2 minute read

Chopperen op de Castelreesche heide

Ted Overmeer (boswachter beheer Staatsbosbeheer)

De Castelreesche heide is een heidegebied dat pas in de jaren ‘60 in zijn geheel ontgonnen is waarna het gedurende een relatief korte periode van 40 jaar in agrarisch gebruik is geweest. Begin jaren 2000 is Staatsbosbeheer eigenaar geworden van het gebied en zijn de historische vennen terug uitgegraven. De graslanden worden nu verpacht met als doel deze, hoofdzakelijk via maaibeheer, uit te mijnen en te verschralen richting een heischrale vegetatie. Veel percelen evolueren de goede kant op en er verschijnen veel soorten die aangeven dat de percelen inderdaad schraler worden. Te denken valt aan Jacobskruiskruid, zandblauwtje, kaasjeskruid en vlasbekje. Jammer genoeg treedt herstel van heide in de graslanden nog niet op. In de bermen, waar nooit bemest is geweest, is nog wel veel struikheide te vinden en dit geldt ook voor de venoevers waar dop- en struikheide voorkomt.

Advertisement

Om het proces van heideherstel te versnellen en op gang te brengen, zijn op de Castelreesche heide afgelopen najaar vier stroken gechopperd. We hebben hiervoor de locaties uitgekozen met veel potentie voor het realiseren van een heidevegetatie. Bij het chopperen wordt de vegetatie, in één werkgang, gemaaid en opgevangen. Tevens wordt een deel van de wortelzone mee afgevoerd waardoor een strook ‘kale grond’ ontstaat. Chopperen zit als beheerwerk tussen maaien en plaggen in. Plaggen is het geheel verwijderen van de vegetatiezode (meestal 5 tot 10cm) tot op (juist boven) de minerale bodem. Bij chopperen worden er meer voedingsstoffen afgevoerd dan bij maaibeheer (sterkere verschraling) en de kale bodem geeft kruiden meer mogelijkheden om te kiemen omdat er minder concurrentie is van dominante (gras)soorten.

Op de bewerkte stroken is later, met een mestbreker, gechopperd materiaal (heidemaaisel met bodemmateriaal) van de Strijbeekse heide opgebracht. Dit materiaal bevat zaden EN bodemleven van de heidevegetatie uit de Strijbeekse heide die daar door het chopperen is verjongd.

Na het uitrijden van het heidemaaisel over de gechopperde zones is bij 3 van de 4 stroken een gedeelte met de frees ondergewerkt. Verder is een deel van het heidemaaisel uitgereden over graslanden die goed en minder goed ontwikkeld zijn, zonder andere ingrepen.

Peter De Wilde

Uitrijden van choppermateriaal uit Strijbeek. (Foto: Ted Overmeer)

Over enkele jaren weten we misschien welke manier van werken het beste werkt in de Castelreesche heide: 1. Chopperen, opbrengen van heidemaaisel, 2. Chopperen en opbrengen van heidemaaisel en nadien infrezen, 3. Heidemaaisel opbrengen op de bestaande vegetatie.

Hopelijk slagen we er op deze manier in om van de Castelreesche heide terug een echt heidegebied maken.

This article is from: