boek kunnen schrijven over de bijzondere ontmoetin­ gen met particulieren die een dierbaar instrument bij het NMF wilden onder­ brengen. De enorme betrokkenheid van deze begunstigers en veel van onze donateurs, maakt dat ik er trots op ben om bij het NMF te werken.”

“Na twee studies aan het conserva­ torium en een afgeronde opleiding orthopedagogiek kwam ik toevallig, of ook weer niet, terecht bij het Natio­ naal Muziekinstrumenten Fonds. Daar ben ik inmiddels mede verantwoorde­ lijk voor het collectiebeheer en voor de organisatie van de concerten. Zelf speel ik al heel lang op de cello van mijn grootmoeder en ik weet dus als geen ander hoe belangrijk het is om een mooi instrument te kunnen bespe­ len en het door te geven van generatie op generatie. Samen met mijn collega collectiebeheer hebben we een uitge­ breid netwerk opgebouwd waardoor veel mooie instrumenten hun weg vin­ den naar het NMF. In de afgelopen 25 jaar is het NMF gegroeid tot een rijke bron voor en door musici, waar jonge musici aankloppen in hun zoektocht naar een passend instrument, en ou­ dere musici na een lange carrière een nieuwe bestemming vinden voor het instrument waar ze zo veel op hebben meegemaakt. Met de concerten die ik bij het NMF organiseer bieden wij de musici een extra podium, waarop zij veel toehoorders enthousiast maken om het NMF te ondersteunen.”

Voor vragen aan Frits, mail naar: schutte@muziekinstrumentenfonds.nl

Voor vragen aan Geertje, mail naar: vanderlinden@muziekinstrumentenfonds.nl

42

drs. Manon Veenendaal marketing en fondsenwerving

“Ruim tien jaar geleden solliciteerde ik bij Marcel, directeur van het toen nog kleinere NMF. Zelf kende ik het NMF al sinds mijn jeugd, toen ik vrij fanatiek cel­ lo speelde. Jaren later leek het mij fan­ tastisch om voor zo’n organisatie te mo­ gen werken en musici te kunnen helpen in hun ontwikkeling. Mijn wens werd werkelijkheid in 2005, toen ik net een aantal jaren bij Amsterdam Sinfonietta had gewerkt. Nog steeds zet ik me da­ gelijks met veel plezier in om de musici van het NMF verder te helpen in hun carrière door het werven (en vooral be­ houden!) van particuliere donateurs en het organiseren van de privé-concerten. Ook doe ik de marketing, communicatie en publiciteit. Inmiddels is het NMF uit­ gegroeid tot een professionele organi­ satie met 7 vaste medewerkers. Een leu­ ke, kleine club dus, maar met een grote maatschappelijke impact. Ik vind het bij­ zonder dat wij er in Nederland met zijn allen voor kunnen zorgen dat de musici hun werk op topniveau kunnen uitvoe­ ren. Het leuke aan mijn werk vind ik het creatieve aspect, maar vooral ook het contact met alle begunstigers, musici en andere relaties. Mijn uitdaging voor het komende jaar is uiteraard te zorgen dat het aantal begunstigers wederom stijgt door originele evenementen te organi­ seren en creatieve marketing te voeren.


NMF MAGAZINE 2015

Ook wil ik het contact tussen beide doel­ groepen (de begunstigers en de musici) intensiveren door middel van het ver­ tellen van verhalen. Zodat onze begun­ stigers weten waaróm ze geven, en aan wie. Een mooi voorbeeld hiervan zijn de profielpagina’s van al onze musici op de website.” Voor vragen aan Manon, mail naar: veenendaal@muziekinstrumentenfonds.nl

mr. Marie-Thérèse Kuijkhoven officemanagement en boekhouding

“Na bijna 15 jaar als kandidaat-notaris, notarieel jurist en stafmedewerker in het notariaat gewerkt te hebben, zocht ik medio 2010 een baan in de charitatieve sector. Lang hoefde ik niet te zoeken. Bij het NMF vond ik wat ik zocht. Een te gekke, afwisselende job, waarin ik ­samen met een gezellig en gedreven team veel kan betekenen voor talentvolle musici in Nederland. Na ruim vier jaar fiets ik nog steeds met veel plezier drie dagen per week naar het prachtige pandje aan de Sint Annenstraat. Eenmaal binnen houd ik mij bezig met het office management en de financiële administratie. Ook zorg ik voor de afhandelingen van erfenissen en legaten.” Voor vragen aan Marie-Thérèse, mail naar: mtk@muziekinstrumentenfonds.nl

Lennart van der Sman BA

ing. Steven Heybroek

“In dubbel opzicht ben ik de jongste medewerker bij het NMF. Behalve dat mijn leeftijd aanzienlijk lager is dan het gemiddelde op kantoor, ben ik ook nog eens als laatste bij het NMF in dienst getreden. In 2011, tijdens mijn studie, klopte ik op de Amsterdamse Wallen aan bij het NMF voor een stage onder de vleugels van Manon Veenendaal. Tegen­ woordig ben ik met het grootste plezier in deeltijd werkzaam bij het NMF: eerst als assistent promotie en fondsenwer­ ving en sinds kort als junior producent. Ik studeerde in Amsterdam Slavische talen en culturen en Muziekwetenschap. Mijn masterstudie Kunstbeleid en -ma­ nagement in Utrecht is bijna voltooid. Daarnaast speel ik al jaren cello, iets wat binnen het NMF niet vreemd is. Vanwege mijn passie voor muziek en de interesse in de ontwikkeling van muzikaal talent, is het NMF de fijnste en best passende werkplek voor mij. Ontzettend leuk zijn ook de concerten en evenementen die het NMF organiseert. Hier komt alles samen: blije musici op topniveau, blije begunstigers, omlijst met prachtige mu­ ziek. Ik heb er zin in om dit jaar mooie evenementen te organiseren!”

“Twee dagen in de week ben ik op het kantoor van het NMF te vinden. Ik houd me bezig met het steeds verder ontwik­ kelen van ons zeer uitgebreide databa­ sesysteem, waarin alles over onze instru­ menten, musici, donateurs, concerten en financiën te vinden is. Inmiddels kunnen een deel van deze gegevens ook via het voor musici toegankelijke deel van onze website gemuteerd worden en omge­ keerd kunnen de gegevens op de web­ site, zoals de informatie over de musici en de instrumenten, vanuit ons systeem worden aangepast. Dit werk doe ik sinds 1998. Daarnaast heb ik sinds 2010 ook de eindverantwoordelijkheid voor de financiële administratie, iets dat ik ook geruime tijd doe voor een ander muzi­ kale club, het Nederlands Kamerkoor. Het ontwikkelen van maatwerkdatabases doe ik tevens voor verschillende andere muzikale instellingen. Ik ben erg blij dat ik op deze manier een bijdrage aan het Nederlandse culturele leven kan en mag geven. Buiten het NMF ligt mijn hart bij zeilen en bergsporten.”

Voor vragen aan Lennart, mail naar ls@muziekinstrumentenfonds.nl

Niet iedereen bij het NMF werkt fulltime.

junior producent en bureauassistent

financiën en database

Voor vragen aan Steven, mail naar heybroek@muziekinstrumentenfonds.nl

In 2014 bedroeg het totaal aantal FTE bij het NMF 4,45. Ter vergelijking: in 2013 was dat 4,9 FTE, in 2012 4,78 FTE.

43


L

LILIAN VAN DER HOEVEN | 1984 | CELLISTE

LINDA DIAS PAULINO | 1983 | CONTRABASSISTE

LOIS LOOS | 1997 | ALTVIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

LONNEKE VAN STRAALEN | 1985 | VIOLISTE

LUÍS FABIANO RABELLO | 1979 | PIANIST

LUNA VAN LEEUWEN | 2003 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

LYANNE VAN WESTEN | 1994 | VIOLISTE

MARA TIELES CUTIÉ | 1986 | ALTVIOLISTE

MARCELA GIORDANO | 1989 | ALTVIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

MARCUS VAN DEN MUNCKHOF | 1988 | CELLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

MARIE DE THOUARS | 1989 | VIOLISTE

MARIE-CLAIRE BOEL | 1992 | VIOLISTE

MARIJE TOENINK | 1982 | CELLISTE

MARLENE HEMMER | 1981 | VIOLISTE

LOES DOOREN | 1990 | VIOLISTE

LISA EGGEN | 1994 | ALTVIOLISTE

LOTTI PEVERELLI | 1991 | VIOLISTE

LISALOTTE GERARDS | 1996 | VIOLISTE

LISELOT BLOMAARD | 1997 | ALTVIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

LOUELLA ALATIIT | 1979 | VIOLISTE

LUCIE LUNA HALLENGA | 1999 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

MANON VAN DE KEMPE | 1996 | VIOLISTE

MARA OOSTERBAAN | 1987 | VIOLISTE

MARIA COLL TORRA | 1995 | CELLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

MARIA-PAULA MAJOOR | 1977 | VIOLISTE

MARIANA IZMAN | 1979 | PIANISTE

MARIE-JOSÉ SCHRIJNER | 1963 | VIOLISTE

MARIEKE BERENDSEN | 1979 | VIOLISTE

MARIËLLE RIJKAART | 1984 | CELLISTE

MARIJE PLOEMACHER | 1982 | VIOLISTE

MARIJKE MULDER | 1991 | VIOLISTE

MARIJN VAN PROOIJEN | 1975 | CONTRABASSIST

MARIKA ACS | 1987 | VIOLISTE

MARJOLEIN NIEUWENKAMP | 1986 | CELLISTE

MARK MULDER | 1984 | ALTVIOLIST

MARTA LEMANSKA | 1981 | VIOLISTE

MARTHE LASTHUIS | 1990 | VIOLISTE

MARTIJN WILLERS | 1979 | PIANIST

MASCHA VAN NIEUWKERK | 1990 | CELLISTE

MASCHA VAN SLOTEN | 1975 | VIOLISTE

M


MATTHEA DE MUYNCK | 1988 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

MATTIAS SPEE | 1997 | PIANIST

MAXIME GULIKERS | 1994 | VIOLIST

MAYAH KADISH EUSEPI | 1988 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

MAYTE LEVENBACH | 2001 | VIOLISTE

MAYU KONOE | 1997 | VIOLISTE

MELANIE VAN OVERBEEKE | 1982 | ALTVIOLISTE

MELISSA USSERY | 1980 | VIOLISTE

MEREL VAN DER MEULEN | 1997 | VIOLISTE

METTE SEIDEL | 1981 | CELLISTE

MICHAËL MÜLLER | 1961 | CELLIST

MICHAEL TWEED-KENT | 1987 | CELLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

MICHELLE CHOW | 1992 | PIANISTE

MICHIEL WITTINK | 1995 | ALTVIOLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

MILOU DE ROOY | 1990 | HARPISTE

MINTJE VAN LIER | 1982 | VIOLISTE

MIREYA PEÑARROJA SEGOVIA | 1985 | CELLISTE

MIRIAM VAN ESSEVELD | 1994 | VIOLISTE

MONIEK DE LEEUW | 1986 | VIOLISTE

MONIQUE HEIDEMA | 1966 | CELLISTE

MYRTHE HELDER | 1983 | VIOLISTE

MYRTO MORAITOU | 1987 | VIOLISTE

NAOMI DE VRIES | 1995 | VIOLISTE

NASIM DE HAAS-ALLAMEHZADEH | 1980 | VIOLISTE

NELLY PAVLOVA | 1972 | PIANISTE

NIENKE KOSTERS | 1987 | CONTRABASSISTE

NOA EYL | 1988 | VIOLIST

OLFJE VAN DER KLEIN | 1994 | VIOLISTE

NOA WILDSCHUT | 2001 | VIOLISTE

OLGA ALESHINSKI | 1972 | VIOLISTE

NOOR HENDRIKS | 2001 | VIOLISTE

OLIVIA SCHEEPERS | 1989 | VIOLISTE

NORA VAN DER STELT | 1989 | VIOLISTE

OTTO BAKKER | 1987 | CELLIST

N NINO GVETADZE | 1981 | PIANISTE

NORMAN JANSEN | 1969 | VIOLIST

P

NAOMI BACH | 1980 | VIOLISTE

NINO NATROSHVILI | 1992 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

O PAMELA KUBIK | 1970 | VIOLISTE


NMF MAGAZINE 2015

Een reizend circus: Presentatieconcerten Het bekendste NMF-evenement is het zogenaamde Presentatieconcert. In de loop der jaren is er nogal wat aan veranderd.

Van Amsterdam naar Haarlem

Een vast onderdeel van het NMF pro­ gramma zijn de jaarlijkse presentatie­ concerten, die doorgaans in oktober of november gehouden worden. Presenta­ tieconcerten, dat wil zeggen meerdere concerten achter elkaar, zijn er eigenlijk pas een paar jaar. Oorspronkelijk was er altijd maar één presentatieconcert, dat elk jaar in de kleine zaal van het Concert­ gebouw in Amsterdam werd georgani­ seerd.

FOTO DIRK RIETVELD

Dat gebouw kent als klassieke concertzaal eigenlijk zijn gelijke niet in Nederland, maar desalniettemin werd in 2007 toch besloten om het concert te verplaatsen naar de kleine zaal van de Philharmonie in Haarlem. De reden daarvoor was in de eerste plaats het feit dat behoorlijk wat donateurs er prijs op stelden om eens een concert buiten Amsterdam te bezoe­ ken. Op de tweede plaats waren ook de kosten een overweging om het concert elders te houden.

46

Mattias Spee en Ben Weishaupt tijdens de presentatieconcerten 2014


2014

NMF MAGAZINE 2015

Van Haarlem naar verschillende steden in het land

De kleine zaal in Haarlem was kort voor het eerste NMF presentatieconcert geheel ge­ renoveerd en bleek zowel het publiek als de musici uitstekend te bevallen. Maar in Haarlem ontstond een ander probleem. De naam en faam van het presentatie­ concert breidde zich uit en na twee jaar kwamen er zoveel aanvragen voor kaar­ ten, dat besloten werd om voor de grote zaal in Haarlem te kiezen. Na dat concert ging het roer opnieuw om. Meer dan 800 bezoekers in één zaal beviel namelijk toch wat minder: een kleinschaliger evenement leek beter te passen bij het NMF en de formule van deze concerten. Na dat jaar (voor het eerst in 2010) werden daarom meerdere concerten in verschillende ste­ den achter elkaar gepland. Dat geschied­ de niet alleen vanwege het voordeel dat kleinere zalen meer intimiteit boden, maar ook om bezoekers minder ver te laten rei­ zen. En zo komt het dat de presentatiecon­ certen tegenwoordig een beetje op een reizend circus zijn gaan lijken, waarbij ver­ schillende steden in Nederland worden aangedaan. In 2014 waren dat achtereenvolgens Zwol­ le, Den Bosch, Delft en Utrecht (waar zelfs vanwege de grote belangstelling twee concerten op één dag werden georgani­ seerd). Alle concerten waren uitverkocht, met uitzondering van Zwolle. Maar daar waren wel driemaal zoveel bezoekers als bij het eerste presentatieconcert dat we in Zwolle in 2012 organiseerden. In totaal bezoeken tegenwoordig rond de 1.100 mensen onze presentatieconcerten!

Van de avond naar de middag

Een andere verandering bij deze presenta­ tieconcerten is dat er sinds enige jaren ook een concert op een zondagmiddag geor­ ganiseerd wordt. Veel belangstellenden hebben aangegeven liever overdag dan in de avond een concert te bezoeken en het NMF speelt daar uiteraard graag op in. In 2014 werd er zelfs voor het eerst naast een middagconcert ook een ochtendconcert georganiseerd.

Onder de vleugels van het NMF

Elk jaar trachten we een thema te beden­ ken wat een goed beeld geeft van de ac­ tiviteiten van het NMF en wat tegelijkertijd de bezoekers aanspreekt. Afgelopen jaar was dat “Onder de vleugels van het NMF”. Tijdens de vijf concerten speelden negen pianisten (plus begeleidende musici) die allen een vleugel van het NMF in bruikleen hebben. Onder die vleugels bevinden zich onder meer een Bechstein die ooit eigen­ dom van de dirigent Anton Kersjes was, een Steinway die ooit eigendom was van de pianist en pedagoog George van Re­ nesse, en een bijna gloednieuwe Fazioli, die men wel de Ferrari onder de vleugels noemt. Hoewel het NMF al vanaf haar pril­ le ontstaan vleugels in de collectie heeft, blijkt bij veel mensen (ook bij donateurs van het eerste uur!) toch het beeld te leven dat het NMF alleen in strijkinstrumenten doet. Een hele verrassing om dan zo’n uit­ gebreid aanbod van pianisten tijdens zo’n concert voorbij te zien trekken. Overigens heeft het feit dat inmiddels vijf concerten in plaats van één concert georganiseerd wordt er toe geleid dat het niet meer mo­ gelijk blijkt om elke avond hetzelfde pro­ gramma te bieden. Wat overigens door diegenen die niet slechts één, maar meer­

dere concerten wensen bij te wonen (want die mensen zijn er!) eerder als een voor­ deel dan als een nadeel wordt gezien…

Enquête

Dit jaar werd ook een enquête gehouden onder de bezoekers van de presentatie­ concerten. Er werd onder meer gevraagd naar voorkeur voor plaats, tijdstip en dag van het concert. Ook werd onderzoek ge­ daan naar wat nu de belangrijkste rede­ nen zijn om deze concerten te bezoeken en wat men de sterkere en minder sterke kanten van de concerten vond. Het ligt in ons voornemen binnenkort ook donateurs die niet naar deze concerten komen te vra­ gen naar hun beweegredenen hiervoor. Met de uitslag van de enquête hopen we in 2015 nog meer mensen een bijzonder concert te kunnen aanbieden – of mis­ schien ook een beter concert!

Presentatieconcerten 2015

Rond juni publiceren we informatie over de presentatieconcerten in het najaar van 2015. Nieuw is dat we dit najaar ook een KinderPresentatieconcert willen organi­ seren voor kinderen en/of kleinkinderen van onze begunstigers. Houdt u uw mail en onze website rond die tijd in de gaten als u kaarten wenst te bestellen! En als u er nog nooit geweest bent: het is de moeite waard om eens te komen luisteren en u onder te laten dompelen in het talent van vele musici van het NMF. Neemt u overi­ gens gerust vrienden en familie mee die het NMF nog niet kennen. Wellicht raken zij net zo geïnteresseerd als u en zijn ook zij bereid de musici in Nederland te steunen door donateur van het NMF te worden.

47


Adriana Esmeijer dirigeert geldstromen, Jurjen Hempel dirigeert klanken. FOTO MARIEKE WIJNTJES

Julius Röntgen is niet alleen NMF-supporter, maar ook supporter van Feyenoord………!

Catharina Ungvari


NMF MAGAZINE 2015

Sleutelen aan cultuur Adriana Esmeijer dirigeert geldstromen, Jurjen Hempel dirigeert klanken. De een pleit voor gratis muziekonderwijs, de ander merkt dat de particuliere geefbereidheid aan cultuur groeit. Allebei betreuren ze de negatieve toon van het kunstdebat in de afgelopen jaren. ‘Toch heeft het wel degelijk geleid tot positieve gevolgen.’ GUIDO VAN OORSCHOT

Wie bij het Prins Bernhard Cultuurfonds over de drempel stapt, ziet ze niet: de geldstromen die van hieruit vloeien naar de Nederlandse cultuur, natuur en wetenschap. Via de Amsterdamse He­ rengracht vinden ze bestemmingen als amateurkoren en kerkjes, concertseries en festivals, schooljeugd en jong talent. Van de ruim zesduizend aanvragen die het fonds jaarlijks bereiken, vertelt Adri­ ana Esmeijer, krijgt meer dan de helft een positief antwoord. ‘Ik prijs mezelf ge­ lukkig dat ik hier directeur ben. Elk jaar verdelen we ruim dertig miljoen euro en dat geld komt allemaal van particulieren, bedrijven, stichtingen en loterijen.’ Op haar werkkamer schudt ze de hand van dirigent Jurjen Hempel. Hij begint aan zijn tweede seizoen als chef van het Joensuu City Orchestra in MiddenFinland. Daarnaast zwaait hij al jaren de baton over het JeugdOrkest Nederland. Hempel is ‘enorm betrokken’ bij de jon­ ge generatie. ‘De onbevangenheid en de passie waarmee ze klassieke muziek spelen, geeft me energie.’ Een uur hebben ze om samen de toe­ komst van de klassieke muziek te be­ spreken. Somber zijn ze niet. ‘In mijn positie zou dat een schande zijn’, zegt Esmeijer, ‘alleen al vanwege de mensen

die een beroep op ons doen en geloven in de waarde van kunst.’ ‘Doemdenken?’, vraagt Jurjen Hempel. ‘Daar heb ik geen last van. Tegen jongelui die het vak in willen, zeg ik ook altijd: als je denkt dat je het moet doen, dan moet je het doen. Je kunt beter spijt krijgen van iets wat je hebt gedaan, dan van iets wat je hebt nagelaten. Toegeven aan je passie is be­ langrijk in het leven. En als het echt niet lukt, school je je na je bachelor maar om.’ Esmeijer: ‘Dat vind ik nou het mooie van getalenteerde jonge musici. Hun ambitie is groot, koste wat het kost willen ze hun talent verder ontwikkelen en delen met de wereld.

Kans voor open doel

Bij alle optimisme delen de directeur en de dirigent een zorg: het onderwijs. Mu­ ziekeducatie is jarenlang verwaarloosd’, zegt Esmeijer. ‘Wanneer leer je de liefde voor muziek? ‘Naar mijn ervaring als je jong bent.’ Hempel: ‘Mij frustreert vooral hoe moeilijk het voor kinderen is gewor­ den om naar de muziekschool te gaan. Het is peperduur, en wat je ervoor te­ rugkrijgt is minimaal. Dat ligt niet aan de docenten, die zijn nog net zo enthousiast als 25 jaar geleden. Helaas worden ze gedwongen zoveel mogelijk leerlingen

49


in een uur te proppen. Ik vind: muziekon­ derwijs tot elf jaar zou gratis moeten zijn. Als kinderen er op hun zesde, zevende mee beginnen, nemen ze klassieke mu­ ziek moeiteloos mee door de lastige ja­ ren tussen twaalf en achttien.’ Aan initiatieven schort het niet. Koningin Máxima ontving in 2011 als verjaardags­ cadeau Kinderen Maken Muziek, een project dat basisscholieren in groeps­ verband een instrument leert bespelen. Het Leerorkest, begonnen in Amsterdam Zuidoost en nu landelijk uitgerold, laat kinderen snuffelen aan een orkestinstru­ ment. Het Koninklijk Concertgebouw start binnenkort met Noten Op Je Bord, een doorgaande leerlijn voor het basis­ onderwijs die gebruik maakt van inter­ net. Adriana Esmeijer: ‘Het zijn prijzenswaar­ dige initiatieven die ons fonds van harte ondersteunt. Helaas zijn het vaak adhocprojecten. Voor muziekeducatie zou het bijvoorbeeld wenselijk zijn als er een goed gedocumenteerde, verankerde methodiek komt. Nu moeten initiatiefne­ mers elke keer opnieuw het wiel uitvin­ den. Verder hebben we geconstateerd dat het educatieve aanbod zich vooral richt op havo en vwo. Zit je op het vmbo, dan heb je pech. Daarom gaan we ge­ durende een paar jaar samen met het Fonds Cultuurparticipatie enkele miljoe­ nen besteden aan cultuureducatie voor vmbo’ers. Met dat geld willen we cultu­ rele instellingen verleiden meer moeite te doen voor juist deze leerlingen.’ Jurjen Hempel ziet een kans voor open doel. ‘Onderzoek toont aan dat kinderen die aan muziek doen minder problemen krijgen die de maatschappij op kosten jagen.’ Esmeijer: ‘Gelukkig loopt ook mi­ nister Jet Bussemaker er warm voor. Ze maakt middelen vrij voor muziekeduca­ tie, waarmee we misschien terug kunnen keren naar de basis van vroeger.’ Hem­ pel: ‘Geef kinderen de kans om muziek te maken en ze grijpen hem met beide handen.’

50

Afterparty toe

Esmeijer en Hempel knikken: klassieke muziek heeft een imagoprobleem. Es­ meijer denkt dat het deels schuilt in een dwingende concertetiquette. ‘Die heb ik als kind leren kennen toen ik met mijn oma naar concerten mocht in de Rotter­ damse Doelen. Ik vond het reuze indruk­ wekkend dat ik stil moest zijn. Tegelij­ kertijd begreep ik niet waarom. Ik moest toch gewoon aan mijn oma kunnen vra­ gen: wat doet die meneer, wat is dat voor instrument? Veel jongeren voelen zich niet thuis bij een klassiek concert. Kenne­ lijk bestaan er ongeschreven regels die jij niet snapt.’ Hempel: ‘Tegelijkertijd komen veel be­ zwaren van mensen die nog nooit naar een concert zijn geweest. Alsof je alleen maar mag aanschuiven in je gestreken overhemd en zondagse pak. Ik vergelijk het weleens met mensen die afgeven op mijn woonplaats Almere: degene met de stelligste mening is er nog nooit ge­ weest.’ Esmeijer: ‘Toch denk ik dat je kunt sleu­ telen aan de manier waarop klassieke muziek wordt gepresenteerd. De serie Tracks van het Concertgebouw vind ik een goed voorbeeld. Een programma van een uur, eindigend met een borrel: zo speel je in op de behoefte van een jonge doelgroep.’ Hempel: ‘Ik heb eens een lange avond hedendaagse muziek gedaan bij London Sinfonietta. Serieuze componis­ ten als Ligeti en Nancarrow werden ge­ combineerd met elektronische muziek. Spannende visuals erbij, afterparty tot ‘s nachts halfvier. Alle twaalf concerten wa­ ren uitverkocht.’

Geefbereidheid

Ze kwamen in 2010 als donderslag bij heldere hemel: de bezuinigingsplannen op cultuur van het eerste kabinet-Rutte. Op een begroting van 900 miljoen euro sneuvelde 200 miljoen. Staatssecretaris Halbe Zijlstra werd in de kunstwereld de gebeten hond. In een Mars der Be­

schaving werd hij geafficheerd als ‘Halbe Zool’. ‘Het debat verliep in een nare sfeer’, zegt Adriana Esmeijer. ‘Politici hadden het vooral over excessen, over niet te be­ grijpen moderne kunst die zou worden gemaakt voor een elite in de grachten­ gordel.’ Ook Jurjen Hempel stoorde zich aan de toon. ‘Natuurlijk mag je over kunst discussiëren, maar probeer dat op z’n minst te doen vanuit de liefde die kun­ stenaars voelen voor hun vak. Nu kreeg de sector het gevoel dat er iemand aan z’n kinderen kwam. Dan ga je er met ge­ strekt been in.’ Esmeijer: ‘Volgens mij is het negatieve debat inmiddels verstomd, ik hoor het althans minder. Wel constateer ik dat de kunstsector er maar niet in slaagt te spre­ ken met één stem, zoals het sportsector wel lukt via NOC*NSF. Ik vraag me trou­ wens af of het haalbaar is, want de kun­ sten kennen een enorme diversiteit. Het maakt groot verschil of je in de podium­ kunsten werkt of in de letteren.’ Hempel: ‘Bovendien hebben kunste­ naars een ingebakken egoïsme. Ieder­ een vecht vooral voor zichzelf.’ Esmeijer: ‘Toch heeft het debat wel degelijk geleid tot positieve gevolgen. Wij merken ten­ minste dat het moderne mecenaat sinds een paar jaar groeit. Steeds meer parti­ culieren gaan cultuur beschouwen als een goed doel, als een nood die moet worden gelenigd. De geefbereidheid neemt vooral toe ten gunste van weten­ schap en de podiumkunsten, en dan in het bijzonder jong muziektalent. Ons fonds heeft anderhalf miljoen euro aan beurzengeld beschikbaar voor alle mo­ gelijke vervolgopleidingen. Daarmee zijn we een van de grootste beursver­ schaffers van Nederland.’


NMF MAGAZINE 2015

Amateurs en vrijwilligers

Tv-programma’s als Korenslag en Het Orkest van Nederland tonen aan dat kunst onder actieve liefhebbers een groot draagvlak kent. Adriana Esmeijer: ‘Nederland telt meer dan tienduizend koren en honderdduizenden koorzan­ gers. Sommige zijn waanzinnig goed. Ik hoorde laatst het koor Cantatrix, je kunt je niet voorstellen dat het amateurs zijn.’ Hempel: ‘Amateurs hebben vaak de grootste drive. Ik ken een paar fantasti­ sche symfonieorkesten. Daarin spelen mensen die in het dagelijkse leven een baan hebben, met de viool verdienen ze niets, maar toch willen ze op hoog ni­ veau musiceren.’ Esmeijer: ‘Wat in de discussie vaak wordt vergeten, is dat de cultuur draait op vrij­ willigers. Als die zich terugtrekken, stort de hele sector in. Het zijn de mensen die koffie zetten, opruimen, schoonmaken, de techniek doen, in een bestuur zitten, de groene ruimte rondom een kerk on­ derhouden. We maken gelden vrij om vrijwilligers te scholen. Een overwogen marketingstrategie kan bijvoorbeeld leiden tot meer bezoekers bij een bij­ zonder project. Ook geven we bonnen uit waarmee ze deskundigheid kunnen inhuren. Denk aan een accountant van KPMG die de penningmeester van een koor helpt bij de boekhouding.’ Hempel: ‘Cultuur is een levend organis­ me, je moet er dag in dag uit voor vech­ ten, het vraagt energie en bevlogen­ heid. De problemen ontstaan als dat niet wordt herkend, of nog erger, érkend.’ Esmeijer: ‘Ik heb enorm respect voor al die mensen die in de avonduren onze aanvraagformulieren invullen. Vaak heb­ ben ze niet zelf het talent, maar nemen ze de moeite om het talent van een ander vooruit te helpen. Wie spreekt over cul­ tuur, moet zich realiseren dat hij spreekt over half Nederland.’

Adriana Esmeijer 1966

Adriana Esmeijer studeerde journalis­ tiek, taal- en literatuurwetenschappen. Ze promoveerde op een studie naar het populariseren van alfaonderzoek. Sinds 2001 is ze directeur-bestuurder van het Prins Bernhard Cultuurfonds. Het hoofd­ kantoor is gevestigd in Amsterdam; daarnaast kent het fonds twaalf provinci­ ale afdelingen en een zusterorganisatie in het Caribisch gebied. Het fondsver­ mogen bedraagt circa 245 miljoen euro, het jaarbudget ongeveer 32 miljoen.

Jurjen Hempel 1961

Jurjen Hempel studeerde orkestdirectie aan het Utrechts Conservatorium bij Da­ vid Porcelijn en Kenneth Montgomery. Sinds 2000 is hij vaste dirigent van het JeugdOrkest Nederland. In januari 2013 werd hij aangesteld als chef-dirigent en artistiek directeur van het Joensuu City Orchestra in Finland. Hij maakte cdopnamen voor verschillende labels en adviseert de Commissie Aanvragen en Instrumenten van het Nationaal Muziek­ instrumentenfonds.

51


NMF MAGAZINE 2015

Hoe klein soms juist

Particuliere of familiestichtingen nemen steeds meer de plaats in van vermogensfondsen. Voor het NMF heeft deze ontwikkeling voornamelijk voordelen.

Verandering

De afgelopen jaren hebben zich nogal wat veranderingen in de fondsenwerving bij het NMF voorgedaan. De grootste veran­ dering, die ook gold voor veel andere in­ stellingen in de kunst – en cultuursector, is wel algemeen bekend: onder het regime van staatssecretaris Halbe Zijlstra werd in 2012 de overheidssubsidie voor het NMF beëindigd. Dit had niets te maken met een inhoudelijke beoordeling van het NMF. Integendeel, in de laatste analyse van de Raad voor Cultuur werd het werk van het NMF nog volop geprezen. Maar naast het wegvallen van de overheidssubsidie heeft het NMF sindsdien ook op een ander, belangrijk inkomensonderdeel een flinke veer moeten laten: dat zijn de inkomsten uit vermogensfondsen en stichtingen. Er zijn daar twee redenen voor. In de eerste

52

plaats is het vermogen van deze fondsen door de economische crisis vaak behoor­ lijk aangetast waardoor er minder geld beschikbaar is om instellingen zoals het NMF te ondersteunen. In de tweede plaats is door de ingrepen van de overheid het aantal instellingen dat een beroep doet op steun van vermogensfondsen explosief gegroeid. Dat resulteert op zijn beurt weer in een veel kleiner bedrag wat per aan­ vraag beschikbaar is – als de aanvraag al wordt goedgekeurd.

Compensatie

Gelukkig zijn er twee andere inkomsten­ bronnen voor het NMF die compensatie bieden voor de teruggang. In de eerste plaats zijn dat de inkomsten uit particuliere donaties. Het aantal donateurs van het


NMF MAGAZINE 2015 NMF MAGAZINE 2015

heel fijn kan zijn… over particuliere stichtingen en andere inkomstenbronnen NMF is de laatste jaren gestaag gegroeid en daarmee zijn ook de inkomsten uit particuliere donaties toegenomen. Alleen 2014 zag helaas een terugval in het aantal particuliere donateurs. De verklaring voor deze terugval in aantal ligt voor de hand. In de aanloop naar het jubileumjaar 2013 en in het jubileum jaar zelf bleek een relatief groot aantal mensen bereid een donatie te doen. Dit waren vooral eenmalige dona­ teurs. Dat komt duidelijk naar voren uit de specificatie van het aantal donateurs per soort, waarbij blijkt dat alle soorten dona­ teurs in 2014 stegen, met uitzondering van de categorie eenmalige donateurs. Overi­ gens betekende deze teruggang in aantal donateurs geen teruggang in de totale hoogte van het binnengekomen bedrag aan donaties: want dat steeg in vergelij­ king tot 2013. Kortom, minder donateurs brachten toch meer geld op in 2014.

Opvallende verschillen

De andere belangrijke stijgende inkom­ stenbron wordt gevormd door de in­ komsten uit particuliere stichtingen en fondsen, vaak familiestichtingen. Er zijn, behalve als het gaat om de oorsprong van het vermogen van deze stichtingen, nog een aantal andere opvallende ver­ schillen tussen de particuliere stichtingen enerzijds en grote vermogensfondsen anderzijds. Enigszins gechargeerd kun je stellen dat de werkwijze geheel verschil­ lend is. Waar je bij geïnstitutionaliseerde vermogensfondsen doorgaans te maken hebt met uitgebreide aanvraagproce­ dures, is er vaak bij particuliere fondsen sprake van een simpele procedure. Dat betekent meestal ook dat het tijdspad waarbinnen een aanvraag afgehandeld

wordt, aanmerkelijk korter is. Hoewel de vermogensfondsen vaak in vergelijking tot de familiefondsen over een vele ma­ len groter budget beschikken, zie je dat de uitkering van een familie- of particu­ liere stichting omgekeerd juist vaak veel groter is dan die van een vermogens­ fonds. Dit heeft deels te maken met de hierboven beschreven ontwikkeling van zeer veel aanvragen en een teruglopend budget bij de vermogensfondsen. Ander­ zijds zit de verklaring in het feit dat fami­ liefondsen vaak zelf hun doel zoeken en procentueel een zeer hoog deel van hun vermogen aan één bepaald goed doel besteden, waarmee het daarmee dan ook vaak om grote bedragen gaat.

Verschuiving

Kort en goed vindt er dus een verschui­ ving van grote vermogensfondsen naar kleinere particuliere fondsen plaats, die voor het NMF snellere en vereenvoudig­ de aanvraagprocedures met zich mee­ brengt en meer inkomsten. Een verschui­ ving die alleen maar voordelen oplevert, zo lijkt het, ware het niet dat er aan deze kleinere fondsen één groot nadeel kleeft: ze zijn doorgaans onvindbaar. Deze fami­ liefondsen staan niet in fondsenboeken of op internet, juist omdat ze niet over­ spoeld wensen te worden met aanvra­ gen. In plaats van dat jij hen vindt, vinden zij jou. Dat betekent dat je veel publiciteit moet maken om je doel bekendheid te geven. En, zoals zo vaak geldt, voor het schenken van geld is vertrouwen nodig. Vertrouwen is een zaak van de lange ter­ mijn. Dat betekent dat het vaak jaren kan duren voordat een familiefonds ‘toehapt’ en een budget toekent. Overigens, als

dat vertrouwen er eenmaal is, is dat soms ook dermate groot dat er geen restricties opgelegd worden ten aanzien van de be­ steding van de toegekende gelden: iets wat bij vermogensfondsen, waarbij bijna 100% van alle toezeggingen geoormerkt zijn, eigenlijk nooit het geval is.

Vertrouwen

Het NMF heeft gelukkig in de laatste ja­ ren het vertrouwen van een aantal parti­ culiere en familiefondsen mogen krijgen. Zo worden substantiële inkomsten ver­ kregen, waarbij het nu eens niet nodig is om tientallen of zelfs honderden nieuwe donateurs te werven. Eén van deze fond­ sen schonk in 2013 meer dan de helft van het benodigde aankoopbedrag voor de altviool van Dana Zemtsov. Een ander fonds schonk vele tienduizenden euro’s voor de restauratie van een aantal vleu­ gels uit de collectie van het NMF. En een derde fonds financierde onder meer de gehele aankoop van de gitaar waarop Jiri Taihuttu speelt. Het belang van deze fondsen voor het NMF mag dus immens worden genoemd en de opkomst van deze fondsen bij de fondsenwerving van het NMF komt op het juiste moment, nu inkomsten uit overheidssubsidie en grote vermogensfondsen weggevallen zijn of sterk zijn teruggelopen. Het is van het grootste belang dat het NMF blijft inzet­ ten op vergroting van haar naamsbe­ kendheid en daarmee op het aantrekken van inkomsten uit particuliere donaties en particuliere fondsen.

53


NMF MAGAZINE 2015

BESTUUR EN INSTRUMENTEN COMMISSIE

Het bestuur

Gedurende het grootste deel van het jaar 2014 bestond het bestuur van het NMF uit zes leden. In december werd mevrouw mr. Els Swaab benoemd tot zevende lid van het bestuur. Voor de sa­ menstelling van het bestuur en overige informatie omtrent het bestuur wordt verwezen naar het bestuursverslag op pagina 70.

missie. Hij dirigeert al jaren toonaange­ vende orkesten in binnen- en buitenland (waaronder het Concertgebouworkest en het Rotterdams Philharmonisch Or­ kest) en maakte een lange reeks van CD-opnames.

schaffen. Er ligt dus een prachtige en verantwoordelijke taak voor het NMF, die de Instrumentencommissie graag op zich neemt.”

De Commissie Aanvragen en Instrumenten

De Commissie Aanvragen en Instru­ menten (kortweg: de Instrumentencom­ missie) is het belangrijkste permanente adviesorgaan van het NMF en bestaat uit deskundigen uit de muziekwereld. De belangrijkste taken van deze com­ missie zijn enerzijds het beoordelen van de aanvragen, anderzijds het adviseren over het aankoopbeleid en dus over de samenstelling van de collectie instru­ menten. Daarnaast fungeert de com­ missie als denktank voor het bestuur en bureau. In het afgelopen jaar besloot Pieter Moerenhout (oprichter van het NMF) in verband met zijn leeftijd niet langer meer de bijeenkomsten van de Instru­ mentencommissie bij te wonen. Wel blijft hij de commissie en de directie op afstand van advies dienen als lid van de Raad van Advies. Dirigent Jurjen Hempel trad in 2014 toe als nieuw lid van de Instrumentencom­

54

Gisella Bergman Jurjen Hempel

“Mijn naam is Jurjen Hempel en ik ben dirigent. Naast mijn chef-dirigentschap in Joensuu, Finland, ben ik sinds 2000 vaste dirigent van het JeugdOrkest Nederland. In die laatste hoedanig­ heid heb ik veelvuldig enthousiaste en talentvolle jonge musici van aanbeve­ lingsbrieven voor het NMF voorzien. Toen ik vorig jaar het verzoek kreeg om lid te worden van de Instrumentencom­ missie, ging ik graag in op die kans om ook eens aan de andere kant het proces mee te mogen maken. Het is meer dan fantastisch dat Nederland een instelling als het NMF bezit. Talentvolle musici van alle leeftijden en achtergronden kunnen zich daar melden in hun zoektocht naar juist dat instrument wat hun ontwikke­ ling en carrière extra kwaliteit kan ver­

Nadat de droom van iedere klassieke muziekstudent voor haar was uitgeko­ men (een baan in het Koninklijk Concert­ gebouworkest) bleek Gisella Bergman toch liever haar ‘kernkwaliteit’ te willen naleven: het docentschap. Zij zegde der­ halve haar baan in het orkest op om zich volledig te kunnen wijden aan het les­ geven. Als studente gaf zij al les aan de Zeeuwse Muziekschool waar zij uitdroeg hoe belangrijk het is om élke altvioolleer­ ling vanaf het allereerste begin te leren zijn instrument zo goed mogelijk te be­ spelen. Door haar jarenlange ervaring hierin en de resultaten die zij met haar leerlingen behaalde werd zij gevraagd om zowel in Rotterdam als in Den Haag les te komen geven aan het conserva­ torium. Nu, bijna 40 jaar nadat zij haar eerste altvioollessen gaf, is zij verbonden als hoofdvakdocente altviool aan de con­


NMF MAGAZINE 2015 | JAARVERSLAG 2014

servatoria van Rotterdam en Tilburg. In de zomer organiseert Gisella haar eigen cur­ sussen in het Drentse Witteveen. Zij wordt regelmatig gevraagd als commissielid bij concoursen in binnen- en buitenland en is voorzitter van ESTA-Nederland (Euro­ pean String Teachers Association).

David Kuyken

“Tijdens mijn jeugd had ik het voor­ recht muzikaal op te groeien aan de hand van een mooi instrument. Mijn docent vond dat ik het kleine pianoo tje bij ons thuis ontgroeid was. Op zijn advies kochten mijn ouders een kleine Bechstein vleugel uit 1923 toen ik een jaar of veertien was. Nog herinner ik me het ongelofelijke gevoel toen de vleugel in de woonkamer werd ge­ plaatst, die typerende klank, het glan­ zend nieuwe mechaniek, die heerlijke geur van gepolitoerd hout. Dit zou ja­ renlang mijn trouwe partner zijn bij het instuderen van talloze etudes, sonates en concerten. Inmiddels zijn er andere instrumenten bijgekomen en heeft mijn oude Bechstein elders hopelijk net zo

enthousiaste en liefhebbende vingers gevonden. Ik ben heel blij betrokken te zijn bij het NMF om te helpen jonge pianisten net zo’n ervaring te kunnen geven als zij of hun ouders niet in staat zijn om een goed instrument te verwer­ ven. Het is van onschatbare invloed op je ontwikkeling.”

Het NMF heeft gelukkig heel veel musici aan een beter instrument kunnen hel­ pen. Toen mij dan ook gevraagd werd om lid te worden van de Instrumenten­ commissie hoefde ik daar niet lang over na te denken. Het NMF heeft zich zo’n belangrijke plaats verworven, dat het fonds niet meer weg te denken is. Het werk in de commissie is naast een heel serieuze bezigheid ook zeer plezierig, door de buitengewone professionele en ook goede sfeer. Ik hoop dit dan ook nog vele jaren te kunnen blijven doen.”

Peter Stotijn

“Ik ben voormalig solobassist bij het Residentie Orkest en tot mijn pensioen (2014) hoofdvak docent aan het con­ servatorium van Amsterdam geweest. De contrabas heeft altijd een zeer grote plaats in mijn leven ingenomen. Het les­ geven en coachen van jonge mensen is een geweldig inspirerende en be­ langrijke periode uit mijn muziekleven geweest en is dat nog steeds. Tijdens het lesgeven blijkt al snel dat veel stu­ denten niet een instrument hebben wat hen voldoende stimuleert om te blijven groeien. Er is voor een musicus niets zo demotiverend, dan jarenlang te moeten vechten met het instrument dat jou niet die klank kan geven waar je naar zoekt.

Francis Wammes

Francis is geboren en getogen in ’sHertogenbosch. Ze studeerde aan de SOL, lerarenopleiding in Utrecht, en stond daarna enkele jaren voor de klas. In 1987 is ze gaan werken bij het Neder­ lands Impresariaat, waar ze na enige tijd verantwoordelijk werd voor de Stichting Kamermuziek Amsterdam (KAM) en voor de vertegenwoordiging van buitenland­ se ensembles. In 2000 werd de Stichting KAM verzelfstandigd en de Stichting Ka­

55


NMF MAGAZINE 2015

mermuziek Nederland opgericht. Haar functie als directeur van beide stichtin­ gen heeft ze moeten opgeven door een chronische ziekte. Muziek, met name kamermuziek is nog steeds een be­ langrijk onderdeel in haar leven. Ze kan zich geen week voorstellen zonder een concert te bezoeken. De KAM heeft zich altijd erg ingezet voor jonge musici, ze een podium gegeven. Daarom vindt ze het fijn om bij het NMF op een andere manier jonge musici te helpen.

Monique Bartels is als docent verbonden aan het Conservatorium van Amsterdam en de Sweelinck Academie voor jong ta­ lent.

Maria Kuster

Monique Bartels

Monique Bartels studeerde cello bij Jean-Louis Hardy en Jean Decroos. Ze maakte jarenlang deel uit van meerdere kamermuziekensembles in Nederland en daarbuiten en speelde met musici als Paul Badura-Skoda, Philippe Hirshhorn, Nobuko Imai, Suzanne Mildonian en Vik­ tor Liebermann. Ton de Leeuw schreef voor haar ‘Apparence I pour violoncellosolo’, Peter Jan Wagemans droeg zijn compositie ‘Worauf boffen’ (voor 2 celli) aan haar op. Sinds lange tijd werkt Moni­ que samen met Coosje Wijzenbeek. De jonge celloleerlingen spelen in haar Fan­ cy Fiddlers en kamermuziekformaties.

56

“Het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds spreekt tot de verbeelding, en verbeel­ ding in de muziek is een groot goed. Hoe vaak spreekt een dirigent of een andere maestro niet in beelden om een partituur te verduidelijken? Het Fonds is meer dan alleen een uitleenorganisatie: het heeft

een missie. Het in kaart brengen van een talent, de kwaliteiten van de instrumenten herkennen, de goede verbinding leg­ gen tussen instrument en bespeler, dit alles heeft tot doel dat er een essentiële betekenis ontstaat. Daaruit spreekt altijd weer de grote gedrevenheid om jonge mensen op weg te helpen door hen een goed instrument in handen te geven en hen een podium te bieden. Vanuit mijn conservatoriumtijd weet ik uit ervaring hoe belangrijk het is studenten te stimuleren, en dat wat voor hen het beste is in hen boven te halen. Ik ben er trots op donateur bij het NMF en inmiddels ook lid van de Instrumenten­commissie te kunnen zijn. Het voelt als een vertrouwd verleng­ stuk van wat muziek in mijn leven bete­ kent. En ik ben ervan overtuigd dat het Fonds niet alleen voor mij, maar ook voor heel veel anderen veel zal blijven betekenen.”

Samenstelling en rooster van herbenoeming Commissie Aanvragen en Instrumenten Coosje Wijzenbeek viooldocente Francis Wammes ex-directeur KAM Monique Bartels cellodocente Peter Stotijn contrabasdocent David Kuyken pianodocent Gisella Bergman altviooldocente Maria Kuster oud-adjunct directeur Codarts Jurjen Hempel dirigent

aangetreden

herbenoeming

1996 2003 2004 2012 2009 2009 2013 2014

2018 2016 2017 2016 2017 2017 2017 2018


RAAD VAN ADVIES

NMF MAGAZINE 2015 | JAARVERSLAG 2014

Coosje Wijzenbeek

“Ik zit al heel lang met veel plezier in de Instrumentencommissie. Het is voor een musicus heel belangrijk een goed instru­ ment te kunnen bespelen. Een goed in­ strument heeft veel klankkleuren en dat inspireert de speler. Hij gaat veel genuan­ ceerder spelen als het instrument goed reageert. Goede instrumenten gaan vaak de financiële draagkracht ver te boven. Het NMF maakt het jonge musici moge­ lijk zulke instrumenten te bespelen. Zelf vind ik dat ik er ook van meeprofiteer, want een aantal van mijn leerlingen heeft een mooi instrument in bruikleen van het NMF en daar geniet ik elke les van.” Coosje Wijzenbeek volgde haar oplei­ ding tot violiste bij Frits Knol en Davina van Wely. Haar leerlingen variëren in leeftijd van 4 tot 18 jaar. Zij geven samen met celloleerlingen van Monique Bartels concerten in Nederland en in het bui­ tenland onder de naam Fancy Fiddlers. Momenteel is Wijzenbeek als vioollerares verbonden aan de Sweelinckacademie voor jong talent, een onderdeel van het Conservatorium van Amsterdam. Vele van haar leerlingen hebben inmid­ dels naam gemaakt in binnen- en buiten­ land als uitvoerend kunstenaar.

De Raad van Advies bestaat per 1 januari 2015 uit 18 leden. Deze Raad is opgericht om het bureau bij te staan in allerlei za­ ken waarbij extra expertise gewenst of noodzakelijk is. De leden van deze Raad worden op onregelmatige basis gecon­ sulteerd en worden voor onbepaalde tijd aangesteld. In de Raad zitten onder meer musici, docenten, vioolbouwers en be­ leidsmakers. In 2014 werd Frank Bonarius gevraagd lid te worden van deze Raad. Frank Bonarius is pianotechnicus en stemmer en sinds 2002 eigenaar van de gerenommeerde firma Andriessen (piano-vleugels) in Haar­ lem. Hij zal als lid van de Raad van Advies het NMF adviseren over alles wat met toetsinstrumenten te maken heeft.

De samenstelling van de Raad van Advies per 1/1/2015 Vera Beths violiste Jaap Bolink vioolbouwer Frank Bonarius pianotechnicus en -stemmer Ferdinand Erblich altviolist Kees Hülsmann violist Rudolf Koelman violist Bouw Lemkes violist Cyril van Lennep oud-bestuurslid NMF Fred J. Lindeman vioolbouwer Pieter Moerenhout oprichter NMF Andreas Post vioolbouwer Henk Rubingh violist Marien van Staalen cellist Serge Stam vioolbouwer Sven Arne Tepl adjunct-directeur Conservatorium van Amsterdam Jaring Walta violist Jan Wijn pianist Céleste Zewald klarinettiste

57


P PIETERNEL TILS | 1999 | VIOLISTE

R

PEPIJN MEEUWS | 1974 | CELLIST

PIOTR JASIURKOWSKI | 1987 | VIOLIST

PETER JESSEN | 1976 | CONTRABASSIST

Q

PIA EVA GREINER | 1985 | CELLISTE

PIETER DE KOE | 1994 | CELLIST

PIETER VAN LOENEN | 1993 | VIOLIST

QUINTIJN VAN HEEK | 2003 | VIOLIST

QUIRINE SCHEFFERS | 1976 | VIOLISTE

QUIRINE VIERSEN | 1972 | CELLISTE

RADKA DIJKSTRA-DOHNALOVA | 1976 | VIOLISTE

RAPHAELLA ENGELSBERG | 1989 | VIOLISTE

RARES MIHAILESCU | 1979 | CELLIST

RATA KLOPPENBURG | 1963 | CELLISTE

REINDERT KRAGT | 1989 | CONTRABASSIST

REMBRANDT FRERICHS | 1977 | PIANIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

RENATE VAN RIEL | 1971 | VIOLISTE

RENÉ VAN MUNSTER | 1989 | CELLIST

RICK STOTIJN | 1982 | CONTRABASSIST

RIËTTE OLTHOF | 1989 | PIANISTE

RIK KUPPEN | 1994 | PIANIST

RIK OTTO | 1967 | CELLIST

ROAR BLASMO | 1987 | CELLIST

ROBIN VAN GAMEREN | 1994 | ALTVIOLIST

ROELAND JAGERS | 1980 | ALTVIOLIST

ROGER REGTER | 1972 | CELLIST

ROGIER TAMMINGA | 1994 | CELLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

ROLIN VAN OPSTAL | 1994 | VIOLISTE

ROMY UIJTTENBOOGAART | 1999 | VIOLISTE

ROOSJE REUMKENS-DILLINGH | 1978 | VIOLISTE

ROSA VAN WALBEEK | 1996 | GAMBISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

ROSA ZARZUELA GUTIERREZ | 1989 | ALTVIOLISTE

ROSALINDE KLUCK | 1981 | ALTVIOLISTE

ROSANNE PHILIPPENS | 1986 | VIOLISTE

ROSANNE SLOOTS | 1996 | ALTVIOLISTE

RUBEN VAN KRUISTUM | 1989 | CELLIST

RUUD MEESTER | 1971 | CELLIST

RYO TAKAYAMA | 1997 | VIOLIST

RYUKO ELIZABETH REID | 1985 | VIOLISTE


S

SABINE POIESZ | 1987 | VIOLISTE

SABINE VAN LIER | 1988 | VIOLISTE

SALIM METINOV MEHMEDOV | 1995 | ALTVIOLIST

SALOMÉ BONNEMA | 2001 | VIOLISTE

SAMIRA VAN DE WALLE | 1986 | CELLISTE

SAMUEL TAMARIT OTERO | 1987 | VIOLIST

SANNE VAN DER HORST | 1978 | CELLISTE

SARAH LOUISE KAPUSTIN | 1981 | VIOLISTE

SARAH LYNN HUIZING | 1995 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

SASKIA HUISINK | 1981 | HARPISTE

SASKIA LE POOLE | 1985 | CELLISTE

SEBASTIAAN DE RODE | 1974 | CELLIST

SEBASTIAAN HAGEMAN | 1998 | GITARIST

SEBASTIAAN VAN HALSEMA | 1985 | CELLIST

SERAPHINE SLIGTER VAN GREVENSTEIN | 2003 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

SERGEY ARSENIEV | 1982 | VIOLIST

SERVAAS JESSEN | 1990 | CONTRABASSIST

SHIN SIHAN | 1994 | VIOLIST

SHUANN CHAI | 1975 | PIANISTE

SIETSE-JAN WEIJENBERG | 1983 | CELLIST

SILVAN LIKLIKUWATA | 1998 | CELLIST

SIMON DANELL | 1989 | PIANIST

SIMON VERBANDT | 2000 | CELLIST

SIMONE TROLLMO | 1988 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

SINAN ERCAN | 1982 | CELLIST

SJAAN OOMEN | 1985 | VIOLISTE

SOFIE VAN DER SCHALIE | 1989 | ALTVIOLISTE

SONJA SCHRAVESANDE | 1999 | VIOLISTE

SOPHIA TORRENGA | 1979 | VIOLISTE

SOPHIE GROOTE | 1988 | ALTVIOLISTE

SPLENDOR AMSTERDAM | VLEUGEL

STELLA HYOWON LEE | 1978 | VIOLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

STEPHAN NIEUWESTEEG | 1992 | VIOLIST

STEUART PINCOMBE | 1987 | CELLIST

STEVEN BOURNE | 1988 | CELLIST

SUZANNE VAN DUUREN | 1986 | CELLISTE

SZYMON MARCINIAK | 1983 | CONTRABASSIST

SUSANNE BROEKHUYSEN | 1975 | VIOLISTE

SUZANNE DIJKSTRA | 1972 | ALTVIOLISTE

T

TAKEHIRO KONOE | 1997 | VIOLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014


FOTO MARIEKE WIJNTJES

Manon Veenendaal en Geertje van der Linden werken beiden al ongeveer tien jaar bij het NMF.

Catharina Ungvari


NMF MAGAZINE 2015

Van die hondjes en die baasjes Manon Veenendaal en Geertje van der Linden werken beiden al ongeveer tien jaar bij het NMF. De twee dames werken maar al te graag samen. Onlosmakelijk verbonden, zou je willen zeggen. Want ook buiten de werkvloer zoeken ze elkaar geregeld op. Van celloduetten tot gezamenlijke toekomstdroom. En zegt u eens eerlijk: kunt u ze gemakkelijk uit elkaar houden?

We zijn in het muzikaalste kamertje van het NMF-kantoor gaan zitten: de instru­ mentenkamer. Te midden van enkele strijkinstrumenten die in depot klaarlig­ gen voor een volgende bespeler, zitten Manon en Geertje beweeglijk te wach­ ten tot het gesprek begint. Het toeval wil dat zij allebei een blauw vest hebben aangetrokken. Ze warmen beiden hun handen aan een kop groene thee.

LENNART VAN DER SMAN

Relaties van het NMF schijnen het duo niet zelden door elkaar te halen. Gere­ geld krijgt Manon iemand aan de tele­ foon die zegt dat diegene haar net ook had gesproken, terwijl dat toen Geertje was. Geertje weet misschien een reden: “Het is net zoiets als van die hondjes en die baasjes. Na een tijdje ga je toch een beetje op elkaar lijken.” Allebei werken ze nu ongeveer tien jaar bij het NMF. Ze kennen elkaar door en door, want al en­ kele jaren voordat zij collega’s werden bij het NMF is de hechte vriendschap ont­ staan. De eerste ontmoeting vond plaats bij het Nederlands Studenten Orkest in 1999. Manon speelde cello, Geertje hoorn. Daarna volgde het Neon Ensemble, beiden op cello. Bij dit orkest speelden Manon en Geertje hun eerste celloduet.

Ook vakanties en tennistoernooitjes volgden. Toen Manon in 2005 bij het NMF kwam werken, werd er wel eens met het celloduo gerepeteerd in de Sint Annenstraat. Geertje: “De eerste keer kwam ik Quirine Viersen nog tegen in de straat. Ze riep: ‘Veel plezier met spelen, hè?’ Ik zei toen tegen Manon dat ik haar werk en het kantoor zo leuk vond, en voor de grap vroeg ik of er niet een va­ cature openstond.” Een jaar later werkte Geertje ook bij het NMF.

Schattig

Op kantoor hangt al lange tijd een poster van Celloduo Manon&Geertje. Hun website ziet er gelikt uit en is zelfs voorzien van een YouTube-video. “In het begin waren wij echt trendsetters op het gebied van promotie”, zegt Geer­ tje. “Wij vonden onze promotie altijd beter dan onze muziek”, voegt Manon toe. De opdrachten stroomden binnen, met als hoogtepunt een klein tournee naar de Dordogne in 2009. Het was een zwoele nazomer in een afgelegen plat­ telandsdorpje. Het duo repeteerde in het plaatselijke kerkje en van alle kanten kwamen de buurtbewoners aanlopen met grote schalen eten en flessen wijn. Na het concert werd er buiten onder

61


een boom feestelijk geborreld. Precies hoe je je een Frans dorpje voorstelt. Er is niets, behalve een kerkje en vijftig rie­ ten stoelen. De laatste tijd staat het celloduo op een lager pitje. Manon kreeg een kindje, Lo­ tus, en toen een tweede, Danthe. En ter­ wijl Geertje intensief bleef doorspelen werd Manon steeds angstiger om de draad weer op te pakken. Als moeder van twee kinderen ben je natuurlijk ook plot­ seling een stuk volwassener. “Je wordt vaak gevraagd om te spelen omdat je jong en schattig bent. Dat schattigheids­ gehalte is er wel een beetje van af”, zegt Manon. Niettemin komt er een doorstart. Deze nazomer reist het celloduo wederom af naar de Dordogne. Niet alleen voor de Franse wijn; het duo is weer op niveau!

Dromen

Ze zijn een overtuigend team samen. Tussen de bedrijven door werken Manon en Geertje aan een nieuw concept. “Mo­ gen we het nu eindelijk over onze droom hebben?” Ze vertellen enthousiast over het idee een Culturele Supermarkt op te zetten: een café annex ‘muziekhonk’ in één. Dat idee kwam op toen de Ooster­ kerk in Amsterdam een nieuwe bestem­ ming zocht. Niet zonder risico hebben Manon en Geertje moedig hun plan in­ gediend. Gek genoeg werden een tatoe­ agemuseum en een bierbrouwerij als het meest kansrijk aangewezen. Aan de samenwerking binnen het duo

62

kan het niet hebben gelegen. Zij vullen elkaar uitstekend aan. Geertje: “Manon gelooft in wat ze doet en kan dat met de grootste overtuiging overbrengen. Dat is een grote kwaliteit: niet twijfelen maar doen.” Manon op haar beurt: “Geertje denkt juist goed na voordat ze iets doet. Ze wil echt een visie bepalen. Met even nadenken bereik je soms veel betere re­ sultaten.” Samen vormt dat, lijkt me, een gouden duo. Gaat die Culturele Supermarkt er nog komen? “Ja, kijk, we zullen natuurlijk niet zomaar weggaan bij het NMF!”, roept Manon. “We werken in een mooi team, dat geef je niet snel op,” vindt Geertje, “en ik ben ook gewoon een beetje schij­ terig. Je moet maar zien of je het redt in de grote boze buitenwereld.” Het ont­ breekt ze echter niet aan ambitie. In de ogen van Manon zouden ze de stap best durven zetten: “We moeten nodig maar eens samen naar een hutje op de hei.”

Vertrouwen

Van een vertrek bij het NMF is gelukkig dus geen sprake. Manon moet er niet aan denken: “Ik heb in tien jaar zoveel relaties opgebouwd. Die verbreken zou me echt aan het hart gaan. Er zijn zelfs donateurs die mijn dochter Lotus een kerstkaart sturen.” Ze noemt zich dan ook liever relatiemanager dan fondsen­ werver. Ze geniet van de warme reacties die ze krijgt als ze de naam van een be­ gunstiger heeft onthouden of zelfs hun vakantiebestemming nog weet. Geertje

hecht daar ook waarde aan: “Bij het Ju­ bileumconcert kon je geen stap verzet­ ten of er was een donateur die je wilde kussen. Iedereen was zo opgetogen!” Voor Manon en Geertje ligt daar ook de kracht van het NMF: kwaliteit, het persoonlijke, flexibiliteit en vertrouwen. Beiden geven daar op hun manier invul­ ling aan; Manon bij de begunstigers en Geertje bij de musici. Dat zij die visie de­ len, heeft misschien toch weer te maken met die hondjes en die baasjes. Na een lange samenwerking, binnen en buiten het NMF, ga je toch een beetje op elkaar lijken. En word je een gouden duo.


NMF MAGAZINE 2015

Manon Veenendaal 1978

is fondsenwerver en chef marketing bij het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds. Manon studeerde een jaar cello op het conservatorium, maar ging ver­ volgens algemene letteren studeren, waarbij ze zich specialiseerde in kunst­ beleid en -management. Tevens heeft ze de beroepsopleiding voor Fondsen­ werver (B) aan de IF-Academy afgerond. Voordat ze bij het NMF kwam, werkte ze onder meer bij ING Kunstzaken en bij Amsterdam Sinfonietta.

Geertje van der Linden 1977

is in 2006 afgestudeerd aan de VU (or­ thopedagogiek). Vlak daarvoor is zij in dienst getreden van het NMF. Inmid­ dels is zij verantwoordelijk voor het col­ lectiebeheer en de organisatie van de openbare evenementen. Haar muzikale kennis en ervaring, opgedaan tijdens eerdere studies aan het conservatorium, komen in haar werk uitstekend van pas. In haar vrije tijd speelt ze fanatiek cello in diverse orkesten en semi-professionele (barok)ensembles.

63


NMF MAGAZINE 2015

Bent u ook wel eens nieuwsgierig naar de musicus achter zijn instrument? Waarom bespeelt hij een instrument uit de collectie van het NMF en heeft hij nog een ander dan een muzikaal leven? Wij selecteerden 3 musici voor u van wie wij meer wilden weten. De twee jongste musici van het NMF: Amitai en Seraphine, die net in de muziekwereld komen kijken. En een ‘oude rot in het vak’: Ernö Olah. Een musicus in hart en nieren.

FOTO HERA KUSYUNIANSARI

3 musici achter Amitai Seraphine

Seraphine Sligter van Grevenstein 11 jaar bespeelt een 3/4 viool, gebouwd door Lambert Houniet (Utrecht, 1994) Ik heb een instrument van het NMF in bruikleen sinds … april 2014, omdat mijn leraar mij op dat idee bracht. Het instrument is… een 3/4 viool gebouwd door Lambert Houniet in 1994. En een stok gebouwd door Andreas Grütter. Naast mijn vioolstudie… zit ik in groep 7 op de basisschool en speel ik hockey bij Zwaluwen C3 en speel ik in het Cuypers Ensemble. Mijn eerste herinnering aan muziek… heb ik eigenlijk niet. Ik weet niet wat mijn eerste herinnering is omdat er altijd al mu­ ziek was. Ik studeer… de sonate van Mozart in e klein. Je kunt mij ’s nachts wakker maken voor… een potje Halli Galli, de film ‘Frozen’ of mijn moeders lasagne. Het laatste concert dat ik hoorde was… het jubileumconcert van het Domstad Or­ kest. Mijn tip voor andere musici is… om niet zenuwachtig te worden tijdens een concert.

64

Amitai Kamp 11 jaar bespeelt een 3/4 viool, gebouwd door Lambert Houniet (Utrecht, 1994) Ik heb een instrument van het NMF in bruikleen sinds … vorig jaar, omdat hun instrumenten mooi klinken! Het instrument is… een 3/4 viool van Lambert Houniet. Naast mijn vioolstudie… praat ik veel en houd ik van verhalen schrij­ ven. Mijn eerste herinnering aan muziek is… de mooie klank die uit mijn moeders (Ti­ mora Roslers) cello kwam. In de bijlage zijn foto’s van mij met mijn moeder toen ik 2 jaar oud was. Je kunt op de foto’s zien dat ik toen al probeerde te strijken. Maar toen ik 3 jaar oud was koos ik toch voor de viool. Vroeger zei ik altijd Stravinkies i.p.v. Stravinsky. Ik studeer… met veel plezier! Je kunt mij ’s nachts wakker maken … om kamermuziek te spelen! Het laatste concert dat ik hoorde was… gisteren op het tv-kanaal ‘Brava’, de Zesde Symfonie ‘Pastorale’ van Beethoven. Mijn tip voor andere musici is… houd je altijd bezig met de muzikale fra­ sering en… groei niet te snel anders als je op Koningsdag op straat speelt, vinden de mensen je niet meer schattig en verdien je bijna niets. Ik heb een aantal jaren geleden in een half uur tijd op het Spui in Amster­ dam € 90 verdiend!


NMF MAGAZINE 2015 NMF MAGAZINE 2015

hun instrument Ernö

Ernö Olah 66 jaar bespeelt een viool, gebouwd door Ettore Soffritti in Ferrara, 1912. Ik heb een instrument van het NMF in bruikleen sinds… 1999 Het instrument is… veelzijdig, soepel, ik kan ermee kleuren en emoties mee uitdrukken: het klinkt dus als muziek in je oren. Een instrument met een eigen timbre maar toch plooibaar, is onontbeerlijk als je muziek in emotie wil vertalen, wat altijd mijn prioriteit als musi­ cus zal blijven. Voor mij is muziek maken, je instrument zo te kunnen bespelen dat je jouw luisteraars in hun gevoelswereld aan­ spreekt en niet in die van de gedachten. Ik ben erg blij met ‘mijn’ instrument. Naast mijn werk als professioneel ­musicus… ben ik reisleider op de door mij georga­ niseerde “Vorstelijke Muziekreizen”. Wij gaan naar landen, waar volksmuziek een wezenlijk deel uitmaakt van ‘s lands cul­ tuur. Natuurlijk gaan we ook naar Hon­ garije waar ik geboren ben, waar muziek net zo belangrijk is als keukenkunsten en wijncultuur. Het is voor mij iedere keer een voorrecht om te mogen vertellen over de verschillende muziek en ritmesoorten en waarom die nou precies bij dat land horen waar we verblijven.

Mijn eerste herinnering aan muziek is… bij mijn grootvader op schoot ‘samen’ op de cimbalom spelen. De “cimbalom” is een Perzisch instrument uit de 13e eeuw die pas aan het einde van de 19e eeuw door een Hongaarse instrumentenbou­ wer zijn huidige vorm heeft verkregen. Sindsdien is dit instrument niet meer weg te denken uit de Hongaarse volksmuziek. Mijn groot­vader was bekend onder de legendarische naam ‘Ernec’ en men kijkt mij vol respect aan als men hoort dat ik zijn kleinzoon ben. Zover als hij heb ik het (nog) niet kunnen brengen… :-) Ik studeer… alsof ik een concert geef. Ik streef ernaar om geen lawaai te maken op mijn instru­ ment maar iedere noot zo te spelen zoals ik het bedoel en zoals ik het wil horen. Aandacht en het richten van de aandacht op je bewegingen die de trilling van de snaar voortbrengen is waar ik tijdens mijn spel mee bezig ben. Of ik iets studeer of repeteer of een concert speel, maakt geen verschil. Ik wil altijd in staat zijn om mijn ei­ gen geluid en interpretatie te bepalen op het moment zelf. Dit is mijn vrijheid binnen het geschreven notenbeeld en die wil ik niet ‘uit handen geven’ en aan het toeval overlaten. Je kunt mij ’s nachts wakker maken… om met anderen samen te spelen in wat voor muziekstijl dan ook of naar een in­ spirerende interpretatie te luisteren van iemand die wat te vertellen heeft en zelfs voor een ‘ad hoc’ party ben ik bereid om wakker te worden.

Het laatste concert dat ik hoorde was… ik vind het jammer dat de echte Hongaare volksmuziek die decennia lang te horen was in de kroegjes en in de meest sjieke restaurants in Budapest, langzaam terrein moest geven aan de internationale muziek voor toeristen. Bovendien dacht ik dat de oude garde in dit land - die deze gewel­ dige muzieksoort nog in leven hield - aan het uitsterven was en dat de jonge muzi­ kanten geen interesse hadden om daar nieuw leven in te blazen. Niets vermoe­ dend ben ik twee maanden geleden met vrienden meegegaan naar een zeer stijlvol restaurant waar tot mijn vreugde en ver­ bazing een primarius van 22 jaar op een manier speelde zoals ik dat alleen van die oude garde heb gehoord, met smaak, flair en indrukwekkende virtuositeit! Zijn twin­ tigjarige broer aan de bas speelde ook met een rijpheid, gemak en timing die ik niet op zo’n jonge leeftijd had verwacht. Al met al was het een fantastische en be­ moedigende ervaring om te zien en horen dat de echte Hongaarse muziek toch nog herleeft. Mijn tip voor andere musici is… denk het niet! Geloof het niet! - en laat het je ook niet aanpraten dat muziek maken moeilijk is! Of je zingt of je een instrument bespeelt maakt niet uit. Het idee dat het ‘moeilijk’ is werkt beperkend, belemme­ rend, maakt je hopeloos en bovenal is het niet waar!

65


Ik ontmoet Julius Röntgen en zijn vrouw Yvonne in Tinte, iets ten zuiden van Rotterdam gelegen. In de verte, achter het huis, zie je de torens van de zware industrie bij Rotterdam de lucht in steken, maar voor het huis liggen, zover je kunt kijken, de kleiakkers van het eiland Voorne-Putten. Het is een heerlijke rustige plek in de natuur, maar tegelijkertijd is het vlakbij de cultuur van de grote stad. Dat is geen toeval, want cultuur en natuur spelen allebei een grote rol in het leven van Julius. In het weekend voor mijn bezoek aan Tinte heeft het Arkovsky Sextet opgetreden in Oostvoorne, niet ver van zijn woonplaats. Het Arkovsky Sextet bestaat uit zes jonge musici, waarvan er maar liefst vijf op een instrument van het NMF spelen. Julius zit in de artistieke commissie van de Stichting Concertleven Oostvoorne, die dit concert georganiseerd heeft. Het lijkt een goed moment om met hem te praten. Over zijn liefde voor de muziek, over zijn familie en zijn beroemde grootvader, over muziekinstrumenten en de relatie van Julius met het NMF.

Bevlogen supporter FOTO STEVEN HEYBROEK

MARCEL SCHOPMAN

Julius Röntgen is niet alleen NMF-supporter, maar ook supporter van Feyenoord………!

Catharina Ungvari


NMF MAGAZINE 2015

Achterkamer

In de achterkamer van het huis in Tinte staat een Steinway. En niet zomaar een: het is de Steinway van zijn grootmoeder Mien van der Hoeven, de tweede vrouw van Julius Röntgen, opa en naamgever van de huidige Julius. Röntgen sr. (1855-1932) was een beroemd componist, pianist, di­ rigent, pedagoog en concertorganisator. Samen met onder meer Daniel de Lange richtte hij het Amsterdams Conservatori­ um op. Julius sr. is weliswaar de beroemd­ ste muzikale Röntgen, maar lang niet de enige. De beide zonen uit zijn eerste hu­ welijk werden musicus. Engelbert was een begaafd cellist en schopte het tot solocel­ list van het Metropolitan Opera Orchestra in New York en de andere zoon (die ook Julius heette) werd docent viool aan het Amsterdams Conservatorium. Ook uit het tweede huwelijk van vader Julius kwamen musici voort: Edvard Frants werd cellist bij het Residentie Orkest, Johannes werd pi­ anist en componist en Joachim violist en docent aan het Koninklijk Conservatorium. Dat de liefde voor cultuur niet ophield bij muziek bewees een andere oom van de huidige Julius, Frants, die prachtig fluit speelde. Maar omdat deze Frants vond dat hij toch te weinig talent had om profes­ sioneel musicus te worden, werd hij maar architect. Hij ontwierp onder meer het postkantoor van Hilversum en een aantal universiteitsgebouwen op de Wagening­ se berg. Voor zijn ouders ontwierp hij op 18-jarige leeftijd huize Gaudeamus in Bilt­ hoven, het tegenwoordige Walter Maas Huis. Een bijzondere familie, dat mag je wel concluderen.

Cello’s

Terug naar Tinte, terug naar Julius jr. Deze Julius ging niet professioneel de muziek in. Geïnspireerd raakte hij tijdens een reis in 1964, samen met zijn vader. In Duitsland liepen ze letterlijk tegen het prikkeldraad van het IJzeren Gordijn op. Zijn interesse in een ander Duitsland, een Duitsland dat achter prikkeldraad zat, werd opgewekt. Julius ging niet de muziek in, maar ging Duits studeren. Wel heeft hij altijd iets met

cello’s gehad. Dat is niet zo verwonderlijk want zowel zijn oom als zijn vader waren cellist. In 1913 kocht opa Julius in Berlijn een kostbare Gagliano-cello voor zijn zoon Engelbert. De cello verhuisde met de nieuwe eigenaar mee naar de opera in New York. Hoeveel wereldberoemde so­ listen en dirigenten moeten niet begeleid zijn geweest door dit instrument? Toen Engelbert in 1958 stierf, ging de cello naar Edvard Frants, de vader van de huidige Ju­ lius. Hij was enorm blij met de cello, maar heeft hem niet heel lang kunnen gebrui­ ken. Een paar jaar slechts. Na een hartaan­ val was het voor hem niet meer mogelijk professioneel op het instrument te blijven spelen. Overigens gebruikte hij het instru­ ment toch al niet in het orkest. Daar speel­ de hij op een Castagneri. De Gagliano was te kostbaar voor het orkest, vond hij. Het was immers een omgeving waarin wat kon gebeuren. Waarschijnlijk moest hij daarbij denken aan zijn broer Engelbert die ooit met zijn auto achteruit tegen zijn eigen cel­ lo aan was gereden waarbij de Gagliano behoorlijk beschadigd werd.

Paradepaardje

Toen zijn vader overleed, kwam de Gagli­ ano-cello in het bezit van Julius jr. Hij zocht een goede bestemming voor de instru­ menten van zijn vader (naast de Gaglianocello, waren er ook nog een aantal andere celli en stokken). Zelf had hij wel gepro­ beerd op de cello te spelen, maar hij had er (in zijn eigen woorden) het geduld en het talent niet voor. Wel heeft hij jarenlang piano gespeeld, totdat zijn gezondheid hem dat niet meer toestond. Julius nam daarom contact op met het NMF. Hij wist dat Theo Olof betrokken was bij de op­ richting van een fonds voor muziekinstru­ menten. Voorzichtig is hij gaan sonderen of men bij het NMF interesse had in een aankoop. Die interesse was er wel, maar er was op dat moment helaas geen geld. Gelukkig veranderde dat. Na een aantal ja­ ren kon dit prachtinstrument in 1992 toch voor een zacht prijsje door het NMF ge­ kocht worden. De Gagliano-cello was het paradepaardje van de Röntgens en Julius

vond het best lastig om tot verkoop over te gaan. Maar belangrijk voor hem was dat de cello in Nederland bleef. De cello was Nederlands cultuurbezit en zou dat moe­ ten blijven. En belangrijk vond hij dat het instrument terecht zou komen bij mensen die er zorgvuldig mee zouden omgaan. De overige celli en strijkstokken gaf Julius overigens in bruikleen aan het NMF. Na de aankoop van de cello is Julius altijd heel betrokken gebleven bij het NMF. Juli­ us kreeg op het Muiderslot de erepenning van het NMF uit handen van Theo Olof, vanwege zijn steun bij de aankoop van de Gagliano. Daarna gingen hij en Yvonne ja­ renlang trouw naar de jaarlijkse presenta­ tieconcerten van het NMF. Hij werd dona­ teur en later – tijdens het eerste ‘Weekend van het NMF’ – ook nog eens vrijwilliger bij het NMF. Julius vindt het belangrijk en leuk om iets voor de cultuur te doen: daar zet hij zich dus van harte voor in. Datzelfde geldt ook voor de natuur, waarin hij zeer geïnteresseerd is. Dat uit zich onder meer in het feit dat hij duinconsulent is en ook een groot vogelliefhebber. Zowel met de cultuur als met de natuur moet je zorgvul­ dig omgaan, vindt Julius.

Goed uitgevoerd

Een leven zonder muziek kan hij zich niet voorstellen. Of het nu klassieke mu­ ziek, jazz of wereldmuziek is, alle muziek is goed, als het maar goed wordt uitge­ voerd. En zonder goede instrumenten be­ gin je daarbij niets. Vandaar dat hij bevlo­ gen musici, zoals de jonge mensen uit het Arkovsky Sextet, zo graag helpt, door ze uit te nodigen voor concerten in Oostvoor­ ne. En door aan dit soort musici - via het NMF - prachtige muziekinstrumenten ter beschikking te stellen. Vorige generaties Röntgens hebben kostbare instrumenten mogen bespelen – nu gunt deze Röntgen ze aan een nieuwe, jongere generatie. Wat een prachtig gebaar! Ja, Julius Röntgen is een bevlogen NMF-supporter.

67


T TEUN FABER | 1990 | ALTVIOLIST

TIM DE VRIES | 2000 | VIOLIST

NMF MAGAZINE 2015

TALITHA MUGGE | 1997 | HARPISTE

TANYA SCHAAP | 1976 | VIOLISTE

TEODORA NEDYALKOVA | 1990 | CELLISTE

TESSA HELDER | 1987 | CONTRABASSISTE

TESSEL HERSBACH | 1990 | VIOLISTE

TEUN GODSCHALK | 1987 | CONTRABASSIST

THEODOOR HEYNING | 1999 | CELLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

THOMAS VAN GEELEN | 1988 | CELLIST

TIJMEN HUISINGH | 1979 | VIOLIST

TIM BRACKMAN | 1993 | VIOLIST

TOSCA OPDAM | 1988 | VIOLISTE

V

VALERIE SCHÖNEN | 1995 | VIOLISTE

TINEKE DE JONG | 1964 | VIOLISTE

TOM VAN LENT | 1976 | CELLIST

W

VEERLE SCHUTJENS | 1991 | CELLISTE

VERA BEUMER | 2001 | VIOLISTE

VIKTOR YUANDONG MATTSSON | 1992 | PIANIST

VINCENT OLDENBURG | 1989 | PIANIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

VIOLA DE HOOG | 1955 | CELLISTE

WIESJE NUIVER | 1989 | VIOLISTE

WILLEM STAM | 1988 | CELLIST

WILLEMIJN KNÖDLER | 1986 | CELLISTE

WILLIAM MCLEISH | 1992 | CELLIST NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

WILMA DE BRUIJN | 1998 | CELLISTE NIEUWE BRUIKLENER IN 2014

WYTSKE HOLTROP | 1994 | CELLISTE

YANNICK HIWAT | 1988 | VIOLIST

YINGSHAN HU | 1999 | PIANISTE

YOTAM GATON | 1986 | VIOLIST

X 68

YUKIE YAMAGUCHI | 1977 | VIOLISTE

XAVIER VAN DE POLL | 1995 | VIOLIST

Z

Y ZAYNAB MARTIN | 1988 | CONTRABASSISTE


NMF MAGAZINE 2015 | JAARVERSLAG 2014

DE TOEKOMST Beleid

Aan het uitgangspunt van het beleid zo­ als dat er nu ligt zal niet getornd worden. Het doel blijft om musici en muziekstu­ denten aan een bij hen passend instru­ ment te helpen. De doelgroep van het NMF blijft de groep van professionele beoefenaars van muziek en van hen die dat willen worden. Daarbij dient nadruk­ kelijk opgemerkt te worden dat ook nietklassieke musici door het NMF geholpen zullen worden.

Aankoopbeleid

In de afgelopen jaren heeft er al een ver­ schuiving plaatsgevonden in het soort aankopen van het NMF. Er zijn veel min­ der aankopen gedaan, maar wel met een gemiddeld hogere aankoopprijs. Deze ontwikkeling zal zich blijven voortzetten. Daarnaast zullen incidenteel instrumen­ ten of stokken worden aangekocht die op projectbasis gebruikt zullen kunnen wor­ den, iets wat vroeger veel minder gebeur­ de. Er valt de laatste jaren een stijging van het aantal aan het NMF geschonken instrumenten te bespeuren. Dat betekent ook dat er minder instrumenten hoeven te worden aangeschaft en dat de nadruk bij het aankoopbeleid nog meer dan voorheen op kwaliteit dan op kwantiteit zal komen te liggen.

Cultureel erfgoed

Het NMF blijft het bewaren van cultureel erfgoed als een belangrijk deel van zijn werk beschouwen. Bij de verdere uit­ bouw van zijn collectie zal getracht wor­ den een voor de Nederlandse vioolbouw evenwichtige en veelzijdige samenstel­ ling te bereiken. Uiteraard blijft bij het aankoopbeleid het belang van de poten­ tiële bruiklener altijd de eerste prioriteit hebben. Maar waar gelijkwaardige keu­ zes kunnen worden gemaakt, zal prioriteit gegeven worden aan Hollandse mees­ ters, zowel antieke als hedendaagse.

Educatieprojecten

Het NMF is van mening dat alleen het uit­ lenen van instrumenten niet volstaat. Een kostbaar instrument ter beschikking stel­ len geeft de ontwikkeling van de musi­ cus in kwestie een zeer krachtige impuls. Maar daarnaast spelen talloze andere elementen een rol om een musicus suc­ cesvol te kunnen laten zijn. Het NMF zal aan deze elementen, zo mogelijk in sa­ menwerking met andere organisaties op dit gebied, meer aandacht gaan schen­ ken. Pas zo levert de investering in een instrument een optimaal resultaat voor de musicus.

De fondsenwerving

De fondsenwerving van het NMF is met name op het gebied van inkomsten van particulieren succesvol. Het NMF richt zich ook bewust op die groep. Niet alleen is er een grote groep vermogende parti­ culieren in Nederland, het wegvallen van één of meerdere particuliere donateurs is veel minder ernstig dan het wegvallen van een stichting of fonds. Bovendien zijn de particuliere donateurs van het NMF doorgaans buitengewoon trouw. Diegenen die meer dan eenmaal een donatie aan het NMF doen, blijven vaak lang het NMF steunen. De fondsenwer­ ving bij stichtingen daarentegen is vaak gecompliceerd en de opbrengsten uit deze vorm van fondsenwerving zijn vaak geoormerkt, wat een zekere inflexibiliteit met zich meebrengt. Tenslotte: waar het vermogen van stichtingen en fondsen de afgelopen jaren in omvang veelal terug­ gelopen is, is bij particulieren het om­ gekeerde het geval. Reden te meer om de aandacht vooral op particulieren te richten en op particuliere stichtingen en fondsen. Het vergroten van de naamsbe­ kendheid van het NMF blijft hierbij van primair belang.

Amsterdam, 28 februari 2015

drs. Marcel Schopman directeur

69


NMF MAGAZINE 2015

BESTUURSVERSLAG Het jaar na het 25-jarig Jubileum liet voor het eerst sinds lange tijd een teruggang in het aantal eenmalige donateurs zien. Tegelijkertijd werd dit verlies meer dan gecompenseerd door een stijging van de totale inkomsten. Meer inkomsten met minder donateurs, dus. Het NMF kan dus toch met tevredenheid terugkijken op het afgelopen jaar, eens te meer door de forse stijging van het aantal schen­ kingen aan instrumenten. Helaas kon na het succes van het eerste weekend van het NMF in 2013 een tweede weekend in 2014 geen doorgang vinden. Het bestuur is verheugd te constateren dat deze tweede editie in 2015 wel gereali­ seerd lijkt te worden.

Verantwoordingsverklaring Intern toezicht

Het NMF werkt volgens een bestuurs­ model waarbij het bestuur het meren­ deel van zijn taken gedelegeerd heeft aan de titulaire directie. Er is dus sprake van een toezichthoudend bestuur. De di­ rectie geeft richting aan de organisatie, zorgt voor het verwerven van de nodige middelen en het besteden daarvan en zorgt voor het adequaat functioneren van de organisatie in het algemeen. De directie is dus zowel beleidsinitië­ rend als beleidsuitvoerend. Het bestuur houdt toezicht op het besturen door de directie, zowel door middel van preven­ tief toezicht (vooraf worden plannen ter goedkeuring voorgelegd) als ook door toezicht achteraf (het functioneren van de stichting wordt kritisch gevolgd en zo nodig wordt ingegrepen). De be­ voegdheden van de directeur van het

70

NMF worden omschreven in het direc­ tiestatuut. Naast de directie bestaat de Commissie Aanvragen en Instrumen­ ten, die onafhankelijk van de directeur rechtstreeks adviezen en aanbevelingen aan het bestuur geeft. Evenzeer geldt dit voor de leden van de Raad van Ad­ vies, die dit op individuele basis kunnen doen. Hierdoor is gegarandeerd dat de directie zelf geen beslissingen kan ne­ men over de aanschaf van instrumenten en/of het goedkeuren van een aanvraag voor een muziekinstrument. De leden van het bestuur verklaren de volgende principes, opgenomen in de ar­ tikelen 4 lid 1.A, 4 lid 4 en 4 lid 5.2. van het Reglement CBF-keur te onderschrijven: - binnen de instelling dient de functie ‘toezicht houden’ (vaststellen of goed­ keuren van plannen en het kritisch vol­ gen van de organisatie en haar resulta­ ten) duidelijk te zijn gescheiden van het ‘besturen’ dan wel van de ‘uitvoering’. - de instelling dient continu te werken aan een optimale besteding van mid­ delen, zodat effectief en doelmatig ge­ werkt wordt aan het realiseren van de doelstelling. - de instelling streeft naar optimale re­ laties met belanghebbenden, met ge­ richte aandacht voor de informatiever­ schaffing en de inname en verwerking van wensen, vragen en klachten. Tijdens het verslagjaar 2014 vergader­ den bestuur en directie viermaal. Vaste gespreksonderwerpen waren daarbij de financiële situatie van het NMF, toekomst­ perspectieven, de rapportage en goed­ keuring van de aanbevelingen van de

Instrumentencommissie, de vaststelling van het aankoopbudget, een overzicht van de fondsenwerving en de daarmee verband houdende activiteiten, en per­ sonele zaken. Ook de samenwerkings­ verbanden tussen NMF en derden waren regelmatig onderwerp van gesprek. Ook stelt het bestuur in de vergaderingen de begroting, het jaarverslag en de jaarre­ kening vast. Naast de bovengenoemde vergaderingen is er met regelmaat con­ tact tussen de directeur en individuele leden van het bestuur over een variëteit aan onderwerpen. Elk jaar wordt door de voorzitter, na consultatie van de ove­ rige bestuursleden, een functionerings­ gesprek met de directeur gehouden. Er vindt ook jaarlijks een gesprek met pen­ ningmeester en accountant plaats.

Samenstelling van het bestuur

Het grootste deel van 2014 bestond het bestuur van het NMF uit zes leden. In december werd mr. Els H. Swaab toege­ voegd aan het bestuur, dat sindsdien dus uit zeven leden bestaat. Het NMF streeft ernaar het bestuur zo samen te stellen dat alle noodzakelijke soorten kennis en contacten vertegen­ woordigd zijn. Naast algemeen bestuur­ lijke elementen gaat het daarbij ook met name om kennis van het Nederlandse muziekleven en kennis van instrumen­ ten. De bestuursleden hebben allen een gezamenlijke bevoegdheid met andere bestuurders.


NMF MAGAZINE 2015 | JAARVERSLAG 2014

De bestuursleden van het NMF

prof. ir. W. Dik

mr. S.A. Reinink

mw. drs. S.C. Wolff

Voorzitter Brabantse Stichting voor

Voorzitter Stichting G. Ribbius Peletier jr. tot

Adviseur Artists for Nature Foundation

Voorzitter Raad van Advies Connekt ­Ondernemendheid Voorzitter EU PowerNet Team Ambassadeur Habitat for Humanity ­Nederland Freelance hoogleraar TU Delft

Algemeen Directeur Het Concertgebouw NV
 behoud van het Landgoed Linschoten
 Lid Raad van Toezicht Nationaal Museum Speelklok

Lid Bestuur WWF Schweiz

Lid bestuur Stichting NatuurZijn Zakelijk leider Nederlandse Fluit Academie Voorzitter Stichting Mirador

Lid Raad van Advies Nexus Instituut
 Lid Raad van Advies Stichting Het Nationale Park De Hoge Veluwe
 Lid Bestuur Stichting 4 mei concert Lid bestuur Stichting Tjardus Greidanus

mw. mr. E.H. Swaab

dhr. H. Hollander, RA

Arbiter/mediator

Partner Cleantech & Sustainability services

Lid Tuchtraad Financiële Dienstverlening

Penningmeester Child At Venture

Lid geschillencommissie DSB Bank

Vakjurylid “Koning Willem I prijs” plaquette voor duurzaamheid

mr. D.C. Baron van Wassenaer

Voorzitter STAK Maarsen Groep Lid Raad van Commissarissen CED Holding B.V.

Lid ING Leadership Council

Lid Raad van Advies

Global Head Network

Nederlandse Orde van Advocaten

Regent Stichting Twickel, te Delden,

Vice-voorzitter en secretaris Raad van Toezicht

Regent Stichting RCOAK te Amsterdam Voorzitter Stichting Jacoba van Wassenaer Fonds Voorzitter Stichting Van Poelgeest Lemstra – Bouwstenen voor Dierenbescherming Lid Bestuur Ir. H.G. Boumeester Foundation

Stichting Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis Voorzitter Pensioenraad Zorg en Welzijn Lid bestuur STAK Goudse Verzekeringen BV Lid Raad van Toezicht Gerrit Rietveld Academie Voorzitter Oerol Festival Voorzitter Raad van Commissarissen WSW Voorzitter College van Regenten

mr. J.W.P. Verheugt

Raadsheer-plaatsvervanger in het ­gerechtshof te Amsterdam Rechter-plaatsvervanger in de rechtbank te

Fonds ­Sluyterman van Loo Voorzitter Bestuur Fonds 21 Lid Raad van Toezicht Stichting Jeroen Bosch 500 Voorzitter Raad van Toezicht Museum Kranenburgh, Bergen

Amsterdam

71


NMF MAGAZINE 2015

Het bestuur krijgt geen vergoeding voor zijn werkzaamheden. De leden hebben de mogelijkheid een onkostenvergoe­ ding voor gemaakte reis- en telefoon­ kosten ten behoeve van de stichting te ontvangen. Hiervan is in 2014 zeer be­ scheiden gebruik gemaakt. Het bestuur heeft het salaris van de directeur vastge­ steld conform de Adviesregeling van de VFI, de overkoepelende brancheorgani­ satie voor Goede Doelen. Voor een toe­ lichting op bovenstaande wordt verwe­ zen naar de jaarrekening 2014. Amsterdam, 28 februari 2015

Prof. ir. W. Dik voorzitter

Dit bestuursverslag is gebaseerd op de voor­ lopige cijfers over 2014. Het definitieve ver­ slag wordt gepubliceerd bij de jaarrekening 2014, te verschijnen in mei 2015.

functie aangetreden Prof. ir. W. Dik voorzitter 2001 Dhr. H. Hollander RA penningmeester 2006 Mr. D.C. Baron van Wassenaer secretaris 2002 Mr. J.W.P. Verheugt vice-voorzitter 1994 Mr. S.A. Reinink 2008 Mw. drs. S. Wolff 2009 Mw. mr. E. H. Swaab 2014

72

herbenoeming n.v.t. 2018 2015 2016 2016 2017 2018

FOTO HENK VEENSTRA

Samenstelling en rooster van herbenoeming


NMF MAGAZINE 2015

‘Door de temperatuur­ verschillen op het podium schieten mijn stemknoppen soms los’ ANDRÉ DODDE

Haar lange rode haren zien we vaak wapperen als ze mandoline of viool speelt in de band van Blaudzun. Maar het muzikale kunnen van Judith van der Klip gaat veel verder dan dat. Ze speelt klassiek, pop en dance in allerlei samenstellingen. Een constante factor in haar muzikale loopbaan is haar achttiende eeuwse Cuypers-viool. ‘Cuypers-violen zijn eigenlijk de Neder­ landse tegenhanger van Stradivarius. Het zijn zeer gewilde instrumenten die rond 1800 in Den Haag gebouwd werden. De precieze leeftijd is moeilijk te bepalen. In mijn viool zit een etiket waar 1748 op staat, maar dat is er waarschijnlijk later in­ geplakt. Dat deed men vroeger wel vaker. Zo zit er in veel violen ook een Stradivari­ us-etiket. Mensen denken dan: ik heb een echte Stradivarius, ik ben rijk! Maar dat zegt niets. Het betekent hoogstens dat de viool gebouwd is naar een model van Stradivarius.’

73


NMF MAGAZINE 2015

Bolletje

‘Je kunt aan deze viool meteen zien dat hij een lang en bewogen leven achter de rug heeft. Hij vertoont veel gebruiksspo­ ren van voorgaande eigenaars en tekenen van reparaties en het onderhoud aan de lak. In het hout staan nog oude afdrukken van houtklemmen. In de klankkast vond ik een bolletje dat bestond uit allerlei kleuren haar. Het is fascinerend te weten dat die haren zeer waarschijnlijk van bespelers zijn geweest die allang niet meer leven, terwijl deze viool er nog steeds is.’

Nuances

‘Als je echt goed wilt leren spelen, moet je een instrument hebben dat alle nuances van je spel kan weergeven. De violen die ik hiervoor had, waren eigenlijk niet goed genoeg. Ze waren te beperkt en de res­ pons was niet precies genoeg. Het conser­ vatorium heeft mij daarom aanbevolen bij het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds. Dat Fonds heeft topklasse instrumenten in beheer voor studenten en beroepsmusici. Het is een eer om voor een instrument van hen in aanmerking te komen. Zelf zou ik deze Cuypers viool nooit hebben kunnen betalen. Een fatsoenlijke nieuwe viool kost minstens 6000 euro, maar eentje van bo­ ven de tienduizend is zeker geen uitzon­ dering. Oude bijzondere violen van een bekende bouwer kunnen nog vele malen duurder zijn. Ik hou heel veel van oude instrumenten. Er zijn fantastische nieuwe vioolbouwers, maar die instrumenten heb­ ben nog geen geschiedenis. Daar komt bij dat je van een nieuwe viool nooit precies

74

weet hoe hij uiteindelijk zal gaan klinken. Het duurt een tijd voordat het hout is uit­ gewerkt en het instrument is ingespeeld.’

Trillingen

‘Een viool kan akoestisch veel geluid pro­ duceren maar zodra ik met een band speel overstemt de rest hem helemaal. Dan blijft er niets over van zo’n viooltje. Ondanks dat het geluid van een viool vlakbij je oor wordt gemaakt. Bij Blaudzun speelde ik eerst op een elektrische viool over een versterker. Dat klonk best goed maar tegenwoordig gebruik ik liever een akoestische. Dat ge­ luid lijkt meer op dat wat ik op het nieuwe album heb ingespeeld. Je voelt bij een akoestische viool door de holle klankkast de trillingen van de viool in je lichaam. In tegenstelling tot een elektrische- waarbij er vaak nauwelijks of geen sprake van een klankkast is. De viool die ik bij Blaudzun gebruik wordt versterkt via een contactmi­ crofoontje. Onze geluidsman zet er effec­ ten op als galm of delay en zelf gebruik ik in bepaalde stukken een octaver-pedaal.’

Stemmen

‘Vioolspelen in een band kan soms best lastig zijn. Door het harde geluid om je heen is het veel lastiger om jezelf goed te kunnen horen. Wanneer je een vinger letterlijk een millimeter te hoog of te laag plaatst maakt dat al het verschil tussen vals of zuiver. Dit komt omdat een viool geen fretten of toetsen heeft. Jezelf perfect kun­ nen horen is daarom heel belangrijk om zuiver te kunnen spelen. De snaren van

een viool worden vanaf de A gestemd in reine kwinten. In een band stemt iedereen met een stempedaal dat gebruikmaakt van een zwevende stemming. Dit is een soort compromis en net iets anders dan hoe een violist stemt. Als mijn stemknop­ pen door de temperatuurverschillen op het podium losgesprongen zijn ben ik ge­ noodzaakt om snel tijdens een nummer in al het lawaai op mijn stempedaal te stem­ men. Het verschil corrigeer ik vervolgens door de afstanden in de grepen iets aan te passen. Dan is het essentieel dat ik mezelf goed kan horen. Gelukkig gebruik ik te­ genwoordig altijd in-ears monitors waarop ik mijzelf lekker hard kan zetten.’

Respect

‘Ik denk dat de viool een van de moeilijk­ ste instrumenten is om te leren spelen. Het luistert erg nauw hoe je je vingers plaatst en hoe je de strijkstok gebruikt. Je moet ook een goed gehoor ontwikkelen en veel kracht in je vingers krijgen zodat je ze precies kunt plaatsen. Dat kost gewoon tijd. Het leren maken van een goed vibrato duurt ook lang. Je mag minstens drie jaar uittrekken voordat je het vioolspelen een beetje begint te beheersen. Ik heb veel les gegeven aan kleine kinderen en heb respect voor hun ouders die het typische beginnersgekras thuis moeten doorstaan. Daardoor heb ik ook respect gekregen voor wat mijn ouders destijds met mij heb­ ben moeten doormaken, haha!’


NMF MAGAZINE 2015

Cuypers viool Bouwer: Johannes Franciscus Cuypers Bouwjaar: onbekend, eind achttiende eeuw Herkomst: Den Haag Houtsoorten: vurenhout, esdoornhout, ebbenhout Bereik: ca. vier octaven Stemming snaren: G3, D4, A4, E5 (A4 = 440 Hz als standaard) Lengte body: 35,3 cm

75


FOTO MARIEKE WIJNTJES

Pieter de Koe is een jeugdige cellist voor wie de toekomst gloort. Kees Vlaardingerbroek is een artistiek leider die al menig trend heeft gespot.

Catharina Ungvari


NMF MAGAZINE 2015

Denken in mogelijkheden Pieter de Koe is een jeugdige cellist voor wie de toekomst gloort. Kees Vlaardingerbroek is een artistiek leider die al menig trend heeft gespot. Samen lezen ze de tijdgeest. Naast musici die flexibeler werken dan ooit, zien ze politici die zich blindstaren op de markt. ‘Nederland is een muzikale grootmacht, maar waar is de ambitie om bij de top te blijven horen?’ GUIDO VAN OORSCHOT

Aan het kantoor van het Nationaal Mu­ ziekinstrumenten Fonds (NMF) loop je gemakkelijk voorbij. Maar hoe diep het ook verstopt zit in een zijsteeg van de Warmoesstraat, Pieter de Koe weet het oudste stenen pand van Amsterdam blindelings te vinden. De jonge cellist betreedt de tegelvloer uit 1380 wel va­ ker. In zijn rugkoffer zitten de cello van Marino Capicchioni (1944) en de strijk­ stok van Andreas Grütter (2001), die hij allebei in bruikleen heeft van het NMF. Onder het 16de-eeuwse plafond, dat is beschilderd met kleurige ranken en arabesken, treft de muziekstudent Kees Vlaardingerbroek. Hij is de artistiek lei­ der van de Stichting Omroep Muziek, de afgeslankte opvolger van het Muziek­ centrum van de Omroep. Sinds 2006 blaast Vlaardingerbroek zijn creativiteit in De Vrijdag van Vredenburg, de NTR ZaterdagMatinee en Het Zondagoch­ tend Concert. In 2013 kreeg hij er bo­ vendien het Radio Filharmonisch Orkest en Groot Omroepkoor bij. ‘Een breed clubje’, zegt hij, ‘met musici die in hun gedrevenheid en enthousiasme tot het uiterste gaan.’Niet te geloven hoe kort hun nachten soms zijn. Ze houden het alleen vol omdat ze zo gepassioneerd zijn.’

Een jonge hond en een geroutineerde vos: samen buigen ze zich over het he­ dendaagse muzikantenvak. Het werk­ veld is turbulent, vinden ze allebei. ‘Ik denk dat de eisen die aan musici wor­ den gesteld hoger zijn dan twintig, der­ tig jaar geleden’, zegt Pieter de Koe. ‘Stukken hoger’, bevestigt Kees Vlaar­ dingerbroek. ‘Bij het Radio Filharmo­ nisch Orkest en het Groot Omroepkoor zie ik ze soms afgebeuld rondlopen.’ De omroepmusici kunnen niet meer re­ kenen op een baan voor het leven. En alleen klassieke muziek spelen? Vergeet het maar, zegt Vlaardingerbroek. ‘In no­ vember 2014 werkten we bijvoorbeeld mee aan de herdenking van de MH17ramp. Er stond niet alleen symfonisch werk van Bernard Zweers op het pro­ gramma, we begeleidden ook Marco Borsato in zijn lied Voor altijd. Onze mu­ sici moeten van alle markten thuis zijn. Het gaat van een wereldpremière in de NTR ZaterdagMatinee naar een show op Lowlands, van een tv-programma over educatie naar een Brucknersymfonie voor een zaal vol popfans.’

Orkest Morgenstond

Pieter de Koe herkent de mentale veer­ kracht die van de Hilversummers wordt verlangd. Zelf vult hij zijn dagen ook niet alleen met studeren aan het Koninklijk

77


Conservatorium in Den Haag. Hij speelt in het Animato Kwartet, zit in het Arkovs­ ky Sextet, improviseert in het ensemble DaMu en duikt op bij de funkrockband Staalmeesters. ‘Zeker in het begin van je carrière’, zegt hij, ‘wil je alle touwen uit­ gooien.’ Een van die touwen reikt zelfs tot in de volkswijken van Den Haag. Met het or­ kest Morgenstond trekt De Koe er re­ gelmatig op uit. Naar scholen, waar ze workshops geven die uitmonden in een lied op muziek van de componist Theo Verbey. Naar winkelcentra, waar de schoolkinderen hun lied zingen en Mor­ genstond in het voorbijgaan een paar klassieke stukken speelt. De Koe: ‘We hebben ook eens een paal neergezet met de tekst: dirigeer ons. Jan en alle­ man kwam erop af.’ Ander teken des tijds: zojuist heeft hij zijn eigen bedrijfje opgericht, Cellist Pie­ ter de Koe. Een rotklus, vond hij, al dat re­ gelwerk voor de Kamer van Koophandel en de Belastingdienst. Maar het moest, anders kon hij geen facturen schrijven. ‘Netwerken, een website, pr en marke­ ting: het hoort er tegenwoordig allemaal bij. Helaas krijg je niet vanzelf een mana­ ger toegewezen.’ Dus moet hij ook persoonlijk afrekenen met lastige verzoeken. In het Rijksmu­ seum zou De Koe een voorstelling ge­ ven met een dansgroep: breakdance op Bachimprovisaties. Kreeg hij van de opdrachtgever de vraag of hij ook nog wat kon spelen bij binnenkomst van de gasten. En o ja, Het Nationale Ballet trad op, de stervende zwaan van Saint-Saëns had hij zeker wel paraat? De Koe: ‘Orga­ nisatoren gaan er klakkeloos van uit dat je overal in thuis bent, maar ze vergeten hoeveel voorbereidingstijd en energie dit soort extra dingen vergt.’ Vlaardingerbroek: ‘En vergeet de fysieke belasting niet. Mensen hebben geen idee hoe het is om anderhalf uur achter elkaar te moeten strijken.’

78

Nieuwe waarheid

Sinds de jaren 1960 is het muziekleven sterk veranderd. Met knijpkikkers en ra­ tels verstoorden ‘Notenkrakers’ als Louis Andriessen en Reinbert de Leeuw in 1969 een optreden van het Concertge­ bouworkest. Pioniers als Gustav Leon­ hardt en Frans Brüggen herontdekten de muziek uit Middeleeuwen, Renaissance en Barok. Schouder aan schouder na­ men deze revolutionairen het landschap op de schop. Orkesten en strijkkwartet­ ten kregen concurrentie van ensembles voor oude, nieuwe en geïmproviseerde muziek. Jaloers keek de wereld naar de Hollandse veelzijdigheid. ‘Wat toen gebeurde was radicaal’, zegt Kees Vlaardingerbroek. ‘Er trad een ge­ neratie aan die ergens Schluss mee wil­ de maken. Ze zeiden, bam!, dit is ónze waarheid.’ De Koe: ‘Maar waarheidsdenken is kil­ ling, dan sluit je andere mogelijkheden uit.’ Vlaardingerbroek: ‘Veel van die nieuwe waarheden bleken achteraf dan ook niet waar. Gelukkig neigen musici tegen­ woordig eerder naar het inclusieve den­ ken. Een belangrijke ontwikkeling vind ik dat hedendaagse componisten in hun muziek pop, jazz en wereldmuziek toela­ ten. Of ze werken interdisciplinair. Of ze schrijven niet langer voor de concertzaal, maar trekken eropuit.’ De Koe: ‘Het muziekleven verandert snel, in positieve zin. Van de andere kant moet het denken in mogelijkheden niet uit­ groeien tot het nieuwe dogma.’ Vlaardingerbroek: ‘Dat kan het gevaar zijn: anything goes. Maakt niet uit wat je doet, als het maar leuk is.’ De Koe: ‘Muziek moet wel kwaliteit hou­ den.’ Vlaardingerbroek: ‘Anders verwatert het totaal.’

Bier mee

Zijn droom, zegt Pieter de Koe, is een professioneel strijkkwartet. Klinkt traditi­ oneel, maar hij zou er grenzen mee wil­ len verleggen. Werken met hedendaag­ se componisten; cross-overs opzetten met dansers. ‘Of een videoclip waarop een kunstenaar iets creëert terwijl wij spelen. Als je muziek visualiseert, begrij­ pen mensen het vaak beter. En natuurlijk plaats je zo’n filmpje op YouTube, dat doen popartiesten ook.’ Kees Vlaardingerbroek: ‘Van pop kan de klassieke sector nog veel leren. Neem de belichting: wie heeft ooit bedacht dat het volstaat om over een orkest een grote plas geel licht uit te storten?’ De Koe: ‘Ik weet zeker: als Beethoven zou leven, had hij de mogelijkheden van nu gebruikt.’ Vlaardingerbroek: ‘Je hoort weleens schamperen dat het klassieke repertoire verouderd is, maar dat lijkt me onzin. Dat we het vaak te ouderwets brengen, is wat anders. Vorig jaar speelden we in TivoliVredenburg de Zevende symfonie van Bruckner. Voor een poppubliek, met dj en speciale belichting, het bier mocht mee de zaal in. Aanvankelijk dachten we: waar beginnen we aan, dit kan totaal fout lopen. Maar de popprogrammeur stuur­ de een prima mail rond: mensen, kom luisteren!, dit wil je niet missen!’ De Koe: ‘Zo moet je het aanpakken.’ Vlaardingerbroek: ‘En wat gebeurde er? Geen biertje kwam de zaal in. Het pu­ bliek zat voorbeeldig te luisteren en had helemaal niet de behoefte om door de muziek heen te kletsen of te telefoneren.’ De Koe: ‘Het clichébeeld van een con­ certzaal is dat van een minigevangenis: niet praten, niet hoesten, je mag zoge­ naamd niks. Het is maar net hoe je het presenteert.’


NMF MAGAZINE 2015

Hip sausje

Aan vernieuwende impulsen geen ge­ brek. Toch, denkt Kees Vlaardingerbroek, bestaat er voor de traditionele uitvoering van bepaald repertoire geen alternatief. ‘Wie een Mahlersymfonie in volle glorie wil horen, heeft het liefst dat hij wordt uit­ gevoerd door een professioneel orkest in de best denkbare akoestische omge­ ving. Voor die praktijk blijft volgens mij een basis, zeker in de Randstad. Maar met alleen mooie concerten spelen op traditionele locaties gaat klassieke mu­ ziek het op termijn niet redden.’ De Koe: ‘En met slecht doordachte ver­ nieuwingen evenmin. Je kunt niet zo­ maar ergens een hip sausje overheen gooien en denken dat het nieuwe pu­ bliek toestroomt. Klassieke muziek heeft zo’n grote zeggingskracht, als je daar­ mee iets vermengt moet het van hetzelf­ de kaliber zijn.’ Vlaardingerbroek: ‘Of hoger.’ De Koe: ‘Toch denk ik dat de toekomst leuk wordt. Over vijftig jaar zijn er heus nog fantastische concerten.’ Vlaardingerbroek: ‘Vergeet niet dat we de grootste erfenis van de menselijke geest beheren. Daarom vind ik het be­ zuinigingsdebat van de afgelopen jaren zo kortzichtig. De sfeer was wel heel erg van: wat van waarde is, bepaalt de markt. Maar op de markt kun je geen muzikale infrastructuur bouwen. Educatie, conser­ vatoria, zalen en orkesten: je moet erin investeren. Die urgentie mis ik bij de po­ litiek. We zijn de achttiende economie op aarde, Nederland is een muzikale groot­ macht, maar waar is de ambitie om bij de top te blijven horen? De overheid moet de basisvoorwaarden blijven scheppen.’ De Koe: ‘Met cultuur vermarkt je boven­ dien je land. Wie dat weggeeft, verliest zijn identiteit.’ Vlaardingerbroek: ‘Ik had het niet mooi­ er kunnen zeggen.’

Kees Vlaardingerbroek 1962

Kees Vlaardingerbroek studeerde mu­ ziekwetenschap. Hij is de artistiek leider van de Stichting Omroep Muziek. Onder zijn verantwoordelijkheid vallen niet al­ leen de Vrijdag van Vredenburg, de NTR ZaterdagMatinee en het Zondagochtend Concert, maar ook het Radio Filharmo­ nisch Orkest en het Groot Omroepkoor. Eerder werkte hij voor VARA, AVRO en de Rotterdamse Doelen. Tevens is hij lid van de commissie muziek van het Prins Bernhard Cultuurfonds.

Pieter de Koe 1994 Pieter de Koe begon op z’n vierde met cellospelen. Op z’n achtste werd hij toe­ gelaten tot de jong-talentafdeling van het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, waar hij sinds 2012 de bachelo­ ropleiding volgt. Als solist en kamermu­ sicus won hij prijzen op nationale con­ coursen en internationale podia. Zijn Italiaanse cello (Capicchoni, 1944) en zijn strijkstok (Grütter, 2001) zijn ter beschik­ king gesteld door het Nationaal Muziek­ instrumenten Fonds.

79


NMF MAGAZINE 2015

NMF MAGAZINE 2015

Rembrandt meets Mozart

FRITS SCHUTTE Als ik met mijn auto de Industriestraat in het Belgische Ruiselede opdraai, moet ik even wennen aan de gedachte dat ergens op dit bedrijventerrein een volledig hand­ gemaakte fortepiano naar een elegant model van Anton Walter uit de klassieke Weense periode op mij zal staan te wach­ ten. Op maandagochtend lijkt de bedrij­ vigheid nog ver te zoeken en de zachte zon die door de mist heen schijnt, geeft me het gevoel dat het zondag is. De gps herkent het huisnummer niet en ik volg de kleine bordjes met de naam ‘Piano’s

80

Maene’ tot ik het terrein oprijd van een imposant bedrijf. Ik betreed het domein van een hypermoderne onderneming! Zo indrukwekkend als het complex op mij overkomt, zo bescheiden en gastvrij zijn de mensen die me bij binnenkomst ontvangen. Ik ben exact op tijd, maar de rest van de Nederlandse afvaardiging is verlaat door files. Chis Maene vat de vertraging laconiek op. Hij zegt er eigen­ lijk altijd al rekening mee te houden dat men vanuit Nederland een half uurtje la­ ter aankomt dan gepland. Het biedt tijd voor een rondleiding door het bedrijf en we raken in gesprek. Chris legt uit hoe hij opgroeide tussen de piano’s en vleugels in de winkel van zijn ouders en de klave­ cimbels die zijn broer bouwde. Vanuit de drang om ook zelf iets te bouwen, maakte hij als tiener al zijn eerste fortepiano. We lopen door de showroom, de concertzaal, de verschillende enorme werkplaatsen, hij toont de indrukwekkende houtopslag en laat de geavanceerde machines zien die het mogelijk maken om ook de meest complexe restauraties van moderne vleu­ gels uit te voeren. Chris vertelt dat hij vaak bekritiseerd is geweest omdat hij afweek van de standaard om zich in één aspect te specialiseren. Hij legt uit dat juist het omarmen van het hele vakgebied heeft geresulteerd in een zeer waardevolle

kruisbestuiving van technische en artis­ tieke kennis en dat hij ook een financiële basis heeft kunnen creëren waarbinnen ambitieuze bouwprojecten mogelijk blijven. Het één kan niet zonder het an­ der en ik begrijp nu ook de omvang en de uitstraling van het bedrijf. Maar als hij met glimmende oogjes vertelt dat hij af­ gelopen zondag om vijf uur uit zijn bed is gekomen om tot acht uur ‘s avonds in alle rust de laatste hand te leggen aan de fortepiano voor het NMF, zie ik hem voor me in een oud atelier met houtschaafsel op de grond. Dit stukje vakmanschap zal hij zich nooit laten ontnemen. Een half uur later zit jazzpianist Rembrandt Frerichs glunderend achter de maag­ delijke fortepiano die het NMF speciaal voor hem heeft laten bouwen. Hij speelt de eerste noten wat onwennig, maar dan lopen de speelse muzikale lijnen van Mo­ zart ineens naadloos over in slepende oosterse harmonieën. Rembrandt laat de piano fluisteren, zingen, kloppen, tokke­ len en dreunen. Het kan allemaal! Ik merk in het spel van Rembrandt opnieuw hoe waardevol het kan zijn wanneer een vak­ man niet verkrampt in specialisatie, maar zich juist laat verrijken door alles wat in de volle breedte op hem afkomt.


AD HAAGSCHE COURANT ED. DEN HAAAG STAD VAN 23 SEPTEMBER 2014

POSTHOORN ED. LAAK VAN 24 SEPTEMBER 2014

NMF MAGAZINE 2015

81


NMF MAGAZINE 2015

een instrument voor talent

82


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.